Techno Line WEATHER STATION Instructions manual [nl]

Techno Line WEATHER STATION Instructions manual

WEERSTATION

Handleiding

INLEIDING:

Gefeliciteerd met de aankoop van dit ultramoderne weerstation, een sterk staaltje van innovatief productontwerp en technisch vernunft. Met dit toestel hoeft u nooit meer te raden naar het weer van vandaag of morgen. Het station geeft de radiografische tijd weer, alsmede de datum, kalender, maanfasen, binnenen buitentemperatuur, relatieve vochtigheid binnen en buiten, en het verloop van de luchtdruk. De bediening van dit product is praktisch en eenvoudig. Lees deze handleiding om een beter begrip te krijgen van dit weerstation en om optimaal te profiteren van alle functies en eigenschappen.

EIGENSCHAPPEN:

Het weerstation

LCD-scherm

Functietoetsen

Ophanggaatje

Batterijvak

Standaard

DCF-zendergestuurde tijd met mogelijkheid tot handbediend regelen

Tijdontvangst AAN/UIT (instelbaar)

12/24-urige tijdweergave

Tijdzone instelbaar op ±12 uur

Weergave dag van de week en kalender (jaar en maand enkel in regelstand)

Instelbaar repeteeralarm

Weergave van 12 maanfasen van het jaar

Weersvoorspelling met prognosepijltjes

Indicatie van comfort binnenshuis

Weergave temperatuur in ºC/ºF

Weergave binnenshuis en buitenshuis met MIN/MAX-registraties en ontvangsttijd

Weergave vochtigheidsgegevens in RH%

51

Weergave vochtigheid binnenshuis en buitenshuis met MIN/MAX-registraties

Relatieve luchtdruk in hPa of inHg met instelbare referentiewaarde

Weerplaatjes met instelbare gevoeligheid

Verloop relatieve luchtdruk van afgelopen 24 uur (elektronische barometer met luchtdrukverloop)

Instelbaar schermcontrast

Kan ten hoogste 3 buitenzenders ontvangen

Draadloze transmissie via 868 MHz

Meetinterval van signaal ongeveer 4 seconde

Schermverlichting

Indicator lege batterijen

Voor op tafel of aan de muur

Thermohygrozender

• Transmissie van buitentemperatuur en vochtigheid naar weerstation via 868MHz-signalen

Regenbestendig omhulsel

Houder om mee aan de muur te bevestigen

PLAATSEN EN VERVANGEN VAN BATTERIJEN IN HET WEERSTATION

Het weerstaton werkt op 3 x AA, IEC LR6, 1.5V batterijen. Volg onderstaande stappen om de batterijen te plaatsen of vervangen:

1. Steek een vinger of een stevig voorwerp in de ruimte midden onder bij het batterijvak en licht het deksel uit.

2. Plaats de batterijen in het vak; zorg ervoor dat de polariteit klopt (zie markering).

3. Sluit batterijvak weer.

PLAATSEN EN VERVANGEN VAN BATTERIJEN IN DE THERMOHYGROZENDER

De Thermohygrozender werkt op 2 x AA, IEC LR6, 1.5V batterijen. Om batterijen te vervangen en installeren a.u.b. de volgende stappen volgen:

1. Verwijder deksel.

2.Breng batterijen in, daarbij lettend op correcte polariteit (zie markering).

3. Breng deksel van batterijvak weer terug op z’n plaats.

Let op:

Als de batterijen in een van de toestellen vervangen worden, dienen alle toestellen opnieuw te worden opgestart volgens de opstartprocedure. Dit is

52

vanwege het feit dat de zender bij het opstarten een bepaalde beveiligingscode toekent. Deze code moet door het weerstation worden ontvangen en opgeslagen tijdens de eerste 3 minuten van werking van de zender.

BATTERIJEN VERVANGEN:

Het is aanbevolen de batterijen van alle toestellen jaarlijks te vervangen om de optimale werkingsprecisie van deze toestellen te garanderen.

Help mee het milieu beschermen. Deponeer lege batterijen in een afvalbak voor klein chemisch afval.

OPSTARTEN

BIJ GEBRUIK VAN ÉÉN ZENDER

1.Plaats de batterijen in de zender (zie “Plaatsen en vervangen van batterijen in de thermohygrozender” boven).

2.Binnen 2 minuten na het opstarten van de zender de batterijen in het weerstation plaatsen (zie “Plaatsen en vervangen van batterijen in het weerstation” boven). Zodra de batterijen op hun plaats liggen lichten alle delen van het scherm even op en klinkt er een kort geluidsignaal. Vervolgens wordt de binnentemperatuur en binnenvochtigheid, en de tijd 0:00 weergegeven en begint het pictogram van de signaalontvangst te knipperen. Als dit na 60 seconden nog niet het geval is, verwijder dan de batterijen en wacht tenminste 60 seconden alvorens deze weer te plaatsen. Zodra de binnendata worden weergegeven kan worden verder gegaan met de volgende stap.

3.Nadat de batterijen zijn geplaatst begint het weerstation data van de zender te ontvangen. De buitentemperatuur en buitenvochtigheid dienen nu door het weerstation te worden weergegeven. Als dit na 2 minuten nog steeds niet het geval is dienen de batterijen uit beide toestellen te worden verwijderd en herstart te worden vanaf stap 1.

4.In verband met de goede ontvangst van het 868 MHz-zendsignaal dient de uiteindelijke afstand tussen het temperatuurstation en de zender onder goede omstandigheden nooit meer te zijn dan 100 meter (zie opmerkingen onder “Positioneren” en “868 MHz-ontvangst”).

Let op:

Let er bij het verwisselen van de batterijen in de toestellen goed op dat de batterijen niet los springen van de contactpinnetjes. Wacht na het uitnemen van de batterijen altijd tenminste 1 minuut alvorens deze weer te plaatsen, anders kunnen zich zendproblemen voordoen.

BIJ GEBRUIK VAN MEERDERE ZENDERS

1.Als opstarten voordien met een zender is gebeurd moeten alle batterijen uit het weerstation en de zenders worden gehaald; wacht vervolgens 60 seconden.

2.Plaats de batterijen in de eerste zender.

3.Plaats binnen 2 minuten na het opstarten van de eerste zender de batterijen in het weerstation. Zodra de batterijen op hun plaats liggen lichten alle delen van het scherm even op en klinkt er een kort geluidsignaal. Vervolgens worden de binnentemperatuur en binnenvochtigheid, en de tijd 0:00 weergegeven. Als dit na 60 seconden nog niet het geval is, verwijder dan de batterijen en wacht tenminste 60 seconden alvorens deze weer terug in te brengen.

4.De buitentemperatuur van de eerste zender (kanaal 1) dient nu door het weerstation te worden weergegeven. Tevens moet het pictogram van de signaalontvangst worden weergegeven. Als dit na 2 minuten nog niet het geval is dienen de batterijen uit beide toestellen gehaald te worden en herstart te worden vanaf stap 1.

5.Plaats de batterijen in de tweede zender zodra de registraties van de

53

buitentemperatuur van de eerste zender op het weerstation kunnen worden afgelezen. Let op: Plaats binnen 45 seconden na ontvangst van de eerste zender de batterijen in de tweede zender.

6.De buitentemperatuur en vochtigheid van de tweede zender en het pictogram "kanaal 2" dienen nu door het weerstation te worden weergegeven. Als dit na 2 minuten niet het geval is dienen de batterijen uit alle toestellen te worden gehaald en herstart te worden vanaf stap 1.

7.Plaats de batterijen in de derde zender zodra het pictogram “kanaal 2” en de buitendata door het weerstation worden weergegeven. Vervolgens worden binnen 2 minuten de kanaal 3-buitengegevens van de derde zender weergegeven; zodra het gelukt is de derde zender te ontvangen springt het pictogram weer op “1”. Gebeurt dit niet dan dient herstart te worden vanaf stap 1.

Let op: Plaats binnen 45 seconden na weergave op het Weerstation van de informatie van de eerste zender de batterijen in de derde zender. Ofwel meteen na ontvangst van de tweede zender.

8.In verband met de goede ontvangst van het 868 MHz-zendsignaal dient de uiteindelijke afstand tussen het weerstation en de zenders onder goede omstandigheden nooit meer te zijn dan 100 meter (zie opmerkingen onder “Positioneren” en “868 MHz-ontvangst”).

BELANGRIJK:

Als de hierboven beschreven instructies voor het instellen van extra sensors niet correct worden uitgevoerd kunnen zendproblemen optreden. Bij zendproblemen dienen

de batterijen uit alle toestellen te worden verwijderd en herstart te worden vanaf stap 1

OPNIEUW OPSTARTEN

Het weerstation en de thermohygrozender dienen opnieuw te worden opgestart als zich een van de volgende situaties voordoet:

Mislukte 868MHz-signaalontvangst.

Defect aan de apparaten.

Batterijen zijn aan vervanging toe.

Om opnieuw op te starten alle batterijen uit de toestellen halen. Wacht tenminste 1 minuut alvorens het weerstation weer op te starten. Ga verder met stap 1 van “Opstarten”.

DCF-RADIOGRAFISCHE TIJD

De tijdbasis voor de radiografisch bestuurde tijd is een Cesium Atomic Klok van het Physikalisch Technische Bundesanstalt Braunschweig met een afwijking van minder dan een seconden in één miljoen jaar. De tijd wordt gecodeerd uitgezonden vanuit Mainflingen bij Frankfurt via het frekwentiesignaal DCF-77 (77.5 kHz) en heeft een zendbereik van ongeveer 1500 km. Het radiografisch bestuurde weerprojectiestation ontvangt dit signaal en zet het om in de preciese zomerof wintertijd.

De kwaliteit van de ontvangst hangt in sterke mate af van de geografische ligging. Normaliter zouden er binnen een straal van 1500 km rondom Frankfurt geen ontvangstproblemen mogen zijn.

DCF-ontvangst vindt tweemaal per dag plaats: om 02:00 03:00 ‘s morgens. Als ontvangst om 3:00 ’s morgens nog niet gelukt, dan wordt een uur later nogmaals een poging gedaan, enzovoorts tot 06:00, of totdat ontvangst gelukt is. Als ontvangst om 06:00 ’s morgens nog steeds niet geslaagd is, dan wordt de volgende dag om 02:00 weer een poging gedaan.

Zodra de testperiode voor ontvangst van de buitengegevens voorbij is, gaan het DCF torensymbooltje in de linkerbenedenhoek van het eerste deel op het scherm van de klok knipperen. Dit geeft aan dat de klok het radiosignaal ontdekt heeft en het probeert te ontvangen. Zodra de tijdcode ontvangen is, blijft het DCF torensymbooltje permanent op het

54

scherm staan en wordt de radiografische bestuurde tijd weergegeven.

Als het torentje knippert maar de tijd niet wordt ingesteld of het DCF torentje helemaal niet verschijnt, controleer dan het volgende:

Aanbevolen afstand van mogelijke storingsbronnen zoals computermonitoren of TVtoestellen is tenminste 1.5-2 meter.

In ruimten met gewapend beton (kelders, torenflats) wordt het signaal uiteraard verzwakt ontvangen. In extreme gevallen het toestel dichter bij het raam zetten met de voorof achterkant in de richting van de Frankfurt-zender.

’s Nachts zijn atmosferische storingen over het algemeen minder ernstig en is ontvangst in de meeste gevallen wel mogelijk. Een enkele ontvangst per dag is voldoende om de tijdsafwijking onder 1 seconde te houden.

FUNCTIETOETSEN:

Weerstation:

Het weerstation heeft 5 praktische functietoetsen:

IN-knop

OUT/+ knop

SET-knop

ALM/DATE-knop

 

SNOOZE/CH-knop

SET-toets

Houd de toets ingedrukt om in de handbediende regelstanden te komen: schermcontrast, tijdzone, tijdontvangst AAN/UIT, 12/24-urige tijdsweergave, handbediende regelstand tijd, kalender, temperatuur in °C of °F, druk in hPa of inHg, waarde relatieve druk, en regelstand van de gevoeligheid van de weerplaatjes.

Alle MIN/MAX-registraties wissen

Alarm stoppen als het afgaat.

Stop repeteeralarm

Verlichting aan

ALM/DATUM-toets

3 Seconden ingedrukt houden om regelstand van alarm te betreden

Alarmtijdstip activeren/uitschakelen

Alarmsignaal uitschakelen als wekker afgaat

Repeteerstand uitschakelen

Weergave datum

Schermverlichting aan

IN-toets

Drukken om te verspringen tussen MAX/MIN en huidige gegevens van de binnentemperatuur/vochtigheid.

Drukken om (in regelstand alarmtijdstip) de uren in te stellen

Waarde van relatieve druk verminderen (in handbediende regelstand)

Alarmsignaal uitschakelen als wekker afgaat

Repeteerstand uitschakelen

Schermverlichting aan

55

OUT/+ toets

Even indrukken om te verspringen tussen MAX/MIN en huidige gegevens van de buitentemperatuur/vochtigheid

In handbediende regelstand alle waarden verhogen of wijzigen

Drukken om (in regelstand alarmtijdstip) minuten in te stellen

Alarmsignaal uitschakelen als wekker afgaat

Repeteerstand uitschakelen

Schermverlichting aan

SNOOZE/CH-toets

Als alarm afgaat het repeteeralarm activeren

Handbediende regelstand en regelstand alarmtijdstip verlaten

Wisselen tussen weergave van kanalen (als meer dan één zender wordt gebruikt)

Schermverlichting aan

LCD-SCHERM

Het scherm is onderverdeeld in 4 secties die informatie weergeven over de tijd/kalender/alarm/maanfase, binnengegevens, weersvoorspelling en buitengegevens.

Pictogram tijdontvangst

Tijd

(voor DCF-tijd)

 

Maanfase-pictogram

Kalender of alarmtijd

Batterij-indicator Pictogram van comfort-indicator

Binnentemperatuur

Relatieve binnen-

in ºC/ ºF

vochtigheid in RH%

 

Weerplaatje

Prognosepijltje

 

 

Relatieve luchtdruk

 

in hPa / inHg

Staafdiagram met

 

verloop van de

 

relatieve luchtdruk

 

 

Indicator ontvangst

Buitentemperatuur

van buitensignaal*

in ºC/ ºF

Relatieve buiten-

 

 

vochtigheid in RH%

* Als het weerstation erin geslaagd is het signaal te ontvangen, blijft het Symbool van signal buitenontvangst op het scherm staan (zoniet dan verdwijnt het). Er kan dus altijd worden afgelezen of ontvangst gelukt is (pictogram aan) of niet (pictogram uit). Daarbij geeft een knipperend pictogram aan dat een ontvangstpoging aan de gang is.

HANDBEDIENDE REGELSTAND:

De volgende instellingen kunnen handbediend gewijzigd worden door op SET te drukken:

Regelstand schermcontrast

Regelstand tijdzone

56

Loading...
+ 11 hidden pages