TAMS Elektronik LD-G-33, LD-W-33 User manual [nl]

n
DCC
MM
n
LD-G-33
Art.-Nr. 41-01330 / 41-01331 / 41-01332
LD-W-33
Art.-Nr. 41-02330 / 41-02331
for DC / AC engines
Décodeur pour locomotive
avec moteur continu / alternatif
Locdecoder voor
gelijk-/ wisselstroommotoren
n
n
n
n
n
n
n
n
Manual
n
Mode d´emploi
n
Handleiding
n
n
n
n
© 06/2008 Tams Elektronik GmbH
All rights reserved. No part of this publication may be reproduced or transmitted in any form or by any means, electronic or mechanical, including photocopying, without prior permission in writing from Tams Elektronik GmbH.
Subject to technical modification. Tout droits réservés, en particulier les
droits de reproduction et de diffusion ainsi que le traduction. Toute duplication ou reproduction sous quelque forme que ce soit nécessite l´accord écrit de la societé Tams Elektronik GmbH.
Sous réserve de modifications techniques.
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag worden vermenigvuldigd opgeslagen of openbaar gemaakt, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Tams Elektronik GmbH.
Technische wijzigingen voorbehouden.
n
n
n
n
n
n
n
n
n
n English 3
n Français 37
n Nederlands 71
n
n
n
n
LD-G-33 / LD-W-33 Nederlands
Inhoudsopgave
1. Starten 72
2. Veiligheidsvoorschriften 73
3. Goed en degelijk solderen 76
4. Werking 77
5. Technische gegevens 83
6. De locdecoder inbouwen 84
7. De locdecoder programmeren 88
8. Configuratievariabelen en registers van de LD-G-33 et de LD-W-33 90
9. Gebruik 103
10. Checklist voor storingen 104
11. Voorschriften voor de bouwer, CE en garantie 105
Aansluitplannen (Fig. 1, 2 en Fig. 3) I Aansluitplan (Fig. 4) II Schakelplan (Fig. 5) II (Pagina’s I tot II in het midden kunnen uitgenomen worden.)
Aanwijzing: RailCom® is de geregistreerde naam van de firma Lenz Elektronik GmbH, Hüttenbergstraße 29, D-35398 Gießen. Om de leesbaarheid van de tekst te behouden hebben we ervan afgezien telkens hiernaar te verwijzen.
Pagina 71
Nederlands LD-G-33 / LD-W-33
!
1. Starten
Hoe deze handleiding u verder helpt
Deze handleiding helpt u stap voor stap bij het veilig en doelgericht inbouwen en het in bedrijf nemen. Voor u het in bedrijf stellen, raden wij u aan deze handleiding geheel te lezen, in het bijzonder de veiligheidsvoorschriften en het hoofdstuk over mogelijke fouten en hun oplossingen. U weet dan, waar u op moet letten om fouten, die vaak alleen met veel inspanning weer te verhelpen zijn, te vermijden.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, opdat u later bij eventuele storingen de werking weer kunt herstellen. Indien u de schakeling aan een ander doorgeeft, geef dan ook de handleiding door.
Gebruiksvoorschriften
De locdecoder is geschikt voor het inbouwen in een modelspoorlocomotief met een gelijkstroommotor (LD-G-33) of een wisselstroommotor (LD-W-33). Hij analyseert de digitale signalen, die door de centrale in Motorola- of DCC-format aan zijn adres worden gezonden en stuurt de motor van de loc alsmede extra functies. De decoder is niet geschikt om door kinderen onder de 14 jaar ingebouwd te worden.
Bij de gebruiksvoorschriften behoort ook het lezen, begrijpen en volgen van deze handleiding.
Ieder ander gebruik is niet gerechtvaardigd.
Let op:
De decoder is voorzien van geïntegreerde schakelingen (ICs). Deze zijn gevoelig voor statische elektriciteit. Raak daarom de onderdelen niet aan voordat u zichzelf heeft ontladen. Het is meestal voldoende om b.v. de radiator even aan te raken.
Pagina 72
LD-G-33 / LD-W-33 Nederlands
Controle van de inhoud
Controleer na het uitpakken de inhoud op volledigheid:
§ een decoder, al naar gelang de uitvoering met of zonder
aansluitdraden of met een aansluitstekker volgens NEM 652,
§ een elco 100µF / 35V,
§ een handleiding.
Attentie: vanwege productiemethoden kan het voorkomen dat de print niet volledig uitgerust is. Dit is geen fout.
Benodigde gereedschappen en materialen
Leg de volgende gereedschappen, hulpmiddelen en materialen gereed:
§ een soldeerbout (hoogstens 30 Watt) met dunne stift,
§ een soldeerstandaard,
§ een doekje, spons of siliconendoek,
§ een hittebestendige ondergrond,
§ een kleine zijkniptang, een isolatietang en een pincet,
§ soldeertin (liefst 0,5 mm. doorsnede),
§ lintdraad (Doorsnede: > 0,05 mm² voor alle aansluitingen).
2. Veiligheidsvoorschriften
Mechanische gevaren
Afgeknipte draden en uiteinden kunnen scherpe punten hebben, die bij onvoorzichtig vastpakken huidverwondingen kunnen opleveren. Pas daarom op voor scherpe punten bij het vastpakken.
Zichtbare beschadigingen van onderdelen kunnen tot niet calculeerbare gevaren leiden. Bouw beschadigde onderdelen niet in, maar verwijder deze zoals voorgeschreven en vervang ze door nieuwe.
Pagina 73
Nederlands LD-G-33 / LD-W-33
Elektrische gevaren
§ Aanraken van onder spanning staande delen,
§ aanraken van geleidende delen, die in geval van fouten onder
spanning staan,
§ kortsluitingen,
§ aansluiten aan een niet geschikte spanning,
§ ontoelaatbaar hoge luchtvochtigheid,
§ vorming van condenswater
kan tot gevaarlijke lichaamsstromen leiden en daardoor verwondingen aanrichten. Voorkom dit gevaar door de volgende maatregelen te nemen:
§ Voer bedradingwerkzaamheden alleen uit in een spanningsloze toestand.
§ Het inbouwen kan alleen gedaan worden in gesloten, schone en
droge ruimtes. Vermijd in de werkomgeving vocht en nattigheid.
§ Gebruik voor de decoder alleen lage spanningen zoals aangegeven
in de technische gegevens. Gebruik daarvoor uitsluitend goedgekeurde transformatoren.
§ Steek de netstekker van transformatoren en soldeerbouten /
soldeerstations alleen in goed geïnstalleerde wandcontactdozen.
§ Let bij het maken van elektrische verbindingen op de juiste
draaddoorsnede.
§ Na de vorming van condenswater dient u voor het werk 2 uur
acclimatiseringtijd in acht te nemen.
§ Gebruik bij reparatiewerkzaamheden uitsluiten originele reserve-
onderdelen.
Brandgevaar
Wanneer de hete soldeerpunt met brandbaar materiaal in contact komt ontstaat een brandhaard. Deze kan een brand veroorzaken en daardoor levensgevaarlijke verwondingen veroorzaken door verbranding en rookvergiftiging. Steek de netstekker van de soldeerbout of het soldeerstation alleen in het stopcontact gedurende de tijd die u voor het solderen nodig heeft. Houdt de soldeerpunt nooit in de buurt van brandbare materialen. Gebruik een goede soldeerbouthouder. Laat de hete soldeerbout nooit zonder toezicht liggen.
Pagina 74
LD-G-33 / LD-W-33 Nederlands
Thermische gevaren
Wanneer per ongeluk de hete soldeerpunt met uw huid in aanraking komt, of wanneer vloeibare soldeertin op de huid springt, bestaat het gevaar van huidverbranding. Voorkom dit gevaar door:
§ bij uw werkzaamheden een hittebestendige onderlegger te gebruiken,
§ de soldeerbout altijd op een goede soldeerbouthouder weg te leggen,
§ bij het solderen op een juiste behandeling van de soldeerstift te
letten,
§ vloeibare soldeertin met een dikke vochtige lap of spons van de
soldeerstift af te strijken.
Omgevingsgevaren
Een te klein, ongeschikt werkoppervlak en beperkte ruimteverhoudingen kunnen per ongeluk huidverbrandingen of brand teweegbrengen. Voorkom dit gevaar door een toereikend, schoon werkoppervlak in te richten met voldoende bewegingsvrijheid.
Andere gevaren
Kinderen kunnen uit onachtzaamheid of door een gemis aan verantwoordelijkheidsgevoel alle hiervoor beschreven gevaren veroorzaken. Om gevaar voor lijf en leden te voorkomen mogen kinderen onder de 14 jaar bouwstenen niet inbouwen.
Kleine kinderen kunnen zeer kleine onderdelen met scherpe draadeinden inslikken. LEVENSGEVAARLIJK! Zorg er daarom voor dat onderdelen niet in handen van kleine kinderen komen.
In scholen, opleidingsinstituten, hobby- en sociale werkplaatsen dient de bouw, het inbouwen en het gebruik van bouwgroepen door geschoold personeel te worden begeleid.
In industriële instellingen zijn de voor die bedrijfstak geldende voorschriften voor het gebruik van elektrische componenten van toepassing (NEN 1010).
Pagina 75
Nederlands LD-G-33 / LD-W-33
!
3. Goed en degelijk solderen
Let op:
Bij ondeskundig solderen kan er brandgevaar optreden. Vermijd dit gevaar: lees hoofdstuk Veiligheidsvoorschriften goed door en volg de aanwijzingen op.
§ Gebruik een kleine soldeerbout van hoogstens 30 Watt. Houd de
soldeerstift schoon waardoor de warmte van de soldeerbout goed naar de te solderen plaatst kan worden geleid.
§ Gebruik alleen elektronica soldeertin met een vloeimiddel.
§ Gebruik bij het solderen van elektronische schakelingen nooit
soldeerwater of soldeervet. Deze bevatten zuren, die de onderdelen en koperbanen kunnen beschadigen.
§ Soldeer snel: door te lang solderen worden onderdelen beschadigd. Ook
heeft dit het loslaten van de soldeerogen en koperbanen als gevolg.
§ Houd de soldeerstift zodanig op de soldeerplek, dat gelijktijdig het
soldeeroog en de draad verhit worden. Voer gelijktijdig (niet te veel) soldeertin toe. Zodra de soldeertin begint te vloeien haalt u het weg. Dan wacht u nog een moment, totdat het achtergebleven soldeertin goed is doorgelopen alvorens de soldeerstift van de soldeerplek weg te halen.
§ Beweeg het de zojuist gemaakte soldering gedurende 5 seconden niet.
§ Voorwaarde voor een correcte soldeerplek en goed solderen is een
schone en niet geoxideerde soldeerstift. Strijk daarom voor elke soldering het overtollige soldeertin en het vuil weg met een vochtige spons, een dikke vochtige doek of een siliconendoek.
§ Controleer na het solderen (het beste met een loep), of niet per ongeluk
printbanen met tin zijn overbrugd. Dit kan niet alleen leiden tot een verkeerde werking, maar ook tot beschadiging van deze onderdelen. U kunt overvloedig soldeertin met een schone soldeerstift opnieuw vloeibaar maken. De tin vloeit dan van de print naar de soldeerstift.
Pagina 76
LD-G-33 / LD-W-33 Nederlands
4. Werking
Aansturing in het digitaal bedrijf
De locdecoder LD-G-33 of LD-W-33 is een multiprotocol decoder, die zowel signalen in het DCC-format als in het Motorola-format analyseert. Hij herkent automatisch in welk format de centrale de signalen aan zijn adres stuurt.
Het aantal adresmogelijkheden is afhankelijk van het format waarmee de decoder wordt aangestuurd.
Motorola-format: 255 adressen. DCC-format: 127 basisadressen of 10.239 extra adressen. In DCC-format kan de decoder in alle rijstappenmodi (14, 28 of 128
rijstappen) worden aangestuurd. In Motorola-format kan de decoder 14 of 27 rijstappen aansturen. De
aansturing van alle 27 rijstappen is alleen mogelijk met centrales die deze mode in het Motorola format ondersteunen (b.v. de MasterControl). Bij centrales die alleen de aansturing van 14 rijstappen ondersteunen kan slechts iedere tweede beschikbare rijstap worden aangestuurd.
De programmering van de decoders wordt voor het DCC-format via de instellingen van de configuratievariabelen (DCC-conform) gedaan en voor het Motorola-format via de registers.
Aansturing in de analoge mode
De locdecoder LD-G-33 of LD-W-33 kan ook op analoge modelspoorbanen worden gebruikt. Hij kan zowel met een wisselstroom­als met een gelijkstroom rijregelaar worden gebruikt. Zodra het voertuig op de rails wordt gezet herkent de decoder automatisch of hij door een analoog of digitaal signaal wordt aangestuurd en stelt de overeenkomstige bedrijfsmode in. De automatische herkenning van het analoog bedrijf kan worden uitgeschakeld.
Pagina 77
Nederlands LD-G-33 / LD-W-33 De lastregeling van de LD-G-33 is ook in analoog bedrijf actief. De
ingestelde maximale snelheid begrenst ook in analoog bedrijf de maximum snelheid van de loc.
Het in- en uitschakelen van de functie-uitgangen is bij analoog bedrijf niet mogelijk. Ze kunnen dusdanig worden geprogrammeerd dat ze in het analoog bedrijf in- of uitgeschakeld zijn. De effecten die voor de uitgangen zijn ingesteld zijn ook actief binnen het analoog bedrijf.
Uitgangen die met F0 worden geschakeld, worden in analoog bedrijf overeenkomstig de rijrichting in- of uitgeschakeld.
Kortsluitbeveiliging
Zodra de toegestane totale stroom van de decoder (1.500 mA) wordt overschreden, schakelt de decoder automatisch de motor- en functie­uitgangen voor een korte periode uit. Dit wordt net zolang herhaald totdat de kortsluiting is opgeheven.
Motoraansturing
De beide type decoders LD-G-33 en LD-W-33 zijn dusdanig opgebouwd dat ze het juiste motortype optimaal aansturen.
De locdecoder LD-G-33 stuurt de (gelijkstroom-) motor aan met een PBM van naar keuze 17 of 32 kHz. Daardoor is een geruisloze en gelijkmatige loop van de motor gewaarborgd. De decoder is daardoor ook geschikt voor de aansturing van klokanker- (Faulhaber-) motoren.
De LD-W-33 stuurt de (wisselstroom-) motor aan met een PBM van 480 Hz en is daarmee optimaal ingesteld voor de meeste motoren van dit type.
Lastregeling (alleen bij LD-G-33)
De locdecoder LD-G-33 voor locomotieven met een gelijkstroommotor heeft een lastregeling, de locdecoder LD-W-33 voor locomotieven met een wisselstroommotor niet. De lastregeling beïnvloedt de motorspanning dusdanig dat de snelheid van de loc tijdens het rijden bij een gekozen rijstap constant blijft, onafhankelijk van de belasting (b.v. rijden tegen hellingen, aangekoppelde wagens).
Pagina 78
LD-G-33 / LD-W-33 Nederlands Door het wijzigen van een CV van de decoder kan de lastregeling
worden in- of uitgeschakeld. De lastregelparameters kunnen eveneens door het veranderen van een CV worden gewijzigd, om de decoder aan te passen op de individuele eigenschappen van de motor.
Lastregelparameter: De lastregeling wordt bepaald door drie op elkaar afgestemde parameters, die op elkaar afgestemd moeten zijn om optimale rijeigenschappen te verkrijgen. Aan iedere lastregelparameter is een CV toegewezen. De parameters zijn:
KP: Het proportionele bestanddeel van de regeling zorgt er direct voor dat het onderscheid tussen de MOET waarde en de IS waarde zo klein mogelijk is. De waarde "0" is onmogelijk. Dit heeft zijn uitwerking op de basissnelheid. Is de ingestelde waarde te klein dan rijdt de loc te langzaam. Is de waarde te groot dan schokt de loc tijdens de rit.
KI: Het integrale aandeel van de regeling zorgt ervoor dat het resterende onderscheid tussen de MOET en de IS waarde gereduceerd wordt naar 0 en daarmee ook dat kleine afwijkingen worden opgeheven. Is de ingestelde waarde te hoog dan leidt dat tot een heftig schokken van de loc tijdens de rit.
KD: Het differentiële aandeel van de regeling zorgt ervoor dat de regeling niet te snel wordt omgezet. Is de ingestelde waarde te laag dan schokt de loc tijdens de rit. Is de ingestelde waarde te hoog dan schommelt de loc tijdens de rit.
Snelheidskromme
Door het instellen van de vertrek- en de maximumsnelheid kan de decoder worden aangepast aan de individuele rijeigenschappen van de motor en de karakteristieke rijsnelheid van het loctype. Uit de vertrek­en maximumsnelheid bepaalt de decoder een lineaire snelheidskromme.
Wanneer de rijstappenmode is ingesteld op 28 rijstappen, kan aan de lineaire snelheidskromme aan elk van de 28 rijstappen een willekeurige motorspanning worden toegewezen. Dit maakt het mogelijk een aan de
Pagina 79
Nederlands LD-G-33 / LD-W-33 motor aangepaste snelheidskromme te creëren. De ingestelde waarden
worden in de alternatieve snelheidskromme opgeslagen.
Rangeerstand
Door het overeenkomstig programmeren via een functietoets naar de rangeermode worden overgeschakeld. In de rangeermode wordt de snelheid van alle rijstappen tot ca. 50% ten opzichte van de ingestelde snelheid gereduceerd.
Optrek- en remsnelheid
De optrek- en remsnelheid zijn gescheiden van elkaar via de centrale te programmeren.
Noodstop
Bij het omkeren van de rijrichting wordt automatisch een noodstop uitgevoerd.
Schleperomschakeling
De LD-G-33 resp. de LD-W-33 heeft een functie-uitgang die zodanig geprogrammeerd kan worden dat hij het relais voor een sleperomschakeling schakelt.
Functie-uitgangen
De decoder heeft zes functie-uitgangen met een maximale stroom van elk 500 mA waaraan naar behoefte verbruikers kunnen worden aangesloten (b.v. verlichting, rookgenerator, geluidsmodule, elektrische koppeling. De totale maximum stroom van de decoder (inclusief motorstroom) bedraagt 1.500 mA.
De functie-uitgangen worden in DCC-format via de functietoetsen F0 t/m F12 geschakeld. In Motorola-format worden de functie-uitgangen via de functietoetsen F0 t/m F4 geschakeld. De functies F5 t/m F9 kunnen worden geschakeld via de functietoetsen F1 t/m F4 en F0, die aan een tweede decoderadres zijn toegewezen. De functies F10 t/m F12 zijn bij Motorola niet beschikbaar.
Pagina 80
LD-G-33 / LD-W-33 Nederlands De toewijzing van de functietoetsen aan de functie-uitgangen van de
decoder is vrij naar keuze. Het is mogelijk om een functie-uitgang aan meerdere functietoetsen toe te wijzen.
SUSI-aansluiting
Op de LD-G-33 / LD-W-33 kan een SUSI-module worden aangesloten, die ook via de decoder geprogrammeerd kan worden. Het uitlezen van de data van de SUSI-module is via de decoder niet mogelijk.
De locdecoder geeft de toestand van de functies en de op de centrale ingestelde rijstap door aan de SUSI-module. Daardoor worden snelheidsafhankelijke functies van de SUSI-module beïnvloed. (b.v. motorgeluid).
Effecten van de functie-uitgangen
Voor alle functie-uitgangen kunnen de volgende effecten apart worden ingesteld:
Dimmen: De spanning die aanwezig is op de uitgang, kan door de overeenkomstige programmering worden gereduceerd. Voorbeeld: De voor het analoog bedrijf bedoelde lampjes van oudere voertuigen kunnen worden gedimd en hoeven daarom na het inbouwen van de decoder niet te worden verwisseld. Bovendien is de mogelijkheid aanwezig de spanning afhankelijk van de rijtrap te dimmen. Hierdoor kan b.v. een matige rookontwikkeling worden gerealiseerd bij een stop of een uitgeschakelde of gedimde stuurstandverlichting tijdens het rijden.
Kickfunctie: De versterkte functie-uitgangen kunnen zo worden ingesteld dat ze de eerste 20 seconden de volle spanning behouden en daarna gedimd worden. Voorbeeld: Bij enkele typen elektrische koppelingen is voor het ontkoppelen de volle spanning noodzakelijk. Om de koppeling te lossen moet aansluitend de spanning worden gereduceerd. De uitgangen kunnen bovendien zodanig worden geprogrammeerd, dat na het uitvoeren van de kickfunctie de loc automatisch een stukje van de ontkoppelde wagens wegrijdt.
Pagina 81
Loading...
+ 29 hidden pages