TAMS Elektronik LC-NG series User manual [nl]

tams elektronik
Handleiding
Voor alle kits en geassembleerde modules
tams elektronik
n n n
LC-Modules
Next Generation
Artikel nummers 53-04015 tot 53-04147
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Inhaltsverzeichnis
Deel A: Algemene informatie........................................5
1. Starten.......................................................................................5
2. Veiligheidsvoorschriften...............................................................9
3. Goed en degelijk solderen..........................................................11
4. Werking....................................................................................13
5. Technische gegevens.................................................................15
6. Het bouwen van de bouwset......................................................16
7. Aansluiten van de LC-NG modulen..............................................19
7.1. Aansluiting op de stroomvoorziening................................20
7.2. Aansluiten van een schakelaar of drukknop......................21
7.3. Aansluiten gloeilampen....................................................24
7.4. Aansluiten van LED's.......................................................25
7.5. Aansluiting van een luidspreker (LC-NG-05,-06,-08)..........30
7.6. Aansluiting van een servo (LC-NG-07,-08,-10)..................32
7.7. Aansluiting van circuits op lager niveau............................33
7.8. Verbindingstest...............................................................34
7.9. Configuratie....................................................................35
8. Checklist voor het oplossen van problemen.................................40
9. Garantieverklaring.....................................................................43
10. EU-Conformiteitsverklaring.........................................................44
11. Verklaringen bij AEEA-richtlijn....................................................44
Deel B: LC-NG-versies................................................45
1. LC-NG-01 "Stadsverlichting".......................................................45
1.1. Werking..........................................................................45
Pagina 2
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands
1.2. Pin toewijzing LC-NG-01..................................................46
1.3. Aansluiting van gecascadeerde modules LC-NG-01............47
2. LC-NG-02 "Residentiële gebouwen"............................................50
2.1. Werking..........................................................................50
2.2. Pin toewijzing LC-NG-02..................................................52
2.3. Aansluiting van synchrone modules LC-NG-02...................53
2.4. Volgorde Huis 1 & 2........................................................55
2.5. Volgorde Huis 1 & 2........................................................57
3. LC-NG-03 "Kantoor- en bedrijfsgebouwen"..................................60
3.1. Werking..........................................................................60
3.2. Pin toewijzing LC-NG-03..................................................62
4. LC-NG-04 "Straatlantaarns"........................................................63
4.1. Werking..........................................................................63
4.2. Pin toewijzing LC-NG-4....................................................64
5. LC-NG-05 "Wegverkeer"............................................................65
5.1. Werking..........................................................................65
5.2. Pin toewijzing LC-NG-05..................................................67
6. LC-NG-06 "Reddingsdienstvoertuigen"........................................68
6.1. Werking..........................................................................68
6.2. Pin toewijzing LC-NG-06 "Knipperlichten"..........................69
6.3. Pin toewijzing LC-NG-06 "Flitsers"....................................70
7. LC-NG-07 "(Wegen-) Bouwplaats"..............................................71
7.1. Werking..........................................................................71
7.2. Pin toewijzing LC-NG-07..................................................72
8. LC-NG-08 "Brandweerkazerne"...................................................73
8.1. Werking..........................................................................73
8.2. Pin toewijzing LC-NG-08..................................................74
8.3. Procedure.......................................................................75
9. LC-NG-09 "Station"....................................................................76
Pagina 3
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
9.1. Werking..........................................................................76
9.2. Pin toewijzing LC-NG-09..................................................77
10. LC-NG-10 "Workshop"...............................................................78
10.1. Werking..........................................................................78
10.2. Pin toewijzing LC-NG-10..................................................79
10.3. Procedure.......................................................................80
11. LC-NG-11 "Flakkerend vuur & kaarslicht"....................................81
11.1. Werking..........................................................................81
11.2. Pin toewijzing LC-NG-11..................................................82
12. LC-NG-12 "Evenement"..............................................................83
12.1. Werking..........................................................................83
12.2. Pin toewijzing LC-NG-12..................................................84
13. LC-NG-13 "Looplichten".............................................................85
13.1. Werking..........................................................................85
13.2. Pin toewijzing LC-NG-13..................................................86
14. LC-NG-14 "Kermisverlichting".....................................................89
14.1. Werking..........................................................................89
14.2. Pintoewijzing LC-NG-14...................................................90
Versie 1.2 | 06/2021 | © Tams Elektronik GmbH
Alle rechten voorbehouden, met name het recht van verveelvoudiging en distributie, alsmede vertaling. Voor kopieën, reproducties en wijzigingen in welke vorm dan ook is de schriftelijke toestemming van Tams Elektronik GmbH vereist. Wij behouden ons het recht voor om technische wijzigingen aan te brengen.
De handleiding afdrukken
De opmaak is geoptimaliseerd voor dubbelzijdig afdrukken. De standaard paginagrootte is DIN A6. Als u de voorkeur geeft aan een grotere weergave, wordt het aanbevolen op DIN A5 af te drukken.
Pagina 4
tams elektronik
!
LC-Modules Next Generation Nederlands

Deel A: Algemene informatie

1. Starten

Hoe deze handleiding u verder helpt
Deze handleiding helpt u stap voor stap bij het veilig en doelgericht bouwen van de kit en bij het inbouwen en het in bedrijf nemen van de geassembleerde module. Voor u met de bouw van de kit resp. het in bedrijf stellen begint, raden wij u aan deze handleiding geheel te lezen, in het bijzonder de veiligheidsvoorschriften en het hoofdstuk over mogelijke fouten en hun oplossingen. U weet dan, waar u op moet letten om fouten, die vaak alleen met veel inspanning weer te verhelpen zijn, te vermijden.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, opdat u later bij eventuele storingen de werking weer kunt herstellen. Indien u de kit of de geassembleerde module aan een ander doorgeeft, geef dan ook de handleiding door.
Gebruiksvoorschriften
De LC-NG modulen zijn bestemd voor gebruik in de modelbouw en in modelspoorinstallaties overeenkomstig de bepalingen van deze handleiding. Ieder ander gebruik is niet toegestaan, hierdoor verloopt de garantie overeenkomst.
De LC-NG modulen zijn niet geschikt om door kinderen onder de 14 jaar te worden gebouwd en/of ingebouwd.
Bij de gebruiksvoorschriften behoort ook het lezen, begrijpen en volgen van deze handleiding.
Opmerking: De LC-NG modules bevatten geïntegreerde schakelingen (IC's). Deze zijn gevoelig voor elektrostatische lading. Raak deze onderdelen dus niet aan voordat u ze "ontladen" hebt. Hiervoor is b.v. een greep op een radiator voldoende.
Pagina 5
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Inhoud controleren
Controleer na het uitpakken de inhoud van de verpakking:
een kit bestaande uit alle in de onderdelenlijst (pagina 17) vermelde
onderdelen en een gedrukte schakeling, of
een kant-en-klaar module ofeen kant-en-klaar module met behuizing;extra voor modulen LC-NG-01 en LC-NG-02 (vanaf softwareversie
06/2021): een diode 1N400x, x = 2...7.
Lampen, LED's, servo's en luidsprekers die op de uitgangen van de LC­NG modulen kunnen worden aangesloten, alsmede alle eventueel benodigde extra componenten, zijn niet in de levering inbegrepen.
Om de kit in elkaar te zetten heeft u nodig
een soldeerbout met temperatuurregeling en een dunne punt en een
aflegstandaard of een gecontroleerd soldeerstation
een schraper, doek of spons een hittebestendig kusseneen kleine zijkniptang en een draadstripperindien nodig een pincet en een platte neus tangelektronisch soldeer (bij voorkeur 0,5 t/m 0,8 mm diameter)
Als stroomvoorziening heb je nodig
een wisselstroomtransformator met een nominale spanning van 10
tot 18 volt of
een gelijkstroomvoeding met een nominale spanning van 10 tot 22
volt
U kunt meerdere LC-NG modules of andere belastingen/schakelingen op één transformator of één voedingsunit aansluiten. Voor een betere overzichtelijkheid wordt het gebruik van een verdeelbord aanbevolen (b.v. Power-Block artikel nr. 72-00315 of 72-00316).
Pagina 6
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands
Gestrande draden
U hebt kabeleinden nodig om de module aan te sluiten. Aanbevolen doorsneden:
Aansluitingen op de stroomvoorziening: > 0,14 mm² Aansluiting van drukknoppen of schakelaars: > 0,04 mm² Aansluiting van de belastingen: afhankelijk van de belasting
Schakelaars of knoppen
Om de schakelingang te activeren heeft u, afhankelijk van de versie, het volgende nodig
een schakelaar (b.v. art. nr. 84-51510-02) ofeen drukknop (bijv. art. nr. 84-5212x-05)
Nadere informatie → Afdeling 7.2
Aansluiting van ondergeschikte stroomkringen
U moet ondergeschikte stroomkringen via een relais en een beveiligingsdiode aansluiten indien de stroom van de stroomkring en de aangesloten belastingen hoger is dan 200 mA of indien galvanische scheiding vereist is, d.w.z. dat de stroomkring met een ander type stroom of op een andere stroomkring wordt aangesloten. In aanvulling op het circuit, heb je dan nodig
een relais (b.v. monostabiel relais 1xUm / 3 A / 12 V, art. nr. 84-
61011-01),
een beveiligingsdiode 1N400x, x = 2...7 (b.v. artikel nr. 83-11200-
10)
Pagina 7
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Servo
Als je een servo op de module wilt aansluiten, heb je nodig:
een servoeen stroom- en spanningsvoorziening (bijv. servobord art. nr. 70-
05900-01)
of een LC-NG servoset, bestaande uit servo, servobord en een
weerstand van 470 Ω (art. nr. 53-04321-01)
Opmerking: Niet alle modules hebben een uitgang voor het aansluiten van een servo.
Luidspreker
Als u een luidspreker op de module wilt aansluiten, hebt u nodig:
een luidspreker met een impedantie van ten minste 8 ohm.
Opmerking: Het wordt aanbevolen een luidspreker te gebruiken met een impedantie van: 32 of 50 Ohm.
een smoorspoel 1 mH (b.v. artikel nr. 84-30200-10)twee weerstanden 220 Ω/0,25 W of één weerstand 470 Ω/1 W (b.v.
artikel nr. 84-11134-10)
een elektrolytische condensator 22 μF/25 V (b.v. artikel nr.
84-43123-10)
of een LC-NG luidsprekerset bestaande uit een luidspreker LSF-
27M/SC, een geluidscapsule, een smoorspoel 1 mH, twee weerstanden 220 Ω/0,25 W, een elektrolytische condensator 22 μF/25 V (art. nr. 53-04311-01)
Opmerking: Niet alle modules hebben een uitgang voor het aansluiten van een luidspreker.
* In eerdere versies van de handleiding werd per abuis een elektrolytische condensator 220 µ/25 V gespecificeerd. Wanneer een elektrolytische condensator met deze waarde wordt gebruikt, is de geluidsweergave zeer stil.
Pagina 8
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands

2. Veiligheidsvoorschriften

Mechanische gevaren
Afgeknipte draden en uiteinden kunnen scherpe punten hebben, die bij onvoorzichtig vastpakken huidverwondingen kunnen opleveren. Pas daarom op voor scherpe punten bij het vastpakken.
Zichtbare beschadigingen van onderdelen kunnen tot niet calculeerbare gevaren leiden. Bouw beschadigde onderdelen niet in, maar verwijder deze zoals voorgeschreven en vervang ze door nieuwe.
Elektrische gevaren
Aanraken van onder spanning staande delen,aanraken van geleidende delen, die in geval van fouten onder
spanning staan,
kortsluitingen en aansluiten aan een niet geschikte spanning,ontoelaatbaar hoge luchtvochtigheid en vorming van condenswater
kan tot gevaarlijke lichaamsstromen leiden en daardoor verwondingen aanrichten. Voorkom dit gevaar door de volgende maatregelen te nemen:
Voer bedradingwerkzaamheden alleen uit in een spanningsloze toestand.Het bouwen en inbouwen kan alleen gedaan worden in gesloten, schone
en droge ruimtes. Vermijd in de werkomgeving vocht en nattigheid.
Gebruik voor het apparaat alleen lage spanningen zoals aangegeven
in de technische gegevens. Gebruik daarvoor uitsluitend goedgekeurde transformatoren.
Steek de netstekker van transformatoren en soldeerbouten /
soldeerstations alleen in goed geïnstalleerde wandcontactdozen.
Let bij het maken van elektrische verbindingen op de juiste
draaddoorsnede.
Na de vorming van condenswater dient u voor het werk tot 2 uur
acclimatiseringtijd in acht te nemen.
Gebruik bij reparatiewerkzaamheden uitsluiten originele reserve-
onderdelen.
Pagina 9
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Brandgevaar
Wanneer de hete soldeerpunt met brandbaar materiaal in contact komt ontstaat een brandhaard. Deze kan een brand veroorzaken en daardoor levensgevaarlijke verwondingen veroorzaken door verbranding en rookvergiftiging. Steek de netstekker van de soldeerbout of het soldeerstation alleen in het stopcontact gedurende de tijd die u voor het solderen nodig heeft. Houdt de soldeerpunt nooit in de buurt van brandbare materialen. Gebruik een goede soldeerbouthouder. Laat de hete soldeerbout nooit zonder toezicht liggen.
Thermische gevaren
Wanneer per ongeluk de hete soldeerpunt met uw huid in aanraking komt, of wanneer vloeibare soldeertin op de huid springt, bestaat het gevaar van huidverbranding. Voorkom dit gevaar door:
bij uw werkzaamheden een hittebestendige onderlegger te
gebruiken,
de soldeerbout altijd op een goede soldeerbouthouder weg te
leggen,
bij het solderen op een juiste behandeling van de soldeerstift te
letten,
vloeibare soldeertin met een dikke vochtige lap of spons van de
soldeerstift af te strijken.
Omgevingsgevaren
Een te klein, ongeschikt werkoppervlak en beperkte ruimteverhoudingen kunnen per ongeluk huidverbrandingen of brand teweegbrengen. Voorkom dit gevaar door een toereikend, schoon werkoppervlak in te richten met voldoende bewegingsvrijheid.
Pagina 10
tams elektronik
!
!
LC-Modules Next Generation Nederlands
Andere gevaren
Kinderen kunnen uit onachtzaamheid of door een gemis aan verantwoordelijkheidsgevoel alle hiervoor beschreven gevaren veroorzaken. Om gevaar voor lijf en leden te voorkomen mogen kinderen onder de 14 jaar bouwsets niet bouwen en bouwstenen niet inbouwen.
Let op:
Kleine kinderen kunnen zeer kleine onderdelen met scherpe draadeinden inslikken. LEVENSGEVAARLIJK! Zorg er daarom voor dat onderdelen niet in handen van kleine kinderen komen.
In scholen, opleidingsinstituten, hobby- en sociale werkplaatsen dient de bouw, het inbouwen en het gebruik van bouwgroepen door geschoold personeel te worden begeleid.
In industriële instellingen zijn de voor die bedrijfstak geldende voorschriften voor het gebruik van elektrische componenten van toepassing (NEN 1010).

3. Goed en degelijk solderen

Let op:
Bij ondeskundig solderen kan er brandgevaar optreden. Vermijd dit gevaar: lees hoofdstuk Veiligheidsmaatregelen goed door en volg de aanwijzingen op.
Gebruik een soldeerbout met temperatuurregeling, die u instelt op
ca. 300 °C.
Gebruik alleen elektronisch soldeer met een flux.Gebruik nooit soldeerwater of soldeervet bij het solderen van
elektronische schakelingen. Deze bevatten een zuur dat componenten en geleiders vernietigt.
Pagina 11
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Steek de aansluitdraden van de componenten zo ver mogelijk door
de gaten van de printplaat zonder kracht te zetten. De behuizing van het onderdeel moet dicht boven de printplaat zitten.
Zorg ervoor dat de polariteit van de componenten correct is voordat
u ze soldeert.
Soldeer snel: te lang solderen kan ertoe leiden dat pads of tracks
losraken of zelfs onderdelen vernielen.
Houd de soldeerstift op het soldeerpunt zodanig dat deze de
componentdraad en het pad tegelijkertijd raakt. Voeg (niet te veel) soldeer tegelijkertijd toe. Zodra het soldeer begint te vloeien, verwijdert u het van het soldeerpunt. Wacht dan even tot het soldeer goed vloeit voordat u de soldeerbout uit de soldeerverbinding haalt.
Verplaats het onderdeel dat u zojuist hebt gesoldeerd niet voor
ongeveer 5 seconden.
Een schone, niet geoxideerde (schaalloze) soldeerstift is essentieel
voor een perfecte soldeerverbinding en een goede soldering. Veeg daarom voor elke soldering overtollig soldeer en vuil af met een vochtige spons, een dikke vochtige doek of een siliconenwisser.
Knip na het solderen de aansluitdraden direct boven het soldeerpunt
af met een zijkniptang.
Controleer na de montage altijd opnieuw of alle componenten
correct zijn geplaatst en gepolariseerd. Controleer ook of er geen verbindingen of sporen per ongeluk zijn overbrugd met tin. Dit kan niet alleen leiden tot storingen, maar ook tot de vernietiging van dure onderdelen. Met de schone hete soldeerstift kunt u overtollig soldeer opnieuw vloeibaar maken. Het soldeer vloeit dan van de plank naar de soldeerstift.
Pagina 12
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands

4. Werking

De LC-NG module wordt bestuurd door een microcontroller. Het programma, dat is opgeslagen in de microcontroller,
regelt de 14 uitgangen van de module. De volgorde en timing van
het programma verschillen tussen de verschillende versies.
bepaalt of en op welke uitgangen servo's en/of luidsprekers kunnen
worden aangesloten.
bepaalt welk effect de schakelaaringang en de trimpot hebben op de
programma-sequentie.
Uitgangen
Op de 14 uitgangen kan het volgende worden aangesloten
lampen of LED's (via weerstanden in serie)andere circuits (eventueel via een relais) servo's en/of luidsprekers in sommige versies
Schakelingang
Afhankelijk van de versie en of de schakelingang van de module al dan niet met massa verbonden is,
het programma wordt gestart of beëindigd;een speciale actie wordt geactiveerd;de ene of de andere variant van een programma wordt gespeeld.
Configuratie
Met verschillende versies van de LC-NG module is een individuele configuratie mogelijk, b.v. de keuze van een programmavariant. De instelling wordt opgeslagen en kan tijdens de werking niet worden gewijzigd.
Pagina 13
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Bij verschillende uitvoeringen van de LC-NG module kunnen verdere instellingen (b.v. snelheid van de sequentie, lengte van de pauzes tussen de herhalingen) tijdens de werking op de trimpotentiometer worden uitgevoerd.
Testmodus
Indien de trimpotentiometer op de linker aanslag is gezet, schakelt de LC-NG module bij het inschakelen in de teststand. Alle lampen of LED's aan de uitgangen worden na elkaar ingeschakeld.
Versies
LC-NG-01 Stadsverlichting → Sectie 1 pagina 45 LC-NG-02 Residentiële gebouwen → Sectie 2 pagina 50 LC-NG-03 Kantoor- en
bedrijfsgebouwen
→ Sectie 3 pagina 60
LC-NG-04 Straatlantaarns → Sectie 4 pagina 63 LC-NG-05 Wegverkeer → Sectie 5pagina 65 LC-NG-06 Reddingsdienstvoertuigen → Sectie 6 pagina 68 LC-NG-07 (Wegen-) Bouwplaats → Sectie 7 pagina 71 LC-NG-08 Brandweerkazerne → Sectie 8 pagina 73 LC-NG-09 Station → Sectie 9 pagina 76 LC-NG-10 Workshop → Sectie 10 pagina 78 LC-NG-11 Flakkerend vuur &
kaarslicht
→ Sectie 11 pagina 81
LC-NG-12 Evenement → Sectie 12 pagina 83 LC-NG-13 Looplichten → Sectie 13 pagina 85 LC-NG-14 Kermisverlichting → Sectie 14 pagina 89
Pagina 14
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands

5. Technische gegevens

Voedingsspanning 10 tot 18 volt wisselspanning
of 10 tot 22 Volt gelijkspanning
Stroomverbruik (zonder aangesloten belastingen) ca. 40 mA
Maximale totale stroom 1.000 mA
Aantal uitgangen 14
Max. Stroom per uitgang 200 mA
Aantal schakelingangen 1
Beschermingsklasse IP 00
Omgevingstemperatuur
tijdens bedrijf tijdens opslag
0 ... +60 °C
-10 ... +80 °C
Toelaatbare relatieve vochtigheid max. 85 %
Afmetingen
van het bord met behuizing
ca. 37 x 28 mm ca. 39 x 31 x 13 mm
Gewicht
van het geassembleerde bord met behuizing
ca. 13 g ca. 15 g
Pagina 15
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation

6. Het bouwen van de bouwset

Dit gedeelte kunt u overslaan indien u een kant en klare bouwsteen heeft aangeschaft.
Voorbereiding
Plaats de onderdelen gesorteerd voor u op het werkstation. De verschillende onderdelen hebben de volgende bijzonderheden:
Elektrolytische condensatoren
Elektrolytische condensatoren worden vaak gebruikt om energie op te slaan. In tegenstelling tot keramische condensatoren zijn zij gepolariseerd. De waarde is op het doosje gedrukt. Ze zijn verkrijgbaar met verschillende spanningssterkten. Het gebruik van een elektrolytische condensator met een hogere spanningsweerstand dan vereist is zonder problemen mogelijk.
Trimpotentiometers
Trimpotentiometers (afgekort "trim pots") zijn weerstanden waarvan de weerstandswaarde kan worden gewijzigd en zo aan de eisen kan worden aangepast. Zij hebben een kleine gleuf in het midden, waarin een kleine schroevendraaier wordt gestoken om de weerstandswaarde in te stellen. De maximale weerstandswaarde is op de behuizing gedrukt.
Aansluitklemmen
Aansluitklemmen maken het mogelijk om zonder te solderen, zekere en makkelijk los te maken aansluitingen van de aansluitkabel aan de schakeling. Modulaire terminals zijn bijvoorbeeld ontworpen als eenrijige terminals met 2 of 3 polen. Door het aan elkaar schuiven kunnen aansluitingen met willekeurig veel polen samengesteld worden.
Pagina 16
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands
Lijst van onderdelen
Onderdeel Waarde Nummer
Elektrolytische condensator
100 µF/25 V 1
Trim pot 500 K 1
Aansluitklemmen 2-polig, tussenafstand 3,5 mm 2
7-polig*, tussenafstand 3,5 mm
* bestaande uit twee 2-polige en een 3-polige modulaire terminal
2
Montage
De lichtcomputer LC-NG wordt geassembleerd aan de kant die niet is voorzien van SMD componenten. De componenten worden gesoldeerd aan de kant die is voorzien van SMD-componenten.
Montagezijde Soldeerzijde
Ga te werk volgens de volgorde in de volgende lijst. Soldeer eerst de componenten vanaf de soldeerzijde en knip de uitstekende draadeinden met een paginasnijder vlak boven het soldeerpunt af. Neem de soldeerinstructies in hoofdstuk 3 in acht.
Pagina 17
tams elektronik
!
Nederlands LC-Modules Next Generation
Montage Afgewerkte module
1. Elektrolytische condensator
Let op de polariteit!
Als u de elektrolytische condensatoren met de verkeerde polariteit soldeert, zullen zij tijdens de inbedrijfstelling worden vernietigd. In het ergste geval kan de hele module beschadigd raken. Eén van de twee aansluitingen (de kortste) is gemarkeerd met een minteken.
2. Trim pot De montagerichting wordt bepaald door de
plaatsing van de drie connectoren.
3. Aansluitklemmen
Sluit de 7-polige aansluitingen op elkaar aan vóór de installatie.
Pagina 18
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands
Een optische controle uitvoeren
Voer na het bouwen een optische controle uit en verwijder eventueel aanwezige gebreken:
Verwijder alle losse delen zoals draadresten of tindruppels van de
print. Verwijder scherpe kanten of puntige draadeinden.
Controleer of dicht naast elkaar liggende soldeerplekken per ongeluk
met elkaar verbonden zijn. Kortsluitgevaar!
Controleer of alle delen juist gepoold zijn.
Wanneer alle problemen opgelost zijn gaat u verder met het volgende punt.

7. Aansluiten van de LC-NG modulen

In dit hoofdstuk vindt u informatie die van toepassing is op alle LC-NG modules. Zie ook het hoofdstuk in deel B van de handleiding, waarin de speciale kenmerken van de betreffende versie worden beschreven, met name de pintoewijzing.
Pagina 19
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation

7.1. Aansluiting op de stroomvoorziening

Gebruik het volgende als stroomvoorziening
een wisselstroomtransformator met een nominale spanning van 10
tot 18 volt of
een gelijkstroomvoeding met een nominale spanning van 10 tot 22
volt.
Bij aansluiting op gelijkspanning moet u altijd de polariteit in acht nemen. Bij aansluiting op een wisselstroomtransformator is de polariteit in eerste instantie niet van belang. Indien u meerdere LC-NG modulen op een transformator aansluit, moet u de aansluitingen van de modulen steeds op dezelfde wijze aan de transformatoraansluitingen toewijzen.
Om het overzicht te bewaren bij het aansluiten van meerdere LC-NG modules op een gemeenschappelijke voeding, wordt het gebruik van een verdeelbord aanbevolen.
Voorbeeld: Aansluiting van 13 LC-NG modulen op een verdeelbord Power-Block (Artikel nr. 72-00315 of 72-00316) Op één voedingsblok kunnen maximaal 13 circuits (of andere belastingen) worden aangesloten. Indien extra circuits of belastingen op een gemeenschappelijke stroombron moeten worden aangesloten, kunnen extra Power-Blocks in cascade worden geschakeld. Opmerking over de illustratie: De stroomverdeler is 4 maal vergroot afgebeeld ten opzichte van de LC-NG modules.
Pagina 20
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands

7.2. Aansluiten van een schakelaar of drukknop

De manier waarop de schakelingang wordt gebruikt, hangt af van de uitvoering van de LC-NG module.
Aansluiting van een schakelaar
Om de schakelingang permanent met massa te verbinden, kunt u een schakelaar installeren in de toevoerleiding naar de schakelingang.
LC-NG modules waarbij een schakelaar in de toevoerleiding naar de ingang moet worden geïnstalleerd om een specifieke actie te activeren zijn:
Pagina 21
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Versie LC-NG Actie
LC-NG-01 "Stadsverlichting" Starten/stoppen van de sequentie
LC-NG-02 "Residentiële gebouwen"
Omschakelen tussen programma­varianten (versie tot 06/ 2021)
Synchronisatie aan/uit en configuratie* (vanaf versie 06/2021)
LC-NG-03 "Kantoor- en bedrijfsgebouwen"
In- en uitschakelen van de verlichting in de eenheden 1 t/m 8
LC-NG-04 "Straatlantaarns" In- en uitschakelen van de
lantaarns | Configuratie*
LC-NG-05 "Wegverkeer" Omschakelen tussen
standaardwerking en geel­knipperen van de verkeerslichten
Configuratie*
LC-NG-06 "Reddingsdienstvoertuigen"
Starten/stoppen van de sequentie Configuratie*
LC-NG-08 "Brandweerkazerne" Configuratie*
LC-NG-09 "Station" Starten/stoppen van de sequentie
LC-NG-10 "Workshop" Fluorescentielampen aan/uit
LC-NG-11 "Flakkerend vuur & kaarslicht
Starten/stoppen van de sequentie
LC-NG-12 "Evenement" Omschakelen tussen normale en
show mode
LC-NG-13 "Looplichten" Configuratie*
LC-NG-14 "Kermisverlichting" Configuratie*
* Tijdens de configuratie van de module moet de schakelingang tijdelijk met massa worden verbonden. Het aansluiten van een schakelaar tijdens de configuratie is nuttig, maar niet noodzakelijk.
Pagina 22
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands
Aansluiten van een drukknop
Om de schakelingang kortstondig met massa te verbinden, kunt u in de toevoerleiding naar de schakelingang een drukknop inbouwen..
LC-NG modulen waarbij de schakelingang kortstondig met massa moet worden verbonden om een bepaalde actie te activeren zijn: :
Versie LC-NG Actie
LC-NG-07 "(Wegen-) Bouwplaats"
Aansturing van de servo's
LC-NG-08 "Brandweerkazerne" Inschakelen van het alarm
Pagina 23
tams elektronik
!
Nederlands LC-Modules Next Generation

7.3. Aansluiten gloeilampen

U kunt meestal twee tot drie gloeilampen op één uitgang aansluiten. Gloeilampen zijn niet gepolariseerd. Sluit de ene kant aan op de uitgang en de andere kant op de retourdraad.
Let op: De maximale stroom van 200 mA per uitgang en 1.000 mA voor de gehele module mag niet worden overschreden. In dat geval zou de uitgang of de module beschadigd worden.
Het is daarom van essentieel belang de nominale stroom (aangegeven in mA) op de lampvoet of op de verpakking van de lamp in acht te nemen. Bovendien moet u er rekening mee houden dat bij het inschakelen de stroom tot tweemaal zo hoog kan zijn als de opgegeven nominale stroom.
Pagina 24
tams elektronik
!
LC-Modules Next Generation Nederlands

7.4. Aansluiten van LED's

U kunt meerdere LED's parallel of serieel (in serie) op één uitgang aansluiten (zie volgende hoofdstukken). Welke aansluitvariant het meest geschikt is, hangt onder meer af van de inbouwsituatie.
LED's zijn gepolariseerd. Sluit de kathode (-) aan op de uitgang en de anode (+) op de retourleiding. In de bedrade versies heeft de anode (+) het langere "been", in de SMD-versies is de kathode (-) gemarkeerd (b.v. afgeschuinde hoek, kleurmarkering).
Let op: Lichtdiodes moeten altijd via een serieweerstand worden aangesloten, anders worden zij bij het inschakelen vernietigd. Aanwijzingen voor de keuze van een voorschakelweerstand → "Parallelle / seriële aansluiting van LED's".
Uitgang 14: Seriële
aansluiting van lichtgevende diodes
Uitgang 9: Parallelle
aansluiting van LED's
Pagina 25
tams elektronik
!
Nederlands LC-Modules Next Generation
Parallel aansluiten van LEDs
Bij het parallel aansluiten wordt elke LED via een eigen voorschakelweerstand op de uitgang aangesloten. De totale stroom van de uitgang wordt berekend door het optellen van de stromen van de LEDs.
Hoe hoog de stroom is, hangt af van de waarde van de voorschakelweerstand. Hoe hoger de waarde van de voorschakelweerstand, des te minder is de stroom en des te meer LEDs kunnen er op de uitgang worden aangesloten. Echter hoe hoger de waarde van de voorschakelweerstand des te minder fel lichten de LEDs op.
Let op: De maximale stroom van 200 mA per uitgang mag niet worden overschreden. In dat geval wordt de uitgang beschadigd.
Voorbeelden van parallel aansluiten van LEDs:
Voedingsspanning Voorschakel-
weerstand
Stroom per LED
max. aantal LEDs
per uitgang Trafo (~) | 12 V 1,5 kOhm 10 mA 20 Trafo (~) | 12 V 820 Ohm 20 mA 10 Trafo (~) | 15-16 V 2,2 kOhm 10 mA 20 Trafo (~) | 15-16 V 1 kOhm 20 mA 10 Trafo (~) | 18 V 2,7 kOhm 10 mA 20 Trafo (~) | 18 V 1,2 kOhm 20 mA 10
De berekening van de voorschakelweerstand wordt met de volgende formule gedaan:
Voorschakelweerstand (kOhm) = Spanning (V) / Stroom (mA)
Aanwijzing: De uitgangsspanning van een wisselspannings-trafo is ca. 1,4 maal de aangegeven nominale spanning. Bij gelijkstroomadapters komt de uitgangspanning overeen met de nominale spanning.
Pagina 26
tams elektronik
LC-Modules Next Generation Nederlands
Serieel aansluiten van LEDs
Bij het serieel aansluiten worden alle LEDs (in een rij) via één voorschakelweerstand op de uitgang aangesloten. Hoe hoog de stroom is, is afhankelijk van de voorschakelweerstand. Hoe hoger de voorschakelweerstand, des te lager de stroom. Doch de LEDs lichten minder fel op indien een hogere voorschakelweerstand wordt gekozen.
Hoeveel LEDs in serie kunnen worden aangesloten, hangt af van de nominale spanning van de trafo en de kleur van de LEDs. Wanneer teveel LEDs worden aangesloten is de spanning niet voldoende en lichten de LEDs niet op.
Voorbeelden van serieel aansluiten van LEDs:
Nominale spanning Trafo (~)*
1
Uitgangs­spanning*1 ca.
Doorlaat spanning LED*
2
Max. aantal LEDs*
3
per uitgang
12 V 17 V 2 V 7
4 V 3
16 V 22 V 2 V 10
4 V 4
18 V 25 V 2 V 11
4 V 5
*1 Nominale spanning en uitgangsspanning: De uitgangsspanning van een wisselspannings­trafo is ca. 1,4 maal de aangegeven nominale spanning. Bij gelijkstroomadapters komt de uitgangspanning overeen met de nominale spanning.
*2
De doorlaatspanning van witte en blauwe LEDs is ca. 4 V, die van de andere kleuren ca. 2 V.
*3 Toleranties en/of spanningsschommelingen leiden er vaak toe, dat in de praktijk de bereikte uitgangsspanning niet aanwezig is. Het is daarom aan te bevelen, een LED minder aan te sluiten dan theoretisch mogelijk.
Bereken een goede voorschakelweerstand als volgt:
gem. RV [Ohm] = ( UB [V] – UF [V] x nLED ) / (IF [mA] x 0,001)
U
B
= Uitgangsspanning| U
F
= doorlaatspanning van de LED
n
LED
= Aantal LEDs | I
F
= stroom bij max. lichtweergave
Pagina 27
tams elektronik
Nederlands LC-Modules Next Generation
Voorbeeld: aansluiten van 2 blauwe en 3 rode LEDs bij 18 V wisselspanning. Gewenste stroom 20 mA:
gem. RV = (25 V – 4 V x 2 – 2 V x 3) / (20 mA x 0,001) = 550 Ohm Gekozen wordt de volgende weerstandswaarde, die als standaard wordt
aangeboden, in dit geval dus een weerstand van 560 Ohm. Bij gebruik van een weerstand met een hogere waarde wordt de stroom door de LEDs minder en dus lichten de LEDs minder fel op.
Tip: Aansluiten van veel LED's op één LC-NG module
Indien U een groot aantal LED's op één uitgang van de LC-NG module wilt aansluiten (b.v. voor looplichten of kermisverlichtingen), kunt U ze het beste als volgt aansluiten: :
Sluit zoveel LED's in serie aan als de beschikbare werkspanning toelaat. Als u een 18 V AC transformator gebruikt, kunt u b.v. 5 witte of blauwe of 11 andere gekleurde LED's in serie schakelen. Verminder de stroom door een geschikte voorschakelweerstand te gebruiken, zodanig dat de helderheid van de LED's nog steeds aan uw eisen voldoet.
Pagina 28
Loading...
+ 64 hidden pages