
Nederlands Booster B-3
Inhoudsopgave
1. Waarom een Booster?.................................................................3
2. Starten.......................................................................................4
3. Veiligheidsvoorschriften...............................................................6
4. De B-3........................................................................................7
5. De modelspoorbaan verdelen.....................................................11
6. De booster aansluiten................................................................12
7. Instellingen...............................................................................16
8. Werking....................................................................................17
9. Checklist voor storingen.............................................................17
10. Garantieverklaring.....................................................................19
11. EU-conformiteitsverklaring.........................................................20
12. Verklaringen bij AEEA-richtlijn....................................................20
© 09/2016 Tams Elektronik GmbH
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag worden
vermenig-vuldigd opgeslagen of openbaar gemaakt, zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van Tams Elektronik GmbH.
Technische wijzigingen voorbehouden.
RailCom® is de geregistreerde naam van de firma:
Lenz Elektronik GmbH | Vogelsang 14 | DE-35398 Gießen
Om de leesbaarheid van de tekst te behouden hebben we ervan
afgezien telkens hiernaar te verwijzen.
Pagina 2

Booster B-3 Nederlands
1. Waarom een Booster?
Boosters hebben drie basis functies:
1. Het leveren van stroom die voor digitale locomotieven, wissels en
andere decoders nodig is.
2. De nodige rail spanning leveren zodat digitale rij en schakel
commando's bij alle decoders aankomen.
3. In het geval van een kortsluiting (b.v. bij het ontsporen van een
rijtuig) ervoor zorgen dat de stroom afgeschakeld wordt om schade aan
rails en rijtuigen te voorkomen.
Op RailCom-bewaakte modelspoorwegen stelt de booster bovendien het
zogenaamde RailCom-Cutout ter beschikking, dat nodig is voor de
overdracht van terugmelddata.
Het aantal noodzakelijke Boosters is afhankelijk van het stroomverbruik
van de modelbaan. Berekenen van de stroombehoefte:
1 loc spoor N 600 mA
1 loc spoor H0 800 mA
1 loc spoor 0 1.000 mA
binnenverlichting in een rijtuig
50 - 200 mA
een andere verbruiker
(b.v. geluidsmodule) 100 - 300 mA
reserve voor wissels 10% van de berekende totale
waarde
De Booster B-3 kan 2,5 A opwekken. Is het stroomverbruik groter dan
moet een overeenkomstig veelvoud van boosters voor de
stroomverzorging van de modelspoorbaan worden aangesloten.
Pagina 3

Nederlands Booster B-3
2. Starten
Hoe deze handleiding u verder helpt
Deze handleiding helpt u stap voor stap bij het inbouwen en het in
bedrijf nemen van de booster. Voor u met het in bedrijf stellen begint,
raden wij u aan deze handleiding geheel te lezen, in het bijzonder de
veiligheidsvoorschriften en het hoofdstuk over mogelijke fouten en hun
oplossingen. U weet dan, waar u op moet letten om fouten, die vaak
alleen met veel inspanning weer te verhelpen zijn, te vermijden.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, opdat u later bij eventuele
storingen de werking weer kunt herstellen. Indien u de booster aan een
ander doorgeeft, geef dan ook de handleiding door.
Gebruiksvoorschriften
De booster B-3 is geschikt om volgens deze voor-schriften te worden
gebruikt in de modelbouw, in´t bijzonder in een digitale
modelspoorweg. Ieder ander gebruik is niet toegestaan, hierdoor
verloopt de garantie overeenkomst.
De booster B-3 is niet geschikt om door kinderen onder de 14 jaar te
worden ingebouwd.
Bij de gebruiksvoorschriften behoort ook het lezen, begrijpen en volgen
van deze handleiding.
Inhoud controleren
Controleer na het uitpakken of alles compleet is:
Booster B-3,
een 5-polige aansluitkabel,
twee kortsluitstekkers (jumpers),
een CD (met handleiding en andere informatie).
Pagina 4

Booster B-3 Nederlands
Benodigde materialen
Voor het aansluiten van de booster heeft u het volgende nodig:
Draad, aanbevolen doorsnede:
voor de trafo- en railaansluiting: > 1,5mm²
voor de aansluiting op de digitale centrale: > 0,25 mm²
Een trafo. De aanbevolen spanning en het minimale vermogen van
de trafo zijn afhankelijk van de gewenste instellingen.
Bepalen van de benodigde trafospanning
Gewenste
railspanning
Aanbevolen trafospanning
wisselspanning gelijkspanning
12 V 12 V 14 V
15 V 15 V 17 V
19 V 16 oder 18 V 21 V
Bepalen van het minimale vermogen van de trafo
gewenste railspanning x gewenste afschakelstroom
= minimale trafovermogen
Voorbeeld: 19 V x 2,5 A = 47,5 VA
Let op:
Gebruik een trafo, waarvan de nominale spanning niet veel hoger is
dan de gewenste railspanning. Het vermogen dat ontstaat, moet
anders door de booster als warmte worden afgevoerd. Is dit vermogen
te hoog, dan wordt de booster oververhit en schakelt als gevolg van te
hoge temperatuur af.
Pagina 5

Nederlands Booster B-3
3. Veiligheidsvoorschriften
Brandgevaar
De booster wordt door een koelplaat gekoeld, om oververhitting te
voorkomen. Let daarom op, dat een ongehinderde luchtstroom via de
koelplaat op de achterkant van de booster mogelijk is. Wordt de
luchtstroom verhinderd dan kunnen onderdelen oververhit raken en in
brand vliegen.
Elektrische gevaren
Aanraken van onder spanning staande delen,
aanraken van geleidende delen die bij fouten onder spanning staan,
kortsluitingen en aansluiten op niet toelaatbare spanningen,
ontoelaatbaar hoge luchtvochtigheid en vorming van condenswater
kunnen leiden tot gevaarlijke lichaamsstromen en daardoor tot
verwondingen. Voorkom deze gevaren door de volgende maatregelen:
Plaats het apparaat alleen in gesloten schone en droge ruimtes.
Voorkom vochtigheid, natte plekken en sproeiwater in de omgeving.
Doe bedradingwerkzaamheden altijd in spanningsloze toestand.
Voed het apparaat alleen met lage spanning zoals is aangegeven bij
de technische gegevens. Gebruik daarvoor uitsluitend geteste en
toegestane transformatoren.
Steek de netstekker van transformatoren alleen in vakbekwaam
geïnstalleerde en beveiligde stopcontacten.
Let bij het maken van elektrische verbindingen op dat draaddikte
voldoende is.
Na de vorming van condenswater moet minimaal 2 uur gewacht
worden om de ruimte te laten drogen alvorens het apparaat in te
schakelen.
Pagina 6

Booster B-3 Nederlands
4. De B-3
Technische gegevens
Voedingsspanning 12 - 20 V wisselspanning of
14 – 21 V gelijkspanning
Max. uitgangsstrom 2,5 A
Uitgangsspanning 12, 15 or 19 Volt digitaalspanning
(geregeld)
Vermogensopname max. 48 Watt
Digitaalformat DCC, Motorola
mfx (rij opdrachten)
Terugmeldprotocol RailCom
Aansluitingen DCC-compatibel
boosteraansluiting (3-polig)
Märklin-compatibel
boosteraansluiting (5-polig)
Railsignaal symmetrisch
Beschermwijze IP 00
Omgevingstemperatuur in bedrijf 0 ... +60 °C
Omgevingstemperatuur in opslag -10 ... +80 °C
Toegestane relatieve
luchtvochtigheid
max. 85 %
Afmetingen (ca.) 100 x 90 x 35 mm
Gewicht (ca.) 181 g
Pagina 7

Nederlands Booster B-3
1 Railaansluiting
2 Märklin- Boosteraansluiting
3 DCC-Boosteraansluiting
4 Trafoaansluiting
5 RailCom
6 Railspanning
7 Controle LED
Aansluitingen
De booster B-3 kan optioneel op een aansluiting voor een Märklincompatibel booster of op een DCC-overeenkomstige boosteraansluiting
worden aangesloten. Aanwijzing: de aansluiting (Märklin compatible of
conform DCC), waarover de booster op de centrale wordt aangesloten,
is voor het dataformat, waarmee de decoder wordt aangestuurd, niet
van betekenis. Gebruik de aansluiting, die met uw centrale het meest
overeenkomt.
Let op: bij enkele centrales, die beide booster aansluitingen hebben
(bv. Tams MasterControl en Tams RedBox), moet u de kortsluitpolariteit
instellen in overeenstemming met de gebruikte aansluiting.
Dataformats
De booster B-3 is geschikt voor multiprotocol, hij kan data in Motorolaen in DCC-format versterken. Hij kan ook en rij-opdrachten in het mfxformat versterken, maar geen mfx terugmeldingen.
Pagina 8

Booster B-3 Nederlands
RailCom
De booster B-3 kan de zogenaamde RailCom-Cutout beschikbaar
stellen, die de overdracht van terugmelddata in RailCom-bewaakte
blokken mogelijk maakt.
Bij gebruik van de B-3 met centrales, dat een DCC-signaal verzenden
en niet geschikt zijn voor RailCom, kan de RailCom-Cutout storingen
veroorzaken bij de dataoverdracht. Enkele oudere DCC
voertuigdecoders en enkele huidige DCC decodertypes (o.a. van
Amerikaanse fabrikanten), die niet geschikt zijn voor gebruik met
RailCom, reageren bij een ingeschakelde RailCom-Cutout niet juist op
de rij opdrachten. Bij niet RailCom geschikte DCC sounddecoders kan
de geluidsweergave verstoord worden.
Daarom bestaat bij de B-3 de mogelijkheid RailCom in- of uit te
schakelen. Bij pure Motorola-centrales zijn storingen door de RailComCutout in principe uitgesloten.
Toepassen van het ABC remprotocol
Het railsignaal wordt door de B-3 volledig symmetrisch versterkt.
Hierdoor is toepassen van het ABC remprotocol in DCC aangestuurde
modelspoorbanen mogelijk. De DCC-ingang van de B-3 is door
optocouplers volledig galvanisch gescheiden.
Geregelde railspanning
De booster B-3 stelt een geregelde gelijkspanning beschikbaar, die op
12, 15 of 19 V kan worden ingesteld. Bij aflevering is de gelijkspanning
op 19 V ingesteld.
De regeling van de gelijkspanning op een vaste waarde voorkomt, dat
de rijsnelheden van de locs en de helderheid van de verlichtingen als
gevolg van spanningfluctuaties variëren.
Pagina 9

Nederlands Booster B-3
Schaal Aanbevolen railspanning
Waard bij uitlevering
Z 12 V
N en TT 15 V
H0 19 V 19 V
Kortsluitbeveiliging
De booster heeft een interne kortsluitafschakeling in de vorm van een
interne stroombegrenzer. Deze zorgt bij een kortsluiting op de
railuitgang voor het automatisch afschakelen van de booster en
voorkomt daarmee defecten van de booster, op het spoor en aan de
voertuigen. De kortsluitgevoeligheid resp. de afschakelstroom is 2,5 A.
Wordt de kortsluitterugmeldleiding aan de boosteraansluiting van de
centrale aangesloten, dan zendt de B-3 een kortsluitterugmelding naar
de centrale, die dan de booster bij een kortsluiting uitschakelt.
Na verloop van ca. 5 seconden schakelt de B-3 zichzelf automatisch weer
in. Is de kortsluiting dan nog aanwezig, dan schakelt hij direct weer uit.
Nadat de booster vijf maal in- en uitgeschakeld is, wordt de
inschakelautomaat ca. een minuut onderbroken, voordat de cyclus zich
herhaalt.
Pagina 10

Booster B-3 Nederlands
5. De modelspoorbaan verdelen
Deel uw modelspoorbaan in verschillende, elektrisch van elkaar
gescheiden stukken op, die telkens met een eigen booster worden
gevoed. In ieder boosterdeel kunnen maximaal drie tot vijf locs
gelijktijdig rijden. Een indeling zoals hieronder is gebruikelijk:
Station
Locdepot
Hoofdspoor (evt. in meerdere stukken)
Lokaalspoor (evt. in meerdere stukken)
Maak de overgangen tussen de boosterdelen zodanig dat ze zo min
mogelijk worden gepasseerd.
Verbreek de overgangen tussen de boosterdelen als volgt:
Bij 2 geleidersystemen: een railstaaf. Let erop, dat u bij alle
boosterdelen dezelfde railstaaf ("links" of "rechts") doorzaagt. In
grotere, onoverzichtelijke modelspoorwegen is het aan te raden
beide railstaven door te zagen.
Bij 3-geleidersystemen: de middengeleider.
Pagina 11

Nederlands Booster B-3
6. De booster aansluiten
Let op:
Via de koelplaat op de achterkant van de booster moet voortdurend
een ongehinderde luchtstroom mogelijk zijn, daar de booster anders
oververhit kan raken. Brandgevaar! Let bij het aansluiten van de
booster erop, dat ruimte overblijft tussen de booster en andere
apparaten, en muren, etc.
Aansluiten op de centrale
U kunt de booster op de centrale aansluiten via
de aansluiting voor een Märklin-compatibel booster (met een 5-
polige aansluitkabel) of
de DCC-boosteraansluiting (met een 3-polige aansluitkabel).
De meegeleverde kabel is voor het aansluiten op een aansluitpunt voor
een Märklin-compatibel booster geschikt. U kunt daarmee de booster
b.v. op de centrale MasterControl aansluiten. De boosterconfiguratie
van de MasterControl moet dan op "kortsluitpolariteit: positief (MM)"
(= basisinstelling) worden ingesteld.
De booster B-3 heeft twee Märklin-boosteraansluitingen en twee DCCboosteraansluitingen waarop u deze op de centrale naar keuze kunt
aansluiten. Let erop dat de contactbenaming van de booster aansluiting
overeenkomt met de boosteraansluiting van de centrale.
Let op:
Wanneer u de Märklin compatible boosteraansluiting gebruikt, mag de
aansluitkabel tussen booster en centrale maximaal 1m lang zijn,
anders is het mogelijk dat er fouten optreden bij een
kortsluitterugmelding. Bij gebruik van de DCC compatible
boosteraansluiting is het gebruik van langere kabels mogelijk.
Pagina 12

Booster B-3 Nederlands
Contactbenaming van de Boosteraansluiting
Märklin- boosteraansluiting DCC-boosteraansluiting
1 Kortsluit-terugmeldleiding 1 Kortsluit-terugmeldleiding
2 Massa 2 Data (-)
3 Gelijkspanning ca. + 19 V 3 Data (+)
4 Booster "aan / uit"
5 Data
Aansluiten van een volgende Booster
Gebruik voor het aansluiten van een volgende Booster de nog vrije
Märklin- of DCC- boosteraansluiting. Let op: Wanneer u een Booster via
een Märklin-compatibel Boosteraansluiting op de centrale heeft
aangesloten, moet u de volgende Boosters op de nog vrije Märklincompatibel boosteraansluiting aansluiten. Dit geldt ook voor de DCCBoosteraansluitingen.
Tip: Gebruik alleen Boosters van één fabrikant en één type anders
kunnen er zich problemen voordoen zoals:
Storingen in de data-overdracht naar de decoders.
Kleine stromen, die de locs vanzelf in beweging zetten wanneer
andere locs de overgangen tussen twee boosterdelen passeren.
Kortsluitingen bij het passeren van de overgangen tussen boosterdelen.
Pagina 13

Nederlands Booster B-3
Aansluiten van de rails
Verbind de railaansluiting van de booster met de rails (bij 2-geleidersystemen) resp. met één rail en de middengeleider (bij 3geleidersystemen). De toevoer van de boosterstroom op de rails moet
om de 2 a 3 meter gescheiden, daar de weerstanden van de
railovergangen vrij hoog zijn. Worden de afstanden te groot gekozen
dan kunnen er problemen ontstaan bij de kortsluitterugmelding of bij
de stroomvoorziening van de voertuigen.
Let op:
De verbinding van de rails (resp. de rails en de middengeleider) met
de beide polen van de railaansluiting is willekeurig behalve wanneer u
al een booster op uw modelspoorbaan heeft aangesloten. In dit geval
moet u erop letten dat:
De linker pool van de railaansluiting van de tweede booster moet met
dezelfde rail (of middengeleider) verbonden zijn als de linker pool van
de al aanwezige booster. Hetzelfde geldt voor de rechter pool van de
railaansluiting van de booster. Worden de aansluitingen verwisseld
dan ontstaat er korstsluiting bij het passeren van de scheidingen
tussen de boosterdelen.
Aansluiten van de stroomvoorziening
Verbind de trafo met de trafoaansluiting van de booster. De benodigde
spanning en het minimale vermogen van de trafo zijn afhankelijk van
de gewenste railspanning. Zie daarvoor het hoofdstuk "Benodigde
materialen” op pagina 4.
Beachten Sie:
U mag de rails en de voeding niet verkeerd aansluiten. Een verkeerde
aansluiting van rails en trafo geeft een directe beschadiging van de
booster tot gevolg, en in het meest ongunstige geval is deze niet meer
te repareren.
Pagina 14

Nederlands Booster B-3
7. Instellingen
U kunt de booster B-3 op een gelijkspanning van 12, 15 of 19 V
instellen en RailCom in- of uitschakelen. Hiervoor steekt u de
meegeleverde kortsluitstekker (Jumper) overeenkomstig de tekening op
de juiste printpinnen.
Pins open
= RailCom uit
Jumper
geplaatst
= RailCom aan
Jumper over pin
2 en 3:
gelijkspanning
= 12 V
Jumper over pin
1 en 2:
gelijkspanning
= 15 V
Pins open:
gelijkspanning
= 19 V
Pagina 16

Booster B-3 Nederlands
8. Werking
LED
De lichtdiode aan de voorkant licht op of knippert en toont daarmee de
bedrijfssituatie of de opgetreden problemen.
LED Betekenis
constant booster is in gebruik
langzaam knipperen
in (ca. 1-sec.) afstand
geen signaal van de centrale
snel knipperen kortsluiting op de railuitgang
Overbruggen van de scheidingen tussen twee Boosterdelen
Let er op dat locs of treinen niet zodanig blijven staan dat ze een
scheiding tussen twee boosterdelen overbruggen. De uitgangen van de
beide bijbehorende boosters worden daardoor met elkaar verbonden en
de boosters mogelijk worden beschadigd. Er volgt over het algemeen
geen kortsluitmelding.
9. Checklist voor storingen
De Booster wordt heet en/of begint te roken.
Haal direct de spanningstoevoer weg!
Mogelijke oorzaak: de aansluitingen voor de rails en de
stroomtoevoer zijn verwisseld. à Verander de aansluitingen. Het is
niet uit te sluiten dat de Booster door de verkeerde aansluiting werd
beschadigd.
De LED op de booster licht niet op en de locs kunnen niet worden
aangestuurd.
Mogelijke oorzaak: De voedingsspanning is onderbroken.
à Controleer de aansluitingen van de voedingsspanning (trafo).
Pagina 17

Nederlands Booster B-3
De LED knippert langzaam.
Mogelijke oorzaak: De centrale is uitgeschakeld of de verbinding met
de centrale is onderbroken. à Controleer de centrale en de
verbindingen.
De LED knippert snel.
Mogelijke oorzaak: Op de railuitgang is een kortsluiting. De booster
schakelt daardoor automatisch uit en na verloop van ca. 5 seconden
automatisch weer aan. Is de kortsluiting na het opnieuw inschakelen
nog steeds aanwezig, dan schakelt de booster direct weer uit. Dit
wordt vijf maal herhaald, dan volgt een pauze van 1 minuut. à Hef
de kortsluiting op.
Hotline
Bij problemen met uw module kan onze hotline u helpen (mail-adres op
de laatste pagina).
Reparaties
Een defecte module kunt u voor reparatie naar ons toezenden (adres
op de laatste pagina). Schade die onder de garantie valt wordt gratis
gerepareerd. Bij schade, die niet onder de garantie vallen, berekenen
wij maximaal 50 % van de actuele verkoopsprijs volgens onze geldende
prijslijst. Wij hebben het recht, de reparatie van een module te
weigeren, wanneer deze technisch of economisch niet mogelijk is.
Stuur een reparatiezending niet ongefrankeerd op. In een garantiegeval
vergoeden wij de verzendkosten tot de hoogte, die wij volgens onze
geldende prijslijst bij de levering van het product zouden moeten
berekenen. Bij reparaties, die niet onder de garantie vallen, draagt u de
kosten voor porto.
Pagina 18

Booster B-3 Nederlands
10. Garantieverklaring
Op dit product wordt twee jaar garantie gegeven vanaf de datum van
aankoop aan de eerste koper, met een maximum van drie jaar na de
productie van het product. De eerste koper is de gebruiker die als
eerste het product bij ons gekocht heeft, bij een winkelier of een ander,
juridisch gezien, persoon, die het product in het kader van zijn
zelfstandige beroep doorverkoopt of inbouwt. De garantie bestaat naast
de wettelijke garantiebepalingen, uit de afspraken die de gebruiker met
de verkoper is overeengekomen.
De garantie omvat een gratis reparatie van gebreken, die aantoonbaar
terug te voeren zijn op materiaal of fabricage onzerzijds. Bij bouwsets
aanvaarden wij de verantwoordelijkheid voor de volledigheid en staat
van de componenten, evenals de karakteristieke functies van de
onderdelen in ongebouwde toestand. Wij garanderen de naleving van
de technische gegevens wanneer de schakeling volgens de handleiding
is samengesteld en zoals is voorgeschreven in gebruik werd genomen.
Wij behouden het recht van reparatie, verbeteringen, reserve
leveringen of teruggave van de koopprijs. Verdergaande aanspraken
zijn uitgesloten. Vorderingen tot vergoeding van gevolgschade of
productaansprakelijkheid worden alleen naar wettelijke voorschriften
erkent.
Voor waarde voor de aansprakelijkheid op garantie is de naleving van
de handleiding. Aanspraken op garantie vervallen ook in de navolgende
gevallen:
bij eigenmachtige verandering van de schakeling,
bij reparatiepogingen aan de kant en klare schakeling,
bij schade door derden,
bij foutief bedienen of schade door een verkeerde behandeling of
misbruik.
Pagina 19

Nederlands Booster B-3
11. EU-conformiteitsverklaring
Dit product voldoet aan de hierna genoemde EG- Richtlijnen en
heeft hiervoor het CE – certificaat.
2004/108/EG inzake elektromagnetische compatibiliteit. Als basis
dienende normen : EN 55014-1 and EN 61000-6-3.
Om de elektromagnetische verdraagzaamheid bij gebruik te garanderen
dient u de volgende voorzorgsmaatregelen in acht te nemen:
Sluit de transformator alleen aan op een door een erkende
installateur geïnstalleerde en beveiligde wandcontactdoos.
Breng geen wijzigingen aan in de originele onderdelen en volg de
aanwijzingen, de aansluitplannen en print lay-out van deze
handleiding nauwkeurig op.
Gebruik bij reparatie alleen originele reserve onderdelen.
2011/65/EG betreffende beperking van het gebruik van bepaalde
gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (RoHS).
Als basis dienende norm: EN 50581.
12. Verklaringen bij AEEA-richtlijn
Dit product voldoet aan de EG-richtlijn 2012/19/EG
betreffende afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA).
Verwijder dit product niet via het huisvuil, maar via een onderneming
voor hergebruik.
Pagina 20

n
n
Actuele informatie en tips:
n
n
http://www.tams-online.de
n
n
n
Garantie en service:
n
n
Tams Elektronik GmbH
n
Fuhrberger Straße 4
DE-30625 Hannover
fon: +49 (0)511 / 55 60 60
fax: +49 (0)511 / 55 61 61
e-mail: modellbahn@tams-online.de
n
n
n
n