Stow STR36 User Manual

Page 1
HANDLEIDING
MODELREEKS STR36
ZITVLINDERMACHINE
MODEL STR36
Versie 1(15/03/06)
DEZE HANDLEIDING MAG NIET VAN DE
MACHINE GESCHEIDEN WORDEN.
handleiding te vinden, bezoekt u
onze website op: www.STOW.com
Stuknr. 21827
Page 2
Page 3
WAARSCHUWING
Malen/snijden, boren in metselwerk, beton, metaal en andere materialen kan stof, nevel en dampen veroorzaken die chemicaliën bevatten waarvan bekend is dat zij ernstige of dodelijke verwondingen of ziekten kunnen veroorzaken, zoals ziekten van de luchtwegen, kanker, geboorteafwijkingen en andere reproductieve letsels. Als u niet vertrouwd bent met de risico's die gepaard gaan met het betreffende proces en/of materiaal dat wordt gesneden of met de samenstelling van het middel dat wordt gebruikt, lees dan het veiligheidsinformatieblad door en/of raadpleeg uw werkgever, de fabrikant/leverancier van het materiaal, overheidsinstanties zoals OSHA en NIOSH evenals andere inlichtingsbronnen voor gevaarlijke stoffen. Zo hebben bijvoorbeeld Californië en sommige andere overheden lijsten gepubliceerd van stoffen waarvan bekend is dat zij kanker veroorzaken, toxisch zijn voor de voortplantingsorganen of andere schadelijke gevolgen hebben.
Houd stof, nevel en dampen onder controle bij de bron waar mogelijk. Gebruik hiervoor goede werkpraktijken en volg de aanbevelingen van de fabrikanten/leveranciers, OSHA/NIOSH, en beroepsverenigingen. Water dient te worden gebruikt om stof te onderdrukken wanneer nat snijden mogelijk is. Wanneer het gevaar van inademing van stof, nevel en dampen niet kan worden geëlimineerd, moeten de operator en de omstanders altijd een respirator dragen die is goedgekeurd door NIOSH/MSHA voor de materialen die worden gebruikt.
WAARSCHUWING
Malen / snijden / boren in metselwerk, beton, metaal en andere materialen die silica bevatten kan stof of nevel vormen die kristallijne silica bevat. Silica is en basisbestanddeel van zand, kwarts, baksteenklei, graniet en talrijke andere mineralen en stenen. Herhaald inademen en/of inademen van aanzienlijke hoeveelheden in de lucht verspreide kristallijne silica kan ernstige of dodelijke ziekten van de luchtwegen veroorzaken, waaronder silicose. Bovendien hebben Californië en enkele andere overheidsinstanties inadembare kristallijne silica aangeduid als een stof waarvan bekend is dat zij kanker veroorzaakt. Neem bij het snijden van dergelijke materialen altijd de hierboven vermelde voorzorgen i.v.m. de luchtwegen.
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 3
Page 4
CONTACTGEGEVENS
ZORG ERVOOR DAT U HET MODEL- EN SERIENUMMER
BIJ DE HAND HEBT
STOW HOOFDKANTOOR
Post Office Box 6254 +1-888-252-7869 Carson, Ca 90749 E-mail: stow@STOW.com Website: www.stowmfg.com
RESERVEONDERDELENAFDELING
+1-800-427-1244 FAX: +1-800-672-7877 +1-310-537-3700 FAX: +1-310-637-3284
SERVICE-AFDELING
+1-800-478-1244 FAX: +1-310-537-4259 310-537-3700
TECHNISCHE DIENST NA VERKOOP
+1-800-478-1244 FAX: +1-310-631-5032
GARANTIEAFDELING
+1-800-421-1244, TOESTEL 279 FAX: +1-310-537-1173 +1-310-537-3700, TOESTEL 279
WANNEER U BELT
FAX:
+1-310-537-1986
VERKOOPAFDELING
+1-310-661-4242 FAX: +1-310-604-9237 +1-877-289-7869 (877-BUY-STOW)
© COPYRIGHT 2006, STOW INC.
STOW is een gedeponeerd handelsmerk van STOW, Inc. en mag niet worden gebruikt, gereproduceerd of gewijzigd zonder schriftelijke toestemming. Alle andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaars en worden met toestemming gebruikt.
Deze handleiding MAG NIET van de machine worden gescheiden. Deze handleiding wordt als integraal onderdeel van de machine beschouwd en moet het toestel vergezellen bij een eventuele doorverkoop.
De informatie en gegevens in deze publicatie waren correct op het ogenblik dat deze handleiding voor druk werd vrijgegeven. De illustraties zijn gebaseerd op de voor om de specificaties, het ontwerp of de informatie die in deze handleiding worden vermeld op een willekeurig tijdstip niet langer te gebruiken of te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder daardoor verplichtingen op te lopen.
Stow STR36 zitvlindermachine.
Stow Construction Equipment behoudt zich het recht
handleiding te vinden, bezoekt u
onze website op: www.stowmfg.com
Page 5
Contactgegevens .................................................................... 4
Inhoudsopgave ........................................................................ 5
Controlelijst voor trainingen .................................................... 6
Lijst met dagelijkse aan het gebruik
voorafgaande controles .......................................................... 7
Alarmsymbolen bij veiligheidsinformatie ............................. 8-9
Voorschriften voor een veilig gebruik ............................... 10-13
STOW - MODELREEKS STR36
ZITVLINDERMACHINE
Specificaties (vlindermachine) .............................................. 14
Motorspecificaties .................................................................. 15
Algemene informatie ............................................................. 16
Bedieningselementen en controlelampjes ...................... 17-18
Basisinformatie motor ............................................................ 19
Een nieuwe machine klaarmaken voor ingebruikneming .... 20
Ingebruikneming ................................................................... 21
Gebruik ............................................................................. 22-23
Onderhoud ....................................................................... 24-35
Troubleshooting voor motor ............................................. 36-37
Troubleshooting (vlindermachine) ................................... 38-39
INHOUDSOPGAVE
OPMERKING
Specificaties en stuknummers kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 5
Page 6
CONTROLELIJST VOOR TRAININGEN
CONTROLELIJST VOOR TRAININGEN
Dit is een lijst met een aantal minimumvereisten voor de bediening van de machine. Maak gerust kopieën voor dagelijks gebruik. Gebruik deze controlelijst wanneer u een nieuwe operator traint of als opfrissing voor operatoren met meer ervaring.
NEGNINIARTROOVTSJILELORTNOC
.rN GNIVJIRHCSMO ?KO MUTAD
1 .nezelgidellovgnidieldnaheD
2
3 .eniznebnavnelluvjibrooverudecorp,meetsysfotsdnarB
4 .gnithcilrevnereieorpsnavgnineideB
5 .)teintiaardenihcam(netnemelesgnineidebednavkiurbeG
6 .raalekahcspotssdiehgilievnavgnikrew,negnineizroovsdiehgilieV
7 .serudecorppotsdooN
8 .netratsenihcameD
9 .neduohnaadnatseotfeewzneE
01 .nerutseB
11 .gnilletsrevkeohdalB
21
navliepnerotom,neledrednonaveitacol,enihcamednavprewtnO
.nerelortnocneffotsieolved
kjileghctiPniwTednavneliuzednavgnilletsrevkeohdalbeD
elletsni
temnelledomdnetiulstiu(.neleppoktnoletsnegnats,n
).gnilletsrevkeohdalbhctiPniwTelenoitpo
31 .gnikrewfanotebroovnekeinhceT
41 .nelekahcstiuenihcameD
51 .)nessullitpo(nellitpoenihcameD
61 .negrebponeneretropsnartenihcameD
Operator ______________________________________________ Op te leiden persoon ____________________________________
OPMERKINGEN:
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 6
Page 7
LIJST MET DAGELIJKSE AAN HET GEBRUIK VOORAFGAANDE CONTROLES
LIJST MET DAGELIJKSE AAN HET GEBRUIK VOORAFGAANDE CONTROLES
KIURBEGTEHNAAESKJILEGADTEMTSJIL
SELORTNOCEDNAAGFAROOV
1
2
3 .leddimleokrotaidarnavlieP
4 .nedalbednavdnatseoT
5
6
7 .gnithcirniruutsednavgnikreW
8 .nemeirednavdnatseoT
OPMERKINGEN:
.liepeilorotoM
.tsakkrewfjirdnavliepfotsieolV
ednavgnikreW
.gnilletsrevkeohdalb
ednavgnikreW
.raalekahcspotssdiehgiliev
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 7
Page 8
MODELREEKS STR36 — ALARMSYMBOLEN BIJ VEILIGHEIDSINFORMATIE
VOOR UW EIGEN VEILIGHEID EN DE VEILIGHEID VAN
ANDEREN!
De veiligheidsvoorschriften moeten altijd worden nageleefd wanneer de machine wordt gebruikt. Het niet lezen, volledig begrijpen en naleven van de veiligheidswaarschuwingen en gebruiksaanwijzingen kan ertoe leiden dat u zelf en anderen gewond raken.
Deze handleiding is opgesteld om u een veilig en efficiënt gebruik van de zitvlindermachine van modelreeks STR36 bij te brengen. Voor informatie over motoronderhoud raadpleegt u de instructies van de motorfabrikant waar u ook informatie vindt over een veilige omgang met de motor.
Voor de zitvlindermachine wordt gebruikt vergewist u zich ervan dat de persoon die de machine gebruikt alle instructies in deze handleiding heeft gelezen, begrijpt en naleeft.
GEVARENSYMBOLEN
ALARMSYMBOLEN BIJ VEILIGHEIDSINFORMATIE
Aan de hand van de drie (3) hieronder weergegeven veiligheidsinformatietypes wordt u op potentiële gevaren gewezen die tot verwondingen van uzelf en anderen kunnen leiden. De veiligheidsinformatie geeft aan in welke mate de operator gevaar loopt en worden voorafgegaan door een van de drie woorden:
GEVAAR, WAARSCHUWING of OPGEPAST.
Dodelijke uitlaatgassen
Motoruitlaatgassen bevatten giftig koolmonoxide. Dat is een kleur- en reukloos gas dat bij inademing tot de dood kan leiden. Gebruik dit toestel NOOIT in een besloten ruimte of in een gesloten structuur waar de vrije luchtstroming onvoldoende is.
Ontplofbare brandstof
Benzine is uiterst ontvlambaar en de dampen kunnen bij ontsteking een explosie veroorzaken. Start de motor NIET in de buurt van gemorste of brandbare vloeistoffen. Vul de tank NIET terwijl de motor draait of wanneer de motor nog niet is afgekoeld. Doe de tank NIET te vol want gemorste brandstof kan ontsteken bij contact met warme motoronderdelen of vonken van het ontstekingssysteem. Bewaar brandstof in daarvoor goedgekeurde recipiënten, in een goed geventileerde ruimte en uit de buurt van vonken en vlammen. Gebruik brandstof NOOIT als schoonmaakmiddel.
GEVGEV
AARAAR
GEV
AAR
GEVGEV
AARAAR
U ZAL ZEKER
GEWOND RAKEN
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
U KAN LEVENSGEVAARLIJK of raken als u deze voorschriften NIET naleeft.
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
U KAN NIET naleeft.
Potentiële gevaren die gepaard gaan met het gebruik van de vlindermachine worden overal in deze handleiding aangeduid met gevarensymbolen en alarmsymbolen bij veiligheidsinformatie.
GEWOND
LEVENSGEVAARLIJK
als u deze voorschriften NIET naleeft.
ERNSTIG GEWOND
ASTAST
AST
ASTAST
raken als u deze voorschriften
of
ERNSTIG
Gevaar voor brandwonden
Motoronderdelen kunnen extreem heet worden. Om brandwonden te voorkomen mag u de motoronderdelen NIET aanraken terwijl de motor draait of onmiddellijk na het gebruik van de machine. Gebruik de machine NOOIT zonder de hitteschilden of hittekappen.
Bewegende onderdelen
Gebruik de machine NOOIT zonder de dekplaten of beschermkappen. Blijf met
,
haar
en
handen
bewegende onderdelen om letsels te voorkomen.
kleding
uw vingers,
uit de buurt van alle
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 8
Page 9
MODELREEKS STR36 — ALARMSYMBOLEN BIJ VEILIGHEIDSINFORMATIE
Accidenteel starten
Accidenteel starten van de machine kan tot ernstige verwondingen of de dood leiden. Zet de AAN/UIT-schakelaar ALTIJD in de stand UIT (“OFF”). Maak de bougiekabel los en aard ze en maak de negatieve accukabel los voor u aan de machine werkt.
Te hoog toerental
Knoei NOOIT met de fabrieksinstellingen van de toerenregelaar van de motor of andere instellingen. Als de machine wordt gebruikt met een toerental dat boven het toegelaten maximum ligt, kan dat leiden tot lichamelijke letsels en schade aan de motor of de machine/andere voorwerpen.
In deze handleiding vindt u ook belangrijke informatie voor het helpen voorkomen van schade aan uw vlindermachine, andere voorwerpen en de omgeving.
Gevaar voor de luchtwegen
Draag ALTIJD een goedgekeurde ademhalingsbescherming.
Gevaar voor ogen en gehoor
Draag ALTIJD een goedgekeurde oog- en gehoorbescherming.
Informatie over beschadiging van de machine
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
De
zitvlindermachine
omgeving kunnen beschadigd raken als u de voorschriften niet naleeft.
ASTAST
AST
ASTAST
, andere voorwerpen of de
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 9
Page 10
MODELREEKS STR36 — VOORSCHRIFTEN VOOR EEN VEILIG GEBRUIK
VOORSCHRIFTEN VOOR EEN VEILIG GEBRUIK
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
Het niet naleven van de instructies in deze handleiding kan tot ernstige letsels en zelfs de dood leiden! Deze machine mag uitsluitend worden bediend door opgeleid en gekwalificeerd personeel! Deze machine is uitsluitend voor industrieel gebruik.
De volgende veiligheidsrichtsnoeren moeten altijd worden nageleefd bij het gebruik van de zitvlindermachine van modelreeks STR36.
VEILIGHEID
Werk NIET met of aan deze machine zonder de veiligheidsinformatie in deze handleiding te hebben gelezen, begrepen en na te leven. De handleiding moet altijd beschikbaar en toegankelijk zijn voor de operator.
Deze machine mag niet worden gebruikt door personen die jonger zijn dan de wettelijke minimumleeftijd.
Gebruik deze machine NOOIT voor een andere dan in deze handleiding beschreven toepassing.
Gebruik de vlindermachine NOOIT zonder geschikte beschermende kledij, een splintervrije bril, schoenen met een stalen neus en ander beschermingsmateriaal dat vereist is voor de taak.
Gebruik deze machine NOOIT als u zich niet optimaal voelt ten gevolge van vermoeidheid, ziekte of de inname van geneesmiddelen.
Gebruik de machine NOOIT onder invloed van drugs of alcohol.
Vervang de typeplaat en stickers met gebruiks- en veiligheidsinformatie wanneer zij slecht leesbaar worden.
Controleer de vlindermachine ALTIJD op loszittend bevestigingsmateriaal zoals moeren en bouten voor u de machine start.
Raak het uitlaatverdeelstuk, de knalpot of de cilinder NOOIT aan. Laat die onderdelen afkoelen voor u aan de vlindermachine werkt. Contact met brandwonden veroorzaken.
De motor van deze vlindermachine heeft een voldoende stroming van koellucht nodig. Gebruik de vlindermachine NOOIT in een
Vul brandstof ALTIJD bij op een goed geventileerde plaats, uit de buurt van vonken en open vlammen.
De brandstoftank tot aan de rand van de vulopening volgieten is gevaarlijk, omdat dan al te vaak brandstof wordt gemorst.
Gebruik brandstof NOOIT als schoonmaakmiddel.
Wees ALTIJD uiterst voorzichtig bij de omgang met ontvlambare vloeistoffen. Wanneer u brandstof bijvult, STOPT u eerst de motor. Laat de motor afkoelen voor u brandstof bijvult of herstellingen of onderhoud uitvoert.
hete!
onderdelen kan ernstige
afgesloten of besloten ruimte waar de vrije luchtstroming beperkt is. Als de luchtstroming beperkt is, veroorzaakt dat aanzienlijke schade aan de motor en kan dat ernstige gevolgen hebben voor personen. Vergeet niet dat de motor
DODELIJK
uitstoot.
koolmonoxidegas
Gebruik NOOIT accessoires of appendages die niet door de fabrikant voor deze machine worden aanbevolen. Anders kan schade aan het toestel en/of verwonding van de gebruiker het gevolg zijn.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor elk mogelijk ongeval dat te wijten is aan aanpassingen aan de machine. Niet­geautoriseerde aanpassingen aan de machine doen de garantie vervallen. Elke aanpassing die kan leiden tot een wijziging van de oorspronkelijke kenmerken van de machine mag uitsluitend door de fabrikant worden uitgevoerd die bevestigt dat de machine voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 10
Gebruik de vlindermachine NOOIT in een explosieve omgeving waar zich dampen bevinden of in de buurt van brandbare materialen. Een explosie of brand kan leiden tot ernstige
zelfs de dood.
Rook
NOOIT in de buurt van de machine. Dat
kan brand of explosie van
veroorzaken warme!
motor wordt gemorst.
lichamelijke letsels of
brandstofdampen
, wat ook kan als brandstof op een
Page 11
MODELREEKS STR36 — VOORSCHRIFTEN VOOR EEN VEILIG GEBRUIK
Laat de motor NOOIT draaien zonder luchtfilter. Anders kan de motor zwaar beschadigd raken. Onderhoud de luchtfilter frequent om te voorkomen dat de carburator defect zou raken.
Steek uw terwijl u de machine start of gebruikt.
VERMIJD het dragen van juwelen of loszittende kleding waarmee u aan bedieningselementen of bewegende onderdelen vast kan blijven hangen, want dat kan ernstige letsels veroorzaken.
Blijf ALTIJD uit de buurt van
onderdelen
Bewegende onderdelen – Zet de motor stop voor u aan de machine werkt of de machine onderhoudt. Contact met bewegende onderdelen kan ernstige letsels veroorzaken.
Controleer ALTIJD of zich niets of niemand meer in het werkgebied bevindt voor u de motor start.
Laat de machine NOOIT
Vergewis u er ALTIJD van dat de operator de correcte veiligheidsvoorschriften en bedieningstechnieken kent voor hij/ zij de vlindermachine gebruikt.
Zorg ALTIJD voor een ordelijk werkgebied.
Zorg er ALTIJD voor dat zich geen afval, gereedschap, enz. in het werkgebied bevindt dat een gevaar zou kunnen vormen terwijl de vlindermachine in gebruik is.
Controleer ALTIJD of zich niets of niemand meer in het werkgebied bevindt voor u de motor start.
voeten
of
handen
wanneer u met de vlindermachine werkt.
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
NOOIT in de beschermkapringen
onbeheerd
ronddraaiende
achter terwijl zij draait.
of
bewegende
De zitvlindermachine optillen
De zitvlindermachine van de modelreeks STR36 is ontworpen om op diverse manieren te worden verplaatst en opgetild.
De gemakkelijkste manier om de vlindermachine op te tillen is de optillussen gebruiken die op het chassis zijn gelast. De optillussen bevinden zich links en rechts van de bestuurdersstoel.
Door de optillussen kan een strop of ketting worden aangebracht waardoor de vlindermachine met een vorklift of kraan op of van een betonlaag kan worden getild. De stop of de ketting moet geschikt zijn voor een gewicht van ten minste 1000 kg en de machine waarmee de vlindermachine wordt opgetild moet ook minimum dit gewicht aankunnen.
GEVGEV
AARAAR
GEV
AAR
GEVGEV
AARAAR
Besteed veel aandacht aan ventilatie tijdens het gebruik van de vlindermachine in besloten ruimtes zoals tunnels, gebouwen of vergelijkbare plaatsen. De motoruitlaatgassen bevatten schadelijke stoffen. Zorg voor een adequate luchtstroming om de motoruitlaatgassen van de operator weg te leiden.
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
De zitvlindermachine is erg Gebruik correcte tilprocedures en probeer de zitvlindermachine NIET op te tillen aan de beschermkapringen.
ASTAST
AST
ASTAST
zwaar
en onhandig om te verplaatsen.
Behalve de operator mag zich niemand in het werkgebied bevinden wanneer de vlindermachine in gebruik is.
Laat NOOIT passagiers of meerijders op de vlindermachine wanneer zij wordt gebruikt.
Leef altijd de van toepassing zijnde bindende voorschriften na met betrekking tot de bescherming van het milieu, in het bijzonder bij de opslag van brandstof, de omgang met gevaarlijke stoffen en het dragen van beschermende kledij en veiligheidsuitrusting. Instrueer de gebruiker waar nodig of vraag als gebruiker deze informatie en training.
Berg de machine ALTIJD naar behoren op wanneer zij niet wordt gebruikt. De machine moet op een schone, droge plaats en buiten het bereik van kinderen worden opgeborgen.
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 11
U mag NOOIT onder de vlindermachine gaan staan wanneer die wordt opgetild of iemand anders eronder laten gaan staan.
GEVGEV
GEV
GEVGEV
AARAAR
AAR
AARAAR
Page 12
MODELREEKS STR36 — VOORSCHRIFTEN VOOR EEN VEILIG GEBRUIK
Transport
Zet de motor ALTIJD stop voor u de machine transporteert
Draai de dop van de brandstoftank en het ontluchtingsventiel goed dicht om te voorkomen dat brandstof wordt gemorst.
Laat het brandstofsysteem leeglopen wanneer u de vlindermachine over een lange afstand of via wegen in slechte staat moet transporteren.
Wanneer u de vlindermachine op het laadoppervlak van een vrachtwagen plaatst, moet u de machine
Als de vlindermachine op een trailer wordt getransporteerd, moet u ervoor zorgen dat de trailer aan alle plaatselijke en nationale wettelijke voorschriften inzake veilig transport voldoet. Raadpleeg de volgende “ basissleeptechnieken.
Voorzorgsmaatregelen voor veilig slepen
Zorg ervoor dat u voldoet aan de
zoals vastgelegd in de verkeerswet
de openbare weg vervoert.
Voorzorgsmaatregelen voor veilig slepen”
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
ASTAST
AST
ASTAST
voorschriften voor veilig slepen
altijd
vastbinden.
voor
voor u de vlindermachine op
Accu
De accu bevat zuren die oog- en huidletsels kunnen veroorzaken. Om oogirritatie te voorkomen moet u gelaatsbescherming dragen. Gebruik goed geïsoleerde handschoenen wanneer u de accu optilt. Houd u bij de omgang met de accu aan de volgende richtsnoeren.
Wanneer de trailer geparkeerd is, gebruikt u houten stopblokken aan elk wiel om te voorkomen dat de trailer zou verrollen.
Gebruik de vijzel van de trailer om de hoogte van de trailer aan te passen zodat hij perfect horizontaal geparkeerd staat.
Vermijd abrupt stoppen en starten. Anders kan de trailer beginnen te schuiven of dubbelklappen. Rustige, geleidelijke start- en stopbewegingen zorgen voor een betere sleep.
Vermijd scherpe bochten.
De trailer moet bij het slepen steeds in een perfect horizontale stand worden gebracht.
Breng het steunwiel van de trailer omhoog en vergrendel het in de stand “UP” voor het transport.
De verkeerswetgeving schrijft onder andere het volgende voor:
Sluit de elektrische rem aan en controleer de werking.
Bevestig draagbare stroomkabels in de kabelbak met kabelbinders.
altijd
een veiligheidsbril of een
Om het risico op een ongeval tijdens het transport op de openbare weg te beperken, moet u er altijd voor zorgen dat de trailer waarop de vlindermachine rust en het voertuig dat de trailer trekt in goede staat zijn en geen mechanische tekortkomingen vertonen.
Bij het slepen van uw vlindermachine moet u de volgende lijst met suggesties in acht nemen:
Vergewis u ervan dat de haak- en koppelvoorziening van het slepende voertuig een toegelaten waarde hebben die gelijk is aan of groter is dan het toegelaten brutogewicht van 2.724 kg.
Inspecteer de haak- en koppelvoorziening ALTIJD op slijtage. Sleep een trailer NOOIT met een defecte haak- of koppelvoorziening of ketting, enz.
Controleer de bandendruk van zowel de trekker als de trailer.
koude toestand moeten de banden van de trailer een druk hebben van 50 psi
van beide voertuigen op slijtage.
Zorg er ALTIJD voor dat de trailer is uitgerust metveiligheidskettingen”.
Bevestig de veiligheidskettingen van de trailer ALTIJD op de correcte manier aan de trekker.
Vergewis u er ALTIJD van dat de richtingaanwijzers, achteruitrij, rem en achterlichten van de trailer aangesloten zijn en werken
Overschrijdt de aanbevolen snelheid op snelwegen NIET wanneer u sleept. De maximaal toegelaten snelheid op snelwegen bedraagt 90 km per uur, tenzij anders staat aangegeven.
. Controleer ook het loopvlak van de banden
In
Laat de accu NIET vallen. Elke impact op de accu kan hem doen ontploffen.
Stel de accu NIET bloot aan open vlammen, vonken, brandende sigaretten, enz. De accu bevat brandbare gassen en vloeistoffen. Als die gassen en vloeistoffen in contact komen met een vlam of een vonk kan een explosie optreden.
Zorg ervoor dat de accu ALTIJD opgeladen is. Als de accu niet is opgeladen, vormt zich een concentratie van brandbaar gas.
Zorg er ALTIJD voor dat de accukabels in goede staat verkeren. Herstel of vervang alle versleten kabels.
Koppel de vlindermachine werkt.
Laad de accu ALTIJD op in een omgeving met voldoende ventilatie om het risico op een gevaarlijke concentratie van brandbare gassen te vermijden.
In het geval accuvloeistof (verdund zwavelzuur) in contact komt met
kleding of de huid
met een overvloedige hoeveelheid water.
In het geval accuvloeistof (verdund zwavelzuur) in contact komt met uw hoeveelheid water en wendt u zich vervolgens tot de dichtstbijzijnde arts of het dichtstbijzijnde ziekenhuis voor medische verzorging.
negatieve accupool
spoelt u de huid of de kleding onmiddellijk
ogen
spoelt u uw ogen onmiddellijk met een overvloedige
ALTIJD los voor u aan de
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 12
Page 13
MODELREEKS STR36 — VOORSCHRIFTEN VOOR EEN VEILIG GEBRUIK
Veiligheid bij het onderhoud
Zet de motor ALTIJD stop en koppel de accu af voor u aan de machine werkt of de machine onderhoudt. Contact met bewegende onderdelen kan ernstige letsels veroorzaken.
Zorg voor een goede ondersteuning van alle onderdelen van de vlindermachine die moeten worden opgetild.
Terwijl de vlindermachine draait mogen onderdelen NOOIT worden gesmeerd en mag NOOIT aan onderdelen worden gewerkt.
Geef de vlindermachine ALTIJD voldoende tijd om af te koelen voor u aan de machine werkt.
Houd de vlindermachine in goede staat.
Zorg ervoor dat er geen afzettingen van beton, vet, olie of afvalmateriaal op de machine ontstaan.
Herstel onmiddellijk alle schade aan de vlindermachine en vervang altijd alle defecte onderdelen.
Gevaarlijk afval moet volgens de voorschriften worden weggedaan. Voorbeelden van potentieel gevaarlijk afval zijn gebruikte motorolie, brandstof en brandstoffilters.
Gebruik GEEN plastic recipiënten voor voedingswaren om gevaarlijk afval weg te gooien.
Giet afvalolie of brandstof NIET rechtstreeks op de grond, in een afvoer of in welke waterbron dan ook.
Berg de vlindermachine NOOIT gedurende lange tijd op met brandstof in de tank. Neem gemorste brandstof altijd meteen op.
Noodsituaties
Zorg ervoor dat u ALTIJD weet waar het dichtstbijzijnde
brandblusapparaat
bevindt.
Zorg ervoor dat u ALTIJD weet waar de dichtstbijzijnde
Zorg ervoor dat u het telefoonnummer kent van de dichtsbijzijnde Zorg ervoor dat op de bouwplaats een telefoon of radio binnen handbereik is. Als dat niet mogelijk is, zorgt u ervoor dat u weet waar de dichtsbijzijnde telefoon zich bevindt. In een noodgeval is die informatie van onschatbare waarde.
zich
EHBO-kit
zich bevindt.
ziekenwagen, arts
en
brandweer
.
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 13
Page 14
C
MODELREEKS STR36— SPECIFICATIES (VLINDERMACHINE)
B
A
Figuur 1. Afmetingen van de modelreeks STR36
)hcni(mc-etgneL-A )0,77(6,591
)hcni(mc-etdeerB-B )0,93(99
)hcni(mc-etgooH-C )57,64(7,811
raalksfjirdeb).sbl(gk-thciweG )507(5,023
thciwegdnezrev).sbl(gk-thciweG )588(72,204
)notebgoord(latnereot-rotoR 081
)hcni(mc-etdeerbdaP )57(191
1
mra/dnahgnillirT
maahcilelehnavgnillirT s/m(2s/tfnelapebetgon
2
)negoweg-A(kurdsdiuleG
OPMERKING:
1. Het trillingsniveau is de maximale effectieve (RMS) waarde die aan het handvat van de hendel wordt verkregen tijdens het bedienen van de vlindermachine bij maximaal toerental op een stalen plaat en met de bladen in een gedeeltelijk schuine stand.
2. Geluidsdruk is een gewogen maat. De geluidsdruk wordt gemeten aan het oor van de operator terwijl de vlindermachine met het maximale toerental op een betonnen oppervlak werkt op een manier die het vaakst als “ ervaren. Afhankelijk van de toestand van het beton kan de geluidsdruk verschillen.
63RTSskeerledomednavseitacificepS.1lebaT
2
s/m(2s/tf66,2
)
normale
2
)
)A(Bdnelapebetgon
” omstandigheden wordt
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 14
Page 15
MODELREEKS STR36— SPECIFICATIES (MOTOR)
63RTSskeerledomednavseitacificepsrotoM.2lebaT
ledoMrotomFAT076XGadnoH
epyT
gnistaalprevregiuZ).ni.uc9,04(cc076
negomrev.xaM)WK6,71(mpr0063/kp42
leppok.xaMmpr0052jib)tf-fbl8,13(mN51,34
meetsysleoKthculedwutseG
duohni-eilorotoM
arbduohnI).lag5(retil32,91
knatfotsdn
tsakkrewfjirdduohni-eilO
fotsdnarB
meetsystratS
-Vnedarg09,rotomeniznebtkatreiv .neppelkpoktemrotomredniliceewt
)tq96,1(retil6,1
neidni.tq10,2(retil9,1
)negnavrevtdrowretlifeilo
436HCSliboM().zo96(retil140.2
)046GVOSI
eniznebejirvdooL
reemfo68edraawnaatcO
-tratshcsirtkelE meetsyssgniketstnoteengamrotsisnart/
epyteiguoBgnidieldnahrotomeiZ
eiguobdnatsfanedortkelEgnidieldnahrotomeiZ
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 15
Page 16
MODELREEKS STR36— ALGEMENE INFORMATIE
Kennismaking met de zitvlindermachine van modelreeks STR36
De zitvlindermachine van de modelreeks STR36 is ontworpen om betonnen oppervlakken glad te maken en af te werken.
Wandel even rond uw vlindermachine. Let op de belangrijkste onderdelen (zie Figuur 2 en 3, pagina 20 en 21) zoals de motor, de bladen, de luchtfilter, het brandstofsysteem, de brandstofafsluitklep, de contactschakelaar, enz.
Vergewis u ervan dat zich steeds olie in de motor en tandwielolie in de drijfwerkkast bevindt. Lees aandachtig alle veiligheidsvoorschriften. Veiligheidsvoorschriften vindt u verspreid in deze handleiding en op de machine. Houd alle veiligheidsinformatie in goede, leesbare staat. Operatoren moeten goed zijn getraind in het gebruik en het onderhoud van de vlindermachine.
Bekijk de bedieningshendels voor de operator. Neem de bedieningshendels vast en beweeg ze wat heen en weer. Kijk hoe het bewegen van de bedieningshendels de drijfwerkkasten en het chassis doet bewegen.
Merk op dat het toestel een voetpedaal heeft waarmee de motorsnelheid wordt geregeld. Bekijk ook de hoofdaandrijflijn van de vlindermachine. Bekijk en onthoud hoe de riemen eruit zien; zo zien riemen eruit die naar behoren zijn afgeregeld.
Voor u uw vlindermachine gebruikt, test u ze uit op een onder water gezet afgewerkt betonnen oppervlak. Door die “testrit” krijgt u meer vertrouwen in het gebruik van de vlindermachine en tegelijkertijd raakt u vertrouwd met de bedieningselementen en controlelampjes van de vlindermachine. Bovendien zal u leren inzien hoe de vlindermachine zich in echte werkomstandigheden zal laten besturen.
Motor
De vlindermachine is uitgerust met een luchtgekoelde bezinemotor van 24 pk van het merk Honda. Raadpleeg de handleiding van de motor voor specifieke instructies met betrekking tot de werking van de motor. Die handleiding wordt bij de vlindermachine gevoegd wanneer de machine de fabriek verlaat. Neem contact op met uw dichtstbijzijnde STOW Dealer voor een nieuw exemplaar als de originele handleiding zoek is geraakt.
Drijfwerkkasten
De zitvlindermachine van modelreeks STR36 maakt gebruik van twee aparte drijfwerkkasten die in een robuuste behuizing van gietaluminium zijn ondergebracht.
De drijfwerkkastbehuizing kan een grote hoeveelheid olie bevatten voor een optimale smering van cruciale punten.
Stuurhulp
Voor het besturen van de vlindermachine bevinden zich twee bedieningshendels voor de bestuurdersstoel. De bedieningshendels zijn verbonden met twee veercilinders.
Druk de linker bedieningshendel naar voren en trek de rechter bedieningshendel naar achteren om de vlindermachine naar rechts (met de wijzers van de klok mee) te laten draaien op een denkbeeldige as die zich nagenoeg in het midden van de machine bevindt. Trek de linker bedieningshendel naar achteren en duw de rechter bedieningshendel naar voren om de vlindermachine naar links (tegen de wijzers van de klok in) te laten draaien. Zie tabel 4 op pagina 26 voor een volledige beschrijving van de richtingsbepalende werking van de bedieningshendels.
Homokinetische koppelingen (“CV-Joints”)
Homokinetische koppelingen garanderen een efficiënte krachtoverbrenging naar de aandrijfas en behouden de distributie van de drijfwerkkasten zonder risico op doorslippen.
Training
Voor trainingen gebruikt u de “CONTROLELIJST VOOR TRAININGEN” die zich vooraan in deze handleiding bevindt (pagina 8). Het doel van deze controlelijst is niet een gedegen training te vervangen maar wel een kader te bieden aan een ervaren operator voor het opleiden van een nieuwe operator.
Bladen
De bladen van de vlindermachine werken het beton af door met een draaibeweging over het oppervlak te bewegen. De bladen worden geclassificeerd als combinatiebladen (10 of 8 duim breed) en afwerkingsbladen (6 duim breed). De vlindermachine is uitgerust met vier bladen per rotor die zich in een radiaal patroon op gelijke afstand van elkaar bevinden en die op een vertikale roterende as zijn aangebracht door middel van een
In de figuren 2 en 3 ziet u waar de bedieningselementen, controlelampjes en onderdelen die algemeen onderhoud vergen zich bevinden. Elk bedieningselement kan meer dan een functie vervullen. De functies van elk bedieningselement of controlelampje wordt op pagina 20 en 21 toegelicht.
sterstuk.
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 16
Page 17
MODELREEKS STR36 — BEDIENINGSELEMENTEN EN CONTROLELAMPJES
1. Stoel – De motor start of draait niet tenzij de operator op de stoel
zit.
2. Bedieningshendels van stuurmechanisme – Stuurt de machine naar voren, achteren, links of rechts.
3. Bedieningsknop van vertragingsmiddelsproeier – Spuit vertragingsmiddel door het mondstuk aan de voorkant van de machine.
4. Bladhoekregeling – Draai de kruk zoals vermeld op de bovenkant om de bladhoek te doen toe- of afnemen.
Dubbele bladhoekverstelling (Optioneel) –De beide bladhoekzuilen zijn aan elkaar gekoppeld. Een enkele kruk kan worden gebruikt om de bladhoek simultaan of individueel voor elke set bladen aan te passen.
5. Lichtschakelaar – Steekt drie halogeenlampen aan. Twee vooraan en een achteraan.
6. Contactschakelaar – Draai de schakelaar naar rechts wanneer de sleutel in het contact zit om de motor te starten.
7. Urenteller – geeft het aantal uren weer dat de motor heeft gedraaid.
8. Chokebedieningshendel – In koude weersomstandigheden trekt u aan deze klep om de motor te starten. Nadat de motor warm is gedraaid duwt u de hendel weer helemaal in.
9. Brandstofmeter/vuldop – Geeft de hoeveelheid benzine in de brandstoftank aan. Verwijder deze dop om benzine bij te vullen.
10. Brandstoftank – Biedt plaats aan ongeveer 19 liter loodvrije benzine.
11. Stootvlak voor linkervoet – pedaal om de linkervoet van de operator op te laten rusten
12. Sproeikop – Sproeikop voor vertragingsmiddel.
13. Pedaal voor rechtervoet – regelt de snelheid van de bladen. U
krijgt een trage snelheid van de bladen als u de voetpedaal lichtjes indrukt. Voor een maximale snelheid van de bladen moet u de voetpedaal helemaal indrukken.
14. Naaf voor EZ-verplaatsingsvoorziening – Voorste bevestigingspunt voor EZ-verplaatsingsvoorziening. Wordt gebruikt om de vlindermachine te verplaatsen.
15. Meetstaaf – Om na te gaan of zich een correcte hoeveelheid motorolie in de motor bevindt.
16. Bougie – Via deze uitsparing hebt u toegang tot de bougie.
2
1
4
9
10
3
5
30
15
19
28
8
7
6
E
N
G
I N
E
F
U
E
L
O
N
L
Y
11
14
12
16
13
14
26
Figuur 2. Bedieningselementen en controlelampjes van modelreeks STR36 (vooraanzicht)
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 17
Page 18
MODELREEKS STR36 — BEDIENINGSELEMENTEN EN CONTROLELAMPJES
17. Veiligheidsstopschakelaar – Schakelt de motor uit als zich
26. Sterstukken (links/rechts) – Bestaan uit troffelarmen, bladen,
niemand op de bestuurdersstoel bevindt.
18. Verlichting (Optioneel) – Optioneel zijn 12 volt halogeenlampen verkrijgbaar, twee vooraan en een achteraan.
19. Optillussen – Bevinden zich aan beide zijden van het hoofdchassis. Worden gebruikt om de vlindermachine op te tillen.
20. Motorluchtfilter – Beschermt de motor tegen vuil.
27. Documentkastje – Bevat alle productdocumentatie.
28. Accu – Levert +12V gelijkstroom aan het elektrische systeem.
29. Riembeschermer – Omgeeft de aandrijfriem die samen met de
30. Vuldop voor motorolie – Verwijder deze dop om motorolie bij
21. Oliefilter – Filtert de motorolie.
22. Olieaftap – Verwijder de dop van het uiteinde van de slang om
de motorolie uit de motor te laten lopen.
23. Tank voor vertragingsmiddelsproeier – Biedt plaats aan ongeveer 19 liter vertragingsmiddel.
OPMERKING
24. Pomp van vertragingsmiddelsproeier – Voert het vertragingsmiddel naar de sproeikop.
25. Naaf voor EZ-verplaatsingsvoorziening – Achterste bevestigingspunt voor EZ-verplaatsingsvoorziening. Wordt gebruikt om de vlindermachine te transporteren.
Zorg ervoor dat u alle veiligheidsvoorschriften en bedieningsinstructies in deze handleidng hebt gelezen, begrijpt en naleeft voor u de vlindermachine probeert te gebruiken.
slijtplaat en stuwkraag.
aandrijfkoppeling wordt gebruikt.
te vullen.
25
24
29
28
21
20
23
27
19
18
R
E
T
A
22
17
15
19
9
10
Y
L
N
O
L
E
U
F
E
N
I
G
N
E
R
D
A
N
T
O
N
L
Y
25
26
Figuur 3. Bedieningselementen en controlelampjes van modelreeks STR36 (achteraanzicht)
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 18
Page 19
MODELREEKS STR36— BASISINFORMATIE MOTOR
3
4
2
1
5
8
ENGINEFUEL ONLY
11
7
10
9
6
Figuur 4. Bedieningselementen en onderdelen van de motor
ONDERHOUD VOOR INGEBRUIKNEMING
Voor de motor (figuur 4) wordt gebruikt moet worden gecontroleerd of hij gevuld is met voldoende en nog bruikbare olie en moet hij worden gevuld met benzine. Raadpleeg de handleiding van de fabrikant van de motor voor instructies en details met betrekking tot de werking en het onderhoud van de motor. De hierboven getoonde motor is een HONDA motor. Het gebruik en de bediening van andere motortypes kunnen ietwat verschillen.
1. Brandstoftank – Inhoud: 19 liter; gebruik loodvrije benzine.
2. Vuldop van brandstoftank – Verwijder deze dop om
de brandstoftank bij te vullen met loodvrije benzine. Zorg ervoor dat de dop stevig dicht wordt gedraaid. Doe de brandstoftank NIET te vol.
3. Knalpot – Dient om het lawaai en de uitstoot te beperken.
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
Motoronderdelen kunnen extreem heet worden. Om brandwonden te voorkomen mag u de motoronderdelen NIET aanraken terwijl de motor draait of onmiddellijk na het gebruik van de machine. Laat de motor NOOIT draaien zonder knalpot.
4. Luchtfilter – Voorkomt dat vuil en andere afvalstoffen in het brandstofsysteem raken. Klik het deksel van de luchtfilter los om toegang te krijgen tot het filterelement.
5. Chokeknop – Wordt gebruikt om een koude motor te starten of in koude weersomstandigheden. De choke verrijkt het brandstofmengsel.
6. AAN/UIT-schakelaar van motor – In de stand AAN “ON” kan de motor worden gestart en in de stand UIT”OFF” wordt de motor stilgelegd.
7. Aftapklep voor brandstof – OPEN om de brandstof te laten lopen, SLUIT om het wegstromen van de brandstof te doen stoppen.
8. Brandstoffilter – Filtert contaminanten uit de brandstof.
9. Oliefilter – Opdraaitype, filtert contaminanten uit de brandstof.
10. Oliekoeler – Helpt de motorolie koel te houden voor een langere levensduur van de motor.
11. Smoorklephendel – Wordt aangestuurd door de versnellingspedaal, verhoogt of verlaagt het toerental van de motor.
12. Olievuldop – Verwijder om motorolie bij te vullen.
13. Oliemeetstaaf – Verwijder om de hoeveelheid en de staat van de olie in het carter te controleren.
14. Starter – Start de motor wanneer de contactsleutel in de stand “ON” is gedraaid.
15. Olieaftapdop – Verwijder om de olie uit het carter te laten weglopen.
16. Bougie – Zorgt voor de vonk in de verbrandingskamer. Raadpleeg de handleiding van de motor voor het type en de elektrodenafstanden. Maak de bougie wekelijks schoon.
16
12
15
13
14
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 19
Page 20
MODELREEKS STR36 — EEN NIEUWE MACHINE KLAARMAKEN VOOR INGEBRUIKNEMING
Montage-instructies voor vlindermachine
Het doel van dit tekstgedeelte is de gebruiker te helpen met het klaarmaken van een Als uw vlindermachine al volledig gemonteerd is (stoel, hendels, knoppen, en accu) mag u dit tekstgedeelte overslaan.
OPMERKING
Voor ze werd verpakt en verstuurd heeft deze zitvlindermachine van modelreeks STR36 in de fabriek proefgedraaid en testen ondergaan. Als er problemen zijn, horen wij dat graag van u.
NIEUWE
vlindermachine voor ingebruikneming.
De nieuwe vlindermachine kan niet in gebruik worden genomen tot alle montage-instructies zijn uitgevoerd. Deze montage-instructies hoeven alleen te worden uitgevoerd op het ogenblik dat u een
NIEUWE
vlindermachine uitpakt.
Bedieningshendel
Op het ogenblik dat de machine uit de fabriek vertrekt, zijn de stuurbedieningshendels niet op de twee onderste hendels van de vlindermachine bevestigd. Om de stuurbedieningshendels op de twee onderste hendelvoorzieningen te bevestigen gaat u als volgt te werk:
1. Verwijder de bouten uit de plastic zak die aan de bedieningszuilen hangt.
2. Verwijder al het beschermmateriaal en de bevestigingsriemen van de bedieningshendels
3. Laat het bovenste (losse) deel in de basis van de overeenkomstige hendel glijden en zorg ervoor dat de gaten samenvallen.
4. Steek de bout door de samenvallende gaten en draai de eikelmoer op het van schoefdraad voorziene uiteinde.
Montage van de stoel
Om transportredenen is de stoel niet op de vlindermachine gemonteerd. Om de stoel te monteren gaat u als volgt te werk:
OPMERKING
kan worden gezet. Vlindermachines van de modelreeksen H en S zijn uitgerust met een stoel die op rails is gemonteerd, te vergelijken met een autostoel. Deze stoel kan vooruit en achteruit worden geschoven met behulp van de bedieningshendel onder de voorkant van de stoel.
1. Haal de stoel uit de beschermende verpakking.
2. Verwijder de bouten uit de onderkant van de stoel, plaats de stoel op de stoelbevestigingsplaat, steek vervolgens de bouten door de gaten of gleuven in de stoelbevestigingsplaat en draai ze vast.
Ingebruikname van de accu
De vlindermachine wordt verstuurd met een nat geladen accu. De accu moet mogelijk gedurende een korte tijd worden opgeladen volgens de instructies van de fabrikant.
Leef alle veiligheidsvoorschriften van de accufabrikant na wanneer u aan de batterij werkt. Bijkomende specifieke veiligheidsinformatie vindt u op pagina 14 van deze handleiding.
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
Er zijn twee types stoelen, afhankelijk van het type vlindermachine dat u hebt. Vlindermachines van de modelreeksen
J en B zijn uitgerust met gleuven in de stoelbevestigingsplaat waardoor de stoel in de voorste of achterste stand
ASTAST
AST
ASTAST
Om de accu op de vlindermachine te installeren zorgt u ervoor dat de
OPMERKING
5. Besteed bijzondere aandacht aan eventuele draden die zich in de bedieningshendels bevinden. Knijp of knip GEEN draden af tijdens de installatie.
6. In de plastic zak met onderdelen vindt u twee knoppen voor de krukken van de bladhoekverstellingszuilen. Installeer die twee knoppen op de krukhendels van de zuilen.
Sommige modellen zijn uitgerust met hendels voor hoogteverstelling. Pas de hoogte aan door de bout door de reeks gaten te steken die overeenkomen met de comfortabelste hoogte.
batterij goed in de accuhouder zit. Sluit eerst de positieve kabel op de positieve pool van de batterij aan en sluit vervolgens de negatieve kabel aan op de negatieve pool. Sluit het plastic deksel van de batterijhouder en maak de batterijhouder goed vast.
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 20
Page 21
MODELREEKS STR36 — INGEBRUIKNEMING
Het volgende tekstgedeelte is bedoeld als basisgids voor het gebruik van de zitvlindermachine en mag niet worden beschouwd als een volledige betonafwerkingsgids. Het verdient ten zeerste de aanbeveling dat alle (zowel ervaren als beginnende) operatoren “ van het American Concrete Institute, Detroit Michigan lezen.
Gebruik uw zitvlindermachine NIET tot u dit tekstgedeelte volledig hebt begrepen.
Slabs on Grade
Tabel 3. Aanbevolen viscositeit
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
Het niet begrijpen van hoe de vlindermachine van modelreeks STR36 moet worden gebruikt en bediend kan leiden tot zware beschadiging van de machine of ernstige lichamelijke letsels.
Zie figuur 2 en 3 (pagina 20 en 21) voor de locatie van een bedieningselement of controlelampje waarnaar in deze handleiding wordt verwezen.
Motoroliepeil
Controleer het motoroliepeil ALTIJD VOOR ELK GEBRUIK.
1. Trek de motoroliemeetstaaf (item 2, figuur 5) uit de houder.
2. Ga na of er weinig olie in de motor zit (figuur 5).
3. Als de hoeveelheid motorolie onvoldoende is; verwijdert u de olievuldop (item 1, figuur 5) en vult u de correcte hoeveelheid motorolie bij tot de motorolie op een normaal, veilig niveau staat. Gebruik olie die voldoet aan de aanbevelingen van tabel 3.
ASTAST
AST
ASTAST
Oliepeil van drijfwerkkast
1. Controleer het drijfwerkoliepeil in beide drijfwerkkasten door de dop te verwijderen en zich ervan te vergewissen dat het oliepeil correct is. Zie figuur 6.
2. Vul de drijfwerkkast tot het niveau van de vuldop (figuur 6) met 2,041 l (69 oz.) STOW drijfwerksmeermiddel, stuknummer 20111, ISO of een gelijkwaardig product.
Figuur 6. Doppen voor drijfwerkkastolie/kijkglas
Brandstof
Ga na of er weinig brandstof in de motor zit (figuur 7). Als het brandstofpeil laag is, verwijdert u de vuldop en vult u loodvrije benzine bij.
GEVGEV
AARAAR
GEV
AAR
GEVGEV
AARAAR
Figuur 5. Motoroliemeetstaaf
Om aanzienlijke slijtage of beschadiging van de motor te voorkomen, moet de
OPMERKING
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 21
olie in het carter altijd op het juiste peil staan. Gebruik de motor nooit als het oliepeil niet binnen de markeringen op de meetstaaf staat (items 3 en 4 in figuur 5).
Ga op een veilige manier om met brandstof. Motorbrandstoffen zijn uiterst ontvlambaar en kunnen gevaarlijk zijn als er niet juist mee wordt omgegaan. Rook NIET terwijl u brandstof bijvult. Probeer de zitvlindermachine NIET bij te vullen als de motor
warm is of draait. Probeer NOOIT de motor te starten tot de brandstofresten zijn opgenomen en oppervlakken rond de motor droog zijn.
Page 22
ENGINEFUEL ONLY
FUEL
E
Figuur 7. Brandstofmeter
Belangrijke informatie voor u start
MODELREEKS STR36 — GEBRUIK
5. Wanneer u een koude motor start, trekt u de chokeknop (figuur 9) uit tot de kan de motor worden gestart met de choke half of volledig
F
gesloten
stand. Bij warm weer of als de motor warm is,
open
.
1. De
De “veiligheidsstopschakelaar” mag NOOIT buiten werking worden gesteld of worden losgekoppeld . De schakelaar is er voor de veiligheid van de operator en de knop buiten werking stellen, loskoppelen of niet naar behoren onderhouden kan letsels of de dood tot gevolg hebben.
2. De veiligheidsstopschakelaar moet na elk gebruik worden
3. Met de rechter voetpedaal (figuur 8) regelt u het toerental van de
zitvlindermachine
“veiligheidsstopschakelaar”
onder de stoel. Vergeet niet dat de motor niet zal starten tenzij een operator op de bestuurdersstoel zit. Door het gewicht van een operator wordt een elektrische schakelaar ingedrukt waardoor de motor kan worden gestart.
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
gebruikt om de motor stil te leggen. Op die manier verifieert u of de schakelaar correct werkt en dus de veiligheid van de operator helpt te verzekeren. Vergeet niet de sleutel in de stand “OFF” te draaien nadat de motor is gestopt. Als u dat niet doet, loopt de batterij leeg.
bladen en de motor. De stand van de voetpedaal bepaalt de bladsnelheid. U krijgt een trage snelheid van de bladen als u de voetpedaal lichtjes indrukt. Voor een maximale snelheid van de bladen moet u de voetpedaal helemaal indrukken.
is uitgerust met een
. Die schakelaar bevindt zich
6. Houd uw voet WEG van de voetpedaal voor het regelen van de
bladsnelheid en start de motor in alle omstandigheden onbelast (zonder de pedaal aan te raken).
7. Steek de
8. Draai de contactsleutel (figuur 10) naar rechts en luister of de
motor aanslaat. Wanneer de motor eenmaal aanslaat, laat u de contactsleutel los.
9. Als u de motor op die manier niet gestart krijgt, raadpleegt u de
handleiding van de motor die bij uw vlindermachine werd geleverd.
10. Test de veiligheidsstopschakelaar door even van de stoel op te
staan. De schakelaar onder de stoel zou de motor moeten doen stoppen. Als de schakelaar de motor niet doet stoppen: leg de motor stil met de contactsleutel en herstel de veiligheidsstopschakelaar. Zie tabel 6 (Troubleshooting) voor mogelijke oorzaken.
Figuur 9. Chokeknop
contactsleutel
in de contactschakelaar.
Figuur 8. Voetpedaal voor het regelen
van de bladsnelheid
De motor starten
1. Met een voet op de grond en de andere op het platform van de vlindermachine grijpt u het chassis vast in de buurt van de stoel en klimt u op de vlindermachine. Neem plaats op de bestuurdersstoel en vergewis u ervan dat u op een comfortabele manier bij de bedieningshendels, de voetpedaal en de items op het bedieningspaneel kan.
11. Laat de motor 3-5 minuten onbelast draaien. Als u de choke hebt gebruikt, duwt u de knop in de open stand zodra de motor soepel draait.
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 22
Figuur 10. Contactsleutel
Page 23
MODELREEKS STR36 — GEBRUIK
Sturen
Voor het besturen van de zitvlindermachine van modelreeks STR36 bevinden zich twee bedieningshendels voor de bestuurdersstoel. Tabel 4 illustreert de diverse richtingsbepalende standen van de joysticks en het effect ervan op de zitvlindermachine.
OPMERKING
1. Duw zowel de linker als de rechter bedieningshendel naar voren. Zie figuur 11.
Alle verwijzingen naar een richting met betrekking tot de stuurbedieningshendels gelden vanuit het standpunt van de
operator
LINKER BEDIENINGSHENDEL
die op de bestuurdersstoel zit.
5. Probeer de hoek van de bladen te wijzigen. De hoek kan worden aangepast wanneer de zitvlindermachine is stopgezet of terwijl de vlindermachine in beweging is, afhankelijk van wat u het comfortabelste vindt. Test de werking van optionele uitrusting zoals de vertragingsmiddelsproeier en de verlichting als uw vlindermachine ermee is uitgerust.
6. Trek zowel de rechter als linker joystick naar achteren en herhaal de stappen 3 tot en met 6 maar vervang vooruit door achteruit.
VOORUIT
RECHTER BEDIENINGSHENDEL
Figuur 11. Linker en rechter bedieningshendels
2. Duw met uw rechtervoet de rechter voetpedaal snel tot halverwege in. Merk op dat de zitvlindermachine vooruit begint te bewegen. Laat de beide joysticks naar hun neutrale stand terugkeren om het vooruitbewegen te doen stoppen, en haal vervolgens uw voet van de rechter voetpedaal.
3. Oefen het ter plaatse houden van de machine terwijl u de bladsnelheid verhoogt. Op ongeveer 75% van de maximale bladsnelheid bewegen de bladen met de correcte vlindersnelheid. Het is mogelijk dat de machine moeilijk ter plaatse kan worden gehouden. De vlindermachine stationair ter plaatse proberen te houden is een goede oefening voor het echte gebruik.
4. Oefen het besturen van de zitvlindermachine aan de hand van de informatie uit tabel 4. Probeer gecontroleerde bewegingen te maken alsof u een betonoppervlak aan het vlinderen was. Oefen het afwerken van de rand en het beslaan van een groot oppervlak.
De vlinderarmen kunnen schade oplopen door ruwe omgang of door in contact te komen met blootliggende buizen/leidingen of voorwerpen tijdens het gebruik. Pas die de vlinderarmen zouden kunnen beschadigen.
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
ASTAST
AST
ASTAST
ALTIJD
op voor voorwerpen
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 23
Page 24
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Onderhoud
Wanneer u onderhoudswerkzaamheden aan de vlindermachine of de motor uitvoert, moet u alle veiligheidswaarschuwingen en voorschriften voor een veilig gebruik naleven die u vooraan in deze handleiding vindt.
WAARSCHUWING
Accidenteel starten van de machine kan tot ernstige verwondingen of de dood
Luchtfilter (dagelijks)
Verwijder grondig al het vuil en alle olie van de motor en van op en rond de bedieningselementen. Maak de luchtfilterelementen schoon en vervang ze indien nodig. Controleer alle bevestigingsmiddelen (schroeven, bouten, enz.) en draai ze vast waar nodig.
1. Maak de vier vergrendellippen (figuur 12) van het luchtfilterdeksel los en verwijder het deksel.
leiden.
Zet de AAN/UIT-schakelaar ALTIJD in de stand UIT (“OFF”).
Maak de bougiekabels los en aard ze en maak de negatieve accukabel los voor u aan de machine werkt.
Onderhoudsschema
1. Controleer al bevestigingsmiddelen (schroeven, bouten, enz.) en draai ze vast waar nodig.
Figuur 12. Onderdelen van de luchtfilter
Dagelijks (8-10 uur)
1. Controleer het peil van de diverse vloeistoffen in de motor en drijfwerkkasten, vul bij indien nodig. Controleer de luchtfilter. Zie tekstgedeelte over het onderhoud van de luchtfilter.
Wekelijks (30-40 uur)
1. Smeer de armen, de stuwkraag en de verbindingselementen van de stuurinrichting.
2. Vervang de bladen indien nodig.
3. Controleer de luchtfilter van de motor en maak hem schoon of vervang hem indien nodig. (Zie het volgende tekstgedeelte over het onderhoud van de luchtfilter.)
4. Vervang de motorolie en de oliefilter indien nodig. (Zie het volgende tekstgedeelte over olie en oliefilter.)
Maandelijks (100-125 uur)
1. Verwijder de armen en de stuwkraag, maak ze schoon, monteer en smeer ze. Regel de bladarmen af.
2. Vervang het smeermiddel in de drijfwerkkast na de eerste 100 gebruiksuren. Daarna vervangt u het om de 500-600 uur.
3. Controleer de aandrijfriem op overmatige slijtage. (Zie het volgende tekstgedeelte over onderhoud van de aandrijfriem.)
Jaarlijks (500-600 uur)
1. Controleer de armbussen, de stuwkraagbussen, het dichtingsmateriaal van de as en de riemen en vervang indien nodig.
2. Controleer de bladhoekverstelkabels op slijtage.
3. Vervang het smeermiddel in de drijfwerkkast.
PAGINA — STR 31V
2. Verwijder de schuimfilter uit het deksel.
3. Verwijder de papieren filter uit de luchtfilterhouder.
4. Controleer de beide filterelementen en vervang ze indien nodig.
5. Om de papieren luchtfilter schoon te maken, tikt u het filterelement meermaals tegen een hard oppervlak om het vuil te verwijderen, of blaast u langs de kant van de luchtfilterhouder perslucht (van niet meer dan 30 psi (207 kPa, 2.1 kgf/cm het filterelement.
6. Probeer borstelen duwt het vuil in de vezels. Als het papieren element te vuil is, vervangt u het.
7. Maak het spoel het uit en laat het grondig drogen. Of maak het schoon met een niet-ontvlambaar oplosmiddel en laat het drogen. Giet NOOIT olie, ongeacht het type, in het schuimelement.
8. Veeg met behulp van een vochtig doek het vuil uit de binnenkant van de luchtfilterhouder en het deksel. Pas op dat geen vuil of afvalstoffen in de luchtkamer raken die naar de carburator leidt.
9. Breng het schuimluchtfilterelement opnieuw aan in het luchtfilterdeksel, installeer vervolgens het papieren luchtfilterelement en breng het deksel aan op de luchtfilterhouder. Vergrendel het deksel stevig met de vier haaklippen van het deksel.
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 24
NOOIT!
schuimluchtfilterelement
om het vuil weg te vegen/borstelen; vegen/
schoon in warm zeepwater,
2
) door
Page 25
Olie- en brandstofleidingen
OPGEP OPGEP
OPGEP
OPGEP OPGEP
De motor gebruiken met een geblokkeerd rooster, vuile of verstopte koelribben en/of zonder koelerafscherming leidt tot beschadiging van de motor door oververhitting.
ASTAST
AST
ASTAST
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Controleer de olie- en brandstofleidingen en -aansluitingen regelmatig op slijtage en schade. Herstel of vervang waar nodig.
Vervang de olie- en brandstofleidingen om de twee jaar voor het behoud van de prestaties en de flexibiliteit van de leidingen.
Motorolie verversen (100 uur)
1. Ververs de motorolie na de eerste 20 gebruiksuren, vervolgens om de 6 maanden of elke 100 uur.
2. Verwijder de olievuldop (figuur 5, item 1) en vul het carter van de motor met het aanbevolen type olie uit de lijst van tabel 4. Vul tot de bovenlimiet van de peilstok.
3. Er gaat 1,6 liter (1,69 qts.) olie in het carter als de oliefilter niet wordt vervangen en 1,9 liter (2,02 qts.) als de filter wel wordt vervangen.
Oliefilter (200 uur)
1. Vervang de motoroliefilter (figuur 13) elke 200 uur.
Opbergen voor lange tijd
Verwijder de accu.
Laat de brandstof uit de brandstoftank, de leiding en de carburator lopen.
Verwijder de bougie en giet enkele druppels motorolie in de cilinder. Zwengel de motor 3 à 4 keer aan zodat de olie alle interne onderdelen kan bereiken.
Maak de buitenkant schoon met een in schone olie gedrenkt doek.
Berg de machine onder plasticfolie op op een vocht- en stofvrije plaats en uit direct zonlicht.
Berg de zitvlindermachine nooit gedurende lange tijd op met brandstof in de tank. Neem gemorste brandstof altijd meteen op.
Afstelling van de motor
OPGEPOPGEP
OPGEP
OPGEPOPGEP
ASTAST
AST
ASTAST
Figuur 13. Oliefilter
2. Vergeet de wrijven met schone motorolie.
dichtingsring
van de nieuwe oliefilter niet in te
Brandstoffilter (200 uur)
1. Vervang de brandstoffilter (figuur 14) elke 200 uur.
Figuur 14. Honda brandstofmeter
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 25
Zie uw motorhandleiding voor specifieke informatie over het afstellen van uw motor, het controleren en regelen van de elektrodenafstand van bougies, enz.
Zie de motorhandleiding die bij uw
OPMERKING
Vooraan in de handleiding (pagina 9) vindt u een “Lijst met dagelijkse aan het gebruik voorafgaande controles”. Maak kopieën van die controlelijst en gebruik hem elke dag.
Koppel de bougiekabels en de accukabels los voor u onderhoud of herstellingen aan de zitvlindermachine uit probeert te voeren.
machine werd geleverd voor het vereiste motoronderhoudsschema en het oplossen van problemen.
Page 26
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
De aandrijfriem controleren
De aandrijfriem moet worden vervangen zodra hij tekenen van slijtage begint te vertonen. Uitrafelen, piepen tijdens het gebruik, tijdens het gebruik roken of naar verbrand rubber ruiken zijn tekenen van overmatige slijtage van de riem.
In normale gebruiksomstandigheden kan een aandrijfriem tot ongeveer 150 uur meegaan. Als de aandrijfriemen op uw vlindermachine die levensduur niet halen door slijtage van de aandrijfriem, controleert u de aandrijfriem op een uitlijning en afstand van de riemschijven.
Om toegang te krijgen tot de aandrijfriem verwijdert u de beschermkap van de aandrijfriem (item 1, figuur 16) en vervolgens inspecteert u de aandrijfriem visueel op tekenen van schade of overdreven slijtage. Als de aandrijfriem versleten of beschadigd is, vervangt u de aandrijfriem.
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
Probeer NIET om met de handen of gereedschap in de buurt van de riem te komen terwijl de motor draait. Laat de motor NOOIT draaien zonder de beschermkappen. Blijf met uw vingers, handen, haar en kleding uit de buurt van alle bewegende onderdelen om letsels te voorkomen.
Figuur 16. Beschermkap van de aandrijfriem
1. Verwijder de beschermkap van de aandrijfriem (item 1, figuur 16).
2. Knijp de aandrijfriem samen zoals afgebeeld in figuur 17 en trek de V-riem naar omhoog. Op die manier worden de mantelvlakken van de
5
4
1
1 Beschermkap van de aandrijfriem 2 Onderste riemschijf 3 Bovenste riemschijf 4 Reserveaandrijfriem 5 Houder voor reserveaandrijfriem
onderste
aandrijfriemschijf opengespreid.
3
2
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
Verwijder de beschermkap van de aandrijfriem NIET tot de knalpot afgekoeld is. Laat de volledige vlindermachine afkoelen voor u deze procedure uitvoert.
De aandrijfriem verwijderen
zz
z
Laat de bestaande aandrijfriem intact tot u wordt opgedragen om
zz
hem door te snijden.
zz
z
Laat de motor op zijn plaats staan voor deze procedure. Het is niet
zz
nodig de motor te verschuiven om de aandrijfriem te vervangen.
zz
z
Zorg ervoor dat u een houten blok van 1,905 x 2,54 X 8,255 cm (3/
zz
4 X 1 X 3-1/4 inch) bij de hand hebt.
HOUTEN BLOK
LENGTE
3,25 INCH
HOOGTE
0,75 INCH
BREEDTE 1,00 INCH
1
2
6
5
3
4
1 Bovenste riemschijf 2 Aandrijfriem 3 Vast mantelvlak van onderste riemschijf 4 Opengespreide onderste riemschijf 5 Beweegbaar mantelvlak van onderste riemschijf 6 Knijp samen en trek omhoog om de onderste
riemschijf open te spreiden
Figuur 15. Houten blok voor afstandsstuk
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 26
Figuur 17. De onderste aandrijfriemschijf openspreiden
Page 27
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Steek
3.
het houten blok van 1,905 x 2,54 X 8,255 cm (3/4 X 1 X 3­1/4 inch) tussen het verplaatsbare en vaste mantelvlak van de onderste aandrijfriemschijf. Zie figuur 18. Dat blok helpt de mantelvlakken van de onderste aandrijfriemschijf opengespreid te houden terwijl u de nieuwe aandrijfriem installeert.
1
Houten blok
Figuur 18. De onderste riemschijf
opengespreid houden
4. Als de riem niet opnieuw zal worden gebruikt (aanbevolen),
SNIJDT
u de aandrijfriem door. Zorg ervoor dat geen resten van
de riem op de riemschijven achterblijven.
De aandrijfriem installeren (reserveaandrijfriem gebruiken)
De zitvlindermachine van modelreeks STR36 is uitgerust met een reserveaandrijfriemhouder die zich op de wand van de brandstoftank aan de binnenkant van de vlindermachine bij de koppeling bevindt. Zorg ervoor dat zich ALTIJD een reserveaandrijfriem in de aandrijfriemhouder bevindt voor de vlindermachine op een bettonoppervlak wordt gezet om het beton af te werken.
In het geval een aandrijfriem defect raakt, kan de reserveaandrijfriem worden gebruikt om de kapotte riem snel ter plaatse te vervangen en door te gaan met het vlinderen.
1. Indien nodig raadpleegt u de instructies voor het verwijderen van de aandrijfriem. Zorg ervoor dat alle resten van de oude riem van de riemschijven zijn verwijderd.
2. Om de aandrijfriem door de reserveaandrijfriem te vervangen verwijdert u de twee bouten waarmee de aandrijfriemhouder is vastgemaakt. (Figuur 19) De riem kan dan vrij bewegen om te worden geïnstalleerd. Let op dat u de reserveaandrijfriem niet bevuilt met vet of vuil.
3. Terwijl het houten blok van 1,905 x 2,54 X 8,255 cm (3/4 X 1 X 3-1/4 inch) de onderste wielschijf opengespreid houdt, plaatst u de reserveaandrijfriem eerst op de onderste wielschijf. Breng de riem daarna over de bovenste aandrijfriemschijf in de schijfgroef aan.
4. Knijp de riem voldoende samen om het houten blok te kunnen verwijderen. Als het blok verwijderd is, neemt u de druk op de riem weg.
5. Maak de reserveriemhouder en de aandrijfriembeschermkap weer vast.
6. Vervang de reserveriem voor het volgende gebruik van de vlindermachine. Zie procedures voor het vervangen van de reserveaandrijfriem.
2
1
3
4
5
6
Figuur 19. De aandrijfriem installeren
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 27
1 Bout, reserveaandrijfriemhouder 2 Reserveaandrijfriemhouder 3 Houten blok 4 Homokinetische koppeling 5 Nieuwe reserveaandrijfriem 6
Onderste aandrijfriemschijf
Page 28
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
5
4
6
2
3
1 Homokinetische koppeling 2 Bout (3 stuks te verwijderen) 3 Nieuwe reserveaandrijfriem 4 Bout, reserveaandrijfriemhouder 5 Reserveaandrijfriemhouder 6 Linker drijfwerkkast
Figuur 20. De reserveaandrijfriem vervangen
De reserveaandrijfriem vervangen
Er is geen andere mogelijkheid dan het loskoppelen van de homokinetische
OPMERKING
Om de reserveaandrijfriem te vervangen moet u de homokinetische koppeling loskoppelen van de linker drijfwerkkast. Zie figuur 20.
1. Plaats de vlindermachine op geschikte steunen en leef alle veiligheidsvoorschriften na.
2. Verwijder de drie schroeven waarmee de homokinetische koppeling op het koppelstuk van het drijfwerk is bevestigd.
koppeling van het koppelstuk van de linker drijfwerkkast. Dat betekent dat de drie schroeven moeten worden verwijderd waarmee de homokinetische koppeling op de drijfwerkkast bevestigd zit.
3. Wanneer de homokinetische koppeling van de linkse drijfwerkkast is gescheiden, duwt u de homokinetische koppeling naar binnen zodat er een spleet is tussen het drijfwerk en de homokinetische koppeling (figuur 20). Schuif de reserveaandrijfriem tussen het koppelstuk van de drijfwerkkast en de homokinetische koppeling. Zorg ervoor dat de reserveaandrijfriem niet met vet of olie wordt bevuild wanneer u hem tussen de homokinetische koppeling en het koppelstuk van de drijfwerkkast schuift.
4. Plaats de reserveaandrijfriem in de reserveaandrijfriemhouder en bevestig de reserveaandrijfriemhouder op de wand van de drijfwerkkast.
5. Breng de drie schroeven aan waarmee de homokinetische koppeling op het koppelstuk van het drijfwerk is bevestigd.
1
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 28
Page 29
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
(
)
Theoretische beschrijving van de werking van het aandrijfsysteem
Middelpuntvliedende krachten duwen de rolarmen tegen de hellende plaat waardoor het beweegbare mantelvlak naar het vaste mantelvlak wordt geduwd en de riem wordt vastgeknepen.
De zitvlindermachine van modelreeks STR36 is uitgerust met een “koppelomvormer” die aan zowel de linker als rechter drijfwerkkast koppelkracht levert.
De functie van de koppelomvormer bestaat erin automatisch de correcte hoeveelheid koppelkracht te leveren die de vlindermachine onafhankelijk van de belastingsomstandigheden nodig heeft. Op die manier kan de
(Zie figuur 23 hieronder)
MIDDELPUNTVLIEDENDE KRACHT
AFSTAND DIE
BEWEEGBAAR
MANTELVLAK
AFLEGT
vlindermachine de nodige koppelkracht leveren voor strijkbordtoepassingen en de hoge rotorsnelheden die vereist zijn voor polijsten van beton.
De koppelomvormer die in de zitvlindermachine van modelreeks STR36 wordt gebruikt is van het riemschijftype met variabele steek (figuur 21) met een aandrijfriem als verbinding.
BEWEEGBAAR
MANTELVLAK WORDT
GEREGELD DOOR
ROLGEWICHTARMEN
EN VEREN
Figuur 23. Interactie van de riemschijven
De “riemschijven met variabele steek” hebben één en één de
beweegbaar mantelvlak
aandrijvende
door rolgewichtarmen en veren die afhankelijk van de motorsnelheid van plaats veranderen. Het
aangedreven
riemspanning.
BEWEEGBAAR
AANDRIJFRIEM-
SCHIJF
UITGANGSSNELHEID
LAAG TOERENTAL MOTOR
AANGEDREVEN RIEMSCHIJF
AANDRIJFRIEM-
SCHIJF
HOOG TOERENTAL MOTOR
LAGE
UITGANGSSNELHEID
AANGEDREVEN RIEMSCHIJF
MANTELVLAK WORDT
GEREGELD DOOR EEN
VEER EN DE
RIEMSPANNING
HOGE
vast mantelvlak
. Het beweegbare mantelvlak van
riemschijf (koppelomvormer, figuur 24) wordt geregeld
beweegbare mantelvlak
van de
riemschijf wordt geregeld door een veer en de
AANDRIJFRIEMSCHIJF
Figuur. 21. Koppelomvormer/Riemschijf met
variabele steek
Aandrijfriemschijf
De “aandrijfriemschijf” maakt gebruik van middelpuntvliedende krachten (figuur 22 en 23) om een riemperskracht te creëren die aan de mantelvlakken van de riemschijf wordt overgebracht. Dit systeem werkt als een automatische koppeling en transmissie.
MIDDELPUNTVLIEDENDE
KRACHT
VAST
MANTELVLAK
VEER
ROLARM
Figuur. 24. Riemschijven met variabele steek
A
BEWEEGBAAR
MANTELVLAK
RIEMPERSKRACHT
Figuur 22. Koppelomvormer
(middelpuntvliedende kracht)
AANDRIJFRIEMSCHIJF
KOPPELOMVORMER
NEUTRAAL
HELLENDE
BUS
GEWICHT
B
LAGE
SNELHEID
C
HOGE
SNELHEID
PLAAT
AANDRIJFRIEMSCHIJF
AANGEDREVEN RIEMSCHIJF
Figuur 25. Riemschijfstanden
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 29
Page 30
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Hoe werkt het? (Figuur 25)
zz
z
Toestand A:
Toestand B:
Motor draait in leegloop
zz
zz
z
Aandrijvende riemschijf: klein
zz
zz
z
Aangedreven riemschijf: groot
zz
zz
z
Riem: Los en stationair
zz
zz
z
Motor versnelt
zz
zz
z
Aandrijvende riemschijf: klein maar
zz
Bladverstelhoek
Het kan soms nodig zijn om de bladverstelhoek van de twee sets bladen op elkaar af te stemmen. Bepaalde tekenen wijzen op de noodzaak ervan. Een verschillende verstelhoek zou bijvoorbeeld een zichtbaar verschil in de afwerkingskwaliteit kunnen veroorzaken tussen de twee sets bladen. Of, verschillende verstelhoeken zouden de machine moelijk te controleren kunnen maken. Dat is te wijten aan een verschil in contactvlakgrootte met het beton (de set bladen met het grootste contactvlak heeft de neiging om meer aan het beton te blijven kleven).
groter wordend
zz
Aangedreven riemschijf: groot maar
z
zz
kleiner wordend
zz
z
Riem: staat bijna onder spanning
zz
Toestand C:
zz
z
Motor draait met hoge snelheid
zz
zz
z
Aandrijvende riemschijf: groot
zz
zz
z
Aangedreven riemschijf: klein
zz
zz
z
Riem: gespannen
zz
Koppeling
Dit koppelingssysteem biedt een grote riemschijfratio (een lage versnelling als het ware) om te beginnen en een kleine riemschijfratio (een grote versnelling als het ware) bij werking met hoge snelheid, en een onbeperkte variatiemogelijkheid tussen die twee uitersten.
Dat betekent dat het niet nodig is om schoepen van het beton los te maken. U kan de machine langzaam snelheid laten opbouwen.
De koppelgevoelige riemschijf (figuur 26) maakt gebruik van een veer en een nok. Topprestaties worden verkregen door de correcte interactie tussen de veer van de aangedreven riemschijf en de hellingshoek van de nokbeugel.
plankgas
te geven om de bladen/
De bladhoek van de beide sets bladen identiek instellen
Bij vlindermachines die zijn uitgerust met optionele Twin Pitch dubbele bladhoekverstellingen kan het gebeuren dat de blashoekverstelling van de twee sets bladen “gesynchroniseerd” moet worden. Als de bladen gesynchroniseerd moeten worden kan u dat gemakkelijk doen op de hieronder beschreven wijze. Zie figuur 27.
1. Til de bladhoekverstelhendel aan een van beide kanten op. Wanneer u de hendel eenmaal hebt opgetild is die dan losgekoppeld van het Twin Pitch
2. Pas aan zodat de beide kanten perfect gelijk zijn.
3. Als u de nodige aanpassingen hebt uitgevoerd laat u de hendel in Twin Pitch
A
TM
bedrijfsstand zakken.
B
TM
systeem.
TM
VEER
NOKBEUGEL
BEWEEGBAAR
MANTELVLAK
Figuur 26. Riemschijfveer en nokbeugel
AANGEDREVEN RIEMSCHIJF
VAST MANTELVLAK
A Twin PitchTM ontkoppeld (één kant) B Bedrijfsstand
Figuur 27. Bladhoekverstellingszuilen
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 30
Page 31
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Procedure voor het afstellen van de vlinderarmen
Figuur 29 toont de “ verstuurd vanuit de fabriek).
De volgende procedure moet worden uitgevoerd om de vlinderarmen af te
OPMERKING
stellen als blijkt dat de vlindermachine slecht afwerkt of routinematig onderhoud vergt.
Een
waterpas
afregeling te testen is van cruciaal belang. Eventuele
, schoon oppervlak om de vlindermachine na de
oneffenheden
Figuur 29. Correcte uitlijning van de sterstukplaat
in de bodem of afval onder de vlinderbladen leidt tot een onjuiste perceptie van de afstelling. Voor het testen is een 1,5 x1,5 meter en 1,9 cm dik ideaal.
1. Om te bepalen welke bladen moeten worden afgesteld, plaatst u de vlindermachine in het testgebied (een plaat van 1,9 cm dik) en let u op de volgende symptomen:
Geef de bladen een zo vlak mogelijke hoek en bekijk de
afstelbouten
moeten maken met de
. Zij zouden stuk voor stuk nauwelijks contact
onderste slijtplaat
Als u merkt dat één ervan geen contact maakt, is afstelling nodig.
Is de slijtage van de bladen ongelijk (d.w.z is een blad al
vlakke
staalplaat van
op het sterstuk.
2. Start de motor en breng de vlinderbladen op volle snelheid en ga dan na of u de volgende symptomen waarneemt:
Hebt u het gevoel dat de vlindermachine rollende of botsende bewegingen maakt?
“Deint” de beschermring op en neer ten opzichte van de grond?
De stabilisatorring verwijderen
1. Als de vlindermachine met een buitenste stabilisatorring (figuur 30) is uitgerust, verwijdert u de vier bouten op het uiteinde van elke sterstukarm.
volledig versleten terwijl de andere er nog als nieuw uitzien)?
correcte uitlijning
“ voor een sterstukplaat (zoals
Figuur 28 toont “
vlinderarmen
versleten sterstukbussen of gebogen
”. Controleer of de afstelbout de onderste slijtplaat nauwelijks raakt (maximum 0,25 cm tussen de bout en de plaat). De afstand tussen de afstelbout en de slijtplaat moet bij alle afstelbouten dezelfde zijn.
VERWIJDEREN
INCORRECTE
UITLIJNING
“DISHED” EFFECT OP AFGEWERKT BETONNEN OPPERVLAK
AFSTELBOUT
OPPERVLAK
ONDERSTE
SLIJTPLAAT
OM HET
STERSTUK
VRIJ TE ZETTEN
Figuur 28. Versleten armbussen
2. Controleer de ring grondig op vervormingen of deuken. Als de ring beschadigd is, vervangt u hem. Als u geen tekortkomingen aan de ring vaststelt, zet u de ring opzij.
STABLISATORRING
Figuur 30. Stabilisatorring
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 31
Page 32
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Een vlinderarm verwijderen
1. Elke vlinderarm wordt op de sterstukplaat op zijn plaats gehouden met een zeskantbout (met smeerfitting). Verwijder de zeskantbout/ smeerfitting van de sterstukplaat. (Figuur 31)
2. Verwijder de vlinderarm van de sterstukplaat.
Een vlinderblad verwijderen
1. Verwijder de vlinderbladen van de vlinderarm door de drie zeskantbouten (figuur 33) uit de vlinderarm te verwijderen. Leg de bladen opzij.
1 Sterstukplaat 2 Zeskantmoer (smeerfitting)
Figuur 31. De smeerfitting verwijderen
2. Verwijder met een van de zes kanten van de vlinderarm. Herhaal voor de overige drie armen.
Figuur 33. Vlinderbladen
staalborstel
elke eventuele afzetting
3. Als de inlegstukken (bronzen bussen) met de vlinderarm naar buiten komen, verwijdert u de bus van de vlinderarm en legt u de bus op een veilige plaats opzij. Als de bus in de sterstukplaat blijft steken verwijdert u de bus voorzichtig.
4. Inspecteer het bronzen businlegstuk van de vlinderarm (figuur 32) en maak indien nodig schoon. Vervang de bus indien ze niet meer perfect rond is of versleten is.
Figuur 32. Bronzen bussen
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 32
Page 33
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
De vlakheid van de vlinderarmen controleren
De vlinderarmen kunnen schade oplopen door ruwe omgang (zoals de troffel op het pad laden vallen) of door in contact te komen met blootliggende buizen/leidingen, voorwerpen of betonijzers tijdens het gebruik. Als een vlinderarm gebogen is, kan de vlindermachine niet meer vloeiend en gelijkmatig draaien. Als u vermoedt dat een of meerdere vlinderarmen gebogen zijn, controleert u als volgt de vlakheid; zie figuur 34 en 35.
3. Controleer vervolgens de afstand tussen de ronde as en het testoppervlak terwijl een van de vlakke zeskantgedeelten van de arm op het testoppervlak rust. Draai de arm naar elk van de vlakke zeskantgedeelten en controleer de afstand van de ronde as. Gebruik een meetplaatje van 0,127 mm (0,005"). Bij elk gedeelte zou de testoppervlak
4. Als blijkt dat de vlinderarm u de vlinderarm.
Afstellen van vlinderarm
In (figuur 38, pagina 37) ziet u de afstelfitting met aangebrachte vlinderarm. Bij het vergrendelen van elke vlinderarm in de fitting wordt de armbout afgesteld tot waar het contact maakt met een stop op de fitting. Op die manier worden alle vlinderarmen consequent afgesteld en wordt de afwerker zo vlak mogelijk en
1 Rond asgedeelte van vlinderarm 2 Zeskantasgedeelte van de vlinderarm 3 Hendelbevestigingssleuf (linkerarm afgebeeld) 4 Spanstiftgat 5 Gat voor bladbevestigingsbout (één van drie) 6 Vlakke kant van zeskantas (bovenkant van arm)
Figuur 34. Vlinderarm
zijn de hoeken zo gelijk mogelijk.
1. Zorg dat u het vlinderarmafstelgereedschap (stuknr. 9177) bij de hand hebt.
afstand
dezelfde
tussen de ronde as van de vlinderarm en het
moeten zijn.
ongelijk
of
gebogen
is, vervangt
1
1. Gebruik een dikke staalplaat, granieten plaat of een oppervlak dat
volkomen
elke vlinderarm te controleren of ze wel degelijk vlak zijn.
2. Controleer elk van de zes zijden van de vlinderarm (zeskantgedeelte). Een meetplaatje van 0,10 mm (0,004") mag nergens tussen het vlakke stuk van de vlinderarm en het testoppervlak passen over de gehele lengte op het testoppervlak. (Figuur 35, item 3) .
en
vlak
is om van
alle zes de zijden
van
2. Zorg ervoor dat de fittingarm in de juiste stand (omhoog of omlaag) staat, afhankelijk van de draaibeweging van uw vlinderarm, zoals afgebeeld in figuur 37.
1 Vlinderarm 2 Vlak testoppervlak 3 Meetplaatje (0,10 mm/0,004 inch)
OPMERKING
4 Meetplaatje (0,127 mm/0,005 inch)
Figuur 35. Controleren of de
vlinderarmen vlak zijn
3
2
4
ZIJAANZICHT
1 Afstelbout 2 “Afstand” 3 Borgmoer 4 Fittingarm
Figuur 36. Zijaanzicht van het vlinderarmafstelgereedschap
Bij armen waarvan de bladen naar RECHTS (met de wijzers van de klok mee) draaien moet de fitting in de stand “UP” worden gebruikt (A in figuur
37). Bij armen waarvan de bladen naar LINKS (tegen de wijzers van de klok in) draaien, moet de fitting in de stand “DOWN” worden gebruikt. (B in figuur 37).
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 33
Page 34
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
4. Gebruik een inbussleutel om de sluitbouten vast te draaien waarmee de vlinderarm op zijn plaats wordt gehouden.
5. Stel de “afstand” van de bout af zoals afgebeeld in figuur 36 zodat de bout op een van de armen is afgestemd. De andere armen worden afgesteld om diezelfde afstand aan te nemen.
6. Draai de borgmoer van de vlinderarmhendel los en draai vervolgens aan de afstelbout van de vlinderarm tot de bout nauwelijks (0,254 mm/ 0,010") de afstelbout van de fitting raakt.
7. Wanneer de correcte afstelling eenmaal is uitgevoerd draait u de borgmoer op de vlinderarm vast om alles op zijn plaats te houden.
8. Draai de sluitbouten van de afstelfitting los en verwijder de vlinderarm.
9. Herhaal voor de overige vlinderarmen.
Figuur 37. Opstelling voor afstelling
van vlinderarm
3. Schroef de sluitbouten van het afstelgereedschap los en plaats de vlinderarm in het fittingkanaal zoals afgebeeld in figuur 38. Een dun opvulstukje kan nodig zijn om de gaten van het blad op de vlinderarm te bedekken. Zorg ervoor dat u de afstelbout van de vlinderarm uitlijnt ten opzichte van de afstelbout van de fitting.
Opnieuw assembleren
1. Maak de bovenste/onderste slijtplaten en de stuwkraag schoon en inspecteer ze. Inspecteer de volledige sterstuksamenbouw. Verwijder afzettingen van beton of roest met een staalborstel. Als onderdelen van het sterstuk beschadigd of verwrongen blijken te zijn vervangt u ze.
2. Vergewis u ervan dat de bronzen vlinderarmbus onbeschadigd en perfect rond is. Maak de bus schoon indien nodig. Als de bronzen bus beschadigd of versleten is, vervangt u ze.
3. Installeer de bronzen bus weer op de vlinderarm.
4. Herhaal stap 2 -3 voor elk van de vlinderarmen.
5. Zorg ervoor dat de veerspanner zich op de correcte plaats bevindt om spanning uit te oefenen op de vlinderarm.
6. Steek alle vlinderarmen met hun hendels in de sterstukplaat (met de bronzen bussen al aangebracht) en let er daarbij op dat u het smeergat van de bronzen bus laat samenvallen met de smeergatfitting van de sterstukplaat.
7. Vergrendel de vlinderarmen op hun plaats door de zeskantbout met smeerfitting en tegenmoer vast te draaien.
1 Arm 2 Hendel van vlinderarm 3 Fittingarm 4 Afstelbout 5 Afstand = 0.254 mm/0,010 Inch
8. Monteer de bladen weer op de vlinderarmen.
9. Installeer de stabilisatorring op de sterstuksamenbouw.
10. Smeer alle smeerpunten (smeerfittingen) met een kwalitatief smeervet op basis van “ consistentie.
Lithum 12”
met NLG1 Grade #2
6 Afstelbout 7 Afstelfitting voor vlinderarm 8 Sluitbouten 9 Opvulstuk
Figuur 38. Onderdelen van fitting
voor afstelling van vlinderarm
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 34
Page 35
MODELREEKS STR36 — ONDERHOUD
Pannen op de afwerkbladen installeren
Deze ronde platen die soms “pannen” worden genoemd kunnen op de sterstukarmen bevestigd worden en helpen bij het snel drijven op nat beton en een gemakkelijke overgangsbeweging van natte naar droge oppervlakken. Ze zijn ook erg effectief voor het inbedden van grote aggregaten en oppervlakteverharders.
WAARSCHUWING
Optillen / Gevaar voor verplettering.
Til de vlindermachine niet op wanneer de pannen erop zijn bevestigd.
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
Installeer de pannen ALTIJD ofwel op het werkoppervlak ofwel op een oppervlak dat naast en op gelijke hoogte als het werkoppervlak ligt. Til de vlindermachine NIET op wanneer de pannen erop zijn bevestigd.
Laat u leiden door figuur 39 bij het installeren van pannen op afwerkingsbladen.
1. Til de vlindermachine net voldoende op om de pannen onder de
bladen te kunnen schuiven. Laat afwerker op de pan zakken met de bladen (item 1) naast de Z-clips (item 4).
2. Draai de bladen op hun plaats onder de Z-clips. Vergewis u ervan
dat u de bladen in dezelfde richting draait als de machine ze tijdens het gebruik zal doen draaien of gebruik de motor om de bladen op hun plaats te draaien.
3. Bevestig de bladbevestigingen (item 3) op de verste kant van de
Z-clipbeugels (item 4) met de bevestigingsknoppen (item 2) zoals afgebeeld in figuur 39.
4. Voor de machine opnieuw in gebruik wordt genomen controleert
u of de badranden stevig vastzitten onder de Z-clips en de bevestigingen volledig over de randen van de bladstang zijn bevestigd.
De vlindermachine/onderdelen buiten bedrijf stellen
Het buiten bedrijf stellen is een gecontroleerd proces dat wordt gebruikt om zich op een veilige manier te ontdoen van toestellen die niet langer bRuikbaar/herstelbaar zijn. Als een toestel een onaanvaardbaar en onherstelbaar veiligheidsrisico vormt ten gevolge van slijtage of schade of niet langer kosteneffectief kan worden behouden/onderhouden, (zijn betrouwbare levenscyclus voorbij is) en buiten bedrijf moet worden gesteld, (vernietiging en ontmanteling), moet de volgende procedure worden gevolgd:
2
4
1 BLADSAMENBOUW 2 KNOP, BEVESTIGING Z-CLIP PANNEN 3 BEVESTIGING, BLAD 4 Z-CLIP, PAN
1. Tap alle vloeistoffen volledig af. Daarbij gaat het om olie, benzine,
hydrauliekolie en antivriesmiddel. Ontdoe u van die vloeistoffen volgens de lokale voorschriften en overheidsbepalingen. Giet ze nooit op de grond of in afvoerputten of rioleringen.
3
2. Verwijder de accu en breng de accu naar een bedrijf dat lood
recycleert. Houd u aan de veiligheidsvoorschriften bij de omgang met accu’s die zwavelzuur bevatten, (zie pagina 14).
3. De rest kan naar een schroothandelaar of bedrijf dat metaal
recycleert worden gebracht voor verdere ontmanteling.
1
Figuur 39. Afwerkpannen met Z-clip installeren
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 35
Page 36
MODELREEKS STR36— TROUBLESHOOTING (MOTOR)
MOOTPMYS KAAZROOEKJILEGOM GNISSOLPO
.geelsiknatfotsdnarbeD .knatfotsdnarbedluV
ROTOMROOVGNITOOHSELBUORT.5LEBAT
.thcidsipelktiulsfaeD pelktiulsfafotsdnarbednepO
gniremmelebfokelgiuznaA
etpotsreV.gnidielfotsdnarbni
gninepothculforetliffotsdnarb
.podknatfotsdnarbnav
.gidonraaw
tdrowrotarubracneidnI
etfoleevet:tkiurbeg
fotsdnarbedreovegnaaeD
.reewmrawneduok
dgidahcsebfoliuvsieiguoB
teinsidnatsfanedortkelefo
njizslebakeiguobeD.tcerroc
ednavnerenoitcnufthcelS .raalekahcspotssdiehgiliev
.geelsiknatfotsdnarbeD .knatfotsdnarbedluV
tiaardrotomeD
teintratsraamdnor
.dliuvrevsi
.ekohcginiew
.netolsegnaatein
.
ednegnidielfotsdnarbednavtaatsedreelortnoC
knikneegretadnavreusiwegreV.nemmelkgnidiel
edreelortnoC.tizgnidielfotsdnarbedni
gnavrevnenegnippotsrevporetliffotsdnarb
navgninepothculedreelortnoC.gidonneidni
gnavrevfonoohcskaamnepodfotsdnarbed
knatfotsdnarbedkaamnefafotsdnarbedpaT
.eniznebtemwueinposneglovrevluv;noohcs
roovdiehleeveohekohcnelovebnaaedkiurbeG
needahcsnegniliuvrevpoeiguobedreelortnoC
foletsreH.dnatsfanedortkeleedreelortnoc
edtiulS.gidonraaweiguobedgnavrev
.dleppokegfanerawezslanaaslebakeiguob
raalekahcspotssdiehgilievedtadnavreusiwegreV
gnavrev;tizleotsedporotarepoedreennawtkrew
.gidonneidniraalekahcsed
.thcidsipelktiulsfaeD pelktiulsfafotsdnarbednepO
gniremmelebfokelgiuznaA
etpotsreV.gnidielfotsdnarbni
foretliffotsdnarb
gninepothculedreekkolbeg
tratsrotomeD
tfjilbraam
neiaardtein
.ekohc
.retrats
.podknatfotsdnarbnav
tdrowrotarubracneidnI
.nepolegtsavsirotomeD .rotomedgnavrevfoletsreH
.gidonraaw
giniewetfoleevet:tkiurbeg
foraalekahcstcatnocetcefeD
.reewmrawneduok
.
ednegnidielfotsdnarbednavtaatsedreelortnoC
neegretadnavreusiwegreV.nemmelkgnidiel
edreelortnoC.tizgnidielfotsdnarbedniknik
neidnignavrevnenegnippotsrevporetliffotsdnarb
ednavgninepothculedreelortnoC.gidon
gnavrevfonoohcskaamnepodfotsdnarb
roovdiehleeveohekohcnelovebnaaedkiurbeG
.retratsforaalekahcsetcefedgnavreV
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 36
Page 37
MODELREEKS STR36— TROUBLESHOOTING (MOTOR)
MOOTPMYS KAAZROOEKJILEGOM GNISSOLPO
.tpotsrevsiretlifthculeD .retlifthculedgnavreV
ROTOMROOVGNITOOHSELBUORT5LEBATNAVGLOVREV
-kp%3tkaazroorevetgooH .etgoohretem003repseilrev
.netolseg
kjiletleedegsiekohceD
foeiguobetcefeD
eD.slebakeiguob
teinsilebakeiguob
.netolsegnaa
.ekohcednepO
.rotarubracednietgoohetorg
roovsreieorpsutreellatsniraabkihcsebneidnI
.tcefedneidnislebakeiguobfoeiguobedgnavreV .dleppokegfasawjihslanaalebakeiguobedtiulS
tfeehrotoM
thcarkedneodlovno
.tpotsrev
.tsiujnosi
.tsiujno
.dliuvrevsifotsdnarbeD knatfotsdnarbedkaamnefaeniznebedpaT
.edneodlovnosigniremseD .eilorotomreelortnoC
.tihrevrevosirotomeD edplehrevnekeoZ.neleokfarotomedtaaL
kjiletleedegsitaaltiueD
pitsdjitsgniketstnoteH
sipitsdjitsgniketstnoteH
.fotsdnarbenohcstemluV.noohcs
.gnittihrevrevoednavkaazroo
.gniremmelebedletsrehforedjiwreV
sneglovnirotomednavpitsdjitsgniketstnotehletS
.tnakirbafednaveitacificepsed
sneglovnirotomednavpitsdjitsgniketstnotehletS
.tnakirbafednaveitacificepsed
.mra
.tpotsrev
etsilesgnemfotsdnarbteH
kjiletleedegsitaaltiueD
.nekkeleleutneve
.gniremmelebedletsrehforedjiwreV
ellaletsreH.nekkelpomeetsysreoveotreelortnoC
tihrevrevorotomeD
fognimrehcsebrotalitneV
.tkeerbtno
.goohet
liwrotomeD
neiaarddnortein
.retratsfo
fotopaksirotalitnev
.gaaletsifotsieolvleoklieP luV.dleokegfasiezedreennawrotaidaredluV
fogaaletretracniliepeilO
.tcefedfogeelsiuccaeD .tcefedneidnignavreV.eztsetnepouccaeddaaL
slebaketcefedfoednettizsoL
.negnitiulsnaafo
raalekahcstcatnocetcefeD
.nepolegtsavsirotomeD .rotomedgnavrevfoletsreH
.leevetneidni
.slebakfonegnitiulsnaa
.gnimrehcsebrotalitnevedgnavreV
.riovresertehnavnjilluvednaatotjibleddimleok
fapat,giniewetneidniluV.eilorotomreelortnoC
ethcelsellaletsreh,gnidardebedreetcepsnI
.retratsforaalekahcsetcefedgnavreV
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 37
Page 38
MODELREEKS STR36— TROUBLESHOOTING (VLINDERMACHINE)
GNITOOHSELBUORT.6LEBAT
MOOTPMYS KAAZROOEKJILEGOM GNISSOLPO
ednavnerenoitcnufthcelS
?raalekahcspotssdiehgiliev
.teinlaameleh
fotolvteintiaardrotomeD
raalekahcspotssdiehgilieveD
.teintkrew
?fotsdnarB
?gniketstnO .tkrewtcerrocnetgjirkmoortsraalekahcstcatnocedfoanaG
?nemelborperednA .tnakirbafrotomednavgnidieldnahedgeelpdaaR
?nedardednettizsoL .gidonraawgnavreV.gnidardebedreelortnoC
?netcatnocethcelS .raalekahcsedgnavreV
?nedalB
kutsretS
?
?nemrarednilvnegobeG
izleotsed
aG.dreveleg
sfaedgamnedalbsgnikrewfajiB.njiz
.nepolgnatsdalb
bgjirkrevpahcsdeeregsirE.kutsretsteh
inegobeg
.gidonneidniraalekahcsedgnavrev;t
.sitpotsrevteinretliffotsdnarbedfoan
edteml
ellarapnenjizthcerteomdalbtehnavtnakednepolfaeD.)"5.3(
.)gnitsurtiuelenoitpoeiz(nemrarednilvednavetgooh
.kjilleddimnomraedutgnavrev,koothcileoh,s
porotarepoedreennawtkrewraalekahcspotssdiehgilievedtadnavreusiwegreV
tdrowrotomednaaeniznebtadroovregroZ.meetsysfotsdnarbtehreelortnoC
netelsrevgitamrevotein,nerekrevtaatsedeogninedalbedtadnavreusiwegreV
teindnarednegnatsdalbednessutdnat
mm98nadrednimteinnedalbeitanibmocjibnenegardeb)"2(mm05nadrednim
naanetemegslaozdletsegninjizkeohedflezedrednonedalbellaforeelortnoC
ednavnelletsfaestaalprettehroovraa
nemraednavneeslA.nemranegobegpowuobnemaskutsretsedreelortnoC
enihcamrednilvedslA
fotlornotebteh,tstob"
negnilevrewegitamkjilegno
."tkaamnotebtehni
,tiaardenihcamedreennaW
erableovneeeztkaam
.gnigeweblor
?kuJ
nessubmrarednilV
?
djitrekjilegetneteom
gaarkwutS
?
subgaarkwutS
?
?regalkurdnetelsreV .gidonneidnignavreV.tiaardjirvregalkurdedforeelortnoC
?keohletsrevdalB
?sadfooH
sneglov
gaarkwutsedgnavreV
ewebetreenneponemrarednilv
.negnavrevnedrow
.)"20.0(mm5,0nadreemnavlihcsrevneejib
1(mm6,1nadreemjihslA.negeweb
.duohrednOkutsdfoohtehniseitcurtsnied
teingamnenjizthcerteom
.kutsretstehtemtnupsgnigitseveb
.gidonraawkujtehgnavreV
edroodneodtadnakU.netiulsnaawuangonnessubmrarednilvedforeelortnoC
2,3nadreemmraednavednietiutehslA.neg
nessubellA.negnavrevnedrownessubedneteom,negewebnak)"8/1(mm
.neretoretkutsretstehpomehroodgaarkwutsednavdiehkalvedreelortnoC
etreennepokutsretstehpomehroodgaarkwutsednavdiehkalvedreelortnoC
retemaidnetiubednaanetemegslaoz[)"61/
.gaarkwutsednisubedutgnavrev,dlitegponedrownak]gaarkwutsednav
fagidonneidniletS.nebbehkeohedflezedlaamellanedalbedforeelortnoC
sadfooheD.sithcergontsakkrewfjirdednavsareovtiudfoohedforeelortnoC
tehnaanekjiwfa)"300,0(mm80,0nadreem
.newudpodtjilsednegetetamedflezedninemrakujediebedforeelortnoC
PAGINA — STR 31V
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 38
Page 39
MODELREEKS STR36— TROUBLESHOOTING (VLINDERMACHINE)
)GLOVREV(GNITOOHSELBUORT.7LEBAT
MOOTPMYS KAAZROOEKJILEGOM GNISSOLPO
?gnidardeB
.teinnekrew)leenoitpo(nethcileD
?nethciL .njizkutsezslaezgnavreV.njizdeoggonnepmaledforeelortnoC
?leddimsgnigartreV .gidonraawknatedluV.sileddimsgnigartrevgonreforeelortnoC
?gnidardeB
reieorpsleddimsgnigartreveD
.teintkrew)leenoitpo(
nedrownegnigewebruutS
.dglovegpotein
.neneideblebatrofmoc
teinenihcamednakrotarepoeD
?rotarepo
?raalekahcsetcefeD .tcefedneidnignavreV.raalekahcsdfooh-tiu/naaednavtietïunitnocedreelortnoC
?pmopieorpsetcefeD
?dlegertnodiehlensdalB .diehlensdalbednavnelletsfatehrevoetleedegtsketeiZ
?neledrednonetelsreV .gidonneidnignavrevneegatjilspoletsnegnatstehnesregalruutsedreelortnoC
?negnineizroovreinrahcS .negewebnennukjirvnerotomsgnivjirdnaaehcsiluardyhedtadnavreusiwegreV
?kurdehcsiluardyH
ednavleotsednavdnatseD
pmopedponegnitiulsnaaehcsirtkeleedne
.kurdehcsiluardyh
.gidonraawgnidardebneneledrednognavreV.raalekahcsdfooh
-tiu/naaednavnegnitiulsnaaedfeisulcni,negnitiulsnaaehcsirtkeleellareelortnoC
.pmopedutgnavrev,njizedroni
.tdnivebleotsednavtnakroovedpohcizeidlednehedtemleotsedletsreV
foreelortnocneraalekahcsdfooh-tiu/naaedfeisulcni,negnitiulsnaaehcsirtkeleellareelortnoC
.gidonraawgnavreV.njiznegnitiulstrokneegrenetreekrevtaatsedeognignidardebed
tkrewteinhcotraamdreevitcaegsiraalekahcsedreennawtaatsmoortsrednopmopedslA
ednavnerelortnoctehrevoetleedegtsketeiZ.sikurdehcsiluardyhedneodlovreforeelortnoC
ednettizsolfoetcefeD
?neledredno
ehcsirtkelenavgnineizroovletsreV
.teintkrew
)leenoitpo(gnilletsrevkeohdalb
hctiPniwTnavletsnegnatS
.teintkrew)leenoitpo(
?gnidardeB
?raalekahcS
?slednehkurK
f
?leedrednotcefeD
.kjilleddimnomeh
.thcizanroovrelaededraan
vletsrevehcsirtkele
.tpjirggnileppokletsnegnatsedtadroovreutgrozreinam
.neledrednoetcefedellakjilleddimnognavreV
essolfoetcefedkjilegomrenettiz,trednarevteinkeohdalbednetiaardrotomedslA
guretgnineizroovletsrevehcsirtkeleedgnerB.gnineizroovletsrevehcsirtkeleednineledredno
ednaatietïunitnocedreelortnoC.nedardnenegnitiulsnaaehcsirtkeleellareelortnoC
.taats"naa"dnatsedniraalekahcsedreennawgnineizroo
ednavraalekahcsednaadrevelegtdrowmoortsrefoanaG.gnineizroovletsrevehcsirtkele
utgnavrev,tkrewdeogteinraalekahcsedslA.raalekahcsednavtietïunitnocedreelortnoC
eidpO.dwudegnjiznedenebraankjilegomrevozslednehkurkediebedtadnavreusiwegreV
MODELREEKS STR36 • ZITVLINDERMACHINE — HANDLEIDING — VERSIE 1 (15/03/06) — PAGINA 39
Page 40
HANDLEIDING
CONTACTGEGEVENS
ZORG ERVOOR DAT U HET MODEL- EN SERIENUMMER BIJ
DE HAND HEBT WANNEER U BELT
STOW HOOFDKANTOOR
Post Office Box 6254 +1-888-252-7869
FAX:
Carson, Ca 90749 Email: stow@STOW.com Internet: www.stowmfg.com
ONDERDELENAFDELING
+1-800-427-1244 FAX: +1-800-672-7877 +1-310-537-3700 FAX: +1-310-637-3284
SERVICE-AFDELING
+1-800-478-1244 FAX: +1-310-537-4259 +1-310-537-3700
+1-310-537-1986
TECHNISCHE DIENST NA VERKOOP
+1-800-478-1244 FAX: +1-310-631-5032
GARANTIEAFDELING
+1-800-421-1244, toestel 279 FAX: +1-310-537-1173 +1-310-537-3700, toestel 279
VERKOOPAFDELING
+1-310-661-4242 FAX: +1-310-604-9237 +1-877-289-7869 (+1-877-BUY-STOW)
Uw plaatselijke dealer is:
STOW CONSTRUCTION EQUIPMENT
A DIVISION OF STOW INC.
POST OFFICE BOX 6254 CARSON, CA 90749 U.S.A. +1-888-252-STOW [+1-888-252-7869] FAX: +1-310-537-1986 E-mail: stow@STOW.com Internet: www.stowmfg.com
Loading...