Sony CYBER-SHOT DSC-S800 User Manual [nl]

VKLIK!
Inhoud
Basishandelingen
Het menu gebruiken
Digitale camera
Cyber-shot-handboek
DSC-S800
Lees dit handboek, de
Het Setup-scherm gebruiken
Beelden bekijken op een televisiescherm
"Gebruiksaanwijzing" en de "Geavanceerde Cyber-shot-handleiding"
aandachtig door voordat u het apparaat
De computer gebruiken
Stilstaande beelden afdrukken
Problemen oplossen
Overige
Index
© 2007 Sony Corporation 3-198-860-72(1)
NL

Opmerkingen over het gebruik van de camera

Typen "Memory Stick" die kunnen worden gebruikt (niet bijgeleverd)
Het IC-opnamemedium dat in deze camera wordt gebruikt, is een "Memory Stick Duo". Er zijn twee typen "Memory Stick".
"Memory Stick Duo": u kunt een "Memory Stick Duo" gebruiken met de camera.
"Memory Stick": u kunt geen "Memory Stick" gebruiken met de camera.
U kunt geen andere geheugenkaarten gebruiken.
• Zie pagina 99 voor meer informatie over de "Memory Stick Duo".
Als u een "Memory Stick Duo" gebruikt met "Memory Stick"-compatibele apparatuur
U kunt de "Memory Stick Duo" gebruiken door deze in de Memory Stick Duo-adapter (niet bijgeleverd) te plaatsen.
Memory Stick Duo-adapter
Opmerkingen over de nikkel­metaalhydridebatterij
• Laad beide nikkel-metaalhydridebatterijen (bijgeleverd) op voordat u de camera voor de eerste keer gebruikt.
• De batterijen kunnen worden opgeladen, ook al zijn ze niet volledig leeg. Zelfs als de batterijen niet volledig opgeladen zijn, kunt u de gedeeltelijk opgeladen capaciteit van de batterijen zo gebruiken.
• Als u van plan bent de batterijen lange tijd niet meer te gebruiken, gebruik de resterende lading dan op, verwijder de batterijen uit de camera en bewaar ze op een koude, droge plaats. Zo wordt de werking van de batterijen behouden (pagina 101).
• Zie pagina 101 voor meer informatie over de bruikbare batterijen.
Opmerkingen over het LCD-scherm en de lens
• Het LCD-scherm is vervaardigd met precisietechnologie, waardoor meer dan 99,99% van de pixels operationeel is. Soms kun nen er op het LCD-scherm echter zwarte stipjes en/of heldere stipjes (wit, rood, blauw of groen) permanent zichtbaar zijn. Dit is normaal en heeft geen enkele invloed op het opgenomen beeld.
Zwarte, witte, rode,
blauwe of groene
• Als het LCD-scherm of de lens langdurig wordt blootgesteld aan direct zonlicht, kunnen storingen optreden. Wees voorzichtig wanneer u de camera buiten of bij een raam neerlegt.
• Druk niet op het LCD-scherm. Het scherm kan verkleuren en hierdoor kunnen storingen optreden.
• In een koude omgeving kunnen de beelden op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is normaal.
• Deze camera heeft een krachtige zoomlens. Wees voorzichtig dat u de lens niet ergens tegenaan stoot en oefen er geen druk op uit.
puntjes
De beelden in dit handboek
De foto's die in dit handboek worden gebruikt als voorbeelden, zijn gereproduceerde beelden die niet daadwerkelijk met deze camera zijn opgenomen.
2

Inhoud

Opmerkingen over het gebruik van de camera .........................................2
Basistechnieken voor betere beelden .......................................................6
Scherpstellen – Scherpstellen op een onderwerp ............................................ 6
Belichting – De lichtintensiteit instellen ............................................................. 7
Kleur – De effecten van de lichtbron ................................................................. 8
Kwaliteit – Over "beeldkwaliteit" en "beeldformaat" ........................................... 9
Onderdelen en bedieningselementen .....................................................10
Aanduidingen op het scherm ..................................................................12
De schermweergave wijzigen..................................................................16
Het interne geheugen gebruiken.............................................................17
Basishandelingen
De modusknop gebruiken .......................................................................18
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie).....................19
Stilstaande beelden opnemen (Scènekeuzefunctie) ...............................25
Beelden weergeven/verwijderen .............................................................28
Het menu gebruiken
De menu-items gebruiken................................................................30
Menu-items ..........................................................................................31
Menu voor opnemen ...............................................................................32
COLOR (Kleurfunctie): De levendigheid van het beeld wijzigen of speciale effecten toevoegen
(Lichtmeetfun.): De lichtmeetfunctie selecteren
WB (Witbalans): De kleurtinten aanpassen ISO: De lichtgevoeligheid selecteren
(Beeldkwaliteit): De kwaliteit voor stilstaande beelden selecteren
Mode (Opn.functie): De functie voor continu opnemen selecteren
(Flitsniveau): De hoeveelheid flitslicht instellen
(Scherpte): De scherpte van het beeld aanpassen
(Setup): De Setup-items wijzigen
3
Inhoud
Menu voor weergeven.............................................................................39
(Map): De map voor beelden weergeven selecteren
- (Beveiligen): Voorkomen dat gegevens per ongeluk worden gewist DPOF: Een afdrukmarkering toevoegen
(Afdrukken): Beelden afdrukken met een printer
(Dia): Een reeks beelden afspelen
(Ander form.): Het beeldformaat van een opgenomen beeld wijzigen (Roteren): Een stilstaand beeld roteren
(Setup): De Setup-items wijzigen
Trimmen: Een vergroot beeld opnemen
Het Setup-scherm gebruiken
De Setup-items gebruiken............................................................... 46
Camera..............................................................................................47
Digitale zoom Functiegids Rode-ogeneff.
Intern geheugen-tool ......................................................................... 50
Formatteren
Memory Stick tool..............................................................................51
Formatteren Opnamemap maken
Setup 1...............................................................................................54
1
LCD-verlicht Pieptoon
Setup 2...............................................................................................55
2
Bestandsnr. USB-aansl.
AF-verlicht. Auto Review
Opnamemap wijz. Kopiëren
Taal
Initialiseren
Video-uit Klokinstel.
Beelden bekijken op een televisiescherm
Beelden bekijken op een televisiescherm............................................... 57
4
Inhoud
De computer gebruiken
Werken met uw Windows-computer........................................................59
De software (bijgeleverd) installeren.......................................................61
Beelden kopiëren naar de computer .......................................................62
Beeldbestanden opgeslagen op de computer weergeven op de
camera (met een "Memory Stick Duo")...................................................69
De "Picture Motion Browser" gebruiken (bijgeleverd)..............................70
De Macintosh-computer gebruiken .........................................................76
Stilstaande beelden afdrukken
Stilstaande beelden afdrukken................................................................78
Beelden rechtstreeks afdrukken met een PictBridge-compatibele
printer ......................................................................................................79
Afdrukken bij een fotowinkel....................................................................83
Problemen oplossen
Problemen oplossen................................................................................85
Waarschuwingsmeldingen ......................................................................96
Overige
De camera in het buitenland gebruiken — Stroomvoorziening ...............98
Over de "Memory Stick" ..........................................................................99
Over de batterijen..................................................................................101
Over de batterijlader..............................................................................103
Index
Index......................................................................................................104
5

Basistechnieken voor betere beelden

Scherp­stellen
Scherp­stellen
Als u de sluiterknop half indrukt, stelt de camera automatisch scherp (automatische scherpstelling). Houd er rekening mee dat de sluiterknop slechts half ingedrukt moet worden.
Als het beeld zelfs na scherpstellen wazig is, kan dit komen doordat de camera is bewogen.
t Zie "Tips om wazige beelden te voorkomen" (hieronder).
Belichting Kleur Kwaliteit
Scherpstellen op een onderwerp
Druk de sluiterknop volledig in.
Druk de sluiterknop half in.
Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen voor het gebruik van de camera. Hier wordt het gebruik van de verschillende camerafuncties, zoals de modusknop (pagina 18), de menu's (pagina 30), enzovoort beschreven.
Aanduiding voor AE/ AF-vergrendeling
knippert , brandt/ piept
Druk vervolgens de sluiterknop volledig in.
Tips om wazige beelden te voorkomen
Houd de camera stil en houd uw armen langs uw zij. U wordt aangeraden tegen een boom of een gebouw in de buurt te leunen om uzelf te stabiliseren. U kunt ook opnemen met een zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden of een statief gebruiken. Gebruik de flitser wanneer u opnamen maakt bij weinig licht.
6
Basistechnieken voor betere beelden

Belichting

U kunt verschillende beelden maken door de belichting en de ISO-gevoeligheid aan te passen. Belichting is de hoeveelheid licht die door de lens in de camera valt wanneer u de sluiterknop indrukt.
De lichtintensiteit instellen
Belichting:
Overbelichting
= te veel licht Te licht beeld
Juiste belichting
Onderbelichting
= te weinig licht Te donker beeld
Sluitertijd = tijdsduur dat het licht in de camera valt Diafragma = grootte van de opening waardoor het licht
in de camera valt
ISO-gevoeligheid (aanbevolen belichtingsindex) =
In de automatische instelfunctie wordt de belichting automatisch ingesteld op de juiste waarde. U kunt deze echter ook handmatig instellen met de hieronder beschreven functies.
EV aanpassen:
Hiermee kunt u de belichting aanpassen die door de camera is ingesteld (pagina 23).
Lichtmeetfun.:
Hiermee kunt u het gedeelte van het onderwerp wijzigen dat wordt gemeten om de belichting in te stellen (pagina 33).
opnamegevoeligheid
De ISO-gevoeligheid aanpassen (aanbevolen belichtingsindex)
ISO-gevoeligheid is een meting die berekent hoeveel licht er op het beeldopnameapparaat valt. Zelfs wanneer de belichting hetzelfde is, verschillen de beelden afhankelijk van de ISO­gevoeligheid. Zie pagina 35 als u de ISO-gevoeligheid wilt aanpassen.
Hoge ISO-gevoeligheid
Neemt een helder beeld op, zelfs op donkere plaatsen. Het beeld wordt echter korrelig.
Lage ISO-gevoeligheid
Neemt een vloeiender beeld op. Het beeld wordt echter donkerder als de belichting onvoldoende is.
7
Basistechnieken voor betere beelden

Kleur

De natuurlijke kleur van het onderwerp wordt beïnvloed door de belichtingsomstandigheden.
De effecten van de lichtbron
Voorbeeld: de kleur van een beeld wordt beïnvloed door lichtbronnen
Weer/lichtbron
Kenmerken van het licht
In de automatische instelfunctie worden de kleurtinten automatisch aangepast. U kunt de kleurtinten echter ook handmatig aanpassen met [Witbalans] (pagina 34).
Daglicht Bewolkt Fluorescerend Gloeilamp
Wit (standaard) Blauwachtig Groenachtig Roodachtig
8
Basistechnieken voor betere beelden

Kwaliteit

Over "beeldkwaliteit" en "beeldformaat"
Een digitaal beeld is samengesteld uit een groot aantal kleine puntjes die pixels worden genoemd. Als een beeld uit veel pixels bestaat, is het beeld groot, neemt het meer geheugenruimte in beslag en wordt het zeer gedetailleerd weergegeven. "Beeldformaat" wordt aangegeven door het aantal pixels. Hoewel u op het scherm van de camera het verschil niet kunt zien, verschillen de kleine details en de verwerkingstijd wanneer het beeld wordt afgedrukt of weergegeven op een computerscherm.
Beschrijving van de pixels en het beeldformaat
1 Beeldformaat: 8M
3264 pixels × 2448 pixels = 7.990.272 pixels
2 Beeldformaat: VGA (E-mail)
2448
640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels
640
Pixels
3264
480
Het gewenste beeldformaat selecteren (pagina 24)
Pixel
Veel pixels (hoge beeldkwaliteit en groot bestand)
Weinig pixels (lage beeldkwaliteit en klein bestand)
Voorbeeld: afdrukken tot maximaal A3­formaat
Voorbeeld: een beeld verzenden als bijlage bij een e-mailbericht
De beeldkwaliteit selecteren (compressieverhouding) (pagina 36)
U kunt de compressieverhouding selecteren die gebruikt wordt voor het opslaan van digitale beelden. Als u een hoge compressieverhouding selecteert, mist het beeld de fijne details, maar is het beeldbestand kleiner.
9

Onderdelen en bedieningselementen

1
5
Zie de pagina's tussen haakjes voor meer informatie.
1
6
2
3
4
A Sluiterknop (19) B Modusknop (19) C Microfoon D Lens E POWER-toets F POWER-lampje G Flitser (21) H Zelfontspannerlampje (22)/AF-
verlichter (48)
6
7
8
7
2
3
4
5
qa
qs
qd
8 9 0
qf
A (Weergave)-toets (28) B LCD-scherm (16) C MENU-toets (30)
• Druk langer op MENU om het scherm (Setup) weer te geven.
D DISP-knop (16)
• Houd DISP langer ingedrukt om de
helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm te selecteren.
E Toegangslampje F Voor opnemen: Zoomtoets (W/T) (20)
Voor weergeven: / (weergavezoom)-toets / (index)­toets (28, 29)
G (USB) · A/V OUT-aansluiting
(zijkant)
H Bevestigingsoog voor de polsriem I Regeltoets
Menu aan: v/V/b/B/z (30) Menu uit: /// (21-23)
J -toets (Beeldformaat/
Verwijderen) (24, 28)
K Luidspreker
10
Onderdelen en bedieningselementen
L Schroefgat voor statief (onderkant)
• Gebruik een statief met een schroeflengte van minder dan 5,5 mm. Bij gebruik van schroeven die langer zijn dan 5,5 mm, kan de camera niet stevig op het statief worden bevestigd en kan de camera beschadigd raken.
M Klep voor accu/"Memory Stick Duo" N Klep van netspanningsadaptersnoer
Bij gebruik van de netspanningsadapter AC-LS5K (niet bijgeleverd)
1
2
3
5
4
• Zorg ervoor dat het snoer niet beklemd raakt wanneer u de klep sluit.
• U kunt de nikkel-metaalhydridebatterijen niet opladen met de netspanningsadapter AC-LS5K. Gebruik de batterijlader om de nikkel-metaalhydridebatterijen op te laden.
11

Aanduidingen op het scherm

Zie de pagina's tussen haakjes voor meer informatie.
Bij opname van stilstaande beelden
Bij opname van films
A
Scherm Aanduiding
Resterende acculading
z AE/AF-vergrendeling
Opnamefunctie (19, 37)
WB
STBY OPNEMEN
SL
1.3
Witbalans (34)
Stand-by/film opnemen
Modusknop (scènekeuze) (25)
Modusknop (Autom. Programma) (18)
Camerafunctie
Flitsfunctie (21)
Flitser wordt opgeladen
Zoomvergrotingsfactor (
)
47
Rode-ogeneffect beperken
(48)
Scherpte (38)
ON
RICH NATURAL
SEPIA B&W
AF-verlichter (48)
Lichtmeetfunctie (33)
Kleurfunctie (32)
(19)
20,
12
B
Scherm Aanduiding
Macro (21)
Aanpassingsbalk voor belichtingswaarde
•De weergave wordt gewijzigd, afhankelijk van de stand van de modusknop (links weergegeven).
V Donkerder v Helderder
Richtlijn voor belichtingswaarde
(23)
(23)
Aanduidingen op het scherm
C
Scherm Aanduiding
8M 5M
3:2
3M
2M VGA
16:9
Beeldformaat (24)
FINE STD Beeldkwaliteit (36)
101
Opnamemap (51)
• Dit wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt.
Resterende interne geheugencapaciteit
Resterende "Memory Stick"-capaciteit
00:00:00 [00:28:25]
Opnameduur [maximale opnameduur]
400 Resterend aantal
opneembare beelden
Zelfontspanner
(22)
ISO-waarde (35)
D
Scherm Aanduiding
Trillingswaarschuwing
• Waarschuwt dat door trillingen het beeld wellicht niet goed wordt opgenomen, vanwege onvoldoende belichting. Zelfs als de trillingswaarschuwing wordt weergegeven, kunt u het beeld opnemen. U kunt het best de flitser gebruiken voor een betere belichting of een statief of ander hulpmiddel gebruiken om de camera te stabiliseren (pagina 6).
E Waarschuwing voor
zwakke batterijen (96)
+ Dradenkruis van de
puntlichtmeting
AF-bereikzoekerframe
(33)
E
Scherm Aanduiding
125 Sluitertijd
F2.8 Diafragmawaarde
+2.0EV Belichtingswaarde
(30)
Menu
(niet weergegeven op het scherm op de vorige pagina)
(23)
13
Aanduidingen op het scherm
Bij weergave van stilstaande beelden
Bij weergave van films
A
Scherm Aanduiding
Resterende acculading
19)
(24)
8M 5M
3:2
3M
2M VGA
16:9
Opnamefunctie (
Beeldformaat
Weergavefunctie
- Beveiligen
(40)
Afdrukmarkering (DPOF)
(83)
Map wijzigen (39)
• Dit wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt.
1.3
Zoomvergrotingsfactor
(28)
N Weergeven (28)
Vo l u m e (28)
B
Scherm Aanduiding
101-0012 Map-bestandsnummer (39)
Weergavebalk
14
Aanduidingen op het scherm
C
Scherm Aanduiding
PictBridge-aansluiting (80)
101
101
Opnamemap (51)
• Dit wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt.
Wee rg ave map (39)
• Dit wordt niet weergegeven als het interne geheugen wordt gebruikt.
Resterende interne geheugencapaciteit
Resterende "Memory Stick"-capaciteit
8/8 12/12 Beeldnummer/aantal
beelden opgenomen in geselecteerde map
00:00:12 Te ll er
D
Scherm Aanduiding
PictBridge-aansluiting (81)
• Koppel de specifieke USB­kabel niet los als het pictogram wordt weergegeven.
+2.0EV Belichtingswaarde (23)
ISO-waarde (35)
Lichtmeetfunctie (33)
Flitser
WB
Witbalans
(34)
E
Scherm Aanduiding
2007 1 1 9:30 AM
DPOF
VORIGE/
Opnamedatum/-tijd van het weergavebeeld
Menu
Beelden selecteren
VOLGENDE
VOLUME
Volume aanpassen
(30)
500 Sluitertijd
F2.8 Diafragmawaarde
15

De schermweergave wijzigen

• Als u langer op de DISP-knop drukt, kunt u de achtergrondverlichting van het LCD-scherm
DISP-knop (Schermweergave)
Wanneer u op de DISP-knop drukt, worden de aanduidingen op het scherm als volgt gewijzigd.
Aanduidingen uit
Aanduidingen aan
verhogen.
16

Het interne geheugen gebruiken

De camera heeft een intern geheugen van ongeveer 54 MB. Dit geheugen kan niet uit de camera worden verwijderd. Zelfs als er geen "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst, kunt u beelden opnemen in dit interne geheugen.
Als een "Memory Stick Duo" is geplaatst
[Opnemen]: beelden worden op de "Memory Stick Duo" opgenomen.
[Weergeven]: beelden op de "Memory Stick Duo"
B
B
Intern geheugen
Beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen
U kunt het beste altijd een reservekopie (back-up) van de gegevens maken door een van de onderstaande procedures te volgen.
Een reservekopie (back-up) van gegevens maken op een "Memory Stick Duo"
Bereid een "Memory Stick Duo" met een opslagcapaciteit van 64 MB of meer voor en voer de procedure bij [Kopiëren] uit (pagina 53).
Een reservekopie (back-up) van gegevens maken op de vaste schijf van een computer
Voer de procedure op pagina 62 tot en met 65 uit zonder dat er een "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst.
worden weergegeven. [Menu, Setup, enzovoort]: verschillende functies
kunnen worden toegepast op beelden op de "Memory Stick Duo".
Als er geen "Memory Stick Duo" is geplaatst
[Opnemen]: beelden worden in het interne geheugen opgenomen.
[Weergeven]: beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen, worden weergegeven.
[Menu, Setup, enzovoort]: verschillende functies kunnen worden toegepast op beelden in het interne geheugen.
• U kunt beeldgegevens die op een "Memory Stick Duo" zijn opgeslagen, niet kopiëren naar het interne geheugen.
• U kunt de gegevens die zijn opgeslagen in het interne geheugen kopiëren naar een computer door de camera en de computer op elkaar aan te sluiten met de specifieke USB-kabel. U kunt gegevens die op een computer zijn opgeslagen, niet kopiëren naar het interne geheugen.
17

Basishandelingen

De modusknop gebruiken

Zet de modusknop op de gewenste functie.
Modusknop
Gidsmarkering
Zet op de gewenste functie.
Regeltoets
: Films opnemen t pagina 19
Opnamefuncties voor stilstaande beelden
: Autom. instellen-functie
Hiermee kunt u gemakkelijk opnemen terwijl de instellingen automatisch worden aangepast.
t pagina 19
: Autom. Programma-functie
Hiermee kunt u opnemen terwijl de belichting automatisch wordt aangepast (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde). U kunt ook verschillende instellingen selecteren met het menu. (Voor meer informatie over de beschikbare functies
t pagina 31)
: scènekeuzefunctie
Hiermee kunt u opnemen met vooraf ingestelde instellingen op basis van de
t pagina 25
scène.
Functiegids
Als u op de regeltoets drukt, worden de beschrijvingen van de functies tijdelijk weergegeven (pagina 48).
18
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische
Aanduidi
AE/AF
instelfunctie)
v/V/b/B-toets
z-toets
Regeltoets
-toets
(Beeldformaat)
Sluiterknop
Modusknop
Zoomtoets
1 Selecteer een functie met de modusknop.
Stilstaand beeld (Automatische instelfunctie): selecteer . Film: selecteer .
2 Houd de camera stil en houd uw armen langs uw zij.
Plaats het onderwerp in het midden van het zoekframe.
3 Maak een foto met de sluiterknop.
Stilstaand beeld:
1Houd de sluiterknop half ingedrukt om het beeld scherp te stellen.
De aanduiding z (AE/AF-vergrendeling) (groen) knippert, u hoort een pieptoon, de aanduiding houdt op met knipperen en blijft branden.
2Druk de sluiterknop volledig in.
U hoort het geluid van de sluiter.
ng voor
-vergrendeling
Basishandelingen
19
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie)
Film:
Druk de sluiterknop volledig in.
Als u wilt stoppen met opnemen, drukt u de sluiterknop nogmaals volledig in.
Als u een stilstaand beeld opneemt van een onderwerp waarop u moeilijk kunt scherpstellen
• De minimale opnameafstand is ongeveer 50 cm. Neem op met de close-upopnamefunctie (Macro)
(pagina 21) wanneer u opnamen maakt van een onderwerp dat dichterbij is dan de opnameafstand.
• Wanneer de camera niet automatisch kan scherpstellen op het onderwerp, gaat de aanduiding van de AE/
AF-vergrendeling langzaam knipperen en hoort u geen pieptoon. Stel de opname opnieuw samen en stel opnieuw scherp.
U kunt op de volgende onderwerpen moeilijk scherpstellen:
– Ver van de camera en donker – Het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond is klein. – Gezien door glas – Snel bewegend – Weerkaatsend licht of glanzend – Knipperend – Met tegenlicht
De zoomfunctie gebruiken
Druk op de zoomtoets.
• Wanneer de zoomvergrotingsfactor hoger wordt dan 6×, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie.
Zie pagina 47 voor meer informatie over de instellingen van [Digitale zoom] en de beeldkwaliteit.
• U kunt de zoomvergrotingsfactor niet wijzigen wanneer u een film opneemt.
20
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie)
Flitser (Een flitsfunctie selecteren voor stilstaande beelden)
Druk herhaaldelijk op v ( ) op de regeltoets tot de gewenste functie is geselecteerd.
(Geen aanduiding): Flitser Auto
Gaat af wanneer er niet voldoende licht is (standaardinstelling)
: Altijd flitsen
: Lgz synchro (Altijd flitsen)
SL
De sluitertijd is lang in een donkere omgeving om de achtergrond helder op te kunnen nemen die buiten het bereik is van het flitslicht.
: Niet flitsen
• De flitser gaat twee keer af. Tijdens de eerste flits wordt de hoeveelheid licht aangepast.
• Tijdens het opladen van de flitser wordt weergegeven.
Macro (Close-upopname maken)
Druk op B ( ) op de regeltoets. Druk nogmaals op
(Geen aanduiding): Macro Uit
: Macro Aan (W-kant: ongeveer 2 cm of verder, T-kant: ongeveer 70 cm of verder)
Macro
• U kunt de zoom het beste instellen op de W-kant.
• Het bereik dat is scherpgesteld, wordt smaller en het onderwerp is wellicht niet volledig scherpgesteld.
• De snelheid van de automatische scherpstelling gaat omlaag.
B om te annuleren.
Basishandelingen
21
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie)
De zelfontspanner gebruiken
Druk herhaaldelijk op V ( ) op de regeltoets tot de gewenste functie is geselecteerd.
(Geen aanduiding): De zelfontspanner niet gebruiken
: De zelfontspanner met een vertraging van 10 seconden instellen
: De zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden instellen
Druk op de sluiterknop, het zelfontspannerlampje knippert en u hoort een pieptoon tot de sluiter werkt.
Zelfontspannerlampje
Druk nogmaals op
• Gebruik de zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden om wazige beelden te voorkomen wanneer
u de sluiterknop van de camera indrukt en de camera beweegt.
V om te annuleren.
22
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie)
EV (De belichting handmatig aanpassen)
Druk op b ( ) op de regeltoets en druk vervolgens op v (Helderder)/V (Donkerder) om de belichting aan te passen. Als u de weergegeven balk wilt uitschakelen, drukt u nogmaals op de b-toets.
Naar +Naar –
• Zie pagina 7 voor meer informatie over de belichting.
• De compensatiewaarde kan worden ingesteld in stappen van 1/3EV.
• Wanneer een onderwerp wordt opgenomen onder bijzonder heldere of donkere omstandigheden, of wanneer u de flitser gebruikt, kan de belichting wellicht niet goed worden ingesteld.
Basishandelingen
23
Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie)
Het beeldformaat wijzigen
Druk op (Beeldformaat) en druk vervolgens op v/V om het formaat te selecteren. Zie pagina 9 voor meer informatie over het beeldformaat. De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Beeldformaat Richtlijnen Aantal beelden Afdrukken
8M (3264×2448) Max. formaat is A3 (11×17") Minder
1)
3:2
(3264×2176) Net als beeldverhouding 3:2
5M (2592×1944) Max. formaat is A4 (8×10")
3M (2048×1536) Max. formaat is 13×18cm (5×7")
2M (1632×1224) Max. formaat is 10×15cm (4×6")
VGA (640×480) Voor e-mail
2)
(1920×1080) Weergeven op 16:9 HDTV
16:9
1) De beelden worden opgenomen in de breedte-/hoogteverhouding 3:2, net zoals fotopapier, briefkaarten,
enzovoort.
2) Beide randen van het beeld worden mogelijk bijgesneden bij het afdrukken (pagina 93).
3) Als u een Memory Stick-sleuf of USB-verbinding gebruikt, kunt u genieten van beelden met een hogere
kwaliteit.
3)
Meer
Fijn
Ruw
24

Stilstaande beelden opnemen (Scènekeuzefunctie)

Sluiterknop
Modusknop
1 Selecteer de gewenste functie in de scènekeuzefunctie ( , , , , ,
, ).
• Zie de volgende pagina voor meer informatie over de functies.
2 Maak een foto met de sluiterknop.
De scènekeuzefunctie annuleren
Zet de modusknop op een andere functie dan de scènekeuzefunctie (pagina 18).
Basishandelingen
25
Stilstaande beelden opnemen (Scènekeuzefunctie)
n
Scènekeuzefuncties
De volgende functies zijn vooraf ingesteld om in overeenstemming te zijn met de scèneomstandigheden.
Hoge gevoeligheid
Hiermee worden wazige beelden voorkomen wanneer u beelden zonder flitser opneemt bij weinig licht.
Schemer*
Hiermee kunt u 's nachts beelden in de verte opnemen zonder de donkere atmosfeer van de omgeving te verliezen.
Landschap
Hiermee wordt alleen scherpgesteld op een onderwerp i de verte om landschappen,
Soft Snap
Hiermee kunt u huidskleuren in helderdere en warmere tinten opnemen voor mooiere beelden. Daarnaast wordt met de zachte achtergrond een rustige atmosfeer voor foto's van personen, bloemen, enzovoort tot stand gebracht.
Schemer-portret*
Geschikt voor het opnemen van portretten op donkere plaatsen. Hiermee kunt u scherpe beelden van personen opnemen op donkere plaatsen zonder de donkere atmosfeer van de omgeving te verliezen.
*De sluitertijd wordt lager. U kunt dus het beste een statief gebruiken.
enzovoort op te nemen.
Strand
Wanneer u beelden aan het water opneemt, wordt de blauwe kleur van het water duidelijk opgenomen.
Sneeuw
Wanneer u beelden in de sneeuw opneemt of op andere plaatsen waar het hele scherm wit is, gebruikt u deze functie om flauwe kleuren te voorkomen en duidelijke beelden op te nemen.
26
Stilstaande beelden opnemen (Scènekeuzefunctie)
Functies die niet kunnen worden gecombineerd met een scènekeuzefunctie
De camera bepaalt de meest geschikte combinatie van functies om een beeld correct op te nemen op basis van de scène. Bepaalde opties zijn niet beschikbaar, afhankelijk van de scènekeuzefunctie. Wanneer u op de toets drukt om functies te selecteren die niet gecombineerd kunnen worden met een scènekeuzefunctie, wordt een pieptoon weergegeven.
( : u kunt de gewenste instelling selecteren)
Macro Flitser Witbalans Burst Flitsniveau
Basishandelingen
SL
——
— /
/
/
Autom./ —
WB
27

Beelden weergeven/verwijderen

v/V/b/B-toets
z-toets
Regeltoets
-toets
(Verwijderen)
/ -toets (Index/
Weergavezoom)
-toets (Weergavezoom)
(Weergave)-toets
MENU-toets
1 Druk op de (Weergave)-toets.
Als u op de (Weergave)-toets drukt als de camera is uitgeschakeld, wordt de camera ingeschakeld in de weergavefunctie. Als u opnieuw drukt, schakelt het toestel over naar de opnamefunctie.
2 Selecteer een beeld met b/B op de regeltoets.
Film:
Druk op
z om een film af te spelen. (Druk nogmaals op z om het afspelen te stoppen.)
Druk op
B om snel vooruit te spoelen, druk op b als u wilt terugspoelen. (Druk op z om
terug te keren naar normaal afspelen.)
Druk op
v/V om het volume aan te passen.
Beelden verwijderen
1 Geef het beeld weer dat u wilt verwijderen en druk op (Verwijderen). 2 Selecteer [Wissen] met
Het verwijderen annuleren
Selecteer [Sluiten] en druk vervolgens op z.
Een vergroot beeld weergeven (Weergavezoom)
Druk op wanneer een stilstaand beeld wordt weergegeven. Druk op om het zoomen ongedaan te maken. Het gedeelte aanpassen: v/V/b/B Weergavezoom annuleren: z
Vergrote beelden opslaan: [Trimmen] (pagina 45)
v en druk vervolgens op z.
28
Beelden weergeven/verwijderen
Indexscherm weergeven
Druk op (Index) en selecteer een beeld met v/V/b/B. Als u het volgende (vorige) indexscherm wilt weergeven, drukt u op b/B. Als u wilt terugkeren naar het scherm met één beeld, drukt u op z.
Beelden verwijderen in de indexfunctie
1 Druk terwijl een indexscherm wordt weergegeven, op (Verwijderen) en selecteer
[Kiezen] met v/V op de regeltoets en druk op z.
2 Selecteer het beeld dat u wilt verwijderen met v/V/b/B en druk op z om de aanduiding
(Verwijderen) weer te geven op het geselecteerde beeld.
Groen selectiekader
Een selectie annuleren
Selecteer een beeld dat u eerder hebt geselecteerd voor verwijderen en druk op z om de aanduiding van het beeld te verwijderen.
3 Druk op (Verwijderen). 4 Selecteer [OK] met B en druk vervolgens op z.
• Als u alle beelden in de map wilt verwijderen, selecteert u [Alle in deze map] met v/V in stap 1 in plaats van [Kiezen] en drukt u op z.
Basishandelingen
29

Het menu gebruiken

De menu-items gebruiken

v/V/b/B-toets
(Weergave)-toets
Modusknop
z-toets
Regeltoets
MENU-toets
1 Opnemen: schakel de camera in en zet de modusknop op de gewenste
functie. Weergave: druk op de (Weergave)-toets.
Verschillende items zijn beschikbaar, afhankelijk van de stand van de modusknop en de functie opnemen/weergeven.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Selecteer het gewenste menu-item met
b/B op de regeltoets.
• Als het gewenste item niet zichtbaar is, houdt u
b/B ingedrukt totdat het op het scherm wordt weergegeven.
• Druk op z wanneer u een item hebt geselecteerd in
de weergavefunctie.
4 Selecteer een instelling met v/V.
De instelling die u selecteert, wordt groter weergegeven en wordt ingesteld.
5 Druk op MENU om het menu uit te schakelen.
U kunt het menu ook uitschakelen door de sluiterknop half in te drukken.
• Als een item niet wordt weergegeven, wordt de aanduiding v/V weergegeven aan het uiteinde van de
plaats waar de menu-items normaal gesproken worden weergegeven. Als u niet-weergegeven items wilt weergeven, selecteert u deze aanduiding met de regeltoets.
• U kunt geen items instellen die niet beschikbaar zijn.
30
Loading...
+ 77 hidden pages