Smeg W320NX, W320N, SC521X-8, SC425X-8, SC521N-8 User Manual [nl]

Inhoudsopgave
2. WAARSCHUWINGEN BETREFFENDE DE VEILIGHEID......................... 126
3. ZORG VOOR HET MILIEU ........................................................................ 128
4. KEN UW OVEN.......................................................................................... 129
5. BESCHIKBARE ACCESSOIRES............................................................... 130
6. HET GEBRUIK VAN DE OVEN.................................................................. 131
7. BEREIDINGEN MET DE OVEN................................................................. 135
8. REINIGING EN ONDERHOUD.................................................................. 142
9. BUITENGEWOON ONDERHOUD............................................................. 144
10. DE INSTALLATIE VAN HET TOESTEL...................................................... 148
AANWIJZINGEN VOOR DE GEBRUIKER: hier vindt u advies betreffende het gebruik, de beschrijving van de bedieningen en de correcte handelingen voor de reiniging en het onderhoud van het toestel.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATEUR: deze zijn bedoeld voor de gekwalificeerde technicus die de installatie, de indienststelling en de keuring van het toestel moet uitvoeren.
123
Algemene waarschuwingen
1. WAARSCHUWINGEN VOOR HET GEBRUIK
DEZE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND DEEL VAN HET TOESTEL. ZE MOET INTEGER EN BINNEN HANDBEREIK BEWAARD WORDEN VOOR DE VOLLEDIGE GEBRUIKSDUUR VAN HET TOESTEL. DEZE GEBRUIKSAANWIJZING EN ALLE AANWEZIGE AANDUIDINGEN MOETEN AANDACHTIG DOORGELEZEN WORDEN VOORDAT HET TOESTEL IN GEBRUIK WORDT GENOMEN. DE INSTALLATIE MOET UITGEVOERD WORDEN DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL, EN DOOR DE VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN TE RESPECTEREN. DIT TOESTEL IS BESTEMD VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK EN IS CONFORM DE EEG-RICHTLIJNEN DIE ACTUEEL VAN KRACHT ZIJN. HET TOESTEL WERD GEBOUWD VOOR DE VOLGENDE FUNCTIE: DE BEREIDING VAN VOEDSEL; ELK ANDER GEBRUIK MOET ALS ONEIGENLIJJK BESCHOUWD WORDEN. DE CONSTRUCTEUR KAN NIET AANSPRAKELIJK GESTELD WORDEN VOOR ANDER GEBRUIK DAN HETGENE DAT WORDT AANGEDUID.
WANNEER HET TOESTEL IN BOTEN OF CARAVANS GEÏNSTALLEERD WORDT, MAG HET NIET GEBRUIKT WORDEN OM DE OMGEVINGEN TE VERWARMEN.
GEBRUIK DIT TOESTEL NOOIT VOOR DE VERWARMING VAN DE WONING.
DIT TOESTEL IS VOORZIEN VAN HET MERKTEKEN VOLGENS DE EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EG IN VERBAND MET ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE TOESTELLEN (WASTE ELECTRICAL AND ELECTRONIC EQUIPMENT - WEEE). DEZE RICHTLIJN BEPAALT DE NORMEN VOOR HET INZAMELEN EN RECYCLEREN VAN AFGEDANKTE TOESTELLEN, EN GELDT VOOR HET VOLLEDIGE GRONDGEBIED VAN DE EUROPESE UNIE.
ZORG ER VOOR DAT DE OPENINGEN EN DE SPLETEN VOOR DE VENTILATIE EN DE WARMTE-AFVOER NIET VERSTOPT RAKEN.
124
GA NIET STEUNEN OF ZITTEN OP DE GEOPENDE DEUR VAN HET TOESTEL.
HET IDENTIFICATIEPLAATJE MET DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET SERIENUMMER EN DE MARKERING IS ZICHTBAAR AANGEBRACHT OP HET TOESTEL.
DIT PLAATJE MAG NOOIT VERWIJDERD WORDEN.
VOORDAT U HET TOESTEL IN WERKING STELT, MOET U VERPLICHT ALLE BESCHERMENDE FOLIES VAN DE BINNENKANT EN DE BUITENKANT VAN HET TOESTEL VERWIJDEREN.
LET OP DAT GEEN VOORWERPEN VASTRAKEN IN DE DEUR VAN DE OVEN.
Algemene waarschuwingen
TIJDENS HET GEBRUIK VAN HET TOESTEL WORDT DE BINNENKANT ZEER HEET. ER WORDT AANBEVOLEN OM VOOR ELKE HANDELING SPECIALE THERMISCHE HANDSCHOENEN TE DRAGEN.
GEBRUIK ABSOLUUT GEEN STALEN SPONZEN OF SCHERPE KRABBERS ZODAT DE VLAKKEN NIET WORDEN BESCHADIGD. GEBRUIK NORMALE EN NIET-SCHURENDE PRODUCTEN, EN EVENTUEEL HOUTEN OF PLASTIC KEUKENGEREI. SPOEL ZORGVULDIG, EN DROOG MET EEN ZACHTE DOEK OF EEN DOEK IN MICROFIBER. VERMIJD DAT ETENSRESTEN OP SUIKERBASIS OPDROGEN IN DE OVEN (BIJV. JAM). WANNEER ZE TE LANG OPDROGEN, KAN HET EMAIL IN DE OVEN BESCHADIGD WORDEN.
GEBRUIK GEEN KEUKENGEREI OF DOZEN DIE PLASTIC MATERIAAL BEVATTEN. DE HOGE TEMPERATUREN IN DE OVEN KUNNEN DIT MATERIAAL DOEN SMELTEN, ZODAT HET TOESTEL KAN BESCHADIGD WORDEN.
GEBRUIK GEEN GESLOTEN DOZEN OF BAKJES IN HET TOESTEL. TIJDENS DE BEREIDING KAN EEN OVERDRUK IN DE BAKJES GEVAAR OP ONTPLOFFINGEN CREËREN.
LAAT HET TOESTEL NIET ONBEWAAKT ACHTER TIJDENS BEREIDINGEN WAAR VETTEN EN OLIES KUNNEN VRIJKOMEN. DE VETTEN EN DE OLIES KUNNEN VLAM VATTEN.
BEDEK TIJDENS DE BEREIDING DE BODEM VAN DE OVEN NIET MET ALUMINIUMFOLIE OF DERGELIJK, EN PLAATS HIEROP GEEN PANNEN OF OVENSCHALEN OM BESCHADIGING AAN HET EMAIL TE VERMIJDEN.
GIET GEEN WATER IN DE OVENSCHALEN TIJDENS EEN BEREIDING EN WANNEER DE OPPERVLAKKEN NOG ZEER WARM ZIJN. DE WATERDAMP ZOU ERNSTIGE BRANDWONDEN EN SCHADE AAN HET EMAIL KUNNEN VEROORZAKEN.
DE DEUR MOET TIJDENS ALLE BEREIDINGEN GESLOTEN BLIJVEN.
125
Algemene waarschuwingen
2. WAARSCHUWINGEN BETREFFENDE DE VEILIGHEID
RAADPLEEG DE AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE VOOR DE VEILIGHEIDSNORMEN VOOR ELEKTRISCHE TOESTELLEN OF TOESTELLEN OP GAS, EN VOOR DE VENTILATIEFUNCTIES. IN HET BELANG VAN UW VEILIGHEID WERD BIJ WET BEPAALD DAT DE INSTALLATIE EN DE ASSISTENTIE VAN ALLE ELEKTRISCHE TOESTELLEN MOET UITGEVOERD WORDEN DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL, EN DOOR DE VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN TE RESPECTEREN. ONZE ERKENDE INSTALLATEURS GARANDEREN HET BESTE RESULTAAT. ELEKTRISCHE TOESTELLEN OF TOESTELLEN OP GAS MOETEN STEEDS DOOR BEKWAME PERSONEN WORDEN WEGGENOMEN.
CONTROLEER VOORDAT HET TOESTEL AANGESLOTEN WORDT OP HET STROOMNET OF DE GEGEVENS DIE AANGEDUID WORDEN OP HET PLAATJE OVEREENKOMEN MET DIEGENE VAN HET STROOMNET ZELF.
VOORDAT DE HANDELINGEN VAN DE INSTALLATIE / ONDERHOUD UITGEVOERD WORDEN, MOET GECONTROLEERD WORDEN OF HET TOESTEL NIET VAN STROOM WORDT VOORZIEN.
DE STEKKER DIE AANGESLOTEN MOET WORDEN OP DE STROOMKABEL EN HET RELATIEVE STOPCONTACT MOETEN VAN HETZELFDE TYPE EN CONFORM DE VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN ZIJN. HET STOPCONTACT MOET BEREIKBAAR BLIJVEN NA INBOUW VAN HET TOESTEL. TREK NOOIT AAN DE KABEL OM DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE VERWIJDEREN.
ALS DE STROOMKABEL BESCHADIGD IS, MOET ONMIDDELLIJK DE TECHNISCHE ASSISTENTIEDIENST GECONTACTEERD WORDEN DIE VOOR DE VERVANGING VAN DE KABEL ZAL ZORGEN.
126
DE AARDING IS VERPLICHT VOLGENS DE VOORZIENE VEILIGHEIDSNORMEN VAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE.
VOER ONMIDDELLIJK NA DE INSTALLATIE EEN KORTE KEURING VAN HET TOESTEL UIT, VOLGENS DE AANWIJZINGEN DIE VERDER WORDEN AANGEDUID. ALS HET TOESTEL NIET WERKT, MOET HET LOSGEKOPPELD WORDEN VAN HET ELEKTRICITEITSNET EN MOET U HET DICHTSTBIJZIJNDE TECHNISCHE ASSISTENTICENTRUM CONTACTEREN. PROBEER NOOIT OM HET TOESTEL ZELF TE HERSTELLEN.
PLAATS NOOIT ONTVLAMBARE VOORWERPEN IN DE OVEN: ALS DEZE ONOPZETTELIJK INGESCHAKELD ZOU WORDEN, KAN BRAND ONTSTAAN.
HET TOESTEL WORDT TIJDENS HET GEBRUIK ZEER HEET. LET OP DAT U DE WARMTE-ELEMENTEN IN DE OVEN NIET AANRAAKT.
Algemene waarschuwingen
DIT TOESTEL MAG NIET WORDEN GEBRUIKT DOOR PERSONEN (KINDEREN INBEGREPEN) MET VERMINDERDE FYSISCHE OF PSYCHISCHE VERMOGENS, OF DOOR PERSONEN DIE GEEN ERVARING HEBBEN BIJ HET GEBRUIK VAN ELEKTRISCHE APPARATUUR, TENZIJ DIT GEBEURT ONDER TOEZICHT OF INSTRUCTIE VAN VOLWASSENEN DIE VOOR HUN VEILIGHEID INSTAAN.
HOU KINDEREN UIT DE BUURT VAN HET TOESTEL WANNEER HET AANGESCHAKELD IS, EN LAAT ZE ER NIET MEE SPELEN.
PLAATS GEEN METALEN EN PUNTIGE VOORWERPEN (BESTEK OF GEREEDSCHAPPEN) IN DE SPLETEN VAN HET TOESTEL.
GEBRUIK GEEN STOOMSTRAAL OM HET TOESTEL TE REINIGEN. DE STOOM ZOU DE ELEKTRISCHE DELEN KUNNEN BEREIKEN, ZODAT DEZE BESCHADIGD KUNNEN WORDEN EN KORTSLUITING KUNNEN VEROORZAKEN.
VOER GEEN WIJZIGINGEN AAN DIT TOESTEL UIT.
GEBRUIK GEEN SPUITBUSSEN NABIJ HET TOESTEL WANNEER HET IN WERKING IS. GEBRUIK GEEN SPUITBUSSEN WANNEER HET TOESTEL NOG WARM IS.
De constructeur kan niet aansprakelijk gesteld worden voor letsels aan personen of materiële schade die wordt veroorzaakt door het niet in acht nemen van deze voorschriften, of door het onklaar maken van zelfs maar een enkel onderdeel van het toestel, of door het gebruik van niet-originele reserveonderdelen.
127
Warschuwingen voor de
afvalverwerking
3. ZORG VOOR HET MILIEU
3.1 Onze zorg voor het milieu
Aldus de Richtlijnen 2002/95/EG, 2002/96/EG, 2003/108/EG in verband met de beperking van het gebruik van gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische toestellen, en ook de verwerking van afval. Het symbool van de doorkruiste vuilbak, aangebracht op de apparatuur, duidt aan dat het product op het einde van zijn gebruiksduur gescheiden ingezameld moet worden. De gebruiker moet de apparatuur dus op het einde van de gebruiksduur toekennen aan geschikte centra voor de gescheiden inzameling van elektrisch en elektronisch afval, of overhandigen aan de verkoper wanneer een nieuw overeenkomstig toestel wordt gekocht. Een gepaste gescheiden afvalinzameling voor de volgende recyclage van de apparatuur en voor de behandeling en de ecologisch compatibele verwerking, draagt bij tot het vermijden van mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en voor de gezondheid, en bevordert het recycleren van het materiaal waarvan de apparatuur gemaakt is. Wanneer de gebruiker het product illegaal verwerkt, zullen administratieve sancties getroffen worden.
Het product bevat geen delen die als gevaarlijk voor de gezondheid en het milieu worden beschouwd, conform de actuele Europese Richtlijnen.
3.2 Uw zorg voor het milieu
128
Voor het verpakken van onze producten worden niet-vervuilende materialen gebruikt die het milieu niet schaden, en die recycleerbaar zijn. We verzoeken om mee te werken, en om te zorgen voor een correcte verwerking van de verpakking. Vraag bij uw verkoper of bij de bevoegde diensten naar de adressen van inzamel-, afvalverwerkings- en recyclagecentra.
Gooi de verpakking, of delen ervan, niet zomaar weg. Deze kunnen voor kinderen gevaar op verstikking vormen; vooral plastic zakken zijn gevaarlijk.
Ook uw oude toestel moet correct verwerkt worden. Belangrijk: lever het toestel in bij de plaatselijke dienst of zaak die verantwoordelijk is voor de inzameling van afgedankte huishoudtoestellen. Met een correcte verwerking kunnen kostbare materialen gerecupereerd worden. Voordat u het toestel weggooit, is het belangrijk dat u de deuren verwijdert en de werkvlakken niet verwijdert; dit om te vermijden dat kinderen zich al spelend in
de oven zouden kunnen opsluiten. Bovendien moet de stroomkabel doorgesneden worden en samen met de stekker verwijderd worden.
Aanwijzingen voor de gebruiker
4. KEN UW OVEN
Bedieningspaneel
Bovenbescherming (enkel op sommige modellen)
Ovenlamp
Beklede geleiders
129
Aanwijzingen voor de gebruiker
5. BESCHIKBARE ACCESSOIRES
OPMERKING:
Rooster: nuttig voor het plaatsen van
recipiënten met voedsel in bereiding.
Ovenschaal: nuttig voor het opvangen van vet dat afkomstig is van het voedsel op het rooster erboven.
• Verkrijgbare accessoires: Via de Erkende Assistentiecentra kunnen originele bijgeleverde of optionele accessoires besteld worden.
• Gebruik enkel originele accessoires
Op sommige modellen zijn niet alle accessoires aanwezig.
5.1 Het gebruik van het rooster of de schaal
De roosters en de schalen beschikken over een mechanische veiligheidsblokkering zodat ze niet toevallig verwijderd kunnen worden. Voor een correcte plaatsing van het rooster of de schaal moet gecontroleerd worden of deze blokkering naar onder gericht is (zoals wordt getoond in de figuur). Om het rooster of de schaal te verwijderen, moeten ze vooraan lichtjes opgeheven worden.
De mechanische blokkering (of de plint indien aanwezig) moet steeds naar de achterkant van de oven gericht zijn.
130
Plaats de roosters en de schalen helemaal in de oven, tot ze vast komen te zitten.
Bij de modellen met geleiders moeten de ovenschalen vóór het eerste gebruik gereinigd worden. Deze reiniging voorkomt dat eventuele fabricageresten de zijwanden van de ovenruimte kunnen aantasten wanneer de ovenschaal zelf in de oven wordt geplaatst.
Aanwijzingen voor de gebruiker
6. HET GEBRUIK VAN DE OVEN
6.1 Voordat het toestel gebruikt wordt
• Verwijder eventuele etiketten (behalve het plaatje met de technische gegevens) van de schalen, lekbakken of uit de ovenruimte.
• Verwijder eventuele beschermende folies van de buiten- en binnenkant van het toestel en van de accessoires, zoals schalen, lekbakken, de pizzaplaat of de bodembedekking.
• Voordat het toestel voor de eerste keer gebruikt wordt, moeten alle accessoires uit de ovenruimte genomen worden en moeten ze gereinigd worden zoals wordt aangeduid in het hoofdstuk "8. REINIGING EN ONDERHOUD".
Schakel het lege toestel in aan de maximum temperatuur zodat mogelijke productieresten verbrand worden die aan het voedsel een onaangename geur zouden kunnen verlenen.
6.2 Algemene beschrijving
6.2.1 Plaatsbare vlakken
De oven beschikt over 4 vlakken zodat roosters en ovenschalen op verschillende hoogtes kunnen geplaatst worden. De plaatsbare hoogtes worden begrepen van laag naar hoog (raadpleeg de afbeelding).
6.2.2 Koelventilatie (enkel op sommige modellen)
Het toestel is uitgerust met een koelsysteem dat bij het starten van een bereiding in werking treedt. De werking van de ventilator veroorzaakt een normale luchtstroom die boven de deur naar buiten komt, en die stopt wanneer oven wordt uitgeschakeld.
131
Aanwijzingen voor de gebruiker
6.2.3 Lamp van de binnenverlichting
De ovenlampen gaan aan wanneer eender welke functie wordt geselecteerd of
wanneer de functieknop op het symbool wordt gedraaid.
6.3 Algemene waarschuwingen en advies voor het gebruik
De deur moet gesloten blijven tijdens de bereiding.
Bedek tijdens de bereiding de bodem van de oven niet met aluminiumfolie of dergelijk, en plaats hierop geen pannen of ovenschalen om beschadiging aan het email te vermijden. Bij gebruik van bakpapier moet u ervoor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de oven er niet door wordt verhinderd.
Voor een optimale bereiding wordt aanbevolen om het keukengerei in het midden van het rooster te plaatsen.
Om te voorkomen dat eventuele damp in de oven ongemakken veroorzaakt, opent u de ovendeur het best in twee keer: open de deur eerst een beetje (ong. 5 cm) voor 4-5 seconden, en daarna helemaal. Wanneer gerechten moeten gecontroleerd worden tijdens de bereiding, moet u de ovendeur zo weinig mogelijk openhouden om te vermijden dat de temperatuur in de oven zodanig zakt dat het slagen van de bereiding in gedrang komt.
132
Er wordt aangeraden om het voedsel na de bereiding niet te lang in de ovenruimte te laten, om excessieve condensvorming op de binnenruit van de oven te voorkomen.
Aanwijzingen voor de gebruiker
6.4 Beschrijving van de bedieningen van het frontpaneel
Alle bedieningen en controles van het toestel bevinden zich op het frontpaneel
DRAAIKNOP KOOKWEKKER
Om een bereidingsduur in te stellen, moet de knop in wijzerszin gedraaid worden om de gewenste waarde in minuten te selecteren. Na het einde van de bereidingsduur wordt een geluidssignaal geproduceerd en wordt de bereiding onderbroken.
Om een bereiding met eender welke functie te beginnen, moet een bereidingsduur ingesteld worden of moet de knop van de kookwekker, voor
bereidingen zonder tijdsinstelling, op het symbool
gedraaid worden.
CONTROLELAMP THERMOSTAAT (multifunctionele modellen) Het oplichten van de controlelamp meldt dat de oven aan
het voorverwarmen is. Wanneer ze uitgaat, werd de vooraf bepaalde temperatuur bereikt; het regelmatig knipperen duidt aan dat de binnentemperatuur constant aan de ingestelde waarde wordt gehouden.
133
Aanwijzingen voor de gebruiker
FUNCTIEKNOP
De keuze van de temperatuur voor de bereiding wordt uitgevoerd door de knop in wijzerszin te draaien tot de gewenste waarde wordt bereikt, tussen 50° en 240°C; de geselecteerde functie is in dit geval de statische functie
. U kan, de kleine grill of de
grill instellen als u het type van verwarming wenst te wijzigen.
(Raadpleeg 7. BEREIDINGEN MET DE OVEN).
134
Aanwijzingen voor de gebruiker
7. BEREIDINGEN MET DE OVEN
STATISCH:
De warmte wordt gelijktijdig bovenaan en onderaan afgegeven, en maakt dit systeem geschikt voor het bereiden van speciale types van voedsel. De traditionele bereiding, die ook statisch of warmtestraling wordt genoemd, is geschikt voor het klaarmaken van één gerecht per keer. Het is ideaal voor alle types van gebraden, brood en gevulde taarten, en het is vooral geschikt voor vet vlees zoals gans en eend.
GRILL:
Met de warmte die van de grillweerstand komt, kunnen uitstekende resultaten bereikt worden zoals het roosteren van dun en iets dikker vlees, en in combinatie met het draaispit (waar voorzien) wordt op het einde van de bereiding een uniforme goudbruine kleur verkregen. Ideaal voor worsten, ribbetjes en bacon. Met deze functie kan een grote hoeveelheid voedsel, en vooral vlees, uniform gegrilld worden.
KLEINE GRILL:
Met deze functie kan door middel van de warmte, enkel afkomstig van het centrale element, kleine hoeveelheden vlees en vis gegrilld worden om spiezen, toasts en alle bijspijzen van gegrillde groenten te bereiden.
BODEMVLAK:
de warmte, die enkel van onderaan komt, vervolledigt de bereiding van voedsel dat een hogere basistemperatuur nodig heeft, zonder gevolgen voor het bruin braden. Ideaal voor gebak of hartige taarten, vlaaien en pizza.
135
Aanwijzingen voor de gebruiker
7.1 Advies en handigheidjes voor de bereiding
7.1.1 Algemeen advies
Algemeen gezien is het niet mogelijk om de bereidingstijden te verkorten door de temperatuur te verhogen (het voedsel zou aan de buitenkant goed gebakken kunnen zijn, maar binnenin minder). Tijdens het bereiden van gebak kan excessief condens op de ruit gevormd worden. Om dit te vermijden, opent u de deur enkele keren zeer voorzichtig tijdens de bereiding.
7.1.2 Advies voor het bereiden van vleesgerechten
De bereidingstijden, in het bijzonder voor vleesgerechten, hangen af van de dikte en van de kwaliteit van het voedsel, en van de smaak van de consument. Er wordt aangeraden om een thermometer voor vlees te gebruiken tijdens de bereiding van gebraad, of door eenvoudigweg met een lepeltje op het gebraad te duwen; wanneer het stevig is, is het gaar, zoniet moet u nog even wachten.
7.1.3 Advies voor het bereiden van gebak en koekjes
• Gebruik bij voorkeur metalen en donkerkleurige gebakvormen; deze helpen de warmte beter te absorberen.
• De temperatuur en de duur van de bereiding hangen af van de kwaliteit en de dikte van het deeg.
• Controleer of het gebak binnenin gaar is: stop na de bereiding een tandenstoker in het hoogste punt van het gebak. Wanneer het deeg niet aan de tandenstoker blijft plakken, is het gebak klaar.
• Wanneer het gebak verslapt wanneer het uit de oven wordt gehaald, moet bij de volgende bereiding de temperatuur ongeveer 10°C lager worden ingesteld, en moet eventueel een langere bereidingstijd geselecteerd worden.
136
Aanwijzingen voor de gebruiker
7.1.4 Advies voor het ontdooien en het rijzen
• Er wordt aangeraden om het ingevrozen voedsel in een recipiënt zonder deksel te plaatsen, op het eerste vlak van de oven.
• Het voedsel moet uit de verpakking ontdooid worden.
• Plaats het te ontdooien voedsel op homogene wijze, en plaats het niet op elkaar.
• Wanneer u vlees ontdooit, wordt aangeraden om een rooster te gebruiken en om het voedsel op het tweede vlak te plaatsen , en om een ovenschaal op het eerste vlak te plaatsen. Op deze manier blijft het voedsel niet in contact met de vloeistof van de ontdooiing.
• De meest delicate delen kunnen bedekt worden met aluminiumfolie.
• Voor het rijzen wordt aanbevolen om onderin de oven een bakje met water te zetten.
7.1.5 Aanbevelingen voor bereidingen met de grill
• Met de grillfunctie kan het vlees ook in de koude oven geplaatst worden, maar er wordt aanbevolen om de voorverwarming te gebruiken als
het resultaat van de bereiding moet gewijzigd worden.
• Er wordt aanbevolen om het voedsel in het midden van het rooster te plaatsen.
7.2 Om energie te besparen
Om tijdens het gebruik van het toestel energie te besparen, kan het volgende uitgevoerd worden:
• Stop de bereiding enkele minuten voordat de normale bereidingsduur verstrijkt. De bereiding zal voortgezet worden door de warmte die zich in de oven heeft opgehoopt.
• Open de deur van de oven zo weinig mogelijk, zodat de warmte niet verloren gaat.
• Hou de binnenkant van het toestel constant rein.
137
Aanwijzingen voor de gebruiker
7.3 Indicatieve tabel van de bereidingen
GERECHTEN GEWICHT FUNCTIE
PASTA OF RIJST
LASAGNE 3 Kg Statisch
PASTA IN DE OVEN Statisch
VLEES
KALFSGEBRAAD 1 Kg Statisch
VARKENSLENDE 1 Kg Statisch
SCHOUDERKARBONADE 1 Kg Statisch
GEBRADEN KONIJN 1 Kg Statisch
KALKOENBOUT 1 Kg Statisch
COPPA IN DE OVEN 1 Kg Statisch
GEBRADEN KIP 1 Kg Statisch
GEGRILLD VLEES
VARKENSKOTELET Grill
VARKENSFILET
RUNDFILET Grill
LEVERPLAKJES Grill
WORST Grill
GEHAKTBALLETJES Grill
VIS
ZALMFOREL 0,7 Kg Statisch
138
Grill
Aanwijzingen voor de gebruiker
POSITIE VAN DE GELEIDER
VANAF ONDERAAN
1 of 2 220 - 230 40 - 50
1 of 2 220 - 230 40
2 190 - 200 70 - 80
2 190 - 200 70 - 80
2 190 - 200 90 - 100
2 190 - 200 70 - 80
2 190 - 200 110 - 120
2 190 - 200 110 - 120
2 200 - 210 60 - 70
4-7 - 95 - 7
TEMPERATUUR
°C
TIJD IN MINUTEN
EERSTE
ZIJDE
TWEEDE
ZIJDE
3 - 9 - 11 5 - 9
3 - 9 - 11 9 - 11
4-2 - 32 - 3
3-7 - 95 - 6
3-7 - 95 - 6
2 170 - 180 35 - 40
139
Aanwijzingen voor de gebruiker
GERECHTEN GEWICHT FUNCTIE
PIZZA
BROOD
FOCACCIA
GEBAK
DONUT Statisch
VLAAI Statisch
VLAAI Statisch
ZANDDEEG Statisch
GEVULDE TORTELLINI Statisch
TAART "PARADISO" Statisch
TAART "PARADISO" Statisch
SOEZEN Statisch
Statisch
Statisch
Statisch
BISCUIT Statisch
RIJSTTAART Statisch
RIJSTTAART Statisch
BRIOCHE Statisch
APPELTAART Statisch
140
Aanwijzingen voor de gebruiker
POSITIE VAN DE GELEIDER
VANAF ONDERAAN
1 240 8
2 190 - 200 30 -35
2 180 - 190 15 -20
2 170 - 180 50 - 55
2 170 - 180 30 - 35
2 180 35 - 40
2 170 - 180 20 - 25
2 180 20 - 25
2 170 - 180 50 - 60
2 180 50 - 60
TEMPERATUUR
°C
TIJD IN MINUTEN
2 160 - 170 40 - 50
2 160 - 170 45 - 50
2 170 40 - 50
2 180 50 - 60
2 170 25 - 30
3190 60
141
Aanwijzingen voor de gebruiker
8. REINIGING EN ONDERHOUD
GEBRUIK GEEN STOOMSTRAAL OM HET TOESTEL TE REINIGEN.
Er wordt aanbevolen om reinigingsproducten van de constructeur te gebruiken.
Gebruik op de metalen delen of de delen waarvan het oppervlak met metalen afwerkingen werd behandeld (bijv. elektrolytische oxidaties, vernikkeling, verchroming) geen producten die chloor, ammoniak of bleekmiddel bevatten.
8.1 Reiniging van het roestvrij staal
Om het roestvrij staal in goede staat te houden, moet het na elk gebruik gereinigd worden nadat de oven afgekoeld is.
8.2 Gewone dagelijkse reiniging
Gebruik voor het reinigen en bewaren van de roestvrije stalen oppervlakken steeds en uitsluitend specifieke producten, die geen schurende of zure stoffen op chloorbasis bevatten. Gebruiksaanwijzing: giet het product op een vochtige doek en wrijf het over het oppervlak, spoel zorgvuldig, en droog met een zachte doek of met een doek in microfiber.
142
8.3 Voedselvlekken of -resten
Gebruik absoluut geen metalen sponzen of scherpe krabbers, zodat de oppervlakken niet worden beschadigd. Gebruik normale en niet-schurende producten, en eventueel houten of plastic gerei. Spoel zorgvuldig, en droog met een zachte doek of met een doek in microfiber. Vermijd om etensresten op suikerbasis (bv. jam) te laten opdrogen in de oven. Wanneer het te lang opdroogt, kan het email in de oven beschadigd worden.
Aanwijzingen voor de gebruiker
8.4 Reiniging van de ruiten van de deur
Er wordt aangeraden om deze steeds goed rein te houden. Gebruik absorberend keukenpapier; bij hardnekkig vuil moet u ze reinigen met een vochtige spons en een gewoon reinigingsmiddel.
Gebruik geen schurende of bijtende reinigingsmiddelen om de ruiten van de deur te reinigen (bijv. producten in poedervorm, vlekkenmiddelen en metalen sponsjes).
Gebruik voor het reinigen van de ruiten van de oven geen ruwe of schurende materialen of scherpe metalen krabbers, die het glas zouden kunnen krassen en versplinteren.
8.5 De reiniging van de binnenkant van de oven
Om de oven in goede staat te houden, moet hij na afkoeling regelmatig gereinigd worden.
• Verwijder alle verwijderbare delen.
• Reinig de ovenroosters met warm water en niet-schurende reinigingsmiddelen; spoel en droog ze daarna.
• Om de reiniging van de oven te vergemakkelijken, kan u de deur verwijderen (raadpleeg paragraaf “9.2 Demontage van de deur”).
Er wordt aangeraden om de oven ongeveer 15/20 minuten maximaal te verwarmen nadat specifieke producten gebruikt werden, om de afgezette resten in de oven te elimineren.
Na deze handeling wordt aangeraden om de vochtige delen goed te drogen.
143
Aanwijzingen voor de gebruiker
9. BUITENGEWOON ONDERHOUD
Er kunnen regelmatig kleine ingrepen nodig zijn voor het onderhoud of de vervanging van onderdelen die onderhevig zijn aan slijtage, zoals pakkingen, lampjes enz. Hieronder volgen de specifieke aanwijzingen voor elke ingreep van dit type.
Vóór elke handeling waarvoor de delen onder spanning bereikt moeten worden, moet de stroomtoevoer naar het toestel uitgeschakeld worden.
9.1 Vervanging van de lamp
Als een lamp moet vervangen worden omdat ze versleten of verbrand is, moet de lampbedekking verwijderd worden met behulp van bijvoorbeeld een schroevendraaier.
144
Verwijder de lamp door ze los te draaien zoals wordt aangeduid. Enkel op sommige modellen: de lampen zijn halogeenlampen, en dus
mogen ze niet rechtstreeks met de vingers aangeraakt worden, maar
moet een isolerende bedekking gebruikt worden. Vervang de lamp met een soortgelijke (25W). Hermonteer de bedekking op correcte wijze, zodat de vorming van het interne glas naar de deur gericht is.
Druk goed op de bedekking zodat ze perfect aan de lamphouder hecht.
Aanwijzingen voor de gebruiker
9.2 Demontage van de deur
9.2.1 Met pinnen
Open de deur volledig. Plaats de twee pinnetjes in de aangeduide gaten van de scharnieren A van de twee tegenstaande scharnieren, en koppel ze vast.
Neem de deur aan beide kanten en met beide handen vast, hef ze op aan een hoek van ongeveer 30°, en verwijder ze.
Om de deur weer te monteren, moeten de scharnieren in de daarvoor bestemde openingen in de oven geplaatst worden, zodat de gleuven C helemaal op de openingen steunen. Laat de deur zakken zodat ze geplaatst wordt, en verwijder de pinnetjes uit de gaten van de scharnieren.
145
Aanwijzingen voor de gebruiker
9.3 Demontage van de pakking
Voor een grondige reiniging van de oven kan u de pakking van de deur verwijderen. Op de vier zijden zijn haken aanwezig die de pakking op de rand van de oven bevestigen. Trek de randen van de pakking naar buiten zodat de haken loskomen.
9.4 Demontage van de interne ruiten
Er wordt aangeraden om deze steeds rein te houden. Om de reiniging te vergemakkelijken, kan u de deur verwijderen (raadpleeg 9.2 Demontage van de deur) en ze op een vaatdoek laten rusten; ofwel opent u de deur en blokkeert u de scharnieren zodat de ruiten kunnen verwijderd worden. De ruiten van de deur kunnen volledig gedemonteerd worden, door de volgende aanwijzingen te volgen. Aandacht: voordat de ruiten worden verwijderd, moet gecontroleerd worden of minstens één van de scharnieren van de deur in de open positie geblokkeerd
werd, zoals wordt beschreven in de paragraaf "9.2 Demontage van de deur". Deze handeling zou ook nodig kunnen blijken tijdens het verwijderen van de ruiten, wanneer de deur toevallig los zou komen.
146
Aanwijzingen voor de gebruiker
Verwijdering van de interne ruit:
• Verwijder de interne ruit door ze achteraan naar boven te trekken, en volg de beweging die wordt aangeduid door de pijlen (1).
• Trek het voorste deel van de ruit daarna omhoog (2).
• Op deze manier komen de 4 pinnen, die op de ruit bevestigd zijn, los uit hun zitten op de ovendeur.
Verwijdering van de middelste ruit (enkel op sommige modellen):
• Op de multifunctionele modellen kan een tussenruit aanwezig zijn; verwijder ze door ze op te heffen.
Reiniging:
• Nu kunnen de buitenruit en de eerder verwijderde ruiten gereinigd worden. Gebruik absorberend keukenpapier. Bij hardnekkig vuil moet een vochtige spons en een neutraal reinigingsmiddel gebruikt worden.
Het herplaatsen van de ruiten:
• Plaats de ruiten weer door de omgekeerde volgorde van de verwijdering te volgen.
• Plaats de interne ruit door de 4 pinnen die bevestigd zijn op de ruit te centreren en te klemmen in hun zitten op de ovendeur, door er lichtjes op te drukken.
147
Aanwijzingen voor de installateur
10.DE INSTALLATIE VAN HET TOESTEL
10.1 Elektrische aansluiting
Het identificatieplaatje met de technische gegevens, het serienummer en de merking is zichtbaar op het toestel aangebracht. Dit plaatje mag nooit verwijderd worden.
De aarding moet verplicht aangebracht worden volgens de voorziene veiligheidsnormen van de elektrische installatie.
Bij gebruik van een vaste aansluiting moet op de voedingslijn van het toestel, op een makkelijk bereikbare plaats nabij het toestel zelf, een omnipolair onderbrekingsmechanisme conform de installatieregels voorzien worden.
Wanneer een verbinding met stekker en stopcontact wordt gebruikt, moet gecontroleerd worden of deze van hetzelfde type zijn. Gebruik geen verloopstekkers, adapters of aftakkingen, omdat die oververhitting of brand zouden kunnen veroorzaken.
Werking op 220-240 V~: gebruik een driepolige kabel van het type H05V2V2-F (kabel van 3 x 1.5
2
mm
). Het uiteinde dat moet aangesloten worden op het toestel, moet een (geel-groene) aardingsdraad hebben die minstens 20 mm langer is.
148
AANDACHT: De bovenstaande waarden verwijzen naar de diameter van de interne geleider.
Aanwijzingen voor de installateur
10.2 Vervanging van de kabel
Wanneer de stroomkabel moet vervangen worden, moet de achtercarter verwijderd worden door de schroeven los te draaien zodat het klemmenbord kan bereikt worden.
Vervang de kabel. De diameter van de kabel moet minstens 1,5 mm² (3 x 1,5) bedragen (raadpleeg 10.1 Elektrische aansluiting). Controleer of de kabels (oven en eventuele kookplaat) een optimaal traject hebben, zodat eender welk contact met de oven wordt vermeden.
AANDACHT: Het aanhaalmoment van de schroeven van de stroomgeleiders van het klemmenbord moet 1,5 - 2 Nm bedragen.
149
Aanwijzingen voor de installateur
10.3 Plaatsing draagpotten bevestiging
Voor een correcte bevestiging van het toestel op het meubel moeten de bijgeleverde draagpotten geplaatst worden (zoals wordt aangeduid op de afbeelding).
Bevestig het toestel, na inbouw van het toestel, in het meubel met behulp van de schroeven. Dankzij de draagpot kan de schroef ongeveer 30° geheld worden. Bedek de draagpot met de bijgeleverde dopjes nadat het toestel werd bevestigd.
150
Aanwijzingen voor de installateur
10.4 Plaatsing van de oven
Gebruik de deur niet als hefboom om de oven in het meubel te plaatsen. Oefen niet te veel kracht uit op de geopende deur.
Er wordt aangeraden om de oven met twee personen te installeren.
De basis waarop de oven steunt, moet compleet zijn zoals wordt aangeduid in de volgende afbeeldingen.
Het toestel is bestemd voor inbouw in meubels van eender welk materiaal, op voorwaarde dat het materiaal hittebestendig is. De afbeelding hiernaast bevat de indicatieve afmetingen van het toestel. Voor plaatsingen onder het werkblad moeten de afmetingen gerespecteerd worden die aangeduid worden in de paragraaf “10.4.1 Plaatsing onder het werkblad”. Bij de montage in een kolom moeten de afmetingen gerespecteerd worden die aangeduid worden in de paragraaf “10.4.2 Plaatsing in een kolom”, waarbij rekening moet gehouden worden dat de bovenkant/achterkant van het meubel een diepte-opening van 35-40 mm moet hebben. Voor installaties onder het werkblad moet gecontroleerd worden of de achterkant/onderkant van het meubel een opening heeft van ongeveer 60 mm
(zoals wordt aangeduid in de volgende afbeeldingen). Voor de plaatsing en de bevestiging van een eventuele kookplaat moeten de relatieve aanwijzingen van dat type van toestel geraadpleegd worden.
151
Aanwijzingen voor de installateur
10.4.1 Plaatsing onder het werkblad
10.4.2 Plaatsing in een kolom
152
Loading...