9.AANPASSING AAN DE VERSCHILLENDE GASTYPES................57
10. UITEINDELIJKE HANDELINGEN VOOR DE GASTOESTELLEN ..59
AANWIJZINGEN VOOR DE GEBRUIKER: duiden advies voor het gebruik,
de beschrijving van de bedieningen en de correcte reinigings- en
onderhoudshandelingen van het toestel aan.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATEUR: deze zijn bedoeld voor de
bevoegde technicus die de installatie, de indienststelling en de test van
het toestel moet uitvoeren.
41
Waarschuwingen voor het gebruik
1. AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK
DEZE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND DEEL VAN HET TOESTEL. DEZE
MOET INTEGER EN BINNEN HANDBEREIK BEWAARD WORDEN VOOR DE
VOLLEDIGE GEBRUIKSDUUR VAN DE KOOKPLAAT.
WE RADEN AAN DEZE HANDLEIDING EN ALLE AANWIJZINGEN AANDACHTIG
DOOR TE LEZEN ALVORENS HET TOESTEL IN GEBRUIK TE NEMEN.
DE INSTALLATIE MOET UITGEVOERD WORDEN DOOR BEVOEGD
PERSONEEL EN VOLGENS DE VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN. DIT TOESTEL
IS BEDOELD VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK, EN IS IN
OVEREENSTEMMING MET DE CEE-RICHTLIJNEN DIE ACTUEEL VAN
KRACHT ZIJN. HET TOESTEL WERD GEBOUWD VOOR DE VOLGENDE
FUNCTIE: DE BEREIDING EN VERWARMING VAN VOEDSEL; ELK ANDER
GEBRUIK MOET ALS ONGESCHIKT BESCHOUWD WORDEN.
DE CONSTRUCTEUR WIJST ELKE AANSPRAKELIJKHEID AF VOOR ANDER
GEBRUIK DAN HETGENE DAT AANGEDUID WORDT.
GEBRUIK DIT TOESTEL NOOIT VOOR DE VERWARMING VAN DE WONING.
LAAT DE RESTEN VAN DE VERPAKKING NIET ONBEWAAKT IN HUIS
ACHTER. SORTEER DE VERSCHILLENDE VERPAKKINGSAFVALMATERIALEN
EN BEZORG ZE AAN HET DICHTSTBIJZIJNDE CENTRUM VOOR
GESCHEIDEN AFVALVERWERKING.
HET AFGEDANKTE TOESTEL MOET OVERHANDIGD WORDEN AAN EEN
CENTRUM VOOR GESCHEIDEN AFVALINZAMELING.
42
ZORG ERVOOR DAT DE OPENINGEN EN DE SPLETEN VOOR DE VENTILATIE
EN DE WARMTE-AFVOER NIET VERSTOPT RAKEN.
HET TOESTEL IS BEDOELD VOOR DE BEREIDING VAN VOEDSEL, EN MAG
NIET GEBRUIKT WORDEN OM DE WONING TE VEWARMEN.
GEBRUIK GEEN SPUITBUSSEN NABIJ HET TOESTEL WANNEER HET IN
WERKING IS.
HET IDENTIFICATIEPLAATJE, DAT DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET
SERIENUMMER EN DE MARKERING BEVAT, WERD AANGEBRACHT ONDER
DE CARTER.
DIT PLAATJE MAG NOOIT VERWIJDERD WORDEN.
Waarschuwingen voor de
afvalverwerking
2. WAARSCHUWINGEN VOOR DE
AFVALVERWERKING – ONZE ZORG VOOR HET
MILIEU
Voor het verpakken van onze producten worden niet-vervuilende
materialen gebruikt die het milieu niet schaden, en die recycleerbaar zijn.
Wij verzoeken om hieraan mee te werken, en om te zorgen voor een
correcte verwerking van de verpakking. Vraag bij uw verkoper of bij de
bevoegde diensten naar de adressen van afvalverwerkings- en
recyclagecentra.
Gooi de verpakking, of delen ervan, niet zomaar weg. Deze kunnen voor
kinderen gevaar op verstikking vormen; vooral plastic zakken zijn
gevaarlijk.
Ook het oude toestel moet correct verwerkt worden.
Belangrijk: lever het toestel in bij de plaatselijke dienst of zaak die
verantwoordelijk is voor de inzameling van afgedankte huishoudtoestellen.
Met een correcte verwerking kunnen kostbare materialen gerecupereerd
worden.
Bovendien is het nodig dat u de elektriciteitskabel doorsnijdt, en samen
met de stekker verwijdert.
43
Waarschuwingen voor de veiligheid
3. WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID
RAADPLEEG DE AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE VOOR DE
VEILIGHEIDSNORMEN VOOR ELEKTRISCHE TOESTELLEN OF TOESTELLEN OP
GAS, EN DE VENTILATIEVOORZIENINGEN.
IN HET BELANG VAN UW VEILIGHEID WERD BIJ WET BEPAALD DAT DE
INSTALLATIE EN DE ASSISTENTIE VAN ALLE ELEKTRISCHE TOESTELLEN
MOET UITGEVOERD WORDEN DOOR BEVOEGD PERSONEEL, EN DOOR DE
VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN TE RESPECTEREN.
ONZE ERKENDE INSTALLATEURS GARANDEREN HET BESTE RESULTAAT.
ELEKTRISCHE TOESTELLEN OF TOESTELLEN OP GAS MOETEN STEEDS
DOOR BEKWAME PERSONEN WORDEN WEGGENOMEN.
DE STEKKER DIE AANGESLOTEN MOET WORDEN OP DE STROOMKABEL EN
HET RELATIEVE STOPCONTACT MOETEN VAN HETZELFDE TYPE EN
CONFORM DE VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN ZIJN.
HET STOPCONTACT MOET BEREIKBAAR BLIJVEN NA INBOUW VAN HET
TOESTEL.
VERWIJDER DE STEKKER NOOIT DOOR AAN DE KABEL TE TREKKEN.
DE AARDING IS VERPLICHT VOLGENS DE VOORZIENE
VEILIGHEIDSNORMEN VAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE.
VOER ONMIDDELLIJK NA DE INSTALLATIE EEN KORTE KEURING VAN HET
TOESTEL UIT, VOLGENS DE AANWIJZINGEN DIE VERDER WORDEN
AANGEDUID. BIJ EEN SLECHTE WERKING MOET HET TOESTEL
LOSGEKOPPELD WORDEN VAN HET ELEKTRICITEITSNET, EN MOET U HET
DICHTSTBIJZIJNDE TECHNISCHE ASSISTENTICENTRUM CONTACTEREN.
PROBEER NOOIT OM HET TOESTEL ZELF TE HERSTELLEN.
HET TOESTEL WORDT TIJDENS HET GEBRUIK ZEER HEET. ER WORDT
AANBEVOLEN OM VOOR ELKE HANDELING SPECIALE THERMISCHE
HANDSCHOENEN TE DRAGEN
44
HET TOESTEL MAG ENKEL GEBRUIKT WORDEN DOOR VOLWASSENEN.
STA NIET TOE DAT KINDEREN IN DE BUURT KOMEN OF ERMEE SPELEN.
WANNEER HET TOESTEL IN BOTEN OF CARAVANS GEÏNSTALLEERD WORDT,
MAG HET NIET
CONTROLEER NA ELK GEBRUIK STEEDS OF DE BEDIENINGSKNOPPEN ZICH
IN DE POSITIE 0 (UIT) BEVINDEN.
GEBRUIKT WORDEN ALS VERWARMING.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid voor letsels aan personen of materiële
schade af die wordt veroorzaakt door het niet in acht nemen van deze
voorschriften, of door het onklaar maken van zelfs maar een enkel onderdeel
van het toestel, of door het gebruik van niet-originele reserveonderdelen.
Aanwijzingen voor de gebruiker
4. KEN UW TOESTEL
Hulpbrander
(AUX)
Halfsnelle brander
(SR)
Snelle brander (R)
Zeer snelle
brander (URP)
45
Aanwijzingen voor de gebruiker
5. HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
5.1Kookplaat op gas
Voordat de branders van de kookplaat aangeschakeld worden, moet gecontroleerd
worden of de vlamverdelers in hun zitten met de bijbehorende deksels geplaatst zijn,
door op te letten dat de gaten A van de vlamverdelers overeenkomen met de
vonkontstekers en de thermokoppels.
Wanneer de elektrische platen en de barbecue (indien voorzien) voor het eerst worden
gebruikt, wordt aangeraden om op te warmen tot de maximum temperatuur, en dit lang
genoeg zodat eventuele oliehoudende productieresten verbrand worden die aan het
voedsel een onaangename geur zouden kunnen verlenen.
Het rooster B moet gebruikt worden om te "wokken" (chinese kookpan). Om slijtage
van de kookplaat te vermijden, werd het product uitgerust met een verhoogd rooster
Deze moet onder de pannen geplaatst worden die een grotere diameter hebben dan
wordt aangeduid in de paragraaf "5.3 Diameter van de recipiënten".
alleszins niet gebruikt worden op de zeer snelle brander.
Naast elke knop wordt de bijhorende brander aangeduid. Het
toestel is voorzien van een elektronisch ontstekingsmechanisme.
Het is voldoende om op de knop te drukken en hem in wijzerszin
te draaien op het symbool van de maximum vlam, tot de brander
wordt aangeschakeld. Wanneer de aanschakeling niet binnen 15
seconden gebeurt, moet de knop op 0 geplaatst worden en moet
60 seconden gewacht worden.
Het rooster C mag
C.
46
Bij de modellen met klep moet na de aanschakeling de knop nog enkele seconden
ingedrukt gehouden worden, zodat het thermokoppel warm wordt. Het kan gebeuren
dat de brander uitgaat op het moment dat u de knop loslaat: dit betekent dat het
thermokoppel nog niet voldoende verwarmd is. Wacht enkele ogenblikken, en herhaal
de handeling maar hou de knop langer ingedrukt. Bij de branders zonder thermokoppel
is deze handeling niet nodig. Nadat de brander aangeschakeld is, kan de vlam naar
wens geregeld worden. Na elk gebruik van de kookplaat moet steeds gecontroleerd
worden of de bedieningsknoppen zich in de positie (uit) bevinden.
Wanneer de branders toevallig zouden uitgaan, zal na een tijdsinterval van ongeveer
20 seconden een veiligheidsmechanisme de gastoevoer blokkeren, ook wanneer de
kraan open staat. In dit geval moet de knop in de positie uit geplaatst worden, en mag
voor minstens 60 seconden niet weer geprobeerd worden om de brander aan te
schakelen.
Aanwijzingen voor de gebruiker
5.2Praktisch advies voor het gebruik van de branders
Voor een optimaal rendement van de branders en een minimaal gasverbruik
moeten recipiënten gebruikt worden met een platte bodem en met een deksel, en
die geschikt zijn voor de brander, om te voorkomen dat de vlam langs de zijkanten
lekt (raadpleeg de paragraaf "5.3 Diameter van de recipiënten"). Wanneer de
vloeistof begint te koken, moet de vlam zodanig verminderd worden om te
vermijden dat de vloeistof overkookt.
Om brandwonden en schade aan de kookplaat te voorkomen, moeten tijdens de
bereiding alle recipiënten en vleesroosters binnen de omtrek van de kookplaat
blijven.
Wanneer olies of vetten worden gebruikt, moet goed opgelet worden dat ze bij het
heet worden niet gaan branden.
5.3Diameter van de recipiënten
BRANDERS
Ø MIN. EN MAX.
(IN CM)
1 Hulpbrander
12 - 14
2 Halfsnelle
brander
3 Snelle
16 - 20
18 - 24
brander
4 Zeer snelle
20 - 26
brander
Vervolgens worden de diameters van de pannen aangeduid die gebruikt kunnen
worden met het verhoogde rooster:
BRANDERS
1 Hulpbrander
2 Snelle brander
Ø MIN. EN MAX. (IN CM)
16 - 24
26 - 28
Wanneer u over de plaat Tepanyaki (optional, niet bijgeleverd) beschikt, mag ze
niet gebruikt worden op de zeer snelle brander.
Aandacht:
Na bereidingen die uitgevoerd werden met recipiënten met een aluminium bodem,
kunnen witte resten overblijven op de
gietijzeren roosters
. Gewoonlijk worden
deze resten veroorzaakt door de wrijving van de bodem van de recipiënten op de
roosters, en kunnen moeilijk verwijderd worden met een normale reiniging. Het
gebruik van schurende of te agressieve producten voor de reiniging van het
rooster zou het email van het rooster zelf kunnen beschadigen.
47
Loading...
+ 15 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.