Smeg GW0160 User manual [NL]

GW0160
WASMACHINES VOOR GLASWERK
HANDLEIDING
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 2 - 70
LEES DE HANDLEIDING AANDACHTIG DOOR
Deze handleiding is een onlosmakelijk onderdeel van de machine. Bewaar hem intact en binnen handbereik gedurende de volledige levensduur van de machine. Voor het gebruik van het apparaat moet u deze handleiding en alle erin opgenomen aanwijzingen aandachtig doorlezen.
Het niet lezen van de handleiding, eventuele misverstanden of verkeerde interpretaties van de erin opgenomen instructies, kunnen leiden tot beschadigingen van het apparaat, een bron zijn van gevaar voor de bediener en de prestaties van de machine verminderen.
Alle eventuele installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend worden uitgevoerd door bevoegd technisch personeel.
Reparaties uitgevoerd door niet bevoegd personeel kunnen niet alleen leiden tot het vervallen van de garantie, maar kunnen ook een bron van gevaar worden voor de gebruiker.
Alle onderdelen moeten worden vervangen door originele vervangingsonderdelen van Smeg.
Een gebruik van het apparaat dat niet conform is met de specificaties van de fabrikant, kan de voorziene beveiliging (veiligheid van het apparaat) en toepasselijke garantie in gevaar brengen (ref. par 5.4.4 IEC 61010-1:2001).
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor andere gebruikstoepassingen dan die aangegeven in deze handleiding.
De verbruiksmaterialen zijn uitgesloten van de garantie, behoudens eventuele fabricagefouten ervan.
De garantie is niet van toepassing op onderdelen die defect zouden blijken als gevolg van nalatigheid of verwaarlozing tijdens het gebruik; van het niet opvolgen van de instructies voor de werking van het apparaat; van een verkeerde installatie of een verkeerd onderhoud; van onderhoud of reparaties uitgevoerd door niet bevoegd personeel of met niet originele vervangingsonderdelen; van transportschade of van omstandigheden die in geen geval aan fabricagefouten kunnen worden toegeschreven. Eveneens uitgesloten van de garantie zijn de werkzaamheden met betrekking tot de installatie en aansluiting op de voedings- en afvoerinstallaties, noch het onderhoud vermeld in de handleiding.
De installatie van eventuele accessoires op de machine moet worden uitgevoerd door bevoegd technisch personeel van Smeg.
Voor verzoeken om de begeleidende informatieve documentatie van de accessoires bij Smeg: instruments@smeg.it (ref. 5.4.4.c IEC 61010-2-040:2005)
Het in deze handleiding opgenomen materiaal dient uitsluitend ter informatie. De inhoud en het beschreven apparaat kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
19 390 6461 00
04/10/2016
Herz. handleiding
Datum
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 3 - 70
INFORMATIE OVER EN ASSISTENTIE VOOR DE PRODUCTEN VAN DE
SMEG INSTRUMENTS DIVISIE
Het personeel van onze verkoopafdeling kan u informatie over prijzen en aanbiedingen verstrekken.
Onze technische servicedienst zal u de aanwijzingen kunnen geven voor een correcte werking van het apparaat en u in
verbinding kunnen stellen met het dichtstbijzijnde erkende servicecentrum.
instruments@smeg.it
service.instruments@smeg.it
Op onze internetsite vindt u ons volledige productassortiment:
www.smeg-instruments.com
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 4 - 70
INHOUDSOPGAVE
1 INLEIDING ........................................................................................................................................................... 6
1.1 FAMILIE GW0160 – GEBRUIKSBESTEMMING ..................................................................................................... 6
1.2 DEFINITIE: “VERANTWOORDELIJKE AUTORITEIT” VAN HET APPARAAT ............................................................. 7
1.3 ACCESSOIRES EN WASWAGENS .......................................................................................................................... 8
1.4 LIJST VAN MODELLEN ......................................................................................................................................... 8
2 LEGENDA VAN DE GEBRUIKTE SYMBOLEN IN DE HANDLEIDING EN OP DE MACHINE .......................................... 9
3 ALGEMENE WAARSCHUWINGEN .......................................................................................................................10
3.1 TOEGANG EN HERGEBRUIK VAN HET APPARAAT NA EEN INCOMPLETE CYCLUS ............................................. 11
3.2 OPENING VAN DE DEUR .................................................................................................................................... 12
3.3 HANDMATIGE ONTGRENDELING VAN DE DEUR ............................................................................................... 13
4 BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGEN EN PROGRAMMA'S .................................................................................14
4.1 BEDIENINGEN .................................................................................................................................................... 14
4.2 BEDIENINGEN - GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING ............................................................................................. 15
4.2.1 WEERGAVE A0-PARAMETER ...................................................................................................................... 16
4.3 SIGNALERINGSLEDS – INLEIDING ...................................................................................................................... 17
4.4 SIGNALERINGSLEDS – GEDETAILLEERDE UITLEG .............................................................................................. 18
4.5 KEUZE VAN HET WASPROGRAMMA ................................................................................................................. 20
4.6 BEKNOPTE LIJST VAN GEÏNSTALLEERDE PROGRAMMA'S ................................................................................. 22
4.6.1 HARSEN – ONTHARDER, REGENERATIE- EN WASFASEN ........................................................................... 22
4.7 PARAMETER THERMISCHE DESINFECTIE A0 ...................................................................................................... 23
4.8 DE LADING KLAARMAKEN VOOR DE WASFASE ................................................................................................. 24
4.9 EINDE CYCLUS ................................................................................................................................................... 25
4.10 ONDERBREKING LOPEND PROGRAMMA .......................................................................................................... 26
4.11 SPECIALE OPTIES VAN HET PROGRAMMA ........................................................................................................ 27
4.11.1 GEPROGRAMMEERDE START - Instelling van de tijd ................................................................................ 27
4.11.2 GEPROGRAMMEERDE START - Start en weergave van het programma ................................................... 27
4.11.3 TIJDELIJKE UITSLUITING DEMIWATER ....................................................................................................... 28
4.11.4 Verwijdering instellingen “Geprogrammeerde start” - “Annuleren demiwater-uitsluiting” .................... 29
4.12 RESET-PROCEDURE ........................................................................................................................................... 30
5 SETUP-MODUS - “FUNCTIES”. ............................................................................................................................31
5.1 TOEGANG TOT DE SETUP-MODUS / INVOEREN WACHTWOORD ..................................................................... 31
5.2 TOEGANG EN WIJZIGING PARAMETERS ........................................................................................................... 32
5.2.1 “Set”-PARAMETERS ................................................................................................................................... 34
5.2.2 “CLOC”-PARAMETERS – DATUM EN TIJD .................................................................................................. 35
5.2.3 INSTELLING “PrEn”, “uitsluiting programma's”-functie ............................................................................ 37
6 INSTRUCTIES VOOR DE INBEDRIJFSTELLING .......................................................................................................39
6.1 GEBRUIK VAN DE WATERONTHARDINGSINSTALLATIE ..................................................................................... 39
6.2 GEBRUIK VAN HET REINIGINGSMIDDEL EN HET NEUTRALISATIEMIDDEL ........................................................ 40
6.2.1 AANZUIGSYSTEEM VLOEIBARE REINIGINGSMIDDELEN ............................................................................ 40
6.3 GEBRUIK VAN DE REINIGINGSMIDDELDISPENSER ............................................................................................ 42
6.4 AANBEVOLEN REINIGINGSMIDDELEN ............................................................................................................... 43
7 ALARMEN EN SIGNALERINGEN ...........................................................................................................................45
8 REINIGING EN ONDERHOUD ..............................................................................................................................52
8.1 REINIGING VAN HET APPARAAT EN DELEN ERVAN .......................................................................................... 52
8.2 WANNEER HET APPARAAT ONGEBRUIKT BLIJFT ............................................................................................... 54
8.3 HERGEBRUIK VAN HET APPARAAT NA EEN PERIODE VAN ONGEBRUIK ........................................................... 55
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 5 - 70
8.4 KLEINE STORINGEN OPLOSSEN ......................................................................................................................... 55
9 ROUTINEONDERHOUD EN -CONTROLES .............................................................................................................57
9.1 DAGELIJKS ......................................................................................................................................................... 57
9.2 WEKELIJKS ......................................................................................................................................................... 57
9.3 HALFJAARLIJKS .................................................................................................................................................. 57
9.4 JAARLIJKS .......................................................................................................................................................... 57
10 TECHNISCHE SPECIFICATIES ............................................................................................................................58
11 AFMETINGEN PRODUCT – WAARDEN IN MM .................................................................................................60
12 PLAATSING MACHINE .....................................................................................................................................60
13 VOORSCHRIFTEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE ..................................................................................................62
14 HYDRAULISCHE VOORZIENINGEN ...................................................................................................................63
14.1 WATERVULLING ................................................................................................................................................ 63
14.1.1 KOPPELING WATERAANSLUITINGEN ........................................................................................................ 63
14.1.2 PLAATSING VAN DE VULKRANEN .............................................................................................................. 64
14.1.3 VEREISTEN HYDRAULISCHE INSTALLATIE .................................................................................................. 64
14.1.4 PAD-ACCESSOIRE VOOR DEMIWATER DAT NIET ONDER DRUK STAAT..................................................... 66
14.2 WATERAFVOER ................................................................................................................................................. 67
15 GEGEVENSAANSLUITING ................................................................................................................................69
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 6 - 70
1 INLEIDING
De familie GW0160 – zijn professionele wasmachines, wasmachines voor laboratoriumglaswerk (GW – glassware
washer).
De producten van de series Smeg GW0160 beantwoorden aan alle vereisten opgelegd door de geldende veiligheidsnormen betreffende elektrische apparaten.
De onderstaande tabel is een samenvatting van de belangrijkste karakteristieken van het product (zie de onderstaande paragraaf “LIJST VAN MODELLEN” voor een overzicht van de modellen en bijbehorende configuraties).
basismodel
CONTROLE
ELEKTRONISCH met MICROPROCESSOR
(met tijd- en datumfuncties)
OPENING DEUR
Automatisch
DOSERING REINIGINGSMIDDELEN
Dispenser reinigingspoeder DD (ingebouwd in de
contradeur) en peristaltische pomp P2
OPTIONELE REINIGINGSMIDDELDOSERING
Peristaltische pompen P1
CONTROLE TEMPERATUUR
Enkele sonde Platino PT (TL1)
GELEIDERS IN KUIP VOOR BOVENSTE KORF
Ja
AANSLUITING WATERTOEVOER
Leiding- en gedemineraliseerd water
VOORGEPROGRAMMEERDE PROGRAMMA'S
Specifieke programma's voor LABORATORIA, IN TOTAAL 8
PROGRAMMA'S, waarvan 1 serviceprogramma
1.1 FAMILIE GW0160 – GEBRUIKSBESTEMMING
Wasmachines voor laboratoriumglaswerk. Het apparaat is gefabriceerd voor het uitoefenen van de volgende functie:
Het wassen of thermisch desinfecteren van laboratoriumglaswerk; Het apparaat mag niet worden gebruikt voor de sterilisatie van instrumenten of andere apparaten van
iedere aard.
Ieder ander gebruik dan dat gespecificeerd in deze handleiding moet als “oneigenlijk” worden beschouwd.
Smeg kan niet aansprakelijk worden gesteld voor andere dan de gespecificeerde gebruikstoepassingen.
SMEG kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele beschadigingen veroorzaakt door het wassen in de machine van glaswerk of instrumenten die niet door de fabrikanten ervan waren goedgekeurd voor de automatische ontsmetting met thermische desinfectie.
De machine mag alleen door specifiek hiervoor opgeleid personeel worden gebruikt. Smeg zal op het moment van installatie het voor de bediening bestemde personeel opleiden.
Smeg kan niet aansprakelijk worden gesteld voor storingen of ongelukken als gevolg van het gebruik van het apparaat door niet opgeleid personeel.
De opleiding van het verantwoordelijke personeel omvat ook de specificaties van de mogelijke risico's tijdens het gebruik van het apparaat en de training voor het op zo veilig mogelijke wijze uitvoeren van de werkingsprocedures. De taak van de installatiemonteur van Smeg omvat eveneens de overhandiging aan de verantwoordelijke autoriteit van de GEBRUIKERS- en SUPERUSER-wachtwoorden voor de toegang tot de configuratieparameters. Het is de taak van de verantwoordelijke autoriteit om die
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 7 - 70
wachtwoorden op een veilige plek te bewaren.
Het is de taak van de VERANTWOORDELIJKE AUTORITEIT van het apparaat om te verzekeren dat de bediener van het apparaat een geschikte opleiding heeft ontvangen over de werking, het veilige gebruik en de routinecontroles ervan, en dat hij geschikte bijscholingen blijft krijgen.
Het wordt aanbevolen om de opleiding van het personeel regelmatig te controleren.
De installatiemonteur is verantwoordelijk voor de juist werking van het apparaat na de inbedrijfstelling ervan.
Veiligheidsinformatie verstrekt conform de normen 5.4.101.1 IEC 61010-2-040:2005
Houdt u zich bij het kiezen van de meest geschikte desinfectiebehandeling altijd aan de instructies van de fabrikanten van het glaswerk en de instrumenten.
Wij bevelen met name aan om te controleren of, voor wat betreft de bereikte maximumtemperaturen en gebruikte chemicaliën, de te behandelen lading compatibel is met de specifieke verkozen wascyclus. Informatie verstrekt conform par. 5.4.4.r IEC 61010-2-040:2005.
1.2 DEFINITIE: “VERANTWOORDELIJKE AUTORITEIT” VAN HET APPARAAT
Verantwoordelijke autoriteit: “persoon of groep die verantwoordelijk is voor het gebruik en onderhoud van het apparaat, en die zich ervan verzekert dat de bedieners naar behoren zijn opgeleid”.
Definitie overgenomen uit de norm IEC 61010-1:2001, par. 3.5.13.
Een duidelijke identificatie van de verantwoordelijke autoriteit binnen de structuur waarin het apparaat wordt gebruikt wordt aanbevolen (bijvoorbeeld door registratie van de naam en verantwoordelijkheid ervan op formulieren van het bedrijf).
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 8 - 70
1.3 ACCESSOIRES EN WASWAGENS
Nota bene: het apparaat wordt geleverd zonder de waswagens en instrumentenmanden. Contacteer Smeg voor het meest geschikte assortiment wagens en manden voor uw specifieke wasbehoeften. Op de site www.smeg-instruments.com vindt u het beschikbare standaardassortiment.
Volg het onderstaande pad op de site om de beschikbare WASACCESSOIRES van Smeg te bekijken:
DIVISIE LABORATORIUM -> PRODUCTEN -> WASMACHINES VOOR LABORATORIUMGLASWERK
Alle eventuele installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden van de accessoires mogen uitsluitend worden uitgevoerd door bevoegd technisch personeel van de fabrikant.
Alle onderdelen moeten worden vervangen door originele vervangingsonderdelen.
1.4 LIJST VAN MODELLEN
Configuratietabel van de modellen.
Gebruikte symbolen:
SYMBOOL
BETEKENIS
karakteristiek aanwezig op het betreffende model
optionele accessoire, installeerbaar op het betreffende model
-
niet op het betreffende model aanwezige en installeerbare karakteristiek
Configuratietabel
MOD. GW
Karakteristieke elementen
GW0160
GW0160S
DD - Dispenser reinigingspoeder in contradeur
-
P1 - Perist. pomp reinigingsmiddel
P2 - Perist. pomp neutralisatiemiddel
Controle reinigingsmiddeldosering
-
-
Controle niveaus reinigingsmiddeltanks
-
-
Acquastop
ELEKTRISCHE CONFIGURATIES Voor ieder in de tabel aangegeven model zijn drie verschillende elektrische configuraties
beschikbaar.
Het type elektrische voeding van de verschillende modellen is herkenbaar aan de gebruikte suffixen in de namen. Bv.:
- “GW0160-1”, ”GW0160S1” verwijzen naar de enkelfasige modellen: “ 1N~
- “GW0160-3”, “GW0160S3” verwijzen naar de driefasige modellen, 230 V tussen fasen en fase, zonder neutraal: “ 3~
- “GW1060”, “GW0160S”. Een model zonder numerieke suffix is een driefasig model, met neutraal, 400V tussen fase en fase: “ 3N~ ”.
- De suffix “U” verwijst naar de “Noord-Amerika-modellen”, voor 208V omzetbaar: 208V 3~ 60Hz * / 208V ~ 60Hz (* standaardaansluiting). Raadpleeg Smeg voor het meest geschikte model voor uw behoeften instruments@smeg.it
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 9 - 70
2 LEGENDA VAN DE GEBRUIKTE SYMBOLEN IN DE HANDLEIDING EN OP DE
MACHINE
Onderstaand vindt u de beschrijving van de op de machine en in deze handleiding gebruikte symbolen, conform de vereisten van par. 5.4.4.e IEC 61010-2-040:2005.
Lees dit aandachtig door.
(Symbool weergegeven naast zeer belangrijke voorschriften of waarschuwingen).
Let op - gevaar: raadpleeg de handleiding.
(Het symbool is aangebracht op het typeplaatje van het product om de noodzaak te onderstrepen om voorafgaand aan het gebruik van het apparaat de handleiding te lezen. U vindt het symbool in de handleiding in de nabijheid van de veiligheidsvoorschriften).
Let op, heet oppervlak.
(U vindt het symbool op de machine in de nabijheid van delen die oververhit kunnen raken en een bron van gevaar van brandwonden worden – vermijd het contact met de delen in de nabijheid van dit symbool. Het symbool is weergegeven in de handleiding om de veiligheidsvoorschriften te onderstrepen betreffende het gevaar van brandwonden).
Let op, gevaar van elektrische schokken.
(Het symbool is aangebracht in de nabijheid van delen onder spanning – u moet de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen voordat u enige werkzaamheden op die delen gaat uitvoeren. Vermijd absoluut ieder contact met de delen onder spanning wanneer de elektrische voeding niet is losgekoppeld).
Voorschriften voor het transport en het uitpakken. Gevaar van ontvlamming.
Biologisch gevaar.
Op het eind van de levensduur moet het product naar de afvalverwerkingsinstallaties worden gestuurd voor het vernietigen en de recycling conform de gelden wet- en regelgeving in het land van installatie. Wendt u zich tot de gespecialiseerde bedrijven voor de vernietiging Dit apparaat is voorzien van een merkteken in overeenstemming met de Europese richtlijn 2002/96/EG, BETREFFENDE AFGEDANKTE ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit product op correcte wijze wordt verwerkt, draagt de gebruiker bij aan het voorkomen van potentieel negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid.
CE-markering, de fabrikant garandeert de conformiteit van het product met de Communautaire richtlijnen die van toepassing zijn op het product.
Het symbool is aangebracht op het typeplaatje van de machine en in deze handleiding.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 10 - 70
3 ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
Het leunen of zitten op de open deur van het apparaat kan leiden tot het omvallen ervan, met bijkomend gevaar voor de personen. De primaire functie van de deur is niet die van het dragen van lasten. De maximale op de deur uitgeoefende belasting, inclusief het gewicht van de instrumentenwagen, mag nooit hoger zijn dan 37 kg (zonder het gewicht van de wagen en de instrumentenmanden, mag de maximaal te behandelen lading nooit hoger zijn dan 23 kg). Tijdens het gebruik van de wasmachine voor glaswerk kunnen de verwarmingselementen, ook plaatselijk, iets bruiner worden. Dit is een normaal fenomeen, verbonden met de gebruikswijze, dat de werking van het apparaat niet zal beïnvloeden. Bij een afwijkende werking moet u de wasmachine voor glaswerk loskoppelen van het elektriciteitsnet en het waterkraantje sluiten. Wendt u zich tot het dichtstbijzijnde erkende servicecentrum. Open de deur voorzichtig en pas nadat de wasyclus is voltooid. De machine heeft een automatische opening van de deur, forceer tijdens het uitvoeren van een programma de opening niet met de hand. Alleen personeel dat naar behoren is geïnformeerd over de werking van de machine, mag haar in gebruik nemen. De kuip van de machine is niet ontworpen om de bediener te bevatten. De bediener mag de kuip nooit volledig betreden – deze handeling zou zijn veiligheid in gevaar kunnen brengen (zie 7.102 IEC 61010-2-040:2005).
Voer geen ontvlambare substanties in het apparaat in. Gebruik geen ontvlambare reinigingsmiddelen.
Gebruik in het apparaat geen oplosmiddelen als alcohol of terpentijn die een ontploffing zouden kunnen veroorzaken. Voer geen materiaal in dat bevuild is met as, was of verf.
NOTA BENE - ONTBREKEN GEDEMINERALISEERD WATER
Bij het ontbreken van gedemineraliseerd water is de gebruiker er verantwoordelijk voor dat hij controleert of de kwaliteit van het aangevoerde water naar het apparaat niet leidt tot het afzetten van minerale zouten of andere substanties op de behandelde instrumenten, die er het latere gebruik van onveilig zouden kunnen maken.
Het aanraken van het verwarmingselement onmiddellijk na het eind van een programma moet absoluut worden vermeden.
Raak eventuele vloeistofresten die in de waskamer zijn achtergebleven niet aan, gevaar van brandwonden (ref. 7.102.c IEC 61010-2-040:2005).
Gebruik voor het verplaatsen van de machine een vorkheftruck of een transpallet.
Vóór het verlaten van de fabriek wordt het onderstel van de machine vastgemaakt op een pallet, die dient voor het opheffen en het vervoer van de machine zelf.
Gebruik geen tijdens het vervoer beschadigde apparaten! Raadpleeg in geval van twijfel uw verkoper.
Het afgedankte apparaat moet onbruikbaar worden gemaakt. Snijd, nadat u de stekker uit het stopcontact heeft getrokken / de kabel van het stopcontact heeft losgemaakt de voedingskabel af.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 11 - 70
3.1 TOEGANG EN HERGEBRUIK VAN HET APPARAAT NA EEN INCOMPLETE CYCLUS
De instructies betreffende de veiligheid van het apparaat in geval van een incomplete werkingscyclus worden gegeven conform par. 5.4.4.g en 13.1.102 IEC 61010-2-040:2005.
LET OP Waarschuwing geldig bij gebruik van het apparaat voor het verwerken van biologisch besmet materiaal.
Wanneer een desinfectiecyclus wordt onderbroken (door de bediener of door het afgaan van een alarm in de machine) moet u goed opletten bij het hanteren van de instrumenten en de algehele lading in de waskamer. De lading en interne delen van het apparaat zouden biologisch geïnfecteerd/besmet kunnen zijn. Voordat u de elementen van de lading hanteert of voordat u onderhoudswerk uitvoert, moet u een volledige thermische desinfectiecyclus uitvoeren of, wanneer een volledige cyclus onmogelijk is, de lading met de nodige voorzichtigheid behandelen (met gebruikmaking van de voorziene beschermingsmiddelen voor het hanteren van besmette beladingen, bv. handschoenen, jassen).
GEVAAR HETE OPPERVLAKKEN
De machine gebruikt een thermische desinfectiecyclus met heet water, tot 85°C, en reinigingsmiddelen. Wanneer, bij een defect, bij een openstaande deur water in de kuip aanwezig mocht zijn moet u de aanraking met de huid vermijden vanwege het gevaar van brandwonden en irritaties door de giftigheid van de chemicaliën. Het aanraken van de verwarmingselementen in de kuip moet absoluut worden vermeden. Raadpleeg bij een defect het bevoegde technische personeel van Smeg.
fig. 1 – Weergave van de binnenkant van de kuip, detail van de verwarmingselementen.
Vermijd het aanraken van de verwarmingselementen.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 12 - 70
3.2 OPENING VAN DE DEUR
Wij anticiperen hier de openingsprocedure van het apparaat om de toegang tot de kuip van de machine te vereenvoudigen. In de volgende paragrafen volgt de volledige beschrijving van alle bedieningsorganen. De machine is uitgerust met een automatisch deurvergrendelingssysteem.
Forceer de opening niet, maar ga als volgt te werk:
Sluit de machine elektrisch aan. Houd de drukknop met het symbool On/Off 2 seconden ingedrukt om de machine in te schakelen. Druk op de Opening deur-drukknop: bij het ontvangen van het signaal laat de machine een beep horen; laat
de toets los, na een paar ogenblikken gaat de deur automatisch open.
TOETSEN VOOR HET OPENEN VAN DE DEUR
On/Off
Opening deur
fig. 2 – Selectie automatische opening van de deur.
Voor het openen van de deur zonder elektrische aansluiting van de machine - handig bij een noodgeval of een stroomuitval - moet u het handmatige ontgrendelingssysteem gebruiken (zie volgende paragraaf).
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 13 - 70
3.3 HANDMATIGE ONTGRENDELING VAN DE DEUR
In geval van nood, of een slechte werking of een stroomuitval, kunt u de machine met de hand openen met een schroevendraaier met een steel van Ø 4mm op het openingsmechanisme, waarbij u zorgvuldig te werk moet gaan om het apparaat niet te beschadigen.
1. De procedure mag alleen worden uitgevoerd op een machine in stand-by, niet tijdens een draaiende cyclus.
2. Let op: voordat u overgaat tot een handmatige opening van de deur, moet u de elektrische voeding van de
machine loskoppelen.
3. Steek een schroevendraaier of een pen met een diameter van 4 mm in het onderste gat van het
bedieningspaneel.
4. Druk de pen omhoog tot het openingsmechanisme verspringt.
fig. 3 – Schema voor de handmatige ontgrendeling van het slot in geval van nood.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 14 - 70
4 BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGEN EN PROGRAMMA'S
4.1 BEDIENINGEN
Alle bedieningen en controle-eenheden van het apparaat zijn samengebracht op het frontpaneel.
BEDIENINGSPANEEL GW0160
fig. 4 – Bedieningspaneel. In het midden bevindt zich het displaygebied en de signaleringsleds, aan de zijkanten en onderkant vindt u de
bedieningsdrukknoppen.
SYMBOLEN BEDIENINGSPANEEL
SYMBOOL
BETEKENIS
SYMBOOL
BETEKENIS
On/Off
Functies
Start/Stop
Opening deur
Selectie
Selectie
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 15 - 70
4.2 BEDIENINGEN - GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
DRUKKNOPPEN
BESCHRIJVING
On/Off
De drukknop is zowel bij een open als gesloten deur geactiveerd. De drukknop activeert/deactiveert de interface van het apparaat en maakt het gebruik van de machine mogelijk. Houd hem, zowel voor het in- als uitschakelen, 2 seconden lang ingedrukt. Eenmaal ingeschakeld toont de machine op de display de identificatiecode van het
geselecteerde programma (bv. “Pr 03”). Bij een uitgeschakeld interface verschijnt op de display knipperend de tekst “OFF”.
Bij een geopende deur verschijnen op de display 4 horizontale streepjes, de andere drukknoppen van de interface zijn niet actief. Ook met een uitgeschakelde interface blijft het apparaat onder spanning.
Start/Stop
De drukknop start de geselecteerde cyclus of onderbreekt een lopende cyclus. De knop moet 2 seconden lang ingedrukt worden gehouden. Het starten en de onderbreking van de cyclus gaan vergezeld van een dubbele beep. Door het ingedrukt houden ervan, kan de drukknop ook worden gebruikt om de waarde van een machineparameter tijdens het wijzigen te bevestigen.
Functies
Lang ingedrukt: toegang tot de configuratieparameters van de machine, alleen na het invoeren van een wachtwoord. Meer gedetailleerde uitleg vindt u in de paragraaf SETUP­MODUS - “FUNCTIES”. Kort ingedrukt: bij iedere druk op de toets Functies verandert
de weergave op de display. De verschillende schermen tonen de parameters van de geselecteerde cyclus in combinatie met de led die er de betekenis van verduidelijkt. Ter verduidelijking van de betekenis van de waarden die op de display verschijnen, onderscheiden we twee verschillende statussen:
1. Stilstaande machine
2. Lopende wascyclus
LED
OP DE
DISPLAY
Betekenis van de brandende led
1 : 16
Wanneer de machine stilstaat De waarde drukt de nominale tijdsduur van de cyclus uit. Ook de led van de tijdsduur gaat branden. De duur is indicatief en bevestigt de testomstandigheden en de elektrische aansluiting.
Tijdens een lopende cyclus
Resterende tijdsduur tot het eind van de lopende cyclus.
-- : 90
Wanneer de machine stilstaat Maximale temperatuur bereikt tijdens de ingestelde cyclus.
Tijdens een lopende cyclus
Temperatuur in kuip.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 16 - 70
DRUKKNOPPEN
BESCHRIJVING
600
Wanneer de machine stilstaat Aan de geselecteerde cyclus gekoppelde A0-waarde, wanneer de cyclus een thermische desinfectiefase bevat.
Tijdens een lopende cyclus
Actieve weergave vanaf de thermische desinfectiefase: de bereikte A0-waarde wordt weergegeven. Gedurende de daaropvolgende fasen wordt de bereikte waarde tijdens de thermische desinfectiefase weergegeven. [De weergave van de parameter vindt plaats op twee achtereenvolgende schermen. De waarde in duizenden wordt
aangegeven met de suffix “t”, die van de eenheden met suffix “u”].
-
F5
Wanneer de machine stilstaat
Aantal fasen waaruit het programma bestaat.
Tijdens een lopende cyclus
Huidige fase Opmerking: De wascyclussen beginnen altijd met een korte afvoerfase om het apparaat in de standaardstatus te brengen: deze fase wordt “fase 0” genoemd.
-
PR 03
Na 5 seconden van inactiviteit van de gebruiker toont de display het geselecteerde programma.
Opening deur
De opening van de deur is automatisch met een elektrische vergrendeling en is alleen toegestaan onder veilige omstandigheden voor de gebruiker. U hoeft alleen maar kort op de drukknop te drukken, u hoeft hem niet ingedrukt te houden. De toets heeft ook een “Escape” functie: om de weergave- of wijzigingsmodus van een machineparameter te verlaten. In dit geval moet de knop langer ingedrukt worden gehouden (2 seconden).
-
Selectie
Programmakeuze-drukknoppen Op de display wordt de letter “P” en de naam van het geselecteerde programma weergegeven. Tijdens de het wijzigen van een machineparameter kunt u met deze toetsen de huidige waarde vermeerderen of verminderen.
4.2.1 WEERGAVE A
0
-PARAMETER
De A0-parameter kan hoge waarden aannemen en wordt op twee achtereenvolgende schermen weergegeven, scherm van de duizenden (t-thousands) en van de eenheden (u-units); de waarde in duizenden wordt aangegeven met de
suffix “t”, die van de eenheden met suffix “u”. De passage van het ene scherm naar het volgende vindt automatisch plaats, na een weergave van 3 seconden of door het kort indrukken van de toets “Functies”.
fig. 5 – Weergave A0 op twee achtereenvolgende schermen, de suffix “t” verwijst naar duizenden
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 17 - 70
4.3 SIGNALERINGSLEDS – INLEIDING
fig. 6 – In het displaygebied van het bedieningspaneel: middelste gebied met weergave tekens en eromheen de signaleringsleds
LED-SYMBOLEN
SYMBOOL
BETEKENIS
SYMBOOL
BETEKENIS
Onderhoud machine
Ontbreken zout
A0, thermische desinfectie
Temperatuur
Alarm
Tijdsduur: op de display
resterende tijdsduur
Thermische desinfectie,
markeert een cyclus met
thermische desinfectie
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 18 - 70
4.4 SIGNALERINGSLEDS – GEDETAILLEERDE UITLEG
1 - Symbolen gekoppeld aan een warning - waarschuwing
SYMBOOL
BETEKENIS
Onderhoud machine
De machine controleert het aantal uitgevoerde cyclussen en informeert de gebruiker met brandende leds over de noodzaak van periodiek onderhoud van de machine. Dit zijn controle- en onderhoudswerkzaamheden die om de 1000 cyclussen moeten worden uitgevoerd door bevoegd personeel van Smeg om het apparaat efficiënt en veilig te houden.
Ontbreken zout
Er moet zout worden toegevoegd aan het reservoir van de onthardingsinstallatie in de kuip. De onthardingsinstallatie heeft het zout nodig om het water aan de ingang te behandelen en er de hardheid van te verminderen.
Alarm
De machine heeft een abnormale gebeurtenis geconstateerd die het gevolg kan zijn van een defect of abnormale omstandigheden. Op de display met segmenten geeft een numerieke code aan welk alarm gegenereerd is. In de alarmentabel in deze handleiding zijn aan elke code de componenten gekoppeld die de mogelijke oorzaak van de gebeurtenis kunnen zijn om de diagnose en het opsporen van de storingen te vereenvoudigen. Wij bevelen aan om eventuele alarmen te noteren om later de technische servicedienst een gedetailleerde beschrijving van de afwijking te kunnen geven.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 19 - 70
2 - Symbolen gekoppeld aan een parameter van de wascyclus
Wanneer de volgende leds gaan branden is de waarde afgebeeld op de display een parameter van de lopende of geselecteerde wascyclus. Wanneer de cyclus nog gestart moet worden kunt u door het indrukken van de toets Functies de parameters van de cyclus weergeven. Wanneer de bedrijfscyclus loopt kunt u door het indrukken van de toets Functies de bereikte waarde van de parameter gekoppeld aan de led weergeven.
SYMBOOL
BETEKENIS
A0, thermische desinfectie
Met lopende bedrijfscyclus: De led brandt wanneer de tekens in het midden van het scherm
aangeven dat de A0-waarde is bereikt. Bij een stilstaande machine: wanneer de led brandt geven de tekens in het midden van het scherm de gekoppelde A0-waarde van de geselecteerde cyclus weer. De berekening en weergave van de parameter zijn alleen actief wanneer de cyclus een thermische desinfectiefase met temperatuur van ten minste 80°C heeft.
Temperatuur
Met lopende bedrijfscyclus: De led gaat branden wanneer op de display de temperatuur in de kuip
wordt weergegeven. Bij een stilstaande machine: de waarde op de display toont de max. temperatuur gekoppeld aan de geselecteerde cyclus.
Thermische desinfectie
Geeft een thermische desinfectiecyclus aan, de led knippert wanneer een lopende thermische desinfectiefase bezig is.
Resterende tijd
Met lopende bedrijfscyclus: De led gaat branden wanneer op de display de resterende tijd wordt
weergegeven. Bij een stilstaande machine: de waarde op de display toont de geschatte tijd voor het uitvoeren van het programma.
fig. 7 – Toets Functies. Tijdens de lopende cyclus of het selecteren van de cyclus kunt u met de toets Functies de parameters van de wascyclus
weergeven: waarde A0, Temperatuur, Resterende tijd.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 20 - 70
4.5 KEUZE VAN HET WASPROGRAMMA
Het apparaat is uitgerust met een interface met display met segmenten en 7, met led verlichte symbolen, voor de communicatie tussen apparaat en bediener. Om een programma uit te voeren:
1. Sluit de deur door hem naar de machine te draaien tot de vergrendeling vastklikt. De drukknoppen worden
alleen bij een gesloten deur geactiveerd.
2. Wanneer de machine is uitgeschakeld, moet u haar inschakelen met de On/Off toets (2 seconden ingedrukt
houden).
3. Selecteer het programma met de Selectie drukknoppen.
4. Na de selectie kunt u met de toets Functies de programmaparameters voorbij laten rollen.
5. Druk 2 seconden lang op de Start/Stop-drukknop om de wascyclus te starten.
6. Het begin van de cyclus wordt aangegeven door een dubbele beep.
7. Na het geselecteerde programma met succes te hebben afgerond verschijnt op de display de tekst“End”.
8. Onderbreking van de cyclus. Een lopende cyclus kan worden onderbroken met de Start/Stop-drukknop.
Voor wat betreft de onderbreking van de cyclus, zal het gedrag van het apparaat afhangen van de bereikte status in de kuip:
i. Bij een temperatuur in de kuip van minder dan 40°C is de opening van de deur toegestaan.
Wanneer de deur binnen 1 minuut weer wordt gesloten, kan de cyclus worden hervat vanaf de fase waarin hij werd onderbroken, door het lang ingedrukt houden van de Start/Stop­drukknop.
ii. Bij een temperatuur in de kuip van meer dan 40°C moet een resetcyclus worden uitgevoerd
en is de opening van de deur niet toegestaan.
2
3
1
fig. 8 Standaardprocedure voor het starten van een cyclus. 1 Selectie van het programma met de Selectie-toetsen. 2 Controle
programmaparameters: toets Functies. 3 Start van het programma: lang indrukken van de Start/Stop-drukknop.
SYMBOLEN BEDIENINGSPANEEL
SYMBOOL
BETEKENIS
SYMBOOL
BETEKENIS
On/Off
Functies
Start/Stop
Opening deur
Selectie
Selectie
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 21 - 70
OPMERKING – UITVOERINGSTIJDEN CYCLUS De op de display weergegeven uitvoeringstijden dienen ter indicatie; zij kunnen variëren
afhankelijk van factoren als de temperatuur en de waterdruk aan de ingang. Op het eind van ieder programma kan de automatisch harsen-regeneratiefase en aan het begin van de volgende cyclus de harsen-wasfase starten, die gekoppeld zijn aan de goede werking van de ingebouwde ontharder. Dergelijke fasen vinden niet bij elke cyclus plaats, maar worden geactiveerd naar behoefte, afhankelijk van de hardheid van het vulwater en de gebruikte hoeveelheid water. De fasen worden niet meeberekend in de theoretische duur die aan het begin op de display wordt aangegeven. Om de aangegeven tijden de werkelijke tijden te laten benaderen moeten de machineparameters goed zijn ingesteld, zodat de verstreken tijd berekend wordt op basis van de daadwerkelijk aanwezige elektrische aansluiting.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 22 - 70
4.6 BEKNOPTE LIJST VAN GEÏNSTALLEERDE PROGRAMMA'S
Raadpleeg altijd het bijgevoegde document voor de details met betrekking tot de verschillende fasen van het wasprogramma: “Programmatabel GW0160”. De onderstaande beknopte tabel dient alleen ter indicatie. Het is mogelijk dat de hier weergegeven programma's verbeteringen hebben ondergaan.
ID
GW - WASMACHINES VOOR GLASWERK
PR 1
Voorwassen
PR 2
Kunststoffen 50°C
PR 3
Glaswerk 60°C
PR 4
Intensief glaswerk 85°C
PR 5
Thermische desinfectie 85°C - 1 minuut
PR 6
Thermische desinfectie 85°C - 5 minuten
PR 7
Thermische desinfectie 85°C - 10 minuten
PR 8
Service
Tab. 1 – Synthetische tabel van de geïnstalleerde programma's
DEFAULT-REINIGINGSMIDDELDOSERINGEN EN -
WATERVULLINGEN
ALLEEN VOOR SERVICEPROGRAMMA,
AD HOC- REINIGINGSMIDDELDOSERINGEN EN -
WATERVULLINGEN
P1 = 5ml/liter– alkalisch reinigingsmiddel
P1 = 12ml/litro
P2 = 3ml/liter– zuur
P2 = 12ml/litro
Watervulling per fase, default = 9 liter
Watervulling, fase 1 en fase 2 = 6 liter Watervulling, fase 3 = 9 liter
Tab. 2 – Synthetische tabel van de doseringen en de watervullingen per fase.
LEIDINGWATER – GEDEMINERALISEERD WATER in de PROGRAMMA’S
In de bijgevoegde tabel wordt aangegeven wanneer een bepaalde fase om koud of gedemineraliseerd water vraagt.
Wanneer, middels de machineconfiguratieparameters, het gedemineraliseerde water gedeselecteerd wordt, zal de machine altijd om koud water vragen.
Wanneer mogelijk, raden wij de aansluiting aan op gedemineraliseerd water voor betere eindspoelresultaten en om de vorming van kalkaanslag te vermijden.
4.6.1 HARSEN – ONTHARDER, REGENERATIE- EN WASFASEN
De in het apparaat ingebouwde ontharder ontkalkt het water aan de ingang, dat wordt verzacht. De ontharder bestaat uit een tank met ionenwisselaarharsen, die periodiek geregenereerd moeten worden. Afhankelijk van de ingestelde hardheid en de gebruikte hoeveelheid water bepaalt de machine de noodzaak van een regeneratie- en wascyclus van de harsen. De regeneratie- en wascyclussen van de harsen worden uitgevoerd tijdens de beginfase van een wascyclus om het achterblijven te vermijden van de zoutoplossing, (water en zout) een mogelijke oorzaak van corrosie.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 23 - 70
4.7 PARAMETER THERMISCHE DESINFECTIE A
0
Met de parameter A0 (ingevoerd met de norm EN 158831) kan een numerieke waarde worden gekoppeld aan de uitgevoerde thermische desinfectie – aangegeven als Td in de leds van de interface.
Voor de berekening van de parameter wordt alleen rekening gehouden met de tijdsperioden waarin de temperatuur hoger is dan 80°C. De berekening voor de thermische desinfectiepogramma's wordt vereenvoudigd door in de berekening alleen de zogeheten “extensiefase", waarin de temperatuur constant in de buurt van de ingestelde waarde wordt gehouden, op te nemen.
De programma's die een thermische desinfectie bevatten zijn ontwikkeld om de volgende A0-waarden te bieden.
Temperatuur (°C] en tijdsduur
[minuten]
A0
85 °C - 1’
190
85 °C - 5’
950
85 °C - 10’
1900
Onderstaand vindt u de formule voor de berekening van A0.
 
 
10
80
0
10
T
A
= Tijd van handhaving in seconden van de desinfectietemperatuur.
T
= Desinfectietemperatuur in °C.
Wanneer de temperatuur gelijk is aan 80°C, evenaart A0 de tijd van handhaving in seconden.
1
EUROPESE NORM EN-ISO 15883 "Desinfecterende wasmachines", in het bijzonder wordt verwezen naar Deel 1 van de norm, 15883-1 in de
paragraaf 3 betreffende de definities, Terms and definitions, en bijlage B, A0 concept.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 24 - 70
4.8 DE LADING KLAARMAKEN VOOR DE WASFASE
De voorschriften voor de wijzen van belading worden verstrekt conform de norm 5.4.4-k IEC 61010-2-040:2005.
De te behandelen lading moet op passende wijze op de meest geschikte steunen voor het machinewassen worden gerangschikt.
Een doeltreffende wasbehandeling begint tijdens de voorbereidingsfase van het te behandelen glaswerk.
Voordat u het glaswerk en de andere elementen van de lading op accurate wijze in de speciale manden rangschikt, moet u alle eventuele grove resten van het eerdere gebruik ervan verwijderen met geschikte baden, behandelingen of spoelingen.
Roestvrijstalen elementen mogen niet in fysiologische oplossingen van natriumchloride worden ondergedompeld omdat de langdurige aanraking ermee perforerende corrosie en beschadigingen van de oppervlakken zal veroorzaken als gevolg van spanningscorrosie.
Vermijd de overbelasting van de manden voor het wassen om een doeltreffende mechanische werking van het water op alle oppervlakken van het glaswerk mogelijk te maken.
Het glaswerk moet op passende wijze op de meest geschikte steunen voor het machinewassen worden geplaatst om een effectieve reiniging te verkrijgen en schade aan de te behandelen voorwerpen te vermijden. Contacteer Smeg voor de meest geschikte waswagens voor uw behoeften instruments@smeg.it
Te behandelen demonteerbare elementen moeten worden geplaatst volgens de aanwijzingen van de fabrikant ervan.
Voor een effectieve reiniging moeten openvouwbare elementen worden geopend om het aantal overlappende oppervlakken tot een minimum te beperken. De gebruikte inzetten voor de instrumenten en de bevestigingsinrichtingen zijn ontworpen om tijdens de latere reinigings- en desinfectiefasen schaduwzones te vermijden.
Verzeker u ervan dat het te wassen glaswerk geen etiketten heeft die tijdens de behandeling los zouden kunnen komen.
INZETTEN WASSEN GLASWERK – WAGENS De machine wordt zonder waswagens geleverd. Raadpleeg de handleidingen van de waswagens voor een correct gebruik ervan.
Vermijd het rechtstreekse contact met het vieze materiaal.
Ga altijd zo voorzichtig mogelijk te werk; gebruik, zowel voor als na de behandeling alle voor het doel voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen.
Voordat u glaswerk of andere voorwerpen in wasmachines voor glaswerk behandelt, moet u in de instructies van de fabrikant controleren of ze geschikt zijn voor een automatische behandeling in wasmachines voor glaswerk en er de maximale compatibele wastemperatuur van controleren.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 25 - 70
4.9 EINDE CYCLUS
Na het geselecteerde programma met succes te hebben afgerond verschijnt op de display de tekst“End”. De tekst “End” verschijnt alleen nadat de wasfasen op correcte wijze zijn uitgevoerd en voltooid. Hij verschijnt niet
wanneer het programma werd onderbroken of wanneer een fout is opgetreden die de efficiëntie van de cyclus zal hebben geschaad. Een “beep” geeft het eind van de wascyclus aan.
EINDE CYCLUS MET AUTOMATISCHE OPENING
Wanneer de automatische opening op het eind van de cyclus is geactiveerd, gaat de deur van de wasmachine voor glaswerk automatisch open en verschijnen op de display alleen 4 horizontale streepjes. De automatische opening wordt niet geactiveerd wanneer tijdens de wasfasen alarmen zijn opgetreden.
fig. 9 – Einde cyclus, weergave op de display. De tekst End geeft aan dat het wasproces op correcte wijze is afgerond. Wanneer de automatische
opening is geactiveerd wordt de deur automatisch ontgrendelt en verschijnen op de display 4 horizontale streepjes.
AUTOMATISCHE OPENING OP HET EIND VAN DE CYCLUS
Op het eind van de cyclus is de automatische opening van de deur mogelijk om de resterende damp te laten ontsnappen en de koeling en het drogen van het behandelde materiaal te bevorderen. Wanneer de temperatuur in de kuip hoger is dan 80°C, wordt automatisch een wachttijd van 10 minuten meeberekend voor de opening. Tijdens de wachttijd blijft het mogelijk om de sluiting te ontgrendelen met de drukknop Opening deur.
De parameter van de automatische opening van de deur op het eind van de cyclus kan worden geactiveerd of gedeactiveerd, zie de specifieke paragraaf: SETUP-MODUS - “FUNCTIES”..
Wij bevelen aan om, voordat u de behandelde lading verwijdert, ongeveer 10 minuten met een geopende deur te wachten om het materiaal in de waskamer te laten afkoelen en eventueel te drogen.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 26 - 70
4.10 ONDERBREKING LOPEND PROGRAMMA
ONDERBREKING PROGRAMMA Een lopende cyclus kan worden onderbroken met de Start/Stop-drukknop.
Tijdens de fase van “Onderbreking”, verschijnt op de display de letter “S” gevolgd door de identificatie van het lopende programma.
fig. 10 - Onderbreking programma: houd de Start/Stop-drukknop lang ingedrukt.
Voor de producten van de serie GW0160 Wasmachines voor laboratoriumglaswerk, ONDERBREKINGSFASE:
1. Bij een temperatuur in de kuip van minder dan 40°C is de opening van de deur toegestaan. Wanneer de deur
binnen 1 minuut weer wordt gesloten, kan de cyclus weer verder gaan vanaf de fase waarin hij werd onderbroken. Het hervatten van de cyclus gebeurt door het lang ingedrukt houden - 2 seconden - van de Start/Stop-drukknop.
2. Bij een temperatuur in de kuip van meer dan 40°C moet een resetcyclus worden uitgevoerd en is de opening
van de deur niet toegestaan.
3. Bij een onderbreking van de cyclus zonder actie van de gebruiker binnen 1 minuut gaat de machine
automatisch in Reset.
fig. 11 – Weergave op de display, Onderbreking van het programma 5: “. S 05 “.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 27 - 70
4.11 SPECIALE OPTIES VAN HET PROGRAMMA
De volgende functies worden als “Speciale opties” aangemerkt:
1. Tijdelijke uitsluiting demiwater
2. Geprogrammeerde start (functie ingevoerd met firmwareversie 4.6.xx.yy).
Het menu “Speciale opties” is toegankelijk met het gelijktijdige indrukken van de toetsen “Start/Stop” en “Opening deur”. Om door de speciale functies te bladeren moet u de toets “Functies” kort indrukken.
De speciale opties gelden voor slechts 1 cyclus die na de keuze van de optie moet worden uitgevoerd. Na het uitvoeren van de cyclus worden de defaultwaarden hersteld.
De speciale opties moeten worden bevestigd door het indrukken van de toets “Start/Stop”; na de bevestiging keert u
terug naar de weergave van het programma. Wanneer geen bevestiging wordt gegeven, wordt, na 10 seconden van inactiviteit, de optie afgesloten en blijft de laatst ingestelde parameter behouden.
4.11.1 GEPROGRAMMEERDE START - Instelling van de tijd
Geprogrammeerde start: op de display verschijnt in eerste instantie “dh:00”. Door het indrukken van de selectietoetsen kunt u tot max. 12 uur (“dh:12”) instellen. De “klok” Led brandt ononderbroken tijdens de selectie, en de waarde knippert tot de bevestiging ervan.
fig. 12 – Scherm voor de instelling van de geprogrammeerde start
4.11.2 GEPROGRAMMEERDE START - Start en weergave van het programma
Om het programma te starten met de ingestelde vertraging: Houd de toets “Start/Stop” lang ingedrukt (zoals voor de
normale start van de cyclus). De display toont afwisselend (met weergave die om de 2 seconden wijzigt):
de ontbrekende tijd tot de start van het programma (formaat “hh:mm”) / het geselecteerde programma (“Pr:XX”). De “klok”-led brandt ononderbroken wanneer de resterende tijd wordt getoond.
Op het eind van de wachttijd start het programma en is de weergave op de display als voor een gewone, niet­geprogrammeerde cyclus.
fig. 13 – Na de activering van de cyclus wordt afwisselend het geselecteerde programma en de resterende tijd tot de daadwerkelijke start
weergegeven.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 28 - 70
fig. 14 – Voorbeeld van gebruik van de geprogrammeerd start voor een instelling met een wachttijd van 1h
4.11.3 TIJDELIJKE UITSLUITING DEMIWATER
Door het onmiddellijke en gelijktijdige indrukken van de toetsen “Start/Stop” en “Opening deur”,
wordt de status van de optie “uitsluiting gedemineraliseerd water” weergegeven. Door het indrukken van de Selectietoetsen kunt u het gebruik van het gedemineraliseerde water deselecteren.
Iedere keer dat de optie actief is, wordt op de display 10 seconden lang de tekst “no dE weergegeven, hetgeen betekent: “Geen demi”, tijdelijke uitsluiting demiwater.
Bij deactivering van optie, eveneens door het indrukken van de twee genoemde toetsen, verschijnt op de display 3 seconden lang de tekst “dE.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 29 - 70
De optie kan alleen worden gebruikt wanneer het gebruik van gedemineraliseerd water is geactiveerd.
(Zie verderop de paragraaf gewijd aan de setup-parameters, parameter “7-Gedemineraliseerd water” in de paragraaf: SETUP-MODUS - “FUNCTIES”. ).
De uitsluitingsoptie kan voor het starten van het geselecteerde programma worden geactiveerd, en blijft slechts een cyclus lang geactiveerd, waarna hij automatisch wordt gedeactiveerd. Wanneer de optie actief is wordt het demiwater in alle fasen waarin het gebruik ervan was voorzien, vervangen door koud water.
1
1 2
fig. 15 Toetsen voor de uitsluiting van het demiwater. Voor toegang tot de functie moet u gelijktijdig en langdurig de toetsen Start/Stop + Opening
deur indrukken. Om de uitsluiting van het demiwater te selecteren: Selectietoetsen
fig. 16 Weergave op de display: TIJDELIJKE uitsluiting demiwater; u kunt de optie activeren en deactiveren met de selectietoetsen
4.11.4 Verwijdering instellingen “Geprogrammeerde start” - “Annuleren demiwater-uitsluiting”
De instelling wordt verwijderd:
1. door het terugbrengen op nul van de parameter (bv. “dh:00” voor de geprogrammeerde start “ dE” voor het demiwater).
2. door het uit- en weer inschakelen van het apparaat (de waarde keert terug naar de defaultwaarde: bv. “dh:00”).
3. door het openen van de deur van het apparaat (alleen voor de “geprogrammeerde start”) wanneer de cyclus eenmaal is gestart.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 30 - 70
4.12 RESET-PROCEDURE
De RESET-procedure voert aan- en -afvoercyclussen van het water uit, om het apparaat na een afwijking weer in een veilige staat terug te brengen. Het is mogelijk en het wordt aanbevolen om in geval van een alarm een RESET-cyclus te starten.
De Reset cyclus kan ook op “onafhankelijke wijze” worden gestart, dus los van de aanwezigheid of
niet van een alarm.
Opmerking: de RESET-procedure kan alleen met een GESLOTEN deur worden gestart.
Wanneer een fout wordt geconstateerd zal het apparaat over het algemeen op autonome wijze de afwijking beheren: in deze gevallen knippert de alarmcode op de display tot het eind van het automatische beheer: in deze fase wordt geen reset geaccepteerd. Een door de gebruiker geforceerde RESET wordt alleen geaccepteerd na voltooiing van het beheer en wanneer het alarm op de display nog “ononderbroken” brandt.
ACTIVERING VAN EEN RESET Bij een alarm of een stilstaande machine moet u de drukknoppen Functies en Start/Stop indrukken en circa 2
seconden ingedrukt houden tot het “beep” geluidssignaal. Op de display verschijnt de tekst "P-" en de RESET-procedure zal starten. Op het eind van de reset-procedure knippert op de display de tekst "E-", eventueel afgewisseld met het onderbroken en ervoor draaiende programma.
WAARSCHUWING Wanneer u er niet in mocht slagen om de RESET-cyclus te starten, dan moet u, voordat u de Technische servicedienst waarschuwt, de machine uit- en weer inschakelen, en het nogmaals proberen.
fig. 17 – Toetsen voor de selectie van de RESET-cyclus, gelijktijdig en langdurig indrukken van de drukknoppen: Start/Stop + Functies
fig. 18 – RESET: tijdens de uitvoering van de RESET verschijnt op de display “ P- “. Op het eind van de RESET-cyclus, verschijnt op de display “ E- ”.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 31 - 70
5 SETUP-MODUS - “FUNCTIES”.
De machine heeft een setup-modus voor het wijzigen van de werkingsparameters. De setup-modus is toegankelijk door het indrukken van de toets “Functies” en vereist het invoeren van een wachtwoord. Om veiligheids- en verantwoordelijkheidsredenen bestaan 4 wachtwoordniveaus voor de toegang tot keer op keer ingewikkeldere functies:
1. GEBRUIKERSNIVEAU (1111)
2. SUPERUSERNIVEAU (wordt gecommuniceerd door de installatiemonteur)
3. TECHNISCH niveau
4. SMEG-niveau
5.1 TOEGANG TOT DE SETUP-MODUS / INVOEREN WACHTWOORD
a. Houd de drukknop 4 - Functies 5 seconden lang ingedrukt. Op de display verschijnen 4 horizontale streepjes. b. Met de drukknoppen 3 en 6 - Selectie, kunt u de afzonderlijke karakters van het wachtwoord wijzigen. c. Door het kort indrukken van de drukknop 4 Functies gaat u verder naar het volgende karakter. d. Na invoering van de 4 karakters van het wachtwoord moet u bevestigen door het lang indrukken van
drukknop 2 - Start/Stop.
a. Indien het ingevoerde wachtwoord correct is wordt het eerste item van het menu geopend. b. Indien het ingevoerde wachtwoord niet correct is hoort u een dubbele beep ter indicatie van de fout
bij het invoeren.
c. Na 5 seconden van inactiviteit wordt het Setup-menu automatisch afgesloten.
e. Eenmaal in de Setup-modus kunt u door het kort indrukken van toets 4 - Functies de verschillende
beschikbare items voorbij laten rollen.
f. Lang indrukken van toets 5 - Opening deur om de SETUP-modus af te sluiten.
fig. 19 – Toets 4 - Functies, lang indrukken om de Setup-modus te openen.
In de onderstaande tabel ziet u de items die vanaf het SETUP-menu toegankelijk zijn. Om van een item naar het volgende te gaan moet u kort toets 4 - Functies indrukken.
Setup-item
Beschrijving
Set
Instelling van de machineparameters – gedetailleerde uitleg volgt, paragraaf “Set”­PARAMETERS.
Cloc
Tijd en datum – gedetailleerde uitleg volgt, paragraaf “CLOC”-PARAMETERS – DATUM EN TIJD.
Tec
Teller van de bediening van de machine voor het onderhoud. Wanneer u de Start/Stop-
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 32 - 70
drukknop indrukt, verschijnt het aantal resterende cyclussen tot de onderhoudssignalering. De beginwaarde is default ingesteld op 900. De waarde wordt uitgedrukt in eenheden. (parameter alleen voor weergave, kan niet worden gewijzigd).
Coun
Teller totale werking apparaat (parameter alleen voor weergave, kan niet worden gewijzigd). De weergave van de parameter vindt plaats op twee achtereenvolgende schermen. De waarde in duizenden wordt aangegeven met de suffix “t”, die van de eenheden met suffix “u”.
PrEn
Instelling die het mogelijk maakt om alleen de wasprogramma's die van belang zijn weer te geven en selecteren.
5.2 TOEGANG EN WIJZIGING PARAMETERS
Bovengenoemde twee items - Set en Cloc – worden gebruikt voor de toegang tot en wijziging van:
1. machineparameters, Set.
2. datum en tijd-parameters, Cloc.
3. instelling voor de weergave en het gebruik van alleen een subgroep van programma's, PrEn (PrEn:
“Program Enable”).
Voor ieder item geldt de volgende schematische procedure.
Stap
Drukknop
Actie
1
Start/stop met lang indrukken, voor toegang tot de gewenste item. Om de Set-parameters te openen, moet u drukken wanneer op de display de item Set” verschijnt. Om de Cloc-parameters voor de regeling van de datum en tijd te openen, moet u
drukken wanneer op de display de item “Cloc” verschijnt. Hetzelfde geldt voor item “PrEn”.
2
Functies – kort indrukken - Keuze van de gewenste parameter.
3
-
Drukknoppen Selectie - Wijziging van de geselecteerde parameter. Tijdens het wijzigen wordt de parameter knipperend weergegeven op de display.
4
Start/stop lang indrukken - om de wijziging te bevestigen. Nadat de wijziging is bevestigd zal de parameter ophouden met knipperen en ononderbroken branden op de display.
5
Opening deur – lang indrukken: afsluiten van het scherm voor de weergave/wijziging van de stroomparameter.
2
1 - 4
5 3
fig. 20 Toegang voor de weergave en wijziging van de Set- en Cloc-parameters:
De toegang tot de parameter: door het indrukken van de Start/Stop-drukknop
Het afsluiten van de parameter: door het indrukken van de Opening deur-drukknop
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 33 - 70
fig. 21 - Set-parameters. Door het lang ingedrukt houden van de Start/Stop-drukknop opent u de parameters. Parameter -1 is gekoppeld aan de
dosering van de peristaltische pomp P1. Voor het wijzigen van de parameter gebruikt u de Selectietoetsen. Om over te stappen op een andere
parameter drukt u kort op de toets Functies. Bevestig de wijziging met de Start/Stop-drukknop.
fig. 22 – Cloc-parameters. Door het lang ingedrukt houden van de Start/Stop-drukknop opent u de parameters, in dit geval C1, C2 .... genaamd. De
parameter C1 is gekoppeld aan het lopende jaar. Voor het wijzigen van de parameter gebruikt u de Selectietoetsen. Om over te stappen op een
andere parameter drukt u kort op de toets Functies. Bevestig de wijziging met de Start/Stop-drukknop.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 34 - 70
5.2.1 “Set”-PARAMETERS
De display toont de tekst Set. Druk op de Start/Stop-drukknop om het huidige item te selecteren. Onder het item Set vindt u meerdere instelbare parameters. De bediener op Gebruikersniveau kan de parameters alleen weergeven, maar kan geen enkele “Set”-parameter wijzigen.
Set-
PARAMETER
BESCHRIJVING
MOGELIJKE ACTIE SUPERUSER
Met set-parameter
-d=0”
Met set-
parameter
-d=1”
-1
Dosering reinigingsmiddelpomp P1
De ml/liter waarden worden ingesteld. De defaultwaarde van de parameter is 5ml/litro.
Maximale aanbevolen hoeveelheid met Smeg­reinigingsmiddelen: 10ml/liter. (Max instelbaar 10ml/liter)
Vermeerder en verminder met de Selectietoetsen.
Weergave en wijziging
Weergave
-2
Dosering reinigingsmiddelpomp P2
De ml/liter-waarden worden ingesteld. De defaultwaarde van de parameter is 3ml/litro.
Maximale aanbevolen hoeveelheid met Smeg­reinigingsmiddelen: 10ml/liter. (Max instelbaar 20ml/litro)
Vermeerder en verminder met de Selectietoetsen.
Weergave en wijziging
Weergave
-4
Instelling hardheid water
De hardheid wordt ingesteld °f, in stappen van 5 Range: 5­65°f. De defaultwaarde van de parameter is 40°f. Waarschuwing: Verzeker u ervan dat de waarde daadwerkelijk overeenstemt met de hardheid van het gebruikte water.
Weergave en wijziging
Weergave en wijziging
-5
Automatische opening op het eind van de cyclus
Op de GW-machines, is de defaultwaarde “On”, maar de automatische opening kan worden uitgeschakeld door de parameter op “OF” te zetten. Wanneer de optie actief is wordt op het eind van de cyclus de deur van het apparaat automatisch geopend.
Weergave en wijziging
Weergave en wijziging
-7
Gedemineraliseerd water
De aanwezigheid van gedemineraliseerd water kan worden in- of uitgeschakeld, afhankelijk van de beschikbaarheid of niet van de betreffende aansluiting (Ingeschakeld: dn, Uitgeschakeld: --)
Weergave en wijziging
Weergave en wijziging
-9
Resterende cyclussen onderhoud Geeft, in tientallen, het aantal resterende cyclussen aan tot
het geprogrammeerde onderhoud (bv. “-9:20” op de display betekent dat er 200 cyclussen ontbreken tot aan de onderhoudssignalering). De waarde kan door een bevoegde technicus van Smeg op nul worden gezet.
Alleen weergave
Alleen weergave
-A
Aansluiting
De parameter geeft aan of de aansluiting:
- enkelfasig is: waarde parameter “1”
- driefasig is: waarde parameter “3”
Opmerking: de waarde “3” geldt zowel voor de aansluiting
400V 3N~ / 50Hz als voor de aansluiting 230V 3~ / 50Hz. Let op: deze parameter wordt alleen gebruikt voor de correcte instelling van de resttijden.
Alleen weergave
Alleen weergave
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 35 - 70
Set-
PARAMETER
BESCHRIJVING
MOGELIJKE ACTIE SUPERUSER
Met set-parameter
-d=0”
Met set-
parameter
-d=1”
-d
Parameter voor blokkering regeling dosering Superuser.
(Parameter ingevoerd met Firmwareversie Main 4.6.xx.yy).
Wanneer “-d: 0” kan de superuser de doseringen wijzigen Wanneer “-d: 1” kan de superuser de doseringen niet
wijzigen. Hij kan ze wel weergeven. Defaultwaarde: “-d: 0”. Deze parameter kan alleen door een bevoegde technicus worden gewijzigd.
Alleen weergave
Alleen weergave
-t
Testcyclus
(Parameter ingevoerd met Firmwareversie Main 1.11.0.33). De parameter, die alleen door bevoegde technici mag worden gebruikt, maakt de weergave en het starten van
een testprogramma mogelijk, op de display “ Pr t ”. Na te
zijn gestart voert het programma een korte wascyclus uit en activeert het alle ladingen van het apparaat; deze cyclus dient voor controles na vervanging van een component.
- waarde parameter “ - -“, u heeft geen toegang tot de cyclus “ Pr t
- waarde parameter “on”, toegang tot het TEST-
programma “ Pr t ”. Om het TEST-programma “Pr t” niet uit te voeren, moet u het apparaat uit- en weer inschakelen.
Alleen weergave
Alleen weergave
In de onderstaand weergegeven afbeeldingen: Voorbeeldschermen betreffende enkele Set-parameters.
fig. 23 – Parameter “Set – t”. De instelling kan “--” of “on” zijn, zoals hierboven gespecificeerd, om een testcyclus te activeren.
5.2.2 “CLOC”-PARAMETERS – DATUM EN TIJD
Met de “Cloc” parameter, afkorting die verwijst naar “CLOCK”, kunt u de huidige tijd en datum wijzigen. De parameter kan ook met het gebruikerswachtwoord worden gewijzigd.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 36 - 70
Onderstaand de procedure voor het wijzigen van de “Cloc” parameters:
a. Om het item Cloc te selecteren moet u drukknop 2 - Start/Stop lang ingedrukt houden wanneer op de display
“Cloc” wordt weergegeven.
b. Drukknop 4 - Functies, kort indrukken: om van één parameter naar de volgende over te stappen. c. Drukknoppen 3 en 6 - Selectie: om de waarde van de parameter te wijzigen. d. Drukknop 2 - Start/Stop, lang indrukken om te bevestigen. e. Drukknop 5 - Opening deur, met lang indrukken: om de te wijzigen parameter en item Cloc af te sluiten.
Een parameter in de wijzigen-fase wordt knipperend weergegeven.
CLOC-PARAMETER
BESCHRIJVING
C1
Jaar, voer alleen de laatste twee cijfers (00-99) in, bv: voor “2012” “12”
C2
Maand (1-12)
C3
Dag (1-31)
C4
Uur (1-24)
C5
Minuten (0-59)
C6
Seconden (0-59)
fig. 24 – Cloc-parameters. Door het lang ingedrukt houden van de Start/Stop-drukknop opent u de parameters, in dit geval C1, C2.... genaamd. De
parameter C1 is gekoppeld aan het lopende jaar, C2 aan de maand, enz. Gebruik de Selectietoetsen om de parameter te wijzigen. Om over te
stappen op een andere parameter gebruikt u toets 4 - Functies met korte indrukkingen. Bevestig de wijziging met de Start/Stop-drukknop.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 37 - 70
5.2.3 INSTELLING “PrEn”, “uitsluiting programma's”-functie
Met de parameter “PrEn” toont en start u, met een passende instelling, alleen de gewenste
programma's op de display. Deze instelling moet worden uitgevoerd op “superuser” niveau. (functie ingevoerd met firmwareversie Main 4.6.xx.yy).
Na selectie van het menu kunt u de gebruikersprogramma's voorbij laten rollen (P01-P08). De eerste 2 tekens op de display tonen het nummer van het programma, de laatste 2 geven de
waarde “on” of “oF” aan (bv. “06:on”), naargelang het op dat moment geselecteerde programma
is geactiveerd of niet.
Alle programma's zijn default geactiveerd: “on”. Om een programma uit te sluiten van de weergave moet u met de Wijzigen drukknoppen “of” instellen naast het identificatienummer (bv. “06:oF”).
Tenminste 1 programma blijft altijd geactiveerd; de superuser kan tot 7 programma's van de 8 beschikbare programma's deactiveren.
De procedure is vergelijkbaar met die gebruikt voor de setup-parameters.
Stap
Drukknop
Actie
1
Start/stop – lang indrukken - voor toegang tot de item. Om de PrEn-parameters te openen moet u drukken wanneer op de display de setup-item “PrEn” verschijnt.
2
Functies – kort indrukken - Keuze van de gewenste programma's die u van plan bent te activeren/deactiveren.
3
-
Drukknoppen Selectie - Wijziging van de geselecteerde parameter (van “on” naar “oF” om de weergave van het programma op de display te deactiveren).
4
Start/stop lang indrukken - om de wijziging te bevestigen.
5
Opening deur – lang indrukken - afsluiten van het scherm voor de weergave/wijziging.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 38 - 70
fig. 25 - Voorbeeld van gebruik van de functie “PrEn” voor de uitsluiting van het programma “06” van de weergave op de display.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 39 - 70
6 INSTRUCTIES VOOR DE INBEDRIJFSTELLING
Na de correcte installatie van het apparaat moet u hem met de volgende handelingen gereedmaken om in bedrijf te kunnen worden gesteld:
Vullen met regeneratiezout. Vullen met reinigings- en neutralisatiemiddel en eventuele andere gebruikte chemicaliën.
6.1 GEBRUIK VAN DE WATERONTHARDINGSINSTALLATIE
Eventuele witte vlekken op de behandelde voorwerpen, welke in de loop der tijd mat kunnen worden, worden veroorzaakt door de hoeveelheid kalk die het water bevat (hardheidsgraad van het water). Het apparaat is uitgerust met een automatische onthardingsinstallatie die met gebruikmaking van het specifiek hiervoor bestemde regeneratiezout, de elementen die de hardheid bepalen uit het water onttrekt.
fig. 26 – Het zoutreservoir is toegankelijk bij een geopende deur. De vulling vindt plaats met regeneratiezout van het ontharderreservoir.
Bij gebruik van gemiddeld hard water moet het zout na ongeveer 20 wasbeurten worden bijgevuld. Het reservoir van de onthardingsinstallatie heeft een capaciteit van ongeveer 1 kg zout in korrels. Het reservoir bevindt zich onderin de wasmachine voor glaswerk. Na de onderste mand te hebben verwijderd moet u de dop van het reservoir linksom losdraaien en het zout voor de onthardingsinstallaties toevoegen met behulp van de trechter die met de wasmachines voor glaswerk wordt geleverd. Verwijder eventuele zoutresten bij de opening voordat u de dop weer vastdraait.
WAARSCHUWINGEN
Giet, bij het eerste gebruik van de wasmachine voor glaswerk, afgezien van het zout, ook een
liter water in het reservoir. Controleer na het vullen van het reservoir altijd of de dop goed is
afgesloten. De water en reinigingsmiddeloplossing mag niet in het zoutreservoir vloeien omdat dit de werking van de regeneratie-inrichting zou schaden. In dat geval zou de garantie niet geldig meer zijn.
Gebruik uitsluitend zout in korrels voor vaatwassers voor huishoudelijk gebruik. Gebruik geen keukenzout, omdat dit niet-oplosbare substanties bevat, die na verloop van tijd het
onthardingssysteem kunnen beschadigen.
Vul het zout bij wanneer noodzakelijk en voordat u een wasprogramma start; op deze wijze
wordt de overtollige zoutoplossing onmiddellijk door het water verwijderd; een langdurige aanwezigheid van zout water in de waskuip kan tot corrosievorming leiden. Gebruik voor dit doel
eventueel een voorwasprogramma.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 40 - 70
6.2 GEBRUIK VAN HET REINIGINGSMIDDEL EN HET NEUTRALISATIEMIDDEL
De machine is uitgerust met inrichtingen voor de dosering van de reinigingsmiddelen.
1. Pomp P1, dosering van een vloeibaar, neutraal of licht alkalisch reinigingsmiddel (standaard op het
assortiment “S”).
2. Poederdispenser DD (alternatief voor P1): reinigingspoederdispenser op de contradeur.
3. Pomp P2: dosering van het zure neutralisatiemiddel.
Configuratie van de modellen afhankelijk van de dispensers (OPT=optionele accessoire).
SYMBOOL
BETEKENIS
karakteristiek aanwezig op het betreffende model
optionele accessoire, installeerbaar op het betreffende model
-
niet op het betreffende model aanwezige en installeerbare karakteristiek
Modellen GW
GW0160
GW0160S
DD-dispenser c/deur
-
P1 peristaltische pomp reinigingsmiddel
P2 peristaltische pomp neutralisatiemiddel
Uitgezonderd alleen de “VOORWASPROGRAMMA's”, wordt de dispenser DD (of de pomp P1 indien geïnstalleerd) tijdens het wassen automatisch geactiveerd. Het neutralisatiemiddel voor het spoelen wordt tijdens de fase na het wassen automatisch door de pomp P2 gedoseerd.
Voor goede resultaten is het gebruik van reinigingsmiddelen van goede kwaliteit van groot belang. Bewaar de afgesloten flacons met reinigingsmiddel op een droge plek om de vorming van klonten te voorkomen die het wasproces zouden kunnen schaden. Geopende flacons mogen niet te lang worden bewaard omdat de efficiëntie van het reinigingsmiddel achteruit zou kunnen gaan.
Tijdens de installatie en het vervangen van een volledig lege tank van een vloeibaar product, moet u programma nr. 8 - SERVICE - uitvoeren om de vloeistof te laden. De leiding die van de tank naar de pomp voert moet namelijk worden gevuld om zeker te zijn van een correcte productdosering tijdens latere wascyclussen.
6.2.1 AANZUIGSYSTEEM VLOEIBARE REINIGINGSMIDDELEN
Elke peristaltische pomp wordt samen met een reinigingsmiddelaanzuigsysteem geleverd dat als volgt is samengesteld:
1. een roestvrijstalen aanzuigbuis voor het aanzuigen van het reinigingsmiddel uit de tank.
2. een kegelvormige rubberen steun voor de correcte positionering van de aanzuigbuis.
3. de flexibele siliconenslang voor de aansluiting van de roestvrijstalen aanzuigbuis op de peristaltische pomp.
4. Rechtstreeks op de roestvrijstalen buis gemonteerd reinigingsmiddel-aanzuigfilter.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 41 - 70
LET OP Het is van groot belang dat het op de aanzuigbuis aangebrachte etiket overeenstemt met het type aangezogen reinigingsmiddel.
Wij verwijzen u naar de volgende kleurcode:
1. Wit/transparant: P1, alkalisch reinigingsmiddel
2. Rood: P2, zuur neutralisatiemiddel
Een foute aansluiting (bijvoorbeeld het omwisselen van de reinigingsmiddelen P1 en P2) tast de efficiëntie van het proces aan.
Foute aansluitingen die leiden tot het mengen van verschillende chemicaliën in de aanzuigsystemen kunnen onherstelbare schade aanrichten aan delen van het circuit. Foute aansluitingen van de reinigingsmiddelaanzuigsystemen zullen de garantie op de betrokken delen doen vervallen (peristaltische pompen, aanzuig- en reinigingsmiddelinvoercircuit, niveau- en debietsensoren, indien aanwezig).
De aanzuigbuis wordt geleverd met een aanzuigfilter. Het filter is met een geringe interferentie op de buis aangebracht. Verzeker u ervan dat het filter altijd aanwezig en goed geplaatst is om de goede werking van het reinigingsmiddelinvoersysteem te behouden.
Controleer regelmatig of de siliconenslang goed is aangebracht op de roestvrijstalen aanzuigbuis en of er geen lekken zijn. Gebruik geschikte middelen (bv. plastic klem) om de siliconenslang mee op de roestvrijstalen buis te bevestigen.
fig. 27 – Configuratie aanzuiging reinigingsmiddelen. Plaatsing van de reinigingsmiddelaanzuigbuis in de tank. Laat, voor een veilige en perfecte
plaatsing, de rubberen dop overeenstemmen met de opening van de tank. De zuigbuis wordt geleverd met een aanzuigfilter.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 42 - 70
6.3 GEBRUIK VAN DE REINIGINGSMIDDELDISPENSER
De reinigingspoederdispenser “DD” bevindt zich aan de binnenkant van de deur, ingebouwd in de “contradeur”: Uitgezonderd het “Voorwassen” programma, moet u vóór iedere wasbeurt de dispenser vullen met de juiste dosis
reinigingsmiddel. U opent de deksel van de reinigingsmiddeldispenser met de hendel. Voeg het reinigingsmiddel toe en sluit de deksel zorgvuldig.
MAX
MIN
fig. 28 – Reinigingspoederdispenser DD, toegankelijk bij een geopende deur.
Tijdens het wassen wordt de dispenser automatisch geopend.
Bij gebruik van het reinigingsmiddel Smeg Deterglass is de aanbevolen hoeveelheid, met standaard waterlading van 9 liter, 27 - 45 g (aanbevolen concentratie 3-5 g/liter), hoeveelheid aangegeven door de referentielijnen in reliëf op de binnenrand van de dispenser. Gebruik voor de dosering de geleverde maatbeker: het gebruik van een dispenser bevordert de herhaalbaarheid van
het proces.
fig. 29 – Meegeleverde maatbeker voor reinigingsmiddeldosering.
Raadpleeg de technische specificaties en het veiligheidsinformatieblad van de producten.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 43 - 70
6.4 AANBEVOLEN REINIGINGSMIDDELEN
Één fundamentele factor om verzekerd te zijn van goede wasresultaten is het gebruik van de juiste reinigingsmiddelen. Bij gebruik van de onderstaand aanbevolen producten garandeert Smeg optimale wasresultaten.
Wendt u zich tot uw Smeg-vertegenwoordiger voor aanbevelingen betreffende de geschikte types reinigingsmiddelen voor uw apparaat en hun gebruikswijzen.
WAARSCHUWING Houdt u zich altijd aan de VOORSCHRIFTEN van de FABRIKANT van de reinigingsmiddelen, in het bijzonder voor wat betreft de AANBEVOLEN DOSERINGEN en de correcte GEBRUIKSTEMPERATUREN.
Veiligheidsinformatie verstrekt conform de norm 5.4.4.s IEC 61010-2-040.
Houdt u zich aan de instructies en de veiligheidsinformatiebladen van de producten.
De veiligheidsinformatiebladen zijn op verzoek beschikbaar bij SMEG S.p.A. instruments@smeg.it
Voor de serie GW aanbevolen reinigingsmiddelen
Onderstaand vindt u een lijst met producten waarvan Smeg de voorziene wasresultaten garandeert.
Alkalische reinigingsmiddelen - P1
Smeg DETERLIQUID D en D2 Smeg DETERLIQUID SP
Reinigingspoeder - DD
Smeg DETERGLASS
Zure neutralisatiemiddelen - P2
Smeg ACIDGLASS P en P2
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 44 - 70
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN REINIGINGSMIDDELEN
GA HEEL VOORZICHTIG OM MET DE REINIGINGSMIDDELTANKS
Let op: reinigingsmiddelen kunnen GIFTIG zijn. Raadpleeg de veiligheidsinformatiebladen van de producten.
Vervang een lege tank met een volle tank met hetzelfde product. Wanneer u achtergebleven resten uit de lege tank wilt overgieten in de volle tank, moet u ervoor opletten dat u de nieuwe tanks niet te veel vult om het overstromen ervan tijdens het invoeren van de aanzuiglansen te voorkomen.
Wij bevelen het gebruik aan van beschermende handschoenen tijdens het eventuele overgieten, bijvullen en invoeren van de aanzuiglansen. Informatie verstrekt conform 5.4.3.m,
5.4.4.n, 5.4.4.q IEC 61010-2-040:2005
EERSTE HULPMAATREGELEN IN GEVAL VAN AANRAKING MET DE REINIGINGSMIDDELEN
Voorschriften verstrekt conform par. 5.4.4.p IEC 61010-2-040. Trek alle besmette kledingstukken uit en berg ze op een veilige plek op. Bij contact met de huid of de ogen: onmiddellijk spoelen met veel water. Breng zo mogelijk een steriel verband aan. Raadpleeg een arts. Inname: spoel de mond met heel veel water. Raadpleeg onmiddellijk een arts.
VEILIGHEIDSINFORMATIEBLADEN VAN DE REINIGINGSMIDDELEN Wij bevelen aan om de VEILIGHEIDSINFORMATIEBLADEN van de reinigingsmiddelen te bewaren:
1. in de nabijheid van de plek waarin deze worden bewaard;
2. in de nabijheid van de apparaten;
op gemakkelijk toegankelijke plekken. Het verdient aanbeveling om regelmatig (bv. 1 maal per jaar) de bijgewerkte veiligheidsinformatiebladen op te vragen. De informatiebladen worden u op verzoek door Smeg S.p.A. geleverd.
VERNIETIGING
Informatie verstrekt conform par. 5.4.4.L IEC 61010-2-040:2005. VERNIETIGING van eventuele productresten en de houders (tanks en flacons): raadpleeg de veiligheidsinformatiebladen van de producten, in de sectie "OVERWEGINGEN MET BETREKKING TOT DE VERNIETIGING". Bij verlies van de informatiebladen kunt u ze aanvragen bij SMEG S.p.A. instruments@smeg.it De voor de apparatuur verantwoordelijke persoon moet de resten van de reinigingsmiddelen en hun houders vernietigen conform de geldende nationale en plaatselijke wet- en regelgeving.
ONTVLAMBAARHEID
Raadpleeg altijd de veiligheidsinformatiebladen van de reinigingsmiddelen om de ontvlambaarheid van de producten te beoordelen.
Gebruik geen ontvlambare producten in de machine.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 45 - 70
7 ALARMEN en SIGNALERINGEN
In deze paragraaf vindt u instructies voor de interpretatie van de alarmberichten en de eventueel noodzakelijke tegenmaatregelen. Informatie verstrekt conform 5.4.4.j IEC 61010-2-040:2005.
De display van de machine is uitgerust met achterverlichte led-symbolen. Zie ook de uitleg verstrekt in de paragraaf: SIGNALERINGSLEDS – GEDETAILLEERDE UITLEG. De symbolen bovenin de display verwijzen naar SIGNALERINGEN van de machine voor de gebruiker, zoals
onderstaand op gedetailleerde wijze beschreven (ter volledigheid verwijzen wij ook naar par. “BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGEN EN PROGRAMMA'S”).
fig. 30 – Middelste display, detail van de achterverlichte symbolen.
SYMBOOL
BETEKENIS
Onderhoud machine
De machine controleert het aantal uitgevoerde cyclussen en informeert de gebruiker met brandende leds over de noodzaak van periodiek onderhoud van de machine. Dit zijn controle- en onderhoudswerkzaamheden die om de 1000 cyclussen moeten worden uitgevoerd door bevoegde personeel van Smeg om het apparaat efficiënt en veilig te houden.
Dit onderhoudswerk wordt niet gedekt door de garantie van het product, die de vervanging van onderdelen waarvan het prestatieverlies het gevolg is van normale gebruiksslijtage, niet dekt.
Ontbreken zout
Er moet zout worden toegevoegd aan het reservoir van de onthardingsinstallatie in de kuip. De onthardingsinstallatie heeft het zout nodig om het water aan de ingang te behandelen en er de hardheid van te verminderen. De hardheid van het vulwater wordt ingesteld in de machineparameters op basis van de aanwijzingen van de gebruiker. Wij bevelen aan om regelmatig (1 maal per 6 maanden/jaar) de geldigheid van de karakteristieken te controleren. Bij een wijziging van de karakteristieken moet u Smeg raadplegen voor een aanpassing van de parameters.
Alarm
De machine heeft een abnormale gebeurtenis geconstateerd die het gevolg kan zijn van een defect of abnormale omstandigheden.
Op de display met segmenten verschijnt de tekst “AF” plus een numerieke identificatiecode van
het in werking getreden alarm. Om de diagnose en het opsporen van de storingen te vereenvoudigen is in de volgende alarmentabel elke code gekoppeld aan de onderdelen die mogelijk de oorzaak zijn van het probleem.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 46 - 70
Onderstaand vindt u de lijst van de alarmen waarmee het apparaat is uitgerust: zij zijn onderverdeeld in “FATAAL" en “NIET FATAAL".
- In het eerste geval, “FATALE ALARMEN”, is het getoonde bericht "AF" gevolgd door het alarmnummer.
- In het tweede geval, “NIET-FATALE ALARMEN”, gaat het om eenvoudige signaleringen en niet om werkingsstoringen, het bericht dat verschijnt is "A-" gevolgd door het alarmnummer. Wanneer
u de toets “Start/Stop” indrukt kunt u het gebruik van het apparaat voortzetten.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 47 - 70
HET OPTREDEN VAN ALARMEN - LEES AANDACHTIG DOOR
Bij het optreden van een alarm zal het apparaat automatisch een veilige status willen innemen. In deze gevallen knippert de alarmcode op de display tot het eind van het automatische beheer: in
deze fase WORDT GEEN RESET GEACCEPTEERD. Een door de gebruiker geforceerde RESET wordt alleen geaccepteerd na voltooiing van het beheer en indien het alarm op de display “ononderbroken” brandt.
Wanneer u een alarmsignalering constateert moet u: In de onderstaande tabel de betekenis van de code en de toepasselijke tegenmaatregelen opzoeken. De van geval tot geval aanbevolen tegenmaatregelen toepassen.
Voor een eenvoudig gebruik vindt u onderstaand samengevat de typische handelingen die van de gebruiker worden verlangd:
1. Ten eerste moet u de handelingen uitvoeren die zijn beschreven in de DEFAULTPROCEDURE.
2. Wanneer het alarm niet stopt moet u de aanwijzingen in de HERSTELPROCEDURE verder opvolgen.
1. DEFAULTPROCEDURE
Wanneer de gebeurtenis die het alarm heeft doen afgaan het gevolg is van een tijdelijke afwijking, kunt u dit oplossen met de volgende procedure:
Uitschakeling met de toets “On/Off” en daaropvolgende inschakeling met dezelfde toets. Tijdens het automatische beheer van de afwijking verschijnt op de display knipperend de tekst “OFF”. Op het eind van het beheer brandt de tekst “OFF” ononderbroken.
2. HERSTELPROCEDURE bij een alarm van het type AF (vaste toegang op de display):
1. Voer de RESET-cyclus uit
2. Wanneer na de RESET-cyclus de alarmsignalering verdwijnt kunt u, nadat u het apparaat met On/Off heeft uit- en weer ingeschakeld, het normale gebruik ervan hervatten.
3. Wanneer, na de RESET-cyclus de alarmsignalering voortduurt moet u het apparaat uit­en weer inschakelen met de “On/Off” toets en de elektrische loskoppeling (wacht ten minste 10 seconden na het uitschakelen en het weer inschakelen).
4. Wanneer bij het weer starten van de machine het alarm opnieuw afgaat moet u de
RESET proberen.
Wanneer ook na de RESET-procedures het alarm aanhoudt, moet u:
1. De vulwaterkraantjes sluiten.
2. De elektrische voeding van het apparaat loskoppelen.
3. Controleren of de staat van de (elektrische en water-) aansluitingen van het apparaat
correct zijn en er geen veranderingen zijn opgetreden ten opzichte van de oorspronkelijke installatie-omstandigheden.
4. Contacteer de technische servicedienst van Smeg.
fig. 31 Toetsen voor de selectie van de RESET-cyclus (toetsen: “Start/Stop” + “Functies”) - lang indrukken.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 48 - 70
ALARM ID
BESCHRIJVING
HANDELING GEBRUIKER
AF:01
Het water wordt niet binnen de voorziene tijd verwarmd.
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:04
De sonde “TL1” (temperatuur in de kuip) meet een hogere temperatuur dan de doeltemperatuur.
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:05
De werktemperatuursonde “TL1” genereert een abnormaal signaal (sonde “geopend").
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:11
Geen koud water tijdens de vulfasen.
Controleer de watertoevoer:
1. Controleer of de kraan aan de ingang open is.
2. Controleer de druk van het vulwater.
3. Controleer de correcte plaatsing van de vulslangen.
Voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:13
Geen gedemineraliseerd water (demiwater).
Controleer de watervoorziening - demiwater:
1. Controleer of de kraan aan de ingang open is.
2. In het geval van water in een tank (met PAD-accessoire)
moet u controleren of de tank niet leeg is, of te laag is opgesteld.
3. Controleer de druk van het vulwater.
4. Controleer de overeenstemming tussen de instellingen
op de display en de hydraulische aansluitingen (aanwezigheid of niet van demiwater).
Voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:17
Vultijd van het koude water niet correct.
Controles en procedures vergelijkbaar met die voor AF:11
AF:19
Vultijd demiwater te lang. De machine heeft teveel tijd nodig voor het vullen met gedemineraliseerd water.
Controles en procedures vergelijkbaar met die voor AF:13
AF:23
Onvoldoende water. Daling waterniveau in kuip.
Controles en procedures vergelijkbaar met die voor AF:11
Controleer verder of de machine geen lekkages heeft; dit is zichtbaar aan de aanwezigheid van water in de nabijheid van het apparaat.
Bij lekkages moet u onmiddellijk alle vulwaterkraantjes sluiten en de technische servicedienst waarschuwen.
AF:25
Afwijking hydraulisch circuit. Afwijking verbonden aan de
waspomp “ML”. Druk waspomp
onvoldoende.
Mogelijke aanwezigheid van schuim in de kuip. Controleer het gebruikte type reinigingsmiddel. Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 49 - 70
ALARM ID
BESCHRIJVING
HANDELING GEBRUIKER
AF:26
Afwijking verbonden aan het ongewenst binnenstromen van water in de kuip. Mogelijke breuk van de vulklep voor het koude water “EVF”.
Controleer de watertoevoer: controleer of de druk van het vulwater binnen het toegestane bereik is. Voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren. Controleer verder of de machine geen lekkages heeft; dit is zichtbaar aan de aanwezigheid van water in de nabijheid van het apparaat.
Bij lekkages moet u onmiddellijk alle vulwaterkraantjes sluiten en de technische servicedienst waarschuwen.
AF:28
Afwijking verbonden aan het ongewenst binnenstromen van gedemineraliseerd water in de kuip. Mogelijke breuk van de vulklep voor het koude water “EVD”.
Controleer de watertoevoer: controleer of de druk van het gedemineraliseerde water binnen het toegestane bereik is. Voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren. Controleer verder of de machine geen lekkages heeft; dit is zichtbaar aan de aanwezigheid van water in de nabijheid van het apparaat.
Bij lekkages moet u onmiddellijk alle vulwaterkraantjes sluiten en de technische servicedienst waarschuwen.
AF:29
De kuip wordt niet geleegd. Geen waterafvoer.
Controleer de aansluiting op de waterafvoer, en in het bijzonder de hoogte van de afvoeraansluitingen ten opzichte van de voorschriften en eventuele vernauwingen in de afvoerslangen.
AF:30
Tijdens de werkcyclus stijgt het waterniveau tot boven het veiligheidsniveau. Veiligheidsniveau van het water.
Controleer de watertoevoer van de machine:
1. Druk aan de ingang.
2. De juistheid van de aansluitingen, volgens de voorschriften in deze handleiding.
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
Bij lekkages moet u onmiddellijk alle vulwaterkraantjes sluiten en de technische servicedienst waarschuwen.
AF:32
Er blijft water achter in de waskamer terwijl de machine in stand-by staat.
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren. Bij lekkages moet u onmiddellijk alle vulwaterkraantjes sluiten en de technische servicedienst waarschuwen.
A:37
Problemen tijdens de gemengde afvoerfase.
De gemengde afvoer is een optie gebruikt in bijzondere gevallen voor het afkoelen van het afvoerwater. Controleer het volgende:
1. De temperatuur van het binnenkomende koude water. Als deze niet laag genoeg is (aanbevolen T<25°C) kunnen er problemen zijn bij het bereiken van de doeltemperatuur (T_target)
2. Problemen bij de afvoer, controleer de leidingen en aansluitingen van de afvoer ten opzichte van de voorschriften.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 50 - 70
ALARM ID
BESCHRIJVING
HANDELING GEBRUIKER
AF:54
Constatering opening deur tijdens lopende cyclus. Afwijking microschakelaar deurvergrendeling.
1. Verzeker u er voordat u een cyclus start van dat u de deur goed afsluit.
2. Forceer de opening van de deur niet tijdens het uitvoeren van een cyclus; gebruik altijd de drukknoppen van het apparaat om een cyclus te blokkeren en de deur te openen.
3. Verzeker u ervan dat er zich geen voorwerpen tussen de deur en de kuip van het apparaat bevinden die er de correcte sluiting van verhinderen.
3. Voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:56
Afwijking van de deurvergrendeling, geen automatische opening.
Verzeker u er altijd van dat u de deur goed afsluit voordat u een cyclus start. Probeer opnieuw om het apparaat te openen met de drukknop
Opening deur. Gebruik in geval van nood de in deze handleiding beschreven handmatige vrijgave van de deur.
Voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:73
Fout intern geheugenarchief
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:74
Waterlekkage uit de kuip. Alarm alleen geactiveerd in aanwezigheid van de Acquastop-accessoire.
Sluit de vulwaterkraantjes. Contacteer de technische servicedienst.
AF:75
Geen zout in de waterontharder
Het alarm wordt niet weergegeven op de display maar
opgeslagen in het machine-archief. Op de display gaat de bijbehorende led branden.
Voeg zout toe aan het zoutreservoir van de ontharder, in de kuip, dat bij een geopende deur toegankelijk is.
AF:77
Temperatuur water aan de ingang hoger dan 45 °C; het voorwassen moet worden uitgevoerd bij een temperatuur van minder dan 45 °C.
Het alarm treedt in werking wanneer de temperatuur aan het begin van de cyclus hoger is dan 45°C. Wacht tot de machine is afgekoeld voordat u een nieuwe cyclus begint.
AF:78
Restore fail. Probleem op het elektronische moederbord.
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:79
Programma niet consistent.
Het alarm gaat af wanneer een programma incompatibel blijkt met de machine-instellingen
AF:91
Intern geheugenarchief vol.
Dit alarm is default niet geactiveerd. Om het apparaat te kunnen gebruiken moet u het geheugen vrijmaken: de handeling kan worden uitgevoerd door aansluiting op de machine via de interne seriële poort RS 232 (handeling voorbehouden aan de bevoegde technicus)
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 51 - 70
ALARM ID
BESCHRIJVING
HANDELING GEBRUIKER
AF:93
Onderhoud machine.
Het alarm wordt niet weergegeven op de display maar
opgeslagen in het machine-archief. Op de display gaat de bijbehorende led branden.
De machine heeft het aantal vooringestelde gebruiksuren vanaf de installatie of de laatste onderhoudsbeurt overschreden: contacteer de technische servicedienst voor het periodieke onderhoud. Voor het behoud van de efficiëntie van het apparaat is het noodzakelijk dat u zo snel mogelijk het geprogrammeerde onderhoud laat uitvoeren. De signalering wordt opgeslagen in het interne geheugen van het apparaat.
AF:94
Temperatuur tijdens de extensiefase lager dan de doeltemperatuur. T-instabiel
Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
AF:96
Afwijking te hoog waterniveau in kuip.
Controleer de aansluitingen voor het vullen en afvoeren van het water en de naleving van de installatievoorschriften ervan. Wanneer u lekkages rondom het apparaat constateert moet u de vulwaterkraantjes sluiten. Voor de gebruiker: voer de hierboven beschreven DEFAULTPROCEDURE uit. Wanneer het alarm niet stopt moet u de HERSTELPROCEDURE uitvoeren.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 52 - 70
8 REINIGING EN ONDERHOUD
LOSKOPPELING ELEKTRISCHE VOEDING EN WATERTOEVOER Voor iedere interventie moet u de elektrische voeding loskoppelen met de speciale
scheidingsschakelaar op het bedieningspaneel of door het losmaken van de voedingskabel en moet u de vulwaterkraantjes dichtdraaien.
VRIJE RUIMTE
U moet kunnen beschikken over een vrije ruimte van circa 1m2 voor de machine om op correcte wijze te werk te kunnen gaan.
VERVANGING VAN DE VOEDINGSKABEL Bij een vervanging van beschadigde elektrische voedingskabels moet u kabels van het type FROR 450/750 gebruiken, met een doorsnede overeenkomstig de doorsneden van de in de fabriek
gemonteerde kabels (de gemonteerde kabels zijn gemerkt naar type en karakteristieken). Deze vervanging mag alleen worden uitgevoerd door bevoegd technisch personeel. Gebruik originele onderdelen van Smeg.
LET OP Door niet bevoegd personeel op het apparaat uitgevoerde werkzaamheden vallen niet onder de garantie en zijn voor rekening van de gebruiker.
Gebruik tijdens het onderhouds- en reinigingswerk zo nodig persoonlijke beschermingsmiddelen.
8.1 REINIGING VAN HET APPARAAT EN DELEN ERVAN
Algemene reiniging
De buitenoppervlakken en de contradeur van het apparaat moeten met regelmatige tussenpozen (aanbevolen: maandelijks) met een zachte, met water of een normaal schoonmaakmiddel voor stalen oppervlakken bevochtigde doek worden schoongemaakt. De pakkingen van de deur moeten met een vochtige spons worden schoongemaakt. Na het reinigen bevelen wij een onbelaste wascyclus aan, oftewel zonder te behandelen lading, om eventuele resten van het reinigingsmiddel te verwijderen.
fig. 32 – Wij schrijven een interne en externe reiniging van het apparaat voor.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 53 - 70
Reiniging van het vulwaterfilter
Het filter voor het binnenkomende water “A” aan de uitgang van het kraantje moet regelmatig worden gereinigd; met
aanbevolen tussenpozen van 1 maal om de 2 - 6 maanden, afhankelijk van de kwaliteit van het vulwater. Sluit de waterkraan, draai het uiteinde van de vulslang los, verwijder het filter “A” en maak het voorzichtig schoon onder een straal water. Plaats het filter “A” weer terug in zijn behuizing en draai de vulwaterslang zorgvuldig vast. Let goed op voor het vrije eind van de slang om het wegstromen van water in de ruimte te voorkomen.
fig. 33 – vulwaterfilter "A"
Reiniging van de sproeiarmen
Om de mondstukken periodiek te reinigen en mogelijke verstoppingen te voorkomen kunnen de sproeiarmen gemakkelijk worden verwijderd door het losdraaien van de gekartelde moer voor de bevestiging van de draaipen. Was de sproeiarmen onder een straal schoon water; plaats ze weer zorgvuldig in hun houders terug en controleer of hun draaibeweging op geen enkele wijze wordt belemmerd. Aanbevolen tussenpoos voor het reinigen van de sproeiarmen: iedere week. Voor de wagens uitgerust met vast mondstuk voor het sproeien: raadpleeg de handleiding van de wagen voor de reinigingsinstructies.
fig. 34 – Onderste sproeiarm apparaat: demonteer en reinig hem regelmatig om de wasefficiëntie te behouden.
Reiniging van de filtergroep
De filtergroep bestaat uit een zacht filterelement, een kegelvormig microfilter en een groter buitenfilter. Om de efficiëntie van de machine te verzekeren is het belangrijk dat de filters schoon blijven. Om de afzettingen die er de werking van kunnen benadelen te verwijderen bevelen wij aan om de filters regelmatig te controleren (bv. na iedere cyclus bij het wassen van glaswerk met papieren etiketten). Onder normale omstandigheden wordt het reinigen van de filters 1 keer per week aanbevolen.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 54 - 70
fig. 35 – Afvoerfilters in kamer, procedure voor de demontage en detailweergave.
Zacht kegelfilter
Om het zachte filter te verwijderen moet u de “oren” van het filter indrukken en hem naar boven trekken (kader A,
figuur boven). Reinig het filter en plaats hem terug.
Kegelvormig microfilter
Dit filter is onder het zachte kegelfilter geplaatst (kader B): het verdient aanbeveling om het tijdens de inspectie van het zachte filter te controleren en te reinigen. Voor een perfecte reiniging bevelen wij het gebruik aan van een borsteltje en warm water.
Rond extern filter
Voor de demontage van dit filter moet u:
De “oren” van het zachte kegelvormige filter vastpakken en rechtsom draaien (kader C). Zonder de oren in te drukken alles opheffen (kader D).
Wanneer u dit filter reinigt bevelen wij aan om ook de andere filters te reinigen.
Waarschuwingen en aanbevelingen voor een goed onderhoud
De filters moeten worden schoongemaakt met een harde borstel onder een waterstraal. Het is absoluut noodzakelijk dat de filters zorgvuldig worden schoongemaakt overeenkomstig de bovenstaande
aanwijzingen: het apparaat kan niet functioneren als de filters verstopt zijn.
Alvorens een wasprogramma uit te voeren moet u de filters weer zorgvuldig terugplaatsen in hun behuizingen.
8.2 WANNEER HET APPARAAT ONGEBRUIKT BLIJFT
Wanneer u voorziet dat het apparaat langdurig ongebruikt zal blijven moet u zich aan de volgende aanbevelingen houden. De procedure wordt met name aanbevolen voor periodes van ongebruik van of langer dan 24 uur.
Voer het programma 1 VOORWASSEN uit zonder te behandelen lading. Voer bij het bewerken van besmette materialen een programma uit met een thermische desinfectiefase Td,
zonder lading in de machine.
Koppel de elektrische voeding los. Laat de deur op een kier om de vorming van vieze luchtjes in de waskuip te voorkomen.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 55 - 70
Sluit de kraan van het binnenkomende water.
8.3 HERGEBRUIK VAN HET APPARAAT NA EEN PERIODE VAN ONGEBRUIK
Wanneer het apparaat langere tijd ongebruikt is gebleven moet u, voordat u de cyclus start, de volgende aanbevelingen opvolgen.
Controleer het filter aan de ingang van de waterleidingen en controleer of er zich geen bezinksel of roest in de
leidingen heeft gevormd, laat in dat geval het water een paar minuten lang uit de kraan stromen.
Herstel de elektrische voeding (indien losgekoppeld). Monteer de vulwaterslang weer terug en open de kraan. Voer onbelast, zonder te behandelen lading, een programma uit met thermische desinfectie Td.
Voordat u het apparaat gebruikt bevelen wij een onbelaste thermische desinfectiecyclus aan wanneer het apparaat 24 uur of langer ongebruikt is gebleven.
8.4 KLEINE STORINGEN OPLOSSEN
In sommige gevallen kunt u zelf aan de hand van de onderstaande instructies eventuele kleine storingen verhelpen.
1. Controleer, als het programma niet start, of:
De wasmachine voor glaswerk op het elektriciteitsnet is aangesloten. De levering van de elektrische stroom niet is onderbroken. De waterkraan geopend is. De deur van de wasmachine voor glaswerk op correcte wijze is gesloten.
2. Controleer, als er water in het apparaat achterblijft, of:
Er geen knik in de afvoerslang zit. De sifon van de afvoer niet verstopt is. De filters van de wasmachine voor glaswerk niet verstopt zijn.
3. Wanneer de algemene elementen van de lading niet worden gereinigd, moet u controleren of:
Er (voldoende) reinigingsmiddel is ingevoerd; Het speciale reservoir regeneratiezout bevat. De instrumenten op correcte wijze waren geplaatst. Het geselecteerde programma geschikt was voor het type en de aard van vervuiling van de instrumenten. Alle filters schoon zijn en op juiste wijze in hun houders zijn geplaatst. De uitgangsopeningen van de sproeiarmen niet verstopt zijn. De draaiing van de sproeiarmen niet door een voorwerp werd belemmerd. Controleer of de dop van het zoutreservoir goed is afgesloten.
4. Controleer, als de elementen van de lading niet droog worden of mat blijven:
Of het daarvoor bestemde reservoir neutralisatiemiddel bevat; Of de dosering ervan goed is ingesteld; Of de kwaliteit van het gebruikte reinigingsmiddel goed is, en de eigenschappen er niet verloren van zijn gegaan
(bijv. als gevolg van een onjuiste opslag, met geopende verpakking).
Controleer of de dop van het zoutreservoir goed is afgesloten.
5. Als de behandelde elementen strepen, vlekken of vergelijkbaar hebben, moet u controleren of:
De regeling van de neutralisatiemiddeldosering niet te hoog is.
6. Als er roestsporen zichtbaar zijn in de kuip:
De kuip is van corrosiebestendig staal en eventuele roestsporen zullen daarom veelal afkomstig zijn van buitenaf
(stukjes roest afkomstig van de waterleiding, enz.). Om deze vlekken te verwijderen vindt u in de handel speciale producten;
Controleer of u de juiste reinigingsmiddeldoseringen gebruikt. Sommige reinigingsmiddelen kunnen agressiever
zijn dan andere;
Controleer of de dop van het zoutreservoir goed is afgesloten.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 56 - 70
Als, nadat u de bovenstaande instructies heeft opgevolgd, de storingen zich mochten blijven voordoen, zult u de dichtstbijzijnde bevoegde technische servicedienst moeten raadplegen.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 57 - 70
9 ROUTINEONDERHOUD EN -CONTROLES
9.1 DAGELIJKS
1. Controleer het niveau van het reinigingsmiddel en het neutralisatiemiddel in de tanks: vul ze zo nodig bij.
2. Controleer de beweging van de sproeiarmen en oefen een visuele controle uit van de uitgangsopeningen van
het water.
9.2 WEKELIJKS
1. Reinig het putfilter conform de instructies.
2. Voer voor het reinigen/desinfecteren van de waskuip als voorzorg een programma met een thermische
desinfectie uit, zonder te behandelen instrumenten.
9.3 HALFJAARLIJKS
1. Controleer de staat van de filters aan de ingang van de magneetventielen van het water: maak ze indien
nodig schoon door er warm water in tegengestelde richting tot de gebruiksrichting ervan doorheen te laten
stromen.
2. Controleer de status van de aanzuig- en persleidingen van de reinigings- en neutralisatiemiddelpompen.
9.4 JAARLIJKS
Wendt u zich op het eind van de garantieperiode en jaarlijks voor alle latere jaren, of, indien vaker bij de signalering
van de led “Onderhoud machine”, tot het dichtstbijzijnde bevoegde technische servicecentrum van Smeg voor een
complete check-up van de machine.
Onderhoudswerk valt niet onder de garantie van het product, die ook niet de vervanging omvat van onderdelen waarvan het prestatieverlies het gevolg is van normale gebruiksslijtage.
Het werk dat het bevoegd personeel van Smeg met name uitvoert is:
1. De controle en eventuele vervanging van de versleten onderdelen van de peristaltische pompen (met name het
interne buisje).
2. De controle van de goede status en eventuele vervanging van de aanzuigbuisjes van het reinigingsmiddel.
3. De controle van de goede staat en eventuele vervanging van de pakking van de deur.
4. De controle en eventuele reiniging/vervanging van de filters (filters aan de ingang van het water op de
vulleidingen, reinigingsmiddelfilters op de aanzuigsystemen).
5. Controle van de regeling van de hardheid van het vulwater (voor een correcte regeling van de instellingen moet
de controle van het vulwater vooraf voor rekening van de klant worden uitgevoerd).
6. Controle van de juiste regeling van de dosering van de reinigingsmiddelen.
7. Uitvoering van een complete werkingscyclus, inclusief droogfase, voor de controle op eventuele lekkages of
afwijkingen tijdens de werking.
LET OP
In geval van storingen van de machine of schade aan zaken en/of personen als gevolg van het niet naleven van het bovenstaande, onthoudt SMEG zich van iedere betreffende aansprakelijkheid.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 58 - 70
10 TECHNISCHE SPECIFICATIES
De documentatie omvat een beschrijving van de nominale specificaties van de elektrische aansluiting, van alle ingangs- en uitgangsaansluitingen, van de omgevingsomstandigheden waarvoor het apparaat werd ontworpen. Ter
volledigheid verwijzen wij ook naar de paragraaf “INSTALLATIE” (ref. par. 5.4.2 IEC 61010-1:2001). Voor de “niet-elektrische” voedingen”, hebben we de druk- en debietbereiken vermeld (zie par. 5.4.2 IEC 61010-2-
040:2005).
BENODIGDE WATERVOORZIENING
Het benodigde type water
1 - Leidingwater (verplicht)
2 - Gedemineraliseerd water
(aanbevolen)
Druk
200 kPa – 500 kPa (2 bar – 5 bar)
Type verbindingsstuk met schroefdraad
3 / 4 ”
Benodigd debiet [min – max]
2 – 12 liter / min
Hardheid leidingwater [max]
42 °f
Fe2+ / Fe3+ [max]
0.5 ppm
Temperatuur koud water [max]
35 °C
Geleiding gedemineraliseerd water [max]
30μS/cm
Beperkingen afhankelijk van de microbiële besmetting
Benodigde minimale microbiologische kwaliteit: “type drinkwater”
(ref. gegevensbeperkingen van Italiaans wetsbesluit (D.Lgs) 31/2001)
AFMETINGEN en GEWICHT
Serie
GW0160
Standaard-extern [hoogte x breedte x diepte]
850 x 600 x 600
Standaard-extern + acquastop-accessoire
[hoogte x breedte x diepte] - de algehele hoogte verandert, +7mm
857 x 600 x 600
Standaard-extern + PAD1-accessoire [hoogte x breedte x diepte] - de algehele diepte verandert, +110mm / +150mm (afhankelijk van het geïnstalleerde PAD­model)
850 x 600 x 710 / 760
Nettogewicht
72 kg
Gewicht machine + verpakking
90 kg
MATERIALEN
Waskuip
AISI 304L
Ommanteling
AISI 304
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 59 - 70
ELEKTRISCHE VOEDING
SUFFIX
VOOR DE
NAAM
MOD.
ELEKTRISCHE VOEDING
AANBEVOLEN KARAKTERISTIEKEN MAGNETOTERMICO
[IN DE INSTALLATIE,
GELEVERD DOOR
GEBRUIKER]
Spanning/max. vermogen
Mogelijke elektrische configuraties: voor wat betreft de elektrische voeding onderscheiden de namen van de modellen zich door de suffixen.
Een model zonder suffix, bv. “GW0160”,
is een driefasig model, met neutraal, 400V tussen fase en fase.
. Suffix “3”: “GW0160-3”, “verwijst naar
het driefasige model, 230 V tussen fasen en fase, zonder neutraal.
.Suffix “-1”: “GW0160-1” verwijst naar het
enkelfasige model.
De extra numerieke suffix “6” verwijst
naar de 60Hz-versie van de 230V, 240V modellen.
Suffix “U”: Noord-Amerika-modellen,
208V omzetbaar (* defaultaansluiting)
standaard
400V 3N~ / 50Hz / 12A /
7000W
3P+N, 16A, 400V,
4,5kA (Pdi min.)
-6
400V 3N~ / 60Hz / 12A /
7000W
3P+N, 16A, 400V,
4,5kA (Pdi min.)
-3
230 V 3~ / 50 Hz / 19A /
7000W
3P, 20A, 400 V,
4,5kA (Pdi min.)
-36
230 V 3~ / 60 Hz / 19A /
7000W
3P, 20A, 400 V,
4,5kA (Pdi min.)
-1
230V 1N~ / 50Hz / 12A /
2800W
1P+N, 16A, 230V,
4,5kA (Pdi min.)
-16
230V 1N~ / 60Hz / 12A /
2800W
1P+N, 16A, 230V,
4,5kA (Pdi min.)
-U
208 V 3~ / 60 Hz / 17A / 6000W *
3P, 20A, 400 V, 4.5kA
208 V ~ / 60 Hz / 29A / 6000W
2P, 32A, 400 V, 4.5kA
ANDERE GEGEVENS
GEGEVENSCOMMUNICATIE
RS-232-POORT (intern, niet toegankelijk)
MAX GELUIDSNIVEAU
50 dB
OMGEVINGSOMSTANDIGHEDEN
GEBRUIK
Binnen
HOOGTE
Tot 1000 m
OMGEVINGSTEMPERATUUR
Van 5°C tot 40°C
RELATIEVE LUCHTVOCHTIGHEID
80% voor temperaturen t/m 31°C met lineaire afname
tot 50% bij de temperatuur van 40°C.
INSTALLATIECATEGORIE (of OVERSPANNINGSCATEGORIE of INSTALLATIECATEGORIE)
II
ELEKTRISCHE BESCHERMINGSKLASSE (ref. IEC 61140)
I
VERVUILINGSGRAAD
2 (ref. 61010-1, par.3.6.6.2)
WET- EN REGELGEVING EN CLASSIFICATIE
CONFORMITEIT - Noord-Amerika­modellen
IEC 61010-1(ed.2), IEC 61010-2-040(ed.1), CAN/CSA C22.2 No. 61010-1-04 / UL 61010-1, 2nd Edition
CONFORMITEIT - Andere modellen
- European directive 2006/95/CE [Veiligheid]: European Standard EN61010-1:2001, EN61010-2-040:2005
- European directive 2004/108/CE [Emc] : European Standard EN61326:2006
- European directive 2011/65/CE (RoHS 2) : European Standard EN 50581 :2012
- Other: European Standard EN 61770:2009
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 60 - 70
11 AFMETINGEN PRODUCT – WAARDEN IN mm
Voor speciale behoeften kunt u de machine bestellen met werkblad voor inbouw. Het product zal 30mm hoger zijn dan hetgeen aangegeven.
fig. 36 – Schematische tekening, buitenafmetingen van het product
CONFIGURATIE
A B C D E
F
STANDAARD
600
600
30
600
850
> 10
STANDAARD + ACQUASTOP
600
600
30
600
857
> 10
STANDAARD + PAD1
710/750
600
30
600
850
>10
12 PLAATSING MACHINE
BELANGRIJK
De machine moet met de achterkant in de buurt van een muur worden geplaatst (minimumafstand 10 mm) en worden geïnstalleerd door een bevoegde technicus van Smeg.
De installatiemonteur is verantwoordelijk voor de juist werking van het apparaat na de inbedrijfstelling ervan. Hij moet de gebruiker ook alle noodzakelijk informatie voor het juiste gebruik ervan verstrekken.
Tijdens de installatie moet hij de kraswerende folie van de stalen buitenoppervlakken verwijderen. De set met accessoires voor de montage (pakkingen en klemmen) bevindt zich in de waskuip. De machine kan met de zijkanten tegen ernaast geplaatste meubels worden gezet, waarbij u ervoor moet zorgen dat u de dampenafvoeropeningen aan de achterkant vrijlaat: wij bevelen achterwanden van metselwerk of waterdicht materiaal aan. Zorg er verder voor dat de warmte niet in aanraking komt met eventuele erachter gelegen circuits of stopcontacten. De machine heeft toe- en afvoerslangen voor het water die voor een correcte installatie zowel naar rechts als naar links kunnen worden geleid. Indien naar behoren klaargemaakt, kan de machine onder een werkblad worden geplaatst: dit werk kan door gespecialiseerd personeel worden uitgevoerd.
WATERPASSTELLING
Zet de machine op haar plek, draai de pootjes vast of los om er de hoogte van te regelen en de machine met een waterpas met luchtbel waterpas te stellen tot zij perfect horizontaal staat (max toegestane hoektolerantie: 0,5°, overeenkomstig een maximaal toegestane afwijking op de extreme uiteinden van de machine van circa 5mm). Een goede waterpasstelling zal een goede werking van de machine verzekeren.
LET OP
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 61 - 70
Voor alle regel-, onderhoudswerkzaamheden enz., moet het apparaat van de elektrische voeding worden losgekoppeld.
OPHEFFEN EN TRANSPORT
Voor het verlaten van de fabriek wordt het onderstel van de machine vastgemaakt op een pallet, die dient voor het opheffen als het vervoer. Gebruik voor het verplaatsen van de machine een vorkheftruck of een transpallet.
AANSLUITINGEN VAN DE MACHINE
ID.
BESCHRIJVING
A
Vulslang demiwater
B
Vulslang leidingwater
C
Elektrische voedingskabel
D
Afvoerslang machine
P1
Aanzuigslangetje peristaltische pomp P1 (standaard op de versie “S”, optioneel op de basisversie)
P2
Aanzuigslangetje peristaltische pomp P2
fig. 37 Achterzijde GW0160: Schematische tekening, verbindingen en aansluitingen aan de achterkant van de machine.
INSTALLATIE MET ONDERSTEL – VERHOGING MACHINE Bij installatie van het apparaat op een verhogend onderstel (bv. product Smeg “B6040”), met hoogte “HB” (hoogte
onderstel), moeten alle waarden betreffende de hoogte ten opzichte van de vloer verstrekt in dit document worden vermeerderd met dezelfde waarde “HB”.
HMi = Hi + HB
Waarbij:
Hi = de algemene hoogte aangegeven in het document HB = de hoogte van het verhogende onderstel van de machine HMi = herberekende hoogte voor de machine die op het onderstel is geïnstalleerd
fig. 38 – Onderstel Smeg B6040.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 62 - 70
13 VOORSCHRIFTEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE
LET OP
De elektrische installatie waarop de machine wordt aangesloten moet absoluut conform de geldende wet ­en regelgeving op de plaats van installatie zijn. Alle werkzaamheden betreffende de elektrische controles en gereedmaking van de installaties moeten worden uitgevoerd volgens de regelen der kunst door deskundig personeel, met bewezen ervaring en bevoegd tot het uitvoeren van werkzaamheden op elektrische installaties.
De controle van de efficiëntie van de aardaansluiting moet worden uitgevoerd door deskundig personeel.
De machines zijn gebouwd voor aansluiting op het elektriciteitsnet met de volgende spanningswaarden (afhankelijk van het gekozen model).
FAMILIE
VARIANT
(suffix achter de naam van het
model)
BESCHRIJVING
AANSLUITING
ELEKTRISCHE VOEDING
BEVEILIGINGEN AAN
BOORD VAN DE MACHINE
GW0160
STANDAARD
(bv.”GW0160” zonder
numerieke suffixen)
Driefasig 400V
400V 3N~ / PE / 50Hz / 12A / 7000W
ZEKERINGEN 10,3x38 16 A
OP VOEDING
[L1, L2, L3]
-6
(ex. GW0160-6)
Driefasig 400V, 60
Hz
400V 3N~ / PE / 60Hz / 12A / 7000W
ZEKERINGEN 10,3x38 16 A
OP VOEDING
[L1, L2, L3]
-3
(ex. GW0160-3)
Driefasig 230V
zonder neutraal
230V 3~ / PE / 50Hz / 19A / 7000W
ZEKERINGEN 10,3x38 20 A
OP VOEDING
[L1, L2, L3]
-36
(ex. GW0160-36)
Driefasig 230V
zonder neutraal,
60 Hz
230V 3~ / PE / 60Hz / 19A / 7000W
ZEKERINGEN 10,3x38 20 A
OP VOEDING
[L1, L2, L3]
-1
(ex. GW0160-1)
Enkelfasig 230V
230V 1N~ / PE / 50Hz / 12A / 2800W
ZEKERINGEN 10,3x38 16 A
OP VOEDING
[L1, N]
-16
(ex. GW0160-16)
Enkelfasig 230V,
60 Hz
230V 1N~ / PE / 60Hz / 12A / 2800W
ZEKERINGEN 10,3x38 16 A
OP VOEDING
[L1, N]
U
(ex. GW0160U
208V omzetbaar
208 V 3~ / 60 Hz / 17A / 6000W
(defaultaansluiting)
ZEKERINGEN 10,3x38 30 A
OP VOEDING
[L1, L2, L3]
208 V ~ / 60 Hz / 29A / 6000W
ZEKERINGEN 10,3x38 30 A
OP VOEDING
[L1, L2]
Karakteristieken van de voedingskabel die met de apparatuur wordt geleverd:
- FROR 5 x 2,5 mm
2
(5G2,5), 450/750 V, merk IMQ (versie 400 V driefasig)
- FROR 4 x 2,5 mm
2
(4G2,5), 450/750 V, merk IMQ (versie 230 V driefasig zonder neutraal)
- FROR 3 x 2,5 mm
2
(3G2,5), 450/750 V, merk IMQ (versie 230 V enkelfasig)
- SJT 4 x 10 AWG, 300 V (versie 208 V, modellen Noord-Amerika).
Het apparaat wordt geleverd zonder stekker, met kabel voorzien van voorgeïsoleerde terminal connectors.
De elektrische aansluiting van het apparaat moet plaatsvinden met een industriële stekker. De stekker en de montage ervan zijn voor rekening van de gebruiker. De stekker moet de juiste capaciteit hebben,
conform de gebruikte elektrische kabel en de elektrische karakteristieken van het apparaat.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 63 - 70
SCHEIDINGSINRICHTING
SCHEIDINGSINRICHTING Ieder apparaat moet beschikken over een eigen SCHEIDINGSINRICHTING. Eigenschappen van de scheidingsinrichting van de elektrische stroom
a. Meerpolig: hij moet alle geleiders die stroom voeren afkoppelen; b. Gemakkelijk toegankelijk door de gebruiker; c. Gemakkelijk in te schakelen (het gebruik van een gereedschap moet niet nodig zijn); d. Geplaatst in de nabije omgeving van het apparaat; e. Duidelijk zijn gekenmerkt als scheidingsinrichting van het apparaat.
Het apparaat is uitgerust met beveiligingen tegen overstromen. Het verdient hoe dan ook aanbeveling om in de schakelkast van de ruimte het volgende te voorzien: een specifieke beveiliging voor het apparaat, (bv. installatieautomaat of zekeringen op iedere fase, met passende capaciteit afhankelijk van de hierboven genoemde elektrische specificaties).
NOORD-AMERIKA-MODELLEN - 208V
De defaultaansluiting van het apparaat is: 208 V 3~ / 60 Hz / 17A / 6000W
De machine kan elektrisch worden omgezet naar de enkelfasige versie
208 V ~ / 60 Hz / 29A / 6000W.
De elektrische omzetting mag alleen door bevoegd technisch personeel van Smeg worden uitgevoerd. Referentiedocument: het elektrische schema van het apparaat. Alle onderdelen moeten worden vervangen door originele vervangingsonderdelen van Smeg.
14 HYDRAULISCHE VOORZIENINGEN
Legenda van de gebruikte afkortingen voor de wateraansluitingen.
AFKORTING
TOEVOER/AFVOER
TYPE WATER
cw
TOEVOER
koudwaterslang – cw (cold water)
dw
TOEVOER
slang gedemineraliseerd water onder druk – dw (demi water)
d
AFVOER
afvoerslang machine - d (drain)
14.1 WATERVULLING
14.1.1 KOPPELING WATERAANSLUITINGEN
De machine heeft twee vulwaterslangen voor het leiding- en gedemineraliseerd water.
De slangen zijn bestemd voor aansluiting op kranen met 3/4’’ schroefdraadverbinding voor gas. Gebruik het geleverde filter, "A" in de afbeelding, bij het aansluiten van het uiteinde van de vulslang.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 64 - 70
fig. 39 – Monteer de geleverde filters tijdens het vastkoppelen van de vulslang
FAMILIE
AANTAL
AANSLUITINGEN
TYPE AANSLUITING
cw
dw
GW0160
2
1
1
14.1.2 PLAATSING VAN DE VULKRANEN
De vulkranen van het water moeten zich in de nabijheid van het apparaat bevinden, op een voor de gebruiker toegankelijke plek. Onder verwijzing naar de onderstaande figuur, zijn de aanbevolen hoogtes:
I < 50 cm
HC < 100 cm
Afgezien van de lengte van de geleverde slangen die ongeveer 2 meter lang zijn, bestaan voor wat betreft de hoogte geen speciale beperkingen voor de plaatsing van de vulkranen.
fig. 40 – Schematische tekening. De vulwateraansluitingen kunnen zowel rechts als links van het apparaat worden aangebracht, altijd rekening
houdend met de maximumafstand “I” aangegeven door het product.
Let op: om het risico van verstoppingen en beschadigingen te voorkomen moet u, voordat u de wateraansluiting uitvoert op een nieuwe of langdurig ongebruikte waterleiding, verzekeren dat het water helder is, zonder vervuilingen.
14.1.3 VEREISTEN HYDRAULISCHE INSTALLATIE
Controles vooraf:
1. De voedingsdruk van het water moet binnen de vereiste limieten blijven : min. 2 bar - max. 5 bar.
2. De temperatuur van het warme water mag niet hoger zijn dan 50°C - Hogere temperaturen zouden de
efficiëntie van de ingebouwde waterontharder kunnen aantasten en de harsen die hij bevat, beschadigen.
3. De vulwaterkraantjes moeten toegankelijk zijn.
KARAKTERISTIEKEN VAN HET VULWATER
Cw: LEIDINGWATER - onontbeerlijk:
De werking van de machine vereist een aansluiting op leidingwater van “drinkwaterkwaliteit” met een max. hardheid
van 42°f en met een totaal gehalte aan opgelost ijzer, Fe2+ en Fe3+, van maximaal 0,5 ppm.
OPMERKING
Indien het vulwater hoeveelheden ijzer Fe2+/Fe3+ bevat van meer dan 0,5 ppm en/of het vulwater een hardheid heeft van meer dan 42°f (Franse graden) moet u met een bovenstroomse installatie van een ontijzerings- en/of onthardingsinstallatie zorgen voor een voorbehandeling van het water.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 65 - 70
LET OP - HARDHEID LEIDINGWATER
Door de gebruiker: de hardheid van het leidingwater moet vooraf worden gecontroleerd.
Alleen wanneer hij op de hoogte is van de hardheid van het vulwater kan de monteur van Smeg op correcte wijze de machineparameters betreffende de ingebouwde onthardingsinstallatie configureren.
U moet periodieke controles plannen (bv. halfjaarlijks/jaarlijks) van de kwaliteit van het vulwater om de handhaving van de beginwaarden te controleren en eventueel bij gewijzigde karakteristieken de machineparameters te kunnen corrigeren.
Dw: GEDEMINERALISEERD WATER - facultatieve, maar sterk aanbevolen aansluiting
Indien beschikbaar, wordt het gedemineraliseerde water (geleidbaarheid < 30 µS) aanbevolen voor chemisch gezien optimale wasbeurten, voor een betere verwijdering van de zoutresten aanwezig in het leidingwater voor het vullen; het ontbreken van deze aansluiting zal het afvoeren van de vuilresten niet beïnvloeden.
LET OP – ONTBREKEN DEMIWATER
Wanneer er geen demiwater beschikbaar is in de installatie, moet u de betreffende slang niet aan
de ingangen van het koude en/of warme water aansluiten. Laat de “demiwaterslang”
onaangesloten.
Het is noodzakelijk dat u de INSTELLINGEN van de machine door het Erkende servicecentrum
laat corrigeren.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 66 - 70
14.1.4 PAD-ACCESSOIRE VOOR DEMIWATER DAT NIET ONDER DRUK STAAT
De aansluiting op een lijn van gedemineraliseerd water zonder druk (bv. tank met hydrostatische druk) is alleen mogelijk met installatie van een speciale pomp voor gedemineraliseerd water. Voor het meest geschikte model voor de producten van de serie 0160: Contacteer Smeg.
LET OP
- VERZEKER U ER VOOR DE INSTALLATIE VAN HET “PAD-ACCESSOIRE" VAN, DAT:
De voedingsdruk van de PAD lager is dan 1 bar en hoger dan 0,1 bar.
- “PAD” GEKOPPELD MET EEN NIET ONDER DRUK STAAND RESERVOIR
Onder verwijzing naar de volgende afbeelding, moet het reservoir zich op een dusdanige hoogte L bevinden, dat:
L > 100 cm
De hoogte geeft de afstand aan tussen vloer waar de machine op rust en de onderzijde van het reservoir. Deze hoogte garandeert een druk aan de ingang van de PAD van ongeveer 0,1 bar.
SMEG kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor eventuele schade aan zaken of personen als gevolg van een niet correcte installatie van de pomp uitgevoerd door niet bevoegd
technisch personeel.
fig. 41 – Reservoir niet onder druk, hoogte ten opzichte van de vloer waar het apparaat op rust.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 67 - 70
14.2 WATERAFVOER
Waterafvoerslangen van de machine:
Rubberen eindstuk voor slangwartel diameter 21 mm (1/2”).
AANSLUITING WATERAFVOER De machine is uitgerust met een afvoerslang. De afvoerslang wordt aangeduid als:
- d - waterafvoerslang machine – d (drain)
Onderstaand vindt u een schema en samenvattende tabel.
fig. 42 Schematische tekening. De hydraulische afvoeraansluitingen kunnen zowel rechts als links op het apparaat worden aangebracht, waarbij u
altijd rekening moet houden met de maximumafstand aangegeven door het product “I”.
MODELLEN
AANTAL
WATERAFVOERSLANGEN
Waarde “I”
Afstand van de afvoer tot
de zijkant van het
apparaat [cm]
TYPE AFVOER EN HOOGTE “H” TOT
DE VLOER WAAROP DE MACHINE
RUST [cm]
Type
Hmin
Hmax
GW0160 xxx 1 50
d
65
80
fig. 43 Aansluiting van de afvoer. Afvoeraansluitingen – 65 cm < H < 80 cm. Waarde “X”: gebruik alleen de meegeleverde originele afvoerslangen
en de “slanggeleider” bochten. De waarde “X” tussen de afvoeraansluiting en het hoogste deel van de slang moet altijd kleiner zijn dan 20cm: X <
20cm.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 68 - 70
LET OP De afvoer moet worden aangebracht conform de internationale wet- en regelgevingen: onze
onderneming kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer een oneigenlijk gebruik van de
machine leidt tot verontreinigingen.
fig. 44 – Adapter met slangwartel voor slang 1/2".
Algemene installatienormen van de afvoer
Wij bevelen een waterafvoer met sifon aan. Tijdens het installeren moet u de volgende voorzorgsmaatregelen treffen:
Omdat de temperatuur van het afvoerwater 85°C is, moet het uiteinde van de afvoerslang vast in de slangwartel
zijn gemonteerd, met gebruikmaking van de meegeleverde klemmen.
De afvoerslang mag geen scherpe bochten met daaruit voortvloeiende vernauwingen hebben. Het uiteinde van de afvoerslang moet ten opzichte van de vloer waarop de machine rust, op een hoogte conform
de specificaties worden geplaatst.
Het uiteinde van de slang mag in geen geval in het water zijn ondergedompeld. De binnendiameter van de afvoerslang moet ten minste 40 mm zijn. Wij bevelen de installatie aan van een afvoerslang met een diameter van 50 mm. Op de met de machine meegeleverde afvoerslang mogen geen verlengingen worden aangebracht. Eventuele
verlengstukken zouden kunnen leiden tot terugstroomproblemen in de kuip.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 69 - 70
15 GEGEVENSAANSLUITING
Het apparaat is uitgerust met een communicatiepoort voor de gegevens, die alleen voor bevoegd technisch personeel en na verwijdering van delen van de mantel toegankelijk is. De RS232-poort kan alleen worden gebruikt voor de communicatie met de machine via het “TRACELOG”-programma van Smeg.
De RS-232-kabel voor de aansluiting moet de volgende karakteristieken hebben:
TYPE AANSLUITING
CONNECTOR
Gekruist (Null Modem)
Vrouwelijk/Vrouwelijk
fig. 45 – Vrouwelijke RS-232-connector.
Niet alle modellen PC zijn uitgerust met een seriële poort. Smeg stelt als accessoire een USB/SERIËLE POORT-converter ter beschikking. Neem contact op met uw vertrouwde verkoper voor technische details of aanbiedingen, of schrijf aan instruments@smeg.it
fig. 46 – Smeg USB/seriële poort converter.
Handleiding
Serie GW0160
Pag. 70 - 70
Smeg S.p.A.
Instruments Division
Via Leonardo da Vinci, 4 – 42016 Guastalla (RE) Italië
Tel. +39 0522 8211 – Fax +39 0522 821 592
E-Mail: instruments@smeg.it – service.instruments@smeg.it
www.smeg-instruments.com
Loading...