SMEG FAB 28 LO 1 User Manual [nl]

Page 1
Inhoudsopgave
1 Waarschuwingen 91
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen 91
1.2 Aansprakelijkheid van de fabrikant 93
1.3 Beoogd gebruik 93
1.4 Verwerking 94
1.5 Typeplaatje 94
1.6 Deze gebruiksaanwijzing 94
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing 95
2.1 Algemene beschrijving 96
2.2 Definitie van de delen 96
2.3 Bedieningspaneel 97
2.4 Beschikbare accessoires 97
3 Gebruik 99
3.1 Waarschuwingen 99
3.2 Voorbereiding 99
3.3 Eerste gebruik 99
3.4 Gebruik van de accessoires 100
3.5 Het gebruik van de koelcel 101
3.6 Het gebruik van de vriescel 102
3.7 Lawaai tijdens de werking 103
3.8 Warm oppervlak vooraan 103
3.9 Uitschakelen 103
3.10 Advies voor de bewaring 104
4 Reiniging en onderhoud 105
4.1 Waarschuwingen 105
4.2 Reiniging van het apparaat 105
4.3 Ontdooiing 106
4.4 Vervanging van de lamp 106
4.5 Oplossingen voor problemen… 107
5 Installatie 109
5.1 Elektrische aansluiting 109
5.2 Plaatsing 109
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
90
Page 2
Waarschuwingen
1 Waarschuwingen
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen
Persoonlijk letsel
• Raak geen
verwarmingselementen aan tijdens gebruik van het apparaat.
• Houd kinderen jonger dan 8 jaar
uit de buurt van het apparaat als zij niet voortdurend onder toezicht staan en zorg dat zij niet met het apparaat spelen.
• Probeer geen vlammen/brand te
doven met water: schakel het apparaat uit en bedek het vuur met een brandwerende deken.
• Werkzaamheden voor
schoonmaak en onderhoud die door de gebruiker moeten plaatsvinden, mogen niet worden uitgevoerd door kinderen die niet onder toezicht staan.
• Laat de installatie en technische
interventies uitvoeren door gekwalificeerd personeel overeenkomstig de geldende normen.
• Voer geen wijzigingen uit op het
apparaat.
• Probeer nooit om zelf het apparaat te repareren, zonder tussenkomst van een gekwalificeerde technicus.
• Het diepgevroren voedsel mag niet worden aangeraakt (en vooral niet met natte handen) of direct in de mond worden gedaan.
• Bewaar geen ontvlambare, explosieve of verdampende stoffen.
• Geen ontploffingsgevaarlijke stoffen, zoals spuitbussen gevuld met ontvlambare drijfgassen, in dit apparaat bewaren.
• Flessen die een hoog percentage alcohol bevatten, moeten goed gesloten zijn en in verticale positie worden opgeborgen.
• Als de stroomkabel beschadigd is, moet men onmiddellijk contact opnemen met de technische dienst die voor de vervanging van de kabel zal zorgen, om elk risico te voorkomen.
• Controleer of het apparaat is uitgeschakeld en van het elektriciteitsnet is afgekoppeld, voordat de lamp wordt vervangen.
NL
• Plaats geen metalen en puntige voorwerpen (bestek of gereedschappen) in de spleten van het apparaat.
91
Page 3
Waarschuwingen
Beschadiging van het apparaat
• Leg tijdens het gebruik geen scherpe metalen voorwerpen op het apparaat, zoals messen, vorken, lepels en deksels.
• Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Ga niet op het apparaat zitten.
• Oefen geen druk uit op de deur of de handgreep om het apparaat te verplaatsen.
• Gebruik geen stoomstraal om het apparaat te reinigen.
• Gebruik het apparaat in geen enkel geval om de ruimte af te koelen.
• Koppel het apparaat steeds los van het elektriciteitsnet in geval van defecten, het onderhoud, de vervanging van de lamp of tijdens de reiniging.
• Bewaar geen vloeistoffen in blik of glas in de diepvries.
• Gebruik geen puntige metalen voorwerpen om overtollig ijs uit de vriescel te verwijderen.
• Om te voorkomen dat het apparaat instabiel staat, moet het correct volgens de instructies in deze handleiding worden geïnstalleerd en bevestigd.
• Plaats geen zware voorwerpen bovenop het apparaat.
• Indien het apparaat vlakbij een andere koelkast of vriezer wordt geplaatst, houd dan minimaal 2 cm ruimte aan.
• Het apparaat niet in de openlucht installeren/gebruiken.
Voor dit apparaat
• Het apparaat mag door kinderen
boven de 8 jaar en door mensen met een lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke beperking of zonder de noodzakelijke ervaring of kennis gebruikt worden, mits zij onder toezicht staan of nadat zij geïnstrueerd zijn over het veilige gebruik van het apparaat en zij de bijbehorende gevaren hebben begrepen.
• Houd toezicht op kinderen zodat
zij niet met het apparaat kunnen spelen.
• Ga niet steunen of zitten op de
geopende deur van het apparaat.
• Controleer of er geen voorwerpen
in de deur vastzitten.
• Het apparaat bevat een kleine
hoeveelheid isobutaan (R600a). Pas tijdens het transport, de montage of de reiniging op dat het koelcircuit niet beschadigd raakt.
• Voorkom dat ventilatieopeningen
in de ruimte rondom het apparaat of in de inbouwnis zijn bedekt.
92
Page 4
Waarschuwingen
• Gebruik geen andere mechanische, elektrische of chemische middelen dan door de fabrikant worden aanbevolen om het ontdooien te versnellen.
• Voorkom dat het koelcircuit beschadigt (indien het toegankelijk is).
• Gebruik geen elektrische apparaten in de compartimenten voor de conservering van levensmiddelen als deze niet door de fabrikant zijn aanbevolen.
• Indien het koelcircuit wordt beschadigd, geen open vuur gebruiken en de ruimte goed luchten.
• Gebruik het apparaat of onderdelen ervan niet anders dan in deze handleiding wordt beschreven.
1.2 Aansprakelijkheid van de
fabrikant
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan personen en voorwerpen ten gevolge van:
• een ander gebruik van het apparaat dan wordt voorzien;
• het niet in acht nemen van de voorschriften van de gebruiksaanwijzing;
• het forceren van ook slechts één deel van het apparaat;
• het gebruik van niet-originele reserveonderdelen.
1.3 Beoogd gebruik
• Dit apparaat is bestemd voor de koeling en bewaring van vers en diepgevroren voedsel, in een huiselijke omgeving. Elk ander gebruik is oneigenlijk.
• Gebruik van dit apparaat door kinderen vanaf 8 jaar, personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale capaciteiten of met een gebrek aan ervaring of kennis is alleen toegestaan onder toezicht en begeleiding van volwassenen die verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
• Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met verminderde fysische of psychische vermogens, of door personen die geen ervaring hebben bij het gebruik van elektrische apparatuur, tenzij dit gebeurt onder toezicht of instructie van volwassenen die voor hun veiligheid instaan.
• Zorg ervoor dat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Het apparaat is niet ontworpen om te functioneren met externe timers of systemen voor afstandsbediening.
NL
93
Page 5
Waarschuwingen
1.4 Verwerking
Het apparaat moet op het einde van zijn gebruiksduur afzonderlijk
ingezameld worden (richtlijnen 2002/95/EG, 2002/96/EG, 2003/108/EG). Het product bevat geen delen die als gevaarlijk voor de gezondheid en het milieu worden beschouwd, conform de actuele Europese Richtlijnen.
Verwijdering van het apparaat:
• Snijd de voedingskabel af en verwijder
de elektrische kabel en de stekker.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer uit.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Oude of gebruikte apparaten aan het
einde van hun levensduur moeten door de gebruiker worden ingeleverd bij geschikte centra voor de gescheiden inzameling van elektrisch en elektronisch afval, of het overhandigen aan de verkoper wanneer een nieuw gelijkaardig apparaat wordt gekocht.
Het apparaat zit verpakt in milieuvriendelijke en recyclebare materialen.
• Breng het verpakkingsmateriaal naar de
betreffende centra voor afvalverwerking.
1.5 Typeplaatje
Het typeplaatje bevat de technische gegevens, het serienummer en de markering. Het plaatje mag in geen geval worden verwijderd.
1.6 Deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is een belangrijk onderdeel van het apparaat en dient gedurende de volledige levensduur intact en op een eenvoudig te bereiken plaats worden bewaard.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig vóór installatie.
Plastic verpakking
Gevaar voor verstikking
• Laat de verpakking, of delen ervan, niet
onbewaakt achter.
• Laat kinderen niet spelen met de plastic
zakken van de verpakking.
94
Page 6
Waarschuwingen
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing komen de volgende begrippen voor:
Waarschuwingen
Algemene waarschuwingen in verband met de gebruiksaanwijzing, veiligheid en verwerking van afgedankte producten.
Beschrijving
Beschrijving van het apparaat en de accessoires.
Gebruik
Informatie over het gebruik van het apparaat en de accessoires.
Reiniging en onderhoud
Informatie over correcte schoonmaak en onderhoud van het apparaat.
Installatie
Informatie voor gekwalificeerde technici: installatie, inbedrijfstelling en keuring.
Veiligheidswaarschuwingen
Informatie
Suggestie
NL
1. Volgorde van de gebruiksaanwijzingen.
• Enkele gebruiksaanwijzing.
95
Page 7
2 Beschrijving
2.1 Algemene beschrijving
Beschrijving
1 Vriescel 2 Ventilator 3 Koelcel 4 Watergoot voor de ontdooiing
2.2 Definitie van de delen
Vriescel
Voor de bewaring van diepgevroren voedsel, voor het invriezen van vers voedsel en voor de productie van ijsblokjes.
96
5 Groentenbak 6 Bedieningspaneel/Lamp 7 Deur koelkast
Ventilator
Voor de verdeling van de ingestelde temperatuur en de vermindering van het condens op de steunvlakken.
Het stroomverbruik neemt toe wanneer de ventilator is ingeschakeld.
Page 8
Beschrijving
Koelcel
Voor de bewaring van vers voedsel.
Watergoot voor de ontdooiing
Achteraan de koelcel, onder de koelplaat, bevinden zich een goot en een gat voor de opvang van het dooiwater.
Controleer regelmatig dat deze opening niet is verstopt en reinig deze eventueel met behulp van het bijgeleverde gereedschap.
Bedieningspaneel
Voor het kiezen van de binnentemperatuur van de koelcel en van de vriescel.
Interne verlichting
De binnenverlichting van het apparaat wordt ingeschakeld wanneer de deur wordt geopend.
Als de thermostaatknop is ingesteld op , blijft de binnenverlichting uit.
2.3 Bedieningspaneel
1 Lamp 2 Thermostaatknop 3 Schakelaar lamp
2.4 Beschikbare accessoires
Op sommige modellen zijn niet alle accessoires aanwezig.
Leggers
NL
Om de beschikbare ruimte te optimaliseren en om het voedsel in de koelcel te plaatsen.
97
Page 9
Beschrijving
Flessenrek
Voor het opbergen van flessen in de koelcel.
Lade voor fruit en groenten
Voor het bewaren van fruit en groenten; in deze lade wordt een constante graad van vochtigheid gegarandeerd.
IJsblokjeshouder
Voor de productie van ijsblokjes, om in de vriescel te stoppen.
De accessoires die in contact kunnen komen met het voedsel zijn gemaakt van materialen conform de van kracht zijnde wetsbepalingen.
De bijgeleverde of optionele accessoires zijn verkrijgbaar bij erkende verkopers. Gebruik enkel de originele accessoires van de fabrikant.
Deurhouders en -rekken
Om klein verpakt voedsel op te bergen. De houder onderaan de deur dient om flessen te bevatten.
98
Page 10
Gebruik
3 Gebruik
3.1 Waarschuwingen
Incorrect gebruik.
Gevaar voor beschadiging van het apparaat
• Verwijder het ijs of de rijp niet met
behulp van scherpe voorwerpen, om schade aan de wanden van het apparaat te vermijden.
• Ga niet op de deur en eventuele
geopende laden hangen, en ga er niet op zitten.
• Raak de verwarmingselementen aan de
buitenkant van het apparaat niet aan.
• Bewaar geen ontvlambare, explosieve
of verdampende stoffen.
• Geen ontploffingsgevaarlijke stoffen,
zoals spuitbussen gevuld met ontvlambare drijfgassen, in dit apparaat bewaren.
• Organische en zure stoffen, en
etherische oliën, kunnen de plastic delen en de pakkingen aantasten in geval van langdurige aanraking.
• Flessen die een hoog percentage
alcohol bevatten, moeten goed gesloten zijn en in verticale positie opgebergd worden.
3. Verwijder en was alle accessoires van het apparaat (zie 4 Reiniging en onderhoud).
3.3 Eerste gebruik
Na de installatie of een eventuele terugplaatsing van het apparaat, minimaal twee uur wachten alvorens het in gebruik te nemen.
Stop de stekker in het stopcontact. Om het apparaat in te schakelen, moet de
thermostaatknop op het bedieningspaneel vanaf de positie (uit) op positie 1 - 7 gedraaid worden, afhankelijk van de
gewenste temperatuur.
Met de toename van de positie van 1 tot 7 neemt de binnentemperatuur van de koelkast af.
NL
3.2 Voorbereiding
1. Verwijder eventueel aanwezige beschermende folie aan de binnen- en buitenzijde van het apparaat en de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve de plaat met technische gegevens) van de accessoires en de leggers.
99
Page 11
Gebruik
3.4 Gebruik van de accessoires
Leggers
Deze kunnen naar wens, en op verschillende hoogtes, in de daarvoor bestemde geleiders geplaatst worden. Elke legger is voorzien van een bescherming zodat deze niet toevallig kan verwijderd worden. Om ze helemaal te verwijderen, moeten ze vooraan (1) opgeheven worden en daarna verwijderd (2) worden.
Voedsel dat gemakkelijk bederft, moet bovenaan de leggers geplaatst worden waar de temperatuur lager is.
achteraan opgeheven worden en daarna verwijderd worden.
Deurhouders en -rekken
Om eieren, boter, zuivelproducten, tubes en andere kleine pakjes te bewaren. Onderaan de deur is een flessenhouder voorzien.
Plaats geen te zware flessen in de flessenhouder, en laat ze niet in de houder vallen.
Flessenrek
Dit kan op verschillende hoogtes geplaatst worden, en kan ook met het voorste deel iets omhoog geïnstalleerd worden om de flessen schuin te plaaten. Wanneer langere flessen dan normaal op het flessenrek moeten gelegd worden, moet het rek op een hoogte geplaatst worden zodat de deur correct kan gesloten worden. Om het helemaal te verwijderen, moet het
100
Page 12
Gebruik
Lade voor fruit en groenten
Deze lade, die zich onderaan de koelcel bevindt, is voorzien van een glazen plaat om verse voedingswaren te bedekken die voor een correcte bewaring een constante vochtigheidsgraad nodig hebben.
Wanneer groenten met een hoog vochtgehalte worden bewaard, kan zich condens op de glazen plaat vormen. Dit is normaal en heeft geen invloed op de goede werking van het apparaat.
3.5 Het gebruik van de koelcel
Schikking van het voedsel
Plaats het voedsel op de verschillende leggers nadat het hermetisch werd verpakt of afgedekt. Op deze manier
• worden het aroma, de vochtigheid en de versheid van het voedsel behouden;
• wordt vermeden dat het voedsel andere geuren of smaken krijgt;
• wordt een excessieve ophoping van vochtigheid in het compartiment vermeden, te wijten aan de normale transpiratie van het voedsel (vooral bij verse groenten en fruit), wat tijdens bepaalde werkingsomstandigheden (verhoging van de temperatuur en de vochtigheid van de omgeving, verhoging van de frequentie van het openen van de deur) condensvorming op de leggers zou kunnen creëren.
Laat warm voedsel en warme dranken steeds afkoelen vooraleer ze in het apparaat worden geplaatst.
NL
IJsblokjeshouder
Vul deze houder met koud water of water van omgevingstemperatuur. Plaats de houder horizontaal in de diepvries. Sluit de deur van de diepvries en wacht enkele uren. Wanneer het ijs is gevormd, kan de houder uit de vriescel gehaald worden en kunnen de ijsblokjes verwijderd en gebruikt worden.
Tabel bewaringstijden
Voedsel Tijd
Eieren, gerookt vlees, gemarineerd voedsel, kaas
Groenten met wortels max. 8 dagen
Boter max. 7 dagen
Patisserie, fruit, kant-en-klaar voedsel, vers vlees
Vis, gehakt, zeevruchten max. 1 dag
max. 10 dagen
max. 2 dagen
101
Page 13
Gebruik
3.6 Het gebruik van de vriescel
Voor een correcte bewaring en invriezing van het voedsel:
• Fruit en groenten in porties van maximaal 1 kg verpakken; vlees en vis in porties van maximaal 2 kg verpakken.
• Kleine verpakkingen bevriezen sneller zodat een betere bewaring van de nutritieve kenmerken wordt verkregen, ook na het ontdooien/de bereiding.
• Verpak de voedingsmiddelen in hermetische verpakkingen en verwijder er zoveel mogelijk lucht uit.
• Gebruik geen papieren zakjes of boodschappentassen, maar gebruik enkel daarvoor bestemde diepvrieszakjes.
Laat warm voedsel en warme dranken steeds afkoelen vooraleer ze in het apparaat worden geplaatst.
Tabel bewaringstijden diepgevroren voedsel
Voedsel Tijd
Fruit, rundvlees
Groenten, kalfsvlees, pluimvee max. 8-10 maanden
Wild max. 6-8 maanden
Varkensvlees max. 4-6 maanden
Gehakt max. 4 maanden
Brood, gebak, gekookt voedsel, vette vis
Ingewanden max. 2 maanden
Worst, magere vis max. 1 maand
max. 10-12
maanden
max. 3 maanden
Ontdooid voedsel
Ontdooid voedsel moet zo snel mogelijk geconsumeerd worden. De koude zorgt voor de bewaring, maar vernietigt de micro-organismen niet die worden geactiveerd na de ontdooiing, en die dus het voedsel ‘beschadigen’.
Een gedeeltelijke ontdooiing vermindert de voedingswaarde van het voedsel, en vooral van fruit en groenten en van kant-en­klaar voedsel.
102
Page 14
Gebruik
3.7 Lawaai tijdens de werking
De koeling van de koelcel en van de vriescel gebeurt door middel van een compressiesysteem. Om de geselecteerde temperatuur in de cellen te behouden, wordt de compressor in werking gesteld die, indien noodzakelijk, continu in werking kan blijven afhankelijk van de ingestelde temperatuur. Wanneer de compressor in werking wordt gesteld, wordt een gezoem geproduceerd dat na enkele minuten langzaam aan afneemt.
Een ander lawaai dat normaal is tijdens de werking van het apparaat is het geklater van koelmiddel dat in de leidingen van het circuit stroomt. Dit lawaai is normaal, en duidt niet op een slechte werking van de machine. Als het lawaai te erg zou zijn, kan dit te wijten zijn aan andere oorzaken. Controleer dus het volgende:
• of de koelkast correct genivelleerd is op de vloer, en niet trilt tijdens de werking van de compressor: voer een correcte regeling van de voorziene voetjes uit;
• of de laden, de leggers en de bakjes in de deur correct in de daarvoor bestemde zittingen geplaatst zijn: zorg er voor dat deze correct zijn gepositioneerd;
• of de flessen en de bakjes stabiel op de leggers geplaatst zijn, en niet tegen elkaar komen: trillingen als gevolg van de werking van de compressor zouden lawaaierigheid kunnen veroorzaken;
• Plaats de koelkast niet tegen meubels of andere huishoudapparaten.
3.8 Warm oppervlak vooraan
In het cabinet is een verwarmingssysteem van het oppervlak vooraan voorzien waardoor de vorming van condens in de zone van de sluiting van de deurpakkingen beperkt wordt
3.9 Uitschakelen
Indien het apparaat lang niet zal gebruikt worden, wordt aanbevolen om het uit te schakelen.
1. Draai de thermostaatknop op het bedieningspaneel op de positie (uit).
2. Haal de stekker uit het stopcontact.
3. Maak de cellen leeg.
4. Droog na het ontdooien de eventuele resterende vochtigheid op met behulp van een zachte doek.
Laat de deuren op een kier staan om te vermijden dat de vochtigheid en de stilstaande lucht slechte geurtjes kunnen ontwikkelen.
NL
103
Page 15
Gebruik
3.10 Advies voor de bewaring
Advies om energie te besparen
• Een gepast gebruik van het apparaat, de correcte verpakking van het voedsel, de constante temperatuur en de hygiëne van het voedsel is van fundamenteel belang voor de kwaliteit van bewaring.
• Beperk de tijd en het aantal keren dat de deur geopend wordt, zodat een excessieve verwarming in de cellen wordt vermeden.
• Reinig de condensator (achteraan het apparaat) regelmatig om te vermijden dat de doeltreffendheid van de machine afneemt.
• Ontdooi het diepgevroren voedsel in de koelcel zodat de koude, die zich ophoopte in het voedsel, wordt gerecupereerd in de koelcel zelf.
Algemeen advies
• Controleer altijd de vervaldatum op de verpakking van het voedsel.
• Het voedsel moet in gepast gesloten bakjes of verpakkingen bewaard worden, die geen geurtjes of vochtigheid kunnen verspreiden of absorberen.
• Indien u langdurig afwezig zult zijn, moet u gemakkelijk bederfelijk voedsel uit het apparaat halen.
Deur koelcel
• Bewaar eieren, boter, kaas, enz. bovenaan en in het midden.
• Bewaar dranken, blikjes, flessen, enz. onderaan.
Koelcel
• Bewaar conserven, wijn, koekjes, enz. bovenaan.
• Bewaar zuivelproducten, kant-en-klaar voedsel, patisserie, fruitsapjes, bier, enz. in het midden.
• Bewaar vlees, vleeswaren, enz. onderaan.
• Bewaar vers fruit, tropisch fruit, groenten, wortelen, aardappelen, uien, enz. in de lade voor fruit en groenten.
Vriescel
• Op de verpakking moeten het type van voedsel, de hoeveelheid voedsel en de datum van invriezing aangeduid worden.
• Gebruik kleine en indien mogelijk al koude verpakkingen.
• De hoeveelheid vers voedsel die tegelijkertijd kan worden ingevrozen, wordt aangeduid op de gegevensplaat in de koelcel.
• Gebruik enkel daarvoor bestemde diepvrieszakjes, aluminiumpapier, plasticfolie voor voedingswaren en vriesbakjes.
• Gebruik geen papieren zakjes of cellofaan die niet bestemd zijn voor voedingsmiddelen, boodschappentassen of diepvrieszakjes die al gebruikt werden.
• Vermijd dat al ingevroren voedsel in aanraking kan komen met vers voedsel dat nog moet ingevroren worden.
• Om verpakte groenten, ijsblokjes, ijsjes, enz. te bewaren.
104
Page 16
Reiniging en onderhoud
4 Reiniging en onderhoud
4.1 Waarschuwingen
Incorrect gebruik.
Beschadiging van de oppervlakken
• Gebruik geen stoomstraal om het apparaat te reinigen.
• Gebruik op de stalen delen of de delen waarvan het oppervlak met metalen afwerkingen werd behandeld (bijv. elektrolytische oxidaties, vernikkeling, verchroming) geen producten die chloor, ammoniak of bleekmiddel bevatten.
• Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Gebruik geen ruw, schurend of scherp materiaal.
4.2 Reiniging van het apparaat
Een speciale bacteriedodende bescherming in de bovenlaag van de wanden van het apparaat belet de reproductie van bacteriën, en behoudt de reiniging. Het is alleszins belangrijk dat de oppervlakken regelmatig worden gereinigd.
Reiniging van de buitenkant
• Het apparaat moet gereinigd worden met water of met een vloeibaar reinigingsmiddel op alcoholbasis (bijv. reinigingsmiddel voor ruiten...).
• Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of schuursponsjes zodat de oppervlakken niet worden beschadigd.
• Verwijder stof en rookafzettingen van de condensator achteraan het apparaat met behulp van een zachte borstel.
• Reinig het bakje dat zich bovenaan de compressor bevindt.
NL
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Voordat de reiniging of het onderhoud wordt uitgevoerd, moet het apparaat uitgeschakeld worden en moet de stekker uit het stopcontact gehaald worden
• Trek nooit aan de kabel om de stekker uit het stopcontact te halen.
Reiniging van de binnenkant
• Reinig de binnenkant van het apparaat met verdund vloeibaar reinigingsmiddel en met lauw water en een beetje azijn.
• De rekken en de houders van de deuren kunnen verwijderd worden: sla met de vuist lichtjes onderaan de vakjes, en dit eerst aan de ene zijde van de plaatsing en daarna aan de andere.
• Verwijder eventuele laagjes ijs die dikker dan 3-5 mm zijn. Gebruik geen scherpe voorwerpen of spray oplossingen.
105
Page 17
Reiniging en onderhoud
4.3 Ontdooiing
De regelmatige aanwezigheid van rijp in de vriescel is normaal.
Ontdooiing van de koelcel
De koelcel hoeft niet ontdooid te worden, omdat het ijs dat zich op de koelplaat vormt automatisch wordt ontdooid gedurende de stilstand van de compressor.
Indien een ijslaag van 3-5 mm dik wordt gevormd op de binnenwanden van de koelcel, moet het apparaat uitgeschakeld worden en handmatig ontdooid worden.
Onder de koelplaat, in de koelcel, is de opening van de watergoot voor het dooiwater aanwezig. Controleer regelmatig dat deze niet is verstopt met voedselresten, en reinig deze eventueel met behulp van een rietje of het bijgeleverde gereedschap.
4.4 Vervanging van de lamp
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Voordat de lamp wordt vervangen moet het apparaat uitgeschakeld worden en moet de stekker uit het stopcontact gehaald worden
De lamp bevindt zich naast het bedieningspaneel; om te vervangen:
1. Draai de lamp los en verwijder ze.
106
Gebruik voor de ontdooiing geen elektrische apparaten (bijv. haardroger...) of een spray, omdat anders de plastic delen zouden kunnen vervormen.
2. Vervang de lamp met een soortgelijke.
Gebruik uitsluitend LED-lampen C25-E14, max. 15 W.
Page 18
Reiniging en onderhoud
4.5 Oplossingen voor problemen…
Het apparaat functioneert niet:
• Controleer dat het apparaat is aangesloten en dat de hoofdschakelaar is ingeschakeld.
De compressor wordt te frequent in werking gesteld, of is ononderbroken in werking:
• De buitentemperatuur is te hoog.
• De deur wordt te vaak of te lang geopend.
• De deur sluit niet hermetisch.
• Er is teveel vers voedsel aanwezig.
• Controleer dat voldoende lucht circuleert nabij de sensor die zich in het rechter deel van de koelcel bevindt.
• Controleer dat het achterste deel van de koelcel voldoende wordt verlucht, en dat de condensator niet excessief vuil is.
In de koelcel wordt teveel ijs of condens gevormd:
• De deur wordt te vaak of te lang geopend.
• Er werd warm voedsel in de koelcel geplaatst.
• Het voedsel of de bakjes raken de achterwand.
• De deurpakking is vuil of beschadigd. Reinig of vervang de pakking.
Er wordt water gevormd in de koelcel:
• De opening en/of de watergoot zijn verstopt.
Onvoldoende koeling van de koelcel:
• De thermostaat is ingesteld op een te hoge temperatuur.
• De deur wordt te vaak of te lang geopend.
• De deur sluit niet hermetisch.
• De buitentemperatuur is te hoog.
De temperatuur in de koelcel is te laag en bevriest het voedsel:
• De thermostaat is ingesteld op een te lage temperatuur.
• Het voedsel is niet in daarvoor bestemde bakjes of zakjes geplaatst.
• Fruit en groenten zouden excessief nat kunnen worden.
• Het voedsel is tegen de achterwand van de koelcel geplaatst.
De temperatuur in de vriescel zorgt niet voor een correcte bevriezing van het voedsel:
• De thermostaat is ingesteld op een te hoge temperatuur.
• De deur wordt te vaak of te lang geopend.
• De deur sluit niet hermetisch.
• De deurpakking is vuil of beschadigd. Reinig of vervang de pakking.
• Er is een te grote hoeveelheid suiker aanwezig in het in te vriezen voedsel.
NL
107
Page 19
Reiniging en onderhoud
In de vriescel wordt teveel ijs gevormd:
• De thermostaat is ingesteld op een te lage temperatuur.
• De buitentemperatuur is te hoog.
• De deur wordt te vaak of te lang geopend.
• De deur sluit niet hermetisch.
• De deurpakking is vuil of beschadigd. Reinig of vervang de pakking.
• Er werd warm voedsel in de vriescel geplaatst.
Moeilijkheden bij de opening van de deuren onmiddellijk na de sluiting:
• wanneer de deur onmiddellijk na de sluiting weer moet geopend worden (vooral de deur van de diepvries), zal hiervoor veel kracht moeten uitgeoefend worden. Dit is te wijten aan de onderdruk die gecreëerd wordt door de koeling van de warme lucht die in de cel terecht kwam.
De deuren zijn niet uitgelijnd:
• Controleer dat het apparaat correct is genivelleerd.
• Handel op de voetjes tot een perfecte uitlijning wordt verkregen.
108
Page 20
Installatie
5 Installatie
5.1 Elektrische aansluiting
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• De aarding moet verplicht aangebracht worden volgens de voorziene veiligheidsnormen van de elektrische installatie.
• Trek nooit aan de kabel om de stekker uit het stopcontact te halen.
Algemene informatie
• Controleer of de kenmerken van het stroomnet overeenstemmen met de gegevens op het typeplaatje. Het typeplaatje met de technische gegevens, het serienummer en de markering is zichtbaar op het apparaat aangebracht. Dit plaatje mag nooit verwijderd worden.
• Controleer of de stekker en het stopcontact van hetzelfde type zijn.
• Gebruik geen verloopstekkers, adapters of aftakkingen, omdat ze oververhitting of brand zouden kunnen veroorzaken.
• De stekker moet bereikbaar blijven na de installatie van het apparaat.
• Voordat het apparaat de eerste maal ingeschakeld wordt, moet het minstens 2 uren in de horizontale positie gelaten worden.
• Indien de stroomkabel moet vervangen worden, mag dit enkel uitgevoerd
worden door een bevoegde technicus van de technische assistentie.
5.2 Plaatsing
Zwaar apparaat
Pletgevaar
• Plaats het apparaat samen met een tweede persoon.
Druk op de open deur
Gevaar voor beschadiging van het apparaat
• Gebruik de deur niet als hefboom om het apparaat te plaatsen.
• Oefen niet te veel kracht uit op de geopende deur.
• Het apparaat mag niet blootgesteld worden aan zonnestralen.
• Het apparaat mag niet nabij warmtebronnen gepositioneerd worden. Indien dit toch noodzakelijk is, moet een gepast isolatiepaneel voorzien worden.
• Plaats het apparaat niet buiten.
Keuze van de plek
Het apparaat moet op een droge plek geplaatst worden, waar een goede luchtverversing wordt gegarandeerd. Het apparaat kan gebruikt worden bij verschillende temperatuurcondities al naargelang de klimatische klasse van herkomst (die wordt aangeduid op de gegevensplaat die zich in de koelcel bevindt).
• Positioneer het apparaat op minstens 3 cm afstand van elektrische fornuizen of gasfornuizen, en op minstens 30 cm afstand van verwarmingssystemen of radiatoren.
NL
109
Page 21
Installatie
• Het apparaat mag niet nabij warmtebronnen gepositioneerd worden. Indien dit toch noodzakelijk is, moet een gepast isolatiepaneel voorzien worden.
• Indien het apparaat onder een keukenkast wordt geïnstalleerd, moet de afstand tot deze kast minstens 5 cm bedragen.
• Plaats het apparaat op een plek waar voldoende ruimte aanwezig is voor de opening van de deuren, en voor de eventuele verwijdering van de interne leggers en laden.
Klasse Omgevingstemperatuur
SN (Subnormaal) van + 10°C tot + 32°C
N (Normaal) van + 16°C tot + 32°C
ST (Subtropisch) van + 18°C tot + 38°C
T (Tropisch) van + 18°C tot + 43°C
Afstandhouders
Voor een correcte koeling van de condensator mag de koelkast achteraan niet te dicht tegen een muur geplaatst worden. Daarom werd het product voorzien van twee plastic afstandhouders die achteraan de condensator geplaatst moeten worden.
Plaatsing
Positioneer het toestel op een stabiele en genivelleerde ondergrond.
Met de twee wielen, die achteraan het apparaat zijn voorzien, is een gemakkelijke en dus correcte positionering mogelijk.
Er wordt alleszins aanbevolen om goed op te letten tijdens de verplaatsing, zodat de bevloering niet wordt beschadigd tijdens het schuiven (wanneer de koelkast bijvoorbeeld op parket geplaatst is).
110
Page 22
Installatie
Om onregelmatigheden van de bevloering te compenseren, is het apparaat vooraan voorzien van twee regelbare voetjes.
Draai aan de voetjes om het apparaat waterpas te zetten.
Zorg dat het apparaat iets naar achteren helt, zodat de deur goed kan sluiten.
Druk op de pakking
Gevaar voor beschadiging van het apparaat
• Oefen geen druk uit, maak geen scheuren in de rubbers van de deur, of trek ze niet los.
Enkele dagen na de installatie moet gecontroleerd worden of de beginnivellering nog correct is. Controleer, wanneer het apparaat werkt en geladen is met voedsel, of hij nog stabiel staat en of de deurpakkingen hermetisch sluiten. Voer indien nodig een nieuwe nivellering uit, en modelleer de pakkingen weer.
NL
Wanneer de diepvries correct geplaatst wordt, kan de deur correct gesloten worden. Controleer of de pakkingen van de deur vooral in de hoeken zorgen voor een hermetische sluiting.
111
Loading...