Smeg CV26PXNF3 User Manual [nl]

CONGÉLATEUR ÉLECTRONIQUE
À FROID VENTILÉ
Livret d'instructions
Elektronischer Eisfrei-Gefrierschrank
Bedienungsanleitung
NO FROST ELEKTRONISCHE VRIEZER
Instructieboekje
Instruktionsmanual
CV26PXNF3
INHOUD
VOOR U HET TOESTEL GEBRUIKT ....................................................................44
Over No Frost-technologie .......................................................................................... 44
Veiligheidsvoorschriften.............................................................................................. 45
Aanbevelingen ............................................................................................................ 45
Installatie en inschakelen van het toestel .................................................................. 46
Voor u het inschakelt ................................................................................................... 47
GEBRUIKSINFORMATIE ......................................................................................48
Bediening van uw koelkast ......................................................................................... 48
Modusknop.......................................................................................................................... 48
Instelknop............................................................................................................................ 48
Temperatuurinstellingen ..................................................................................................... 49
Snelvrieslademodus............................................................................................................ 49
Als SF-modus is geselecteerd............................................................................................ 50
Economy-modus.................................................................................................................. 50
Waarschuwingen voor temperatuurinstellingen ........................................................ 51
VOEDSEL IN EHT TOESTEL PLAATSEN ............................................................52
REINIGING EN ONDERHOUD ...............................................................................57
Ontdooien.................................................................................................................... 57
TRANSPORT EN WIJZIGEN VAN INSTALLATIEPOSITIE ...................................58
Wijzigen van de richting van het openen van de deur................................................. 58
VOOR U BELT NAAR DE DIENST NAVERKOOP .................................................59
Advies voor energiebesparing .................................................................................... 62
DE ONDERDELEN VAN HET TOESTEL EN DE COMPARTIMENTEN .................. 63
NL - 43 -
DEEL 1.
VOOR U HET TOESTEL GEBRUIKT
Over No Frost-technologie
No-Frost koelkasten verschillen van statische
koelkasten wat betreft hun werkingssysteem.
In een normale koelkast, maakt de vochtigheid van levensmiddelen in de koelkast en vocht dat binnenkomt door het openen van de deur dat er ijsvorming aan de binnenzijde van het diepvriesgedeelte optreedt. Om gevormd ijs binnen bepaalde tijdsintervallen te ontdooien, moeten stappen worden ondernomen als het uitschakelen van de koelkast, het uitnemen van levensmiddelen die koud moeten blijven en het verwijderen van opgehoopt ijs.
Bij No-Frost vriezers is deze situatie geheel anders. Door een ventilator wordt op veel punten, gelijkmatig, droge en koude lucht geblazen doorheen de koel- en diepvriesgedeeltes. Dankszij de koude lucht die gelijkmatig wordt verspreid, zelfs tussen de schappen door, blijven alle levensmiddelen even koud en worden koud gehouden. Tegelijkertijd wordt vorming van vocht en ijs tegengegaan.
Uw No-Frost vriezer biedt u een eenvoudig gebruik én een grote inhoud en esthetisch uiterlijk.
NL - 44 -
Veiligheidsvoorschriften
• Het model bevat R600a (het koelmiddel isobutaan) een aardgas dat zeer milieuvriendelijk maar ook brandbaar is. Bij het transport en de installatie van het toestel, moet ervoor gezorgd worden dat geen van de koelcircuitcomponenten beschadigd kan worden. In het geval van schade, vermijd open vlammen of ontstekingsbronnen en ventileer de kamer waarin het toestel geplaatst is gedurende enkele minuten.
Waarschuwing: Houd ventilatieopeningen in behuizing van het toestel of in de inbouwstructuur vrij van belemmeringen.
• Gebruik geen andere mechanische toestellen of anderen middelen om het ontdooiingproces te versnellen
• Gebruik geen elektrische toestellen in het koel- of diepvriesgedeelte van het toestel.
• Indien dit toestel een oude koelkast met een slot vervangt, verwijder of breek dan het slot als een veiligheidsmaatregel voor u het oude toestel wegbergt om kinderen te beschermen die zich mogelijk tijdens het spel binnenin kunnen opsluiten.
• Oude koelkasten en diepvriezers bevatten isolatiegassen en koelmiddel, die op de juiste manier verwijderd moeten worden. Zorg ervoor dat verwijdering van een afgedankt apparaat plaatsvind conform bevoegdheden van uw plaatselijke afvalverwijderingsdienst. Neem contact op met de lokale overheid of uw dealer in het geval u vragen hebt. Zorg dat het leidingwerk van uw koelkast niet beschadigd raakt voordat het toestel door de betreffende afvalverwijderingsdienst wordt opgehaald.
BELANGRIJKE OPMERKING: Lees deze handleiding voor u dit toestel installeert en inschakelt. De fabrikant neemt geen aansprakelijkheid voor een incorrecte installatie en gebruik zoals beschreven in deze handleiding.
Aanbevelingen
Waarschuwing: Gebruik geen andere mechanische toestellen of anderen middelen
om het ontdooiingproces te versnellen. Gebruik geen elektrische toestellen in de bewaarladen van het toestel. Houd de ventilatieopeningen van het toestel vrij. Beschadig het koelcircuit van de koelkast niet.
• Gebruik geen adapters of aftakkingen die oververhitting of verbranding kunnen veroorzaken.
• Sluit geen oude, kromgetrokken voedingskabels aan.
• Buig en draai de kabels niet.
• Laat kinderen niet spelen met het apparaat. Kinderen mogen NOOIT op de laden/platen zitten of aan de deur hangen.
NL - 45 -
• Gebruik geen scherpe metalen voorwerpen om ijs van het vriesgedeelte te verwijderen. Deze zouden het koelcircuit kunnen doorboren en onherstelbare schade aan het toestel kunnen aanrichten. Gebruik de bijgeleverde plastich schraper. Steek het snoer niet in het stopcontact met natte handen.
• Plaats geen containers (glazen flessen of blikken) met vloeistof in de diepvriezer en vooral geen gasachtige vloeistoffen gezien deze de container kunnen laten barsten tijdens het vriezen.
• Raak de koeloppervlakken niet aan, vooral niet met natte handen, gezien u ze kunt verbranden of verwonden. Eet geen ijs dat net uit de diepvriezer werd verwijderd.
• Als het netsnoer is beschadigd dient dit door de fabrikant of de serviceagent of een aangewezen bevoegde persoon te worden vervangen.
• Wanneer de deur van de koelkast gesloten wordt, wordt een vacuüm gecreëerd. Wacht ca. 1 minuut voor de koelkast opnieuw opent.
• Deze applicatie is optioneel om de deur eenvoudig te kunnen openen. Met deze applicatie kan een lichte condensatie optreden rond deze zone en u kunt deze verwijderen.
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inbegrepen kinderen) met gereduceerde fysieke, zintuiglijke of mentale capaciteiten, of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij ze toezicht of instructies kregen betreffende het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet spelen met het apparaat.
• Indien de elektriciteitskabel beschadigd is, moet deze worden vervangen door de fabrikant of service agent of een aangeduide persoon.
Installatie en inschakelen van het toestel
• Voor u het toestel aansluit op het stopcontact, zorg ervoor dat het voltage op het typeplaatje overeenkomt met het voltage van de elektriciteitsvoorziening in uw woning.
• Dit toestel wordt aangesloten op 220-240V en 50 Hz. U kunt hulp krijgen van de service om het toestel te installeren en in te schakelen.
• Indien het stopcontact niet overeenkomt met de stekker van het toestel, vervang het stopcontact door een geschikte versie (minstens 16 A). Plug de stekker in een stopcontact met een efficiënte aarding. Indien het stopcontact geen aarding heeft of wanneer de stekker niet overeenkomst, bevelen we aan dat u een geautoriseerd elektricien belt voor hulp.
• De stekker dient na plaatsing van het toestel bereikbaar te zijn.
• De fabrikant is niet verantwoordelijk voor het voltooien van de aardingaansluiting zoals beschreven in deze handleiding.
• Plaats het toestel niet in direct zonnelicht. Gebruik het toestel niet in open lucht en stel het niet bloot aan regen.
NL - 46 -
• Plaats de koelkast ver weg van hittebronnen en in een goed geventileerde ruimte. De koelkast moet op minstens 50 cm afstand staan van radiators, gas- of kolenkachels en op 5 cm afstand van elektrische kachels. Houd aan de bovenzijde een vrije ruimte van minimaal 15 cm.
• Plaats voor goede prestatie de plastic afstandstukken op de condensor achterin de koelkast ter vermijding van het tegen de muur leunen.
• Plaats geen zware of vele dingen op het toestel.
• Indien het toestel naast een andere koelkast of diepvriezer geïnstalleerd is, houd een minimum afstand van 2 cm om condensatie te vermijden.
• Het toestel moet stevig en waterpas op de vloer staan. Gebruik de twee aanpasbare voetjes aan de voorkant om het apparaat waterpas te zetten.
• De buitenkant van het toestel en de accessoires binnenin moeten worden gereinigd met een oplossing van water en vloeibare zeep; de binnenkant van het toestel met natriumbicarbonaat opgelost in lauw water. Plaats alle accessoires na het drogen terug.
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inbegrepen kinderen) met gereduceerde fysieke, zintuiglijke of mentale capaciteiten, of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij ze toezicht of instructies kregen betreffende het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet spelen met het apparaat.
• Indien de elektriciteitskabel beschadigd is, moet deze worden vervangen door de fabrikant of service agent of een aangeduide persoon.
Voor u het inschakelt
• Wacht 3 uur voor u de stekker in het stopcontact steekt om een juiste werking te verzekeren.
• Er kan een geur vrijkomen wanneer u het toestel de eerste keer inschakelt. Deze zal verdwijnen nadat het toestel begint af te koelen.
NL - 47 -
DEEL 2.
GEBRUIKSINFORMATIE
Bediening van uw koelkast
TEMPERATUUR DIEPVRIESGEDEELTE INDICATOR
MODUS KNOP
INSTEL KNOP
(In bepaalde modellen)
LED ECONOMY-MODUS
LED VERMOGEN
Modusknop
• De modusknop wordt gebruikt om te schakelen tussen de indicator van het diepvriesgedeelte, de led voor Snelvriesmodus of de led voor de Economy­modus
• 1x klikken maakt dat de indicator van het diepvriesgedeelte gaat knipperen.
• De ingestelde waarde kan nu gewijzigd worden.
• 2x klikken maakt dat de led van de Snelvriesmodus gaat knipperen.
• 3x klikken maakt dat de led van de Economy-modus gaat knipperen.
LED SNELVRIESMODUS
Instelknop
De temperatuur van het diepvries- of het koelkastgedeelte kan worden ingesteld nadat het betreffende compartiment is geselecteer door middel van de modusknop.
NL - 48 -
Temperatuurinstellingen
• Op de afstelindicator van het diepvriescompartiment, wordt de waarde van de starttemperatuur getoond als
-18°C.
• Druk de modusknop eenmaal in.
• Wanneer u deze knop indrukt, gaat de actueel ingestelde waarde bij de indicator van het diepvriesdeel knipperen.
• Met elke klik van de instelknop tijdens het knipperen van de indicator, wijzigt de waarde van de indicator van het diepvriesgedeelte naar een koudere waarde.
( -16°C, -17°C, -18°C, -19°C, -20°C, -21°C, -22°C, -23°C, -24°C)
• Wanneer de gewenste waarde is bereikt, wacht u 5 seconden. De aangegeven waarde wordt actief en uw koelkast gaat werken conform deze nieuwe waarde.
• Als u de vriesknop blijft indrukken nadat u -24°C (maximale koude temperatuur), begint deze opnieuw bij -16°C.
Wanneer in te stellen? Binnentemperatuur
Wanneer een kleine hoeveelheid voedsel wordt bewaard -160C,-170C Bij normaal gebruik -180C,-190C,-200C,-210C Wanneer een grote hoeveelheid voedsel wordt bewaard -220C,-230C,-240C
Snelvrieslademodus
• Om een grote hoeveelheid voedsel in te vriezen
• Om bereid voedsel in te vriezen
• Om voedsel snel in te vriezen
• Om seizoensproducten gedurende lange tijd te bewaren
Hoe te gebruiken;
• Druk de modusknop in totdat de Snelvriesmodus verschijnt
• Als de led van de Snelvriesmodus knippert en gedurende 5 seconden geen knop wordt ingedrukt, hoort u een piepgeluid. De modus wordt dan ingeschakeld.
• Als de Snelvriesmodus actief is, ziet u de letters "SF" op de indicator van het vriezercompartiment.
NL - 49 -
Als SF-modus is geselecteerd
• Als de modusknop eenmaal wordt ingedrukt en u vijf seconden wacht, wordt de Snelvriesmodus geannulleerd. Het diepvriesgedeelte begint dan te werekn volgens de vorige ingestelde waarden.
• Als de modusknop eenmaal wordt ingedrukt en vervolgens de instelwaarde wordt aangeklikt tijdens het knipperen van de indicator, kunt u de instelwaarde wijzigen. Nadat de waarde is ingesteld en vervolgens vijf seconden wachten, begint het diepvriescompartiment volgens deze waarde te werken.
• Als de modusknop drie keer wordt geklikt, begint de led van de Economy-modus te knipperen. Als u dan vijf seconden wacht, wordt het snelvriezen geannulleerd en wordt de Economy-modus ingeschakeld.
Opmerking:
• "Super Freezing" modus wordt na 24 automatisch geannulleerd of wanneer de temperatuursensor van de vriezer onder -32°C daalt.
• Als de Super diepvriezen modus automatisch wordt afgesloten, blijft SF-indicator doorlopend branden. Het volstaat de modustoets in te drukken om de SF-indicator uit te schakelen.
Economy-modus
De compartimenten van diepvriezer en koelkast werken conform de economy-voorwaarden die via het controlecircuit zijn gespecificeerd.
Wanneer te gebruiken;
• Wanneer u wenst dat uw koelkast zuinig werkt.
Hoe te gebruiken;
• Druk de modusmop in totdat de led van de Economy-modus gaat branden (3 keer).
• Als de led van de Economy-modus knippert en geen knop wordt ingedrukt, hoort u een piepgeluid. De modus wordt dan ingeschakeld.
• Tijdens deze modus werken het diepvries- en koelgedeelte tegen een speciale temperatuurwaarde die op het controlecircuit is ingesteld.
• Als de Economy-modus actief is, ziet u de letters "Ec" op de indicator van het diepvries­en koelgedeelte.
Als Economy-modus is geselecteerd:
Als de modusknop 1 keer wordt geklikt, begint de led van de Economy-modus te knipperen. Als u vijf seconden wacht, wordt de Economy-modus geannulleerd. Het diepvries- en koelkastgedeelte beginnen te werekn volgens de vorige ingestelde waarden.
NL - 50 -
Als de modusknop tweemaal wordt ingedrukt en u vijf seconden wacht, wordt de Economy-modus geannulleerd. Het diepvriesgedeelte begint dan te werken volgens de Vakantiemodus.
Wanneer de Economy-modus actief is kunnen geen handelingen worden uitgevoerd anders dan het annuleren van de Economy-modus en overgang naar Vakantiemodus. Om de ingestelde waarde van het diepvries- of koelgedeelte te wijzigen dient de Economy­modus eerst te worden geannuleerd. Na dit punt kan de ingestelde waarde van elk compartiment worden gewijzigd zoals beschreven op de vorige pagina's.
Waarschuwingen voor temperatuurinstellingen
• Uw temperatuurinstellingen blijven van kracht tijdens een stroomstoring.
• Schakel niet over naar een andere afstelling voordat u een instelling hebt afgerond.
• De temperatuurinstelling dient met inachtneming van hoe vaak de deur van de koelkast en vriezer wordt geopend worden uitgevoerd, als ook de hoeveelheid levensmiddelen die worden opgeslagen en de omgevingstemperatuur van de ruimte waarin de koelkast zich bevindt.
• Afhankdelijk van de omgevingstemperatuur, moet uw koelkast maximaal 24 uur non­stop werken om te zorgen dat deze volledig is afgekoeld nadat de stekker voor de eerste keer is ingestoken.
• Tijdens deze periode dient u de deuren van uw koelkast niet frequent te openen en de koelkast niet overmatig te vullen.
• Om beschadiging aan de compressor van uw koelkast te voorkomen wanneer u de koelkast opnieuw opstart nadat de stekker was uitgetrokken of na een stroomstoring, is de koelkast uitgerust met een functie die maakt dat de koelkast pas gaat werken na een vertraging van vijf minuten. Uw koelkast zal na vijf minuten normaal gaan werken.
NL - 51 -
DEEL 3.
• De diepvriezer wordt gebruikt voor het gedurende langere tijd bewaren van diepgevroren of ingevroren levensmiddelen en voor het maken van ijsblokjes.
• Plaats verse en warme levensmiddelen niet tegen reeds ingevroren levensmiddelen. In dat geval zouden reeds ingevroren levensmiddelen kunnen ontdooien.
• Vries verse levensmiddelen (d.w.z. vlees, vis en gehakt) in te consumeren porties verdeeld in.
• Maximum hoeveelheid; als u grote hoeveelheden wenst in te vriezen en de maxi­mum capaciteit wilt gebruiken, kunt u de laden verwijderen (behalve de onderste). U kunt grote hoeveelheden direct op de schappen bewaren.
• Voor het bewaren van ingevroren levensmiddelen; u dient altijd de instructies vermeld op de verpakking van diepvriesproducten zorgvuldig op te volgen. Indien geen informatie op de verpakking wordt vermeld, dient u de levensmiddelen niet langer dan 3 maanden vanaf de datum van aankoop te bewaren.
• Wanneer u diepvriesproducten koopt controleer dan of deze bij de jusite temperatuur zijn ingevroren en of de verpakking intact is.
• Ingevroren levensmiddelen dienen in juiste bakjes te worden verplaatst zodat de kwaliteit van de levensmiddelen gehandhaafd blijft. Deze waren dienen binnen de korst mogelijke termijn terug in de diepvriezer te worden geplaatst.
• Indien de verpakking van diepvriesproducten tekenen van vocht of abnormale zwelling vertonen, bestaat de kans dat deze eerder bij een onjuiste temperatuur werd opgeslagen en dat de inhoud is bedorven.
• De bewaartijd van ingevroren levensmiddelen is afhankelijk van de kamertemperatuur, de instelling van de thermostaat, hoe vaak de deur wordt geopend, het soort voedsel en de tijd die nodig was om het product van de winkel naar uw huis over te brengen. Volg altijd de instructies die op de verpakking staan afgedrukt en overschrijd nooit de aangegeven maximum bewaartijd.
• Gebruik het diepvriesgedeelte van uw koelkast voor het langdurig bewaren van ingevroren levensmiddelen en het maken van ijs.
• Als u de koelkast gaat gebruiken met de maximum vriescapaciteit:
• Gebruik de "Super Freeze"-modus nadat bevroren voedsel uit de bovenste mand naar andere manden is overgeplaatst. Na 24 uur verlaat uw koelkast de "Super Freeze"-modus automatischt. Plaats de levensmiddelen die u wilt invriezen in de bovenste mand van het vriezergedeelte zonder de capaciteit van uw koelkast te overschrijden. (Uw koelkast heeft de capaciteit om 15 kg in te vriezen bij 25°C en 14 kg bij 32°C) Schakel vervolgens opnieuw de "Super Freeze"-modus in. U kunt uw levensmiddelen naast reeds ingevroren levensmiddelen plaatsen wanneer deze etenswaren (minimaal 24 uur na de 2e activering van de "Super Freeze"-modus) zijn ingevroren.
Als u ongeveer 3 kg etenswaren gaat invriezen:
Het is voldoende om de levensmiddelen apart van andere ingevroren etenswaren te plaatsen en vervolgens de "Super Freeze"-modus in te schakelen. U kunt uw levensmiddelen naast reeds ingevroren levensmiddelen plaatsen wanneer deze etenswaren (minimaal 24 uur) zijn ingevroren.
VOEDSEL IN EHT TOESTEL PLAATSEN
NL - 52 -
• Zorg ervoor dat in te vriezen levensmiddelen niet tegen reeds ingevroren levensmiddelen aan komen te liggen.
• U dient de levensmiddelen die u wilt invriezen (vlees, stukjes vlees, vis enz.) te verdelen in porties die u per keer kunt consumeren.
• Vries ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in. Dit kan uw gezondheid in gevaar brengen omdat het problemen als voedselvergiftiging kan veroorzaken.
• Plaats geen warme maaltijden in uw diepvriezer voordat deze zijn afgekoeld. Hierdoor kunnen reeds ingevroren levensmiddelen in de diepvriezer gaan ontdooien en rot­ten.
• Indien u reeds ingevroren levensmiddelen koopt, controleer of deze onder de juiste omstandigheden werden ingevroren en of de verpakking niet is beschadigd.
• Bij het bewaren van ingevroren levensmiddelen, dient u de bewaaromstandigheden zoals vermeld op de verpakking in acht te nemen. Mocht er geen uitleg vermeld staan, dan dienen de levensmiddelen binnen de korst mogelijke tijdsperiode geconsumeerd te worden.
• Als de verpakking van ingevroren levensmiddelen vochtig is geworden of een geur afgeeft, kan het zijn dat deze producten onder ongunstige omstandigheden werden opgeslagen en zijn gaan rotten. Deze soort etenswaren niet aanschaffen!
• De bewaartermijn van ingevroren levensmiddelen is afhankelijk van de omgevingstemperatuur, het frequent openen en sluiten van de deuren, thermostaatinstellingen, soort levensmiddel en de tijdsduur die is verstreken sinds de levensmiddelen werden gekocht tot het moment waar op ze in de vriezer werden geplaatst. Neem altijd de aanwijzingen op de verpakking in acht en overschrijd nooit de aangegeven bewaartermijn.
• Indien er een stroompanne of defect optreedt, mag u de deur niet openen. Dit helpt de temperatuur in het vriesvak behouden en zorgt ervoor dat de etenswaren bewaard blijven aan een omgevingstemperatuur van 25°C gedurende een periode van 9,5 uur en gedurende 8 aan een omgevingstemperatuur van 32°C. U mag etenswaren die ontdooien of reeds ontdooid zijn niet opnieuw invriezen. Deze etenswaren moeten bereid en verbruikt worden.
NL - 53 -
VIS EN VLEES Voorbereiden
makreel, zeeforel,
In verpakking in aluminium
In zout water, in aluminium
Biefstuk In folie verpakt 6-10 1-2
Lamsvlees In folie verpakt 6-8 1-2
Kalfsbraadstuk In folie verpakt 6-10 1-2
Kalfsvlees in
blokjes
Schapenvlees in
blokjes Gehakt
Slachtafval In kleine stukjes 1-3 1-2
Worst / salami
Kip en kalkoen In folie verpakt 7-8 10-12
Gans/eend In folie verpakt 4-8 10
Hert, wild zwijn,
konijn
Hert, wild zwijn,
konijn
Zoetwatervis;
forel, karper,
tonijn, meerval
Vette vis; boniter,
ansjovis
Schaaldieren
In kleine stukjes 6-10 1-2
In kleine stukjes 4-8 2-3
In platte pakjes en zonder
kruiden
Moet worden verpakt zelfs
wanneer dit een velletje
heeft
In porties van 2.5 kg
zonder beenderen
Moet worden gewassen
en gedroogd nadat werd
schoongemaakt aan
binnenkant en van
schubben ontdaan. Kop-
en staartdelen dienen
indien nodig te worden
verwijderd.
Schoongemaakt en in
zakken verpakt
Bewaartermijn
(in maanden)
1-3 2-3
1-2 Totdat goed ontdooid
9-12 10-12
2 Totdat goed ontdooid
4-8 Totdat goed ontdooid
2-4 Totdat goed ontdooid
4-6 Totdat goed ontdooid
ontdooien op
kamertemperatuur
(in uren)
Kaviaar
Slakken
of plastic bakje
of plastic bakje
2-3 Totdat goed ontdooid
3 Totdat goed ontdooid
Opmerking: Ingevroren vlees dient net als vers vlees onmiddellijk te worden bereid nadat het werd ontdooid. Als vlees niet is bereid na te zijn ontdooid, mag dit niet opnieuw worden ingevroren.
NL - 54 -
FRUIT EN
kamertemperatuur
Champignons en
GROENTEN
Bloemkool
Groene bonen,
snijbonen
Erwten Schoonmaken en wassen 12
asperges
Kool Schoongemaakt 6-8
Aubergine
Maïs
Wortel
Paprika
Spinazie Gewassen 6-9
Appel en peer
Abrikoos, perzik
Aardbei,
framboos
Bereide vruchten
Pruimen, kersen,
zure bessen
Voorbereiden
Verwijder de bladeren,
verdeel kool in stukken en
houd deze in water met
een beetje citroen
Wassen en in kleine
stukjes snijden
Wassen en in kleine
stukjes snijden
Wassen en in stukken van
2 cm snijden
Schoonmaken en als kolf
of korrels bewaren
Wassen en in plakjes
snijden
Steel verwijderen, in twee
delen en zaadlijsten
verwijderen
In stukjes en schil
verwijderd
In twee delen en zaden
verwijderen
Schoonmaken en wassen 8-12
In bakje met 10% aan
suiker toegevoegd
Wassen en steeltjes
verwijderen
Periode voor
Bewaartermijn
(in maanden)
10-12
10-13
6-9
10-12
12
12
8-10
8-10 5-In de koelkast
4-6 4-In de koelkast
12
8-12
ontdooien op
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
kamertemperatuur
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
Kan worden gebruikt
zonder te zijn ontdooid
kamertemperatuur
kamertemperatuur
kamertemperatuur
kamertemperatuur
(in uren)
2-Op
2-Op
2-Op
4-Op
5-7 - Op
NL - 55 -
Melkproducten
Bewaartermijn
en deegwaren
Melk
Kaas - anders
dan witte kaas
Boter, margarine
Eiwit 10-12
Eimengsel
(eiwit en
eigeel)
Eieren*
Eigeel
Voorbereiden
In plakken 6-8
In eigen verpakking 6
Als goed gemixt dan zout
of suiker toevoegen om te
voorkomen dat het dik
wordt
Als goed gemixt dan zout
of suiker toevoegen om te
voorkomen dat het dik
wordt
Bewaartermijn
(in maanden)
2-3
10
8-10
Bewaarwijze
Alleen homogene
melk
Kunnen gedurende
korte tijd in originele
verpakking worden
opgeslagen. Dienen
voor langere
bewaartermijn in
plastic folie te worden
verpakt.
In een afgesloten
bakje
In een afgesloten
bakje
In een afgesloten
bakje
* Mag niet me eierschaal worden ingevroren. Het eigeel en eiwit moeten apart worden ingevroren of zeer goed zijn gemixt.
Periode voor ontdooien op
(in maanden)
kamertemperatuur (in uren)
Brood 4-6 2-3
Koekjes 3-6 1-1,5
Pastei 1-3 2-3
Taart 1-1,5 3-4
Bladerdeeg 2-3 1-1,5
Pizza 2-3 2-4
Periode voor
ontdooien in de oven
(in minuten)
4-5 (220-225°C) 5-8 (190-200°C) 5-10 (200-225°C) 5-8 (190-200°C) 5-8 (190-200°C) 15-20 (200°C)
De smaak van bepaalde kruiden in bereide schotels (anijs, basilicum, waterkers, azijn, gemengde kruiden, gember, knoflook, ui, mosterd, tijm, majoraan, zwarte peper, worst enz.) verandert en neemt toe in sterkte naarmate deze gedurende langere tijd worden bewaard. Aan ingevroren levensmiddelen dienen derhalve weinig kruiden worden toegevoegd of de gewenste kruiden dienen pas na ontdooien aan de levensmiddelen te worden toegevoegd.
De bewaarperiode van de levensmiddelen is afhankelijk van de gebruikte olie. Geschikte olie is onder andere margarine, kalfsvet, olijfolie en boter. Ongeschikte oliën zijn pinda-olie en varkensvet. Maaltijden in vloeibare vorm dienen in plastic bakjes te worden ingevroren. Andere levensmiddelen dienen in plastic folie of zakjes te worden ingevroren.
NL - 56 -
DEEL 4.
• Verwijder de stekker uit het stopcontact voor het reinigen.
• Reinig het toestel niet door water te gieten.
• Het koelkastgedeelte en het diepvriesgedeelte moeten periodiek gereinigd worden met behulp van een oplossing van natriumbicarbonaat en lauw wa­ter.
• Reinig de accessoires afzonderlijk met zeep en wa­ter. Reinig ze niet in een wasautomaat.
• Gebruik geen schurende producten, detergenten of zeep. Spoel grondig na het wassen met zuiver water en droog zorgvuldig. Wanneer het reinigen voltooid is, steek de stekker terug in het stopcontact met droge handen.
• U moet de condensator (achterkant van het toestel) minstens eenmaal per jaar reinigen met een borstel om energie te besparen en de productiviteit te verhogen.
REINIGING EN ONDERHOUD
DE STEKKER MOET UIT HET STOPCONTACT VERWIJDERD ZIJN.
Ontdooien
• Uw koelkast ontdooit volledig automatisch. Het water dat gevormd wordt als gevolg van het ontdooiproces, loopt in de waterverzamelbak, stroomt in de verdampingsbak aan de achterzijde van uw koelkat en verdampt daar.
• Controleer voor het reinigen van de verdampingsbak of u de stekker uit het stopcontact hebt getrokken.
• Neem de verdampingsbak uit. Verwijder eerst de schroeven, zie illustratie. Regelmatig met zeepwater reinigen. Zo voorkomt u geurvorming.
NL - 57 -
DEEL 5.
TRANSPORT EN WIJZIGEN VAN INSTALLATIEPOSITIE
Transport en wijzigen van de installatiepositie
• De originele verpakkingen en polystyreenschuim (PS) kunnen opgeborgen worden indien nodig.
• Bij het transport moet het toestel vastgemaakt worden met een brede band of een sterk touw. De regels geschreven op de gegolfde doos moeten tijdens het transport worden toegepast.
• Voor het transport of het wijzigen van de oude installatiepositie, moeten alle bewegende delen (d.w.z. platen, groentelade,…) verwijderd worden of vastgemaakt worden met banden zodat ze niet kunnen schudden.
(In bepaalde modellen)
Wijzigen van de richting van het openen van de deur
In het geval u de richting van het openen van de deur moet wijzigen, raadpleeg de
dienst naverkoop.
NL - 58 -
2. Tijdelijk de instelling
DEEL 6.
VOOR U BELT NAAR DE DIENST NAVERKOOP
Als uw koelkast niet werkt;
• Doet zich een elektrische storing voor?
• Is de stekker correct in het stopcontact gestoken?
• Is de zekering van het stopcontact waarin de stekker is gestoken of de hoofdzekering gesprongen?
• Is er een defect in het stopcontact? Om dit te controleren, steekt u de stekker van de koelkast in een stopcontact waarvan u zeker bent dat het werkt.
WAARSCHU WINGSTYPE
Sr
LF
BETEKENIS REDEN OPLOSSING
Verschijnt wanneer een of
Storingswaarschu
wingen
Diepvriesgedeelte
is niet koud
genoeg
meer onderdelen van de
koelkast defect zijn of indien
zich een probleem in het
koelsysteem voordoet.
Deze waarschuwing
verschijnt indien zich
gedurende lange tijd een
stroomstoring heeft
voorgedaan en wanneer de
koelkast voor de eerste keer
in werking wordt gesteld.
Onmiddellijk
onderhoudsdienst
bellen.
1. Als uw bevroren levensmiddelen
ontdooid zijn, dient u
deze zo snel mogelijk
te consumeren. Niet opnieuw invriezen in
verband met kans op
verrotting.
van de vriezertemperatuur naar het gewenste
niveau verhogen of het
apparaat in de
snelvriesmodus
schakelen.
LP Lage spanning
Koelkast schakelt over naar
stand-by wanneer de
spanning onder 170 Volt valt.
NL - 59 -
Dit voorkomt dat de
compressor
beschadigd raakt als
gevolg van een lage
spanning. Koelkast
begint automatisch te
werken wanneer de
spanning wordt
hersteld naar het
benodigde niveau.
Temperatuurwaarschuwing:
“LF” knippert op het temperatuurscherm en een hoorbaar geluidsignaal weerklinkt
als de temperatuur in het diepvriescompartiment te veel stijgt.
Een stijging in de temperatuur kan veroorzaakt worden door;
• de deur regelmatig langdurig te openen
• te laden met grote hoeveelheden warme etenswaren
• hoge omgevingstemperaturen
• een fout van de toestellen.
Controlewaarschuwingen;
Als de temperatuur van koelk- en vriescompartimenten niet op het geschikte niveau is of als er een probleem is in het toestel, wordt u door de koelkast gewaarschuwd. Waarschuwingscodes verschijnen in insteldisplay van het vriezercompartiment.
Er kan ook een waarschuwingsgeluid hoorbaar zijn
Weergave van code en zoemer blijft doorgaan totdat u de knop SET of MODE (INSTEL of MODUS) indrukt. Wanneer u een van deze knoppen indrukt, stopt de zoemer. De code blijft weergegeven totdat het probleem is opgelost
Als uw koelkast geluiden maakt; Normaal geluid Kraken van ijs:
• Wordt gehoord tijdens het automatisch ontdooiproces.
• Wanneer het apparaat gekoeld of verwarmd wordt (uitzetten van het materiaal van het apparaat).
Kort krakend geluid
• Wordt gehoord wanneer de compressor door de thermostaat wordt in- en uitgeschakeld.
Geluid van de compressor
• Normaal motorgeluid. Geeft aan dat de compressor normaal werkt. Als de com­pressor voor de eerste keer werkt, kan het geluid gedurende korte tijd wat harder zijn.
Borrelend en pruttelend geluid:
• Dit geluid wordt veroorzaakt door de koelvloeistoffen in de systeemleidingen.
Geluid van stromend water:
• Dit is het normale geluid van water dat tijdens het ontdooiproces naar de verdampingsbak stroomt. Dit geluid kan zich voordoen tijdens het ontdooiproces.
Geluid van blazend water:
• Normaal ventilatorgeluid. Dit geluid kan zich voordoen als gevolg van de luchtcirculatie in No Frost koelkasten. Het systeem werkt normaal.
NL - 60 -
Als de randen van de koelkast bij de deurnaad warm zijn;
• Speciaal in de zomermaanden (tijdens warm weer) kan het zijn dat de oppervlakken die in aanraking komen met de afdichting van de koelkast warm worden wanneer de compressor werkt. Dit is normaal.
Als zich condensvorming voordoet aan de binnenzijde van uw koelkast;
• Zijn de levensmiddelen correct verpakt? Zijn de bakjes goed afgedroogd voordat deze in de koelkast werden geplaatst?
• Werden de deuren van de koelkast regelmatig geopend? Als de deur geopend wordt, kan vochtigheid in de kamerlucht in de koelkast terechtkomen. Wanneer de luchtvochtigheid hoog is, kan het regelmatig openen van de koelkastdeur condensvorming veroorzaken.
• Het is normaal om waterdruppels aan de achterzijde aan te treffen. Dit is gevolg van
het automatische ontdooiproces. (In statische modellen)
Als de deuren niet goed openen en sluiten:
• Verhinderen pakketten levensmiddelen dat de deuren sluiten?
• Zijn de deurdelen, plateaus en lades correct geplaatst?
• Is de afdichting van de deur defect of versleten?
• Staat uw koelkast op een gelijkmatige ondergrond?
Als uw koelkast niet genoeg koelt;
• Uw koelkast is ontworpen om te werken in een omgevingstemperatuur zoals gespecificeerd in de normen volgens de klimaatklasse die op het typeplaatje staat vermeld. Het wordt niet aanbevolen om de koelkast te gebruiken in omgevingen met een temperatuurwaarden die buiten de gespecificeerde klimaatklasse valt.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur (°C)
T
ST
N
SN
Tussen 16°C en 43°C Tussen 16°C en 38°C Tussen 16°C en 32°C Tussen 10°C en 32°C
(*) Volgens de norm TS EN ISO 15502 is de tropische klasse alleen gedefinieerd voor
omgevingstemperaturen tussen 16°C en 43°C.
NL - 61 -
BELANGRIJKE OPMERKINGEN:
• In geval van een plotselinge stroomstoring of afsluiting en verbinding van de stekker in het stopcontact, wordt het beschermende element van de compressor geactiveerd omdat de druk van het gas in het koelsysteem van uw koelkast niet in balans is. 5 minuten later zal de koelkast gaan werken; u dient zich hier geen zorgen over te maken.
• Als u de koelkast gedurende langere tijd niet gebruikt (bijvoorbeeld tijdens zomervakantie) gelieve de stekker uit het stopcontact te trekken. Reinig uw koelkast zoals vermeld in Deel 4 en laat de deur open staan om condens- en geurvorming te voorkomen.
Mocht bovenstaande het probleem met uw koelkast niet verhelpen, gelieve con-
tact op te nemen met de dichtstbijzijnde geautoriseerde -servicedienst.
De levensduur van uw toestel, zoals vastgesteld en bepaald door het Ministerie van Industrie (de periode voor het leveren van reserveonderdelen om het apparaat naar behoren te laten werken), bedraagt 10 jaar.
Advies voor energiebesparing
• Het toestel niet in de nabijheid van hitteproducerende apparaten plaatsen. Zoals een oven, kooktoestel, vaatwasser of radiater. Plaats het apparaat in het koelste deel van de ruimte.
• Plaats het toestel in een koele, goed geventileerde ruimte. Zorg dat alle lucht openingen van het apparaat onbelemmerd zijn.
• Laat warm voedsel altijd tot kamertemperatuur afkoelen voordat u het in de vriezer plaatst.
• Vermijd het lang open laten staan van de deur of het frequent openen van de deur. Warme lucht kan dan in de kast komen en maken dat de compressor onnodig vaak aan gaat.
• Controleer of er geen obstakels zijn die verhinderen dat de deur goed sluit.
• Dek etenswaren af voordat u ze in de vriezer plaatst. Dit vermindert vochtophoping binnen in het apparaat.
• Zie het onderdeel "temperatuurinstellingen" voor aanbevolen temperatuurinstellingen.
• Openingen voor koude lucht niet dichtstoppen. Dit maakt dat de vriezer langer draait en meer energie verbruikt.
• Houd de vriezer vol.
• Plaats de vriezer zo dat de deur goed sluit.
• Reinig zo nu en dan de achterzijde van het apparaat met een stofzuiger of verfkwast om een toename in stroomverbruik te voorkomen.
• Houd pakkingen schoon en buigzaam. Vervang pakkingen indien versleten.
NL - 62 -
DEEL 7.
DE ONDERDELEN VAN HET TOESTEL EN DE
COMPARTIMENTEN
1
2
3
4
5
7
6
8
9
Deze presentatie is alleen bedoeld als informatie over de onderdelen van het apparaat.
Onderdelen kunnen afhankelijk van het toestelmodel variëren.
1. IJSSCHAAL
2. DISPLAYPANEEL
3. NO FROST LUCHTCIRCULATIESYSTEEM
4. KLEINE VRIEZERFLAP
5. GROTE VRIEZERFLAP
NL - 63 -
6. DIEPVRIESLADEN
7. GROTE DIEPVRIESLADE
8. ONDERLADE VAN DE DIEPVRIES
9. STELVOETJES
Loading...