Smeg CID280NF User Manual [nl]

Gebrauchsanleitung de
Instruction for Use en
Mode d’emploi fr
Istruzioni per I´uso it
Gebruiksaanwijzing nl
Einbaugerät Built-in appliance Appareil encastrable Apparecchio da incasso Inbouwapparaat
nl
nlInhoud
Gebruiksaanwijzingnl
Veiligheidsbepalingen en waarschuwingen
Voordat u het apparaat in gebruik neemt
Lees de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift nauwkeurig door. U vindt daarin belangrijke informatie over plaatsing, gebruik en onderhoud van het apparaat.
De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid als de aanwijzingen en waarschuwingen in de gebruiksaanwijzing niet in acht worden genomen. Bewaar de gebruiksaanwijzing en het montagevoorschrift voor later gebruik of voor een eventuele latere bezitter.
Technische veiligheid
Het apparaat bevat een geringe hoeveelheid van het milieuvriendelijke maar brandbare koelmiddel R600a. Let erop dat de leidingen van het koelcircuit bij het transport of de installatie niet beschadigd worden. Koelmiddel dat naar buiten spuit kan vlam vatten of tot oogletsel leiden.
Bij beschadiging
Open vuur of andere
ontstekingsbronnen uit de buurt van het apparaat houden;
Ruimte gedurende een paar
minuten goed luchten;
Apparaat uitschakelen
en de stekker uit het stopcontact trekken;
Contact opnemen met
de Servicedienst.
Hoe meer koelmiddel het apparaat bevat, des te groter moet de ruimte zijn waarin het apparaat wordt opgesteld. In een te kleine ruimte kan bij een lek een ontvlambaar mengsel van gas en lucht ontstaan. Per 8 g koelmiddel moet het vertrek minstens 1 m³ groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel in uw apparaat vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
Als de aansluitkabel van het apparaat beschadigd raakt, moet deze worden vervangen door de fabrikant, de klantenservice of een andere gekwalificeerde persoon. Onvakkundige installatie en reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor de bezitter.
86
nl
Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de fabrikant, de klantenservice of een andere gekwalificeerde persoon.
Er mogen alleen originele onderdelen van de fabrikant gebruikt worden. Alleen bij deze onderdelen garandeert de fabrikant dat ze aan de veiligheidseisen voldoen.
Een verlengsnoer voor de aansluitkabel mag uitsluitend via de klantenservice worden aangeschaft.
Bij het gebruik
Nooit elektrische apparaten in
het apparaat gebruiken (bijv. verwarmingsapparaten, elektrische ijsmaker etc.). Explosiegevaar!
Het apparaat nooit met een
stoomreiniger ontdooien of schoonmaken! De hete stoom kan in de elektrische onderdelen terechtkomen en kortsluiting veroorzaken. Gevaar van elektrische schok!
Gebruik geen puntige of
scherpe voorwerpen om een laag ijs of rijp te verwijderen. U kunt hierdoor de koelleidingen beschadigen. Koelmiddel dat naar buiten spuit kan vlam vatten oftot oogletsel leiden.
Geen producten met
brandbare drijfgassen (bijv. spuitbussen) en geen explosieve stoffen in het apparaat opslaan. Explosiegevaar!
Plint, uittrekbare manden of
laden, deuren etc. niet als opstapje gebruiken of om op te leunen.
Om te ontdooien of schoon
te maken: stekker uit het stopcontact trekken resp. de zekering uitschakelen of losdraaien. Altijd aan de stekker trekken, nooit aan de aansluitkabel.
Dranken met een hoog
alcoholpercentage altijd goed afgesloten en staand bewaren.
Geen olie of vet gebruiken op
kunststof onderdelen en deurdichtingen. Ze kunnen poreus worden.
De be- en
ontluchtingsopeningen van het apparaat nooit afdekken.
Vermijd langdurig contact van
uw handen met de diepvrieswaren, ijs of de verdamperbuizen enz. Kans op vrieswonden!
87
nl
Vermijden van risico's voor
kinderen en kwetsbare personen:
Kwetsbaar zijn kinderen/personen met lichamelijke, geestelijke of zintuigelijk beperkingen, evenals personen die onvoldoende kennis hebben over de veilige bediening van het apparaat.
Zorg ervoor dat kinderen en kwetsbare personen begrijpen wat de gevaren zijn.
Een voor de veiligheid verantwoordelijke persoon moet toezicht houden op kinderen en kwetsbare personen bij het apparaat of hen instrueren.
Alleen kinderen vanaf 8 jaar het apparaat laten gebruiken.
Bij reiniging en onderhoud toezicht houden op kinderen.
Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.
Flessen en blikjes met
vloeistoffen – vooral koolzuurhoudende dranken – niet in de diepvriesruimte opslaan. Flessen en potten kunnen barsten!
Diepvrieswaren nadat u ze uit
de diepvriesruimte hebt gehaald, nooit onmiddellijk in de mond nemen. Kans op vrieswonden!
Kinderen in het huishouden
Verpakkingsmateriaal en
onderdelen ervan zijn geen speelgoed voor kinderen. Verstikkingsgevaar door opvouwbare kartonnen dozen en folie!
Het apparaat is geen
speelgoed voor kinderen!
Bij een apparaat met deurslot:
sleutel buiten het bereik van kinderen bewaren!
Algemene bepalingen
Het apparaat is geschikt
voor het koelen en invriezen
van levensmiddelen,
voor het bereiden van ijs.
Dit apparaat is bestemd voor privégebruik in het huishouden en de huiselijke omgeving.
Het apparaat is ontstoord volgens EU richtlijn 2004/108/EC.
Het koelcircuit is op dichtheid gecontroleerd.
Dit apparaat voldoet aan de veiligheidsbepalingen voor elektrische apparaten (EN 60335-2-24).
88
nl
Aanwijzingen over de afvoer
* Afvoeren van de verpakking van uw nieuwe apparaat
De verpakking beschermt uw apparaat tegen transportschade. De gebruikte materialen zijn onschadelijk voor het milieu en kunnen opnieuw worden gebruikt. Help daarom mee en zorg dat de verpakking milieuvriendelijk wordt afgevoerd.
U kunt bij uw leverancier of bij de reinigingsdienst in uw gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het verpakkingsmateriaal van het nieuwe apparaat kunt (laten) afvoeren voor een milieuvriendelijke verwerking.
* Afvoeren van uw oude apparaat
Oude apparaten zijn geen waardeloos afval! Door een milieuvriendelijke afvoer kunnen waardevolle grondstoffen worden teruggewonnen.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude apparaten.
m Waarschuwing
Bij afgedankte apparaten
1. Stekker uit het stopcontact trekken.
2. Aansluitkabel doorknippen en samen met de stekker verwijderen.
3. Legplateaus en voorraadvakken niet eruit halen om het kinderen moeilijk te maken erin te klimmen!
4. Laat kinderen niet met het afgedankte apparaat spelen. Verstikkingsgevaar!
Koelapparaten bevatten koelmiddel en in de isolatie gas. Die zorgvuldig moeten worden afgevoerd. Met het oog op een doelmatige en milieuvriendelijke afvoer mogen de leidingen van het koelcircuit tot het moment van transport niet beschadigd worden.
Omvang van de levering
Controleer na het uitpakken alle onderdelen op eventuele transportschade.
Voor klachten kunt u terecht bij de winkel waar u het apparaat hebt aangeschaft of bij onze klantenservice.
De levering bestaat uit de volgende onderdelen:
Inbouwapparaat
Uitrusting (modelafhankelijk)
Zakje met montagemateriaal
Gebruiksaanwijzing
Montagevoorschrift
Klantenserviceboekje
Garantiebijlage
Informatie over energieverbruik en
geluiden
89
nl
Omgevingstempera­tuur, ventilatie en nisdiepte
Omgevingstemperatuur
Het apparaat is voor een bepaalde klimaatklasse geconstrueerd. Afhankelijk van de klimaatklasse kan het apparaat bij de volgende omgevingstemperaturen gebruikt worden.
De klimaatklasse staat op het typeplaatje, afb. ,.
Klimaatklasse Toelaatbare
omgevingstemperatuur
SN +10 °C tot 32 °C N +16 °C tot 32 °C ST +16 °C tot 38 °C T +16 °C tot 43 °C
Aanwijzing
Het apparaat is volledig functioneel binnen de binnentemperatuurgrenzen van de aangegeven klimaatklasse. Wanneer een apparaat uit klimaatklasse SN wordt gebruikt bij een lagere binnentemperatuur, kunnen beschadigingen aan het apparaat worden uitgesloten tot een temperatuur van +5 °C.
Beluchting
De lucht aan de achterzijde van het apparaat wordt warm. De verwarmde lucht moet ongehinderd afgevoerd kunnen worden. Anders moet de koelmachine meer presteren. Waardoor het energieverbruik toeneemt. De be en ontluchtingsopeningen mogen dan ook nooit worden afgedekt!
Nisdiepte
Voor het apparaat wordt een nisdiepte van 560 mm aanbevolen. Bij een kleinere nisdiepte – minstens 550 mm – wordt het energieverbruik iets hoger.
De juiste plaats
Geschikt voor het opstellen zijn droge, ventileerbare vertrekken. Het apparaat liefst niet in de zon of naast een fornuis, verwarmingsradiator of een andere warmtebron plaatsen. Is plaatsing naast een warmtebron niet te vermijden, maak dan gebruik van een isolerende plaat of neem de volgende minimumafstanden in acht:
Naast elektrische of gasfornuizen
3 cm.
Naast een CV-installatie 30 cm.
Apparaat aansluiten
Na het plaatsen van het apparaat moet u minimaal 1 uur wachten voordat u het apparaat in gebruik neemt. Tijdens het transport kan het gebeuren dat de olie van de compressor in het koelsysteem terecht komt.
Vóór het eerste gebruik de binnenruimte van het apparaat schoonmaken (zie hoofdstuk „Schoonmaken van het apparaat”).
90
Elektrische aansluiting
Het stopcontact moet zich in de buurt van het apparaat bevinden en ook na het opstellen van het apparaat goed bereikbaar zijn.
Het apparaat voldoet aan beschermklasse I. Het apparaat aansluiten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd 220–240 V/50 Hz wisselstroomstopcontact met aardleiding. Het stopcontact moet zijn beveiligd met een zekering van 10 A tot 16 A.
Bij apparaten die in niet Europese landen worden gebruikt op het typeplaatje controleren of de aansluitspanning en de stroomsoort overeenkomen met de waarden van uw elektriciteitsnet. U vindt deze gegevens op het typeplaatje. Afb. ,
nl
Kennismaking met het apparaat
De laatste bladzijde met de afbeeldingen uitklappen. Deze gebruiksaanwijzing is op meer dan één type van toepassing.
De uitrusting van de modellen kan variëren.
Kleine afwijkingen in de afbeeldingen zijn mogelijk.
Afb. !
m Waarschuwing
Het apparaat mag in geen geval worden aangesloten op elektronische energiebesparingsstekkers.
Voor onze apparaten kunnen netvoedingsinverters en sinusinverters worden gebruikt. Netvoedingsinverters worden gebruikt bij fotovoltaïsche installaties die rechtstreeks zijn aangesloten op het openbare elektriciteitsnet. Bij losstaande systemen (bijv. op schepen of in berghutten) die geen rechtstreekse aansluiting op het openbare elektriciteitsnet hebben, moet een sinusinverter worden gebruikt.
A Koelruimte B Diepvriesruimte
1–9 Bedieningselementen 10 Verlichting 11 Glasplateau in de koelruimte 12 Flessenrek 13 Groentelade 14 Bessenlade 15 Diepvrieskalender 16 Diepvrieslade 17 Voorraadvak in de deur 18 Vak voor grote flessen
91
nl Bedieningselementen
Afb. "
1 Toets Aan/Uit
Om het hele apparaat in en uit te schakelen.
2 Toets „super” (Diepvriesruimte)
Om het supervriessysteem in en uit te schakelen.
3 Temperatuurinsteltoetsen
diepvriesruimte
Met deze toetsen wordt de temperatuur van de diepvriesruimte ingesteld.
4 Temperatuurindicatie
Diepvriesruimte De cijfers komen overeen met de ingestelde temperaturen in de diepvriesruimte in °C.
5 Alarmtoets
Om het alarmsignaal uit te schakelen (zie hoofdstuk „Alarm function”).
6 Holiday-toets
Dient voor het in- en uitschakelen van de Vakantie-modus (zie het hoofdstuk Vakantiemodus).
7 Temperatuurinsteltoetsen
koelruimte
Met deze toetsen wordt de temperatuur van de koelruimte ingesteld.
8 Temperatuurindicatie
Koelruimte
De cijfers komen overeen met de ingestelde temperaturen in de koelruimte in °C.
9 Toets „super” (Koelruimte)
Om het superkoelsysteem in en uit te schakelen.
Inschakelen van het apparaat
Afb. "
1. Het apparaat met de toets Aan/Uit inschakelen 1.
Er klinkt een alarmsignaal, de temperatuurindicatie 4 knippert en de alarmtoets 5 brandt.
2. Door de alarmtoets 5 in te drukken wordt het alarmsignaal uitgeschakeld.
Het apparaat begint te koelen. De verlichting is ingeschakeld wanneer de deur open is.
De fabriek adviseert de volgende temperaturen:
Koelruimte: +4 °C
Diepvriesruimte: -18 °C
Aanwijzingen bij het gebruik
Na het inschakelen kan het een aantal
uren duren voordat de ingestelde temperatuur is bereikt. Vóór die tijd geen levensmiddelen in het apparaat leggen.
Door het volledig automatische
NoFrost systeem blijft de vriesruimte ijsvrij. Ontdooien is niet nodig.
De voorzijde van het apparaat achter
de deur wordt gedeeltelijk licht verwarmd waardoor de vorming van condenswater in de buurt van de deurafdichting wordt voorkomen.
Wanneer de deur van
de diepvriesruimte na het sluiten niet direct weer geopend kan worden, dient u even te wachten tot de onderdruk is verdwenen.
92
Loading...
+ 16 hidden pages