Smeg CA90E6 User Manual [nl]

Inhoudsopgave
1 Waarschuwingen 76
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen 76
1.2 Identificatieplaatje 77
1.3 Beoogd gebruik 77
1.4 Aansprakelijkheid van de fabrikant 77
1.5 Verwerking 77
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing 78
2 Beschrijving 79
2.1 Algemene beschrijving 79
2.2 Kookplaat 79
2.3 Bedieningspaneel 80
2.4 Andere onderdelen 81
3 Gebruik 82
3.1 Waarschuwingen 82
3.2 Eerste gebruik 83
3.5 De bergruimte openen 86
4 Reiniging en onderhoud 88
4.1 Waarschuwingen 88
4.2 Het apparaat reinigen 88
NL
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website www.smegfoodservice.com voor verdere informatie over dit
75
Waarschuwingen
1 Waarschuwingen
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen
Persoonlijk letsel
• Het apparaat en de bereikbare delen
ervan worden heel warm tijdens het gebruik.
• Raak geen warmte-elementen delen
aan tijdens gebruik van het apparaat.
• Houd kinderen die niet onder toezicht
staan verwijderd van het apparaat.
• Laat kinderen niet spelen met het
apparaat.
• Dit apparaat mag alleen door
gekwalificeerd personeel worden gebruikt.
• Plaats geen metalen voorwerpen
zoals messen, vorken, lepels of deksels op het apparaat tijdens gebruik ervan.
• Schakel het apparaat uit na gebruik
ervan.
• Probeer geen vlammen/brand te
doven met water: schakel het apparaat uit en bedek het vuur met een deksel of een brandwerende deken.
• Werkzaamheden voor schoonmaak
en onderhoud van het apparaat mogen niet worden uitgevoerd door kinderen die niet onder toezicht staan.
• Laat de installatie en technische
interventies uitvoeren door gekwalificeerd personeel overeenkomstig de geldende normen.
• Voer geen wijzigingen uit op het apparaat.
• Plaats geen metalen en puntige voorwerpen (bestek of gereedschappen) in de spleten van het apparaat.
• Probeer nooit om zelf het apparaat te repareren, zonder tussenkomst van een gekwalificeerde technicus.
• Als de stroomkabel beschadigd is, moet men onmiddellijk contact opnemen met de technische dienst die voor de vervanging van de kabel zal zorgen.
• Open de bergruimte niet wanneer de oven ingeschakeld of warm is.
• De voorwerpen in de bergruimte kunnen erg heet zijn tijdens het gebruik van de oven.
Beschadiging van het apparaat
• Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Gebruik eventueel houten of plastic gereedschappen.
• Ga niet op het apparaat zitten.
• Reinig het apparaat niet met waterstralen.
• Reinig het apparaat niet met een stoomreiniger.
• Zorg er voor dat de openingen en de spleten voor de ventilatie en de warmte-afvoer niet verstopt raken.
• Laat het apparaat niet onbewaakt achter tijdens bereidingen waarbij vetten en oliën kunnen vrijkomen.
76
Waarschuwingen
• Laat geen voorwerpen achter op de kookoppervlakken.
• Gebruik het apparaat nooit om de ruimte te verwarmen.
• Verwijder voedselresten of gemorste sporen van vroegere bereidingen binnenin de oven.
Voor dit apparaat
• Vóór u de lamp vervangt, moet u de stroomtoevoer van het apparaat uitschakelen.
• Ga niet steunen of zitten op de geopende deur van het apparaat.
• Controleer of er geen voorwerpen in de deur vastzitten.
1.2 Identificatieplaatje
• Het identificatieplaatje bevat de technische gegevens, het serienummer en de markering. Het typeplaatje mag in geen geval
worden verwijderd
1.3 Beoogd gebruik
.
• Dit apparaat is bestemd voor het
bereiden van voedsel in een professionele omgeving. Elk ander gebruik is oneigenlijk.
• Het apparaat is niet ontworpen
om te functioneren met externe kookwekkers of afstandsbedieningssystemen.
1.4 Aansprakelijkheid van de fabrikant
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan personen en voorwerpen tengevolge:
• een ander gebruik van het apparaat
dan wordt voorzien;
• het niet in acht nemen van de
voorschriften van de gebruiksaanwijzing;
• het forceren van ook slechts één deel
van het apparaat;
• gebruik van niet-originele
reserveonderdelen.
1.5 Verwerking
Het apparaat moet gescheiden ingezameld worden (richtlijnen
2002/95/EG, 2002/96/EG, 2003/108/EG). Het product bevat geen delen die als gevaarlijk voor de gezondheid en het milieu worden beschouwd, conform de actuele Europese Richtlijnen.
Verwijdering van het apparaat:
• Snijd de voedingskabel af en verwijder
de elektrische kabel.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer uit.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• De gebruiker moet het apparaat dus
aan het einde van het gebruik toekennen aan geschikte centra voor de gescheiden inzameling van elektrisch en elektronisch afval, of het overhandigen aan de verkoper wanneer een nieuw gelijkaardig apparaat wordt gekocht.
NL
77
Waarschuwingen
Het apparaat zit verpakt in milieuvriendelijke en recyclebare materialen.
• Breng het verpakkingsmateriaal naar de betreffende centra voor afvalverwerking.
Plastic verpakking
Gevaar voor verstikking
• Laat de verpakking, of delen ervan, niet onbewaakt achter.
• Laat kinderen niet spelen met de plastic zakken van de verpakking.
1.6 Deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is een belangrijk onderdeel van het apparaat en dient gedurende de volledige levensduur intact en op een eenvoudig te bereiken plaats worden bewaard.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig vóór installatie.
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing komen de volgende begrippen voor:
Waarschuwingen
Algemene waarschuwingen in verband met de gebruiksaanwijzing, veiligheid en verwerking van afgedankte producten.
Beschrijving
Beschrijving van het apparaat en de accessoires.
Gebruik
Informatie over het gebruik van het apparaat en de accessoires, kooktips.
Reiniging en onderhoud
Informatie over correcte schoonmaak en onderhoud van het apparaat.
78
Veiligheidswaarschuwingen
Informatie
Suggestie
1. Volgorde van de gebruiksaanwijzingen.
• Enkele gebruiksaanwijzing.
2 Beschrijving
2.1 Algemene beschrijving
Beschrijving
NL
1 Kookplaat 2 Bedieningspaneel 3 Lamp 4 Pakking
2.2 Kookplaat
AUX = Hulpbrander SR = Halfsnelle brander
5 Deur 6 Ventilator 7 Bergruimte
Niveau van het frame voor
roosters/ovenschalen
UR2 = Dual R = Snelle brander
79
2.3 Bedieningspaneel
Beschrijving
1 Temperatuurknop
Hiermee kan de temperatuur van de bereiding geselecteerd worden.
2 Controlelamp temperatuur oven
Licht op om te melden dat de oven zich in de verwarmingsfase bevindt. Wordt uitgeschakeld als de temperatuur is bereikt. Een regelmatig knipperend lampje geeft aan dat de ingestelde temperatuur in de oven constant wordt gehouden.
3 Functieknop
Kan gebruikt worden om de verschillende functies van de oven te selecteren die voor verschillende bereidingswijzen.
80
4 Controlelamp werking oven
Gaat branden om aan te geven dat een bereidingswijze is geselecteerd. Gaat uit wanneer de functieknop is geplaatst op 0.
5 Knoppen van de branders van de kookplaat
Kunnen gebruikt worden voor de inschakeling en de regeling van de branders van de plaat. Het symbool onder elke knop geeft de brander aan die met deze knop wordt ingeschakeld.
Beschrijving
2.4 Andere onderdelen
Plaatsbare niveaus
Het apparaat beschikt over niveaus om roosters en ovenschalen op verschillende hoogtes te plaatsen. De plaatsbare hoogtes worden begrepen van laag naar hoog (zie 2.1 Algemene beschrijving).
Koelventilator
De ventilator zorgt voor de afkoeling van het apparaat, en wordt tijdens de bereiding in werking gesteld.
De werking van de ventilator veroorzaakt een normale luchtstroom die boven de deur naar buiten komt, en die nog even kan doorgaan nadat het apparaat werd uitgeschakeld.
Interne verlichting
Bij de keuze van een willekeurige functie wordt de binnenverlichting van de oven wordt ingeschakeld.
NL
81
Gebruik
3 Gebruik
3.1 Waarschuwingen
De temperatuur in de oven is hoog tijdens gebruik
Gevaar op verbranding
• Houd de deur dicht tijdens de bereiding.
• Bescherm de handen met ovenwanten bij het hanteren van voedsel in het apparaat.
• Draag beschermende handschoenen wanneer de ovenschalen worden gehanteerd.
• Raak de verwarmingselementen binnenin het apparaat niet aan.
• Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen.
• Houd kinderen buiten bereik van het apparaat tijdens de functionering ervan.
• Als er bewerkingen nodig zijn aan de etenswaren of aan het einde van de bereiding, opent u een aantal seconden lang de deur 5 centimeter, zodat de stoom ontsnapt. Vervolgens kunt u de deur volledig openen.
Niet-correct gebruik van de kookplaat
Gevaar op verbranding
• Controleer of de vlamverdelers met de respectievelijke deksels correct in de zittingen gepositioneerd zijn.
• Vetten en oliën kunnen vlam vatten bij oververhitting. Wees heel aandachtig.
Incorrect gebruik
Beschadiging van de oppervlakken
• Bedek de bodem van de ovenruimte niet met aluminiumfolie.
• Bij gebruik van bakpapier moet u er voor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de oven er niet door wordt verhinderd.
• Plaats geen potten of ovenschalen rechtstreeks op de bodem van de ovenruimte.
• Gebruik de open deur niet als steun voor potten of schalen.
• De recipiënten of de vleesroosters moeten binnen de omtrek van de kookplaat geplaatst worden.
• Alle recipiënten moeten een effen en regelmatige bodem hebben.
• In geval van overstroming of overkoken moet de vloeistof onmiddellijk van de kookplaat verwijderd worden. Gebruik daarvoor geschikte thermische beschermingsmiddelen.
De temperatuur in de bergruimte kan hoog oplopen
Gevaar op verbranding
• Open de bergruimte niet wanneer de oven ingeschakeld of warm is.
• De voorwerpen in de bergruimte kunnen erg heet zijn tijdens het gebruik van de oven.
82
Gebruik
Het apparaat wordt heel warm tijdens gebruik
Brand- en ontploffingsgevaar
• Gebruik geen spuitbussen in de nabijheid van het apparaat.
• Gebruik of laat geen ontvlambaar materiaal in de nabijheid van het apparaat.
• Gebruik geen vaatwerk of plastic houders voor de bereiding van voedsel.
• Plaats geen dichte schotels of houders in de oven.
• Laat het apparaat niet onbewaakt achter tijdens bereidingen waarbij vetten en olies kunnen vrijkomen.
• Verwijder ongebruikte ovenschalen en roosters tijdens de bereiding uit de ovenruimte.
3.2 Eerste gebruik
1. Verwijder eventuele beschermfolie aan de binnen- en buitenzijde van het apparaat en de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve het plaatje met de technische gegevens) van de accessoires en uit de ruimten.
3. Verwarm de oven op de maximale temperatuur om eventuele productieresten te verwijderen.
3.3 Gebruik van de kookplaat
Correcte positie van de vlamverdelers en van de deksels
Alvorens de branders van de kookplaat te ontsteken, controleer of:
• de vlamverdelers correct op hun plaats zijn aangebracht.
NL
• de openingen van de vlamverdelers (1) overeenstemmen met de vonkontstekers en de thermokoppels (2 en 3).
Inschakeling van de kookplaat
Het apparaat is voorzien van een elektronisch ontstekingsmechanisme. Om de kookplaat in te schakelen:
1. Draai de knop van de gewenste brander op stand en houd hem ingedrukt tot de kookplaat is ontstoken.
83
Gebruik
2. Houd de knop een enkele seconde lang ingedrukt zodat het thermokoppel kan opwarmen.
Het thermokoppel is niet voldoende opgewarmd als de brander uit gaat zodra de knop wordt losgelaten.
Wacht enkele ogenblikken, en herhaal de handeling. Houd de knop langer ingedrukt.
Als de brander niet wordt ontstoken binnen 15 seconden,
draai de knop op en wacht minstens 60 seconden alvorens
een nieuwe poging te verrichten.
In geval van een toevallige uitschakeling zorgt een veiligheidssysteem voor de blokkering van de gaslevering, ook wanneer de kraan open staat.
Draai de knop weer op en wacht minstens 60 seconden
alvorens een nieuwe poging te verrichten.
Regeling van de vlam
• Draai, als de kookplaat is ontstoken, de knop van de gewenste brander op een
plaats tussen het maximum en het minimum .
Praktisch advies voor het gebruik van de kookplaat
Voor een optimaal rendement van de branders en een minimaal gasverbruik moeten recipiënten gebruikt worden met een deksel en die geschikt zijn voor de brander, om te voorkomen dat de vlam langs de zijkanten lekt.
Wanneer de vloeistof begint te koken, moet de vlam zodanig verminderd worden om te vermijden dat de vloeistof overkookt.
Diameter van de recipiënten:
• Hulpbrander: 12 - 24 cm.
• Halfsnelle brander: 16 - 26 cm.
• Snelle brander: 18 - 26 cm.
• Dual: 24 - 30 cm.
3.4 Het gebruik van de oven
Inschakeling van de oven
1. Draai de functieknop op het symbool van de gewenste functie.
2. Draai de temperatuurknop rechtsom op de gewenste waarde tussen het minimum en het maximum.
Schakel de oven uit
1. Draai de functie- en temperatuurknop op het symbool 0.
Uitschakeling van de kookplaat
• Draai de knop op .
84
Gebruik
Lijst van de functies
Statisch
De warmte wordt gelijktijdig bovenaan en onderaan afgegeven, en maakt dit systeem geschikt voor het bereiden van speciale types van voedsel. De traditionele bereiding, die ook statisch wordt genoemd, is geschikt voor het klaarmaken van één gerecht per keer. Het is ideaal voor alle types van gebraden, brood en gevulde taarten, en het is vooral geschikt voor vet vlees zoals gans en eend.
Onderwarmte
De warmte, die enkel van onderaan komt, eindigt de bereiding van voedsel dat een hogere basistemperatuur nodig heeft, zonder gevolgen voor het bruin braden. Ideaal voor gebak of hartige taarten, vlaaien en pizza.
Kleine grill
Met deze functie kan door middel van de warmte, enkel afkomstig van het centrale element, kleine hoeveelheden vlees en vis gegrild worden om spiezen, toasts en bijspijzen van groenten te bereiden.
Grill
Met de warmte die van het grill element komt, kunnen uitstekende resultaten bereikt worden zoals het roosteren van dun en iets dikker vlees, en in combinatie met het draaispit (waar voorzien) wordt op het einde van de bereiding een uniforme goudbruine kleur verkregen. Ideaal voor worsten, ribbetjes en bacon. Met deze functie kan een grote hoeveelheid voedsel, en vooral vlees, uniform gegrild worden.
Geventileerde grill
De lucht afkomstig van de ventilator verzacht de warmtegolven die worden verkregen door de grill, zodat ook dik voedsel uitstekend wordt gegrild. Ideaal voor grote stukken vlees (bijv. varkensscheenbeen).
Turbo (enkel op sommige modellen)
Met de combinatie van de geventileerde bereiding en de traditionele bereiding kan erg snel en doeltreffend verschillend voedsel op meerdere niveaus klaargemaakt worden, zonder het mengen van geuren of smaken. Ideaal voor omvangrijk voedsel waarvoor een intense bereiding nodig is.
NL
85
Gebruik
Statisch+ventilator (enkel op sommige modellen)
De werking van de ventilator, gecombineerd met de traditionele bereiding, verzekert ook voor ingewikkelde recepten homogene bereidingen. Ideaal voor koekjes en taarten, die ook gelijktijdig op meerdere niveaus kunnen bereid worden. (Voor bereidingen op meerdere niveaus wordt aanbevolen om het 2de en het 4de vlak te gebruiken)
Circulatie + ventilator
Met de combinatie van de ventilator en het luchtcirculatie element (ingebouwd in de achterkant van de oven) kan verschillend voedsel op meerdere vlakken bereid worden waarvoor dezelfde temperatuur en hetzelfde type van bereiding nodig is. De warmeluchtcirculatie verzekert een onmiddellijke en uniforme verdeling van de warmte. Het zal bijvoorbeeld mogelijk zijn om gelijktijdig (op meerdere niveaus) vis, groenten en koekjes klaar te maken, zonder dat de geur en de smaak zal vermengd worden.
Ontdooien
Het snel ontdooien wordt bevorderd door de activering van een specifieke ventilator die een uniforme verdeling van de lucht aan de omgevingstemperatuur in de ovenruimte garandeert. Ideaal voor elk type van voedsel.
3.5 De bergruimte openen
De bergruimte bevindt zich aan de onderkant van het apparaat. Deze bergruimte is geschikt om pannen of metalen voorwerpen voor gebruik met het apparaat te bewaren (bijvoorbeeld ovenschalen of roosters).
Om de bergruimte te openen:
• Trek de handgreep naar u toe.
3.6 Advies voor bereidingen
Algemeen advies
• Gebruik de geventileerde functie om een gelijkmatige bereiding te bekomen op verschillende niveaus.
• Algemeen gezien is het niet mogelijk om de bereidingstijden te verkorten door de temperatuur te verhogen (het voedsel zou aan de buitenkant goed gebakken kunnen zijn, maar binnenin minder).
Advies voor het bereiden van vleesgerechten
• De bereidingstijden hangen af van de dikte en van de kwaliteit van het voedsel, en van de smaak van de consument.
• Gebruik een vleesthermometer voor gebraad, of druk met een lepel op het gebraad. Als het gebraad stevig aanvoelt is het klaar, anders moet de bereiding nog een aantal minuten doorgaan.
86
Gebruik
Advies voor bereidingen met de grill en de geventileerde grill
• Het grillen van vlees kan zowel uitgevoerd worden bij koude als bij voorverwarmde oven, als het resultaat van de bereiding moet gewijzigd worden.
• Bij de functie van de geventileerde grill wordt daarentegen aanbevolen om de oven eerst voor te verwarmen.
• Er wordt aanbevolen om het voedsel in het midden van het rooster te plaatsen.
• In de grillfunctie is het aanbevolen om de temperatuurknop op de hoogste
waarde in te stellen (symbool ), voor een optimale bereiding.
• Het voedsel moet gekruid worden voordat het wordt bereid. Ook olie of vloeibare boter moet vóór de bereiding toegevoegd worden.
• Gebruik de ovenschaal op het eerste vlak onderaan om de vloeistoffen afkomstig van het grillen op te vangen.
• De grill mag nooit langer dan 60 minuten worden gebruikt.
Advies voor het bereiden van gebak en koekjes
• Gebruik bij voorkeur metalen en donkerkleurige bakvormen; deze helpen de warmte beter te absorberen.
• De temperatuur en de tijdsduur van de bereiding hangen af van de kwaliteit en de dikte van het deeg.
• U kunt nagaan of het gebak voldoende gebakken is binnenin door een tandenstoker in het hoogste deel te prikken. Wanneer het deeg niet aan de tandenstoker blijft plakken, is het gebak klaar.
• Wanneer het gebak verslapt wanneer het uit de oven wordt gehaald, moet bij de volgende bereiding de temperatuur ongeveer 10ºC lager worden ingesteld, en moet eventueel een langere kooktijd geselecteerd worden.
• Tijdens het bereiden van gebak of groenten kan excessief condens op de ruit gevormd worden. Om dit te vermijden, opent u de deur enkele keren zeer voorzichtig tijdens de bereiding.
Advies voor het ontdooien
• Er wordt aangeraden om het ingevroren voedsel zonder de verpakking in een recipiënt zonder deksel te plaatsen, op het eerste niveau van de oven.
• Vermijd opeenstapeling van voedingsmiddelen.
• Om vlees te ontdooien kunt u een rooster gebruiken op het tweede niveau, en een ovenschaal op het eerste niveau. Op deze manier blijft het voedsel niet in contact met de vloeistof van de ontdooiing.
• De meest delicate delen kunnen bedekt worden met aluminiumfolie.
Om energie te besparen
• Stop de bereiding enkele minuten voordat de normale kooktijd verstrijkt. De bereiding zal voortgezet worden door de warmte die zich in de oven heeft opgehoopt.
• Open de deur van de oven zo weinig mogelijk, zodat de warmte niet verloren gaat.
• Houd de binnenkant van het apparaat constant rein.
NL
87
Reiniging en onderhoud
4 Reiniging en onderhoud
4.1 Waarschuwingen
Delen onder elektrische stroom
Gevaar voor elektrische schok
• Deactiveer de elektrische voeding van het apparaat tijdens de reiniging/het onderhoud of de vervanging van componenten.
Incorrect gebruik
Beschadiging van de oppervlakken
• Reinig het apparaat niet met waterstralen.
• Reinig het apparaat niet met een stoomreiniger.
• Gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen of producten die ammoniak, bleekmiddel of chloor bevatten (bijv. poeders, vlekverwijderaars, enz.).
• Gebruik geen ruw, schurend of scherp materiaal.
• Stop de verwijderbare onderdelen, zoals de roosters van de kookplaat, de vlamverdelers en de deksels niet in de vaatwasser.
4.2 Het apparaat reinigen
Er wordt aanbevolen om reinigingsproducten van de fabrikant te gebruiken.
Advies voor de reiniging van de kookplaat
Om de oppervlakken in goede staat te houden, moeten ze na elk gebruik gereinigd worden nadat de oven afgekoeld is.
Reinig de kookplaat na de bereiding
1. Breng een niet-schurend reinigingsmiddel aan op een vochtige doek en haal de doek over het oppervlak.
2. Spoel nauwgezet af.
3. Maak droog met een zachte doek of een microvezeldoek.
88
Reiniging en onderhoud
Maak de roosters van de kookplaat, de vlamverdelers en de deksels schoon
1. Verwijder de elementen van de kookplaat.
2. Reinig met behulp van lauwwarm water en een niet-schurend reinigingsmiddel. Verwijder zorgvuldig alle afzettingen.
3. Maak zorgvuldig droog met een zachte doek of een microvezeldoek.
4. Breng de elementen weer op de kookplaat aan.
De roosters staan steeds in contact met de vlam zodat de glans van de delen van het staal, die het meest de warmte moeten verdragen, mettertijd kan verdwijnen. Dit is een normaal verschijnsel dat de functionaliteit van dit onderdeel absoluut niet schaadt.
Maak de vonkonststekers en de thermokoppels schoon
Advies voor de reiniging van de ovenruimte
Om de oven in goede staat te houden, moet hij na afkoeling regelmatig gereinigd worden.
Laat geen voedselresten in de ovenruimte opdrogen aangezien daardoor de lak beschadigd kan raken.
Verwijder de uitneembare delen alvorens de ovenruimte te reinigen.
Voor een gemakkelijke schoonmaak is het aanbevolen om het volgende te demonteren:
• de deur
• de frames voor roosters/ovenschalen
• de pakking van de oven.
Als specifieke reinigingsmiddelen gebruikt worden, beveelt men aan om de oven circa 15/20 minuten op de maximale temperatuur te laten werken om eventuele resten te elimineren.
NL
• Maak, wanneer nodig, de vonkontstekers en de thermokoppels met een vochtige doek schoon.
• Verwijder eventuele droge resten met een satéstokje of een naald.
89
Reiniging en onderhoud
De deur demonteren en monteren
De deur demonteren:
1. Open de deur volledig en plaats de meegeleverde twee pennen in de desbetreffende openingen van de scharnieren zoals op de afbeelding.
2. Pak de deur aan beide zijden met de handen vast.
3. Hef de deur op met een hoek van ongeveer 30°, en verwijder ze.
De deur hermonteren:
1. Breng de scharnieren van de deur aan in de specifieke openingen in de oven. Verzeker u ervan dat de sleuven (A) van de scharnieren volledig op de openingen steunen.
2. Plaats de deur horizontaal.
3. Verwijder de pennen uit de openingen van de scharnieren.
Advies voor de reiniging van het glas van de deur
Er wordt aangeraden om deze steeds schoon te houden. Gebruik absorberend keukenpapier. Bij hardnekkig vuil moet u schoonmaken met een vochtige spons en een gewoon reinigingsmiddel.
4. Leg de deur op een theedoek.
90
Reiniging en onderhoud
Om de geleiderframes voor de roosters/ ovenschalen te demonteren en te monteren
De verwijdering van de geleiderframes vereenvoudigt de reiniging van de zijwanden van de oven.
Om het geleiderframe voor de roosters/ ovenschalen te demonteren:
1. Draai de 2 bevestigingsschroeven onder van het geleiderframe voor roosters/ ovenschalen los.
2. Hef het geleiderframe voor roosters/ ovenschalen een stukje op en kantel het naar het midden van de ovenruimte, tot de bovenste bevestigingsbeugels van hun pennen loskomen.
Om het geleiderframe voor de roosters/ ovenschalen te hermonteren:
1. Kantel het geleiderframe voor roosters/ ovenschalen en breng het in de ovenruimte aan.
2. Breng de bovenste bevestigingsbeugels op de desbetreffende pennen aan.
3. Plaats het geleiderframe voor roosters/ ovenschalen horizontaal tot de onderste bevestigingsbeugels met de desbetreffende zittingen zijn uitgelijnd.
4. Draai de onderste 2 bevestigingsschroeven vast.
De pakking demonteren en monteren
De pakking demonteren:
• Haak de haken in de 4 hoeken en in het midden los en trek de pakking naar buiten.
NL
De pakking monteren:
• Haak de 4 haken in de hoeken en in het midden van de pakking vast.
Advies voor het onderhoud van de pakking
De pakking met elastisch en zacht zijn. Gebruik een niet-schurende spons en
lauwwarm water om de pakking schoon te houden.
91
Reiniging en onderhoud
4.3 Buitengewoon onderhoud
Delen onder elektrische stroom
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer naar het apparaat uit.
De lamp voor de binnenverlichting vervangen
In de oven is een 40W-lamp aangebracht.
1. Verwijder alle accessoires uit de oven.
2. Verwijder de geleiderframes voor roosters/ovenschalen.
3. Verwijder de kap van de lamp met gereedschap (bijv. een schroevendraaier).
Zorg ervoor dat het email op de wanden van de ovenruimte geen krassen oplopen.
4. Draai de lamp los en verwijder ze.
Raak ze niet direct met de vingers aan, gebruik altijd isolerend materiaal.
5. De nieuwe lamp aanbrengen.
6. Hermonteer het deksel. Keer de geprofileerde binnenkant van het glas (A) naar de deur.
92
7. Druk goed op de bedekking zodat ze
perfect aan de fitting hecht.
Loading...