Smeg C6IPX9 User Manual [nl]

Inhoudsopgave
NL
1 Waarschuwingen 106
1.1 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing 106
1.2 Deze gebruiksaanwijzing 106
1.3 Beoogd gebruik 106
1.5 Aansprakelijkheid van de constructeur 107
1.6 Identificatieplaatje 107
1.7 Verwerking 107
2 Beschrijving 109
2.1 Algemene beschrijving 109
2.2 Kookplaat 109
2.3 Bedieningspaneel 110
2.4 Andere onderdelen 111
2.5 Beschikbare accessoires 112
3 Gebruik 114
3.1 Waarschuwingen 114
3.2 Eerste gebruik 115
3.3 Gebruik van de accessoires 115
3.4 Het gebruik van de kookplaat 117
3.5 Gebruik van de bergruimte 121
3.6 Het gebruik van de oven 121
3.7 Advies voor bereidingen 123
3.8 Klok programmeereenheid 124
4 Reiniging en onderhoud 128
4.1 Waarschuwingen 128
4.2 Reiniging van het toestel 128
4.3 Demontage van de deur 129
4.4 Reiniging van de ruiten van de deur 130
4.5 Demontage van de interne ruiten 130
4.6 De reiniging van de binnenkant van de oven 131
4.7 Pyrolyse: automatische reiniging van de oven 132
4.8 Buitengewoon onderhoud 134
5 Installatie 135
5.1 Elektrische aansluiting 135
5.2 Plaatsing 136
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het toestel te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
105
Waarschuwingen
1 Waarschuwingen
1.1 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing komen de volgende begrippen voor:
Waarschuwingen
Algemene waarschuwingen in verband met de gebruiksaanwijzing, veiligheid en verwerking van afgedankte producten.
Beschrijving
Beschrijving van het toestel en de accessoires.
Gebruik
Informatie over het gebruik van het toestel en de accessoires, kooktips.
Reiniging en onderhoud
Informatie over correcte schoonmaak en onderhoud van het toestel.
Installatie
Informatie voor gekwalificeerde technici: installatie, inbedrijfstelling en keuring.
Veiligheidswaarschuwingen
Informatie
Suggestie
1. Volgorde van de gebruiksaanwijzingen.
• Enkele gebruiksaanwijzing.
1.2 Deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is een integrerend deel van het toestel en moet gedurende de volledige bedrijfsduur intact en op een makkelijk bereikbare plaats worden bewaard.
1.3 Beoogd gebruik
Dit toestel is bestemd voor het bereiden van voedsel in een huisgezin. Elk ander gebruik is oneigenlijk.
Dit toestel mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met verminderde fysische of psychische vermogens, of door personen die geen ervaring hebben in het gebruik van elektrische apparatuur, tenzij dit gebeurt onder toezicht of instructie van volwassenen die voor hun veiligheid instaan.
1.4 Algemene veiligheidswaarschuwingen
Volg altijd de hierna vermelde algemene veiligheidswaarschuwingen voor uw veiligheid en om schade aan het toestel te voorkomen. Algemeen
• Laat de installatie en technische
interventies uitvoeren door gekwalificeerd personeel overeenkomstig de geldende normen.
• Lees deze gebruiksaanwijzing
aandachtig vóór installatie.
• Voer geen wijzigingen uit op het toestel.
• Probeer nooit om zelf het toestel te
repareren, zonder tussenkomst van een gekwalificeerde technicus.
• Als de stroomkabel beschadigd is, moet
men onmiddellijk contact opnemen met de technische dienst die voor de vervanging van de kabel zal zorgen.
106
Waarschuwingen
NL
Voor dit toestel
• Zorg er voor dat de openingen en de spleten voor de ventilatie en de warmte­afvoer niet verstopt raken.
• Plaats geen metalen en puntige voorwerpen (bestek of gereedschappen) in de spleten van het toestel.
• Ga niet steunen of zitten op de geopende deur van het toestel.
• Controleer of er geen voorwerpen in de deur vastzitten.
• Gebruik het toestel nooit om de ruimte te verwarmen.
• Als barsten of scheuren opgemerkt worden, of als het oppervlak van de glaskeramische plaat zou breken, moet het toestel onmiddellijk uitgeschakeld worden. Schakel de stroom uit en neem contact op met de Technische Dienst.
• Personen met een pacemaker of een gelijkaardig toestel moeten zich ervan vergewissen dat de werking van deze toestellen niet wordt beïnvloed door het inductieveld, waarvan het frequentiebereik tussen 20 en 50 khz ligt.
• Overeenkomstig de bepalingen van de elektromagnetische compatibiliteit behoort de elektromagnetische inductieplaat tot Groep 2 en Klasse B (EN 55011).
1.5 Aansprakelijkheid van de constructeur
De constructeur kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan personen en voorwerpen tengevolge:
• ander dan het beoogde gebruik van het
toestel,
• niet-naleving van de voorschriften in de
gebruiksaanwijzing,
• het forceren van ook slechts één deel
van het toestel,
• gebruik van niet-originele
reserveonderdelen.
1.6 Identificatieplaatje
Het identificatieplaatje bevat de technische gegevens, het serienummer en de merking. Het plaatje mag in geen geval worden verwijderd.
1.7 Verwerking
Het toestel moet op het einde van zijn gebruiksduur afzonderlijk
ingezameld worden (richtlijnen 2002/95/EG, 2002/96/EG, 2003/ 108/EG). Het product bevat geen delen die als gevaarlijk voor de gezondheid en het milieu worden beschouwd, conform de actuele Europese Richtlijnen.
107
Waarschuwingen
Verwe rk ing v an het toestel:
• Verwijder de deuren maar laat de accessoires (roosters en ovenschalen) in de gebruikspositie, om te voorkomen dat kinderen opgesloten zouden raken binnenin.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer uit.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Verwijder de elektrische kabel en de stekker.
• De gebruiker moet de apparatuur dus op het einde van de gebruiksduur toekennen aan geschikte centra voor gescheiden inzameling van elektrisch en elektronisch afval, of overhandigen aan de verkoper wanneer een nieuw gelijkaardig toestel wordt gekocht.
Het toestel zit verpakt in milieuvriendelijke en recycleerbare materialen.
• Breng het verpakkingsmateriaal naar de betreffende centra voor afvalverwerking.
Plastic verpakking
Gevaar voor verstikking
• Laat de verpakking, of delen ervan, niet onbewaakt achter.
• Laat kinderen niet spelen met de plastic zakken van de verpakking.
108
NL
2 Beschrijving
2.1 Algemene beschrijving
1 Kookplaat 2 Bedieningspaneel 3 Lamp 4 Pakking
2.2 Kookplaat
Beschrijving
5 Deur 6 Ventilator 7 Bergruimte
Vlak van het frame voor roosters/
ovenschalen
Zone
1 145 1400 2 180 1850 3 210 2300
* De vermogens zijn alleen bij benadering en afhankelijk van de gebruikte recipiënten of de geselecteerde instellingen.
Externe diameter
(mm)
Max. geabsorbeerde
vermogen
Opgenomen vermogen
in boosterfunctie (W)*
2200 3000 3700
109
Beschrijving
Voordelen van inductiekoken • Energiebesparing, dankzij de
De kookplaat is voorzien van een inductiegenerator voor elke bereidingszone. Elke generator onder het glaskeramische oppervlak heeft een elektromagnetisch veld dat een thermische stroom veroorzaakt op de onderkant van de pan. De warmte wordt niet overgedragen in de bereidingszone, maar ze wordt direct in het recipiënt gecreëerd door de inductieve stromen.
2.3 Bedieningspaneel
rechtstreekse overdracht van energie naar de pan (u moet daarvoor bestemde pannen in magnetiseerbaar materiaal gebruiken) in vergelijking met het traditioneel elektrisch koken.
• Grotere veiligheid dankzij de zending van energie naar enkel het recipiënt dat op de kookplaat geplaatst is.
• Hoog rendement bij de zending van energie van de bereidingszone met inductie naar de basis van de pan.
• Snelle verwarming.
• kleinere kans op brandwonden, omdat het kookoppervlak enkel wordt verwarmd door de onderkant van de pan; overgekookt voedsel plakt niet.
Klok (1)
Handig om het huidige uur te zien en de timer in te stellen.
Temperatuurknop (2)
Met deze knop kan de temperatuur van de bereiding geselecteerd worden.
110
Draai de knop in wijzerzin op de gewenste waarde tussen het minimum en het maximum.
Controlelamp (3)
Licht op om te melden dat de oven zich in de verwarmingsfase bevindt. Wordt
Beschrijving
NL
uitgeschakeld als de temperatuur is bereikt. Een regelmatige intermittentie geeft aan dat de ingestelde temperatuur in de oven constant wordt gehouden.
Functieknop (4)
De verschillende functies van de oven zijn geschikt voor verschillende bereidingswijzen. Nadat u de gewenste functie heeft geselecteerd, moet u de bereidingstemperatuur instellen met de temperatuurknop.
Controlelamp deurblokkering (5)
Licht op wanneer de automatische reinigingscyclus wordt geactiveerd (pyrolyse).
Bedieningsknop bereidingszone (6)
Nuttig voor het bedienen van de bereidingszones van de inductieplaat.
Druk de knop in en draai rechtsom om het werkingsvermogen van de plaat te regelen, van een minimum van 1 tot een maximum van 9.
Het werkingsvermogen wordt aangeduid op het display dat op de kookplaat is gepositioneerd.
Koelventilator
De ventilator zorgt voor de afkoeling van het toestel, en wordt tijdens de bereiding in werking gesteld.
De werking van de ventilator veroorzaakt een normale luchtstroom die achter het toestel uitkomt, en die ook na de uitschakeling van het toestel een korte periode ingeschakeld kan blijven.
Interne verlichting
De interne verlichting van de oven wordt ingeschakeld wanneer de deur wordt geopend (bij bepaalde modellen) of wanneer een functie wordt geselecteerd
(behalve de functie ).
2.4 Andere onderdelen
Plaatsbare vlakken
Het toestel beschikt over vlakken om roosters en ovenschalen op verschillende hoogtes te plaatsen. De plaatsbare hoogtes worden begrepen van laag naar hoog (zie 2.1 Algemene beschrijving).
111
Beschrijving
2.5 Beschikbare accessoires
Op sommige modellen zijn niet alle accessoires aanwezig.
Schraper
Nuttig voor de reiniging van de kookplaat.
Rooster
Ovenschaal
Nuttig voor het opvangen van vet dat afkomstig is van het voedsel op het rooster erboven.
Diepe ovenschaal
Nuttig voor het plaatsen van recipiënten met voedsel in bereiding.
112
Nuttig om vet op te vangen afkomstig van voedsel op de bovenstaande grillplaat, of om taarten, pizza's en gebak te bakken.
Beschrijving
NL
Rooster voor ovenschaal
Om op een ovenschaal te zetten, voor het bereiden van voedsel dat kan lekken.
Steun draaispit
Wordt gebruikt als steun voor het braadspit.
Braadspit
Nuttig voor het bereiden van kip of voedsel dat gelijkmatig moet bereid worden.
De ovenaccessoires die in contact kunnen komen met het voedsel zijn gemaakt van materialen conform de van kracht zijnde wetsbepalingen.
De bijgeleverde of optionele accessoires kunnen worden aangevraagd bij erkende verdelers. Gebruik enkel de originele accessoires van de constructeur.
113
Gebruik
3 Gebruik
3.1 Waarschuwingen
Het toestel wordt heel warm tijdens gebruik
Gevaar op verbranding
• Houd de deur dicht tijdens gebruik.
• Draag beschermende handschoenen wanneer het voedsel wordt gehanteerd
• Raak de verwarmingselementen in het toestel niet aan.
• Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen.
• Houd kinderen van jonger dan 8 jaar uit de buurt wanneer het toestel in werking is.
• Als er bewerkingen nodig zijn aan de etenswaren of aan het einde van de bereiding, opent u de deur 5 centimeter voor enkele seconden, zodat de stoom ontsnapt. Vervolgens kunt u de deur volledig openen.
• Hete vetten en oliën kunnen vlam vatten. Let erg goed op.
Hoge temperatuur in de bergruimte
Gevaar op verbranding
• Open de bergruimte niet wanneer de oven ingeschakeld of warm is.
• De voorwerpen in de bergruimte kunnen erg heet zijn tijdens het gebruik van de oven.
Incorrect gebruik
Beschadiging van de oppervlakken
• Bedek de bodem van de oven niet met aluminiumfolie.
• Bij gebruik van bakpapier moet u er voor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de oven er niet door wordt verhinderd.
• Plaats geen potten of ovenschalen rechtreeks op de bodem van de oven.
• Gebruik de open deur niet als steun voor potten of schalen te plaatsen op het binnenglas.
• Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen.
• De recipiënten moeten binnen de omtrek van de kookplaat geplaatst worden.
• Alle recipiënten moeten een effen en regelmatige bodem hebben.
• In geval van overstroming moet de vloeistof onmiddellijk van de kookplaat verwijderd worden.
• Plaats nooit pannen op de kookplaat die geen perfect effen en regelmatige bodem hebben.
• Vermijd dat harde en zware voorwerpen op de kookplaat kunnen vallen zodat deze niet kan beschadigd worden.
• In geval van barsten of scheuren, moet het toestel onmiddellijk uitgeschakeld worden, moet de stroomtoevoer uitgeschakeld worden en moet de assistentiedienst gecontacteerd worden.
• Gebruik de kookplaat niet als werk­en/of snijvlak.
114
Gebruik
NL
Hoge temperatuur in de bergruimte tijdens het gebruik
Brand- en ontploffingsgevaar
• Sproei geen spuitbussen in de nabijheid van de oven.
• Gebruik of laat geen ontvlambaar materiaal achter nabij de oven of in de bergruimte.
• Gebruik geen vaatwerk of plastic houders om voedsel te bereiden.
• Plaats geen dichte schotels of houders in de oven.
• Laat het toestel niet onbewaakt achter tijdens bereidingen waar vetten en oliën kunnen vrijkomen.
• Verwijder alle ongebruikte ovenschalen en roosters uit te oven tijdens gebruik.
3.2 Eerste gebruik
1. Verwijder eventueel aanwezige beschermende folie aan de binnen- en buitenzijde van het toestel en de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve het plaatje met de technische gegevens) van de accessoires en uit de bereidingsruimten.
3. Verwijder en was alle accessoires van het toestel (zie 4 Reiniging en onderhoud).
4. Verwarm de oven op de maximale temperatuur om eventuele productieresten te verwijderen.
3.3 Gebruik van de accessoires
Roosters en ovenschalen
Roosters en ovenschalen moeten in de zijgeleiders worden geplaatst tot aan het eindpunt.
• De mechanische veiligheidsblokkering om ongewenste verwijdering van de roosters te voorkomen moeten naar beneden en naar de binnenzijde van de oven gericht zijn.
Plaats de roosters en de schalen helemaal in de oven, tot ze vast komen te zitten.
Maak de ovenschalen schoon voor het eerste gebruik, om eventuele productieresten te verwijderen.
115
Loading...
+ 23 hidden pages