Smeg DF6FABAZ, DF6FABP, DF6FABR, DF6FABVE, DF6FABO User Manual [nl]

...
GEBRUIKSAANWIJZING
LLEEIIDDRRAAAADDVVOOOORRHHEETTGGEEBBRRUUIIKKVVAANNDDEEVVAAAATTWWAASSSSEER
EENNDDEEWWAASSPPRROOGGRRAAMMMMAA''S
S
R
Inhoudsopgave
1. Beschrijving van het bedieningspaneel______________________ 52
2. Oplossingen voor storingen in de werking ___________________61
Wij wensen u van harte te bedanken voor uw keuze voor dit product van ons. Wij bevelen aan om alle instructies in deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen om op de hoogte te zijn van de meest geschikte voorwaarden voor een correct en veilig gebruik van uw vaatwasser. De volgorde van de afzonderlijke paragrafen is erop gebaseerd dat u stap voor stap alle functies van het apparaat leert kennen, de teksten zijn gemakkelijk te begrijpen en worden geïllustreerd met gedetailleerde afbeeldingen. In deze eenvoudig te raadplegen gebruiksaanwijzing zult u de antwoorden kunnen vinden op al uw vragen met betrekking tot het gebruik van de vaatwasser. Voor meer informatie omtrent het gebruik en onderhoud van de vaatwasser moet u het bijgesloten handboek aandachtig lezen.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER: u vindt er nuttig advies voor het gebruik van de wasprogramma's en alle functies van de vaatwasser.
51
Instructies Voor de Gebruiker
1. Beschrijving van het bedieningspaneel
1.1 Het bedieningspaneel
Alle bedieningsorganen en controle-instrumenten van de vaatwasser zijn aanwezig op het bedieningspaneel aan de bovenzijde. De handelingen voor het inschakelen, programmeren, uitschakelen enz. kunnen uitsluitend bij een geopende deur plaatsvinden.
2
Auto
60°-70°
7
11 10
5
34
end
9
6
3/1
813
12
AAN/UIT TOETS
1
Door deze toets in te drukken wordt de machine onder spanning gezet.
CONTROLELAMPJE GESELECTEERD PROGRAMMA
2
Het verlichte controlelampje verwijst naar het geselecteerde programma en eventuele storingen (oplossingen voor de storingen).
DRUKKNOP PROGRAMMAKEUZE
3
Druk deze knop meerdere malen in om het gewenste programma te selecteren.
CONTROLELAMPJE ZOUT BIJVULLEN
4
Het verlichte controlelampje geeft aan dat het zout in de machine op is.
CONTROLELAMPJE GLANSPOELMIDDEL BIJVULLEN
5
Het verlichte controlelampje geeft aan dat het glansspoelmiddel in de machine op is.
DRUKKNOP EXTRA PROGRAMMA'S
6
Wanneer u deze drukknop indrukt kunt u één van de vijf extra programma's gebruiken (zie tabel).
1
52
CONTROLELAMPJE EXTRA PROGRAMMA'S
7
Het brandende controlelampje wijst erop dat één van de vijf extra programma's zal worden uitgevoerd (zie tabel).
Instructies Voor de Gebruiker
DRUKKNOP OPTIE "3/1"
8
Wanneer u deze drukknop indrukt wordt de optie voor het gebruik van de producten 3/1 ingeschakeld.
CONTROLELAMPJE OPTIE "3/1"
9
Het brandende controlelampje geeft aan dat de functie is ingeschakeld.
HALVE BELADING DRUKKNOP
10
Wanneer u deze drukknop indrukt wordt de optie voor het wassen met halve belading ingeschakeld.
HALVE BELADING CONTROLELAMPJE
11
Het branden van één van de controlelampjes geeft aan dat het wassen met halve belading in de bovenste of onderste korf is geselecteerd.
UITSTEL PROGRAMMA DRUKKNOP
12
Wanneer u deze drukknop indrukt kunt het begin van het programma tot en met 9 uur uitstellen.
INFORMATIEDISPLAY
13
LET-OP:
Zorg er bij het reinigen van de buitenoppervlakken voor dat u géén bijtende, zure of reinigingsmiddelen en wél zachte en schone lappen gebruikt. Niet geschikte reinigingsmiddelen en gebruikte of stoffige lappen zouden de gelakte oppervlakken kunnen bekrassen.
53
Instructies Voor de Gebruiker
INSTELLING VAN HET WASPROGRAMMA EN INSCHAKELEN VAN DE MACHINE
Om het voor de te wassen vaat meest geschikte programma te selecteren verwijzen wij naar de onderstaande tabel, waar u het meest geschikte wasprogramma kunt vinden afhankelijk van de aard en de mate van bevuiling van de vaat.
7
2
Auto
60°-70°
11 10
5
34
end
9
6
3/1
Druk, als via de voorgestelde tabel, het meest geschikte programma bepaald is:
de toets
PROGRAMMACONTROLELAMPJE (2)
toets de
AAN/UIT (1)
in en wacht tot het
PROGRAMMAKEUZE (3)
gaat branden;
drukknop meerdere malen in tot
het controlelampje van het gewenste programma gaat branden;
de deur sluiten; na ongeveer 2" zal het programma starten, tijdens het verloop ervan zal het betreffende
CONTROLELAMPJE
knipperen (signalering programma in uitvoering).
813
12
1
PROGRAMMA
NUMMER EN SYMBOOL
1
2
3
4
54
SPOELEN
DELICAAT
AUTO 60-70
BIO
(*) EN 50242
LADEN VAN VAAT
EN BESTEK
Te spoelen en te
drogen vaat
Normaal
vieze vaat
Normaal vuile couverts, met
opgedroogde
resten
Normaal
vieze vaat
AFWIKKELING
PROGRAMMA'S
Koud spoelen Spoelen op 68°C Drogen
Koud voorwassen Wassen oop 45°C Koud spoelen Spoelen op 68°C Drogen
Koud voorwassen Wassen oop 50°C Wassen oop 65°C Koud spoelen Spoelen op 68°C Drogen
Koud voorwassen Wassen oop 50°C Koud spoelen Spoelen op 55°C Drogen
DUUR VERBRUIK
MINUUT
WATER
(2)
LITER (1)
ENERGIE
KWh (2)
45' 9 0,9
75' 16 1,15
(**) (**) (**)
180' 15 1,08
Instructies Voor de Gebruiker
PROGRAMMA
NUMMER EN SYMBOOL
5
6
7
8
9
10
SUPER
WEKEN
KORT
AUTO 40-50
ECO
KRACHTIG
LADEN VAN VAAT
EN BESTEK
Uiterst vuile
pannen en
couverts met
opgedroogde
resten
Pannen en bestek
in afwachting van
een laatste
wasbeurt
Weinig vuile
couverts
Wassen
onmiddellijk na het
gebruik voor niet
erg vieze vaat
Wassen
onmiddellijk na het
gebruik voor niet
erg vieze vaat
Normaal vuile
pannen en couverts, met opgedroogde
resten
AFWIKKELING
PROGRAMMA'S
Voorwassen op 45°C Wassen oop 70°C 2 koude spoelbeurten Spoelen op 70°C Drogen
Koud voorwassen
Wassen oop 38°C Koud spoelen Spoelen op 68°C
Koud voorwassen Wassen oop 40°C Wassen oop 55°C Koud spoelen Spoelen op 68°C Drogen
Wassen oop 55°C Koud spoelen Spoelen op 68°C Drogen
Wassen oop 70°C 2 koude spoelbeurten Spoelen op 70°C Drogen
DUUR VERBRUIK
MINUUT
WATER
(2)
LITER (1)
ENERGIE
KWh (2)
110’ 20 1,70
16' 6
45' 13 0,85
(**) (**) (**)
100' 14 1,25
95' 17 1,5
Gebruik het weken uitsluitend bij een gedeeltelijke belading.
Om de programma's
6,7,8,9,10
uit te voeren moet u de
drukknop extra programma's (6)
indrukken.
(*) Referentieprogramma volgens de EN 50242 norm.
(**) Wanneer u het programma "
AUTO 40-50
" of "
AUTO 60-70
" selecteert, zal de
vaatwasser het type vuil herkennen en de wasparameters automatisch aanpassen.
(–) Niet voorzien.
(1) Gemiddeld verbruik bij een regeling van de ontharder op
niveau 2
.
(2) De duur van de cyclus en het energieverbruik kunnen variëren afhankelijk van de temperatuur van het water en de omgeving en van het type en de hoeveelheid vaat.
_
De wascyclus zal niet worden gestart als de deur van de vaatwasser niet of niet op de juiste manier gesloten is.
55
Instructies Voor de Gebruiker
TABEL VOOR CONTROLE-INSTITUTEN
Controlenorm EN 50242
Vergelijkbaar programma BIO Belading 14 couverts Soort afwasmiddel B Dosering afwasmiddel 35 g
Regeling glansspoelmiddel 5/6
1.2 Wasprogramma's
Alvorens een wasprogramma te starten moet u controleren of:
de waterkraan
er
regeneratiezout
er
voldoende afwasmiddel
de korven op de
de sproeiarmen
de deur van de vaatwasser
ANNULERING VAN HET LOPENDE PROGRAMMA
Om het lopende programma te annuleren moet u, na de deur te hebben geopend, de drukknop seconden lang ingedrukt houden tot de programma's 4 en 5 gelijktijdig gaan branden.
geopend
vrij
is;
in het
reservoir
in het
wijze zijn
juiste
, onbelemmerd kunnen draaien;
goed is gesloten.
aanwezig is;
is gedaan;
bakje
beladen
PROGRAMMAKEUZE (3)
;
controlelampjes
een paar
van de
56
De deur vervolgens weer sluiten.
Na ongeveer 1 minuut zal de vaatwasser naar de einde cyclus
stand gaan.
WIJZIGING VAN HET PROGRAMMA
Om een programma waar de machine mee bezig is, te wijzigen, hoeft u alleen maar de deur te openen en het nieuwe programma te selecteren. Als u de deur weer sluit zal de vaatwasser automatisch het nieuwe programma uitvoeren.
Instructies Voor de Gebruiker
SELECTIE WASSEN MET HALVE BELADING
Deze functie is bijzonder geschikt voor beperkte beladingen en maakt besparing van elektrische energie en water mogelijk. Hij wordt gestuurd door de drukknop keuzemogelijkheden:
1) Wanneer u de drukknop een
bovenste korf
in de gaan branden van het bijbehorende controlelampje.
2) wanneer u de drukknop een
onderste korf
in de gaan branden van het bijbehorende controlelampje.
3) wanneer u de drukknop een de gewone stand voor de korven, beide controlelampjes uit).
HALVE BELADING (10)
eerste maal
met twee verschillende
indrukt wordt het wassen
geselecteerd, wat wordt bevestigd door het
tweede maal
indrukt wordt het wassen
geselecteerd, wat wordt bevestigd door het
derde maal
volledige belading
indrukt keert u terug naar
(wassen in beide
Wanneer u alleen het wassen in de
34
en er
5
bestekcontainer afscheiden
2
end
Auto
60°-70°
onderste korf
slechts de helft
7
11 10
selecteert, kunt u de
van gebruiken.
12
813
9
6
3/1
1
EXTRA PROGRAMMA'S
Met de drukknop
(6)
vijf extra programma's
kunt u
verkrijgen naast die welke u rechtstreeks kunt selecteren met de programmakeuzeknop. De drukknop moet worden ingedrukt (het controlelampje gaat branden) nadat u het "hoofd" programma heeft geselecteerd (1,2,3,4,5). De functie
blijft opgeslagen in het geheugen
, en u zult de drukknop dus nogmaals moeten indrukken (het controlelampje gaat uit) wanneer u bij de volgende wasbeurt één van de 5 hoofdprogramma's wenst te gebruiken.
57
Instructies Voor de Gebruiker
DRUKKNOP OPTIE "3/1" (beschikbaar in alle programma's met uitzondering van het weken programma)
Wanneer u de drukknop wordt bevestigd door het gaan branden van het bijbehorende controlelampje. Deze optie is ontwikkeld voor het gebruik van vaatwasproducten (in poedervorm of als tabletten) die substanties bevatten die de regeneratiezouten en het glansmiddel vervangen, en die op de markt bekend staan onder de naam "3 in 1"; in dit geval zal de vaatwasser het product op optimale wijze gebruiken en het verbruik van zout en glansmiddel, dat eventueel al in de vaatwasser aanwezig is, vermijden.
Opmerking:
controlelampjes zout/glansmiddel blijven branden wanneer de betreffende bakjes leeg zijn.
UITSTEL VAN HET PROGRAMMA
Met de drukknop start van het programma selecteren, tot en met om de machine op het gewenste tijdstip te laten draaien. Wanneer u meerdere malen de drukknop indrukt, zal op de display worden aangegeven hoe lang het starten van de machine wordt uitgesteld, vanaf
9 uur
OM ENERGIE TE BESPAREN! … EN VOOR HET BEHOUD VAN HET MILIEU
Probeer om de vaatwasser altijd volledig gevuld te gebruiken.
Was de vaat niet onder stromend water.
Gebruik het voor de aard van de vaat meest geschikte programma.
Spoel niet vooraf eerst af.
Sluit, indien mogelijk, de vaatwasser aan op een warmwaterleiding
bij selectie van de "
UITSTEL PROGRAMMA (12)
.
tot 60°C.
(8)
indrukt wordt de optie "
3/1
" drukknop is het normaal dat de
3/1
" geactiveerd, wat
kunt u het uitstel van de
9 uur
. Dit stelt u in staat
58
OM HET AFWASMIDDELVERBRUIK TE BEPERKEN! … EN VOOR HET BEHOUD VAN HET MILIEU
De in de afwasmiddelen voor vaatwassers aanwezige fosfaten vormen een probleem voor het milieu. Om een overmatig afwasmiddel- en stroomverbruik te voorkomen, raden wij aan om:
de delicate vaat
agressieve afwasmiddelen en hoge temperaturen;
het afwasmiddel
te scheiden van vaat die beter bestand is tegen
niet rechtstreeks op de vaat te gieten.
Instructies Voor de Gebruiker
2
Auto
60°-70°
7
11 10
5
34
end
9
6
3/1
813
12
1
REGELING VAN DE ONTHARDER
OPMERKING:
om de volgende regeling uit te voeren mag het
wasprogramma niet op weken zijn ingesteld.
Druk de drukknop
UITSTEL PROGRAMMA (12)
in en houd hem ingedrukt tot de vooraf ingestelde waarde verschijnt, gevolgd door de punt (gewoonlijk 3.). Laat de drukknop los en druk hem opnieuw meerdere malen in om, uitgaande van de tabel, de gewenste waarde te verkrijgen.
De 6 mogelijke regelniveaus zullen in deze volgorde verschijnen:
3.,4.,5.,0.,1.,2.
.
Wanneer op de display de gewenste waarde verschijnt moet u de drukknop loslaten; na
5 seconden
keert u automatisch terug naar de uitstel programma instelling en de regeling zal zijn ingesteld op de geselecteerde waarde.
OPMERKING:
De display toont de regeling van de hardheid van het water en het uitstel van het programma. De punt (.) na het nummer wijst erop dat de regeling van de hardheid van het water wordt weergegeven. Wanneer de punt (.) niet verschijnt betekent dit dat het uitstel van het programma wordt weergegeven.
TABEL HARDHEID VAN HET WATER
HARDHEID VAN HET WATER
Duitse graden (°dH) Franse graden (°dF)
0 - 5 0 - 9 0.
6 - 11 10 - 19 1. 12 - 21 20 - 36 2. 22 - 33 37 - 59 3. 34 - 45 60 - 79 4. 46 - 53 80 - 107 5.
REGELING
Vraag het waterleidingbedrijf om de informatie betreffende de hardheidsgraad van het water.
59
Instructies Voor de Gebruiker
Wanneer het nodig mocht blijken om tijdens het wassen de deur te openen, zal het programma worden onderbroken, zal het betreffende controlelampje blijven knipperen en zal een geluidssignaal erop wijzen dat de cyclus nog niet is voltooid. U zult circa
1 minuut
kunt sluiten om het programma weer te hervatten. Bij het sluiten van de deur zal het programma weer worden hervat vanaf het punt waarop het werd onderbroken. Het verdient aanbeveling om deze handeling
indien noodzakelijk
uit te voeren, omdat het onregelmatigheden in de
afwerking van het programma zou kunnen veroorzaken.
BEËINDIGING
Op het eind van het programma zendt de vaatwasser een kort geluidssignaal uit en zullen de programmacontrolelampjes nr. 4 en knipperen.
moeten wachten voordat u de deur
uitsluitend
5
60
Om de machine uit te schakelen moet de deur worden geopend en de drukknop
AAN/UIT (1)
2
end
Auto
60°-70°
worden ingedrukt.
11 10
5
34
7
9
6
3/1
813
12
1
VERWIJDEREN VAN DE VAAT
Na beëindiging van het wasprogramma moet u tenminste
20 minuten
wachten alvorens de vaat er uit te halen, om hem te laten afkoelen. Om te voorkomen dat eventuele in de bovenste korf achtergebleven waterdruppels op de nog in de onderste korf achtergebleven vaat vallen, wordt het
aangeraden
om eerst de onderste korf en daarna pas de
bovenste korf leeg te halen.
E1
E2
E3
E4
E5
E6
Instructies Voor de Gebruiker
2. Oplossingen voor storingen in de werking
De vaatwasser is in staat om een aantal storingen te melden door het gelijktijdig oplichten van meerdere controlelampjes met de volgende betekenis:
STORING BESCHRIJVING
Storing acquastop
De overstromingsbeveiliging is in werking getreden (uitsluitend voor de hiermee uitgeruste modellen). Hij treedt in werking bij waterlekkages. U moet zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Veiligheidsniveau
Het systeem dat het waterpeil in de vaatwasser beperkt is in werking getreden. Onderbreek het lopende programma en schakel de vaatwasser uit. Schakel de vaatwasser weer in, programmeer hem weer en start de wascyclus. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Afwijking tijdens het opwarmen van het water
Het water wordt niet of op abnormale wijze opgewarmd. Herhaal de wascyclus; wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Afwijking tijdens het meten van de watertemperatuur
Onderbreek het lopende programma en schakel de vaatwasser uit. Schakel de vaatwasser weer in, programmeer hem opnieuw en start de wascyclus. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Afwijking tijdens het vullen met water
De vaatwasser wordt niet of op abnormale wijze gevuld met water. Controleer of de hydraulische aansluitingen op correcte wijze zijn uitgevoerd, of de waterkraan geopend is en of het filter niet verstopt is. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Afwijking tijdens het wegpompen van het water
Het water wordt niet of op abnormale wijze weggepompt. Controleer of de afvoerslang niet geknikt of afgeklemd is en of de sifon of de filters niet verstopt zijn. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
61
E7
E8
E9
Instructies Voor de Gebruiker
STORING BESCHRIJVING
Afwijking aan het schoepenwieltje
de hiermee uitgeruste modellen) De binnengestroomde hoeveelheid water wordt niet precies gemeten. Onderbreek het lopende programma en schakel de vaatwasser uit. Schakel de vaatwasser weer in, programmeer hem opnieuw en start de wascyclus. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Afwijking aan het alternerende wassysteem
Onderbreek het lopende programma en schakel de vaatwasser uit. Schakel de vaatwasser weer in, programmeer hem opnieuw en start de wascyclus. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Afwijking aan het watervulsysteem
U moet zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
(uitsluitend voor
62
Controlelampje uit
Als zich de alarmsituatie voordoet zal de machine het actieve programma onderbreken en de afwijking signaleren.
Bij de alarmen E1,E2,E3,E4,E8,E9 zullen de lopende programma's
onmiddellijk worden onderbroken. Den alarmen E5,E6 zullen het lopende programma onderbreken en,
wanneer de oorzaak eenmaal is verholpen, de uitvoering van het programma hervatten.
Het alarm E7 wordt afgebeeld op het eind van de cyclus die in ieder
geval wordt afgewerkt, omdat de werking van de vaatwasser er niet door wordt geschaad.
Om een alarm te "annuleren" moet u:
de deur openen en sluiten of de machine uit- en weer inschakelen. Nu
kunt u de vaatwasser weer opnieuw programmeren.
Controlelampje brandt
Controlelampje knippert
Wanneer het probleem niet mocht zijn opgelost moet u zich tot de erkende Technische Servicedienst wenden.
GEBRUIKSAANWIJZING
WWAAAARRSSCCHHUUWWIINNGGEENNEENNAADDVVIIEEZZEENN,,LLEEIIDDRRAAAADDVVOOOORRHHEETTGGEEBBRRUUIIKKVVAANNDDE
MMAANNDDEENNEENNHHEETTRREEIINNIIGGEENNVVAANNDDEEVVAAAATTWWAASSSSEER
R
E
Inhoudsopgave
1. Aanwijzingen voor veiligheid en gebruik ____________________100
2. Installatie en inbedrijfstelling _____________________________103
3. Gebruiksinstructies ____________________________________ 107
4. Schoonmak en onderhoud ______________________________ 119
Wij wensen u van harte te bedanken voor uw keuze voor dit product van ons. Wij bevelen aan om alle instructies in deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen om op de hoogte te zijn van de meest geschikte voorwaarden voor een correct en veilig gebruik van uw vaatwasser. De volgorde van de afzonderlijke paragrafen is erop gebaseerd dat u stap voor stap alle functies van het apparaat leert kennen, de teksten zijn gemakkelijk te begrijpen en worden geïllustreerd met gedetailleerde afbeeldingen. De hier verstrekte reinigingsadviezen stellen u in staat om de prestaties van uw vaatwasser altijd optimaal te houden. In deze eenvoudig te raadplegen gebruiksaanwijzing zult u de antwoorden kunnen vinden op al uw vragen met betrekking tot het gebruik van de vaatwasser.
INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR: deze instructies zijn bestemd voor de bevoegde installateur die is belast met de installatie, inbedrijfstelling en het uitproberen van het apparaat.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER: u vindt er nuttig advies voor het gebruik van de manden, sproeiers, bakjes en filters.

Aanwijzingen
1. Aanwijzingen voor veiligheid en gebruik
DEZE HANDLEIDING IS EEN WEZENLIJK ONDERDEEL VAN HET APPARAAT: HIJ DIENT ALTIJD IN ZIJN GEHEEL SAMEN BIJ HET APPARAAT TE WORDEN BEWAARD. VÓÓR DE INGEBRUIKNEMING BEVELEN WIJ AAN OM DE IN DEZE HANDLEIDING OPGENOMEN AANWIJZINGEN AANDACHTIG DOOR TE LEZEN. DE INSTALLATIE MOET DOOR BEVOEGD PERSONEEL WORDEN UITGEVOERD MET INACHTNEMING VAN DE GELDENDE NORMEN. DIT APPARAAT IS BESTEMD VOOR EEN HUISHOUDELIJK GEBRUIK EN BEANTWOORDT AAN DE MOMENTEEL VAN TOEPASSING ZIJNDE
RICHTLIJNEN 72/23 EEG, 89/336 (INCLUSIEF 92/31),
HET VOORKOMEN EN ELIMINEREN VAN RADIOSTORINGEN. HET APPARAAT IS ONTWIKKELD VOOR DE VOLGENDE WERKZAAAMHEDEN:
HET WASSEN EN DROGEN VAN DE VAAT
ALS ONEIGENLIJK TE WORDEN BESCHOUWD.
AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIG GEBRUIK DAT AFWIJKT VAN HETGEEN IS VOORZIEN.
HET TYPEPLAATJE MET DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET SERIENUMMER EN DE MERKING IS ZICHTBAAR OP DE RAND AAN DE BINNENKANT VAN DE DEUR.
DEUR MAG NOOIT WORDEN VERWIJDERD.
LAAT DE RESTEN VAN DE VERPAKKING NIET ONBEWAAKT IN DE HUISELIJKE OMGEVING LIGGEN. VERDEEL DE VERSCHILLENDE VAN DE VERPAKKING AFKOMSTIGE AFVALMATERIALEN EN BRENG ZE NAAR HET DICHTSBIJZIJNDE CENTRUM VOOR GESCHEIDEN AFVALINZAMELING.
HET PLAATJE OP DE RAND AAN DE BINNENKANT VAN DE
; IEDER ANDER GEBRUIK DIENT
MET INBEGRIP VAN
DE FABRIKANT KAN NIET

DE AARDAANSLUITING IS VERPLICHT OP DE DOOR DE VEILIGHEIDSNORMEN VOOR ELEKTRISCHE INSTALLATIES VOORZIENE
DE FABRIKANT KAN NIET AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD
WIJZE.
VOOR ENIG LETSEL AAN PERSONEN OF SCHADE AAN ZAKEN ALS GEVOLG VAN EEN ONTBREKENDE OF GEBREKKIGE AARDAANSLUITING.
BIJ PLAATSING VAN HET APPARAAT OP VLOEREN MET VLOERBEDEKKING MOET U CONTROLEREN OF DE OPENINGEN AAN DE ONDERZIJDE NIET WORDEN AFGESLOTEN.
SCHAKEL DE VAATWASSER NA IEDER GEBRUIK UIT OM STROOMVERSPILLING TE VOORKOMEN.
HET AFGEDANKTE APPARAAT MOET ONBRUIKBAAR WORDEN GEMAAKT. SNIJD, NA DE STEKER UIT HET STOPCONTACT TE HEBBEN GETROKKEN, DE VOEDINGSKABEL DOOR. MAAK DE VOOR KINDEREN GEVAARLIJKE DELEN (SLUITINGEN, DEUREN ENZ.) ONGEVAARLIJK.
Aanwijzingen
DIT APPARAAT IS VOORZIEN VAN HET MERKTEKEN VOLGENS DE
EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EG
ELEKTRONISCHE APPARATEN ( DOOR ERVOOR TE ZORGEN DAT DIT PRODUCT OP DE JUISTE MANIER ALS AFVAL WORDT VERWERKT, HELPT U MOGELIJK NEGATIEVE CONSEQUENTIES VOOR HET MILIEU EN DE MENSELIJKE GEZONDHEID TE VOORKOMEN DIE ANDERS ZOUDEN KUNNEN WORDEN VEROORZAAKT DOOR ONJUISTE VERWERKING VAN DIT PRODUCT ALS AFVAL.
INZAKE AFGEDANKTE ELEKTRISCHE EN
AEEA
).
HET SYMBOOL DOCUMENTATIE GEEFT AAN DAT DIT PRODUCT NIET ALS HUISHOUDELIJK AFVAL MAG WORDEN BEHANDELD. IN PLAATS DAARVAN MOET HET WORDEN AFGEGEVEN BIJ EEN VERZAMELPUNT VOOR RECYCLING VAN ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATEN. AFDANKING MOET WORDEN UITGEVOERD IN OVEREENSTEMMING MET DE PLAATSELIJKE MILIEUVOORSCHRIFTEN VOOR AFVALVERWERKING. VOOR NADERE INFORMATIE OVER DE BEHANDELING, TERUGWINNING EN RECYCLING VAN DIT PRODUCT WORDT U VERZOCHT CONTACT OP TE NEMEN MET HET STADSKANTOOR IN UW WOONPLAATS, UW AFVALOPHAALDIENST OF DE WINKEL WAAR U HET PRODUCT HEEFT AANGESCHAFT.
BIJ STORINGEN MOET U HET APPARAAT VAN HET ELEKRICITEITSNET LOSKOPPELEN EN DE WATERKRAAN SLUITEN.
GEBRUIK GEEN TIJDENS HET TRANSPORT BESCHADIGDE APPARATEN! RAADPLEEG, BIJ TWIJFEL, UW WEDERVERKOPER. HET APPARAAT MOET WORDEN GEÏNSTALLEERD EN AANGESLOTEN OVEREENKOMSTIG DE DOOR DE FABRIKANT VERSTREKTE INSTRUCTIES OF DOOR BEVOEGD PERSONEEL.
HET APPARAAT MOET DOOR VOLWASSENEN WORDEN GEBRUIKT.
ERVOOR DAT KINDEREN UIT DE BUURT BLIJVEN EN ER NIET MEE SPELEN. HOUD KINDEREN UIT DE BUURT VAN AFWASMIDDELEN EN DE GEOPENDE VAATWASSERDEUR. DE VERPAKKINGSMATERIALEN (PLASTIC ZAKKEN, POLYSTYROL, METALEN DELEN ENZ.) MOETEN BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN WORDEN GEHOUDEN. HOUD KINDEREN UIT DE BUURT VAN DE GEOPENDE VAATWASSER; IN HET APPARAAT ZOUDEN ZICH NOG RESTEN AFWASMIDDEL KUNNEN BEVINDEN DIE ONHERSTELBARE SCHADE AAN DE OGEN, DE MOND EN KEEL KUNNEN VEROORZAKEN, EN ZELFS TOT DE DOOD DOOR VERSTIKKING KAN LEIDEN.
GEBRUIK GEEN OPLOSMIDDELEN ZOALS ALCOHOL EN TERPENTINE IN HET APPARAAT DIE TOT ONTPLOFFINGEN KUNNEN LEIDEN.
OP HET PRODUCT OF OP DE BIJBEHORENDE
ZORG
PLAATS GEEN MET AS, WAS OF VERF BEVUILDE VAAT IN HET APPARAAT.
DE VAATWASSER KAN KANTELEN ALS GEVOLG VAN HET LEUNEN OF ZITTEN OP DE OPEN DEUR, MET ALLE RISICO'S VAN DIEN VOOR DE PERSONEN. OM TE VOORKOMEN DAT U EROVER STRUIKELT MOET U DE DEUR VAN DE VAATWASSER NIET OPEN LATEN STAAN.

Aanwijzingen
DRINK, NA BEËINDIGING VAN HET WASPROGRAMMA EN VOOR HET DROGEN, NIET VAN HET EVENTUEEL IN DE VAAT OF DE VAATWASSER ACHTERGEBLEVEN WATER.
MESSEN EN ANDER KEUKENGEREI MET SCHERPE PUNTEN MOETEN MET DE PUNT NAAR BENEDEN IN DE CONTAINER WORDEN GEZET OF HORIZONTAAL IN DE BOVENSTE KORF GELEGD, WAARBIJ U ERVOOR MOET OPLETTEN DAT U ZICH NIET VERWONDT EN DAT ZE NIET UIT DE CONTAINER NAAR BUITEN STEKEN.
MET ACQUASTOP UITGEVOERDE MODELLEN
ACQUASTOP IS EEN INRICHTING DIE BIJ LEKKAGES OVERSTROMINGEN VOORKOMT. NA DE INTERVENTIE VAN DE ACQUASTOP MOET EEN BEVOEGD TECHNICUS WORDEN GERAADPLEEGD OM DE OORZAAK VAN DE STORING OP TE SPOREN EN TE VERHELPEN. BIJ DE MET ACQUASTOP UITGEVOERDE MODELLEN BEVAT DE TOEVOERSLANG EEN ELEKTROMAGNETISCHE KLEP.
ELEKTROMAGNETISCHE KLEP NIET IN HET WATER VALLEN.
BESCHADIGING VAN DE TOEVOERSLANG MOET U HET APPARAAT LOSKOPPELEN VAN DE WATERLEIDING EN HET ELEKTRICITEITSNET.
SNIJD DE SLANG NIET DOOR EN LAAT DE
BIJ
ONMIDDELLIJK NA DE INSTALLATIE MOET HET APPARAAT KORT WORDEN UITGEPROBEERD OVEREENKOMSTIG DE HIERNA VERSTREKTE INSTRUCTIES. ALS HET APPARAAT NIET MOCHT FUNCTIONEREN MOET U HET VAN DE ELEKTRICITEITSNET LOSKOPPELEN EN DE DICHTSTBIJZIJNDE TECHNISCHE DIENST WAARSCHUWEN.
NIET OM HET APPARAAT TE REPAREREN.
DE VAATWASSER BEANTWOORDT AAN ALLE DOOR DE GELDENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN OPGELEGDE EISEN MET BETREKKING TOT ELEKTRISCHE APPARATEN. EVENTUELE TECHNISCHE CONTROLES MOGEN UITSLUITEND DOOR GESPECIALISEERD EN ERKEND PERSONEEL WORDEN UITGEVOERD:
PERSONEEL, ZULLEN DE GARANTIE DOEN VERVALLEN EN KUNNEN EEN BRON VAN GEVAAR VOOR DE GEBRUIKER WORDEN.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
REPARATIES UITGEVOERD DOOR NIET ERKEND
worden gesteld voor letsel aan personen of
PROBEER
schade aan zaken als gevolg van het niet opvolgen van de bovenstaande voorschriften of als gevolg van werkzaamheden op ook een enkel deel van het apparaat of door het gebruik van niet-originele vervangingsonderdelen.

Instructies Voor de Installateur
2. Installatie en inbedrijfstelling
Verwijder de polystyrol korfblokkeringen. Plaats het apparaat op de daarvoor bestemde. De vaatwasser kan met de zijkanten of de achterkant tegen meubels of wanden worden geplaatst. Als de vaatwasser naast een warmtebron wordt geplaatst moet een warmteïsolerende wand worden geplaatst om oververhitting en een slechte werking te voorkomen. Voor de stabilteit moeten de inbouwapparaten voor onderbouw of integratie uitsluitend onder ononderbroken werkbladen worden geplaatst en aan de ernaast geplaatste meubels worden vastgeschroefd. Om de inbouw te vergemakkelijken kunnen de toevoer- en afvoerslangen in alle richtingen worden gedraaid; zorg ervoor dat ze niet worden geknikt of afgeklemd en dat ze niet te strak gespannen komen te staan. Zorg ervoor dat u de borgring aandraait nadat u de buizen in de gewenste richting heeft gedraaid. Voor de passage van de buizen en de voedingskabel is een gat nodig van minimaal Ø 8 cm.
Zet het apparaat waterpas op de grond met behulp van de regelbare voetjes. Dit is vereist voor de correcte werking van de vaatwasser.
U kunt de vaatwasser inbouwen onder een traditionele kookplaat, op voorwaarde dat het werkblad van de keuken dat zowel de vaatwasser als de kookplaat op
gemonteerd en vastgezet kunnen creëren
.
, zodat ze geen enkele
ononderbroken doorloopt
correcte wijze zijn
gevaarlijke situatie
, en

Instructies Voor de Installateur
2.1 Aansluiting op de waterleiding
Voorkom het risico van verstoppingen of beschadigingen:
waterleiding nieuw is of langdurig ongebruikt gebleven, moet u, voordat u de aansluiting op de waterleiding uitvoert, controleren of het water helder is en zonder vervuiling om schade aan het apparaat te voorkomen.
de aansluiting van de vaatwasser op de waterleiding, uitsluitend nieuwe slangen; gebruik nooit oude of reeds gebruikte slangen.
AANSLUITING OP DE WATERKRAAN
Sluit de toevoerslang, na plaatsing van het bij de vaatwasser geleverde filter A, aan op een koudwaterkraan met een schroefdraad van ¾" gas.
stevig vast en draai hem nog circa een kwartslag na met een tang.
Bij de met ACQUASTOP uitgeruste modellen is het filter al in de ring met schroefdraad aangebracht.
Draai de slang met de hand
als de
Gebruik voor

De vaatwasser kan worden gevuld met water van gebruik van warm water zal de wastijd met circa 20 minuten worden teruggebracht, hoewel de efficiëntie iets minder zal zijn. De aansluiting moet worden uitgevoerd op de warmwaterleiding van het huis en op dezelfde wijze als beschreven voor het koude water.
maximaal 60°C.
Bij
AANSLUITING OP DE AFVOER
Plaats de afvoerslang in een afvoerpijp met een minimum­diameter van ook in de gootsteen worden gehangen met behulp van de bijgesloten slanghouder, waarbij er echter voor moet worden opgelet dat hij niet wordt geknikt of afgeklemd. Het is belangrijk dat de slang niet kan losraken en vallen. Om deze reden heeft de slanghouder een gat waarmee hij met behulp van een touwtje aan de pijp of kraan kan worden bevestigd.
Het vrije eind moet op een hoogte tussen de 30 en aangebracht en mag nooit onder water staan. Horizontaal geplaatste verlengstukken mogen maximaal 3 m lang zijn en in dat geval moet de afvoerslang maximaal
; de slang kan
4 cm
85 cm
100 cm
van de grond af worden aangebracht.
worden
Instructies Voor de Installateur
2.2 Elektrische aansluiting en waarschuwingen
CONTROLEER OF DE SPANNINGS- EN FREQUENTIEWAARDEN VAN HET ELEKTRICITEITSNET OVEREENSTEMMEN MET DIE VERMELD OP HET TYPEPLAATJE VAN HET APPARAAT OP DE RAND AAN DE BINNENZIJDE VAN DE DEUR.
DE STEKKER AAN HET UITEINDE VAN DE VOEDINGSKABEL EN HET BIJBEHORENDE STOPCONTACT MOETEN VAN HETZELFDE TYPE ZIJN EN OVEREENSTEMMEN MET DE GELDENDE NORMEN MET BETREKKING TOT DE ELEKTRISCHE INSTALLATIES.
NA DE INSTALLATIE MOET DE STEKKER TOEGANKELIJK ZIJN.
TREK NOOIT AAN DE KABEL OM DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE VERWIJDEREN.
DE BESCHADIGDE VOEDINGSKABEL
DE FABRIKANT OF EEN ERKEND SERVICECENTRUM.
VERMIJD HET GEBRUIK VAN ADAPTERS OF AFLEIDINGEN
OVERVERHITTING OF BRAND ZOUDEN KUNNEN LEIDEN.
WANNEER HET APPARAAT UITSLUITEND EEN VOEDINGSKABEL ZONDER STEKKER HEEFT:
MOET U, OP EEN GEMAKKELIJK BEREIKBARE PLAATS IN DE NABIJHEID VAN HET APPARAAT EEN MEERPOLIGE SCHEIDINGSINRICHTING MET EEN MINIMALE CONTACTOPENING VAN AANBRENGEN.
DE AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET MAG UITSLUITEND WORDEN UITGEVOERD DOOR EEN OVEREENSTEMMING MET HET ONDERSTAANDE SCHEMA EN DE GELDENDE WETTEN.
MOET WORDEN VERVANGEN DOOR
DIE TOT
3,5MM
OP DE VOEDINGSLIJN ERVAN
GESPECIALISEERDE TECHNICUS
, IN
L
= bruin
N
= blauw
= geel-groen
Om ieder risico te voorkomen moet een eventueel beschadigde voedingskabel worden vervangen door de fabrikant of een erkend servicecentrum.

Instructies Voor de Installateur
BIJ REINIGING OF ONDERHOUD VAN HET APPARAAT:
VOORDAT U ONDERHOUD GAAT UITVOEREN OP HET APPARAAT MOET U DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT VERWIJDEREN OF DE SPANNING ONDERBREKEN MET DE MEERPOLIGE SCHEIDINGSINRICHTING.
ALLEEN VOOR GROOT-BRITTANNIË:
DIT APPARAAT MOET WORDEN AANGESLOTEN OP EEN AARDVERBINDING.
Vervanging van de zekering
Wanneer het apparaat wordt geleverd met
BS 1363A 13A
een voor de aansluiting op het elektrische voedingsnet, moet u, bij vervanging van de zekering in dit type stekker een gekeurde zekering gebruiken van het type
BS 1362
1.
2.
3.
en als volgt te werk gaan:
Verwijder het deksel A en de zekering
B
.
Plaats de nieuwe zekering in het
deksel.
Plaats beide weer terug in de stekker.
zekering in de stekker
ASTA

Het deksel van de zekering moet bij de vervanging van de zekering weer worden teruggeplaatst. Wanneer het deksel zoek mocht raken
mag de stekker pas weer worden gebruikt nadat u een geschikt vervangingsonderdeel heeft gemonteerd.
De geschikte vervangingsonderdelen zijn herkenbaar aan het gekleurde insteekstuk of aan het opschrift in reliëf op de basis van de stekker die er de kleur van beschrijft.
U kunt de vervangingsdeksels voor de zekeringen bij de plaatselijke wederverkopers van elektriciteitsmateriaal vinden.
Instructies Voor de Gebruiker
3. Gebruiksinstructies
Na de vaatwasser op correcte wijze te hebben geïnstalleerd zijn de volgende handelingen noodzakelijk om hem te kunnen gebruiken:
Regeling van de ontharder;
Vullen met het regeneratiezout;
Vullen met glansspoelmiddel en afwasmiddel.
3.1 Gebruik van de waterontharder
De hoeveelheid kalk in het water (hardheidsgraad van het water) is verantwoordelijk voor de witte vlekken op de opgedroogde vaat, die, na verloop van tijd mat zullen worden. De vaatwasser is uitgerust met een automatische ontharder die met gebruikmaking van hiervoor specifiek bestemd regeneratiezout, de hardheids-elementen uit het water onttrekt. De vaatwasser is in de fabriek afgesteld op een hardheidsgraad van 3 (gemiddelde hardheid
Bij gebruik van gemiddeld hard water zal het zout na ongeveer
wasbeurten
heeft een capaciteit van ongeveer
Het reservoir bevindt zich onderin de vaatwasser. Na de onderste korf te hebben verwijderd moet u de dop van het reservoir linksom losdraaien en het zout met behulp van de met de vaatwasser geleverde trechter toevoegen. Alvorens de dop weer vast te draaien moet u eventuele zoutresten bij de opening verwijderne..
41-60°dF–24-31°dH
moeten worden bijgevuld. Het reservoir van de ontharder
).
1,7 Kg
grof zout.
ZOUT
20
Bij de eerste inwerkingstelling van de vaatwasser dient u, afgezien
van het zout, tevens een liter water in het reservoir te gieten.
Controleer altijd na het vullen van het reservoir of de dop goed is afgesloten. Het mengsel van water en afwasmiddel mag het
reservoir niet binnendringen daar dit werking van het regeneratiesysteem zal beïnvloeden. In dat geval is de garantie niet meer geldig.
Gebruik uitsluitend regeneratiezout voor vaatwassers voor huishoudelijk gebruik. Vul, bij gebruik van zouttabletten, het reservoir niet volledig af.

Instructies Voor de Gebruiker
Gebruik geen keukenzout, omdat dit niet-oplosbare substanties bevat die na verloop van tijd het onthardingssysteem kunnen beschadigen.
Vul, indien noodzakelijk, het zout bij vóór u het wasprogramma start; op deze wijze zal de overtollige zoutoplossing onmiddellijk
door het water worden verwijderd; een langdurige aanwezigheid van zout water in de waskuip kan tot corrosievorming leiden.
Let ervoor op dat u het zout niet met het afwasmiddel verwisselt: de aanwezigheid van afwasmiddel in het zoutreservoir zal de ontharder
beschadigen.
3.2 Gebruik van de doseerbakjes voor het glansspoelmiddel en het afwasmiddel

De doseerbakjes voor het afwasmiddel en het glansspoelmiddel bevinden zich aan de binnenkant van de deur: links dat van het
afwasmiddel glansspoelmiddel.
Uitgezonderd het WEEK programma, moet het afwasmiddelbakje vóór iedere wasbeurt met een geschikte dosis afwasmiddel worden gevuld. Het glansspoelmiddel hoeft alleen maar worden bijgevuld indien nodig.
en rechts dat van het
Instructies Voor de Gebruiker
TOEVOEGING VAN HET GLANSSPOELMIDDEL
Het glansspoelmiddel zal het opdrogen van de vaat versnellen en de vorming van vlekken en kalkafzettingen voorkomen; het wordt automatisch tijdens de laatste spoelbeurt aan het water toegevoegd vanuit het doseerbakje aan de binnenkant van de deur.
Om het glansspoelmiddel toe te voegen:
Open de deur.
Draai de dop van het reservoir ¼ slag linksom en verwijder hem.
Vul het glansspoelmiddel bij tot het bakje vol is (circa 140 c.c.). Het
venstertje naast de dop moet helemaal donker worden. Vul weer glansspoelmiddel bij als het venster lichter wordt of het controlelampje voor het ontbreken van het glansspoelmiddel gaat branden.
Plaats de dop weer terug en draai hem rechtsom.
Veeg het gemorste glansspoelmiddel met een doek af omdat dit tot
schuimvorming kan leiden.
REGELING VAN DE DOSERING VAN HET GLANSSPOELMIDDEL
De vaatwasser wordt in de fabriek op een gemiddelde waarde afgesteld. De dosering kan echter worden geregeld met behulp van de regelknop op de doseerder, de dosis zal proportioneel zijn aan de stand van de regelknop.
Voor de regeling van de dosering moet de dop van het reservoir ¼
slag linksom worden gedraaid en verwijderd.
Draai vervolgens met een schroevendraaier de regelaar van de
dosering in de gewenste stand.
Plaats de dop weer terug en draai hem rechtsom vast.
De hoeveelheid glansspoelmiddel moet worden verhoogd als de
gewassen vaat mat is of ronde vlekken vertoont.
Als de vaat daarentegen plakkerig aanvoelt of witte strepen vertoont
moet de hoeveelheid glansspoelmiddel worden verminderd.


Instructies Voor de Gebruiker
VULLEN MET AFWASMIDDEL
Om het deksel van het bakje te openen moet u drukknop
P
een weinig indrukken. Voeg het afwasmiddel toe en sluit het deksel zorgvuldig af. Tijdens het wassen zal het bakje automatisch worden geopend.
Wanneer u een programma met warme voorwas kiest (zie de
programmatabel), moet u een extra hoeveelheid afwasmiddel in de holte G/H (afhankelijk van de modellen) doen.
Gebruik uitsluitend specifieke afwasmiddelen voor vaatwassers. Het
gebruik van afwasmiddelen van goede kwaliteit is van groot belang voor optimale wasresultaten.
Bewaar het afwasmiddel in een gesloten verpakking op een droge plek
om de vorming van klonten die de wasresultaten nadelig zullen beïnvloeden, te voorkomen. Eenmaal geopend zullen de afwasmiddelen niet al te lang bewaard kunnen blijven omdat het afwasmiddel aan efficiëntie zal inboeten.
Gebruik geen afwasmiddel voor de handafwas omdat de hoge
schuimproductie ervan de werking van de vaatwasser nadelig kan beïnvloeden.
Zorg voor een goede dosering van het afwasmiddel. Te weinig
afwasmiddel zal leiden tot een onvolledige verwijdering van het vuil, terwijl een teveel ervan de efficiëntie niet zal verhogen, maar slechts verspilling is.
Er zijn vloeibare en afwasmiddelen in poedervorm in de handel, die
onderling verschillen voor wat betreft hun chemische samenstelling en die fosfaten kunnen bevatten of niet, die in dat geval zijn vervangen door natuurlijke enzymen.
-
Fosfaathoudende afwasmiddelen zijn voornamelijk actief tegen vetten en amide bij temperaturen van meer dan 60°C.
- De enzymen bevattende afwasmiddelen zijn ook al bij lagere temperaturen actief (vanaf 40 tot 55°C) en zijn biologisch beter afbreekbaar. Met dit type afwasmiddel kunnen bij lagere temperaturen dezelfde wasresultaten worden bereikt die anders pas bij programma's van 65°C mogelijk zouden zijn.
Voor het behoud van het milieu bevelen wij het gebruik aan van afwasmiddelen zonder fosfaten of chloor.
Instructies Voor de Gebruiker
Producten "3/1"
Voor het gebruik van afwasmiddelen met geïntegreerd zout en glansmiddel moet u op de pagina "Beschrijving van de bedieningsorganen" controleren of de vaatwasser is uitgerust met de "drukknop optie 3/1" en vervolgens de paragraaf waar het gebruik ervan wordt beschreven raadplegen. Is dit niet het geval dan raden wij het gebruik aan van traditionele producten (gescheiden afwasmiddel, zout en glansmiddel), omdat de "3/1" producten met de traditionele wascycli problemen zouden kunnen veroorzaken, zoals aanslag van een witte patina, slechte droogresultaten, resten op de vaat.
De aanwezigheid van, ook vloeibaar afwasmiddel, in het glansspoelmiddelreservoir zal de vaatwasser beschadigen.
3.3 Waarschuwingen en algemene aanbevelingen
Vóór de eerste ingebruikneming van de vaatwasser verdient het aanbeveling om eerst de onderstaande aanbevelingen met betrekking tot de aard van de te wassen vaat en de plaatsing ervan te lezen. Over het algemeen bestaan er geen beperkingen voor het wassen van de huishoudelijke vaat, maar in sommige gevallen moet met hun eigenschappen rekening worden gehouden.
Alvorens de vaat in de korven te plaatsen moet u:
de grootste etensresten, zoals bijvoorbeeld botjes, graten enz. die de filter zouden kunnen verstoppen en de waspomp beschadigen, verwijderen;
de pannen of koekenpannen met op de bodem verbrande etensresten laten weken om het vuil beter te laten loskomen; om ze vervolgens in de ONDERSTE KORF te zetten.
Gebruik voor een kleine vaat de "wassen met ½ belading" optie om te bezuinigen op water en elektriciteit. In dit geval moet u uitsluitend de voor het wassen met de ½ belading geselecteerde korf vullen en moet de andere korf leeg blijven.
Om niet onnodig water te verspillen moet u de vaat vooraf niet onder stromend water wassen voordat u hem in de korven laadt.
Een correcte plaatsing van de vaat is een garantie voor goede wasresultaten.

Instructies Voor de Gebruiker
LET OP!
Controleer of de couverts goed stevig staan en niet kunnen omvallen en de draaiing van de sproeiarmen tijdens de werking niet belemmeren;
plaats geen hele kleine voorwerpen in de korven die bij het vallen de sproeiarmen of de waspomp zouden kunnen blokkeren;
vaat zoals bijv. kopjes, schotels, glazen, bekers en pannen moeten altijd met de opening naar beneden en met eventuele holle kanten schuin worden gezet om het weglopen van het water te bevorderen;
de verschillende delen van de vaat niet in elkaar zetten omdat ze elkaar anders zouden afdekken;
plaats glazen niet te dicht op elkaar omdat ze met elkaar in aanraking zouden kunnen komen en breken. Ook kunnen zich vlekken vormen.
CONTROLEER of de vaat met de vaatwasser kan worden gewassen.
Ongeschikte vaat voor het wassen in een vaatwasser:
Houten pannen en couverts: kunnen beschadigd raken als gevolg van de hoge wastemperaturen;
handwerkproducten: zijn slechts zelden geschikt om te worden gewassen in een vaatwasser. De relatief hoge watertemperaturen en het afwasmiddel kunnen ze beschadigen;
plastic couverts: eventueel hittebestendige plastic couverts moeten in de bovenste korf worden gewassen;
couverts en voorwerpen van koper, tin, zink en messing:
hebben de neiging om vlekken te vormen;
aluminium vaat: vaat van geanodiseerd aluminium kan verkleuren;
glas en kristal: over het algemeen kunnen glazen en kristallen voorwerpen in de vaatwasser worden gewassen. Er bestaan echter glas- en kristalsoorten die na vele wasbeurten mat kunnen worden en hun transparantie verliezen; voor dit soort materiaal raden wij altijd aan om het minst agressieve programma van de programmatabel te kiezen;
vaat met decoraties: de in de handel verkrijgbare gedecoreerde voorwerpen zijn over het algemeen goed tegen het wassen in de vaatwasser bestand ook al is het mogelijk dat de kleuren na frequente wasbeurten vervagen, Bij twijfel over de bestendigheid van de kleuren verdient het aanbeveling om ongeveer een maand lang een paar elementen per keer te wassen.

Instructies Voor de Gebruiker
3.4 Gebruik van de korven
De vaatwasser heeft een capaciteit van opdienservies.
LADINGEN VOLGENS NORM EN 50242 VOOR CONTROLE-INSTITUTEN
ONDERSTE KORF BOVENSTE KORF
Cyclus-testomstandigheden EN 50242: Onderste korf:
worden
Bovenste korf: links
ONDERSTE KORF
De onderste korf ontvangt de maximale intensiteit van de werking van de onderste sproeiarm en is daarom bestemd voor de "moeilijkste" en vuilste vaat. Alle mogelijke beladingscombinaties zijn toegestaan, op voorwaarde dat er bij de plaatsing van het servies, de pannen en de koekenpannen voor wordt gezorgd dat alle vuile oppervlakken worden blootgesteld aan de van onderen afkomstige waterstralen.
opgeheven.
het rooster "A" (paragraaf "Onderste korf) mag
, onder de koppen, zijn
14 couverts
twee
bordjes geplaatst.
inclusief het
niet
De korf heeft aan de hem te gebruiken hoeft u hem alleen maar op te tillen tot hij geblokkeerd wordt.
achterkant
een rooster voor
grote
borden
(A)
. Om

Instructies Voor de Gebruiker
Aan de de modellen) voor naar de voorkant van de vaatwasser zijn "gedraaid".
BELADING VAN DE ONDERSTE KORF
Plaats de platte, diepe, dessert- en dienborden zorgvuldig rechtop. De pannen, koekenpannen en bijbehorende deksels moet ondersteboven worden geplaatst. Zorg er bij het plaatsen van de diepe en dessertborden altijd voor dat er vrije ruimte tussen blijft.
voorkant
is plaats voor één of twee supporten (afhankelijk van
kleine
bordjes
(B)
. Om die te gebruiken moeten ze
Laadvoorbeelden:

½ BELADING
Instructies Voor de Gebruiker
g
BESTEKCONTAINER
Het bestek moet met de
Lang bestek
(soeplepels, houten spanen, keukenmessen), die in
aanraking zouden kunnen komen met de bovenste sproeier, moeten in
bovenste korf
de punt van de messen niet buiten de korf uitsteekt.
De bestekkorf is uitgerust met een onafhankelijke combinaties mogelijk maken voor een optimale benutting van de beschikbare ruimte.
punten naar beneden
worden gezet.
worden gelegd, waarbij u ervoor moet opletten dat de
exclusief systeem
verschuifbare flappen
, die meerdere nuttige
van onderling
Verticale
insteekstukken
Handeling voor het er uit
trekken van de insteekstukken
Horizontaal
insteekstuk
geopend
Horizontaal insteekstuk
esloten
Deze korf kan daarnaast ook in twee delen worden verdeeld, wat vooral erg praktisch is bij het wassen met
½ belading.

Instructies Voor de Gebruiker
BOVENSTE KORF
Het wordt aangeraden om de bovenste korf te vullen met klein of middelgroot serviesgoed, zoals bijvoorbeeld glazen, kleine borden, koffie- en theekopjes, platte schotels en lichte, hittebestendige plastic voorwerpen. Bij gebruik van de bovenste korf in de laagste stand kunnen er ook dienborden in worden geplaatst, mits slechts licht bevuild.
De bovenste korf is (links) uitgerust met twee plastic roosters die naar boven kunnen worden geklapt om ruimte te creëren voor hoge glazen, zoals bijvoorbeeld roemers. Rechts vinden we twee "bestekcontainer" roosters, bestemd voor messen en theelepeltjes, die, indien niet gebruikt, rechtop, vastgehaakt aan de korf kunnen blijven. Om de voor de theelepeltjes bestemde ruimte te gebruiken, moet u het bijbehorende insteekstuk eruit trekken, zoals weergegeven in de illustraties.

BELADING VAN DE BOVENSTE KORF
Laad de borden met de holle zijde naar voren; kopjes en holle recipiënten moeten altijd met de opening naar beneden worden gezet. Aan de linkerkant van de mand kunt u op twee niveaus kopjes en glazen laden. In het midden kunt u borden en bordjes rechtop in de speciale supporten zetten.
Laadvoorbeelden:
½ BELADING
Instructies Voor de Gebruiker
REGELING VAN DE BOVENSTE KORF
De bovenste korf kan in twee standen worden gezet, afhankelijk van de persoonlijke behoeften en de hoogte van de in de ondertse korf geplaatste vaat. Ga hiervoor als volgt te werk.
;
trek de korf volledig naar buiten en til de rechterkant naar boven.
Nu zal het mogelijk zijn om grotere borden in de onderste korf te plaatsen.
Om de oorspronkelijke stand weer te herstellen, dient u de bovenste
korf nogmaals uit te trekken en op de hendel voor de vrijgave van de blokkering te drukken.

Instructies Voor de Gebruiker
4. Schoonmak en onderhoud
Vóór iedere ingreep moet u de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen.
4.1 Waarschuwingen en algemene aanbevelingen
Vermijd het gebruik van schurende of bijtende schoonmaakmiddelen.
De buitenoppervlakken en de contradeur van de vaatwasser moeten met regelmatige tussenpozen met een zachte met een normaal schoonmaakmiddel voor geverfde oppervlakken bevochtigde doek worden schoongemaakt. De pakkingen van de deur moeten met een vochtige spons worden schoongemaakt. Periodiek (één of twee keer per jaar) verdient het aanbeveling om al het vuil dat zich op de kuip en de afdichtingen heeft gevormd met een zachte doek en wat water te verwijderen.
SCHOONMAKEN VAN HET WATERTOEVOERFILTER
Het na de kraan geplaatste toevoerfilter voor het water A moet regelmatig worden schoongemaakt. Sluit de waterkraan, draai het uiteinde van de toevoerslang los, verwijder het filter A en maak hem voorzichtig onder een straal water schoon. Plaats het filter A weer in diens houder terug en draai de watertoevoerslang zorgvuldig vast.
SCHOONMAKEN VAN DE SPROEIARMEN
De sproeiarmen kunnen gemakkelijk worden verwijderd om de mondstukken periodiek te reinigen en mogelijke verstoppingen te voorkomen. Was ze onder een straal water en plaats ze weer zorgvuldig in hun houders terug
hun draaibeweging op geen enkele wijze wijze wordt belemmerd
Om de losgedraaid.
bovenste
sproeiarm te verwijderen moet de stelring Rworden
en controleer of
.
118
Om de
orbitaalsproeiarm
en de orbitaal arm naar boven trekken. Was de armen onder een straal water en plaats ze weer zorgvuldig in hun oorspronkelijke behuizing terug.
Controleer vervolgens of de sproeiarmen vrj kunnen draaien.
het geval mocht zjin moet u controleren of u ze goed heeft gemonteerd.
te verwijderen moet u de langste arm beetpakken
Als dit niet
Instructies Voor de Gebruiker
SCHOONMAKEN VAN DE FILTERGROEP
Het verdient aanbeveling om regelmatig de centrale filter C te
controleren en, indien noodzakelijk schoon te maken. Om de filter te verwijderen moet u de lipjes vastpakken, ze linksom draaien en naar boven trekken;
druk van onderen tegen de centrale filter Dom hem uit de microfilter
te verwijderen;
haal de twee delen waaruit het plastic filter bestaat, uit elkaar door
op de door de pijl aangegeven plek op het filterlichaam te drukken;
verwijder het centrale filter door hem naar boven te trekken.
WAARSCHUWINGEN EN AANBEVELINGEN VOOR EEN GOED ONDERHOUD:
De filters moeten met een harde borstel onder een waterstraal
worden schoongemaakt.
Het is absoluut noodzakelijk dat de filters zorgvuldig worden schoongemaakt overeenkomstig de bovenstaande aanwijzingen:
de vaatwasser kan niet functioneren als de filters verstopt zijn.
Plaats de filters weer zorgvuldig terug in hun houders, om schade aan de waspomp te voorkomen.
ALS DE VAATWASSER LANGDURIG BUITEN GEBRUIK BLIJFT:
Voer twee keer achter elkaar het weekprogramma uit.
Trek de steker uit het stopcontact.
Laat de deur op een kier om te voorkomen dat er zich vieze luchtjes in de waskuip vormen.
Vul de doseerder met glansspoelmiddel.
Sluit de waterkraan.
119
Instructies Voor de Gebruiker
ALVORENS DE VAATWASSER NA EEN LANGDURIGE PERIODE VAN STILSTAND IN GEBRUIK TE NEMEN:
controleer of er zich geen bezinksel of roest in de slangen heeft gevormd, laat in dat geval het water een paar minuten lang uit de kraan stromen.
Steek de steker weer in het stopcontact.
Breng de aanvoerslang weer aan en open de kraan.
KLEINE STORINGEN OPLOSSEN
In sommige gevallen is het mogelijk om zelf eventuele kleine storingen met behulp van de onderstaande instructies te verhelpen.
Controleer, als het programma niet start, of:
de vaatwasser op het elekriciteitsnet is aangesloten;
de levering van de elektrische stroom niet is onderbroken;
de waterkraan is geopend;
de deur van de vaatwasser op correcte wijze is gesloten;
120
Controleer, als er water in de vaatwasser achterblijft, of:
er geen knik in de afvoerslang zit;
de sifon van de afvoer niet verstopt is;
de filters van de vaatwasser niet verstopt zijn.
Controleer, als de vaat niet schoon wordt, of:
er (voldoende) afwasmiddel is ingevoerd;
er regeneratiezout in het speciale reservoir zit;
de vaat op de juiste wijze is geplaatst;
het geselecteerde programma geschikt was voor het type en de
aard van vervuiling van de vaat;
alle filters schoon zijn en op de juiste wijze in hun houders zijn geplaatst;
de wateropeningen van de sproeiarmen niet verstopt zijn;
de draaiing van de sproeiarmen niet ergens door werd belemmerd.
Instructies Voor de Gebruiker
Controleer, als de vaat niet droog wordt of mat blijft, of:
er glansspoelmiddel in het daarvoor bestemde reservoir zit;
de dosering ervan goed is ingesteld;
de kwaliteit van het gebruikte afwasmiddel goed is en de
eigenschappen er niet van verloren zijn gegaan (bijv. als gevolg van een onjuiste opslag, met geopende verpakking).
Controleer, als de vaat strepen, vlekken … vertoont, of:
de regeling van het glansspoelmiddel niet overmatig is.
Als er roestsporen zichtbaar zijn in de kuip:
de kuip is van roestvrij staal en eventuele roestsporen moeten daarom van buitenaf afkomstig zijn (stukjes roest afkomstig van de waterleiding, pannen, bestek enz.). In de handel kunt u speciale producten vinden om deze vlekken te verwijderen;
controleer of u de juiste hoeveelheid afwasmiddel gebruikt. Sommige afwasmiddelen kunnen agressiever zijn dan andere;
controleer of u de dop van het zoutreservoir goed heeft afgesloten en de waterontharder goed is ingesteld.
Als, nadat u de bovenstaande aanwijzingen heeft opgevolgd, de storingen zich mochten blijven voordoen, zult u de dichtstbijzijnde technische dienst moeten raadplegen.
LET OP: de door niet bevoegd personeel op het apparaat uitgevoerde werkzaamheden vallen niet onder de garantie en zijn voor rekening van de gebruiker.
TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte Diepte, gemeten vanaf de buitenzijde
van het bedieningspaneel Hoogte
Capaciteit Druk van het toevoerwater Elektrische gegevens
597 ÷ 599 mm 600 mm
van 850 mm tot 870 mm 14 Standaardcouverts
min. 0,05 - max. 0,9 MPa (min. 0.5 – max. 9 bar) Zie het typeplaatje
121
Loading...