AANWIJZINGEN VOOR DE GEBRUIKER: duiden advies voor het
gebruik, de beschrijving van de bedieningen en de correcte
reinigings- en onderhoudshandelingen van het toestel aan.
AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATEUR: deze zijn bedoeld voor de
bevoegde technicus die de installatie, de indienststelling en de test
van het toestel moet uitvoeren
Waarschuwingen voor de veiligheid en het gebruik
1. WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID EN
HET GEBRUIK
DE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND DEEL VAN HET TOESTEL. HET MOET
INTACT EN BINNEN HANDBEREIK BEWAARD WORDEN VOOR DE VOLLEDIGE
GEBRUIKSCYCLUS VAN DE OVEN. ER WORDT AANGERADEN DEZE
HANDLEIDING EN ALLE AANDUIDINGEN AANDACHTIG DOOR TE LEZEN
VOORDAT DE OVEN GEBRUIKT WORDT. DE INSTALLATIE MOET UITGEVOERD
WORDEN DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL, EN DOOR DE VAN KRACHT
ZIJNDE NORMEN TE RESPECTEREN. DEZE OVEN IS VOORZIEN VOOR
PROFESSIONEEL GEBRUIK, EN IS CONFORM DE EEG-RICHTLIJNEN DIE
ACTUEEL VAN KRACHT ZIJN. HET TOESTEL WERD GEBOUWD VOOR DE
VOLGENDE FUNCTIE: BEREIDING EN VERWARMING VAN VOEDSEL; ELK
ANDER GEBRUIK MOET ALS ONGESCHIKT BESCHOUWD WORDEN.
DE CONSTRUCTEUR KAN NIET AANSPRAKELIJK GESTELD WORDEN
VOOR ANDER GEBRUIK DAN HETGENE DAT AANGEDUID WORDT.
LAAT DE VERPAKKINGSRESTEN NIET ONBEHEERD ACHTER IN DE
HUISLIJKE OMGEVING. SCHEIDT DE VERSCHILLENDE AFVALMATERIALEN
AFKOMSTIG VAN DE VERPAKKING, EN OVERHANDIG ZE AAN HET DICHTST
BIJZIJNDE CENTRUM VOOR GESCHEIDEN AFVALINZAMELING.
DE AARDVERBINDING IS VERPLICHT VOLGENS DE MODALITEITEN DIE
VOORZIEN WORDEN DOOR DE VEILIGHEIDSNORMEN VAN DE
ELEKTRISCHE INSTALLATIE.
IN GEVAL VAN EEN AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET DOOR
MIDDEL VAN STOPCONTACT EN STEKKER, MOETEN BEIDE VAN
HETZELFDE TYPE ZIJN EN MOETEN ZE CONFORM DE VAN KRACHT ZIJNDE
NORMEN AANGESLOTEN WORDEN OP DE STROOMKABEL.
TREK NOOIT AAN DE KABEL OM DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE
VERWIJDEREN.
VERSTOP DE OPENINGEN VOOR DE VENTILATIE OF DE WARMTE-AFVOER
NIET.
VOER ONMIDDELLIJK NA DE INSTALLATIE EEN KORTE TEST UIT VAN DE
OVEN, DOOR DE AANWIJZINGEN TE VOLGEN DIE VERDER AANGEDUID
WORDEN. IN GEVAL DE OVEN NIET WERKT, MOET HET TOESTEL
LOSGEKOPPELD WORDEN EN MOET HET DICHTST BIJZIJNDE TECHNISCH
ASSISTENTIECENTRUM GECONTACTEERD WORDEN. PROBEER NOOITOM HET TOESTEL TE HERSTELLEN.
PLAATS NOOIT ONTVLAMBARE VOORWERPEN IN DE OVEN: HET
TOEVALLIG AANSCHAKELEN VAN DE OVEN ZOU BRAND KUNNEN
VEROORZAKEN.
HET TOESTEL WORDT TIJDENS HET GEBRUIK ZEER HEET. ER WORDT
AANGERADEN OM STEEDS HITTEBESTENDIGE HANDSCHOENEN TE
DRAGEN.
75
Waarschuwingen voor de veiligheid en het gebruik
DE IDENTIFICATIEPLAAT, MET DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET
SERIENUMMER EN DE MARKERING, IS ZICHTBAAR GEPLAATST OP DE
ZIJKANT VAN DE OVEN.
DEZE PLAAT MAG NOOIT WORDEN VERWIJDERD.
HET TOESTEL IS BESTEMD VOOR PROFESSIONEEL GEBRUIK DOOR
GETRAINDE PERSONEN. STA NIET TOE DAT KINDEREN IN DE BUURT
KOMEN OF ERMEE SPELEN.
DE OVENSCHALEN MOETEN VÓÓR GEBRUIK GEWASSEN WORDEN MET
EEN DAARVOOR BESTEMD REINIGINGSMIDDEL (GEBRUIK GEEN
SCHURENDE PRODUCTEN)
DE OVEN KAN MAXIMAAL 3,5 KG BEVATTEN.
DIT TOESTEL IS VOORZIEN VAN HET MERKTEKEN VOLGENS DE
EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EG IN VERBAND MET ELEKTRISCHE EN
ELEKTRONISCHE TOESTELLEN (WASTE ELECTRICAL AND ELECTRONIC
EQUIPMENT - WEEE).
DEZE RICHTLIJN BEPAALT DE NORMEN VOOR HET INZAMELEN EN
RECYCLEREN VAN AFGEDANKTE TOESTELLEN, EN GELDT VOOR HET
VOLLEDIGE GRONDGEBIED VAN DE EUROPESE UNIE.
VOORDAT HET TOESTEL IN WERKING WORDT GESTELD, MOETEN ALLE
OP EN IN HET TOESTEL AANGEBRACHTE ETIKETTEN EN BESCHERMENDE
FOLIES VERWIJDERD WORDEN.
76
De fabrikant wijst iedere aansprakelijkheid voor letsels aan personen of materiële
schade af die wordt veroorzaakt door het niet in acht nemen van deze
voorschriften, of door het onklaar maken van zelfs maar een enkel onderdeel
van het toestel, of door het gebruik van niet-originele reserveonderdelen.
INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKERS
Aldus de Richtlijnen 2002/95/EG, 2002/96/EG, 2003/108/EG in verband met de
beperking van het gebruik van gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische
toestellen, en ook de verwerking van afval. Het symbool van de doorkruiste
vuilbak, aangebracht op de apparatuur, duidt aan dat het product op het einde
van zijn gebruiksduur afzonderlijk verzameld moet worden. De gebruiker moet
dus de apparatuur op het einde van de gebruiksduur toekennen aan geschikte
centra voor de gescheiden elektrisch en elektronisch afval, of overhandigen aan
de verkoper wanneer een nieuw overeenkomstig apparaat aangekocht wordt.
Een gepaste gescheiden afvalinzameling voor de volgende recyclage van de
apparatuur en voor de behandeling en de ecologisch compatibele verwerking,
draagt bij tot het vermijden van mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en
voor de gezondheid, en bevordert het recyclen van het materiaal waarvan de
apparatuur gemaakt is. Wanneer de gebruiker het product illegaal verwerkt,
zullen administratieve sancties getroffen worden.
Aanwijzingen voor de installateur
2. INSTALLATIE VAN DE OVEN
De oven moet vrij op een horizontaal werkvlak geïnstalleerd worden. De
afstand tot de achterwand moet zodanig zijn dat het klemmenbord
makkelijk kan bereikt worden voor het uitvoeren van de aansluiting van de
stroomkabel. Het toestel dient te worden geïnstalleerd door een
gekwalificeerd technicus, in overeenstemming met de EEGRICHTLIJNEN die op dit moment van kracht zijn.
2.1Elektrische aansluiting
Controleer of het voltage en de doorsnede van de stroomtoevoerlijn
overeenstemmen met de kenmerken die worden aangeduid op het plaatje
op de zijkant van de oven. Dit plaatje mag in geen geval wordenverwijderd.
De oven heeft een driepolige
kabel H07RN-F voor de werking
aan 220-240V∼.
Voor de werking aan 380-415V2N∼ of 380-415V3N∼ moet
de stroomkabel vervangen
worden, en moet de aansluiting
op het klemmenbord gewijzigd
worden. Dit kan bereikt worden
door het deurtje op de achterkant van de oven te verwijderen.
De bijgeleverde kabel is driepolig 3 x 4 mm
type H07RN-F.
Voor de werking aan 380-415V2N∼ of 380-
415V3N∼ moet de kabel vervangen worden
met een andere van het type H07RN-F. De
doorsnede van de draden van de nieuwe kabel
mag niet kleiner zijn dan 2,5-1,5 mm
2
mm
- 5 x 1,5 mm2), door er mee rekening te
houden dat het uiteinde dat op de oven moet
aangesloten worden een aardedraad moet
hebben (geel-groen) die minstens 20 mm
langer is.
2
(4 x 2,5
2
77
Aanwijzingen voor de installateur
In geval van een aansluiting op het elektriciteitsnet door middel van een
stopcontact en stekker, moet de aansluiting vervolledigd worden met een
driepolige stekker met gepaste capaciteit (25A), of voor de werking aan
380-415V2N∼ of 380-415V3N∼ met een vijfpolige stekker (16A). De
stekker en het stopcontact moeten van hetzelfde type zijn (conform de
CEI-normen). Vóór de aansluiting moet gecontroleerd worden of de
stroomtoevoerlijn voorzien is van een geschikte aarding. Vermijdt het
gebruik van adapters, reducties of aftakkingen.
Als het toestel permanent aangesloten is op het elektriciteitsnet, moet op
de toevoerlijn een omnipolair onderbrekingsmechanisme geïnstalleerd
worden met een openingsafstand van de contacten van minstens 3 mm,
op een positie die makkelijk bereikbaar is en zich nabij het toestel
bevindt.
AANDACHT: als de fasespanning onder 190 Vac daalt, kan een
prestatieval van de oven gebeuren die niet te wijten is aan het product
zelf.
De klem met dit symbool verbindt de delen onderling die zich gewoonlijk
op het aardpotentiaal bevinden. Sluit de toestellen op gepaste wijze aan
door middel van het gebruik van deze klem zodat de equipotentialiteit
gegarandeerd wordt.
78
2.1.1 Veiligheidsthermostaat
De oven heeft een veiligheidmechanisme dat ingrijpt in geval van een
slechte werking. Voor de reset van de veiligheid moet de technische
assistentiedienst gecontacteerd worden.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor
persoonlijk letsel of materiële schade als gevolg van het
veronachtzamen van bovenstaande voorschriften of door het onklaar
maken van een afzonderlijk deel van het toestel.
2.2Nivellering
Nivelleer de oven op de grond door middel van de vier regelbare pootjes.
Om de regeling uit te voeren, moet de tegenmoer gelost worden en moet
het voetje losgedraaid worden. De regelschroef kan voor 10 mm
verplaatst worden.
Aanwijzingen voor de installateur
aaaaaaaaaaa
2.3Aansluiting op het waternet
(enkel voor het model met stoom)
Sluit de invoerplug van het water aan
op de achterkant op een waterplug
met geschroefdrade opening ¾ gas,
en maak ze goed vast aan de buis.
Als de bebuizing van het water nieuw
is of lang inactief bleef, moet
gecontroleerd worden of het water
helder wordt en geen onzuiverheden
bevat voordat de aansluiting
uitgevoerd wordt. Zonder deze
voorzorgsmaatregel bestaat het risico
dat water ingevoed wordt dat het
toestel kan verstoppen en dus kan
beschadigen.
Er wordt aangeraden de oven te
voorzien met een waterdruk tussen:
Min. 50 kPa en max. 500 kPa.
2.4Afvoerbuis van de rook
Afhankelijk van het model zijn
achteraan de oven twee afvoerbuizen
van de rook voorzien die
geproduceerd wordt tijdens de
bereiding. Deze moeten vrijgelaten
worden. Ze mogen niet verpletterdworden.
79
Loading...
+ 12 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.