VERTALING VAN DE OORSPRONKELIJKE GEBRUIKSAANWIJZING
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen
bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
347
Inhoudsopgave
5 Installatie424
5.1 Plaatsing424
5.2 Plaatsing425
5.3 Elektrische aansluiting429
5.4 Voor de installateur432
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen
bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
348
Waarschuwingen
NL
1 Waarschuwingen
1.1 Algemene
veiligheidswaarschuwingen
Persoonlijk letsel
• Het apparaat en de bereikbare
delen ervan worden heel warm
tijdens het gebruik. Raak geen
verwarmingselementen aan
tijdens gebruik van het apparaat.
• Bescherm de handen met
ovenwanten bij het hanteren van
voedsel in de ovenruimte.
• Probeer geen vlammen/brand te
doven met water: schakel het
apparaat uit en bedek het vuur
met een deksel of een
brandwerende deken.
• Gebruik van dit apparaat door
kinderen vanaf 8 jaar, personen
met beperkte fysieke, zintuiglijke
of mentale capaciteiten of met
een gebrek aan ervaring of kennis
is alleen toegestaan onder
toezicht en begeleiding van
volwassenen die verantwoordelijk
zijn voor hun veiligheid.
• Laat kinderen niet spelen met het
apparaat.
• Houd kinderen jonger dan 8 jaar
die niet onder toezicht staan
verwijderd van het apparaat.
• Kinderen jonger dan 8 jaar
mogen het apparaat tijdens zijn
werking niet benaderen.
• Werkzaamheden voor
schoonmaak en onderhoud van
het apparaat mogen niet worden
uitgevoerd door kinderen die niet
onder toezicht staan.
• Let op voor de snelle verwarming
van de kookzones. Plaats geen
lege potten of pannen op de
ingeschakelde plaat. Gevaar op
oververhitting.
• Vetten en oliën kunnen vlam vatten
als ze oververhit raken. Het is
aanbevolen bij het apparaat te
blijven tijdens de voorbereiding
van voedsel dat olie of vet bevat.
Als de oliën of vetten vlam zouden
vatten, mag geen water gebruikt
worden om te blussen. Plaats het
deksel op de pan en schakel de
kookzone uit.
• Het kookproces moet altijd
bewaakt worden. Een kort
kookproces moet voortdurend
bewaakt worden.
• Na gebruik het apparaat
uitschakelen.
349
Waarschuwingen
• Tijdens het gebruik geen metalen
voorwerpen zoals vaatwerk of
bestek op het oppervlak van de
kookplaat plaatsen omdat deze
oververhit zouden kunnen raken.
• Plaats geen metalen en puntige
voorwerpen (bestek of
gereedschappen) in de spleten
van het apparaat.
• Giet geen water rechtstreeks op
hete ovenschalen.
• Houd de deur dicht tijdens de
bereiding.
• In geval van ingrepen op de
etenswaren of aan het einde van
de bereiding, de deur gedurende
een aantal seconden 5 centimeter
openen, het stoom laten
ontsnappen en vervolgens de
deur volledig openen.
• Open de bergruimte (indien
aanwezig) niet wanneer de oven
ingeschakeld of warm is.
• De voorwerpen in de bergruimte
kunnen erg heet zijn na het
gebruik van de oven.
• ONTVLAMBARE MATERIALEN
NIET IN DE BUURT VAN HET
APPARAAT GEBRUIKEN OF IN
DE BERGRUIMTE (INDIEN
AANWEZIG) BEWAREN.
• GEBRUIK GEEN SPUITBUSSEN
IN DE BUURT VAN HET
APPARAAT TERWIJL HET WERKT.
• VOER GEEN WIJZIGINGEN UIT
OP HET APPARAAT.
• Voorafgaand op iedere ingreep
op het apparaat (installatie,
onderhoud, plaatsing of
verplaatsing) moet u altijd zorgen
voor persoonlijke
beschermingsmiddelen.
• Voorafgaand op iedere ingreep
op het apparaat moet de
algemene elektrische voeding
gedeactiveerd worden.
• Laat de installatie en technische
interventies uitvoeren door
gekwalificeerd personeel
overeenkomstig de geldende
normen.
• Probeer nooit om zelf het
apparaat te repareren, zonder
tussenkomst van een
gekwalificeerde technicus.
• Trek nooit aan de kabel om de
stekker uit het stopcontact te
halen.
• Als de stroomkabel beschadigd is,
moet men onmiddellijk contact
opnemen met de technische dienst
die voor de vervanging van de
kabel zal zorgen.
350
Waarschuwingen
NL
Beschadiging van het apparaat
• Gebruik geen schurende of
bijtende middelen op de glazen
onderdelen (bijv. poeders,
ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Gebruik eventueel houten of
plastic gereedschappen.
• Roosters en ovenschalen moeten
in de zijgeleiders worden
geplaatst tot ze niet verder
kunnen. De mechanische
veiligheidsblokkeringen die de
verwijdering van de roosters
voorkomen moeten naar beneden
en naar de achterzijde van de
ovenruimte gericht zijn.
• Ga niet op het apparaat zitten.
• Reinig het apparaat niet met een
stoomreiniger.
• Zorg er voor dat de openingen en
de spleten voor de ventilatie en de
warmte-afvoer niet verstopt raken.
• Laat het apparaat niet onbeheerd
tijdens bereidingen waarbij vetten
en oliën vrijkomen die heet
worden en vlam kunnen vatten.
Besteed de grootst mogelijke
aandacht
• Laat geen voorwerpen achter op
de kookoppervlakken.
• GEBRUIK HET APPARAAT
NOOIT OM DE RUIMTE TE
VERWARMEN.
• Sproei geen spuitbussen in de
nabijheid van de oven.
• Gebruik geen plastic vaatwerk of
recipiënten om voedsel te
bereiden.
• Plaats geen blikken of gesloten
recipiënten in de ovenruimte.
• Verwijder alle ovenschalen en
roosters die tijdens de bereiding
niet gebruikt worden uit de
ovenruimte.
• Bedek de bodem van de
ovenruimte niet met
aluminiumfolie.
• Plaats geen pannen of
ovenschalen rechtstreeks op de
bodem van de ovenruimte.
• Bij gebruik van bakpapier moet u
er voor zorgen dat de circulatie
van de warme lucht in de oven er
niet door wordt verhinderd.
• Gebruik de open deur niet als
steun door pannen of schalen
direct op het binnenglas te
plaatsen.
• De recipiënten of de vleesroosters
moeten binnen de omtrek van de
kookplaat geplaatst worden.
• Alle recipiënten moeten een
vlakke en regelmatige bodem
hebben.
351
Waarschuwingen
• In geval van overstroming of
overkoken moet de vloeistof
onmiddellijk van de kookplaat
verwijderd worden.
• Geen zure stoffen zoals
citroensap of azijn op de
kookplaat morsen.
• Plaats geen lege potten of pannen
op ingeschakelde kookzones.
• Reinig het apparaat niet met een
stoomreiniger.
• Gebruik geen ruw, schurend of
scherp materiaal.
• Gebruik op de stalen delen of de
delen waarvan het oppervlak met
metalen afwerkingen werd
behandeld (bijv. elektrolytische
oxidatie, vernikkeling,
verchroming) geen producten die
chloor, ammoniak of bleekmiddel
bevatten.
• Gebruik geen schurende of
bijtende middelen op de glazen
onderdelen (bijv. poeders,
ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Stop de verwijderbare
onderdelen, zoals de roosters van
de kookplaat, de vlamverdelers
en de deksels niet in de
vaatwasser.
Installatie en onderhoud
• DIT APPARAAT MAG NIET
GEÏNSTALLEERD WORDEN IN
BOTEN OF CARAVANS.
• Het apparaat mag niet
geïnstalleerd worden op een
voetstuk.
• Plaats het apparaat met behulp
van een tweede persoon in het
meubel.
• Gebruik de open deur niet als
hefboom om het apparaat in het
meubel te plaatsen.
• Oefen niet te veel kracht uit op de
geopende deur.
• Til dit apparaat niet op door de
handgreep beet te pakken.
• Om de mogelijke oververhitting
van het apparaat te vermijden
moet het niet achter een
decoratieve deur of een paneel
geïnstalleerd worden.
• Laat het apparaat aansluiten door
gekwalificeerd technisch
personeel.
• De aardverbinding van het
elektrische systeem is verplicht en
moet in overeenstemming met de
geldende veiligheidsnormen
worden uitgevoerd.
352
Waarschuwingen
NL
• Gebruik kabels die bestand zijn
tegen temperaturen van minstens
90 °C.
• Het aandraaimoment van de
schroeven van de stroomgeleiders
van het klemmenbord moet 1,52 Nm bedragen.
Voor dit apparaat
• Schakel de platen na het gebruik
uit. Vertrouw nooit alleen op de
panherkenningsindicatie.
• Waak over kinderen, ze kunnen
de brandende controlelamp voor
de restwarmte moeilijk zien. De
bereidingszones blijven ook na
gebruik voor een bepaalde
periode nog zeer warm, ook al
zijn ze uitgeschakeld. Houd
kinderen uit de buurt zodat ze niet
kunnen aanraken.
• Het glaskeramische oppervlak is
schokbestendig, maar u dient te
voorkomen dat er zware en harde
voorwerpen vallen op de
kookplaat: die zou kunnen breken
als het om puntige voorwerpen
gaat.
• Het glaskeramische
kookoppervlak mag niet als
steunvlak gebruikt worden.
• Dit apparaat kan gebruikt worden
tot op een hoogte van maximaal
4000 meter boven de
zeespiegel.
• Als barsten of scheuren
opgemerkt worden, of als het
oppervlak van de glaskeramische
plaat zou breken, moet het
apparaat onmiddellijk
uitgeschakeld worden. Schakel
de stroom uit en neem contact op
met de Technische Dienst.
• Controleer of het apparaat is
uitgeschakeld voordat de lamp
wordt vervangen.
• Ga niet steunen of zitten op de
geopende deur van het apparaat.
• Controleer of er geen
voorwerpen in de deur vastzitten.
• Personen met een pacemaker of
een gelijkaardig apparaat
moeten zich ervan vergewissen
dat de werking van deze
apparaten niet wordt beïnvloed
door het inductieveld, waarvan
het frequentiebereik tussen 20 en
50 kHz ligt.
• Overeenkomstig de bepalingen
van de elektromagnetische
compatibiliteit behoort de
elektromagnetische inductieplaat
tot Groep 2 en Klasse B (EN
55011).
353
Waarschuwingen
1.2 Beoogd gebruik
• Dit apparaat is bedoeld om thuis
voedsel te bereiden. Elk ander
gebruik is oneigenlijk.
• Het apparaat is niet ontworpen
om te functioneren met externe
kookwekkers of
afstandsbedieningssystemen.
1.3 Aansprakelijkheid van de
fabrikant
De fabrikant kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor schade aan
personen en voorwerpen ten
gevolge van:
• een ander gebruik van het
apparaat dan wordt voorzien;
• het niet in acht nemen van de
voorschriften van de
gebruiksaanwijzing;
• het forceren van ook slechts één
deel van het apparaat;
1.5 Identificatieplaatje
Het identificatieplaatje bevat de technische
gegevens, het serienummer en de
markering. Het plaatje mag in geen geval
worden verwijderd.
1.6 Verwerking
Het apparaat moet gescheiden
ingezameld worden (richtlijnen
2002/95/EG, 2002/96/EG,
2003/108/EG). Het product bevat geen
delen die als gevaarlijk voor de
gezondheid en het milieu worden
beschouwd, conform de actuele Europese
Richtlijnen.
Verwijdering van het apparaat:
• Snijd de voedingskabel af en verwijder
de elektrische kabel en de stekker.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de algemene stroomtoevoer uit.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• het gebruik van niet-originele
reserveonderdelen.
1.4 Deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is een
belangrijk onderdeel van het
apparaat en moet gedurende de
volledige levensduur intact en op
een eenvoudig te bereiken plaats
worden bewaard.
Deze gebruiksaanwijzing
aandachtig voor het gebruik van het
apparaat doorlezen.
354
Waarschuwingen
NL
• Oude of gebruikte apparaten aan het
einde van hun levensduur moeten door
de gebruiker worden ingeleverd bij
geschikte centra voor de gescheiden
inzameling van elektrisch en elektronisch
afval, of overhandigd worden aan de
verkoper wanneer een nieuw
gelijkaardig apparaat wordt gekocht.
Het apparaat is verpakt in milieuvriendelijke
en recyclebare materialen.
• Breng het verpakkingsmateriaal naar de
betreffende centra voor afvalverwerking.
Plastic verpakking
Gevaar voor verstikking
• Laat de verpakking, of delen ervan, niet
onbewaakt achter.
• Laat kinderen niet spelen met de plastic
zakken van de verpakking.
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing komen de
volgende begrippen voor:
Waarschuwingen
Algemene waarschuwingen in
verband met de
gebruiksaanwijzing, veiligheid en
verwerking van afgedankte
producten.
Beschrijving
Beschrijving van het apparaat en de
accessoires.
Gebruik
Informatie over het gebruik van het
apparaat en de accessoires,
kooktips.
Reiniging en onderhoud
Informatie over correcte
schoonmaak en onderhoud van het
apparaat.
Installatie
Informatie voor gekwalificeerde
technici: installatie, inbedrijfstelling
en keuring.
Nuttig voor het bedienen van de
bereidingszones van de inductieplaat.
Druk de knoppen in en draai ze rechtsom
om het werkingsvermogen van de plaat te
regelen, van minimaal 1 tot maximaal 9.
Het werkingsvermogen wordt aangeduid
op het display dat op de kookplaat is
gepositioneerd.
2 Terugkeerknop
Met deze knop kunt u terugkeren naar de
vorige functie in het menu van het apparaat.
Bovendien kan met deze knop de lamp in
de ovenruimte handmatig geactiveerd of
gedeactiveerd worden.
3 Display
Geeft de tijd, functie en temperatuur van de
gekozen bereiding en eventuele
tijdinstelling aan.
4 Bedieningsknop
Met deze knop kunt u het apparaat in-/
uitschakelen en kunt u de verschillende
functies selecteren.
Draai de knop naar rechts of links om de
gewenste functie te wijzigen/selecteren.
Indrukken om te bevestigen.
Houd de knop minstens 5
seconden ingedrukt om een
eventuele bereiding onmiddellijk te
beëindigen.
357
2.3 Kookplaat
Beschrijving
Zone
1145
2180
3210
4270
Externe diameter
(mm)
Max. geabsorbeerde
vermogen
(W)*
14002200
18503000
23003700
26003700
Geabsorbeerd vermogen
in Booster-functie
(W)*
* de vermogens zijn een benadering en zijn afhankelijk van de gebruikte recipiënten of de
geselecteerde instellingen.
Voordelen van inductiekoken
• Energiebesparing, dankzij de
rechtstreekse overdracht van energie
De kookplaat is voorzien van een
inductiegenerator voor elke
bereidingszone. Elke generator
onder het glaskeramische
oppervlak heeft een
elektromagnetisch veld dat een
thermische stroom op de
onderkant van de pan
veroorzaakt. De warmte wordt niet
aan de bereidingszone
overgedragen, maar wordt direct
door de inductieve stromen in het
recipiënt gecreëerd.
naar de pan (u moet daarvoor
bestemde pannen van magnetiseerbaar
materiaal gebruiken) in vergelijking met
het traditioneel elektrisch koken.
• Grotere veiligheid dankzij de overdracht
van energie naar alleen het recipiënt dat
op de kookplaat geplaatst is.
• Hoog rendement bij de overdracht van
energie van de bereidingszone met
inductie naar de basis van de pan.
• Snelle verwarming.
• Kleinere kans op brandwonden, omdat
het kookoppervlak enkel wordt
verwarmd door de onderkant van de
pan; overgekookt voedsel bakt niet aan.
358
Beschrijving
NL
2.4 Andere onderdelen
Plaatsbare vlakken
Het apparaat beschikt over vlakken om
roosters en ovenschalen op verschillende
hoogtes te plaatsen. De plaatsbare
hoogtes worden begrepen van laag naar
hoog (zie 2.1, “Algemene beschrijving”).
Koelventilator
De ventilator zorgt voor de afkoeling van
de ovens, en wordt tijdens de bereiding in
werking gesteld.
De werking van de ventilator veroorzaakt
een normale luchtstroom die aan de
achterzijde van het apparaat naar buiten
komt, en die ook na de uitschakeling van
het apparaat nog kort kan doorgaan.
Interne verlichting
De interne verlichting van het apparaat
wordt ingeschakeld:
• als de deur wordt geopend;
• wanneer er een willekeurige functie
gestart wordt, met uitzondering van de
functies Vapor Clean , Pyrolyse
ECO en Pyrolyse (afhankelijk
van het model).
• Wanneer de temperatuurknop kort
rechtsom (handmatige activering en
deactivering) wordt gedraaid.
Het is niet mogelijk om de
binnenverlichting uit te schakelen
als de deur is geopend.
Zorg er voor dat de openingen en
de spleten voor de ventilatie en de
warmte-afvoer niet verstopt raken.
359
Beschrijving
2.5 Beschikbare accessoires
Rooster voor ovenschaal
Om op een ovenschaal te zetten, voor het
bereiden van voedsel dat kan lekken.
Diepe ovenschaal
Nuttig om vet op te vangen afkomstig van
voedsel op het bovenstaande rooster, of
om taarten, pizza’s en gebak te bakken.
Rooster
Draaispit (enkel op sommige modellen)
Nuttig voor het bereiden van kip of voedsel
dat over het hele oppervlak gelijkmatig
moet worden bereid.
Op sommige modellen zijn niet
alle accessoires aanwezig.
De accessoires die in contact
kunnen komen met het voedsel zijn
gemaakt van materialen conform
de van kracht zijnde
wetsbepalingen.
De bijgeleverde of optionele
accessoires zijn verkrijgbaar bij
erkende verkopers. Gebruik enkel
de originele accessoires van de
fabrikant.
Nuttig voor het plaatsen van recipiënten
met voedsel in bereiding.
360
Gebruik
NL
3 Gebruik
3.1 Waarschuwingen
Het apparaat wordt heel warm
tijdens het gebruik
Gevaar op verbranding
• Houd de deur dicht tijdens de
bereiding.
• Bescherm de handen met ovenwanten
bij het hanteren van voedsel in de
ovenruimte
• Raak de verwarmingselementen in het
apparaat niet aan.
• Giet geen water rechtstreeks op hete
ovenschalen.
• Kinderen jonger dan 8 jaar mogen het
apparaat tijdens zijn werking niet
benaderen.
• In geval van ingrepen op de
etenswaren of aan het einde van de
bereiding, de deur gedurende een
aantal seconden 5 centimeter openen,
het stoom laten ontsnappen en
vervolgens de deur volledig openen.
De temperatuur in de bergruimte
kan hoog oplopen
Gevaar op verbranding
• Open de bergruimte niet wanneer het
apparaat ingeschakeld of warm is.
• De voorwerpen in de bergruimte kunnen
erg heet zijn tijdens het gebruik van het
apparaat.
Incorrect gebruik
Gevaar voor beschadiging van de
oppervlakken
• Bedek de bodem van de ovenruimte niet
met aluminiumfolie.
• Bij gebruik van bakpapier dient u ervoor te
zorgen dat de circulatie van de warme
lucht in de ovenruimte niet wordt
belemmerd.
• Plaats geen pannen of ovenschalen
rechtstreeks op de bodem van de
ovenruimte.
• Gebruik de open deur niet als steun door
pannen of schalen direct op het binnenglas
te plaatsen.
• Giet geen water rechtstreeks op hete
ovenschalen.
• De recipiënten of de vleesroosters moeten
binnen de omtrek van de kookplaat
geplaatst worden.
• Alle recipiënten moeten een vlakke en
regelmatige bodem hebben.
• In geval van overstroming of overkoken
moet de vloeistof onmiddellijk van de
kookplaat verwijderd worden.
• Plaats nooit pannen op de kookplaat die
geen perfect gladde en regelmatige
bodem hebben.
• Voorkom dat harde en zware voorwerpen,
met mogelijke ernstige gevolgen, op het
oppervlak van de kookplaat vallen.
• In geval van barsten of scheuren, moet het
apparaat onmiddellijk uitgeschakeld
worden, moet de stroomtoevoer
uitgeschakeld worden en moet contact met
de assistentie worden opgenomen.
• Gebruik de kookplaat niet als werk- en/of
snijvlak.
361
Gebruik
Incorrect gebruik
Gevaar op verbranding
• Raak het oppervlak van de kookplaat
niet aan, of reinig het niet, tijdens de
functionering of wanneer de
controlelampen van de restwarmte
oplichten.
• Activeer de toetsblokkering indien u
kinderen of huisdieren heeft die de
kookplaat kunnen bereiken.
• De bereidingszones blijven ook na
gebruik gedurende een bepaalde
periode nog zeer warm, ook al zijn
deze uitgeschakeld. Raak de
oppervlakken van de kookplaat niet
aan.
• Vetten en oliën kunnen vlam vatten bij
oververhitting. Wees heel voorzichtig.
Het apparaat wordt heel warm
tijdens het gebruik
Brand- en ontploffingsgevaar
3.2 Eerste gebruik
1. Verwijder eventuele beschermfolie aan
de binnen- en buitenzijde van het
apparaat en de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve
het plaatje met de technische gegevens)
van de accessoires en uit de
ovenruimten.
3. Verwijder en was alle accessoires van
het apparaat (zie 4, “Reiniging en
onderhoud”).
4. Verwarm het lege apparaat op de
hoogste temperatuur om eventuele
productieresten te verwijderen.
3.3 Gebruik van de accessoires
Rooster voor ovenschaal
Het rooster voor de ovenschaal wordt in de
schaal geplaatst. Zo wordt het vet apart
van het voedsel opgevangen tijdens de
bereiding.
• Gebruik geen spuitbussen in de
nabijheid van het apparaat.
• Laat geen ontvlambare materialen in de
nabijheid van het apparaat of de
bergruimte.
• Gebruik geen plastic vaatwerk of
recipiënten om voedsel te bereiden.
• Plaats geen blikken of gesloten
recipiënten in de ovenruimte.
• Laat het apparaat niet onbewaakt
achter tijdens bereidingen waarbij
vetten en oliën kunnen vrijkomen.
• Verwijder alle ovenschalen en roosters
die tijdens de bereiding niet gebruikt
worden uit de ovenruimte.
362
Gebruik
NL
Roosters en ovenschalen
Roosters en ovenschalen moeten in de
zijgeleiders worden geplaatst tot aan het
eindpunt.
De mechanische veiligheidsblokkeringen,
die de ongewenste verwijdering van het
rooster voorkomen, moeten naar beneden
en naar de binnenzijde van de ovenruimte
gericht zijn.
Plaats de roosters en de schalen
voorzichtig in de ovenruimte, tot
aan hun stoppositie.
Maak de ovenschalen schoon
alvorens ze voor de eerste keer te
gebruiken, om eventuele
productieresten te verwijderen.
Draaispit (enkel op sommige modellen)
1. Breng de 4 meegeleverde draagstukken
aan in de 4 gaten op de hoeken van de
diepe ovenschaal. Draai ze met behulp
van een gereedschap (bijv. een
schroevendraaier) op de ringen vast.
2. Breng de steunen van het draaispit aan
in de draagstukken, zie de
onderstaande afbeelding.
363
Gebruik
3. Gebruik de bijgeleverde klemvorken om
het draaispit voor te bereiden. De
vorken kunnen bevestigd worden met de
bevestigingsschroeven.
4. Plaats het draaispit na de voorbereiding
op de desbetreffende steunen. Plaats de
punt van de stang in de zitting van het
mechanisme op de linkersteun, tot aan
zijn stoppositie.
5. Breng de ovenschaal aan op het eerste
vlak van het frame (zie “Algemene
beschrijving”).
6. Plaats de punt van de stang in de zitting
van het motortje van het draaispit, links
op de achterwand van de ovenruimte.
364
Deze handelingen moeten
uitgevoerd worden met de
uitgeschakelde en koude oven.
Gebruik
NL
7. Activeer het draaispit door de
functieknop op de functie te
draaien en met de temperatuurknop een
bereidingstemperatuur in te stellen.
Het wordt aanbevolen om een
beetje water in de ovenschaal te
gieten zodat rookvorming wordt
vermeden.
8. Verwijder de ovenschaal met het
draaispit aan het einde van de
bereiding.
9. Om het draaispit makkelijk te kunnen
verplaatsen, moet de bijgeleverde en
daarvoor bestemde handgreep
vastgedraaid worden.
3.4 Het gebruik van de kookplaat
Gedurende de eerste aansluiting
op het stroomnet wordt een
automatische controle uitgevoerd
die alle controlelampen enkele
seconden doet oplichten.
Schakel de platen na gebruik uit
door de relatieve knop op O te
plaatsen. Vertrouw nooit alleen op
de panherkenningsindicatie.
Incorrect gebruik
Gevaar op verbranding
• OPGELET: De pyrolyse deactiveert de
werkende kookplaat.
• OPGELET: De aanduidingen op het
display worden gedeactiveerd als een
pyrolyse verricht wordt terwijl de
kookzones nog warm zijn.
Alle bedieningen en schakelaars bevinden
zich op het frontpaneel. Ter hoogte van
elke knop wordt de bijbehorende
kookzone aangegeven.
Draai de knop rechtsom op de gewenste
vermogenswaarde.
Recipiënten die geschikt zijn voor
inductiekoken
De voor het inductiekoken gebruikte
recipiënten moeten van metaal zijn en
beschikken over magnetische
eigenschappen en een bodem van
geschikte afmetingen.
365
Gebruik
Geschikte recipiënten:
• Recipiënten van geëmailleerd staal met
dikke bodem.
• Recipiënten van gietijzer met
geëmailleerde bodem.
• Recipiënten van meerlagig roestvrij
staal, roestvrij ferritisch staal en
aluminium met speciale bodem.
Niet geschikte recipiënten:
• Recipiënten van koper, roestvrij staal,
aluminium, vuurvast glas, hout, keramiek
en terracotta.
Om te controleren of de pan geschikt is,
volstaat het om een magneet tegen de
onderkant te houden: als de magneet wordt
aangetrokken is de pan geschikt voor een
inductiekookplaat. Als u niet over een
magneet beschikt, kunt u in het recipiënt een
kleine hoeveelheid water gieten, het op
een bereidingszone plaatsen en de plaat
inschakelen. Indien op het display het
symbool verschijnt, is de pan niet
geschikt.
Gebruik uitsluitend pannen met
een perfect vlakke onderkant, die
geschikt zijn voor
inductiekookplaten. Het gebruik
van pannen met een
onregelmatige bodem kan er voor
zorgen dat het systeem niet goed
werkt of dat het systeem de pan
niet herkent.
Herkenning van de pan
Wanneer geen pan op een
bereidingszone staat of als de pan te klein
is, wordt geen energie overgedragen en
verschijnt het symbool op het display.
Als een geschikte pan op de
bereidingszone staat, detecteert het
herkenningssysteem de aanwezigheid van
de pan en schakelt het systeem de plaat in
op het ingestelde vermogen. Het
overdragen van energie wordt ook
onderbroken wanneer de pan wordt
verwijderd van de bereidingszone (op het
display wordt het symbool
weergegeven).
Wanneer de panherkenningsfunctie
geactiveerd wordt, ondanks de beperkte
afmetingen van de pannen of de potten die
zich op de bereidingszone bevinden,
wordt enkel de noodzakelijke energie
overgedragen.
Limieten bij de herkenning van de pan: De
minimale diameter van de onderkant van
de pan wordt aangeduid door een intern
kruis op de bereidingszone. De
aanwezigheid van pannen met een
kleinere diameter zou niet herkend kunnen
worden, waardoor de inductiestroom niet
wordt ingeschakeld.
366
Gebruik
NL
Beperking van de bereidingsduur
De kookplaat is voorzien van een
automatisch systeem dat de werkingsduur
beperkt.
Indien de instellingen van de
bereidingszone niet gewijzigd worden, is
de maximale werkingsduur van elke
afzonderlijke zone afhankelijk van het
geselecteerde vermogensniveau.
Wanneer het mechanisme voor de
beperking van de werkingsduur wordt
geactiveerd, wordt de bereidingszone
uitgeschakeld, hoort u een kort
geluidssignaal en wordt, indien de zone
heet is, het symbool weergegeven op
het display.
Ingesteld
vermogensniveau
1 8
26
3 - 45
54
6 - 7 - 8 - 91 ½
Maximale
bereidingsduur in uren
Bescherming tegen oververhitting
Wanneer de kookplaat voor een lange
periode op het maximale vermogen wordt
gebruikt, kan de elektronica moeite hebben
om af te koelen als de
omgevingstemperatuur hoog is.
Het vermogen van de bereidingszone
wordt automatisch verlaagd om te
vermijden dat in de elektronica een te hoge
temperatuur ontstaat.
Advies om energie te besparen
• De diameter van de basis van de pan
moet overeenkomen met de diameter
van de bereidingszone.
• Tijdens de aankoop van een pan moet u
controleren of de aangeduide diameter
de bodem of de bovenkant van het
recipiënt betreft, omdat deze laatste
bijna altijd groter is dan de bodem.
• Wanneer u gerechten maakt waarvoor
lange bereidingstijden noodzakelijk zijn,
kunt u tijd en energie besparen door
gebruik te maken van een snelkookpan
waardoor bovendien de vitamines die
het voedsel bevat bewaard blijven.
• Controleer of de snelkookpan
voldoende vloeistof bevat, omdat een
oververhitting, die veroorzaakt wordt
door gebrek aan vloeistof, de pan en de
bereidingszone zou kunnen
beschadigen.
• Bedek indien mogelijk de pannen steeds
met een gepast deksel.
• Kies een pan die geschikt is voor de
hoeveelheid voedsel die klaargemaakt
moet worden. Wanneer u een grote pan
gebruikt die half leeg is, wordt energie
verspild.
Indien de kookplaat en de oven
gelijktijdig gebruikt worden, kan in
bepaalde omstandigheden het
maximale nuttige vermogen van
uw elektrische installatie worden
overschreden.
367
Gebruik
Vermogensniveaus
Het vermogen van de bereidingszone kan
op verschillende niveaus geregeld worden.
In de tabel vindt u de aanduidingen met
betrekking tot de verschillende types van
bereidingen.
Vermogens-
niveau
0Positie OFF
UFunctie Warmte behouden
1 - 2
3 - 4Bereiding
5 - 6
7 - 8Braden, fruiten met meel
9Braden
P *
* zie boosterfunctie
Geschikt voor:
Bereiding van beperkte
hoeveelheden voedsel
(minimaal vermogen)
Bereidingen van grote
hoeveelheden voedsel, het
braden van grotere stukken
Braden / Aanbraden, koken
(maximaal vermogen)
Restwarmte
Incorrect gebruik
Gevaar op verbranding
• Let goed op voor kinderen omdat ze de
aanduiding van de restwarmte
waarschijnlijk niet kunnen zien. De
bereidingszones blijven na gebruik voor
een bepaalde periode zeer warm, ook
al zijn ze uitgeschakeld. Houd kinderen
dus uit de buurt, zodat ze hun handen
niet verbranden.
• OPGELET: De aanduidingen op het
display worden gedeactiveerd als een
pyrolyse verricht wordt terwijl de
kookzones nog warm zijn.
Als de bereidingszone na uitschakeling nog
warm is, wordt het symbool op het
display weergegeven. Als de temperatuur
60°C of minder bedraagt, verdwijnt het
symbool.
368
Gebruik
NL
Verwarmingsversneller
Elke bereidingszone is voorzien
van een verwarmingsversneller die
de het maximale vermogen kan
afgeven gedurende een tijd die
proportioneel is aan het gekozen
vermogen.
Met deze functie kan het geselecteerde
vermogen zo snel mogelijk bereikt worden.
1. Draai de knop linksom op A en laat de
knop los. Op het display wordt
weergegeven.
2. Selecteer binnen 3 seconden het
gewenste verwarmingsvermogen (1...8).
Het geselecteerde vermogen en het
symbool worden afwisselend
weergegeven op het display.
Het vermogensniveau kan te allen tijde
worden verhoogd. De periode “maximaal
vermogen” wordt automatisch aangepast.
Het eerder geselecteerde
vermogensniveau blijft behouden als de
versnellingsperiode is verstreken.
Als het vermogen wordt beperkt,
door de knop linksom te draaien,
zal de verwarmingsversneller
automatisch gedeactiveerd
worden.
Functie Warmte behouden
Met deze functie kunt u al bereide
gerechten warmhouden.
Om de functie Warmte behouden te
activeren:
• Draai aan de knop van de gewenste
bereidingszone tot het symbool op
het desbetreffende display wordt
weergegeven.
Boosterfunctie
Met de boosterfunctie kan de
bereidingszone maximaal 5
minuten lang op het maximale
vermogen geactiveerd worden. Dit
is nuttig voor het snel aan de kook
brengen van een grote
hoeveelheid water of voor het
aanbraden van vlees.
• Draai de knop rechtsom twee seconden
lang op P en laat de knop los.
Op het display wordt weergegeven.
Na 5 minuten wordt de boosterfunctie
automatisch gedeactiveerd en gaat de
bereiding door op vermogensniveau 9
(alleen in de zones 2 en 3).
De boosterfunctie heeft de prioriteit
over de verwarmingsversneller.
369
Gebruik
Vermogensbeheer
De plaat is voorzien van een
vermogensbeheermodule die het verbruik
optimaliseert/beperkt. Als de gezamenlijk
ingestelde vermogensniveaus de maximale
toegelaten limiet overschrijden, beheert de
elektronische kaart automatisch het door de
kookplaten afgegeven vermogen.
De module probeert het maximale
leverbare vermogensniveau te behouden.
Op het display worden de niveaus
weergegeven die door het automatische
beheer zijn ingesteld.
Een knipperend vermogensniveau geeft
aan dat deze automatisch beperkt wordt tot
een nieuwe waarde die door de
vermogensbeheermodule geselecteerd
wordt.
Toetsblokkering
De toetsblokkering is een
mechanisme waarmee het
apparaat kan worden beschermd
tegen onbedoeld of onjuist
gebruik.
1. Draai beide knoppen van de linker
kookzone tegelijkertijd linksom (positie
A) terwijl alle kookzones uit zijn.
2. Houd de knoppen gedraaid tot op het
display wordt weergegeven.
3. Laat de knoppen los.
Om de toetsblokkering te verwijderen,
moeten de eerder beschreven handelingen
herhaald worden.
Als de knoppen langer dan 30
seconden in positie A gedraaid
blijven, verschijnt op het displays
het foutbericht
370
De laatst ingestelde zone heeft
prioriteit.
Na een lange onderbreking van
de energie zal de toetsblokkering
gedeactiveerd worden. Activeer
de functie, indien noodzakelijk,
zoals eerder werd beschreven.
Foutcodes
Indien het display één van de volgende
foutcodes , weergeeft, moet
contact worden opgenomen met de
technische bijstand.
Gebruik
NL
3.5 Het gebruik van de oven
Eerste gebruik
Bij het eerste gebruik of na een
stroomonderbreking zal op het display van
het apparaat het symbool
knipperen. Voor u een willekeurige
bereiding opstart, moet u de huidige tijd
instellen (u moet tevens de gewenste taal
instellen als u het apparaat voor de eerste
keer heeft ingeschakeld).
Open het menu instellingen met een druk
op de bedieningsknop, zie 3.10,
“Instellingen”.
De eerste keer dat u het apparaat
inschakelt is de taal standaard
ingesteld op “English”.
Heractivering van het display
Als de Eco-Light stand geactiveerd is (zie
“Eco-Light” in het hoofdstuk “Instellingen”),
schakelt het display 2 minuten na het laatste
gebruik van het apparaat uit.
Voor de activering van het display wanneer
het is uitgeschakeld:
• draai aan een van de twee knoppen
van het apparaat of druk erop.
Het apparaat laat een reeks pieptonen
horen en na een aantal seconden wordt het
display ingeschakeld. Bij de
herinschakeling toont het display het scherm
met de huidige tijd.
De lamp in de ovenruimte wordt
ingeschakeld als de
terugkeerknop voor de
heractivering van het display naar
rechts of naar links wordt
gedraaid.
Het display toont het scherm van
het hoofdmenu als voor de
heractivering van het display op
de bedieningsknop wordt gedrukt.
Bij de eerste inschakeling en na
een stroomonderbreking moet u
een aantal seconden wachten
voor u het apparaat gebruikt.
371
Gebruik
Historie
Druk op het scherm met de klok op de
terugkeerknop om de laatste programma’s
of uw gebruikte eigen recepten weer te
geven.
De chronologie annuleren
Als u de chronologie wilt annuleren:
1. Druk op het scherm met de klok op de
terugkeerknop om de laatste
programma's of uw gebruikte eigen
recepten weer te geven.
2. Druk de bedieningsknop een enkele
seconde in.
3. Selecteer JA als u de chronologie wilt
annuleren.
Bereidingsfuncties
1. Druk op de schermafbeelding van de
klok op de bedieningsknop om het
hoofdmenu te openen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het hoofdmenu
bereidingsfuncties selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
372
4. Draai aan de bedieningsknop en
selecteer de gewenste functie.
Gebruik
NL
5. Druk op de knop om de selectie te
bevestigen.
Het apparaat start de voorverwarmingsfase
op. Op het display worden de gekozen
functie, de vooringestelde temperatuur, de
huidige tijd en de voortgang tot de
bereiking van de temperatuur
weergegeven.
Wanneer de oven is voorverwarmd, wordt
een geluidssignaal geproduceerd dat
aanduidt dat het voedsel in de ovenruimte
geplaatst kan worden.
Een functie onderbreken
Om een bereidingsfunctie te onderbreken:
1. Druk op de terugkeerknop.
2. Selecteer de gewenste optie
3. Bevestig met een druk op de
terugkeerknop.
U kunt de vooringestelde
temperatuur op ieder gewenst
moment wijzigen door aan de
bedieningsknop te draaien. Druk
ter bevestiging op de knop of
wacht 5 seconden.
We raden u aan om tijdens de
voorverwarmfase geen gerechten
in de oven te plaatsen.
Druk de bedieningsknop minstens
5 seconden lang in om de
bereiding op ieder gewenst
moment onmiddellijk te
onderbreken en naar het
hoofdmenu terug te keren.
373
Lijst van de bereidingsfuncties
Gebruik
Eco
Deze functie wordt aanbevolen
voor de bereiding op één vlak, met
een laag energieverbruik.
Ideaal voor de bereiding van vlees,
vis en groenten. Niet geschikt voor
levensmiddelen die moeten rijzen.
Voor een maximale besparing van
de energie en een kortere
bereidingstijd wordt het aanbevolen
om de levensmiddelen in te
ovenruimte te plaatsen zonder deze
voor te verwarmen.
In de ECO-functie tijdens de
bereiding de deur niet openen.
In de ECO-functie duren de
bereidingstijden (en de eventuele
voorverwarming) langer.
Statisch
De warmte wordt gelijktijdig
bovenaan en onderaan afgegeven,
en maakt dit systeem geschikt voor
het bereiden van speciale types van
voedsel. De traditionele bereiding,
die ook statisch wordt genoemd, is
geschikt voor het klaarmaken van
één gerecht per keer. Het is ideaal
voor alle types van gebraden,
brood en gevulde taarten, en het is
vooral geschikt voor vet vlees zoals
gans en eend.
Grill
Met de door de grillweerstand
afgegeven warmte, kunnen
uitstekende resultaten bereikt
worden zoals het roosteren van dun
en iets dikker vlees, en in combinatie
met het draaispit (waar voorzien)
wordt op het einde van de
bereiding een uniforme goudbruine
kleur verkregen. Ideaal voor
worsten, ribbetjes en bacon. Met
deze functie kan een grote
hoeveelheid voedsel, en vooral
vlees, uniform gegrild worden.
Onderwarmte
De enkel van onder afkomstige
warmte voltooit de bereiding van
voedsel dat een hogere
basistemperatuur nodig heeft,
zonder dat dit gevolgen heeft voor
hun bruiningsgraad. Ideaal voor
gebak of hartige taarten, vlaaien en
pizza.
Statisch+ventilator
De werking van de ventilator,
gecombineerd met de traditionele
bereiding, verzekert ook voor
ingewikkelde recepten homogene
bereidingen. Ideaal voor koekjes en
taarten, die ook gelijktijdig op
meerdere niveaus bereid kunnen
worden. (Voor bereidingen op
meerdere niveaus raden we u aan
om het 1e en het 4e niveau te
gebruiken).
374
Gebruik
NL
Geventileerde grill
De lucht afkomstig van de ventilator
verzacht de krachtige
warmtegolven afkomstig van de
grill, zodat ook dik voedsel
uitstekend wordt gegrild. Ideaal
voor grote stukken vlees (bijv.
varkensscheenbeen).
Geventileerde onderwarmte
Met de combinatie van onderste
weerstand wordt de bereiding
sneller voltooid. Dit systeem wordt
aanbevolen voor het steriliseren of
voor het voltooien van de bereiding
van voedsel dat reeds goed
oppervlakkig gaar is, maar nog niet
binnenin, en waarvoor dus een
gematigde bovenwarmte nodig is.
Ideaal voor elk type van voedsel.
Circulatie
De combinatie van de ventilator en
het circulatie-element (ingebouwd
aan de achterkant van de
ovenruimte) kan verschillend
voedsel op meerdere niveaus
bereid worden, mits deze dezelfde
temperatuur en bereidingswijze
vereisen. De warmeluchtcirculatie
verzekert een onmiddellijke en
uniforme verdeling van de warmte.
Het zal bijvoorbeeld mogelijk zijn
om gelijktijdig (op meerdere
vlakken) vis, groenten en koekjes
klaar te maken, zonder dat de geur
en de smaak gemengd zullen
worden.
Turbo
Met de combinatie van de
geventileerde bereiding en de
traditionele bereiding kan erg snel
en doeltreffend verschillend voedsel
op meerdere niveaus klaargemaakt
worden, zonder het mengen van
geuren of smaken. Ideaal voor
omvangrijk voedsel waarvoor een
intense bereiding nodig is. (Voor
bereidingen op meerdere niveaus
raden we u aan om het 1e en het
4e niveau te gebruiken).
Circulatie + Geventileerde grill
Met de combinatie van de
geventileerde bereiding en de
traditionele bereiding kan erg snel
en doeltreffend verschillend voedsel
op meerdere niveaus klaargemaakt
worden, zonder het mengen van
geuren of smaken. Ideaal voor
omvangrijk voedsel waarvoor een
intense bereiding nodig is.
375
Gebruik
Timer tijdens een functie
Deze functie zal de bereiding niet
onderbreken, maar enkel het
geluidssignaal activeren.
1. Druk tijdens een bereidingsfunctie op de
bedieningsknop.
2. Draai de bedieningsknop naar links of
rechts om de tijdsduur in te stellen (van 1
minuut tot 4 uur). Na enkele seconden
zal het symbool niet langer knippen
en wordt het afstellen opgestart.
3. Wacht tot het geluidssignaal de
gebruiker meedeelt dat de tijd is
verstreken. Het symbool
knippert.
Bereiding met tijdinstelling
Met bereiding met tijdinstelling
wordt de functie bedoeld
waarmee u met de bereiding kunt
beginnen, en deze na een
ingestelde tijd kan doen eindigen.
De activering van een bereiding
met tijdinstelling annuleert de
eventuele timer kookwekker die
eerder werd ingesteld.
1. Selecteer een functie en temperatuur, en
druk tweemaal op de bedieningsknop.
2. Draai de knop naar rechts of links om de
minuten van 00:01 tot 13:00 in te
stellen. Houd de knop gedraaid om de
wijziging sneller uit te voeren.
376
Draai de knop naar rechts en naar
links voor een extra timer, of
schakel het geluidssignaal uit met
een druk op de bedieningsknop.
Gebruik
NL
3. Enkele seconden nadat u de gewenste
tijdsduur heeft gekozen, stopt het
symbool met knipperen en wordt
de bereiding met tijdinstelling opgestart.
Draai aan de bedieningsknop op
een aantal minuten bereidingstijd
toe te voegen.
U kunt de bereiding met de hand
verlengen door nogmaals op de
bedieningsknop te drukken. Het
apparaat zal de normale werking
hervatten met de instellingen van
de bereiding die eerder
geselecteerd werden.
4. Aan het einde van de bereiding wordt
op het display het bericht “functie
beëindigd” weergegeven en hoort u
een geluidssignaal dat u met een druk
op de bedieningsknop kunt uitschakelen.
Voor het uitschakelen van het
apparaat, zie
“Een functie onderbreken”.
De ingestelde gegevens in de bereiding
met tijdinstelling wijzigen
Tijdens de bereiding met tijdinstelling kan
de ingestelde tijdsduur worden gewijzigd:
1. Wanneer het symbool vast oplicht
en het apparaat zich in de
bereidingsfase bevindt, moet u op de
bedieningsknop drukken. Het symbool
begint te knipperen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links om de voorheen ingestelde
tijdsduur aan te passen.
377
Gebruik
Geprogrammeerde bereiding
Met geprogrammeerde bereiding
wordt de functie bedoeld
waarmee u de bereiding kan doen
eindigen op een door u ingesteld
tijdstip, met automatische
uitschakeling van de oven.
1. Druk op de bedieningsknop om de
tijdsduur van de bereiding in te stellen
als u een bereidingsfunctie en temperatuur heeft gekozen.
2. Voor het symbool stopt de
knipperen moet u op de bedieningsknop
drukken om het einde van de kooktijd in
te stellen.
3. Het symbool knippert. Draai de
knop naar rechts of links om het einde
van de bereidingstijd in te stellen.
4. Na enkele seconden stoppen de
symbolen en
Het apparaat wacht het begin van de
vertraagde bereidingstijd af.
5. Afhankelijk van de ingestelde waarden
start het apparaat een voorverwarming
van circa 10 minuten op...
6. ... en verricht vervolgens de gekozen
functie.
met knipperen.
378
Gebruik
NL
7. Aan het einde van de bereiding wordt
op het display het bericht “functie
beëindigd” weergegeven en hoort u
een geluidssignaal dat u met een druk
op de bedieningsknop kunt uitschakelen.
U kunt de bereiding met de hand
verlengen door nogmaals op de
bedieningsknop te drukken. Het
apparaat zal de normale werking
hervatten met de instellingen van
de bereiding die eerder
geselecteerd werden.
Uit veiligheidsoverwegingen is het
niet mogelijk om enkel het tijdstip
van het einde van de
bereidingstijd in te stellen, zonder
dat de tijdsduur ervan wordt
ingesteld.
Wijziging van de ingestelde gegevens
van de geprogrammeerde bereiding
Nadat de tijdsduur van de
bereiding is gewijzigd, moet het
uur van het einde van de kooktijd
weer ingesteld worden.
Tijdens de werking kan de tijdsduur van de
geprogrammeerde bereiding gewijzigd
worden:
1. Wanneer de symbolen en vast
oplichten en het apparaat op de opstart
van de bereiding wacht, moet u twee
maal op de bedieningsknop drukken.
Het symbool begint te knipperen.
2. Draai aan de bedieningsknop om de
voorheen ingestelde bereidingstijd aan
te passen.
3. Druk nogmaals op de bedieningsknop.
Het symbool gaat uit en begint
te knipperen. Op het display wordt het
einde van de bereidingstijd
weergegeven.
4. Draai aan de bedieningsknop om het
einde van de kooktijd uit te stellen.
5. Na enkele seconden stoppen de
symbolen en met knipperen en
wordt de geprogrammeerde bereiding
hervat met de nieuwe instellingen.
Als de bereidingsduur wordt
gewijzigd zal het einde van de
bereiding worden gewist.
379
Gebruik
3.6 Advies voor bereidingen
Algemeen advies
• Gebruik de geventileerde functie voor
het verkrijgen van een gelijkmatige
bereidingsgraad op de verschillende
niveaus.
• Het verhogen van de temperatuur
verkort niet de bereidingstijden (het
voedsel zou aan de buitenkant erg gaar
kunnen zijn, maar minder aan de
binnenkant).
• De bereidingstijden van kleiner
gesneden stukken zijn voor hetzelfde
gewicht korter dan voor het hele stuk.
Advies voor het bereiden van
vleesgerechten
• De bereidingstijden hangen af van de
dikte en van de kwaliteit van het
voedsel, en van de smaak van de
consument.
• Gebruik een vleesthermometer voor
gebraad, of druk met een lepel op het
gebraad. Als het gebraad stevig
aanvoelt is het klaar, anders moet de
bereiding nog een aantal minuten
doorgaan.
Aanbevelingen voor bereidingen met de
grill
• Het grillen van vlees kan zowel
uitgevoerd worden bij koude als bij
voorverwarmde oven, als het resultaat
van de bereiding gewijzigd moet
worden.
• Bij de functie van de geventileerde grill
wordt daarentegen aanbevolen om de
ovenruimte eerst voor te verwarmen.
• Er wordt aanbevolen om het voedsel in
het midden van het rooster te plaatsen.
Advies voor het bereiden van gebak en
koekjes
• Gebruik bij voorkeur metalen en
donkerkleurige bakvormen; deze helpen
de warmte beter te absorberen.
• De temperatuur en de tijdsduur van de
bereiding hangen af van de kwaliteit en
de dikte van het deeg.
• Plaats de gerechten bij de bereiding op
meerdere vlakken het liefst op het 2e en
het 4e vlak, verleng de bereidingstijd
met een enkele minuut en gebruik
uitsluitend de geventileerde functies.
• U kunt nagaan of het gebak van binnen
voldoende gebakken is door een
tandenstoker in het hoogste deel te
prikken. Wanneer het deeg niet aan de
tandenstoker blijft plakken, is het gebak
klaar.
• Wanneer het gebak inzakt wanneer het
uit de oven wordt gehaald, moet bij de
volgende bereiding de temperatuur
ongeveer 10 °C lager worden
ingesteld, en moet eventueel een
langere kooktijd geselecteerd worden.
• De bereidingstijd van schuimpjes en
soezen variëren afhankelijk van de
afmeting.
Advies voor ontdooien en rijzen
• Plaats het ingevroren voedsel, zonder
verpakking en in een recipiënt zonder
deksel, op het eerste niveau van de
ovenruimte.
• Vermijd opeenstapeling van
voedingsmiddelen.
380
Gebruik
NL
• Om vlees te ontdooien kunt u een
rooster gebruiken op het tweede niveau,
en een ovenschaal op het eerste niveau.
Op deze manier blijft het voedsel niet in
contact met de vloeistof van de
ontdooiing.
• Brood en fruit in stukken ontdooien
binnen dezelfde tijd, ongeacht het
aantal en het totale gewicht.
• De meest delicate delen kunnen bedekt
worden met aluminiumfolie.
• Voor het rijzen wordt aanbevolen om
onderin de ovenruimte een bakje met
water te zetten.
Om energie te besparen
• Stop de bereiding enkele minuten
voordat de normale bereidingstijd
verstrijkt. De bereiding zal gedurende
de resterende minuten worden
voortgezet door de warmte die zich in
de oven heeft opgehoopt.
• Open de deur van de oven zo weinig
mogelijk, zodat de warmte niet verloren
gaat.
• Houd de binnenkant van het apparaat
altijd goed schoon.
• (Waar aanwezig) Indien de pizzasteen
niet wordt gebruikt, moet deze van de
bodem van de ovenruimte worden
verwijderd.
3.7 Speciale functies
Het menu speciale functies bevat
een aantal functies zoals de timer
bij uitgeschakelde oven,
ontdooien of reiniging...
1. Druk op de schermafbeelding van de
klok op de bedieningsknop om het
hoofdmenu te openen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het hoofdmenu
speciale functies selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
Op een aantal modellen kunnen
bepaalde functies ontbreken.
381
Lijst van speciale functies
Gebruik
Timer kookwekker
Deze functie activeert een
geluidssignaal als de ingestelde
minuten zijn verstreken.
Ontdooien op gewicht
Met deze functie kunt u afhankelijk
van het gewicht en het type
levensmiddel levensmiddelen
ontdooien.
Ontdooien op tijd
Met deze functie kunt u met een
instelbare tijd levensmiddelen
ontdooien.
Rijzen
Het rijzen, dat wordt bevorderd
door de warmte die van boven
komt, doet deeg van eender welk
type rijzen zodat een optimaal
resultaat op korte tijd wordt
gegarandeerd.
Grill + draaispit
Het draaispit werkt in combinatie
met het grill element, zodat het
voedsel een perfect goudbruine
kleur krijgt.
Bordenwarmer
Voor het verwarmen of
warmhouden van borden.
Sabbat bereiding
Aan de hand van deze functie kunt
u levensmiddelen bereiden volgens
de voorschriften die voor de Joodse
rustdag gelden.
Vapor clean (enkel op sommige
modellen)
Deze functie vereenvoudigt de
reiniging aan de hand van stoom
afkomstig van een kleine
hoeveelheid water in de daartoe
voorziene houder op de bodem.
Pyrolyse ECO (enkel op sommige
modellen)
Als deze functie wordt ingesteld,
voert het apparaat de pyrolyse uit
aan 500 °C gedurende de
ingestelde tijdsduur. Deze cyclus
moet gebruikt worden in geval van
weinig vuil.
Pyrolyse (enkel op sommige
modellen)
Wanneer deze functie wordt
ingesteld, bereikt het apparaat
temperaturen tot 500 °C zodat al
het vuil en vet wordt opgelost dat
wordt gevormd op de
binnenwanden.
Hieronder beschrijven we het
gebruik van de meest complexe
speciale functies.
Zie 4, “Reiniging en onderhoud”
voor de functies Vap or C le an ,
Pyrolyse ECO en Pyrolyse.
382
Gebruik
NL
Timer kookwekker
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies” timer selecteert.
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar links of
rechts om de tijdsduur in te stellen (van 1
minuut tot 4 uur). Na enkele seconden
zal het symbool niet langer knippen
en wordt het afstellen opgestart.
4. Als u het scherm met de instellingen van
de timer afsluit, wordt het symbool
links bovenaan weergegeven ter
indicatie dat u een timer heeft
geactiveerd.
U kunt de speciale timer elimineren
door de tijd op nul in te stellen.
Als u een functie activeert nadat u
de timer heeft ingesteld, zal deze
tijd automatisch als de timer van de
functie worden gezien, met
uitzondering van bepaalde
speciale functies, automatische
programma’s en eigen recepten.
Deze functie zal de bereiding niet
onderbreken, maar enkel het
geluidssignaal activeren.
383
Gebruik
Ontdooien op gewicht
1. Plaats het gerecht in het apparaat.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies” ontdooien op gewicht
selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
4. Selecteer het type levensmiddel dat u
wilt ontdooien door aan de
bedieningsknop te draaien.
5. Selecteer het gewicht (in kilogram) van
het levensmiddel dat u wilt ontdooien
door aan de bedieningsknop te
draaien.
6. Bevestig de ingestelde parameters door
op de bedieningsknop te drukken.
384
7. Druk opnieuw op de bedieningsknop
om het ontdooien te starten of selecteer
wijzigen om de ingestelde parameters
verder te wijzigen.
Gebruik
NL
8. Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd”
weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op de
bedieningsknop kunt uitschakelen.
Ingestelde parameters:
Type
Vlees
0.1 tot 1.1
(standaard 0.5)
Vis
0.1 tot 0.7
(standaard 0.3)
Gewicht
(g)
Tijd
(standaard)
02u 00m
00u 55m
Ontdooien op tijd
1. Plaats het gerecht in het apparaat.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies“ ontdooien op tijd selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
4. Draai aan de knop om de waarde (van
1 minuut tot 13 uur) te wijzigen.
Fruit
Brood
*De bereidingstijden kunnen variëren
naargelang de vorm en de afmeting van
het te ontdooien voedsel.
0.1 tot 0.5
(standaard 0.3)
0.1 tot 0.5
(standaard 0.3)
00u 35m
00u 25m
385
Gebruik
5. Bevestig de ingestelde parameters door
op de bedieningsknop te drukken.
6. Druk opnieuw op de bedieningsknop
om het ontdooien te starten.
7. U kunt de duur van het ontdooien verder
wijzigen als de functie is gestart. Draai
de bedieningsknop naar rechts of links
om de gewenste wijzigingen te
verrichten.
8. Bevestig de nieuw ingestelde ontdooitijd
door op de bedieningsknop te drukken.
In ieder geval zal het ontdooien
automatisch 5 seconden na de laatste
wijziging worden hervat.
9. Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd”
weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op de
bedieningsknop kunt uitschakelen.
Rijzen
Voor het rijzen wordt aanbevolen
om onderin de ovenruimte een
bakje met water te zetten.
1. Plaats het de rijzen deeg op het tweede
niveau in het apparaat.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies” rijzen selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
4. Druk op de bedieningsknop om de
functie te starten.
386
Gebruik
NL
5. Het apparaat start de
voorverwarmingsfase op...
6. ... en verricht vervolgens de gekozen
functie.
Als de functie is gestart kunt u een timer met
een tijdsduur van maximaal 4 uur (zie
“Timer tijdens een functie”), een tijdsduur
voor het rijzen (zie “Bereiding met
tijdinstelling”) of vertraagd rijzen (zie
“Geprogrammeerde bereiding”) instellen.
7. Druk op de bedieningsknop om de
gewenste wijzigingen te verrichten.
Het rijzen duurt maximaal 13 uur,
tenzij anders is ingesteld.
Tijdens het rijzen brandt de
binnenverlichting niet.
8. Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd”
weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op de
bedieningsknop kunt uitschakelen.
In de functie rijzen kunt u de
temperatuur niet wijzigen.
387
Gebruik
Bordenwarmer
1. Plaats de bakplaat op het niveau waar
de te verwarmen borden op moeten
worden geplaatst.
Stapel niet te veel borden op.
Stapel maximaal 5/6 borden op
in maximaal twee rijen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies” bordenwarmer selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
4. Druk op de bedieningsknop om de
functie te activeren of draai aan de
bedieningsknop om de vooringestelde
temperatuur te regelen (van 40° tot
80°).
5. Het apparaat start de
voorverwarmingsfase op...
388
6. ... en verricht vervolgens de gekozen
functie.
Gebruik
NL
Als de functie is gestart kunt u een timer met
een tijdsduur van maximaal 4 uur (zie
“Timer tijdens een functie”), een tijdsduur
voor het opwarmen (zie “Bereiding met
tijdinstelling”) of vertraagd opwarmen (zie
“Geprogrammeerde bereiding”) instellen.
7. Druk op de bedieningsknop om de
gewenste wijzigingen te verrichten.
8. Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd”
weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op de
bedieningsknop kunt uitschakelen.
Sabbat bereiding
Het apparaat vertoont een
bepaald gedrag:
• De bereiding kan een
onbepaalde tijd duren. Het is
niet mogelijk om een
bereidingsduur in te stellen.
• De oven verricht geen enkele
vorm van voorverwarming.
• De bereidingstemperatuur die u
kunt selecteren, varieert van 60
tot 100 °C.
• De lamp in de ovenruimte is
gedeactiveerd. Bij het openen
van de deur of een handmatige
activering met de knop gaat de
lamp niet aan.
• De interne ventilator is
gedeactiveerd.
• De verlichting van de knoppen
en de aanduidingen is
gedeactiveerd.
In de functie bordenverwarmer
kunt u de temperatuur niet
wijzigen.
U kunt geen enkele parameter
wijzigen als de functie Sabbat
bereiding geactiveerd is.
Geen elke handeling aan de
knoppen heeft een uitwerking.
Uitsluitend de bedieningsknop blijft
geactiveerd zodat naar het
hoofdmenu kan worden
teruggekeerd.
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies” sabbat bereiding selecteert.
389
Gebruik
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links om de verwarmingstemperatuur te
wijzigen.
4. Druk op de bedieningsknop om de
functie Sabbat bereiding te starten.
3.8 Programma’s
In deze stand kunt u een
programma kiezen dat voor de
bereiding van gerechten is
geprogrammeerd. Aan de hand
van het gekozen gewicht zal het
apparaat automatisch de optimale
bereidingsparameters berekenen.
1. Druk op de schermafbeelding van de
klok op de bedieningsknop om het
hoofdmenu te openen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het hoofdmenu
programma’s selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
5. Houd aan het einde de bedieningsknop
minstens 5 seconden lang ingedrukt om
naar het hoofdmenu terug te keren.
390
Een programma starten
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu
“programma’s” het gewenste type
gerecht selecteert.
Gebruik
NL
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Selecteer het subtype gerecht dat u wilt
bereiden en druk ter bevestiging op de
bedieningsknop.
4. Selecteer het type bereiding (indien
mogelijk, afhankelijk van het gekozen
gerecht) en druk ter bevestiging op de
bedieningsknop.
5. Draai aan de bedieningsknop en
selecteer het gewicht van het recept.
Nu kunt u het gekozen programma
opstarten, de instellingen permanent
wijzigen of een vertraagde bereiding laten
verrichten.
6. Als u kiest voor start, zal de bereiding
worden opgestart met de instellingen
van het programma. Het display toont
daarbij de ingestelde parameters.
391
Gebruik
Een programma beëindigen
De weergegeven tijd houdt geen
rekening met de tijd die voor het
opwarmen van de oven nodig is.
U kunt de bereidingsparameters
op ieder gewenst moment
wijzigen, ook als de bereiding al is
opgestart.
7. Een speciaal bericht geeft het moment
aan waarop u het voedsel in de oven
moet plaatsen en u de bereiding moet
opstarten.
8. Druk op de bedieningsknop om de
bereiding te starten.
1. Het apparaat geeft het einde van het
programma aan met geluidssignalen en
het knipperende symbool .
2. Druk op de bedieningsknop voor een
nieuwe bereiding met de eerder
ingestelde parameters (druk tweemaal
op de bedieningsknop als het
geluidssignaal geactiveerd is). Het
apparaat hervat automatisch de
bereiding als het nog warm is. Als dit niet
het geval is, wordt de voorverwarmfase
opgestart.
De sequentiële bereiding is handig
voor het achtereenvolgens
bereiden van hetzelfde type
gerechten. Zoals bijvoorbeeld het
achtereenvolgens bakken van
diverse pizza’s.
392
We raden u aan om tijdens de
voorverwarmfase geen gerechten
in de oven te plaatsen. Wacht tot
het bericht wordt weergegeven.
3. Beëindig het programma en sluit het af
met een druk op de terugkeerknop.
Gebruik
NL
Een programma permanent wijzigen
1. Draai in het gekozen programma de
bedieningsknop naar rechts of naar links
tot u in het menu van het gekozen recept
wijzigen selecteert.
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u de functie selecteert die u
met het programma wilt associëren.
5. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u het gewicht van het
gerecht selecteert dat u met het
programma wilt associëren.
6. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
7. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u de duur van de bereiding
selecteert die u met het programma wilt
associëren.
4. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
8. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
393
Gebruik
9. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u de temperatuur van de
bereiding selecteert die u met het
programma wilt associëren.
10.Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
11.Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u het niveau selecteert dat
u met het programma wilt associëren.
13.U keert naar punt 2 van de procedure
terug als u nogmaals op de
bedieningsknop drukt. Sla het
programma op door op de
terugkeerknop te drukken. U wordt
gevraagd om de gekozen wijzigingen
te bevestigen.
Het programma wordt niet
gewijzigd als u de wijzigingen niet
bevestigt.
14.Het display toont een bevestiging als de
wijziging is bevestigd.
12.Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
394
NL
Tabellen van ingestelde programma’s
VLEES
SubtypeBehandeling
Gewicht
Gebruik
NiveauFunctie
(Kg)
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
rood
Rosbief
medium
doorbakken1,4220070
Varkensrugstuk-
medium
Lamsvlees
doorbakken
Kalf-
Varkensribben-
Varkenskoteletten-
Varkensworst-
Varkensspek-
Kalkoengebakken
1,3220049
1,3220056
0,8219088
22190105
2,12190130
1219080
8 + 4
4 + 2
(1)
(1)
(1)
(1)
14250
1,34280
14280
0,44250
10 + 6
14 + 4
2,32190115
Kipgebakken
1220080
Konijngebakken0,9219075
(1)
Het wordt aanbevolen om levensmiddelen aan beide zijden te roosteren volgens de
tijden die in de tabel zijn gegeven. De aangegeven langere tijd verwijst altijd naar de
eerste zijde van het rauwe levensmiddel die moet worden bereid.
395
VIS
SubtypeBehandeling
Gebruik
Gewicht
(Kg)
NiveauFunctie
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Verse vis-
Diepgevroren vis-
Zeebaars-1
Zeeduivel-
Brasem-1,2
0,5216035
0,6216050
2
16050
0,5216057
2
18065
Tarbot-1216040
GROENTE
SubtypeBehandeling
gegrilde
Gewicht
NiveauFunctie
(Kg)
0,54250
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
15 + 8
Gemengde groente
gebakken
gebakken
Aardappelen
diepgevroren
(friet)
(1)
Het wordt aanbevolen om levensmiddelen aan beide zijden te roosteren volgens de
1220033
1220030
0,5222018
tijden die in de tabel zijn gegeven. De aangegeven langere tijd verwijst altijd naar de
eerste zijde van het rauwe levensmiddel die moet worden bereid.
(1)
396
NL
GEBAK
SubtypeBehandeling
Gebruik
Gewicht
NiveauFunctie
(Kg)
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Tulband/donut-
Koekjes-
Muffin-
Soezen/beignets-
Merengue-
Cake-
Strudel-
Confituurtaart-
Briochebrood-
Croissant-
BROOD
SubtypeBehandeling
1,5216050
0,5216023
0,5216021
0,5218070
0,4213093
1215060
0,8217045
1217043
0,9218039
0,5216035
Gewicht
(Kg)
NiveauFunctie
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Gerezen brood-
Focaccia-
0,8220027
12180 20
397
PIZZA
SubtypeBehandeling
Gebruik
Gewicht
NiveauFunctie
(Kg)
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Dieppan pizza-
vers
0,9228012
0,7
(2)
1
2807
Pizza op steen
diepgevroren
(2)
Breng de pizzasteen aan op de bodem van de ovenruimte.
(3)
De bereidingstijd van een diepgevroren pizza die op de pizzasteen afgebakken wordt,
0,2
1
(2) (3)
2304
varieert niet, ongeacht het gewicht.
PASTA/RIJST
SubtypeBehandeling
Pasta uit de oven-
Lasagne-
Paella-
Gewicht
NiveauFunctie
(Kg)
1,9122035
3123040
0,5219025
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Quiche lorraine-1120040
QUICHE/SOUFFLÉ
SubtypeBehandeling
Soufflé-
398
Gewicht
(Kg)
NiveauFunctie
Temp.
(°C)
0,5218025
Tijd
(minuten)
NL
BEREIDING LAGE TEMP.
SubtypeBehandeling
Gebruik
Gewicht
NiveauFunctie
(Kg)
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Kalf-
Rundvlees
Varkenslende-
Lamsvlees-
De bereidingstijden beschreven in
de tabel verwijzen naar het
voedsel aangeduid in het recept,
ze zijn indicatief en kunnen
wijzigen naargelang uw
persoonlijke smaak.
De tabellen bevat de gegevens
die werden ingesteld in de fabriek.
Wanneer u de originele
instellingen van een recept na een
eventuele wijziging wilt herstellen,
is het voldoende om de gegevens
van de bovenstaande tabellen in
te voeren.
rood
doorbakken
1,5290540
1,4290190
1290480
1290420
1,5290480
Als u de stand ECO logic (zie
3.10, “Instellingen”) heeft
geactiveerd, kunnen de tijden voor
het opwarmen of de bereiding
variëren.
399
Gebruik
3.9 Eigen recepten
Met dit menu kunt u een eigen
recept invoeren aan de hand van
door u gekozen parameters. De
eerste keer dat u deze functie
benut wordt u gevraagd een
nieuw recept in te voeren. Als u de
recepten heeft ingevoerd, worden
ze in het desbetreffende menu
weergegeven.
1. Druk op de schermafbeelding van de
klok op de bedieningsknop om het
hoofdmenu te openen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het hoofdmenu eigen recepten selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
Een recept toevoegen
1. Selecteer toevoegen in het menu “eigen
recepten”.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u de functie selecteert die u
met het recept wilt associëren.
400
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
U kunt in totaal ongeveer 10 eigen
recepten invoeren.
Gebruik
NL
4. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u het gewicht van het
gerecht selecteert dat u met het recept
wilt associëren.
5. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
Het is mogelijk om een gewicht
van maximaal 5 kg in te stellen of
te wijzigen. De gebruiker dient
echter de omvang van het gerecht
in de ovenruimte te bepalen.
6. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u de duur van de bereiding
selecteert die u met het recept wilt
associëren.
7. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
8. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u de temperatuur van de
bereiding selecteert die u met het recept
wilt associëren.
9. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
10.Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u het niveau selecteert dat
u met het recept wilt associëren.
11.Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
401
Gebruik
12.U keert naar punt 2 van de procedure
terug als u nogmaals op de
bedieningsknop drukt. Sla het recept op
door op de terugkeerknop te drukken. U
wordt gevraagd om de naam van het
zojuist gecreëerde recept in te voeren.
13.voer de naam van het recept in. Draai
aan de bedieningsknop en selecteer het
in te voeren teken. Elke keer dat u op de
bedieningsknop drukt wordt een teken
van de naam ingevoerd. Het teken
wist het voorgaande teken.
De naam van het recept kan
maximaal 10 tekens, inclusief
spaties, lang zijn.
14.Druk op de terugkeerknop om de
programmering wel of niet te bevestigen
als u de naam van uw recept heeft
ingevoerd. Selecteer JA als u het recept
wilt opslaan.
De verrichte wijzigingen worden
geannuleerd als u echter “NEE”
selecteert.
15.Het display toont een bevestiging als de
wijziging is bevestigd.
402
Om het recept op te kunnen slaan,
moet de naam minstens een teken
bevatten.
Gebruik
NL
Een eigen recept opstarten
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u een eerder opgeslagen
eigen recept in het menu “eigen
recepten” heeft gekozen (in het
voorbeeld is dit het testrecept).
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links tot u start selecteert.
De bereiding wordt opgestart met de
parameters die u eerder voor het recept
heeft ingesteld.
Tijdens de bereiding kunt u altijd
de temperatuur en de
bereidingstijd wijzigen. Deze
wijzigingen worden echter niet
voor een volgend gebruik van het
recept opgeslagen.
Een eigen recept wijzigen
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u een eerder opgeslagen
eigen recept in het menu “eigen
recepten” heeft gekozen (in het
voorbeeld is dit het testrecept).
4. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
403
Gebruik
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links tot u wijzigen selecteert.
4. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
5. Herhaal dezelfde stappen, beginnende
bij punt 2 van hoofdstuk “Een recept
toevoegen”.
Een eigen recept wissen
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u een eerder opgeslagen
eigen recept in het menu “eigen
recepten” heeft gekozen (in het
voorbeeld is dit het testrecept).
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links tot u annuleren selecteert.
4. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
5. Bevestig dat u het recept wilt wissen.
Selecteer JA om het recept definitief te
elimineren.
6. Het display toont een bevestiging als het
wissen is bevestigd.
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
404
Gebruik
NL
Delay timer
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u een eerder opgeslagen
eigen recept in het menu “eigen
recepten” heeft gekozen (in het
voorbeeld is dit het testrecept).
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links tot u delay timer selecteert.
5. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u met de bedieningsknop
het einde van de bereiding heeft
gekozen. Het symbool knippert.
6. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
4. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
Na enkele seconden stopt het symbool
met knipperen. Het apparaat wacht het
begin van de vertraagde bereidingstijd af.
405
Gebruik
3.10 Instellingen
Met dit menu kunt u de
configuratie van het product
instellen.
1. Druk op de schermafbeelding van de
klok op de bedieningsknop om het
hoofdmenu te openen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het hoofdmenu
instellingen selecteert.
3. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
Taal
Hiermee kunt u uit de beschikbare talen de
gewenste taal kiezen.
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “instellingen“
taal selecteert.
2. Bevestig met een druk op de
bedieningsknop.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
links tot u de gewenste taal selecteert.
406
4. Bevestig de gekozen taal door op de
bedieningsknop te drukken.
Gebruik
NL
Klok
Hiermee kunt u het weergegeven tijdstip
wijzigen.
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links om de uren in te stellen.
2. Druk op de bedieningsknop om over te
gaan naar de wijziging van de minuten.
3. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links om de minuten in te stellen.
Toetsblokkering
Deze functie blokkeert de bedieningen van
het apparaat automatisch na een minuut
normale werking als de gebruiker geen
handelingen verricht.
• Bevestig de activering van de
toetsblokkering door JA te selecteren.
4. Bevestig met een druk op de
terugkeerknop.
Bij normale werking wordt deze aangeduid
door het controlelampje
• Om de blokkering tijdelijk uit te
schakelen tijdens een bereiding, moet u
de terugkeerknop 3 seconden ingedrukt
houden. De beveiliging zal één minuut
na de laatste instelling weer actief
worden.
Op het display wordt twee
seconden lang een waarschuwing
weergegeven als u de bedieningsof terugkeerknop aanraakt of er
de stand van wijzigt.
.
407
Gebruik
Demo stand (uitsluitend voor
exposanten)
Deze stand laat toe om de
verwarmingselementen te deactiveren,
terwijl men toch gebruik kan maken van het
bedieningspaneel.
• Bevestig de activering van de demo
stand door JA te selecteren.
Eco-logic (enkel op sommige modellen)
Met deze stand kunt u het verbruik van de
oven beperken.
huishoudelijke apparaten tegelijkertijd te
kunnen gebruiken.
Als deze optie is geactiveerd, wordt op het
display het symbool weergegeven.
• Bevestig de activering van de eco-logic
stand door JA te selecteren.
Ideaal om meerdere
408
Als de stand geactiveerd is, wordt
op het display het bericht “demo
stand” weergegeven.
Om het apparaat normaal te
kunnen gebruiken, moet u deze
stand op UIT instellen.
Wanneer de eco-logic stand
wordt geactiveerd, kan de
tijdsduur van de voorverwarming
en van de bereiding langer duren.
Gebruik
NL
Geluid
Iedere keer dat u op de knoppen drukt laat
het apparaat een geluid horen. Met deze
instelling kunt u dit deactiveren.
• Deactiveer het geluid dat met een druk
op de knoppen geassocieerd is door
NEE te selecteren.
Functie Warmte behouden
In deze stand kan het apparaat aan het
einde van een bereiding, waarvan de duur
is ingesteld, (als deze niet handmatig wordt
onderbroken) het zojuist bereide voedsel
(op lage temperatuur) warmhouden,
zonder dat de organoleptische
eigenschappen en de smaak die u tijdens
de bereiding heeft verkregen verloren
gaan.
• Bevestig de activering van de
warmhoudfunctie door JA te selecteren.
409
Eco-Light
Gebruik
Voor een verdere besparing van de
energie wordt de lamp automatisch één
minuut na het begin van de bereiding
gedeactiveerd.
• Bevestig de activering van de Eco-Light
stand door JA te selecteren.
Als de Eco-Light stand ingesteld is
op UIT, wordt op het display zwak
verlicht de huidige tijd
weergegeven wanneer het
apparaat in stand-by is geplaatst.
Als de Eco-Light stand is ingesteld
op UIT, verbruikt het apparaat
meer energie wanneer het in
stand-by is geplaatst.
De handmatige controle van de
in-/uitschakeling is echter altijd
mogelijk door de terugkeerknop in
de beide instellingen naar rechts te
draaien.
De Eco-Light stand activeert
tevens de uitschakeling van het
display als het 2 minuten lang
niet wordt gebruikt.
• Stel deze stand in op UIT om te
voorkomen dat het apparaat de lamp
automatisch na een minuut deactiveert.
410
Gebruik
NL
Digitale klok
Maakt de digitale weergave van de tijd
mogelijk.
• Bevestig de activering van de digitale
klok door JA te selecteren.
Als geen enkele functie van het apparaat
geactiveerd is, zal het display de actuele
tijd digitaal weergeven.
411
Reiniging en onderhoud
4 Reiniging en onderhoud
4.1 Waarschuwingen
Incorrect gebruik
Gevaar voor beschadiging van
de oppervlakken
• Reinig het apparaat niet met een
stoomreiniger.
• Gebruik op de stalen delen of de delen
waarvan het oppervlak met metalen
afwerkingen werd behandeld (bijv.
elektrolytische oxidatie, vernikkeling,
verchroming) geen producten die
chloor, ammoniak of bleekmiddel
bevatten.
• Gebruik geen schurende of bijtende
middelen op de glazen onderdelen
(bijv. poeders, ontvlekkers of
metaalsponsjes).
• Gebruik geen ruw, schurend of scherp
materiaal.
Er wordt aanbevolen om
reinigingsproducten van de
fabrikant te gebruiken.
4.2 Reiniging van de glaskeramische
kookplaat
Om de oppervlakken in goede staat te
houden, moeten ze na elk gebruik gereinigd
worden nadat ze afgekoeld zijn.
Eventuele lichtgekleurde sporen,
veroorzaakt door pannen met een aluminium
bodem, kunnen worden verwijderd met een
met azijn bevochtigde doek.
Als er na het gebruik van de kookplaat
verbrande resten achterblijven, moeten deze
worden verwijderd. Spoel af met water en
maak goed droog met een schone doek.
Zandkorrels die eventueel op de kookplaat
gevallen zijn tijdens het wassen van sla of
aardappelen zouden de plaat kunnen
krassen wanneer de pannen verschoven
worden.
Verwijder eventuele zandkorrels dus
onmiddellijk van het oppervlak van de
kookplaat.
Kleurwijzigingen zijn niet van invloed op de
werking en de stabiliteit van het glas. Het
betreft geen wijzigingen van het materiaal
van de kookplaat, maar eenvoudige resten
die niet verwijderd werden en die dus
verbrandden.
Er kunnen glanzende oppervlakken
gevormd worden als het gevolg van het
verschuiven van de bodems van de pannen,
vooral indien ze van aluminium zijn, en
indien niet geschikte reinigingsmiddelen
gebruikt worden. Het is moeilijk om deze te
verwijderen met behulp van gewone
reinigingsproducten. Het kan zijn dat de
reiniging meerdere keren herhaald moet
worden. Het gebruik van bijtende
reinigingsmiddelen, of de wrijving met de
bodem van de pannen, kan de decoratie
van de kookplaat mettertijd polijsten en zou
de vorming van vlekken kunnen bevorderen.
412
Reiniging en onderhoud
NL
Dagelijkse gewone reiniging
Gebruik steeds en uitsluitend specifieke
producten, die geen schurende of zure
stoffen op chloorbasis bevatten.
Giet het product op een vochtige doek en
wrijf het over het oppervlak, spoel
zorgvuldig af, en droog met een zachte
doek of met een microvezeldoek.
Wekelijkse reiniging
Reinig en verzorg de kookplaat wekelijks
met een gewoon product voor de reiniging
van glaskeramiek. Neem de aanwijzingen
van de producent altijd in acht. Het silicone
dat aanwezig is in deze producten
produceert een beschermend
waterafstotend en vuilbestendig laagje. Alle
vlekken blijven achter op dat laagje en
kunnen dus makkelijk verwijderd worden.
Droog daarna het oppervlak met een
schone doek. Let op dat er geen resten
reinigingsmiddel achterblijven op de
kookplaat, omdat ze een bijtende reactie
zouden kunnen hebben wanneer de plaat
verwarmd wordt en de structuur ervan
zouden kunnen wijzigen.
Voedselresten of -vlekken
Gebruik absoluut geen metalen sponzen of
scherpe krabbers zodat de oppervlakken
niet worden beschadigd.
Gebruik normale en niet-schurende
producten, en eventueel houten of plastic
gerei. Spoel zorgvuldig, en droog met een
zachte doek of met een microvezeldoek.
Laat etensresten op basis van suiker (bijv.
marmelade) in het apparaat niet opdrogen,
dit kan het email binnenin aantasten.
4.3 Reiniging van de ovenruimte
Om de ovenruimte in goede staat te
houden, moet hij na afkoeling regelmatig
gereinigd worden.
Laat geen voedselresten in de ovenruimte
opdrogen aangezien daardoor de lak
beschadigd kan raken.
Verwijder de uitneembare delen alvorens
de ovenruimte te reinigen.
Voor een eenvoudige reiniging wordt
aanbevolen om het volgende te
demonteren:
• de deur;
• de frames voor roosters/ovenschalen;
• de eventueel uitneembare geleiders.
Als specifieke reinigingsmiddelen
gebruikt worden, beveelt men aan
om het apparaat circa 15/20
minuten op de maximale
temperatuur te laten werken om
eventuele resten te elimineren.
413
Reiniging en onderhoud
Handmatige deactivering van de hendel
van de deurblokkering
Incorrect gebruik
Gevaar op verbranding
• De volgende handelingen moeten altijd
bij koud en uitgeschakeld apparaat
worden verricht.
• Probeer tijdens de pyrolyse de hendel
van de deurblokkering nooit met de
hand te deactiveren.
De hendel van de deurblokkering bevindt
zich in de eerste sleuf links onder het
bedieningspaneel, bovenaan aan de
voorkant van de oven.
1. Verplaats de hendel van de
deurblokkering helemaal naar rechts.
(bovenaanzicht)
2. Laat de hendel van de deurblokkering
voorzichtig los.
De veer van het mechanisme plaatst de
hendel van de deurblokkering in de
gedeactiveerde stand.
Probeer de hendel van de deurblokkering
nooit te deactiveren door deze hard naar
links de duwen, om het mechanisme niet te
beschadigden.
Tijdens de normale reiniging kan de hendel
van de deurblokkering per ongeluk
geactiveerd worden.
hendel van de deurblokkering geactiveerd
(bovenaanzicht)
414
(bovenaanzicht)
Reiniging en onderhoud
NL
Verwijdering van de geleiderframes voor
de roosters/ovenschalen
Door de geleiderframes voor roosters/
ovenschalen te verwijderen, kan de
reiniging van de zijdelingse delen
eenvoudiger worden uitgevoerd.
Om de geleiderframes voor de roosters/
ovenschalen te verwijderen:
• Trek het frame naar de binnenkant van
de ovenruimte zodat het uit de
klemverbinding A komt, en verwijder het
uit de zittingen achteraan B.
• Herhaal na de reiniging de net
beschreven handelingen om de
geleiderframes voor de roosters/
ovenschalen weer aan te brengen.
4.4 Pyrolyse
De pyrolyse is een automatische
reinigingsprocedure met hoge
temperaturen, die het vuil zal
oplossen. Dankzij deze procedure
is het mogelijk om de binnenkant
van de ovenruimte zeer eenvoudig
te reinigen.
Incorrect gebruik
Gevaar voor beschadiging van
de oppervlakken
• Verwijder voedselresten of gemorste
sporen van vroegere bereidingen uit de
ovenruimte.
• Schakel branders of kookplaten uit die
eventueel boven het apparaat
geïnstalleerd zijn.
Voorbereiding
Voor u de pyrolyse inschakelt:
• Maak de interne ruit schoon
overeenkomstig de gebruikelijke
instructies.
• Verstuif in geval van hardnekkige
afzettingen een reinigingsproduct voor
ovens op de ruit (respecteer de
waarschuwingen die aangeduid
worden op het product zelf); laat 60
minuten inwerken, spoel daarna, en
droog de ruit met keukenpapier of met
een microvezeldoek.
415
Reiniging en onderhoud
• Verwijder alle accessoires uit de oven.
• Verwijder de geleiderframes voor
roosters/ovenschalen.
• Verwijder de bescherming bovenaan
(indien aanwezig).
• Sluit de deur.
Instelling van de pyrolyse
1. Draai de bedieningsknop naar rechts of
naar links tot u in het menu “speciale
functies” pyrolyse eco of pyrolyse
selecteert. Druk vervolgens ter
bevestiging op de bedieningsknop.
2. Draai aan de bedieningsknop om de
tijdsduur van de reinigingscyclus in te
stellen, van minimaal 2 uur tot maximaal
3 uur (met uitzondering van de functie
waarvan de tijdsduur is vastgesteld op 2
uur).
416
Reiniging en onderhoud
NL
3. Druk op de bedieningsknop. Het
symbool stopt met knipperen. Op
het display wordt een bericht
weergegeven dat aangeeft dat alle
accessoires uit de ovenruimte moeten
worden verwijderd.
Pyrolyse
1. Op het display worden het bericht
“pyrolyse in uitvoering” en de resterende
tijd weergegeven ter indicatie dat het
apparaat de automatische
reinigingscyclus uitvoert. 2 minuten na de
opstart van de pyrolyse wordt de deur
vergrendeld door een mechanisme dat
het openen ervan onmogelijk maakt (op
het display wordt het symbool
weergegeven).
4. Druk op de bedieningsknop om de
pyrolyse te starten.
Aanbevolen tijdsduur voor de
pyrolyse:
• Weinig vuil: 2 uren.
• Middelmatig vuil: 2 ½ uur.
• Zeer vuil: 3 uren.
Het is niet mogelijk om een functie
te selecteren wanneer de
deurblokkering ingeschakeld is.
417
Reiniging en onderhoud
2. Na afloop van de pyrolyse blijft de deur
geblokkeerd tot de temperatuur binnenin
de ovenruimte een veilig niveau bereikt.
3. Op het display wordt een bericht
weergegeven dat aangeeft dat het
koelproces van de ovenruimte is gestart.
4. Wacht tot het apparaat is afgekoeld en
veeg de restjes binnenin weg met een
microfiber doek.
Tijdens de eerste pyrolyse kunnen
er onaangename geurtjes
voorkomen, door verdamping van
de olieachtige productiestoffen. Dit
is een normaal verschijnsel dat na
de eerste reinigingscyclus
verdwijnt.
Tijdens de pyrolyse maken de
ventilatoren meer geluid omdat ze
sneller draaien. Dit maakt deel uit
van de normale werking om de
warmte beter af te voeren. Na de
pyrolyse blijft de ventilatie
automatisch ingeschakeld, en dit
lang genoeg zodat oververhitting
van de wanden van de meubels
en de voorkant van de ovenruimte
wordt vermeden.
Als het resultaat van de pyrolyse
bij de minimum tijdsduur niet
voldoende is, wordt aanbevolen
om voor de volgende
reinigingscycli een langere
tijdsduur in te stellen.
418
Reiniging en onderhoud
NL
Instelling van de geprogrammeerde
pyrolyse
Het tijdstip waarop de pyrolyse begint kan
net zoals de andere functies worden
geprogrammeerd.
1. Selecteer de tijdsduur van de pyrolyse,
en druk op de bedieningsknop. Op het
display verschijnt de huidige tijd en het
symbool licht op.
2. Draai aan de bedieningsknop om het
tijdstip voor het einde van de pyrolyse in
te stellen.
3. Na enkele seconden lichten de
symbolen en op en wacht het
apparaat tot de ingestelde starttijd
bereikt is om de reinigingscyclus te
starten.
Het is niet mogelijk om een functie
te selecteren wanneer de
deurblokkering ingeschakeld is.
Met behulp van de specifieke
commando’s kunt u het apparaat
echter altijd uitschakelen.
4.5 Reiniging van de deur
Demontage van de deur
Om de reiniging van de oven te
vergemakkelijken, kunt u de ovendeur
verwijderen en op een theedoek leggen.
Ga voor de verwijdering van de deur als
volgt te werk:
1. Open de deur volledig en plaats de
twee blokkeringen in de openingen van
de scharnieren zoals op de afbeelding.
2. Neem de deur aan beide kanten en met
beide handen vast, hef hem op met een
hoek van ongeveer 30°, en verwijder
hem.
419
Reiniging en onderhoud
3. Om de deur weer te monteren, moeten
de scharnieren in de daarvoor
bestemde openingen in de oven
geplaatst worden, zodat de gleuven A
helemaal op de openingen steunen.
Laat de deur zakken. Verwijder de
blokkeringen uit de openingen van de
scharnieren als de deur teruggeplaatst is.
Reiniging van de ruiten van de deur
Het is raadzaam de ruiten van de deur
altijd schoon te houden. Gebruik
absorberend keukenpapier. Gebruik in
geval van hardnekkig vuil een vochtige
spons en een gewoon reinigingsmiddel.
Demontage van de binnenruiten
Voor een gemakkelijke schoonmaak,
kunnen de binnenruiten van de deur
worden gedemonteerd.
1. Open de deur.
2. Breng de blokkeringen aan in de gaten
van de scharnieren zodat de deur niet
ongewenst kan dichtvallen.
3. Verwijder de interne ruit door ze
achteraan voorzichtig naar boven te
trekken, en volg de beweging die wordt
aangeduid door de pijlen (1).
4. Schuif de interne ruit uit de lijst aan de
voorkant (2) om de ruit uit de deur te
verwijderen.
420
Reiniging en onderhoud
NL
5. Verwijder de tussenruiten door ze op te
heffen.
6. Maak de buitenruit schoon, evenals de
voorheen verwijderde ruiten. Gebruik
absorberend keukenpapier. Bij
hardnekkig vuil moet een vochtige spons
en een neutraal reinigingsmiddel
gebruikt worden.
4.6 Buitengewoon onderhoud
Vervanging van de lamp voor de
binnenverlichting
Onder elektrische spanning
staande delen
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer naar het
apparaat uit.
De ovenruimte is voorzien van een
40W-lamp.
1. Verwijder alle accessoires uit de oven.
2. Verwijder de geleiderframes voor
roosters/ovenschalen.
3. Verwijder de kap van de lamp met
gereedschap (bijv. een
schroevendraaier).
Zorg ervoor dat het email op de
wanden van de ovenruimte geen
krassen oplopen.
7. Breng aan het einde van de reiniging de
tussenruit weer op diens plaats in de
deur aan.
8. Breng de interne ruit aan door de
bovenkant in de lijst van de deur te
schuiven en druk de 2 pennen aan de
achterkant voorzichtig op hun plaats.
421
Reiniging en onderhoud
4. Draai de lamp los en verwijder ze.
Raak de halogeenlamp niet direct
met de vingers aan, gebruik altijd
isolerend materiaal.
5. De nieuwe lamp aanbrengen.
6. Hermonteer de kap. Houd de
geprofileerde binnenkant van het glas
(A) naar de deur toe gericht.
7. Druk de kap stevig aan zodat deze
perfect op de fitting aansluit.
Oplossingen voor problemen…
Het apparaat werkt niet:
• De schakelaar is defect: verifieer de
zekeringen in de zekeringhouder en
verifieer of de schakelaar in orde is.
• Afname van het vermogen: verifieer of
de controlelampjes van het apparaat
werken.
De gasbrander ontsteekt niet:
• Afname van het vermogen of vocht in de
bougies: ontsteek de gasbrander met
een aansteker of een lucifer.
De oven warmt niet op:
• Zekering defect: controleer de
schakelaar en vervang deze wanneer
dit nodig is.
• De functieknop is niet op een functie
geplaatst: plaats de functieknop op een
functie.
• Controleer of de “demo stand” ingesteld
is (raadpleeg voor meer informatie de
paragraaf “Programma’s”).
De gerechten in de ovenruimte
verbranden binnen korte tijd:
• Thermostaat defect: neem contact op
met het servicecentrum
Het gas van de oven beslaat wanneer de
oven warm is:
• Dit is normaal en is te wijten aan het
temperatuurverschil: dit fenomeen heeft
geen enkel effect op de prestaties van
de oven.
422
Reiniging en onderhoud
NL
De display is volledig uitgeschakeld:
• Controleer de stroomtoevoer.
• Controleer of een eventuele meerpolige
schakelaar vóór de stroomtoevoer van
de oven zich op “On” bevindt.
De bedieningen reageren niet:
• Controleer of de stand “toetsblokkering”
ingesteld werd (raadpleeg voor meer
informatie de paragraaf
“Programma’s”).
De bereidingstijden blijken te hoog
tegenover diegene die worden
aangeduid in de tabel:
• Controleer of de “eco-logic” stand
ingesteld is (raadpleeg voor meer
informatie de paragraaf
“Programma’s”).
Het display zal het opschrift “ERR4”
weergeven:
• De deurblokkering is niet goed aan de
deur gekoppeld; dit omdat het mogelijk
is dat de deur toevallig werd geopend
tijdens de activering van de blokkering
zelf. Schakel het apparaat uit en weer
aan, en wacht enkele minuten voordat
een nieuwe reinigingscyclus wordt
geselecteerd.
De ventilator stopt met draaien wanneer
de deur wordt geopend tijdens een
geventileerde functie:
• Dit is geen defect, maar de normale
werking van het product. Ze is nuttig
wanneer u tijdens de bereiding het
voedsel wilt controleren, zodat niet te
veel warmte verloren gaat. Wanneer de
deur wordt gesloten, zal de ventilator
weer gaan draaien.
Na de automatische reinigingscyclus
(pyrolyse) kan geen functie geselecteerd
worden:
• Controleer of de deurblokkering
uitgeschakeld is. Indien dit niet het geval
is, is het apparaat voorzien van een
bescherming die de uitvoering van een
functie verhindert terwijl de
deurblokkering actief is. Dit is het geval
omdat de temperatuur in de ovenruimte
zodanig hoog is dat geen enkele
bereiding kan uitgevoerd worden.
Wanneer het probleem niet wordt
opgelost, of voor andere types
van defecten, neem contact op
met het dichtstbijzijnde
servicecentrum.
Indien andere foutberichten ERRx
worden gesignaleerd:
noteer het foutmelding, en de
ingestelde functie en temperatuur,
en neem contact op met het
plaatselijke servicecentrum.
423
Installatie
5 Installatie
5.1 Plaatsing
Zwaar apparaat
Pletgevaar
• Plaats het apparaat met behulp van een
tweede persoon in het meubel.
Druk op de deur
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
• Gebruik de open deur niet als hefboom
om het apparaat in het meubel te
plaatsen.
• Oefen niet te veel kracht uit op de
geopende deur.
• Til dit apparaat niet op door de
handgreep beet te pakken.
Warmteontwikkeling tijdens
werking van het apparaat
Brandgevaar
• Fineerbewerkingen, kleefstoffen of
plastic bekledingen van aangrenzende
meubels moeten warmtebestendig zijn
(minstens 90°C).
Buitenafmetingen
A900 mm
B600 mm
1
C
450 mm
D900 mm
H750 mm
I450 mm
2
L
1
Minimumafstand tot zijwanden of andere
900 mm
ontvlambare materialen.
2
Minimumbreedte inbouwkast (=A).
Afmetingen van het apparaat (mm)
Plaats van de elektrische aansluitingen en
gasaansluitingen.
424
Installatie
NL
5.2 Plaatsing
Zwaar apparaat
Pletgevaar
• Plaats het apparaat met behulp van een
tweede persoon in het meubel.
Druk op de deur
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
• Gebruik de open deur niet als hefboom
om het apparaat in het meubel te
plaatsen.
• Oefen niet te veel kracht uit op de
geopende deur.
• Til dit apparaat niet op door de
handgreep beet te pakken.
Warmteontwikkeling tijdens
werking van het apparaat
Brandgevaar
Algemene informatie
Het apparaat kan geïnstalleerd worden
tegen wanden die hoger zijn dan het
werkblad, op een minimum afstand van X mm
van de zijkant van het apparaat, zoals
wordt aangeduid in de afbeeldingen A en C
betreffende de installatieklassen.
Keukenkasten die zich boven het werkblad
bevinden, moeten zich op een afstand van
minstens Y mm bevinden. Bij gebruik van
een afzuigkap boven de kookplaat moet
de gebruiksaanwijzing van de afzuigkap
geraadpleegd worden om de correcte
afstand te bepalen.
X150 mm
Y750 mm
• Fineerbewerkingen, kleefstoffen of
plastic bekledingen van aangrenzende
meubels moeten warmtebestendig zijn
(minstens 90 °C).
A - Klasse 1
(Apparaat vrije installatie)
425
B - Klasse 2 subklasse 1
(Ingebouwd apparaat)
Installatie
Plaatsing en nivellering
Zwaar apparaat
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
• Plaats eerst de voorste voetjes en
daarna de achterste.
Voor de stabiliteit is het absoluut
noodzakelijk dat het apparaat correct
genivelleerd wordt op de ondergrond.
• Na de uitvoering van de aansluitingen
van gas en elektriciteit moeten het voetje
vast- of losgedraaid worden tot het
apparaat stabiel en genivelleerd op de
vloer staat.
426
C - Klasse 2 subklasse 1
(Ingebouwd apparaat)
Het apparaat moet geïnstalleerd
worden door een bevoegd
technicus, en volgens de van
kracht zijnde normen.
Installatie
NL
Bevestiging op de wand
Om omvallen van het apparaat te
voorkomen, moeten de
stabilisatoren worden
geïnstalleerd.
1. Schroef het bevestigingsplaatje voor de
bevestiging op de muur vast op de
achterzijde van het apparaat.
3. Assembleer de bevestigingsbeugel.
4. Lijn de onderkant van de haak van de
bevestigingsbeugel uit met de onderkant
van de rand van het bevestigingsplaatje
aan de muur.
2. Regel de hoogte van de 4 voetjes.
427
Installatie
5. Lijn de onderkant van de
bevestigingsbeugel uit met de grond en
draai de schroeven vast om de
afmetingen vast te stellen
6. Houd tussen de zijkant van het apparaat
en de gaten van de beugel 50 mm vrij.
7. Plaats de beugel op de muur en markeer
de punten waar gaten in de muur
moeten worden geboord.
8. Boor de gaten. Zet de beugel met
pluggen en schroeven aan de muur vast.
9. Duw het fornuis naar de muur en breng
tegelijkertijd de beugel aan in het
plaatje bevestigd op de achterzijde van
het apparaat.
428
Installatie
NL
Montage van de plint
De bijgeleverde plint is een
integrerend deel van het product.
Het wordt aanbevolen om deze te
bevestigen op het apparaat
voordat het apparaat zelf wordt
geïnstalleerd.
De plint moet altijd correct gepositioneerd
en bevestigd worden op het apparaat.
1. Plaats de plint op de plaat.
2. Laat de openingen van de plint (A)
overeenkomen met de gaten om de
achterste rand van de kookplaat (B).
5.3 Elektrische aansluiting
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Laat het apparaat aansluiten door
gekwalificeerd technisch personeel.
• Gebruik persoonlijke
beschermingsmiddelen.
• De aardverbinding van het elektrische
systeem is verplicht en moet in
overeenstemming met de geldende
veiligheidsnormen worden uitgevoerd.
• Schakel de algemene stroomtoevoer uit.
• Trek nooit aan de kabel om de stekker
uit het stopcontact te halen.
• Gebruik kabels die bestand zijn tegen
temperaturen van minstens 90 °C.
• Het aandraaimoment van de schroeven
van de stroomgeleiders van het
klemmenbord moet 1,5-2 Nm bedragen.
Algemene informatie
3. Met behulp van een schroevendraaier
de plint met de meegeleverde
schroeven (C) op de kookplaat
bevestigen.
Controleer of de kenmerken van het
stroomnet overeenstemmen met de
gegevens op het identificatieplaatje.
Het identificatieplaatje bevat de technische
gegevens, het serienummer en de
merknaam van het apparaat en is zichtbaar
op het apparaat aangebracht.
Dit plaatje mag nooit verwijderd worden.
Zorg voor de aardverbinding met een
kabel die ten minste 20 mm langer is dan
de andere kabels.
429
Het apparaat kan op de volgende
manieren functioneren:
• 220-240 V 2~
Driepolige kabel 3 x 10 mm².
• 3220-240 V 3~
Vierpolige kabel 4 x 6 mm².
• 220-240 V 1N~
Driepolige kabel 3 x 10 mm².
• 380-415 V 2N~
Vierpolige kabel 4 x 6 mm².
• 380-415 V 3N~
Installatie
De waarden verwijzen naar de
diameter van de interne geleider.
De stroomkabels hebben
afmetingen die rekening houden
met de gelijktijdigheidsfactor
(conform de norm EN 60335-2-6).
Vervangende beugel
Vervang de geïnstalleerde beugel door de
meegeleverde beugel voor een correcte
bevestiging van de kabel in het geval van
een twee- of driefasige aansluiting.
Vaste aansluiting
Rust de voedingslijn uit met een meerpolige
onderbrekingsinrichting, overeenkomstig de
installatienormen.
De onderbrekingsinrichting dient op een
eenvoudig te bereiken plaats en in de
nabijheid van het apparaat te zijn
aangebracht.
Vijfpolige kabel 5 x 2,5 mm².
430
Aansluiting met stekker en stopcontact
Controleer of de stekker en het stopcontact
van hetzelfde type zijn.
Gebruik geen verloopstekkers, adapters of
aftakkingen, omdat ze oververhitting of
brand zouden kunnen veroorzaken.
Installatie
NL
Toegang tot het klemmenbord
Om de voedingskabel te kunnen aansluiten
is toegang tot het klemmenbord op de
achterste plaat vereist:
1. Verwijder de schroeven die het klepje
op de achterste plaat vastzetten.
2. Laat het klepje een stukje draaien en
verwijder het van diens plaats.
3. Installeer de voedingskabel.
Draai de schroef van het
kabelbevestigingsplaatje los,
alvorens de voedingskabel te
installeren.
4. Breng aan het einde van de
handelingen het klepje weer aan op de
achterste plaat en zet het met de eerder
verwijderde schroeven vast.
431
Installatie
5.4 Voor de installateur
• De stekker moet na de installatie
toegankelijk blijven. De kabel voor de
verbinding met het stroomnet mag niet
verbogen of vastgeklemd worden.
• Het apparaat moet volgens de
installatieschema’s worden
geïnstalleerd.
• In geval het apparaat, na het verrichten
van alle controles, niet correct werkt,
neem dan contact op met het
plaatselijke erkende servicecentrum.
• Na de correcte installatie van het
apparaat wordt u verzocht de gebruiker
te informeren over de correcte
functioneringswijze.
432
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.