Smeg A1CA-2, A1C-5 User Manual [nl]

Inhoudsopgave
1. VEILIGHEIDS- EN GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN ______________ 58
2. INSTALLATIE VAN HET APPARAAT ________________________ 60
3. BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGEN _____________________ 63
4. GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT ___________________________ 70
5. GEBRUIK VAN DE OVEN _________________________________ 72
6. VERKRIJGBARE ACCESSOIRES ___________________________ 73
7. ADVIEZEN VOOR DE BEREIDING __________________________ 74
8. REINIGING EN ONDERHOUD _____________________________ 80
9. BUITENGEWOON ONDERHOUD ___________________________ 83
INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR: zijn bestemd voor de gekwalificeerde technicus die de installatie moet uitvoeren, het apparaat in bedrijf moet stellen en moet testen.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER: geven gebruiksadviezen, beschrijving van de bedieningen en de juiste reinigings- en onderhoudswerkzaamheden voor het apparaat.
57
Presentatie

1. VEILIGHEIDS- EN GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN

DEZE HANDLEIDING MAAKT DEEL UIT VAN HET APPARAAT EN MOET DERHALVE IN ZIJN GEHEEL BINNEN HANDBEREIK ERVAN BEWAARD WORDEN GEDURENDE DE HELE LEVENSDUUR VAN HET FORNUIS. WIJ ADVISEREN DEZE HANDLEIDING EN ALLE AANWIJZINGEN ERIN AANDACHTIG DOOR TE LEZEN ALVORENS DE FORNUIS TE GEBRUIKEN. HET APPARAAT MOET WORDEN GEÏNSTALLEERD DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL MET INACHTNEMING VAN DE GELDENDE NORMEN. DIT APPARAAT IS BEDOELD VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK EN VOLDOET AAN DE GELDENDE NORMEN DIE OP DIT MOMENT VAN KRACHT ZIJN. HET APPARAAT IS GEBOUWD OM DE VOLGENDE FUNCTIE TE VERVULLEN: BEREIDING EN OPWARMEN VAN VOEDSEL; IEDER ANDERSOORTIGE GEBRUIK DIENT ALS ONEIGENLIJK GEBRUIK TE WORDEN BESCHOUWD.
DE FABRIKANT WIJST ELKE AANSPRAKELIJKHEID VOOR ANDER GEBRUIK DAN IS AANGEGEVEN, AF.
LAAT DE RESTEN VAN DE VERPAKKING NIET ONBEWAAKT IN HUIS ACHTER. SCHEID DE VERSCHILLENDE AFVALMATERIALEN VAN DE VERPAKKING EN OVERHANDIG HEN AAN HET DICHTSTBIJZIJNDE CENTRUM VOOR GESCHEIDEN AFVALVERWERKING.
VERBINDING MET DE AARDE IS VERPLICHT VOLGENS DE TOEPASSELIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VAN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE.
DE STEKKER DIE AAN DE VOEDINGSKABEL EN HET BIJBEHORENDE STOPCONTACT MOETEN WORDEN BEVESTIGD, MOETEN VAN HETZELFDE TYPE ZIJN, EN AAN DE GELDENDE VOORSCHRIFTEN VOLDOEN. BIJ EEN INGEBOUWD APPARAAT MOET HET STOPCONTACT BEREIKBAAR ZIJN.
TREK DE STEKKER NOOIT AAN DE KABEL UIT HET STOPCONTACT.
KEUR DE FORNUIS ONMIDDELLIJK NA INSTALLATIE AAN DE HAND VAN DE INSTRUCTIES DIE VERDEROP GEGEVEN WORDEN. IN GEVAL VAN SLECHTE WERKING MOET HET APPARAAT WORDEN AFGEKOPPELD VAN HET ELEKTRICITEITSNET EN MOET HET DICHTSTBIJZIJNDE TECHNISCHE SERVICECENTRUM WORDEN GECONTACTEERD.
PROBEER NOOIT HET APPARAAT TE REPAREREN.
CONTROLEER TELKENS NA HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT OF DE BEDIENINGSKNOPPEN IN DE STAND 0 (UIT) STAAN.
58
ZET NOOIT ONTVLAMBARE VOORWERPEN IN DE OVEN: ALS DEZE ONOPZETTELIJK AANGEZET ZOU WORDEN, ZOU ER BRAND KUNNEN ONTSTAAN.
Presentatie
DE IDENTIFICATIEPLAAT MET DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET SERIENUMMER EN DE MARKERING IS ZICHTBAAR BINNEN IN DE OPBERGRUIMTE VAN HET VOEDSEL GEPLAATST. DEZE PLAAT MAG NOOIT WORDEN VERWIJDERD.
DIT APPARAAT MAG NIET OP EEN VERHOOGD PLATFORM WORDEN GEÏNSTALLEERD.
HET APPARAAT WORDT TIJDENS HET GEBRUIK ZEER HEET. LET ERVOOR OP DAT U DE VERHITTENDE ELEMENTEN BINNENIN DE OVEN NIET AANRAAKT.
ZET GEEN PANNEN OP DE KOOKPLAAT WAARVAN DE BODEM NIET PERFECT GLAD EN REGELMATIG IS.
GEBRUIK DE KOOKPLAAT NOOIT ALS WERKVLAK.
LET OP: ALS U EEN BARST IN DE VETROKERAMISCHE KOOKPLAAT
ONTDEKT, DIENT U DE STROOMTOEVOER NAAR HET APPARAAT UIT TE SCHAKELEN EN DIENT U ZICH TOT EEN ASSISTENTIE-CENTRUM TE WENDEN.
HET APPARAAT IS BESTEMD VOOR GEBRUIK DOOR VOLWASSENEN. STA HET KINDEREN NIET TOE IN DE BUURT VAN HET APPARAAT TE KOMEN OF ERMEE TE SPELEN.
DIT APPARAAT IS VOORZIEN VAN HET MERKTEKEN IN DE ZIN VAN DE EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EG BETREFFENDE AFGEDANKTE ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR – AEEA (WASTE ELECTRICAL AND ELECTRONIC EQUIPMENT - WEEE). DEZE RICHTLIJN BEPAALT DE NORMEN VOOR HET INZAMELEN EN RECYCLEN VAN DE AFGEDANKTE APPARATUUR WELKE GELDEN VOOR HET VOLLEDIGE TERRITORIUM VAN DE EUROPESE UNIE.
VOORDAT U HET APPARAAT IN WERKING STELT MOET U VERPLICHT ALLE OP EN IN HET APPARAAT AANGEBRACHTE ETIKETTEN EN BESCHERMENDE FOLIES VERWIJDEREN.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid voor persoonlijk letsel of materiële schade of die veroorzaakt worden door het veronachtzamen van bovenstaande voorschriften of door het onklaar maken van afzonderlijke onderdelen van het apparaat, of door gebruik van niet­originele vervangingsonderdelen.
59
Instructies Voor de Installateur

2. INSTALLATIE VAN HET APPARAAT

Het aansluiten van Smeg apparatuur.
Alle Smeg apparaten die Smeg Nederland verkoopt moeten op 220-240 volt worden aangesloten. Geen van de apparaten mag op 380 volt worden aangesloten. Dit in tegenstelling van wat er in de diverse gebruiksaanwijzingen staat. Apparaten die op 380 volt worden aangesloten kunnen beschadigd raken. De spanning bij 380 volt installaties noemt men krachtstoom. Ook bij krachtstroom heeft men 220-240 volt, die meet men alleen tussen de fase en de nul. Waar het echter fout gaat, is dat de spanning tussen 2 fasen in Nederland 380 volt is, bij een aantal apparaten kunnen componenten doorbranden. In Nederland komt bij de meeste woningen maar één fase, één nul en één aarde draad binnen. Deze inkomende leiding wordt door het energiebedrijf voor de meter afgezekerd met een hoog Ampèrage zekering en na de meter wordt deze onderverdeeld in meerdere groepen van 16 amp. Als men nu tussen de fase en de nul meet men nog steeds 220 volt, maar als je op de onderlinge groepen meet wordt er geen waarden aangegeven. Hier is geen spanningsverschil aanwezig. Een zekering van 16 ampère kan met een vermogen van 3520 Watt tot 3840 Watt belast worden. (afhankelijk van de spanning (220/240 Volt)). Dit houdt in dat als een apparaat een aansluitwaard van 6,60 KW heeft, er gezekerd moet worden met minimaal 2 zekeringen van ieder 16 Ampère. Deze zekeringen moeten geschakeld zijn, zodat ze altijd samen uit of samen aan gaan. De wandcontactdoos dient een Perilex aansluiting te zijn Apparaten die op een geschakelde zekering (ovengroep) worden aangesloten dienen een Perilexstekker te hebben. In de volgende catalogi wordt bij ieder apparaat de benodigde spanning vermeld, dus altijd 220/240 Volt.
Dit apparaat is voorzien van een brandbeveiliging (type Y) en mag tegen wanden worden gezet die hoger zijn dan het werkblad.

2.1 Elektrische aansluiting

Vergewis u ervan dat het voltage en de dimensionering van de voedingslijn corresponderen met de eigenschappen die vermeld worden op de plaat in de opbergruimte voor voedsel. Deze plaat mag nooit worden verwijderd.
60
Instructies Voor de Installateur
Breng op de voedingslijn van het apparaat een veelpolig onderbrekingsmechanisme aan met en afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, op een gemakkelijk toegankelijke plaats en in de buurt van het apparaat.
Het apparaat gaat vergezeld van een klemmenstrook op de achterkant voor elektrische aansluiting (zie onderstaand schema). Deze strook is toegankelijk als de achterkap wordt weggehaald.
61
Instructies Voor de Installateur
Werking op 380-415V3N∼ of 220­240V3N∼: gebruik een vijfpolige kabel van
het type H05RR-F (kabel van 5 x 2.5 mm2).
Werking op 380-415V2N∼ of 220­240V2N∼: gebruik een 4 polige kabel
van het type H05RR-F (kabel van 4 x 4 mm2).
Werking op 220-240V∼: gebruik een driepolige kabel van het type H05RR-F (kabel van 3 x 6 mm2).
Het uiteinde dat verbonden moet worden met het apparaat moet een (geel-groene) aardingsdraad hebben die minstens 20 mm langer is.
De aansluiting moet worden gecompleteerd door een vijfpolige stekker met het juiste vermogen (zie het gegevensplaatje), of, voor de werking op 220-240V, een driepolige stekker. De stekker en het stopcontact in de muur moeten van hetzelfde type zijn (in overeenstemming met de geldende normen). Het apparaat moet beslist geaard zijn. Vergewis u er voor het tot stand brengen van de aansluiting van, dat de voedingslijn naar behoren geaard is. Gebruik geen reducties, adapters of omleidingen.
Voor persoonlijk letsel of materiële schade, veroorzaakt door het veronachtzamen van bovenstaande voorschriften of door onklaar maken van een afzonderlijk deel van het apparaat: de fabrikant wijst
elke aansprakelijkheid af.

2.2 Nivellering

Zet het apparaat waterpas door middel van de vier verstelbare pootjes. Draai voor deze regeling de borgmoer los en schroef het pootje los. De uitslag van de stelschroef bedraagt 10 mm.
62
Instructies Voor de Gebruiker

3. BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGEN

3.1 Het frontpaneel

Alle bedieningen en controles van het fornuis zitten bij elkaar op de voorzijde.
Na een stroomuitval of bij de ingebruikneming van de met een analoge digitale timer uitgeruste modellen moet u de middelste toets 1 / 2 sec. lang ingedrukt houden om de oven voor het koken klaar te maken.
BESCHRIJVING VAN DE SYMBOLEN
OVENTHERMOSTAAT
OVENFUNCTIES
KOOKZONE LINKSVOOR
KOOKZONE LINKSACHTER
CENTRALE KOOKZONE
KOOKZONE RECHTSACHTER
KOOKZONE RECHTSVOOR
THERMOSTAATKNOP
De bereidingstemperatuur wordt gekozen door de kop met de klok mee op de gewenste temperatuur te draaien, tussen 50° en 250°C. Als het controlelampje gaat branden, wil dat zeggen dat de oven wordt opgewarmd. Als het lampje uitgaat wil dat zeggen dat de ingestelde temperatuur is bereikt. Als het lampje regelmatig knippert betekent dat, dat de temperatuur in de oven constant op het ingestelde niveau gehouden wordt.
CONTROLELAMPJE WERKING KOOKPLAAT (A)
Als het controlelampje A brandt, wil dat zeggen dat één of meer kookzones in werking zijn. Als alle knoppen op nul staan, is het controlelampje uit.
63
Instructies Voor de Gebruiker
FUNCTIEKEUZEKNOP
Draai de knop om één van de volgende functies te kiezen:
GEEN FUNCTIE INGESTELD
VERWARMINGSELEMENT BOVEN EN ONDER
VERWARMINGSELEMENT ONDER + VENTILATIE
OND. VERWARMINGSELEMENT + GEVENTILEERD
VERWARMINGSELEMENT VERWARMINGSELEMENT BOVEN EN ONDER + VENTILATIE GRILL-ELEMENT
GEVENTILEERD
VERWARMINGSELEMENT +
VENTILATIE
ONTDOOIEN
GRILL-ELEMENT + VENTILATIE
BEDIENINGSKNOP KOOKPLAAT
Normale werking
Bij elke knop is een cirkel afgebeeld die de positie aangeeft van de kookzone die in werking gezet wordt. De verwarming wordt geregeld door op de knop te drukken en hem op de gewenste stand tussen 1 en 9 te zetten. De instelling is progressief, dus alle tussenliggende standen kunnen worden gebruikt. De kookzone wordt uitgezet door de knop terug te brengen in de stand 0.
Dubbele verwarming
Bij elke knop is een cirkel afgebeeld die de positie aangeeft van de kookzone die in werking gezet wordt. De verwarming binnen de kleine diameter wordt geregeld door op de knop te drukken en hem in één van de standen tussen 1 en 9 te zetten.
De verwarming van beide zones wordt ingeschakeld door de knop op het symbool
o te draaien; als de knop wordt losgelaten, keert hij terug in stand 9. Draai voor de instelling van de verwarming de knop tegen de klok in in de gewenste positie. De verwarming wordt teruggebracht tot alleen de kleine diameter, als de knop in de stand 0 en vervolgens in een stand tussen 1 en 9 wordt gedraaid De verwarming wordt uitgezet door de knop terug te draaien in de stand 0.
64
Instructies Voor de Gebruiker

3.2 Analoge elektronische klok

LIJST VAN FUNCTIES
DRUKKNOP KOOKWEKKER
DRUKKNOP EINDE KOOKTIJD
INSTELLEN VAN DE TIJD EN RESET
DRUKKNOP WAARDEAFNAME
DRUKKNOP WAARDETOENAME

3.2.1 Instellen van de juiste tijd

Bij de eerste ingebruikneming van de oven, of na een stroomuitval, zal de display met regelmatige tussenpozen knipperen. Als u toets
1 / 2 seconden lang ingedrukt houdt, zal de display ophouden met knipperen en kunt u beginnen met het instellen van de juiste tijd. Als u de
waardeveranderingstoetsen
of indrukt zal met iedere afzonderlijke druk de tijdsinstelling met 1 minuut toe- of afnemen. Druk één van de waardeveranderingstoetsen in tot de juiste tijd verschijnt. 6/7 Seconden nadat u voor het laatst heeft gedrukt zal de klok vanaf de ingestelde tijd starten.
Het geluidssignaal dat u na het aflopen van ieder programmering hoort bestaat uit 8 akoestische signalen die 3 tot 4 keer zullen worden herhaald, met tussenpozen van circa anderhalve minuut. U kunt het geluidssignaal op ieder willekeurig moment onderbreken door het indrukken van een willekeurige toets.
65
Instructies Voor de Gebruiker

3.2.2 Kookwekker

Deze functie zal het koken niet onderbreken maar uitsluitend het geluidssignaal doen afgaan.
- Als u toets
verlicht en eruit zien als in fig. 1;
- U moet binnen 6/7 seconden de toetsen
indrukken om de timer van de kookwekker in te stellen. Bij elke druk zal 1 extern segment dat 1 kookminuut weergeeft oplichten of uitgaan. (in figuur 2 ziet u een kooktijd van 10 minuten afgebeeld).
- 6/7 Minuten na de laatste druk zal het aftellen beginnen, na voltooiing waarvan het geluidssignaal zal afgaan.
- Tijdens het aftellen kunt u de juiste tijd weergeven door 1 maal toets
drukken. Als u nogmaals drukt verschijnt de display van de kookwekker weer.
- Na voltooiing van het aftellen moet u de oven met de hand uitschakelen door de thermostaat en de functieschakelaar op 0 te zetten.
indrukt zal de display worden
of
in te
1
2
66
Instructies Voor de Gebruiker

3.2.3 Programmering

Duur van de kooktijd: met de 2° drukknop
kooktijd instellen. Alvorens deze in te stellen moet u de thermostaat op de voor het koken gewenste temperatuur en de functiekeuzeknop in een willekeurige stand zetten. Om de duur van de kooktijd in te stellen moet u als volgt te werk gaan:
- Houd toets
de wijzer zal op 12 uur gaan staan (Fig. 1).
- Met de drukknoppen
van de kooktijd instellen. iedere druk op toets
voegt 1 minuut toe aan de duur van de kooktijd en om de 12 minuten zal een nieuw intern segment oplichten (in figuur 2 wordt een duur van 1 uur afgebeeld).
- Zodra de gewenste duur is bereikt zal, circa 6 seconden na de laatste druk op de toetsen of , het koken starten .
- Als het koken eenmaal is gestart verschijnen op de display de juiste tijd, weergegeven met ononderbroken brandende segmenten, en de voor het koken resterende minuten, weergegeven met knipperende segmenten (ieder knipperend segment verwijst naar 12 minuten resterende kooktijd).
- Als het eind van de kooktijd is bereikt zal de timer de warmte­elementen van de oven uitschakelen, zal het geluidssignaal afgaan en zullen de cijfers op de display gaan knipperen.
- U kunt ook de duur annuleren door het ingestelde programma te resetten. Als u de middelste toets
ingedrukt houdt, wordt de ingestelde duur geannuleerd en moet u de oven met de hand uitschakelen.
Let op: U kunt de duur van een kooktijd tot maximaal 6 uur instellen.
1 tot 2 seconden lang ingedrukt;
en kunt u de duur
namelijk 1 of 2 seconden lang
kunt u de duur van de
1
2
67
Instructies Voor de Gebruiker
Begin van het koken: u kunt, naast de duur van de kooktijd, ook het starttijdstip
van het koken instellen (met een uitstel van maximaal 12 uur ten opzichte van de juiste tijd). Om het begin- of eindtijdstip van de kooktijd in te stellen moet u als volgt te werk gaan:
- Stel de duur van de kooktijd in, zoals beschreven in de voorgaande paragraaf.
- Binnen 6/7 seconden vanaf de laatste druk op de toetsen
of moet u
toets opnieuw indrukken om het begintijdstip van het koken in te stellen. Op de display zal de juiste tijd verschijnen waarop de interne segmenten, die verwijzen naar het eind van de kooktijd verlicht zullen zijn. Met behulp van de
toetsen
en kunt u het begintijdstip van het koken instellen.
- 6/7 Seconden na de laatste druk, verschijnt op de display de juiste tijd, en het begin- en het eindtijdstip van het koken, welke door verlichte interne segmenten zullen worden weergegeven . Zolang de juiste tijd niet overeenstemt met het begintijdstip van het koken, zullen de segmenten op de display ononderbroken branden; zodra de juiste tijd overeenstemt met het ingestelde begintijdstip zullen alle interne segmenten gaan knipperen ter indicatie dat het koken in de oven is begonnen.
- Op het eind van de kooktijd zal de timer de warmte-elementen van de oven uitschakelen, zal het geluidssignaal afgaan en zullen de cijfers op de display gaan knipperen.
- Om het hele ingestelde programma te resetten moet u de middelste toets
1 of 2 seconden lang ingedrukt houden: als het koken al is begonnen zult
u de oven met de hand moeten uitschakelen.
- In de afbeelding hiernaast ziet een programmeringsvoorbeeld: de juiste tijd is 7:06, het begin van de kooktijd is geprogrammeerd voor 8 uur en het eind op 9 uur.
- Zodra het 8 uur is zullen de interne segmenten tussen 8 en 9 uur gaan knipperen en zal de uren wijzer ononderbroken blijven branden.
Let op: om de oven na de bovenstaand beschreven programmering te laten starten moeten de thermostaat en de functiekeuzeschakelaar als gewoonlijk in de standen voor de gewenste temperatuur en functie worden gezet

3.2.4 "DEMO" functie

De modellen die uitgerust zijn met een analoge/digitale programmeereenheid is een "DEMO" functie voorzien, die de weerstanden uitschakelt en de andere functies ongewijzigd laat. Om deze functie in te
schakelen, moet u achtereenvolgens op de toetsen
, , en drukken voor 3/4 seconde. Een bevestigend geluidssignaal informeert de gebruiker dat de functie ingeschakeld is. Wanneer de “DEMO” functie
68
Instructies Voor de Gebruiker
actief is, knippert het nummer 6 op de klok met regelmatige intervals Om de functie uit te schakelen, moet u dezelfde procedure volgen.
69
Instructies Voor de Gebruiker

4. GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT

4.1 Kookzones

Het apparaat heeft 5 kookzones met verschillende diameters en vermogens. Hun positie wordt duidelijk aangegeven door cirkels en de warmte wordt afgebakend binnen de diameters die op het glas getekend zijn.
De 5 kookzones zijn van het type HIGH-LIGHT, zij gaan na enkele seconden aan en de verwarming kan worden geregeld via de knop op het frontpaneel, van een minimumstand 1 tot een maximum van 9.
De kookzones met twee concentrische cirkels (
) en met cirkel +
visplaat ( ) hebben een dubbele verwarming: binnen de kleine diameter, of binnen beide diameters.
De vijf lampjes aan de voorzijde tussen de kookzones gaan branden wanneer één of meer kookzones warmer zijn dan 60°C.
Door deze inrichting kan men weten, na het gebruik van de plaat, of er in één of meer kookzones nog een temperatuur boven 60°C is. De lampjes doven pas wanneer de temperatuur onder de circa 60° is gedaald.
Wanneer de plaat voor het eerst wordt gebruikt, is het wenselijk hem voldoende lang op de maximum temperatuur te verwarmen om eventuele olieachtige fabricageresten, die het voedsel een onaangename reuk zouden kunnen geven, te verbranden.
Voor een goed rendement en een juist energieverbruik mogen alleen pannen worden gebruikt die geschikt zijn voor gebruik op elektrische kookplaten:
de bodem van de pannen moet erg dik en perfect vlak zijn en moet bovendien schoon en droog zijn, zoals ook de kookplaat zelf.
Gebruik geen gietijzeren pannen of pannen met een ruwe bodem, want die zouden het oppervlak van de kookplaat kunnen krassen.
De diameter van de bodem van de pannen moet gelijk zijn aan de diameter van de cirkel op de kookzones; als zij niet overeenkomen, betekent dat energieverspilling.
70
STAND KNOP
1
2-3
4-5
6
7-8
9
Instructies Voor de Gebruiker
Let erop dat er geen suiker of zoete stoffen op de kookplaat gemorst worden, en zet er geen materialen of stoffen op die zouden kunnen smelten (kunststof of aluminiumfolie); gebeurt dat wel, zet dan de plaat onmiddellijk uit om de toestand van het oppervlak niet verder aan te tasten, en maak hem schoon met het bijgeleverde schrapertje terwijl de plaat nog lauw is.
Als de glaskeramische plaat niet onmiddellijk schoon gemaakt wordt, bestaat het risico voor afzettingen die niet meer verwijderd kunnen worden als de plaat eenmaal afgekoeld is.
Belangrijk!
Houd kinderen in de gaten, want zij kunnen moeilijk de brandende lampjes van de restwarmte zien. Na het gebruik blijven de kookzones nog bepaalde tijd erg warm, ook als de zones uitgezet zijn.
Zorg dat kinderen er niet hun handen op leggen.

4.2 Tabel met richtlijnen voor de bereiding

In de volgende tabel zijn de standen van de bedieningsknoppen van de kookplaat vermeld, die het type voedsel dat bereid moet worden aangeven. De waarden kunnen variëren op grond van de hoeveelheid voedsel en van de smaak van de consument.
TYPE VOEDSEL
OM BOTER, CHOCOLADE EN DERGELIJKE TE SMELTEN.
OM VOEDSEL TE VERWARMEN, KLEINE HOEVEELHEDEN WATER AAN DE KOOK TE HOUDEN, OM SAUZEN MET EIDOOIERS OF BOTER TE KLOPPEN.
OM VASTE EN VLOEIBARE VOEDINGSMIDDELEN TE VERWARMEN, WATER AAN DE KOOK TE HOUDEN, DIEPVRIESPRODUCTEN TE ONTDOOIEN, VOOR OMELETTEN VAN 2-3 EIEREN, GERECHTEN FRUIT EN GROENTE, VERSCHILLENDE BEREIDINGEN.
STOVEN VAN VLEES, VIS, GROENTEN, GERECHTEN MET MEER OF MINDER WATER, BEREIDING VAN JAM ENZ..
GEBRADEN VLEES OF VIS, BIEFSTUK, LEVER, GESTOOFD VLEES EN VIS, EIEREN, ENZ.
FRITUREN VAN AARDAPPELEN ENZ., SNEL AAN DE KOOK BRENGEN VAN WATER.
71
Instructies Voor de Gebruiker

5. GEBRUIK VAN DE OVEN

5.1 Verwittigingen en algemene raadgevingen

Wanneer men de oven voor de eerste keer gebruikt, is het aangeraden de oven te verwarmen op zijn maximum temperatuur (250°C) gedurende voldoende tijd om eventuele olieachtige fabricatieresten te verbranden die een onaangename geur aan de gerechten zouden kunnen geven. Na een stroomuitval of bij de ingebruikneming van de met een analoge digitale timer uitgeruste modellen moet u de middelste toets 1 / 2 sec. lang ingedrukt houden om de oven voor het koken klaar te maken. Voor de regeling verwijzen we naar paragraaf "5.2 Analoge elektronische klok“.
Bedek, tijdens het koken, de bodem van de oven niet met aluminiumfolie of vergelijkbare materialen en plaats er geen pannen of ovenschotels op om beschadigingen van het email te voorkomen. Bij gebruik van ovenpapier moet u ervoor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de oven er niet door wordt beïnvloed.
Teneinde te voorkomen dat de eventuele damp binnen in de oven last veroorzaakt, de ovendeur in twee ogenblikken openen: de deur half open houden (ongeveer 5 cm.) gedurende 4-5 seconden, en ze daarna volledig openen. Indien het nodig is de gerechten tijdens het koken te behandelen, moet men de ovendeur zo kort mogelijk open laten teneinde te vermijden dat de temperatuur binnen in de oven afkoelt zodanig dat een goede afloop van het koken risico loopt.

5.2 Ovenverlichting

Wordt ingeschakeld door de functiekeuzeschakelaar op een willekeurige stand te zetten.

5.3 Opbergruimte

Aan de onderzijde van het fornuis vindt u, onder de oven, de opberglade. Trek aan de onderkant van het deurtje om hem te openen. Om het reinigen te vereenvoudigen, kunt u de opberglade volledig onder de oven uittrekken. Trek hem er helemaal uit en til hem bij de voorkant naar boven (net als bij een gewone lade). Bewaar er beslist geen ontvlambare materialen zoals doeken, papier e.d. in, maar eventueel alleen de metalen accessoires van het apparaat.
Open het bergvak niet als de oven brandt of nog heet is. Deze ruimte kan van binnen namelijk erg heet worden.
72
Instructies Voor de Gebruiker
6. VERKRIJGBARE ACCESSOIRES
De oven beschikt over 4 richels om de braadsleden en de grillen op verschillende hoogten te plaatsen.
Grill in roestvrij staal: voor de bereiding van gerechten in schotels, taarten van kleine omvang, gebraden en gerechten die een delicaat grillen vereisen.
Rooster voor ovenschaal: kan boven op een ovenschaal worden gelegd voor het bereiden van voedsel dat vloeistof kan verliezen.
Ovenschaal: nuttig voor het opvangen van vet dat afkomstig is van voedsel dat op het rooster erboven is gelegd.
Gebakschaal: voor taarten, pizza’s en ovengebak.
Spit: nuttig voor het bereiden van kip, saucijzen en al het andere voedsel waarbij een gelijkmatige bereiding van het oppervlak vereist wordt.
Steunen van het spit: moeten in de openingen van de ovenschaal worden gestoken, voordat het spit gebruikt wordt.
Accessoires op verzoek
Via de Geautoriseerde Servicecentra is het mogelijk de sokkel en zelfreinigende panelen van de oven aan te vragen.
73
Instructies Voor de Gebruiker

7. ADVIEZEN VOOR DE BEREIDING

Wij raden aan om bij het voorverwarmen de geventileerde stand te gebruiken en de temperatuur altijd 30/40°C hoger dan de kooktemperatuur in te stellen. Dit zal de kooktijden aanzienlijk verkorten, het energieverbruik verminderen en de kookresultaten verbeteren.
De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven.

7.1 Traditionele bereidingen

SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET KEUZE TUSSEN 50 - 250°C
Dit klassieke bereidingssysteem, met warmte die van beneden naar boven gaat, is geschikt voor het bereiden van voedsel op één hoogte. Verwarm de oven voor totdat de ingestelde temperatuur bereikt wordt en zet het voedsel pas in de oven als het controlelampje van de thermostaat gedoofd is. Het is mogelijk om ingevroren vlees rechtstreeks in de oven te zetten, zonder het eerst te laten ontdooien. Alleen moeten dan wel temperaturen van 20°C lager worden gekozen en bereidingstijden van 1/4 langer dan die voor vers vlees. Erg vet vlees kan in de nog koude oven worden gezet.
Schotels met een hoge rand gebruiken teneinde te voorkomen dat het spatten de wanden van de oven bevuilt.
74
Instructies Voor de Gebruiker

7.2 Bereiding met hete lucht

SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET KEUZE TUSSEN 50 - 250°C
Dit systeem is geschikt voor het bereiden van voedsel op verschillende hoogten in de oven, ook voor verschillende types voedsel (vis, vlees, enz.) zonder dat er smaak of geur wordt overgedragen. De luchtcirculatie in de oven verzekert een gelijkmatige verdeling van de warmte. Voorverwarming is niet nodig.
Het koken op verschillende richels is mogelijk mits de kooktemperaturen van de verschillende gerechten overeenstemmen.

7.3 Grillen

SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT OP MAXIMUM
Hiermee kan voedsel snel goudbruin worden gebakken. Het wordt geadviseerd de schaal in de bovenste geleider te schuiven. Voor korte bereidingen en bij kleine hoeveelheden kan het rooster het beste in de derde geleider van beneden af worden geplaatst. Voor langere bereidingstijden en grillen dient het rooster op de lagere geleiders te worden geschoven, afhankelijk van de stukgrootte. De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven.
De deur van de oven moet tijdens het gebruik van de grill gesloten blijven. Het gebruik van de grill met een geopende ovendeur zal de oven onherroepelijk kunnen beschadigen en het veilige gebruik ervan in gevaar kunnen brengen.
75
Instructies Voor de Gebruiker

7.4 Grillen met warme lucht

SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET KEUZE TUSSEN 50° EN 250°C
Maakt een gelijkmatige verdeling van de warmte en een beteren penetratie in de diepte mogelijk. Het voedsel krijgt een lichtbruin korstje, terwijl het binnenste zacht blijft. De ovendeur moet tijdens de bereiding
gesloten blijven. De verwarmingstijd mag niet langer zijn dan 60 minuten.
De deur van de oven moet tijdens het gebruik van de grill gesloten blijven. Het gebruik van de grill met een geopende ovendeur zal de oven onherroepelijk kunnen beschadigen en het veilige gebruik ervan in gevaar kunnen brengen.

7.5 Ontdooien

SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT OP STAND 0
76
De luchtverplaatsing op omgevingstemperatuur zorgt voor snelle ontdooiing van het voedsel.
Het ontvriezen op kamertemperatuur biedt het voordeel dat de smaak en het uitzicht van de voedingswaren niet gewijzigd wordt.
Instructies Voor de Gebruiker

7.6 Bereiding aan het spit

SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT OP MAXIMUM
Bereid het spit met het voedsel voor door de schroeven A van de vorken te blokkeren. Steek de frames B in de gaten in het bakje F. het spit van het braadstuk zodanig plaatsen dat de katrol E op de steun voor het spit B blijft. Steek de schaal volledig in de oven tot de punt van de spies tegenover gat C staat. Nu moet u, door het frame B te laten kantelen, de punt van de spies van het draaispit in bus C van de aandrijving van het draaispitmotortje in de zijwand van de oven steken. Giet wat water in de schaal om rookvorming te voorkomen. De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven.
Regelmatige intermittenties van de seinlamp van de thermostaat tijdens het bakken zijn normaal en duiden het behouden aan van een constante temperatuur binnen in de oven.
LET OP: de frames B moeten worden gemonteerd zoals afgebeeld in de tekening hiernaast.
77
Instructies Voor de Gebruiker

7.7 Tabellen met aangeraden kookwijzen

De kooktijden, in het bijzonder voor vleesgerechten, zijn verschillend naargelang de dikte en de kwaliteit van het voedsel en zijn tevens afhankelijk van de smaak van de verbruiker.
STAND RICHEL
HOOFDSCHOTELS
LASAGNE PATES IN DE OVEN
VLEES
KALFSGEBRAAD RUNDSGEBRAAD VARKENSGEBRAAD KIP EEND GANS - KALKOEN KONIJN SCHAPEBOUT GEBRADEN VIS 1 - 2 170 - 200 VOLGENS
PIZZA 1 - 2 210 - 240 40 - 45
PATISSERIE
SCHUIMGEBAK ZANDDEEG CAKE LANGE VINGERS BRIOCHES FRUITTAARTEN
VAN ONDER AF
TRADITIONEEL KOKEN
TEMPERATUUR (°C) TIJD IN
2 - 3 2 - 3
2 2 2 2 2 2 2 1
1 - 2 1 - 2 1 - 2 1 - 2 1 - 2 1 - 2
210 - 230 210 - 230
170 - 200 210 - 240 170 - 200 170 - 200 170 - 200 140 - 170 170 - 200 170 - 200
50 - 70
170 - 200
165
150 170 - 200 170 - 200
MINUTEN (*)
30 40
30 - 40 / KG. 30 - 40 / KG. 30 - 40 / KG.
45 - 60 45 - 60 45 - 60 50 - 60
15 / KG.
GROOTTE
60 - 90 15 - 20 35 - 45 30 - 50 40 - 45 20 - 30
(*) = MET VOORVERWARMDE OVEN
STAND RICHEL
AAN DE ENE KANT AAN DE ANDERE KANT VARKENSCOTELETTEN VARKENSFILET RUNDSFILET LEVERSNEDEN KALFSLAPJES HALVE KIP WORSTEN GEHAKTBALLEN VISFILET TOAST
KOKEN MET DE GRILL
VAN ONDER AF
4 3 3 4 4 3 4 4 4 4
TIJD IN MINUTEN
7 - 9 9 - 11 9 - 11
2 - 3
7 - 9 9 - 14
7 - 9
7 - 9
5 - 6
2 - 4
5 - 7 5 - 9
9 - 11
2 - 3 5 - 7
9 - 11
5 - 6 5 - 6 3 - 4 2 - 3
78
Instructies Voor de Gebruiker
STAND RICHEL
HOOFDSCHOTELS
LASAGNE PATES IN DE OVEN RIJST OP CREOOLSE WIJZE
VLEES
KALFSGEBRAAD VARKENSGEBRAAD RUNDSGEBRAAD RUNDSFILET LAMSGEBRAAD ROAST-BEEF GEBRADEN KIP GEBRADEN EEND GEBRADEN KALKOEN GEBRADEN KONIJN GEBRADEN HAAS GEBRADEN DUIF VIS 2 - 3 150 - 170 VOLGENS GROOTTE PIZZA 2 - 3 210 - 240 30 - 50
ZOETIGHEDEN (PATISSERIE)
CAKE FRUITTAARTEN BISCUIT BRIOCHE STRUDEL PUDDING MET LANGE VINGERS BROOD TOAST
KOKEN MET WARME LUCHT
VAN ONDER AF
2 2 2
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
2 - 3 2 - 3 2 - 3 2 - 3 1 - 2 2 - 3 2 - 3 1 - 2
TEMPERATUUR (°C) TIJD IN MINUTEN
190 - 210 190 - 210 190 - 220
150 - 170 150 - 160 160 - 170 160 - 180 130 - 150 170 - 180
170 160 - 170 150 - 160 150 - 160 160 - 170 140 - 170
150 - 170 170 - 190 190 - 220 160 - 170
150 160 - 170 190 - 210 220 - 240
20 - 25 25 - 30 20 - 25
65 - 90
70 - 100
65 - 90 35 - 45
100 - 130
40 - 45
70 - 90 100 - 160 160 - 240
80 - 100
30 - 50
15 - 25
35 - 45
40 - 50
25 - 35
40 - 60
25 - 35
30 - 40
40
7
79
Instructies Voor de Gebruiker

8. REINIGING EN ONDERHOUD

8.1 Reiniging van het glaskeramische plaat

Voor alle werkzaamheden moet de elektrische voeding van het apparaat worden uitgeschakeld.
Het glaskeramische plaat moet regelmatig worden schoongemaakt, het liefst na elk gebruik, wanneer de lampjes van de restwarmte gedoofd zijn.
Eventuele lichtgekleurde sporen die veroorzaakt zijn door pannen met een aluminium bodem, kunnen worden verwijderd met een in azijn vochtig gemaakte doek. Als er na het gebruik van de kookplaat verbrande resten achterblijven, dienen deze te worden verwijderd met het bijgeleverde schrapertje. Afnemen met water en goed drogen met een schone doek. Als het schrapertje constant gebruikt wordt, wordt het gebruik van chemische producten voor de dagelijkse reiniging van de plaat aanzienlijk teruggebracht.
Gebruik in geen geval schurende of corrosieve middelen (bijv. producten in poedervorm, ovensprays, vlekkenmiddelen en metalen sponsjes).

8.2 Reiniging van het roestvrij staal

8.2.1 Gewone dagelijkse reiniging

Gebruik voor het schoonmaken en conserveren van de roestvrij stalen oppervlakken altijd specifieke producten die geen schurende of zure stoffen op chloorbasis bevatten. Gebruikswijze: giet het product op een vochtige doek en maak hiermee het oppervlak schoon, nauwkeurig afnemen en drogen met een zachte doek of een zeem van damhertenleer.

8.2.2 Voedselvlekken of -restanten

Gebruik beslist geen metalen sponsjes of scherpe schrapers, om de oppervlakken niet te beschadigen. Gebruik normale producten voor staal, niet schurend, en maak eventueel gebruik van houten of kunststof werktuigen. Nauwkeurig afnemen en drogen met een zachte doek of een zeem van damhertenleer. Zorg ervoor dat er in de oven geen etensresten op suikerbasis (bijv. jam) opdrogen. Als deze substanties te lang opdrogen in de oven zouden ze de emailbekleding van de binnenkant van de oven kunnen beschadigen.
80
Instructies Voor de Gebruiker

8.3 Reiniging van de oven (zonder zelfreinigende panelen)

Om de oven in goede staat te houden, moet hij regelmatig worden schoongemaakt, nadat hij is afgekoeld. Haal alle delen die verwijderd kunnen worden, weg. Verwijder de zijgeleiders door de ringmoer A los te schroeven en hem uit de opening aan de achterkant B te halen.
Maak de ovenroosters en de geleiders aan de zijkanten schoon met warm water en niet-schurende reinigingsmiddelen, neem hen af en maak hen droog.
81
Instructies Voor de Gebruiker

8.3.1 Zelfreinigende Panelen

De oven is uitgerust met panelen met continu zelfreinigend email. Dergelijke panelen maken het schoonmaken van de oven veel eenvoudiger en u bent verzekerd van een langdurige goede werking.

8.3.2 Gebruik van de zelfreinigende panelen

Om alle voedselresten en onprettige luchtjes uit de binnenkant van de oven te verwijderen wordt het aanbevolen om van tijd tot tijd het apparaat 30 tot 60 minuten lang leeg te laten werken op een temperatuur van minimaal 200°C. Dit zal de zelfreinigende panelen in staat stellen om de aanwezige resten te verbranden die, als de oven is afgekoeld, met een vochtige spons kunnen worden verwijderd.

8.3.3 Onderhoud van de zelfreinigende panelen

Voor het schoonmaken van de zelfreinigende panelen raden wij het gebruik van schuurmiddelen en gewone detergenten af. Beperk u tot een vochtige doek om de bijzondere karakteristieken van het email dat de panelen bedekt niet aan te tasten.

8.3.4 Demontage van de zelfreinigende panelen

Verwijder alle accessoires uit de ovenruimte en ga als volgt te werk:
1. Verwijder de roosters aan de zijkant (fig. 1);
2. Trek de zijpanelen “F” en “G” eruit (fig. 2);
3. Verwijder het paneel aan de achterkant “A” na eerst de ring met schroefdraad “C” te hebben losgedraaid (fig. 2);
4. Plaats de panelen weer terug in de oorspronkelijke stand.
82
1)
2)

8.4 Ruit van de deur

Het wordt geadviseerd deze altijd goed schoon de houden. Gebruik absorberend keukenpapier of was de ruit, in geval van hardnekkig vuil, met een vochtige spons en een gewoon reinigingsmiddel.
Instructies Voor de Gebruiker

9. BUITENGEWOON ONDERHOUD

De oven vereist zo nu en dan kleine onderhoudsingrepen of vervanging van onderdelen die onderhevig zijn aan slijtage, zoals pakkingen, lampjes, enz. Hier volgen de specifieke instructies voor alle ingrepen van deze aard.
Voor de werkzaamheden moet altijd de elektrische voeding naar het apparaat worden uitgeschakeld.

9.1 Vervanging van het lampje van de verlichting

Het beschermingsdeksel A wegnemen. door het los te vijzen tegen de wijzers van de klok in, de lamp B vervangen met een andere van hetzelfde type. Het beschermingsdeksel A terugplaatsen.
Uitsluitend lampen voor ovens gebruiken (T 300°C).
83
Instructies Voor de Gebruiker

9.2 Demontage van de deur

Open de deur volledig en steek de (geleverde) pinnen in de gaten aan de binnenkant. Sluit de deur in een hoek van circa 45°, til hem op en trek hem uit zijn behuizing. Om hem weer terug te monteren moet u de scharnieren in de speciale gleuven laten vallen, de deur laten zakken en de pinnen weghalen. Wanneer de pinnen zijn zoekgeraakt kunt u ook twee schroevendraaiers gebruiken.

9.3 Pakking ovendeur

De pakking van de deur kan worden verwijderd om de ovens accuraat schoon te maken. Alvorens de pakkingen te verwijderen moeten de ovendeuren worden gedemonteerd zoals eerder beschreven. Til, als de deur verwijderd is, de lipjes op de hoeken op, zoals te zien is op de afbeelding.
84
914772246/ C
Loading...