SMEG A1-9 User Manual [nl]

NL
Inhoudsopgave
1 Waarschuwingen 389
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen 389
1.2 Beoogd gebruik 393
1.3 Aansprakelijkheid van de fabrikant 393
1.5 Typeplaatje 394
1.6 Verwerking 394
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing 395
2 Beschrijving 396
2.1 Algemene beschrijving 396
2.2 Bedieningspaneel 397
2.3 Kookplaat 398
2.4 Andere onderdelen 398
2.5 Beschikbare accessoires 399
3 Gebruik 401
3.1 Waarschuwingen 401
3.2 Voorzorgsmaatregelen 402
3.3 Eerste gebruik 402
3.4 Gebruik van de accessoires 403
3.5 Het gebruik van de kookplaat 406
3.6 Gebruik van de bergruimte 407
3.7 Het gebruik van de oven 408
3.8 Advies voor bereidingen 417
3.9 Speciale functies 418
3.10Programma’s 427
3.11Eigen recepten 437
3.12Instellingen 443
VERTALING VAN DE ORIGINELE INSTRUCTIES
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
387
Inhoudsopgave
4 Reiniging en onderhoud 448
4.1 Waarschuwingen 448
4.2 Reiniging van de kookplaat 448
4.3 Reiniging van de ovenruimte 449
4.4 Vapor Clean (enkel op sommige modellen) 453
4.5 Pyrolyse (enkel op sommige modellen) 456
4.6 Demontage van de deur 460
4.7 Reiniging van de ruiten van de deur 460
4.8 Buitengewoon onderhoud 463
5 Installatie 466
5.1 Gasaansluiting 466
5.2 Plaatsing 476
5.3 Elektrische aansluiting 480
5.4 Voor de installateur 482
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
388
Waarschuwingen
NL
1Waarschuwingen
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen
Persoonlijk letsel
• Het apparaat en de bereikbare
delen ervan worden heel warm tijdens het gebruik. Raak geen verwarmingselementen aan tijdens gebruik van het apparaat.
• Bescherm de handen met
ovenwanten bij het hanteren van voedsel in de ovenruimte.
• Probeer geen vlammen/brand te
doven met water: schakel het apparaat uit en bedek het vuur met een deksel of een brandwerende deken.
• Gebruik van dit apparaat door
kinderen vanaf 8 jaar, personen met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale capaciteiten of met een gebrek aan ervaring of kennis is alleen toegestaan onder toezicht en begeleiding van volwassenen die verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
• Laat kinderen niet spelen met het
apparaat.
• Houd kinderen jonger dan 8 jaar die niet onder toezicht staan verwijderd van het apparaat.
• Houd kinderen van jonger dan 8 jaar uit de buurt wanneer het apparaat in werking is.
• Werkzaamheden voor schoonmaak en onderhoud van het apparaat mogen niet worden uitgevoerd door kinderen die niet onder toezicht staan.
• Controleer of de vlamverdelers met de respectievelijke deksels correct in de zittingen gepositioneerd zijn.
• Let op voor de snelle verwarming van de kookzones. Plaats geen lege potten of pannen op de ingeschakelde plaat. Gevaar op oververhitting.
• Vetten en oliën kunnen vlam vatten als ze oververhit raken. Het is aanbevolen bij het apparaat te blijven tijdens de voorbereiding van voedsel dat olie of vet bevat. Als de oliën of vetten vlam zouden vatten, mag geen water gebruikt worden om te blussen. Plaats het deksel op de pan en schakel de kookzone uit.
389
Waarschuwingen
• Het kookproces moet altijd bewaakt worden. Een kort kookproces moet voortdurend bewaakt worden.
• Tijdens het gebruik geen metalen voorwerpen zoals vaatwerk of bestek op het oppervlak van de kookplaat plaatsen omdat deze oververhit zouden kunnen raken.
• Plaats geen metalen en puntige voorwerpen (bestek of gereedschappen) in de spleten van het apparaat.
• Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen.
• Houd de deur dicht tijdens de bereiding.
• Als er bewerkingen nodig zijn aan de etenswaren of aan het einde van de bereiding, opent u een aantal seconden lang de deur 5 centimeter, zodat de stoom ontsnapt. Vervolgens kunt u de deur volledig openen.
• Open de bergruimte (indien aanwezig) niet wanneer de oven ingeschakeld of warm is.
• Voorwerpen in de bergruimte kunnen heel heet zijn na gebruik van de oven.
• Geen ontvlambare materialen gebruiken of bewaren in de bergruimte (indien aanwezig) of in de nabijheid van het apparaat.
• Gebruik geen spuitbussen in de buurt van het apparaat terwijl het werkt.
• Na gebruik het apparaat uitschakelen.
• Voer geen wijzigingen uit op het apparaat.
• Voorafgaand aan iedere ingreep op het apparaat (installatie, onderhoud, plaatsing of verplaatsing) moet u altijd zorgen voor persoonlijke beschermingsmiddelen.
• Voorafgaand aan iedere ingreep op het apparaat moet de algemene elektrische voeding gedeactiveerd worden.
• Laat de installatie en technische interventies uitvoeren door gekwalificeerd personeel overeenkomstig de geldende normen.
• Probeer nooit om zelf het apparaat te repareren, zonder tussenkomst van een gekwalificeerde technicus.
• Trek nooit aan de kabel om de stekker uit het stopcontact te halen.
• Als de stroomkabel beschadigd is, moet men onmiddellijk contact opnemen met de technische dienst die voor de vervanging van de kabel zal zorgen.
390
Waarschuwingen
NL
Beschadiging van het apparaat
• Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Gebruik eventueel houten of plastic gereedschappen.
• Roosters en ovenschalen moeten in de zijgeleiders worden geplaatst tot ze niet verder kunnen. De mechanische veiligheidsblokkeringen die de verwijdering van de roosters voorkomen moeten naar beneden en naar de achterzijde van de ovenruimte gericht zijn.
• Ga niet op het apparaat zitten.
• Gebruik geen stoomstraal om het apparaat te reinigen.
• Zorg er voor dat de openingen en de spleten voor de ventilatie en de warmte-afvoer niet verstopt raken.
• Laat het apparaat niet onbeheerd achter tijdens bereidingen waarbij vetten en oliën vrijkomen die bij heet worden vlam kunnen vatten. Wees heel voorzichtig
• Laat geen voorwerpen achter op de kookoppervlakken.
• Sproei geen spuitbussen in de nabijheid van de oven.
• Gebruik geen vaatwerk of plastic houders om voedsel te bereiden.
• Plaats geen blikken of gesloten houders in de ovenruimte.
• Verwijder ongebruikte ovenschalen en roosters tijdens de bereiding uit de ovenruimte.
• Bedek de bodem van de ovenruimte niet met aluminiumfolie.
• Plaats geen potten of ovenschalen rechtstreeks op de bodem van de ovenruimte.
• Bij gebruik van bakpapier moet u er voor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de oven er niet door wordt verhinderd.
• Gebruik de open deur niet als steun door potten of schalen te plaatsen op het binnenglas.
• De recipiënten of de vleesroosters moeten binnen de omtrek van de kookplaat geplaatst worden.
• Alle recipiënten moeten een effen en regelmatige bodem hebben.
• Gebruik het apparaat nooit om de ruimte te verwarmen.
391
Waarschuwingen
• In geval van overstroming of overkoken moet de vloeistof onmiddellijk van de kookplaat verwijderd worden.
• Mors geen zuurhoudende stoffen zoals citroensap of azijn op de kookplaat.
• Plaats geen lege potten of pannen op ingeschakelde kookzones.
• Gebruik geen stoomstraal om het apparaat te reinigen.
• Gebruik geen ruw, schurend of scherp materiaal.
• Gebruik op de stalen delen of de delen waarvan het oppervlak met metalen afwerkingen werd behandeld (bijv. elektrolytische oxidaties, vernikkeling, verchroming) geen producten die chloor, ammoniak of bleekmiddel bevatten.
• Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Stop de verwijderbare onderdelen, zoals de roosters van de kookplaat, de vlamverdelers en de deksels niet in de vaatwasser.
• Gebruik de deur niet als hefboom om het apparaat in het meubel te plaatsen.
• Oefen niet te veel kracht uit op de geopende deur.
• Til dit apparaat niet op door de handgreep beet te pakken.
Installatie
• Dit apparaat mag niet
geïnstalleerd worden in boten of
caravans.
• Het apparaat mag niet geïnstalleerd worden op een voetstuk.
• Plaats het apparaat op het meubel samen met een tweede persoon.
• Om mogelijke oververhitting van het apparaat te vermijden mag het niet achter een decoratieve deur of een paneel worden geïnstalleerd.
• Laat de gasaansluiting uitvoeren door bevoegd technisch personeel.
• Het aansluiten met een flexibele buis moet zodanig uitgevoerd worden dat de lengte van de bebuizing niet langer is dan 2 meter van de maximale uitrekking voor flexibele stalen buizen en 1,5 meter voor rubberen buizen.
392
Waarschuwingen
NL
• De buizen mogen niet in aanraking komen met beweegbare delen, en mogen niet geplet worden.
• Gebruik, waar dit wordt gevraagd, een drukregelaar in overeenstemming met de van kracht zijnde norm.
• Controleer na elke ingreep of het aandraaimoment van de gasaansluitingen zich tussen 10 Nm en 15 Nm bevindt.
• Na de installatie moet u eventuele lekken opsporen met een zeepoplossing, maar nooit met een vlam.
• Laat het apparaat aansluiten door gekwalificeerd technisch personeel.
• De aarding moet verplicht aangebracht worden volgens de voorziene veiligheidsnormen van de elektrische installatie.
• Gebruik kabels die bestand zijn tegen temperaturen van minstens 90 °C.
• Het aandraaimoment van de schroeven van de stroomgeleiders van het klemmenbord moet 1,5 - 2 Nm bedragen.
Voor dit apparaat
• Controleer of het apparaat is uitgeschakeld voordat de lamp wordt vervangen.
• Ga niet steunen of zitten op de geopende deur van het apparaat.
• Controleer of er geen voorwerpen in de deur vastzitten.
1.2 Beoogd gebruik
• Dit apparaat is bedoeld om thuis voedsel te bereiden. Elk ander gebruik is oneigenlijk.
• Het apparaat is niet ontworpen om te functioneren met externe kookwekkers of afstandsbedieningssystemen.
1.3 Aansprakelijkheid van de
fabrikant
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan personen en voorwerpen ten gevolge van:
• een ander gebruik van het apparaat dan wordt voorzien;
• het niet in acht nemen van de voorschriften van de gebruiksaanwijzing;
• het forceren van ook slechts één deel van het apparaat;
• het gebruik van niet-originele reserveonderdelen.
393
Waarschuwingen
1.4 Deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is een belangrijk onderdeel van het apparaat en dient gedurende de volledige levensduur intact en op een eenvoudig te bereiken plaats worden bewaard.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig vóór installatie.
1.5 Typeplaatje
Het typeplaatje bevat de technische gegevens, het serienummer en de markering. Het plaatje mag in geen geval worden verwijderd.
1.6 Verwerking
Het apparaat moet op het einde van zijn gebruiksduur afzonderlijk
ingezameld worden (richtlijnen 2002/95/EG, 2002/96/EG, 2003/108/EG). Het apparaat bevat geen delen die als gevaarlijk voor de gezondheid en het milieu worden beschouwd, conform de actuele Europese Richtlijnen.
Verwijdering van het apparaat:
• Snijd de voedingskabel af en verwijder
de elektrische kabel en de stekker.
• Oude of gebruikte apparaten aan het einde van hun levensduur moeten door de gebruiker worden ingeleverd bij geschikte centra voor de gescheiden inzameling van elektrisch en elektronisch afval, of het overhandigen aan de verkoper wanneer een nieuw gelijkaardig apparaat wordt gekocht.
Het apparaat zit verpakt in milieuvriendelijke en recyclebare materialen.
• Breng het verpakkingsmateriaal naar de betreffende centra voor afvalverwerking.
Plastic verpakking
Gevaar voor verstikking
• Laat de verpakking, of delen ervan, niet onbewaakt achter.
• Laat kinderen niet spelen met de plastic zakken van de verpakking.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer uit.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
394
Waarschuwingen
NL
1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing komen de volgende begrippen voor:
Waarschuwingen
Algemene waarschuwingen in verband met de gebruiksaanwijzing, veiligheid en verwerking van afgedankte producten.
Beschrijving
Beschrijving van het apparaat en de accessoires.
Gebruik
Informatie over het gebruik van het apparaat en de accessoires.
Reiniging en onderhoud
Informatie over correcte schoonmaak en onderhoud van het apparaat.
Installatie
Informatie voor gekwalificeerde technici: installatie, inbedrijfstelling en keuring.
• Enkele gebruiksaanwijzing.
Veiligheidswaarschuwingen
Informatie
Suggestie
1. Volgorde van de
gebruiksaanwijzingen.
395
2Beschrijving
2.1 Algemene beschrijving
Beschrijving
1 Kookplaat 2Bedieningspaneel 3Lamp 4Pakking
396
5Deur 6Ventilator 7Bergruimte
Frame voor roosters/ovenschalen
NL
2.2 Bedieningspaneel
Beschrijving
1 Knoppen van de branders van de kookplaat
Nuttig voor de inschakeling en de regeling van de branders van de plaat.
Druk op de knoppen, en draai deze linksom op de waarde om de
overeenkomstige branders te ontsteken. Om de vlam te regelen, moet de knop in de
zone tussen het maximum en het
minimum gedraaid worden.
Om de branders uit te schakelen, moeten de knoppen op geplaatst worden.
2 Terugkeerknop
Met deze knop kunt u naar de vorige functie in het menu van het apparaat terugkeren. Bovendien kunt u deze knop gebruiken om de lamp in de ovenruimte met de hand in of uit te schakelen.
3 Display
Geeft de tijd, functie en temperatuur van de gekozen bereiding en eventuele tijdinstelling aan.
4 Bedieningsknop
Met deze knop kunt u het apparaat in-/ uitschakelen en kunt u de verschillende functies selecteren.
Draai de knop naar rechts of links om de gewenste functie te wijzigen/selecteren.
Indrukken om te bevestigen.
Houd de knop minstens 5 seconden ingedrukt om een eventuele bereiding onmiddellijk te beëindigen.
397
2.3 Kookplaat
Beschrijving
AUX = Hulpbrander SR = Halfsnelle brander
2.4 Andere onderdelen
Plaatsbare niveaus
Het apparaat beschikt over niveaus om roosters en ovenschalen op verschillende hoogtes te plaatsen. De plaatsbare hoogtes worden begrepen van laag naar hoog (zie 2.1, “Algemene beschrijving”).
Koelventilator
De ventilator zorgt voor de afkoeling van de ovens, en wordt tijdens de bereiding in werking gesteld.
R = Snelle brander DUAL = Ultra snelle brander
De werking van de ventilator veroorzaakt een normale luchtstroom die aan de achterzijde van het apparaat naar buiten komt, en die ook na de uitschakeling van het apparaat kort doorgaat.
Zorg er voor dat de openingen en de spleten voor de ventilatie en de warmte-afvoer niet verstopt raken.
398
Beschrijving
NL
Interne verlichting
De interne verlichting van het apparaat wordt ingeschakeld:
• als de deur wordt geopend;
• wanneer er een willekeurige functie
gestart wordt, met uitzondering van de functies Vapor Clean , Pirolisi Eco
en Pirolisi (afhankelijk van het
model).
• Wanneer de temperatuurknop kort
rechtsom (handmatige activering en deactivering) wordt gedraaid.
Het is niet mogelijk om de binnenverlichting uit te schakelen als de deur is geopend.
2.5 Beschikbare accessoires
Reductierooster Wok
Rooster voor ovenschaal
Om op een ovenschaal te zetten, voor het bereiden van voedsel dat kan lekken.
Ovenschaal
Nuttig voor het opvangen van vet dat afkomstig is van het voedsel op het rooster erboven.
Nuttig voor het gebruik van een Wok.
Diepe ovenschaal
Nuttig om vet op te vangen afkomstig van voedsel op het bovenstaande rooster, of om taarten, pizza’s en gebak te bakken.
399
Beschrijving
Rooster
Nuttig voor het plaatsen van recipiënten met voedsel in bereiding.
Draaispit (enkel op sommige modellen)
Nuttig voor het bereiden van kip of voedsel dat gelijkmatig moet worden bereid.
Zelfreinigende panelen (enkel op sommige modellen)
Deze panelen absorberen kleine vetresten.
Op sommige modellen zijn niet alle accessoires aanwezig.
De accessoires die in contact kunnen komen met het voedsel zijn gemaakt van materialen conform de van kracht zijnde wetsbepalingen.
De bijgeleverde of optionele accessoires zijn verkrijgbaar bij erkende verkopers. Gebruik enkel de originele accessoires van de fabrikant.
400
Gebruik
NL
3Gebruik
3.1 Waarschuwingen
De temperatuur in de ovenruimte kan tijdens het gebruik hoog oplopen
Gevaar op verbranding
• Houd de deur dicht tijdens de bereiding.
• Bescherm de handen met ovenwanten
bij het hanteren van voedsel in de ovenruimte
• Raak de verwarmingselementen in het
apparaat niet aan.
• Giet geen water rechtstreeks op hete
ovenschalen.
• Houd kinderen van jonger dan 8 jaar uit
de buurt wanneer het apparaat in werking is.
• Als er bewerkingen nodig zijn aan de
etenswaren of aan het einde van de bereiding, opent u een aantal seconden lang de deur 5 centimeter, zodat de stoom ontsnapt. Vervolgens kunt u de deur volledig openen.
Incorrect gebruik.
Gevaar op verbranding
• Controleer of de vlamverdelers met de
respectievelijke deksels correct in de zittingen gepositioneerd zijn.
• Vetten en oliën kunnen vlam vatten bij
oververhitting. Wees heel voorzichtig.
Incorrect gebruik.
Beschadiging van de oppervlakken
• Bedek de bodem van de ovenruimte niet met aluminiumfolie.
• Bij gebruik van bakpapier moet u er voor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de ovenruimte er niet door wordt verhinderd.
• Plaats geen potten of ovenschalen rechtstreeks op de bodem van de ovenruimte.
• Gebruik de open deur niet als steun door potten of schalen te plaatsen op het binnenglas.
• Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen.
• De recipiënten of de vleesroosters moeten binnen de omtrek van de kookplaat geplaatst worden.
• Alle recipiënten moeten een effen en regelmatige bodem hebben.
• In geval van overstroming of overkoken moet de vloeistof onmiddellijk van de kookplaat verwijderd worden.
De temperatuur in de bergruimte kan hoog oplopen
Gevaar op verbranding
• Open de bergruimte niet wanneer het apparaat ingeschakeld of warm is.
• De voorwerpen in de bergruimte kunnen erg heet zijn na het gebruik van het apparaat.
401
Gebruik
De temperatuur in de bergruimte kan hoog oplopen tijdens gebruik van de oven
Brand- en ontploffingsgevaar
• Gebruik geen spuitbussen in de nabijheid van het apparaat.
• Laat of gebruik geen ontvlambare materialen in de nabijheid van het apparaat of de bergruimte.
• Gebruik geen vaatwerk of plastic houders om voedsel te bereiden.
• Plaats geen blikken of gesloten houders in de ovenruimte.
• Laat het apparaat niet onbewaakt achter tijdens bereidingen waarbij vetten en oliën kunnen vrijkomen.
• Verwijder ongebruikte ovenschalen en roosters tijdens de bereiding uit de ovenruimte.
3.2 Voorzorgsmaatregelen
Lekkend gas kan een explosie veroorzaken.
Wanneer u gas ruikt of als de gasinstallatie lekt:
• De gastoevoer onmiddellijk sluiten of het ventiel van de gasfles onmiddellijk dichtdraaien.
• Open vuur en sigaretten onmiddellijk uitdoven.
• Geen schakelaars of apparaten inschakelen en geen enkele stekker uit het stopcontact verwijderen. Binnen het gebouw geen (mobiele) telefoons gebruiken.
• Ramen openen en het vertrek luchten.
• Contact opnemen met het servicecentrum of uw gasbedrijf.
Onregelmatige werking
Elke van de volgende omstandigheden moet als een onregelmatige werking worden beschouwd en vereist een ingreep:
• De branderplaat kleurt geel.
• Beschadiging van het keukengerei.
• Verkeerde ontsteking van de branders.
• Branders blijven met moeite branden.
• Uitschakeling van de branders tijdens de werking.
• De gaskranen kunnen moeilijk open of dicht worden gedraaid.
Neem contact op met het erkende servicecentrum bij u in de buurt als het apparaat niet correct werkt.
3.3 Eerste gebruik
1. Verwijder eventuele beschermfolie aan
de binnen- en buitenzijde van het apparaat en de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve
het plaatje met de technische gegevens) van de accessoires en uit de ruimten.
3. Verwijder en was alle accessoires van
het apparaat (zie 4, “Reiniging en onderhoud”).
4. Verwarm het lege apparaat op de
hoogste temperatuur om eventuele productieresten te verwijderen.
402
Gebruik
NL
3.4 Gebruik van de accessoires
Reductieroosters
De reductieroosters moeten op de roosters van de kookplaat gelegd worden. Controleer of deze correct gepositioneerd zijn.
Rooster voor ovenschaal
Het rooster voor de ovenschaal wordt in de schaal geplaatst. Zo wordt het vet apart van het voedsel opgevangen tijdens de bereiding.
Roosters en ovenschalen
Roosters en ovenschalen moeten in de zijgeleiders worden geplaatst tot aan het eindpunt.
De mechanische veiligheidsblokkeringen om ongewenste verwijdering van het rooster te voorkomen, moeten naar beneden en naar de achterzijde van de ovenruimte gericht zijn.
Plaats de roosters en de schalen helemaal in de ovenruimte, tot ze vast komen te zitten.
Maak de ovenschalen schoon voor het eerste gebruik, om eventuele productieresten te verwijderen.
403
Gebruik
Draaispit (enkel op sommige modellen)
1. Breng de meegeleverde 4 draagpotten aan in de 4 gaten in de hoeken van de diepe ovenschaal. Draai ze met behulp van een gereedschap (bijv. een schroevendraaier) op de ringen vast.
2. Breng de steunen van het draaispit aan in de draagpotten, zie de onderstaande afbeelding.
3. Gebruik de bijgeleverde klemvork om het draaispit voor te bereiden. De vorken kunnen bevestigd worden met de bevestigingsschroeven.
4. Plaats het draaispit na de voorbereiding op de desbetreffende steunen. Plaats de punt van de stang in de zitting van het mechanisme op de linkersteun, tot aan zijn stoppositie.
404
Gebruik
NL
5. Breng de ovenschaal aan op het eerste vlak van het frame (zie “Algemene beschrijving”).
6. Plaats de punt van de stang in de zitting van het motortje van het draaispit, links op de achterwand van de ovenruimte.
7. Activeer het draaispit door de
functieknop op de functie te
draaien en met de temperatuurknop een bereidingstemperatuur in te stellen.
Het wordt aanbevolen om een beetje water in de ovenschaal te gieten zodat rookvorming wordt vermeden.
8. Verwijder de ovenschaal met het draaispit aan het einde van de bereiding.
9. Om het draaispit makkelijk te kunnen verplaatsen, moet de bijgeleverde en daarvoor bestemde handgreep vastgedraaid worden.
Deze handelingen moeten uitgevoerd worden wanneer de oven uitgeschakeld is en koud staat.
405
Gebruik
3.5 Het gebruik van de kookplaat
Alle bedieningen en schakelaars bevinden zich op het frontpaneel. Naast elke knop wordt de bijhorende brander aangeduid. Het apparaat is voorzien van een elektronisch ontstekingsmechanisme. Het is voldoende om op de knop te drukken en hem linksom te draaien op het symbool van de maximale vlam, tot de brander wordt ingeschakeld. Als de brander niet wordt ontstoken binnen 15 seconden, moet de
knop op geplaatst worden en moet 60 seconden gewacht worden tot de
volgende poging. Na de ontsteking moet de knop enkele seconden ingedrukt gehouden worden, zodat het thermokoppel kan opwarmen.
Het kan voorvallen dat de brander uitgaat wanneer de knop wordt losgelaten: dit betekent dat het thermokoppel onvoldoende is opgewarmd. Wacht enkele ogenblikken en herhaal de handeling. Houd de knop langer ingedrukt.
In geval van een toevallige uitschakeling zorgt een veiligheidssysteem voor de blokkering van de gaslevering, ook wanneer de kraan open staat.
Draai de knop op . Wacht minstens 60 seconden, alvorens
de brander opnieuw te ontsteken.
Correcte positie van de vlamverdelers en van de deksels
Voordat de branders van de kookplaat ingeschakeld worden, moet gecontroleerd worden of de vlamverdelers correct met de respectievelijke deksels gepositioneerd zijn. Let op dat de openingen van de vlamverdelers 1 overeenstemmen met de thermokoppels 2 en de vonkontstekers 3.
Praktisch advies voor het gebruik van de kookplaat
Voor een optimaal rendement van de branders en een minimaal gasverbruik moeten recipiënten gebruikt worden met een deksel en die geschikt zijn voor de brander, om te voorkomen dat de vlam langs de zijkanten lekt. Wanneer de vloeistof begint te koken, moet de vlam laag gedraaid worden om te vermijden dat de vloeistof overkookt.
Diameter van de recipiënten:
• AUX: 12 - 14 cm.
• SR: 16 - 24 cm.
• R: 18 - 26 cm.
• DUAL: 18 - 28 cm.
406
Gebruik
NL
Correcte plaatsing van de roosters van de kookplaat
Controleer of de roosters goed op de kookplaat zijn aangebracht, alvorens de branders van de kookplaat te ontsteken.
Onthoud daarbij dat:
• Het apparaat is uitgerust met twee
zijdelingse roosters (A) en een centraal rooster (B).
• De zijdelingse roosters (A) een dikkere
rand hebben die naar de zijkant van het apparaat moet zijn gericht.
• De uitstekende referentiedelen (1) naar
het midden van de kookplaat moeten zijn gericht.
• De zijdelingse roosters (A) als eerste op
de kookplaat moeten worden geplaatst.
• De randen van het centrale rooster (B)
overal even dik zijn.
• Plaats het centrale rooster (B) zo dat de
groeven (2) uitgelijnd zijn met de uitstekende referentiedelen (1) van de zijdelingse roosters (A).
3.6 Gebruik van de bergruimte
Aan de onderkant van het fornuis is een bergruimte aangebracht die u kunt gebruiken voor het opbergen van pannen of metalen voorwerpen die u voor het gebruik van het apparaat nodig heeft.
• Trek de handgreep naar u toe om de
bergruimte te openen.
407
Gebruik
3.7 Het gebruik van de oven
Eerste gebruik
Bij het eerste gebruik of na een stroomonderbreking zal op de display van
het apparaat het symbool knipperen. Voor u een willekeurige
bereiding opstart, moet u de huidige tijd instellen (u moet tevens de gewenste taal instellen als u het apparaat voor de eerste keer heeft ingeschakeld).
Open het menu instellingen met een druk op de bedieningsknop, zie 3.12, “Instellingen”.
Historie
Druk op het scherm met de klok op de terugkeerknop om de laatste programma's of uw gebruikte eigen recepten weer te geven.
De chronologie annuleren
Als u de chronologie wilt annuleren:
1. Druk op het scherm met de klok op de terugkeerknop om de laatste programma's of uw gebruikte eigen recepten weer te geven.
408
De eerste keer dat u het apparaat inschakelt is de taal standaard ingesteld op “English”.
Bij de eerste inschakeling en na een stroomonderbreking moet u een aantal seconden wachten voor u het apparaat gebruikt.
Gebruik
NL
2. Druk de bedieningsknop een enkele seconde in.
3. Selecteer JA als u de chronologie wilt annuleren.
Bereidingsfuncties
1. Druk op het klokscherm op de bedieningsknop om het hoofdmenu te openen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of naar links tot u in het hoofdmenu bereidingsfuncties selecteert.
3. Druk op de bedieningsknop om te bevestigen.
4. Draai aan de bedieningsknop en selecteer de gewenste functie.
5. Druk op de knop om de selectie te bevestigen.
409
Gebruik
Het apparaat start de voorverwarmingsfase op. Op het display worden de gekozen functie, de vooringestelde temperatuur, de huidige tijd en de voortgang tot de bereiking van de temperatuur weergegeven.
U kunt de vooringestelde temperatuur op ieder gewenst moment wijzigen door aan de bedieningsknop te draaien. Druk ter bevestiging op de knop of wacht 5 seconden.
We raden u aan om tijdens de voorverwarmfase geen gerechten in de oven te plaatsen.
Een functie onderbreken
Om een bereidingsfunctie te onderbreken:
1. Druk op de terugkeerknop.
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Druk op de terugkeerknop om te bevestigen.
Druk de bedieningsknop minstens 5 seconden lang in om de bereiding op ieder gewenst moment onmiddellijk te onderbreken en naar het hoofdmenu terug te keren.
Wanneer de oven is voorverwarmd, wordt een geluidssignaal weergegeven om aan te geven dat het voedsel in de ovenruimte geplaatst kan worden.
410
NL
Lijst van de bereidingsfuncties
Gebruik
Eco
Deze functie wordt aanbevolen voor de bereiding op één vlak, met een laag energieverbruik.
Ideaal voor de bereiding van vlees, vis en groenten. Niet geschikt voor levensmiddelen die moeten rijzen.
Voor een maximale besparing van de energie en een kortere bereidingstijd wordt het aanbevolen om de levensmiddelen in te ovenruimte te plaatsen zonder deze voor te verwarmen.
In de ECO-functie tijdens de bereiding de deur niet openen.
In de ECO-functie duren de bereidingstijden (en de eventuele voorverwarming) langer.
Statisch
De warmte wordt gelijktijdig bovenaan en onderaan afgegeven, en maakt dit systeem geschikt voor het bereiden van speciale types van voedsel. De traditionele bereiding, die ook statisch wordt genoemd, is geschikt voor het klaarmaken van één gerecht per keer. Het is ideaal voor alle types van gebraden, brood en gevulde taarten, en het is vooral geschikt voor vet vlees zoals gans en eend.
Grill
Met de warmte die van het grill element komt, kunnen uitstekende resultaten bereikt worden zoals het roosteren van dun en iets dikker vlees, en in combinatie met het draaispit (waar voorzien) wordt op het einde van de bereiding een uniforme goudbruine kleur verkregen. Ideaal voor worsten, ribbetjes en bacon. Met deze functie kan een grote hoeveelheid voedsel, en vooral vlees, uniform gegrild worden.
Onderwarmte
De warmte, die enkel van onderaan komt, eindigt de bereiding van voedsel dat een hogere basistemperatuur nodig heeft, zonder gevolgen voor het bruin braden. Ideaal voor gebak of hartige taarten, vlaaien en pizza.
Statisch+ventilator
De werking van de ventilator, gecombineerd met de traditionele bereiding, verzekert ook voor ingewikkelde recepten homogene bereidingen. Ideaal voor koekjes en taarten, die ook gelijktijdig op meerdere niveaus bereid kunnen worden. (Voor bereidingen op meerdere niveaus raden we u aan om het 1e en het 4e niveau te gebruiken).
411
Gebruik
Geventileerde grill
De lucht afkomstig van de ventilator verzacht de warmtegolven die worden verkregen door de grill, zodat ook dik voedsel uitstekend wordt gegrild. Ideaal voor grote stukken vlees (bijv. varkensscheenbeen).
Geventileerde onderwarmte
Met de combinatie van de ventilator en enkel de onderwarmte zal de bereiding sneller klaar zijn. Dit systeem wordt aanbevolen voor het steriliseren of voor het voltooien van voedsel dat reeds goed oppervlakkig gaar is, maar nog niet binnenin, en waarvoor dus een gematigde bovenwarmte nodig is. Ideaal voor elk type van voedsel.
Circulatie
De combinatie van de ventilator en het circulatie-element (ingebouwd aan de achterkant van de ovenruimte) kan verschillend voedsel op meerdere vlakken bereid worden waarvoor dezelfde temperatuur
en hetzelfde type van bereiding nodig is. De warmeluchtcirculatie verzekert een onmiddellijke en uniforme verdeling van de warmte. Het zal bijvoorbeeld mogelijk zijn om gelijktijdig (op meerdere vlakken) vis, groenten en koekjes klaar te maken, zonder dat de geur en de smaak gemengd zullen worden.
Turbo
Met de combinatie van de geventileerde bereiding en de traditionele bereiding kan erg snel en doeltreffend verschillend voedsel op meerdere niveaus klaargemaakt worden, zonder het mengen van geuren of smaken. Ideaal voor omvangrijk voedsel waarvoor een intense bereiding nodig is. (Voor bereidingen op meerdere niveaus raden we u aan om het 1e en het 4e niveau te gebruiken).
Circulatie + Geventileerde grill
Met de combinatie van de geventileerde bereiding en de traditionele bereiding kan erg snel en doeltreffend verschillend voedsel op meerdere niveaus klaargemaakt worden, zonder het mengen van geuren of smaken. Ideaal voor omvangrijk voedsel waarvoor een intense bereiding nodig is.
412
Gebruik
NL
Timer tijdens de functionering
Deze functie zal de bereiding niet onderbreken, maar enkel het geluidssignaal activeren.
1. Druk tijdens een bereidingsfunctie op de bedieningsknop.
2. Draai de bedieningsknop naar links of rechts om de tijdsduur in te stellen (van 1 minuut tot 4 uur). Na enkele
seconden stopt het symbool met knipperen en begint het aftellen.
3. Wacht tot het geluidssignaal de gebruiker meedeelt dat de tijd is
verstreken. Het symbool
knippert.
Bereiding met tijdinstelling
Met bereiding met tijdinstelling wordt de functie bedoeld waarmee u met de bereiding kunt beginnen, en deze na een ingestelde tijd kan doen eindigen.
De activering van een bereiding met tijdinstelling annuleert de eventuele timer die eerder werd ingesteld.
1. Selecteer een functie en temperatuur, en druk tweemaal op de bedieningsknop.
2. Draai de knop naar rechts of links om de minuten van 00:01 tot 13:00 in te stellen. Houd de knop gedraaid om de wijziging sneller uit te voeren.
Draai de knop naar rechts en naar links voor een extra timer, of schakel het geluidssignaal uit met een druk op de bedieningsknop.
413
Gebruik
3. Enkele seconden nadat u de gewenste tijdsduur heeft gekozen, stopt het
symbool met knipperen en wordt de bereiding op tijd opgestart.
Draai aan de bedieningsknop op een aantal minuten bereidingstijd toe te voegen.
U kunt de bereiding met de hand verlengen door nogmaals op de bedieningsknop te drukken. Het apparaat zal de normale werking hervatten met de instellingen van de bereiding die eerder geselecteerd werden.
4. Aan het einde van de bereiding wordt op het display het bericht “functie beëindigd” weergegeven en hoort u een geluidssignaal dat u met een druk op de bedieningsknop kunt uitschakelen.
Voor het uitschakelen van het apparaat, zie
“Een functie onderbreken”.
De ingestelde gegevens in de bereiding met tijdinstelling wijzigen
Tijdens de bereiding met tijdinstelling kan de ingestelde tijdsduur worden gewijzigd:
1. Wanneer het symbool vast oplicht en het apparaat zich in de
bereidingsfase bevindt, moet u op de bedieningsknop drukken. Het symbool
begint te knipperen.
2. Draai de bedieningsknop naar rechts of links om de voorheen ingestelde tijdsduur aan te passen.
414
Gebruik
NL
Geprogrammeerde bereiding
Met geprogrammeerde bereiding wordt de functie bedoeld waarmee u de bereiding kan doen eindigen op een door u ingesteld tijdstip, met automatische uitschakeling van de oven.
1. Druk op de bedieningsknop om de tijdsduur van de bereiding in te stellen als u een bereidingsfunctie en ­temperatuur heeft gekozen.
2. Voor het symbool stopt de knipperen moet u op de
bedieningsknop drukken om het einde van de kooktijd in te stellen.
3. Het symbool knippert. Draai de knop naar rechts of links om het einde
van de kooktijd in te stellen.
4. Na enkele seconden stoppen de
symbolen en Het apparaat wacht het begin van de
vertraagde bereidingstijd af.
5. Afhankelijk van de ingestelde waarden start het apparaat een voorverwarming van circa 10 minuten op...
6. ... en verricht vervolgens de gekozen
functie.
met knipperen.
415
Loading...
+ 67 hidden pages