Siemens WM16Y841NL User Manual [nl]

Page 1

www.siemens-home.com
nl Gebruiksaanwijzing
en installatievoorschrift
WM16Y841NL

Wasmachine

Page 2
2
U hebt gekozen voor een premium wasmachine van het merk Siemens. Dankzij de innovatieve technologie onderscheidt deze wasmachine zich door perfecte wasprestaties en zuinigheid bij het water- en energieverbruik.
Neem a.u.b. een paar minuten de tijd om dit te lezen en zo de voordelen van uw wasmachine te leren kennen.
Om aan de hoge kwaliteitsstandaard van het merk Siemens te voldoen, is de werking en de onberispelijke toestand van elke wasmachine die onze fabriek verlaat, zorgvuldig getest.
Verder informatie over onze producten, accessoires, reserve­onderdelen en diensten vindt u op onze internetsite www.siemens-home.com of neem contact op met onze Servicedienst-centra.
Waar de gebruiksaanwijzing/installatievoorschrift verschillende modellen beschrijft, wordt op de desbetreffende punten op de verschillen gewezen.
Toelichting bij de symbolen
ã Waarschuwing!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie die de dood of ernstig letsel kan veroorzaken wanneer deze niet wordt vermeden.
ã Attentie!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie die tot licht letsel, materiële schade of milieuschade kan leiden.
²
Aanwijzingen voor optimaal gebruik van het apparaat en andere nuttige informatie.
Page 3

3
Inhoud
nl
Gebruiksaanwijzing eninstallatievoorschrift

Vóór de was

Ø Bestemming van het apparaat 4
Ø Aanwijzingen voor de veiligheid 5
Ø Milieubescherming 7 Ø Het belangrijkste in het kort 8 Ø Het apparaat leren kennen 9 Ø Wasmiddellade 10 Ø Bedienings-/Weergave-elementen 11
Apparaat bedienen
Ø Voor elke was 12 Ø Wassen 18 Ø Na het wassen 21 Ø Programma-overzicht 22 Ø Instellingen van het programma/Opties 29 Ø Vlekkenautomaat 32 Ø Intelligent doseringssysteem 33 Ø Verbruikswaarden 38 Ø Instellingen van het apparaat 39 Ø Sensorsysteem – zo intelligent is uw wasmachine 40
Schoonmaken en onderhoud
Ø Schoonmaken en onderhoud 41 Ø Noodontgrendeling, bijv. bij stroomstoring 47 Ø Aanwijzingen op het display 48 Ø Storingen, wat te doen? 49 Ø Servicedienst 51
Apparaat plaatsen
Ø Toebehoren 52 Ø Plaatsen 54 Ø Transportbeveiligingen verwijderen 56 Ø Wateraansluiting 58 Ø Stellen 61 Ø Elektrische aansluiting 62 Ø Vóór de eerste was 63 Ø Transporteren, bijv. bij verhuizing 64
Index 65
Page 4
4

Vóór de was

Bestemming van het apparaat
Ø Uitsluitend voor huishoudelijk gebruik. Ø Voor het wassen van in de machine wasbaar textiel en met
de hand wasbare wol in sop.
Ø Gebruik voor het wassen van uw wasgoed koud leidingwater
en in de handel verkrijgbare wasmiddelen die voor wasmachines geschikt zijn.
Ø Bij dosering van alle wasmiddelen de aanwijzingen van
de fabrikant in acht nemen.
Ø De wasmachine kan worden bediend door kinderen vanaf 8
jaar, door personen met fysieke, sensorische of psychische beperkingen of door personen met gebrekkige ervaring of kennis, indien deze onder toezicht staan of door een verantwoordelijke persoon zijn geïnstrueerd.
Ø Huisdieren uit de buurt van het apparaat houden!
Lees a.u.b. de gebruiksaanwijzing, het installatievoorschrift en alle meegeleverde informatie over uw wasautomaat door en handel zoals is beschreven.
Bewaar alle gegevens voor later gebruik.
Page 5
5
Aanwijzingen voor de veiligheid
ã Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Bij contact met onder spanning staande onderdelen bestaat er levensgevaar. – Alleen aan de stekker, nooit aan de kabel trekken. – Stekker alleen met droge handen in het stopcontact steken en
eruit trekken.
ã Waarschuwing!
Gevaren voor kinderen!
– Kinderen nooit zonder toezicht bij de wasmachine laten! – Kinderen mogen niet met de wasmachine spelen. – Kinderen kunnen zichzelf opsluiten in apparaten en in
levensgevaar komen. Bij afgedankte apparaten: – Stekker uit het stopcontact trekken. – Aansluitkabel doorknippen en samen met de stekker
verwijderen.
– Slot van de vuldeur onklaar maken.
– Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden uitvoeren.
– Kinderen kunnen zich bij het spelen in verpakkingen/folie en
verpakkingsdelen wikkelen of deze over hun hoofd trekken en stikken. Kinderen uit de buurt van verpakkingsmateriaal, folie en verpakkingsonderdelen houden.
– Bij het wassen op hoge temperaturen wordt het glas van de
vuldeur heet. Voorkom dat kinderen de hete vuldeur aanraken.
– Was- en wasverzorgingsmiddelen kunnen bij consumptie leiden
tot vergiftiging en bij contact tot irritatie van ogen/huid. Was- en wasverzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen bewaren.
ã Waarschuwing!
Gevaar door explosie!
Wasgoed dat vóór het wassen met een reinigingsmiddel met oplosmiddel (bijv. vlekkenmiddel of wasbenzine) is behandeld, kan na vullen in de wastrommel tot een explosie leiden. Het wasgoed tevoren met de hand grondig uitspoelen.
Page 6
6
ã Attentie!
Gevaar van brandwonden!
Wanneer men bij het wassen op hoge temperaturen in contact komt met heet zeepsop, kan dit leiden tot brandwonden (bijv. bij het afvoeren van heet zeepsop via een wastafel of bij een noodlediging). Het sop laten afkoelen.
ã Attentie!
Gevaar door beschadiging van het apparaat!
De afdekplaat kan breken!
Niet op de wasmachine klimmen.
Een geopende vuldeur kan afbreken of de wasmachine kan
kantelen!
Niet op de geopende vuldeur gaan zitten.
ã Attentie!
Gevaar bij uw hand in een hete trommel steken!
Wanneer u in de draaiende trommel uw hand erin steekt, kunt u handletsel oplopen. Wij raden u aan niet uw handen in de trommel te steken als deze nog draait. Wacht tot de trommel niet meer draait.
ã Attentie!
Gevaar bij contact met vloeibare was-/wasverzorgingsmiddelen!
Als de wasmiddellade tijdens het gebruik wordt geopend, kan er was-/wasverzorgingsmiddel uitspuiten. Wees voorzichtig bij het openen van de wasmiddellade! Bij contact met ogen/huid deze grondig uit-/afspoelen. Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.
ã Attentie!
Gevaar door overstromend wasmiddel/wasverzachter uit de doseerreservoirs!
Overstromend wasmiddel/wasverzachter kan de werking van het apparaat benadelen, bijv. door beschadiging van de elektronica. Vóór het transporteren van het apparaat altijd eerst de doseerbakjes legen.
Page 7
7
Milieubescherming
Verpakking/Oude apparaat
Besparingstips
Ø Maximale hoeveelheid wasgoed van het betreffende
programma benutten.
Ø Normaal vervuild wasgoed zonder voorwas wassen. Ø Door de dosering van het wasmiddel met het intelligente
doseringssysteem bespaart u op wasmiddel en water.
Ø Energiebesparings-modus: de verlichting van het display
gaat na enkele minuten uit, Start/Bijvullen Ü knippert. Om de verlichting te activeren een willekeurige toets kiezen.
De energiebesparings-modus wordt niet geactiveerd wanneer er een programma loopt.
Ø Automatische uitschakeling: Wanneer het apparaat langere
tijd niet wordt bediend, schakelt het zichzelf voor de programmastart en na het programma-einde automatisch uit om energie te besparen. Om het apparaat in te schakelen, drukt u opnieuw op de hoofdschakelaar-toets
# .
Ø Als het wasgoed aansluitend in de wasdroger wordt
gedroogd: centrifugetoerental overeenkomstig de gebruiksaanwijzing bij de droogautomaat kiezen.
)
De verpakking milieuvriendelijk (laten) afvoeren. Op dit apparaat is de Europese richtlijn 2002/96/EG voor
afgedankte elektrische en elektronische apparaten van toepassing (waste electrical and electronic equipment – WEEE).
Deze richtlijn geeft het kader voor de in de hele EU geldende terugname en het hergebruik van afgedankte apparaten.
Page 8
8
Het belangrijkste in het kort
1
@ @ @
Stekker in het stopcontact steken. Kraan opendraaien.
Vuldeur openen. Om in te schakelen
toets
# indrukken.
Programma kiezen, bijv. Katoen.
2
@ @
Dosering: automatisch
ú
Trommel vullen: max. 9kg
Wasgoed sorteren. Wasgoed in de
trommel doen.
De maximale belading niet overschrijden.
3
@ @
Vuldeur sluiten. Eventueel programma-instellingen van het
gekozen programma wijzigen en extra programma-instellingen/opties kiezen.
Start/Bijvullen
Ü
kiezen.
FODFN
4
@ @
v
Klaar, wasgoed uitnemen
Einde van het programma Om de wasmachine
uit te schakelen, toets
# indrukken.
Kraan dichtdraaien (bij modellen zonder Aqua-Stop).
Page 9
9
Het apparaat leren kennen
FODFN
:DVPLGGHOODGH
%HGLHQLQJV HOHPHQWHQ ZHHUJDYH HOHPHQWHQ
7URPPHO YHUOLFKWLQJ
DIKDQNHOLMN YDQKHWPRGHO
9XOGHXU
2QGHU KRXGVNOHS
9XOGHXURSHQHQ HQVOXLWHQ 2QGHUKRXGVNOHS
Page 10
10
Wasmiddellade
L
Intelligent doseringssysteem (i-Dos):
Uw wasmachine is voorzien van een intelligent doseringssysteem voor vloeibaar wasmiddel en wasverzachter. Hiervoor hebt u de beschikking over de doseerbakjes i-Dos
ô (1,3 l) en i-Dos iIô (0,5 l) in de wasmiddellade. U kunt kiezen of
u een vloeibaar wasmiddel en wasverzachter of twee keer vloeibaar wasmiddel wilt gebruiken. Afhankelijk van het programma en de instellingen die zijn gekozen, worden via de i-Dos­reservoirs de optimale hoeveelheden wasmiddel/wasverzachter gedoseerd.
In de fabriek is de dosering standaard ingesteld voor: –i-Dos
ô ¨ wasmiddel voor licht vervuild wasgoed en
–i-Dos
iIô © wasverzachter voor normaal vervuild wasgoed.
Overzicht van de i-Dos instellingen, vanaf ~ Blz. 22
¼ü
½
0
ð
ð
Bakje ô
voor intelligente dosering: vloeibaar wasmiddel
Bakje
i ô
voor intelligente dosering: wasverzachter of vloeibaar wasmiddel
Bakje
ÀÁ
voor handmatige dosering ~ Blz. 37
Page 11
11
Bedienings-/Weergave-elementen
M P
QRS
O
V
² Alle toetsen zijn gevoelig, aantippen is voldoende!
i Indicatielampjes voor intelligente
dosering ~ Blz. 34
j Toets ecoPerfect ¦ ~ Blz. 16,
~ Blz. 29
k Hoofdschakelaar # indrukken.
Wasmachine in-/uitschakelen.
l Programmakiezer – draaien in beide
richtingen mogelijk. Programma­overzicht, zie ~ Blz. 22
m Toets speedPerfect G ~ Blz. 16,
~ Blz. 29
n Toetsen Temperatuur, Centrifugeren,
Klaar in-tijd
~ Blz. 16, ~ Blz. 29
o Toets i-Dos iIô, Dosering ~ Blz. 17,
~ Blz. 30
p Toets i-Dos ô, Dosering ~ Blz. 17,
~ Blz. 30
q Toets Star/Bijvullen Ü voor het starten,
onderbreken en annuleren van het programma (bijv. wasgoed bijvullen).
h Toetsen Instelmenu: 3 sec. voor
apparaatinstellingen (eindsignaal, toetssignaal, taal, autom. uitschakelen, i-Dos instellingen) ca. 3 seconden ingedrukt houden. Overzicht van alle instellingen ~ Blz. 39
r Display voor instellingen en informatie s Toets × Opties voor het kiezen van extra
Programma opties; Overzicht van alle Opties ~ Blz. 31
Page 12
12
Apparaat bedienen
Voor elke was
²
–Wasmachine correct plaatsen en aansluiten. Zie Blz.
~ Blz. 54 en verder.
– Vóór de eerste was één keer zonder wasgoed wassen.
~ Blz. 63
1. Wasgoed voorbereiden
Wasgoed sorteren aan de hand van:
Ø Soort weefsel/vezels Ø Kleur Ø Mate van vervuiling Ø Neem de aanwijzingen van de fabrikant op de verpakking in
acht.
Ø Wasgoed sorteren volgens de gegevens op de wasmerkjes:
Wasgoed en machine ontzien:
²
– Bij dosering van alle was-, hulp-, verzorgings- en
reinigingsmiddelen beslist de aanwijzingen van de fabrikant in acht nemen.
– Reinigingsmiddelen en middelen voor de voorbehandeling
van wasgoed (bijv. vlekkenmiddelen, voorwassprays, ...) niet in contact laten komen met de oppervlakken van de wasmachine. Eventuele sprayresten en andere resten/ druppels direct met een zachte doek afvegen.
– Zakken leegmaken. – Metalen voorwerpen (zoals paperclips etc.) verwijderen. – Tere weefsels in een wasnet wassen (panty’s, BH’s met
beugel). – Ritssluitingen sluiten, overtrekken dichtknopen. – Zand uit zakken en omslagen borstelen. – Rollertjes van vitrage verwijderen of vastbinden in een netje. –Nieuw wasgoed apart wassen.
< ;
Witte was 95 °C, 90 °C
: 9 8
Bonte was 60 °C, 40 °C, 30 °C
B A >
Kreukherstellend 60 °C, 40 °C, 30 °C
L K
Fijne was 40 °C, 30 °C
W L K
Textiel dat met de hand of in de machine gewassen mag worden van zijde en wol koud, 40 °C, 30 °C
Ž
Wasgoed niet in de wasmachine wassen.
Page 13
13
2. Apparaat voorbereiden
Stekker in het stopcontact steken.
Kraan opendraaien.
3. Programma kiezen en wasgoed in de trommel doen
1.
Vuldeur openen.
2.
Controleren of de trommel geheel leeg is. Alleen dan is een foutloze werking van de beladingsindicatie gewaarborgd.
~ Blz. 40
3.
Toets # indrukken. Het apparaat is ingeschakeld. Op het display verschijnt het Siemens-logo en alle
indicatielampjes van de programma’s gaan branden.
Daarna wordt altijd het in de fabriek ingestelde programma Katoen weergegeven.
Indicaties van het programma Katoen:
– Het indicatielampje van de programmakiezer brandt en
het hoofdmenu van het gekozen programma verschijnt op het display.
cccc
60
°C 1600B 2:31h
i-Dos
iIô ©
i-Dos øøô¨
bb b
Page 14
14
– In de handgreep van de wasmiddellade branden de
indicatielampjes voor de intelligente dosering, indien de intelligente dosering is geselecteerd.
– Bij apparaten met Trommelverlichting:
Na inschakeling van het apparaat, na het openen en sluiten van de vuldeur en na de programmastart gaat de trommelverlichting aan. De verlichting gaat automatisch weer uit.
4.
Programma kiezen.
U kunt het opgeslagen programma gebruiken
of een ander programma, Programmaoverzicht,
zie ~ Blz. 22, kiezen,
of
... overige programma’s kiezen en een programma als
volgt selecteren:
bijv. Outdoor:
– Het programma kiezen met de toetsen onder de pijlen. De
gemaakte keuze wordt aangevinkt.
– Wachten of terug met de toets Hoofdmenu; het gekozen
programma wordt aangegeven op het display.
– Om van programma te veranderen, drukt u op de toets
onder het zwart weergegeven programma en wijzigt u het programma.
5.
Wasgoed in de trommel doen.
Op het display verschijnt het beladingsscherm van het
gekozen programma (bijv. Witte/bonte was).
Het doseeradvies op het display:
Dosering: automatisch, als de intelligente dosering is
gekozen.
30 °C
800
B
1:04h
Lingerie
overige programma’s Outdoor
è
Spoelen
Hoofdmenu
bc
ccc c
30
°C 800B 1:04h
Outdoor
bbb b
Dosering: automatisch
ú
Trommel vullen: max. 9kg
Page 15
15
Dosering: ...%, Aanbevolen dosering wanneer
de intelligente dosering niet is ingesteld. zie Handmatige dosering ~ Blz. 37
²
– Het gesorteerde wasgoed opengevouwen in de trommel
doen. Grote en kleine stukken door elkaar. Hierdoor wordt het wasgoed tijdens het centrifugeren beter verdeeld. Losse stukken wasgoed kunnen balansverstoringen veroorzaken.
~ Blz. 40
– Doe het wasgoed pas in de machine wanneer na het
Siemens-logo het hoofdmenu van het opgeslagen programma wordt weergegeven.
– Het beladingsscherm wordt weergegeven bij het openen van
de vuldeur en bij het wijzigen van de wasgoedhoeveelheid.
– De beladingsbalk vult zich tijdens het vullen. Wanneer de
max. belading is overschreden, knippert de balk. De aangegeven max. belading niet overschrijden. Overbelading vermindert het wasresultaat en bevordert kreukvorming.
4. Instellingen van het gekozen programma wijzigen
²
Let erop dat tussen de vuldeur en de rubber afdichting geen wasgoed beklemd is geraakt.
Vuldeur sluiten.
Op het display verschijnt weer het hoofdmenu van het gekozen programma.
U kunt de weergegeven standaardinstellingen gebruiken of het gekozen programma optimaal aan het wasgoed aanpassen door de standaardinstellingen te wijzigen of door extra instellingen/ opties te kiezen.
FODFN
cccc
60
°C 1600B 2:31h
i-Dos
iIô ©
i-Dos ø ø ô ¨
bb b
Page 16
16
Ø Temperatuur, Centrifugeren, Klaar in tijd wijzigen: zie Blz. 29
en verder
bijv. toets Tem p eratu ur kiezen en wijzigen:
De pijlen op het display geven aan met welke toetsen u de
instellingen kunt wijzigen. De instellingen worden zonder
bevestiging geactiveerd en worden weergegeven in het
hoofdmenu.
²
– Door de toetsen langer ingedrukt te houden, lopen de
instelwaarden automatisch verder. – Door een programma te kiezen wordt de bijbehorende
programmaduur aangegeven. De programmaduur van het
lopende programma wordt automatisch aangepast, wanneer
bijv. door wijzigingen in de programma-instellingen/opties,
schuimherkenning, onbalansherkenning, lading of vervuiling
een wijziging van de programmaduur nodig is.
Ø ecoPerfect ¦:
Energiezuinig wassen door temperatuurreductie bij
gelijkblijvend wasresultaat.
²
De wastemperatuur is lager dan de geselecteerde tempera-
tuur. Bij bijzondere hygiënische vereisten is het aan te raden
een hogere temperatuur te kiezen of de optie speedPerfect
bij 5 kg belading. ~ Blz. 16
Ø speedPerfect G:
om in kortere tijd te wassen bij een wasresultaat vergelijkbaar
met het standaardprogramma. Door te kiezen gaat het
indicatielampje branden.
Ø ß Opties; Overzicht van alle opties ~ Blz. 31
Toets ß Opties indrukken en bijv. z Extra water kiezen:
cccc
70
60°C
i-Dos
iIô ©
i-Dos ø ø ô ¨
1600B 2:31
h
50
bb b
60°C
1600
B
2:31h
z
Extra spoelen
zExtra water
aan
è
Spoelstop
bcbc
Page 17
17
– Met de twee links afgebeelde toetsen een optie
selecteren.
– Met de twee rechts afgebeelde toetsen een optie
selecteren/deselecteren. De geselecteerde opties zijn direct actief.
Bij meerstaps-instellingen worden bij langer aanraken van de toetsen de instellingen automatisch doorlopen.
– Wachten of met toets ß Opties terug naar het hoofdmenu.
Ø i-Dos iIô voor de dosering van wasverzachter of een
tweede vloeibaar wasmiddel: i-Dos
iIô kiezen en dosering wijzigen:
sterk: voor bijzonder zacht wasgoed (wasverzachter) of voor sterk vervuild wasgoed/wasgoed met vlekken (wasmiddel) bij instelling reservoir-Inhoud: Wasmiddel
Ø i-Dos ô voor de dosering van een vloeibaar wasmiddel:
i-Dos ô kiezen en dosering wijzigen:
norm.: voor normaal vervuild wasgoed
²
Geen extra wasmiddel met de hand toevoegen aan het wasmiddelbakje
ÀÁ wanneer de intelligente
wasmiddeldosering is geactiveerd; dit voorkomt overdosering en schuimvorming.
5. Programma starten
Ø Start/Bijvullen Ü kiezen. Het indicatielampje brandt.
60°C
1600
B
2:31h
iIô ª
norm.
i-Dos iIô Dosering ª sterk è
Uit
bcbc
60°C
1600
B
2:31h
ô ©
licht
i-Dos ô Dosering © norm. è
sterk
bcbc
Page 18
18
Wassen
De programmavoortgang wordt tijdens het wassen weergegeven door een balk op het display. De balk vult zich tijdens de wascyclus en geeft informatie over de huidige programmavoortgang.
De pijlen worden weergegeven/verborgen afhankelijk van de programmavoortgang. Ze tonen de programma-instellingen/­opties die tijdens de programmavoortgang gewijzigd/ toegevoegd kunnen worden.
Toelichting bij enkele programmastappen:
Ø Beladingsautomaat actief ~ Blz. 40
Ø Voorwassen, Wassen, Spoelen, Centrifugeren, Afpompen
... worden weergegeven tijdens de wascyclus.
Ø Spoelen met Aquasensor ~ Blz. 40 Ø Extra spoelen: schuim Ø meer indicaties ~ Blz. 48
Tijdens het wassen
Ø Kinderbeveiliging
Om de wasmachine te beschermen tegen ongewenste
verandering van de ingestelde functies, kan de
kinderbeveiliging worden geactiveerd.
activeren/deactiveren: ca. 5 seconden Klaar in indrukken.
Na ca. 3 seconden geeft het display het hoofdmenu opnieuw
weer.
Wanneer bij actieve kinderbeveiliging de programmakiezer
wordt gedraaid of een toets wordt ingedrukt, gaat het
symbool
w kort branden.
cc c
60
°C 1600B 2:31h
i-Dos
iIô ©
i-Dos øðô¨
Beladingsautomaat actief
bb
wKinderbeveiliging actief
Page 19
19
Ø Wasgoed bijvullen
Na de programmastart kan men naar wens was toevoegen of uitnemen.
Start/Bijvullen
Ü kiezen.
²
– Bij een hoge waterstand, een hoge temperatuur of een
draaiende trommel blijft de vuldeur om veiligheidsredenen vergrendeld en kan men geen was toevoegen. Instructies op het display in acht nemen. Om het programma voort te zetten toets Start/Bijvullen
Ü kiezen. De vuldeur wordt vergrendeld
en het programma wordt automatisch voortgezet. – De beladingsindicatie is tijdens het bijvullen niet actief. – Vuldeur niet te lang open laten staan – er kan water uit het
wasgoed naar buiten lopen.
Ø Programma wijzigen
Wanneer men per ongeluk een verkeerd programma heeft
gestart.
1. Start/Bijvullen
Ü kiezen.
2. Een ander programma kiezen.
3. Druk op de knop Start/Bijvullen Ü. Het nieuwe
programma begint van voor af aan.
Ø Afbreken van het programma
Bij programma’s met hoge temperatuur:
1. Start/Bijvullen
Ü kiezen.
2. Wasgoed laten afkoelen: Spoelen kiezen (zie
... overige
programma's).
3. Druk op de knop Start/Bijvullen
Ü.
Bij programma’s met lage temperatuur:
1. Start/Bijvullen
Ü kiezen.
2. Centrifugeren * of Afpompen * kiezen.
(* zie
... overige programma's)
3. Druk op de knop Start/Bijvullen
Ü.
cc c
60
°C 1600B 2:31h
i-Dos
iIô ©
i-Dos ø øô¨
Pauze: Bijvullen mogelijk
bb
Page 20
20
Ø Programma-einde met instelling Spoelstop
1. Centrifugeren (eventueel een centrifugetoerental aanpassen) of Afpompen kiezen.
2. Druk op de knop Start/Bijvullen Ü.
Einde van het programma
Op het display verschijnt: Klaar, wasgoed uitnemen.
Als er tijdens het wassen te veel schuimvorming ontstaat. Geeft de wasmachine dit aan en meldt dit op het display. Als dit is geconstateerd worden er automatisch extra spoelbeurten toegevoegd aan het wasprogramma om het schuim tegen te gaan.
²
Als dit is geconstateerd raden wij aan om bij de volgende wasbeurt met dezelfde belading minder wasmiddel te doseren. Basisdosering reduceren. ~ Blz. 35
Spoelstop bereikt:
Selecteer "centrifugeren" of "afpompen"
en vervolgens "Start".
Centrifugeren Afpompen
bb
v
Klaar, wasgoed uitnemen
Page 21
21
Na het wassen
1.
Vuldeur openen en wasgoed eruit halen.
²
– Geen wasgoed achterlaten in de trommel. Het kan bij de
volgende wasbeurt krimpen of iets verkleuren.
– Eventuele ongewenste voorwerpen uit de trommel en de
rubbermanchet verwijderen – roestgevaar.
– Vuldeur en wasmiddellade open laten zodat het restwater kan
opdrogen.
Vóór het uitschakelen:
²
– Altijd wasgoed eruit halen. Alleen dan is een foutloze werking
van de beladingsindicatie gewaarborgd.
– Altijd wachten tot het programma is afgelopen, omdat anders
het apparaat nog vergrendeld kan zijn. Dan het apparaat inschakelen en wachten op de ontgrendeling.
2.
Toets # indrukken. Het apparaat is uitgeschakeld.
3.
Kraan dichtdraaien.
Niet nodig bij modellen met Aqua-Stop. ~ Blz. 68
ú
Wasgoed uitnemen,
#
Uitschakelen van het apparaat
Page 22
22
Programma-overzicht
De standaardinstellingen van de programma’s zijn vet gedrukt.
Programma/Soort wasgoed Opties/Aanwijzingen
Programma
Korte toelichting bij het programma, bijv. voor welke textielsoorten het geschikt is.
Maximale belading
kiesbare temperatuur in °C
kiesbare centrifugetoerentallen in toeren/min; het max. centrifugetoerental is afhankelijk van het model
mogelijke programmaopties
bij de programmaoptie Anti-kreuk: mogelijke centrifugetoerentallen in toeren/min
mogelijke automatische dosering van een wasverzachter en een wasmiddel
Ý selecteerbaar/deselecteerbaar
niet selecteerbaar
Katoen
stevig textiel, kookvast textiel van katoen of linnen.
². * gereduceerde belading bij optie
speedPerfect
G
max. 9 kg/5 kg *
koud – 60 – 90 °C
0 ... 1600 rpm
¦,G,ã,!,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 800 rpm
Wasmiddel
Ý, Wasverzachter Ý
Kreukherstellend
textiel van synthetische of gemengde weefsels.
max. 4 kg
koud – 40 – 60 °C
0 ... 1200 rpm
¦,G,ã,!,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ...600 ...800 rpm
Wasmiddel
Ý, Wasverzachter Ý
Õ
Page 23
23
Snel + Mix
gemengde lading van katoen en synthetisch textiel.
max. 4 kg
koud – 40 °C
0 ... 1400 ... 1600 rpm
¦,G,ã,!,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 600 ... 800 rpm
Wasmiddel
Ý, Wasverzachter Ý
Fijne was/zijde
voor gevoelig, wasbaar textiel, bijv. van zijde, satijn, synthetische of gemengde weefsels (bijv. zijden blouses of -sjaals).
². Een machinewasmiddel gebruiken
dat geschikt is voor fijne was en/of zijde.
max. 2 kg
koud – 30 – 40 °C
0 ... 600 ... 800 rpm
¦,G,ã,!,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 600 rpm
Wasmiddel
Ý, Wasverzachter Ý
u
Wol
textiel van wol of met wol gemengde weefsels dat met de hand of in de wasmachine gewassen mag worden. bijzonder voorzichtig wasprogramma om krimpen van het wasgoed te voorkomen, langere programmapauzes (het wasgoed rust in het sop).
². Wol is een dierlijk product, bijv.
angora, alpaca, lama, schaap.
². Een machinewasmiddel gebruiken
dat geschikt is voor wol.
max. 2 kg
koud – 30 – 40 °C
0 ... 800 rpm
$,ç
Wasmiddel –, Wasverzachter Ý
Hoofdkussen
voor de ma chinewas geschikt t extiel m et donsvulling, kussens, dekens.
². Grote stukken afzonderlijk wassen.
Fijne was wasmiddel gebruiken. Wasmiddel spaarzaam doseren.
max. 2 kg
koud – 40 – 60 °C
0 ... 1200 rpm
¦,G,ã,l,z,$
Wasmiddel –, Wasverzachter –
Outdoor+ Impregneren
wassen en aansluitend impregneren van waterdichte kleding en outdoorkleding met een membraanlaag en waterafstotende textielsoorten.
~ Blz. 27
max. 1 kg
koud – 30 – 40 °C
0 ... 800 rpm
¦,G,ã,l,z,ç
Wasmiddel –, Wasverzachter –
De standaardinstellingen van de programma’s zijn vet gedrukt.
Programma/Soort wasgoed Opties/Aanwijzingen
Page 24
24
SuperKort 15
extra snel programma ca. 15 minuten, geschikt voor licht vervuild kleine hoeveelheden wasgoed.
max. 2 kg
koud – 30 – 40 °C
0 ... 800 ... 1200 rpm
$,ç
Wasmiddel Ý, Wasverzachter Ý
Overhemden/Blouses
overhemden/blouses van katoen, linnen, synthetische of gemengde weefsels. Bij de optie
æ Anti-kreuk worden
strijkvrije hemden/blouses slechts kort gecentrifugeerd; druipnat ophangen.
~ Zelfstrijkend effect
². Hemden/blouses van fijn materiaal/
zijde wassen met het fijn/zijde­programma.
max. 2 kg
koud – 40 – 60 °C
0 ... 800 rpm
¦,G,ã,!,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 400 rpm
Wasmiddel
Ý, Wasverzachter Ý
Kreukherstel.+
donker gekleurd textiel van katoen en donker gekleurd, kreukherstellend textiel. Textiel binnenstebuiten wassen.
max. 3,5 kg
koud – 30 – 40 °C
0 ... 800 ... 1200 rpm
¦,G,ã,!,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 600 ... 800 rpm
Wasmiddel
Ý, Wasverzachter Ý
Memory
voor het opslaan van vaak gebruikte individuele programma-instellingen. opslaan ~ Blz. 27
Instellingen zoals gekozen programma.
Automaat
stevig textiel. De mate van vervuiling en het soort textiel worden automatisch herkend; het programmaverloop worden optimaal aangepast. ~ Blz. 27
max. 6 kg
automatisch, een voor 40 °C
automatisch, een voor 1400 rpm
ã,$,ç
Wasmiddel Ý, Wasverzachter Ý
Automaat fijn
voorzichtiger behandeling van het wasgoed. De mate van vervuiling en het soort textiel worden automatisch herkend; het programmaverloop worden optimaal aangepast. ~ Blz. 27
max. 3,5 kg
automatisch, een voor 30 °C
automatisch, een voor 1000 rpm
ã,$,ç
Wasmiddel Ý, Wasverzachter Ý
De standaardinstellingen van de programma’s zijn vet gedrukt.
Programma/Soort wasgoed Opties/Aanwijzingen
+
2
3
Page 25
25
onder ... overige programma's
De standaardinstellingen van de programma’s zijn vet gedrukt.
Programma/Soort wasgoed Opties/Aanwijzingen
Damesondergoed
voor gevoelig wasbaar ondergoed, bijv. van fluweel, lycra-kant, zijde of satijn
max. 1 kg
koud – 30 – 40 °C
0 ... 600 rpm
¦,G,ã,æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 400 rpm
Wasmiddel –, Wasverzachter
Ý
Outdoor
Waterdichte- en outdoorkleding met een membraanlaag en waterafstotende textielsoorten.
². Een speciaal machinewasmiddel
gebruiken. Dosering volgens de gegevens van de fabrikant; in bakje
À Á
doen.
². Het wasgoed mag niet met
wasverzachter gespoeld zijn.
². Voor het wassen de wasmiddellade
(alle bakjes) grondig ontdoen van wasverzachterresten.
max. 2 kg
Koud - 30 – 40 °C
0 ... 800 rpm
¦,G,ã,æ,l,z,$,ç
bij {: 0 ... 600 rpm
Wasmiddel –, Wasverzachter –
Spoelen
Extra spoelen met centrifugeren
-
-
0 ... 1200 ... 1600 rpm
æ,l,z,$,ç
bij æ: 0 ... 800 rpm
Wasmiddel –, Wasverzachter
Ý
Centrifugeren
Extra centrifugeren met te kiezen centrifugetoerental
-
-
0 ... 1200 ... 1600 rpm
æ,ç
bij æ: 0 ... 800 rpm
Wasmiddel –, Wasverzachter –
Page 26
26
Centrifugeren/Programma voor voorzichtige behandeling
Extra centrifugeren op een lager toerental en met een bijzonder voorzichtig centrifugemechanisme
-
-
0 ... 800 ... 1200 rpm
æ,ç
bij æ: 0 ... 800 rpm
Wasmiddel –, Wasverzachter –
Afpompen
van het spoelwater bij Spoelstop
$
(zonder eindcentrifugeren)
-
-
-
bij
æ: 0 ... 800 rpm
Wasmiddel –, Wasverzachter –
onder ... overige programma's
De standaardinstellingen van de programma’s zijn vet gedrukt.
Programma/Soort wasgoed Opties/Aanwijzingen
Page 27
27
Memory
Onder Memory blijven het programma en alle instellingen duurzaam opgeslagen.
Voor het opslaan:
1.
Programma Memory kiezen.
2.
Wanneer voor dit memory-programma nog geen programma is gekozen, kiest u een programma volgens de aanwijzingen op het display. Het gekozen programma wordt automatisch aangevinkt.
3.
Eventueel kunt u in het hoofdmenu de temperatuur, het centrifugetoerental, de Klaar in-tijd, i-Dos
iIô en
i-Dos ô wijzigen en/of extra programmaopties kiezen met Ö.
Het programma wordt automatisch opgeslagen en weergegeven:
Het opgeslagen programma kan met de toets onder het programma worden gewijzigd zolang de pijl wordt weergegeven.
Automatische programma’s
De mate van vervuiling en het soort textiel worden automatisch herkend; het programmaverloop en de intelligente dosering worden optimaal aangepast.
Ø Automaat: voor stevig textiel Ø Automaat fijn: voorzichtiger behandeling van het wasgoed
Outdoor/Impregneren
²
– Het wasgoed mag niet met wasverzachter gespoeld zijn. – Een speciaal machinewasmiddel gebruiken. Dosering
volgens de gegevens van de fabrikant.
1.
Programmakiezer op Outdoor+Impregneren zetten.
2.
Speciaal wasmiddel voor outdoorkleding in bakje ÀÁ doseren.
3.
Druk op de knop Start/Bijvullen Ü. Programma stopt voor de laatste spoelbeurt.
cccc
40
°C 1400B 0:53h
i-Dos
iIô ©
i-Dos ? ô ¨
Snel + Mix
bbbb
Page 28
28
4.
Bakje ÀÁ met impregneermiddel (max. 170 ml) doseren.
5.
Druk op de knop Start/Bijvullen Ü. Nabehandeling van het wasgoed volgens de gegevens van de fabrikant.
Stijven
²
Het wasgoed mag niet met wasverzachter gespoeld zijn. Programma Spoelen kiezen. De stijfsel volgens de gegevens op de verpakking in het
bakje ÀÁ gieten (het bakje indien nodig eerst schoonmaken). Druk op de knop Start/Bijvullen Ü.
Verven/Ontkleuren
Als u uw wasgoed wilt verven raden wij u aan de aanwijzigingen van de fabrikant van het verfmiddel in acht te nemen. Verven kan alleen in het huishouden met gebruikelijke hoeveelheden, zout kan namelijk roestvrij staal aantasten. Het is niet mogelijk om uw wasgoed in de wasmachine te ontkleuren!
Inweken
1.
Wasmiddel met i-Dos doseren of volgens de gegevens van de fabrikant in bakje ÀÁ doen.
2.
Programmakiezer op Katoen 30 °C zetten en Start/Bijvullen Ü kiezen.
3.
Na ca. 10 minuten Start/Bijvullen Ü kiezen om het programma te stoppen.
4.
Na de gewenste inweektijd opnieuw Start/Bijvullen Ü kiezen als het programma voortgezet of gewijzigd moet worden.
²
Wasgoed van gelijke kleur in de trommel doen. Extra wasmiddel is niet nodig. Het inweeksop wordt voor het wassen gebruikt.
Spoelstop bereikt:
Bakje
À met impregneermiddel
vullen
en dan op “Start“ drukken
Page 29
29
Instellingen van het programma/Opties
Afhankelijk van het programma kunt u met behulp van de programmaopties het wasproces nog beter aanpassen aan uw wasgoed.
Programma-instellingen/-opties:
Ø zijn zonder bevestiging actief. Ø kunnen afhankelijk van de programmavoortgang
geselecteerd/gedeselecteerd of gewijzigd worden.
Ø De instellingen voor i-Dos iIô en i-Dos ô blijven bewaard
na uitschakeling van het apparaat. Alle andere programma­instellingen/-opties moeten opnieuw worden ingesteld bij Opnieuw kiezen.
Toetsen Aanwijzingen
Temperatuur Voor en tijdens het programma, zolang er pijlen
worden weergegeven, kunnen de standaardinstellingen worden gewijzigd. Het maximum centrifugetoerental is afhankelijk van het programma en het model.
Centrifugeren
Klaar in voor vertraging van de Klaar in-tijd (programma-
einde). Voor de programmastart kan het programma-einde in stappen van 1 uur worden ingesteld tot maximaal 24h (24 uur). Na de start wordt de ingestelde tijd (bijv. 8 uur) weergegeven en begint deze af te lopen totdat het wasprogramma begint. Daarna wordt de programmaduur weergegeven (bijv. 2:30h). De ingestelde tijd kan na de programmastart als volgt worden gewijzigd:
1. Start/Bijvullen
Ü kiezen.
2. Op de toets Klaar in drukken en de Klaar in-tijd
wijzigen.
3. Druk op de knop Start/Bijvullen
Ü.
voor het activeren/opheffen van de Kinderbeveiliging
ecoPerfect
¦ om energie te besparen. ~ Blz. 16
speedPerfect
G om sneller te wassen. ~ Blz. 16
Page 30
30
i-Dos iIô
licht – norm. – sterk – Uit
voor het wijzigen van de wasverzachterdosering (resp. wasmiddel bij instelling reservoir-Inhoud: Wasmiddel) voor het gekozen programma tot aan de volgende wijziging: – licht: weinig zacht wasgoed – norm.: normaal zacht wasgoed – sterk: bijzonder zacht wasgoed
i-Dos
ô
licht – norm. – sterk – Uit
voor het wijzigen van de wasmiddeldosering voor het gekozen programma tot aan de volgende wijziging. –licht: licht vervuild wasgoed
– norm.: normaal vervuild wasgoed – sterk: sterk vervuild wasgoed of wasgoed met
vlekken
Toetsen Aanwijzingen
Page 31
31
Met toets ß Opties kiezen:
Aanwijzingen
Voorwas
Aan – Uit
voor sterk vervuild wasgoed. Bij intelligente dosering: Het gekozen wasmiddel wordt voor de voorwas en hoofdwas gebruikt. Om overdosering te voorkomen de i-Dos-instelling “norm.“ kiezen. Bij handmatige dosering: Wasmiddel verdelen over voor- en hoofdwas. Wasmiddel voor de voorwas in de trommel doen en wasmiddel voor de hoofdwas in bakje
À Á.
Anti-kreuk
Aan – Uit
beperkt de kreukvorming door een speciale centrifugewijze met aansluitend losser maken en een verlaagd centrifugetoerental.
². Restvocht in het wasgoed iets verhoogd.
Extra spoelen
ö + 1 spoelbeurt ÷ + 2 spoelbeurten ø + 3 spoelbeurten
extra spoelbeurten afhankelijk van het programma, langere programmaduur.
². Aanbevolen voor een bijzonder gevoelige huid of/
en in gebieden met heel zacht water.
Extra water
Aan – Uit
verhoogd waterniveau, voorzichtiger behandeling van het wasgoed.
Spoelstop
Aan – Uit
Na de laatste spoelbeurt blijft het wasgoed in het water liggen. Programma beëindigen.
~ Blz. 20
Stille was
Aan – Uit
Lagere geluidswaarden door een speciaal centrifugeritme en uitgeschakeld eindsignaal. Bijzonder geschikt om ’s nachts te wassen.
². Restvocht in het wasgoed iets verhoogd.
Vlekken
kiesbare vlekbehandelingen.
~ Blz. 32
om wasgoed met vlekken te wassen.
ß
Page 32
32
Vlekkenautomaat
Algemene informatie over vlekken
De extra programmaoptie Vlekken voor behandeling van specifieke vlekken vindt u via de toets Ö Opties.
In totaal kunt u kiezen uit 16 verschillende vlekkenprogramma’s. De wasmachine past de wastemperatuur, trommelbeweging en inweektijd doelgericht aan het soort vlek aan. Warm of koud water, voorzichtige of intensieve wasbehandeling en lange of korte inweektijden zorgen voor een speciaal verloop van het wasprogramma voor elk soort vlekken. De vlekken worden optimaal behandeld.
De behandeling van twee vlekken toegelicht met voorbeelden
Voor andere vlekken hebben wij in intensieve onderzoeken vergelijkbare oplossingen verkregen.
Kiesbare vlekbehandelingen
ë Bloed
Bloed wordt eerst in koud water „opgelost”, vervolgens wordt het gekozen wasprogramma gestart.
í Ei
Eideeltjes worden verwijderd door inweken in een lauw waterbad en een gekozen wasprogramma met een hogere waterstand en extra spoelbeurten.
ò
Aardbeien
ð
Boter/slaolie
ä
Koffie
ñ
Thee
á
Aarde en zand
ê
Chocolade
î
Make up
é
Tomaten
å
Babyvoeding
í
Ei
â
Rode wijn
ï
Vuile sokken
ë
Bloed
ì
Gras
ó
Sinaasappel
à
Zweet
Page 33
33
Intelligent doseringssysteem
Uw wasmachine is voorzien van een intelligent doseringssysteem voor vloeibaar wasmiddel en wasverzachter. Hiervoor hebt u de beschikking over de doseerbakjes i-Dos ô (1,3 l) en i-Dos iIô (0,5 l) in de wasmiddellade. U kunt kiezen of u een vloeibaar wasmiddel en wasverzachter of twee keer vloeibaar wasmiddel wilt gebruiken.
Afhankelijk van het programma en de instellingen die zijn gekozen, worden via de i-Dos-reservoirs de optimale hoeveelheden wasmiddel/wasverzachter gedoseerd.
Ingebruikneming
Het apparaat is in de fabriek tevoren ingesteld voor de dosering van vloeibaar wasmiddel en wasverzachter, gekenmerkt door bijpassende, verwisselbare inlegstroken in de vuldeksels:
Ø Þ Color wasmiddel, vooraf gemonteerd. Ø i Wasverzachter alleen i-Dos MIô, vooraf gemonteerd. Ø ß Totaal-/universeel wasmiddel, meegeleverd.
De verwisselbare inlegger verwisselen:
Doseerbakjes vullen
1.
Wasmiddellade opentrekken.
2.
Vuldeksel openen.
3.
Wasmiddel/wasverzachter bijvullen. Bakje maximaal tot de markering max vullen.
4.
Vuldeksel sluiten.
5.
Wasmiddellade langzaam helemaal dichtschuiven.
De volledig ingeschoven lade wordt bij ingeschakeld apparaat aangegeven door:
Ø de bijbehorende indicatie brandt bij gekozen intelligente
dosering i-Dos ô/i-Dos i ô. ~ Blz. 34
Ø De indicatie knippert één keer als de intelligente dosering
niet werd gekozen. ~ Blz. 34
Page 34
34
²
Bij de keuze van wasmiddel en wasverzorgingsmiddel de aanwijzigen van de fabrikant op de verpakking in acht nemen. Wij adviseren vloeibaar en gel-achtige totaal-, universeel­en Colorwasmiddel voor alle in de machine wasbare, gekleurde textiel van katoen en synthetische weefsels.
Ø Uitsluitend vloeibare en gel-achtige producten gebruiken die
geschikt zijn voor dosering via de wasmiddellade.
Ø Alleen zelfvloeiende vloeibare producten en gels gebruiken
die door de fabrikant worden aanbevolen voor toevoeging in een wasmiddellade.
Ø Verschillende vloeibare wasmiddelen niet mengen. Het
doseerreservoir geheel leegmaken wanneer men van wasmiddel verandert (type, fabrikant, ...). ~ Blz. 42
Ø Geen oplosmiddelhoudende, bijtende of desinfecterende
middelen (bijv. bleekwater) gebruiken.
Ø Wasmiddel en wasverzachter niet mengen. Ø Geen te lang bewaarde en sterk ingedikte producten
gebruiken.
Ø Om opdrogen te voorkomen het vuldeksel niet langere tijd
open laten staan.
In het dagelijkse gebruik
Ø Indicatielampjes aan de greep van de lade
–De indicatie brandt als de intelligente dosering voor het
bakje is gekozen. Bij het gecombineerde reservoir i ô brandt het indicatielampje van de desbetreffende reservoirinhoud (i voor wasverzachter/ô voor wasmiddel). ~ Blz. 39
–De indicatie knippert wanneer de intelligente dosering is
geselecteerd en het minimum vulniveau van het reservoir is onderschreden.
– De indicatie knippert kort als de lade er correct is
ingeschoven.
Ø Intelligente dosering kiezen en opheffen/dosering aanpassen
De intelligente dosering van wasmiddel en wasverzachter is in alle toegestane programma’s, zie en verder, in de fabriek gekozen worden. De standaarddosering voor wasmiddel is ingesteld op licht (licht vervuild wasgoed) en die voor wasverzachter is ingesteld op norm. (normaal vervuild wasgoed); dit kan voor elk afzonderlijk programma worden gewijzigd. Zie ~ Blz. 17 en verder
Naast de intelligente dosering kunnen, indien nodig, andere wasverzorgingsmiddelen (bijv. vlekkenzout) met de hand via bakje
ÀÁ gedoseerd worden. ~ Blz. 37
Page 35
35
²
De instelling (aan/uit) en de gekozen doseerstand van i-Dos MIô en i-Dos ô blijven per programma tot aan de volgende wijziging bewaard, ook wanneer de machine wordt uitgeschakeld.
Ø Wasmiddel/wasverzachter bijvullen
Het knipperen van het bijbehorende indicatielampje bij gekozen intelligente dosering en een bijbehorende instructie op het display geven aan dat de minimum-vulstand niet is bereikt. De inhoud is nog voldoende voor ca. 3 wasbeurten.
U kunt altijd bijvullen met hetzelfde wasmiddel of dezelfde wasverzachter. Bij overstappen op een ander product/ fabrikant adviseren wij de bakjes eerst schoon te maken.
~ Blz. 42
Eventueel de basisdosering aan te passen.
Basisinstellingen
Ø Eventueel de basisdosering voor wasmiddel
en wasverzachter wijzigen: De in te stellen basisdosering komt overeen: Bij wasmiddelen – de aanbeveling door de fabrikant voor
normale vervuiling en de desbetreffende waterhardheid. Bij wasverzachters – de aanbeveling door de fabrikant voor
gemiddelde zachtheid en de desbetreffende waterhardheid. De gegevens vindt u op de verpakking van het wasmiddel of
de wasverzachter of u kunt ze direct opvragen bij de fabrikant.
Gebruik een teststrip om de waterhardheid in uw regio te bepalen of vraag de gegevens op bij uw waterleidingbedrijf.
Mijn waterhardheid:
Hier is een voorbeeld van een wasmiddeldosering op een verpakkingsetiket:
Mate van vervuiling Waterhardheid
licht norm. sterk zeer sterk
zacht/gemiddeld 55 ml 75 ml 120 ml 160 ml
hard/zeer hard 75 ml 95 ml 150 ml 180 ml
Page 36
36
²
– In de fabriek ingestelde basisdosering voor Wasmiddel 75 ml
en voor Wasverzachter 36 ml.
– Bij sterk geconcentreerde wasmiddelen de basisdosering
verminderen.
Ø Als er tijdens het wassen herhaaldelijk sterke schuimvorming
optreedt, dient u de basisdoseerinstelling en de doseerstand te controleren.
Bovendien kunnen sommige vloeibare wasmiddelen tot sterke schuimvorming neigen. Wanneer de basisdoseerinstellingen en doseerstanden juist zijn, is het raadzaam een ander vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Basisdosering wijzigen. ~ Blz. 39
Ø Eventueel inhoud bakje i-Dos iIô wijzigen
In plaats van wasverzachter kan in bakje i-Dos
iIô ook een
tweede vloeibaar wasmiddel gebruikt worden. Inhoud doseerbakje wijzigen. ~ Blz. 39
²
– Een extra inlegstrook voor een tweede wasmiddel is
meegeleverd en kan in het vuldeksel gemonteerd worden.
– Wanneer de reservoirinhoud i-Dos
iIô wordt omgeschakeld
van wasverzachter naar wasmiddel, wordt voor dit reservoir de basisdosering voor wasmiddel op de fabrieksinstelling gezet (75 ml) en staat de dosering voor dit wasmiddel bij alle toegestane programma’s op uit. Dan met de toets i­Dos
iIô op de display de wasmiddeldosering kiezen (licht,
norm. of sterk). ~ Blz. 17 Het reservoir i-Dos
ô wordt automatisch uitgeschakeld
wanneer voor het reservoir i-Dos
iIô de wasmiddeldosering
wordt geactiveerd. De instellingen blijven voor dit programma bewaard tot aan
de volgende wijziging.
– Wanneer de reservoirinhoud i-Dos
iI
ô wordt omgeschakeld
naar wasverzachter, wordt de basisdosering op de fabrieksinstelling gezet (36 ml) en staat in alle toegestane programma’s de dosering op normaal.
– Voor het omschakelen van de reservoirinhoud is een
bevestiging op de display nodig.
i Wijziging van de i-Dos inhoud zet
de i-Dos
iIô instellingen
terug op hun standaardwaarde.
afbreken verder
Page 37
37
Handmatige dosering
Bij programma’s waarbij geen intelligente dosering mogelijk is, of indien men dit wenst (dan intelligente dosering op uit zetten), wordt het wasmiddel toegevoegd via het wasmiddelbakje
ÀÁ .
Bovendien kunnen hier (ter aanvulling op de intelligente dosering) washulpmiddelen zoals ontharder, bleekmiddel of vlekkenzout worden gedoseerd.
1.
Wasmiddellade uittrekken.
2.
Doseren in bakje ÀÁ volgens: – Het doseeradvies op het display, bijv. bij Witte/bonte was:
Afhankelijk van de geladen hoeveelheid wasgoed toont
het display een doseeradvies. – mate van vervuiling, – waterhardheid (informeer bij uw waterleidingbedrijf),
~ Blz. 35
– de gegevens van de fabrikant op de verpakking.
²
– Bij dosering van alle was-, hulp- en reinigingsmiddelen beslist
de aanwijzingen van de fabrikant in acht nemen.
– Dikvloeibare wasverzachter en textielversteviger met wat
water aanlengen. Voorkomt verstopping!
– Bij handmatige dosering van wasmiddel geen extra
wasmiddel doseren via de intelligente dosering (de intelligente dosering op uit zetten); zo wordt overdosering en schuimvorming voorkomen.
Dosering: 70%
ú
Trommel vullen: max. 9kg
Page 38
38
Verbruikswaarden
Programma Belading Energieverbruik *** Water *** Programmaduur ***
Katoen 20°C 9kg 0,32kWh 64l
2
^ h
Katoen 40 °C * 9 kg 1,15 kWh 64 l
2
_ h
Katoen 60°C 9kg 1,25kWh 64l
2
_ h
Katoen 90°C 9kg 2,30kWh 74l
2
^ h
Kreukherstellend 40 °C * 4 kg 0,65 kWh 46 l 2 h
Snel+Mix 40°C 4kg 0,59kWh 44l
1
] h
Fijne was/zijde 30 °C 2 kg 0,15 kWh 34 l
_ h
Wol 30°C 2kg 0,19kWh 39l
_ h
* Programma-instelling voor tests volgens de geldende richtlijn EN60456.
Aanwijzing voor vergelijkende tests: Om de testprogramma’s te testen de aangegeven hoeveelheid wasgoed met het hoogste centrifugetoerental wassen.
Programma Programmaverfijning Belading Jaarlijks ener-
gieverbruik
Jaarlijks wa­terverbruik
Katoen 40/60 °C ecoPerfect ** 9/4,5 kg 189 kWh 11300 l
** Programma-instelling voor keuring en energie-etikettering conform richtlijn 2010/30/EU
met koud water (15 °C).
*** De waarden wijken afhankelijk van de waterdruk, waterhardheid, temperatuur van het
instromende water, de omgevingstemperatuur, soort en hoeveelheid wasgoed, mate van vervuiling, het gebruikte wasmiddel, schommelingen in de netspanning en de gekozen programmaverfijningen van de aangegeven waarden af.
Page 39
39
Instellingen van het apparaat
Met de toetsen Instelmenu: 3 Sec. kunnen de instellingen van het apparaat worden gewijzigd, bijv. de toetssignalen.
De toetsen Instelmenu: 3 Sec. tegelijkertijd ca. 3 seconden ingedrukt houden:
Ø Door de toetsen langer ingedrukt te houden, lopen de
instellingen automatisch verder.
Ø met de twee linkertoetsen de instelling kiezen. Ø met de twee rechtertoetsen een waarde kiezen (de gemaakte
keuze wordt aangevinkt).
Ø wachten of opnieuw de toetsen Instelmenu: 3 Sec. ingedrukt
houden.
²
De instellingen blijven bewaard na uitschakeling van het apparaat.
Taal Signaal Uit è Toetssignaal
bc b c
Instellingen Instelwaarden Aanwijzingen
Signaal uit – zacht – gemiddeld
– luid – zeer luid
Geluidssterkte van de signalen aanpassen.
Toetssignaal uit – zacht – gemiddeld
– luid – zeer luid
Geluidssterkte van de toetssignalen aanpassen.
Auto uitschakeling van het apparaat
na 15 – 30 – 60 min. – nooit
Het apparaat wordt na ... min. automatisch uitgeschakeld (= 0 kWh energieverbruik); om het in te schakelen op de hoofdschakelaartoets
# drukken.
Taal Nederlands
GB English ...
Aangegeven taal veranderen.
i-Dos i ô
Inhoud
Wasverzachter – Wasmiddel
Inhoud doseerbakje kiezen.
i-Dos
i ô
10 ml – 200 ml Basisdosering instellen overeenkomstig het
advies van de fabrikant van het wasmiddel/ wasverzachter.
i-Dos
ô
10 ml – 200 ml
Page 40
40
Sensorsysteem – zo intelligent is uw wasmachine
Beladingsautomaat
Afhankelijk van het soort textiel en de belading past de beladingsautomaat het waterverbruik optimaal aan elk programma.
Aquasensor
De Aquasensor controleert tijdens het wassen et spoelen de vertroebelingsgraad van het was- et spoelwater (troebelheid wordt veroorzaakt door vuil en wasmiddelresten). Afhankelijk van de troebelheid van het water wordt de duur van de spoelbeurten en het aantal spoelbeurten vastgelegd; bovendien wordt eventueel een extra hoeveelheid wasmiddel gedoseerd door de automatische programma’s.
Beladingssensor/Beladingsindicatie
Wanneer de vuldeur open is, registreert de beladingssensor de hoeveelheid wasgoed in de machine. Dit wordt weergegeven op het display met een balk.
²
De wastrommel moet vóór het inschakelen van de wasmachine leeg zijn, zodat de beladingssensor de hoeveelheid wasgoed volledig kan registreren.
Doseeradvies
Het doseeradvies geeft – afhankelijk van het gekozen programma en de geregistreerde belading – een aanbeveling voor de wasmiddeldosering in % aan. De % indicatie heeft betrekking op de aanbeveling van de wasmiddelfabrikant.
²
Door u te houden aan de aanbevolen dosering ontziet u het milieu en uw portemonnee.
Onbalans-controlesysteem
Het automatische onbalans-controlesysteem herkent onbalans en zorgt door meermaals aanloopcentrifugeren voor een gelijkmatige verdeling van het wasgoed.
Bij een heel ongunstige verdeling van het wasgoed wordt om veiligheidsredenen het eindtoerental verlaagd of niet gecentrifugeerd.
²
Kleine en grote stukken wasgoed in de trommel verdelen.
Storingen, wat te doen? ~ Blz. 49
Page 41
41
Schoonmaken en onderhoud
Schoonmaken en onderhoud
ã Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Bij contact met onder spanning staande onderdelen bestaat er levensgevaar. Apparaat uitschakelen. Stekker uit het stopcontact trekken.
ã Attentie!
Gevaar door brand en explosie!
Bij gebruik van oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen in de wasmachine, bijv. wasbenzine, kunnen er onderdelen beschadigd raken en giftige dampen ontstaan.
Geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.
ã Attentie!
De wasmachine kan beschadigd worden!
Bij gebruik van oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen op de wasmachine, bijv. wasbenzine, kunnen de oppervlakken beschadigd raken.
Geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.
Buitenkant van het apparaat/Bedieningspaneel
Ø Resten wasmiddel onmiddellijk verwijderen. Ø Met een zacht, vochtig doekje schoonwrijven. Ø Reinigen met waterstraal verboden.
Wastrommel
Schoonmaakmiddel zonder chloor gebruiken, geen staalwol. Bij geurvorming in de wasmachine het programma Katoen 90 °C
uitvoeren. Gebruik hiervoor een totaalwasmiddel.
Page 42
42
Ontkalken
Bij een juiste dosering van het wasmiddel niet nodig. Indien toch: te werk gaan volgens de aanwijzingen van de fabrikant van het ontkalkingsmiddel. Geschikte ontkalkers zijn verkrijgbaar via onze website of via de klantenservice, ~ Blz. 51.
Schoonmaken van de i-Dos wasmiddellade
Ø Doseerbakjes leegmaken
De doseerbakjes hebben aan de voorkant openingen met uitneembare stopjes. Om de doseerbakjes te legen eerst de greep van de lade eraf halen:
1. Wasmiddellade opentrekken.
2. Ontgrendelingshendel (A) aan de achterkant van de greep van de lade (onderaan in het midden) iets naar u toe trekken en gelijktijdig …
... de ontgrendelde greep van de lade (B) naar boven eraf trekken.
3. Om de doseerbakjes te legen de afsluitdopjes voorzichtig eraf trekken en de inhoud in een geschikte bak laten leeglopen.
4. Afsluitdopje tot de aanslag weer erin schuiven.
Page 43
43
Ø Schoonmaken van de doseerbakjes/wasmiddellade:
De wasmiddellade kan er helemaal uitgehaald worden om de geleegde doseerbakjes te reinigen.
1. Doseerbakje legen voordat u het eruit haalt.
²
Greep van de lade pas na het reinigen weer erop zetten.
2. Lade opentrekken.
3. Ontgrendelingshendel indrukken en de lade er helemaal uithalen.
4. Deksel van de lade voorzichtig eraf halen.
ã Attentie!
De wasmiddellade kan beschadigd worden! De wasmiddellade bevat elektrische componenten. Bij contact met water kunnen deze beschadigd raken. – Deksel niet in de afwasmachine reinigen en niet in
water dompelen.
– Voorkom dat de stekker aan de achterkant van de
lade in aanraking komt met vocht, wasmiddel of resten wasverzachter, buitenkanten eventueel met een zacht, vochtig doekje reinigen. Vóór het inschuiven afdrogen.
5. Lade en deksel met een zacht, vochtig doekje of de handdouche reinigen. Binnenkanten eveneens met een zacht, vochtig doekje reinigen.
Page 44
44
6. Lade en deksel afdrogen en weer in elkaar zetten.
7. Greep van de lade van boven af erop schuiven tot deze hoorbaar vastklikt.
8. Wasmiddellade helemaal erin schuiven.
Afvoerpomp verstopt
ã Waarschuwing!
Gevaar van brandwonden!
Zeepsop wordt heet bij het wassen op hoge temperaturen. Door contact met heet zeepsop kunnen brandwonden ontstaan. Het sop laten afkoelen.
²
De waterkraan dichtdraaien, zodat er geen water meer toestroomt dat via de afvoerpomp afgevoerd moet worden.
1.
Apparaat uitschakelen. Stekker uit het stopcontact trekken.
2.
Onderhoudsklep openen.
3.
Onderhoudsklep eraf halen.
Page 45
45
4.
Aftapslang uit de houder halen. Stopje verwijderen, zeepsop in een geschikte opvangbak laten stromen.
Stopje erin drukken en aftapslang in de houder zetten.
Aanwijzing: Resterend water kan lopen!
5.
Pompdeksel voorzichtig eraf schroeven. Binnenruimte, schroefdraad van het pompdeksel en pomphuis schoonmaken. (Vleugels van de afvoerpomp moeten gedraaid kunnen worden.)
6.
Pompdeksel weer plaatsen en vastschroeven. De handgreep staat verticaal.
7.
Onderhoudsklep insteken (1), bevestigen (2) en sluiten (3).
²
Om te voorkomen dat bij de volgende wasbeurt ongebruikt wasmiddel in de afvoer loopt raden wij u het volgende aan: ca. 1 liter water in wasmiddelbakje
ÀÁ gieten en het
programma Afpompen starten.
Afvoerslang aan de sifon verstopt
1.
Apparaat uitschakelen. Stekker uit het stopcontact trekken.
Aanwijzing: Resterend water kan lopen!
2.
Slangklem losmaken, afvoerslang voorzichtig eraf trekken.
3.
Afvoerslang en aansluitstuk op de sifon schoonmaken.
4.
Afvoerslang weer erop steken en de aansluiting met een slangklem vastzetten.
Page 46
46
Zeef in de watertoevoer is verstopt
Verlaag eerst de waterdruk in de toevoerslang.
1.
Kraan dichtdraaien!
2.
Willekeurig programma kiezen (behalve Centrifugeren/ Afpompen).
3.
Start/Bijvullen Ü kiezen. Programma ca. 40 seconden laten
draaien.
4.
Toets # indrukken. Het apparaat is uitgeschakeld. Stekker uit het stopcontact trekken.
5.
Zeef schoonmaken: Slang loskoppelen van de kraan. Zeef met een borsteltje reinigen.
en/of bij de modellen Standaard en Aqua-Secure:
Slang aan de achterkant van het apparaat eraf halen.
Zeef met een tang eruit halen en schoonmaken.
6.
Slang weer aansluiten en op dichtheid controleren.
Page 47
47
Noodontgrendeling, bijv. bij stroomstoring
Het programma loopt door als er weer stroom is. Als het wasgoed toch uit de trommel gehaald moet worden, dan kan de vuldeur zoals hierna beschreven geopend worden.
ã Waarschuwing!
Gevaar van brandwonden!
Sop en wasgoed kunnen heet zijn. Bij aanraking bestaat er gevaar van brandwonden. Eventueel eerst laten afkoelen.
ã Attentie!
Gevaar bij uw hand in een hete trommel steken!
Wanneer u in de draaiende trommel uw hand erin steekt, kunt u handletsel oplopen.
Wij raden u aan niet uw handen in de trommel te steken als deze nog draait. Wacht tot de trommel niet meer draait.
ã Attentie!
Waterschade mogelijk!
Wegstromend water kan tot waterschade leiden. De vuldeur niet openen zolang er water achter het glas te zien is.
1.
Apparaat uitschakelen. Stekker uit het stopcontact trekken.
2.
Sop laten weglopen.
3.
Noodontgrendeling met een tang of iets dergelijks naar onderen trekken en loslaten.
Hierna kan de vuldeur geopend worden.
Page 48
48
Aanwijzingen op het display
Indicatie Oorzaak/Oplossing
De deur kan niet worden vergrendeld, open de deur en sluit deze opnieuw daarna op "Start/Bijvullen" drukken.
– Wasgoed eventueel ingeklemd. Druk daarna op
Start/Bijvullen
Ü.
– Eventueel de vuldeur dichtdrukken of wasgoed verwijderen
en de deur opnieuw dichtdrukken.
– Schakel uw apparaat uit en aan, stel uw programma
opnieuw in en druk op Start/Pauze.
i-Dos
iIô, i-Dos ô
reservoir bijvullen a.u.b.
Minimum-vulniveau i-Dos niet bereikt, bijvullen. ~ Blz. 33
i-Dos
iIô, i-Dos ô
fout,; i-Dos
iIô,
i-Dos
ô uitschakelen
i-Dos
iIô, i-Dos ô op Uit zetten.
De Servicedienst inschakelen. Het apparaat kan met handmatige dosering verder gebruikt worden. ~ Blz. 37
Wasmiddellade sluiten a.u.b.
Wasmiddellade correct erin schuiven. ~ Blz. 33
Kraan openen a.u.b. – Kraan helemaal opendraaien.
– Toevoerslang is geknikt of zit klem. – De waterdruk is te laag. Zeef schoonmaken. ~ Blz. 46
Pomp reinigen a.u.b. – Afvoerpomp verstopt. Pomp reinigen.
– Afvoerslang/Afvoerpijp verstopt. Afvoerslang aan de sifon
reinigen. ~ Blz. 45
Pauze: Bijvullen niet mogelijk
Waterniveau of temperatuur is te hoog. Om het programma voort te zetten: Start/Bijvullen
Ü kiezen.
Deur kan niet worden geopend: Waterniveau of temperatuur is te hoog
Waterniveau of temperatuur is te hoog. Om het programma voort te zetten: Start/Bijvullen
Ü kiezen.
aquaStop geactiveerd! Servicedienst bellen
Deze optie vervalt bij modellen zonder Aqua-Stop. Water in de bodemplaat, ondichtheid van het apparaat. Servicedienst inschakelen! ~ Blz. 51
Auto uitschakelen in ... seconden,
Het apparaat wordt na … seconden automatisch uitgeschakeld wanneer het langere tijd niet bediend is. Om dit te annuleren kunt u op een willekeurige toets drukken. ~ Blz. 39
Sopafkoeling Het hete zeepsop wordt vóór het afpompen met koud water
vermengd en daardoor afgekoeld om de afvoerleidingen te beschermen.
Andere indicaties Error E: XXX
Apparaat uitschakelen, 5 seconden wachten en weer inschakelen. Als de indicatie opnieuw verschijnt: Servicedienst inschakelen. ~ Blz. 51
Page 49
49
Storingen, wat te doen?
Storingen Oorzaak/Oplossing
Er loopt water onder de machine uit.
– Afvoerslang goed vastzetten/vervangen. – Schroefkoppeling van de toevoerslang vastdraaien.
Geen waterinstroom. Start/Bijvullen
Ü niet gekozen?
– Kraan niet geopend? – Zeef eventueel verstopt? Zeef schoonmaken. ~ Blz. 46 – Toevoerslang geknikt of ingeklemd?
Het doseerbakje leeg is en de bijvulindicatie niet knippert.
– Deksel of stekker van de wasmiddellade vuil?
Schoonmaken ~ Blz. 42
– Wasmiddellade niet correct erin geschoven?
Wasmiddellade correct erin schuiven. ~ Blz. 33
De doseerbakjes gevuld zijn met verkeerd wasmiddel/wasverzachter.
Doseerreservoir:
1. Leegmaken en reinigen
2. Opnieuw vullen ~ Blz. 33
Wasmiddel/wasverzachter in de doseerbakjes is ingedikt.
Doseerbakjes schoonmaken en opnieuw vullen.
Vuldeur kan niet geopend worden.
– Veiligheidsfunctie actief. Programma-afbreking? – Spoelstop
$ (zonder eindcentrifugeren) gekozen?
– Openen alleen via noodontgrendeling mogelijk?
~ Blz. 47
Het programma start niet. Start/Bijvullen
Ü of Klaar in-tijd geselecteerd?
– Vuldeur gesloten? – Kinderbeveiliging actief? Zo ja, uitschakelen.
Het sop wordt niet afgepompt.
Spoelstop
$ (zonder eindcentrifugeren) gekozen?
– Pomp reinigen. – Afvoerpijp en/of afvoerslang schoonmaken.
Het water in de trommel is niet te zien.
Niets aan de hand – Het water bevindt zich onderin en is daardoor niet te zien.
Geen goed centrifugeerresultaat. Wasgoed nat/te vochtig.
– Niets aan de hand – Het onbalanscontrolesysteem heeft
de centrifugeergang afgebroken, dit komt door ongelijkmatige verdeling van het wasgoed. Kleine en grote stukken wasgoed in de trommel verdelen.
Anti-kreuk
æ gekozen?
– Te laag centrifugetoerental gekozen? ~ Blz. 22
Meermaals aanloop­centrifugeren.
Niets aan de hand – Het onbalans-controlesysteem heft de onbalans op.
Resterend water in het wasmiddelbakje voor wasverzorgingsmiddelen.
– Niets aan de hand – De werking van het
wasverzorgingsmiddel is niet verminderd.
– Eventueel het inzetstuk reinigen.
Page 50
50
Reukvorming in de wasmachine.
Programma Katoen 90 °C zonder wasgoed uitvoeren. Gebruik hiervoor een totaalwasmiddel.
Herhaaldelijke sterke schuimvorming.
– Basisdoseerinstellingen en doseerstand controleren. – Eventueel een ander vloeibaar wasmiddel gebruiken.
Wasmiddel/wasverzachter druppelt van de manchet en verzamelt zich op het venster of in de manchetplooi.
Te veel wasmiddel/wasverzachter in de doseerreservoirs. De markering max van de doseerreservoirs in acht nemen.
Standaardinstelling i­Dos
iIô gewist.
Bij wijziging van de menu-instelling i-Dos
iIô: Inhoud
worden alle instellingen gewijzigd. ~ Blz. 36
Harde geluiden, trillingen en „wandelen” tijdens het centrifugeren.
– Is het apparaat gesteld?
Apparaat stellen. ~ Blz. 61
– Zijn de voetjes vastgezet?
Voetjes van het apparaat vastzetten. ~ Blz. 61
– Transportbeveiligingen verwijderd?
Transportbeveiligingen verwijderen. ~ Blz. 56
Display/indicatielampjes functioneren niet terwijl de machine in bedrijf is.
– Stroomstoring? – Zekeringen geactiveerd? Zekeringen inschakelen/
vervangen.
– Als de storing vaker optreedt: Servicedienst inschakelen.
~ Blz. 51
Het programmaverloop duurt langer dan normaal.
– Niets aan de hand – Het onbalans-controlesysteem heft de
onbalans op door het wasgoed meermaals te verdelen.
– Niets aan de hand – Schuimcontrolesysteem actief – er
worden spoelbeurten bijgeschakeld.
Wasmiddelresten op het wasgoed.
– Sommige fosfaatvrije wasmiddelen bevatten in water
onoplosbare deeltjes.
Spoelen kiezen of het wasgoed na het wassen
uitborstelen.
In de pauze-stand knippert
Start/Bijvullen
Ü heel
snel en er is een signaal te horen.
– Waterniveau te hoog. Wasgoed bijvullen niet mogelijk.
Eventueel vuldeur direct dichtdoen.
– Om het programma voort te zetten: Start/Bijvullen
Ü
kiezen.
Wanneer een storing niet zelf verholpen kan worden (uit-/inschakelen) of een reparatie noodzakelijk is: – Apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken. – Kraan dichtdraaien en de Servicedienst inschakelen. ~ Blz. 51
Storingen Oorzaak/Oplossing
Page 51
51
Servicedienst
Als u de storing niet zelf kunt verhelpen, Storingen, wat te doen? ~ Blz. 49, neem dan contact op met de Servicedienst. Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om een onnodig bezoek van de monteur te voorkomen.
Geef a.u.b. aan de Servicedienst het typenummer (E-Nr.) en het fabricagenummer (FD) op.
Vertrouw op de competentie van de fabrikant. Neem contact met ons op. Zo weet u zeker dat de reparatie door
goed opgeleide Servicemonteurs wordt uitgevoerd die de beschikking hebben over de originele reserve-onderdelen.
Deze gegevens vindt u op: de binnenkant van de vuldeur */de geopende onderhoudsklep * en de achterkant van het apparaat. *afhankelijk van het model
Typenummer Fabricagenummer
(1U )'
Page 52
52
Apparaat plaatsen
Toebehoren
Extra benodigd bij aansluiting van de waterafvoerslang op een sifon:
1 slangklem Ø 24–40 mm (bij de ijzerhandel of bouwmarkt) om aan een sifon aan te sluiten. Wateraansluiting ~ Blz. 60
Nuttig gereedschap:
Ø Waterpas om het apparaat te stellen. Ø Steeksleutel met
SW13: om de transportbeveiligingen los te draaien ~ Blz. 56 en
SW17: om de voetjes van het apparaat te stellen. ~ Blz. 61
DIKDQNHOLMNYDQKHWPRGHO
$TXD6WRS 6WDQGDDUG$TXD6HFXUH
$DQVOXLWNDEHO
:DWHUDIYRHU
:DWHUWRHYRHU
%RFKWVWXN
RPGHZDWHUDIYRHUV ODQJYDVWWH]HWWHQ
6FKURHIVOHXWHO
*HEUXLNVDDQZLM]LQJ HQLQVWDOODWLHYRRUVFKULIW
$IGHNNLQJHQ PHWVODQJKRXGHU
Page 53
53
Lengte van de slangen en de aansluitkabel
²
Bij gebruik van de slanghouders kan de lengte van de slangen eventueel korter worden!
Bij de vakhandel of de Servicedienst tegen meerprijs verkrijgbaar:
Ø Verlengkabel voor Aqua-Stop- resp. koudwater-toevoerslang
(ca. 2,50 m). Bestelnummer WMZ2380, WZ10130, CZ11350, Z7070X0
Ø Langere toevoerslang (ca. 2,20 m) voor model Standaard.
Technische gegevens
aFP aFP
aFP
aFP
aFPaFP
aFPaFP
PD[
FP
$DQVOXLWLQJDDQGHOLQNHUNDQW
RI
$DQVOXLWLQJDDQGHUHFKWHUNDQW
DIKDQNHOLMNYDQKHWPRGHO
Afmetingen (breedte x diepte x hoogte)
60 x 59 x 85 cm
Gewicht afhankelijk van het model: 63–83 kg Elektrische aansluiting Nominale spanning 220–240 V, 50 Hz
Nominale stroom 10 A Nominaal vermogen 2300 W
Waterdruk 100–1000 kPa (1–10 bar)
Page 54
54
Plaatsen
²
Vocht in de wastrommel is te wijten aan de eindcontrole in de fabriek.
Veilig plaatsen
ã Waarschuwing!
Kans op verwondingen!
– De wasmachine is heel zwaar. Wees voorzichtig bij
het optillen.
– Wanneer de wasmachine wordt opgetild aan
uitstekende onderdelen (bijv. de vuldeur), kunnen deze onderdelen afbreken en letsel veroorzaken. De wasmachine niet optillen aan uitstekende onderdelen.
ã Attentie!
Struikelgevaar!
Wanneer de slangleidingen en de aansluitkabel onjuist worden aangelegd, bestaat er struikel- en letselgevaar. Slangen en kabels zodanig leggen dat u er niet over kunt struikelen.
ã Attentie!
De wasmachine kan beschadigd worden!
– Bevroren slangen kunnen scheuren/springen.
De wasmachine niet op vorstgevoelige plaatsen en/ of buiten zetten.
– Wanneer de wasmachine wordt opgetild aan
uitstekende onderdelen (bijv. de vuldeur), kunnen deze onderdelen afbreken en de wasmachine beschadigen. De wasmachine niet optillen aan uitstekende
onderdelen.
²
– Naast de hier vermelde aanwijzingen kunnen speciale
voorschriften van het waterleiding- en energiebedrijf in uw regio van toepassing zijn.
– In geval van twijfel door een vakkundig monteur laten
aansluiten.
Page 55
55
De juiste plaats
²
Stabiliteit is belangrijk zodat de wasmachine tijdens het centrifugeren niet „wegloopt”.
– De ondergrond moet stevig en waterpas zijn. – Niet geschikt voor zachte vloerbedekking.
Bij plaatsing op een verhoging met lade
Verhoging: bestelnummer WMZ 20490, WZ- 20490
Plaatsing op een sokkel of op een houten vloer
ã Waarschuwing!
De wasmachine kan beschadigd worden!!
De wasmachine kan tijdens het centrifugeren gaan schuiven en van de sokkel kantelen/vallen. De voetjes van het apparaat in elk geval met bevestigingsbeugels vastzetten. Bevestigingsbeugels: bestelnummer WMZ 2200, WX 9756, CZ 110600, Z 7080X0
²
Bij plaatsing op een houten vloer: – De wasmachine liefst in een hoek plaatsen.
– Een watervaste houten plaat (min. 30 mm dik) op de vloer
schroeven.
Onderbouw/inbouw van het apparaat in een rij keukenmeubelen
ã Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Bij contact met onder spanning staande onderdelen bestaat er levensgevaar. De afdekplaat van het apparaat mag niet worden verwijderd.
²
– Noodzakelijke nisbreedte 60 cm. – De wasmachine uitsluitend onder een doorlopend werkblad
plaatsen dat met de keukenmeubelen ernaast vast verbonden is.
Page 56
56
Transportbeveiligingen verwijderen
ã Attentie!
De wasmachine kan beschadigd worden!
Niet verwijderde transportbeveiligingen kunnen bij gebruik van de wasmachine bijv. de trommel beschadigen.
Vóór het eerste gebruik beslist de 4 transportbeveiligingen compleet verwijderen en bewaren.
ã Attentie!
De wasmachine kan beschadigd worden!
Om bij later transport transportschade te voorkomen, dient men de transportbeveiligingen beslist weer aan te brengen.
Schroef en huls in elkaar geschroefd bewaren.
1.
Slangen uit de houders halen.
2.
Slangen uit het bochtstuk nemen en het bochtstuk verwijderen.
3.
Alle 4 de transportbeveiligingsschroeven losdraaien en verwijderen.
Page 57
57
4.
Aanluitkabel uit de houders halen. Hulzen verwijderen.
5.
Afdekking voorbereiden/verdelen.
6.
Afdekkingen erin zetten.
²
Afdekkingen vast vergrendelen door op de sluithaak te drukken.
7.
Slanghouder erin zetten.
8.
Slangen in de slanghouders vastzetten.
Page 58
58
Wateraansluiting
ã Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Er ontstaat levensgevaar, zodra u contact komt met onder spanning staande onderdelen Aqua-Stop-veiligheidssysteem niet onder water dompelen (heeft een elektrisch ventiel).
²
– Om lekkage of waterschade te voorkomen de aanwijzingen in
dit hoofdstuk beslist in acht nemen! – De wasmachine alleen met koud leidingwater gebruiken. – Niet op de mengkraan van een drukloze geiser of boiler
aansluiten. – Alleen met de meegeleverde of bij een geautoriseerde
vakhande toevoerslang gebruiken. Geen gebruikt exemplaar! – In geval van twijfel door een vakkundig monteur laten
aansluiten.
Watertoevoer
²
De watertoevoerslangen niet knikken, platdrukken, veranderen of doorsnijden (de sterkte is niet meer gegarandeerd).
Optimale waterdruk in de waterleiding: 100–1000 kPa (1–10 bar)
Ø Uit de geopende kraan stroomt ten minste 8 liter water per
minuut.
Ø Bij hogere waterdruk een drukreduceerventiel inbouwen.
1.
Watertoevoerslang aansluiten.
ã Waarschuwing!
De schroefdraad van de schroefkoppelingen kan beschadigd raken!
Wanneer de schroefkoppelingen te stevig met gereedschap (tang) worden vastgedraaid, kunnen de schroefdraden beschadigd raken. Schroefkoppelingen alleen met de hand vastdraaien.
aan de kraan (¾" = 26,4 mm):
PLQâPP
Aqua-Stop en Aqua-Secure Standaard
PD[

PD[

Page 59
59
aan het apparaat:
voor modellen Standaard en Aqua-Secure.
2.
Kraan voorzichtig opendraaien en daarbij de aansluitingen op dichtheid controleren.
²
De schroefverbinding staat onder waterdruk van de waterleiding.
Waterafvoer
²
– De waterafvoerslang niet knikken of aan de slang trekken. – Verschil in hoogte tussen vloer en afvoer: 0–max. 100 cm
Afvoer in een wastafel
ã Waarschuwing!
Waterschade mogelijk!
Wanneer de afvoerslang door de hoge waterdruk tijdens het wegpompen uit de wastafel glijdt, kan het wegstromende water waterschade veroorzaken. De afvoerslang zodanig bevestigen dat deze er niet uit kan schieten.
ã Attentie!
Dit apparaat kan beschadigd worden!
Wanneer het uiteinde van de afvoerslang in het weggepompte water terechtkomt, kan er water worden teruggezogen in het apparaat!
– De afvoer van de wastafel mag niet met een stop
afgesloten worden.
– Tijdens het afpompen controleren of het water snel
genoeg wegloopt.
– Het einde van de afvoerslang mag niet in het
afgepompte water hangen!
Afvoerslang aanleggen
Page 60
60
Afvoer in een sifon
ã Waarschuwing!
Waterschade mogelijk!
Wij adviseren u om de afvoerslang goed te bevestigen. Als dit niet goed is aangesloten kan de afvoerslang los raken. Uit de afvoerslang komt dan water dat schade kan veroorzaken. De aansluiting met een slangklem, Ø 24–40 mm (bij de ijzerhandel of bouwmarkt) vastzetten.
Aansluiting
Afvoer in en kunststof standpijp met rubberen mof of in een afvoerputje
ã Waarschuwing!
Waterschade mogelijk!
Wij adviseren u om de afvoerslang goed te bevestigen. Als dit niet goed is aangesloten kan de afvoerslang los raken. Uit de afvoerslang komt dan water dat schade kan veroorzaken.
Aansluiting
Page 61
61
Stellen
1.
Contramoer met een schroefsleutel met de wijzers van de klok mee losdraaien.
2.
De stand van de wasmachine met een waterpas controleren, eventueel corrigeren. De hoogte veranderen door het voetje van het apparaat te draaien.
²
Alle vier de voetjes moeten stevig op de grond staan. De wasmachine mag niet wankelen!
3.
Contramoer tegen het apparaat vastdraaien. Het voetje hierbij vasthouden en niet in de hoogte verstellen.
²
– De contramoeren van alle vier de voetjes moeten vast tegen
de onderkant van het apparaat zijn geschroefd!
– Sterke geluidsontwikkeling, vibraties en „lopen” kunnen het
gevolg zijn van het niet correct stellen van het apparaat!
Page 62
62
Elektrische aansluiting
Elektrische veiligheid
ã Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Bij contact met onder spanning staande onderdelen bestaat er levensgevaar. – Alleen aan de stekker, nooit aan de kabel trekken. – Stekker alleen met droge handen in het
stopcontact steken en eruit trekken. – Nooit aan de stekker trekken terwijl de machine
draait. – Het apparaat uitsluitend via een volgens de
voorschriften aangebracht, randgeaard stopcontact
op wisselstroom aansluiten. – De netspanning moet overeenkomen met op het
typeplaatje aangegeven spanning. – De aansluitwaarde en de vereiste zekering is op
het typeplaatje aangegeven. Wij verzekeringen u ervan dat: – de stekker in het stopcontact past. – de doorsnede van de elektrische kabel groot
genoeg is. – het aardingssysteem volgens de voorschriften is
geïnstalleerd. – Vervanging van de aansluitkabel (indien nodig)
alleen door een vakkundig monteur. Een nieuwe
kabel is bij de Servicedienst tegen meerprijs
verkrijgbaar. – Geen meervoudige stekkers/contactdozen en/of
verlengkabels gebruiken. – Bij gebruik van een aardlekschakelaar mag alleen
een type met dit symbool gebruikt worden:
z.
Alleen aardlekschakelaars met dit symbool
voldoen aan de nu geldende voorschriften. – De stekker moet altijd bereikbaar zijn.
Page 63
63
Vóór de eerste was
De wasmachine is voor het verlaten van de fabriek grondig gekeurd. Door de test kunnen er restjes water achtergebleven zijn. Om deze te verwijderen adviseren wij u om de eerste keer zonder wasgoed te wassen.
²
De wasmachine moet vakkundig geplaatst en aangesloten zijn. Zie hoofdstuk Plaatsen ~ Blz. 61
1.
Apparaat controleren.
²
Een beschadigd apparaat nooit in gebruik nemen. Neem contact op met de Servicedienst. ~ Blz. 51
2.
Doseerbakjes ô / M ô vullen. ~ Blz. 33
3.
Folie van het bedieningspaneel verwijderen.
4.
Stekker in het stopcontact steken.
5.
Kraan opendraaien.
6.
Apparaat inschakelen.
7.
Vuldeur sluiten. Trommel niet vullen met wasgoed.
8.
Om te voorkomen dat bij de eerste was wasmiddel ongebruikt in de afvoer verdwijnt: 1 liter water in bakje ÀÁ gieten en het programma Afpompen starten.
9.
Programma Katoen 90 °C kiezen en starten.
10.
Aan het einde van het programma apparaat uitschakelen.
Uw wasmachine is nu startklaar.
Page 64
64
Transporteren, bijv. bij verhuizing
Voorbereiding
1.
Kraan dichtdraaien.
2.
Waterdruk in de toevoerslang verminderen. Onderhoud –
Zeef in de watertoevoer ~ Blz. 46
3.
Resten sop laten weglopen. Onderhoud – Afvoerpomp
verstopt ~ Blz. 44
4.
Stekker van het apparaat uit het stopcontact trekken of de
trekschakelaar uitschakelen.
5.
Slangen demonteren.
6.
Doseerbakjes legen. ~ Blz. 42
Transportbeveiligingen monteren
1.
Afdekkingen eraf halen en bewaren.
Eventueel een schroevendraaier gebruiken.
2.
Alle 4 de hulzen erin zetten.
Aansluitkabel op de houders vastklemmen. Schroeven erin
zetten en vastdraaien.
Vóór het eerste gebruik:
²
Transportbeveiligingen verwijderen. ~ Blz. 56 – Om te voorkomen dat bij de volgende wasbeurt ongebruikt
wasmiddel in de afvoer loopt raden wij u het volgende aan:
1 liter water in wasmiddelbakje
ÀÁ gieten en het
programma Afpompen starten.
Page 65
65
Index
A
Aanwijzingen op het display, 48 Aanwijzingen voor de veiligheid, 5 Afvoerpomp verstopt, 44
Anti-kreuk, 31 Aquasensor, 40 Automatische programma’s, 27
B
Bedieningspaneel, 11 Beladingsautomaat, 40 Beladingssensor/ Beladingsindicatie, 40
Besparingstips, 7 Bestemming van het apparaat, 4
C
Centrifugeren, 11, 29
D
Display, 11 Doseeradvies, 40
E
ecoPerfect, 11, 16, 29 Einde van het programma, 20 Elektrische aansluiting, 62
Extra spoelen, 31 Extra water, 31
H
Handmatige dosering, 37 Het apparaat leren kennen, 9
I
i-Dos, 10, 22, 30
Bakje leegmaken, 42 Bakje schoonmaken., 42 Basisinstellingen, 35 Doseerbakjes vullen, 33 Ingebruikneming, 33 In het dagelijkse gebruik, 34
i-Dos
iIô,11,17
i-Dos ô, 11, 17 Instellingen van het
programma, 29 Instelmenu: 3 sec., 11 Inweken, 28
K
Kinderbeveiliging, 18, 29 Klaar in, 11, 16, 29
Korte handleiding, 8
L
Lengte van de slangen en de aansluitkabel, 53
M
Milieubescherming, 7
Page 66
66
N
Noodontgrendeling, 47
O
Onbalans-controlesysteem, 40 Onderhoud, 41 Ontkalken, 42 Ontkleuren, 28 Optie
Anti-kreuk, 31
Extra spoelen, 31
Extra water, 31
Spoelstop, 31 Stille was, 31 Vlekken, 31
Voorwas, 31 Opties, 11, 16, 29 Oude apparaat, 7 Outdoor/Impregneren, 27
P
Plaatsen, 54 Programma
afbreken, 19 kiezen, 14 starten, 17
wijzigen, 19 Programma­instellingen, 15, 16 Programmakiezer, 11 Programma-overzicht, 22 Programmastappen, 18
S
Schoonmaken, 41
Buitenkant van het apparaat/ Bedieningspaneel, 41 Sifon, 45 Wasmiddellade, 42 Wastrommel, 41 Zeef, 46
Servicedienst, 51 speedPerfect, 11, 16, 29 Spoelstop, 20, 31 Stellen, 61 Stijven, 28 Stille was, 31 Storingen, wat te doen?, 49
T
Technische gegevens, 53 Temperatuur, 16, 29 Toebehoren, 52 Toets
Centrifugeren, 11, 16, 29 ecoPerfect, 11, 16, 29 i-Dos
iIô, 11, 17, 30
i-Dos ô,11,17,30 Klaar in, 11, 16, 29
Opties, 11, 16
speedPerfect, 11, 16, 29
Start/Bijvullen, 11
Temperatuur, 11, 16, 29 Toetsen Instelmenu: 3 sec., 11 Transportbeveiligingen
monteren, 64
verwijderen, 56 Trommelverlichting, 14
V
Verbruikswaarden, 38 Verpakking, 7 Verven, 28 Vlekken, 31
Vlekkenautomaat, 32 Voorkeuren 3 Sec., 39 Voorwas, 31
Page 67
67
W
Wasggoed
bijvullen, 19 eruit halen, 21 in de trommel doen, 13, 14, 15
sorteren, 12 Wasmiddellade, 10 Wateraansluiting, 58
Waterafvoer, 59
Watertoevoer, 58
Page 68

Siemens-Electrogeräte GmbH Carl-Wery-Str. 34, 81739 München Germany
*9000875273*
9000875273 (9304)

Aqua-Stop-garantie

Alleen voor apparaten met Aqua-Stop
Als aanvulling op de garantieregeling wordt u schadeloos gesteld als aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
1.
Als door een fout in het Aqua-Stop-systeem waterschade wordt veroorzaakt, dan vergoeden wij de schade van particuliere gebruikers.
2.
De aansprakelijkheidsgarantie geldt voor de levensduur van het apparaat.
3.
Voorwaarde voor aanspraak op garantie is dat het apparaat met Aqua-Stop vakkundig en overeenkomstig ons installatievoorschrift is opgesteld en aangesloten; hiertoe behoort ook de vakkundige verlenging van de Aqua-Stop (origineel toebehoren).
4.
Onze garantie heeft geen betrekking op defecte toevoerleidingen of armaturen tot aan de Aqua-Stop-aansluiting op de kraan.
5.
Tijdens het gebruik van een apparaat met Aqua-Stop hoeft u er in principe niet bij te blijven resp. na het gebruik om veiligheidsredenen de kraan dicht te draaien.
6.
Alleen bij langere afwezigheid, bijv. als u een paar weken op vakantie gaat, moet de kraan worden dichtgedraaid.
Verzoek om reparatie en advies bij storingen
NL 088 424 4020 B 070 222 142 De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met
Servicedienstadressen.
Loading...