Sharp MX-2700N Copier Operation Manual [nl]

Page 1
Kopieerhandleiding
MODEL:
MX-2300N MX-2700N
Page 2

INHOUDSOPGAVE

OVER DEZE HANDLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
• MET HET APPARAAT MEEGELEVERDE
HANDLEIDINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
BASISPROCEDURES OM KOPIEËN
TE MAKEN
BASISSCHERM VAN DE KOPIEERFUNCTIE . . . . . . 5
KOPIEERPROCEDURE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
KOPIEËN MAKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
• KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE
ORIGINEELINVOER . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
• EEN KOPIE MAKEN MET DE GLASPLAAT . . . . 12
AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIËREN . . . . . . . . 15
• TWEEZIJDIGE KOPIEËN MAKEN MET DE
AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER. . . . . . . . 15
• AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIËREN
MET DE GLASPLAAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
KLEURKOPIEERFUNCTIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
• KLEURENMODUS SELECTEREN . . . . . . . . . . . 21
BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE
WIJZIGEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
• BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE
AUTOMATISCH AANPASSEN . . . . . . . . . . . . . . 23
• DE BELICHTINGSMODUS SELECTEREN EN HET BELICHTINGSNIVEAU HANDMATIG
AANPASSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
VERGROTEN/VERKLEINEN/ZOOM . . . . . . . . . . . . . 26
• KOPIEERFACTOR AUTOMATISCH
SELECTEREN (Auto Image) . . . . . . . . . . . . . . . . 26
• KOPIEERFACTOR HANDMATIG
SELECTEREN (Vaste kopieerfactor/Zoom). . . . . 27
• DE LENGTE EN BREEDTE AFZONDERLIJK
VERGROTEN/VERKLEINEN (X-y zoom) . . . . . . 30
FORMATEN ORIGINEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
• FORMAAT ORIGINEEL CONTROLEREN. . . . . . 33
• FORMAAT ORIGINEEL OPGEVEN. . . . . . . . . . . 35
• VAAK GEBRUIKTE ORIGINEELFORMATEN
OPSLAAN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
UITVOER . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
• UITVOERFUNCTIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
KOPIEËN MAKEN MET DE HANDINVOER
(kopiëren op speciaal papier) . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN (kopiëren onderbreken)
OPDRACHTSTATUSSCHERM . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
• SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN
SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN. . . . . 49
• WANNEER U DE FUNCTIE
DOCUMENTARCHIVERING GEBRUIKT . . . . . . 53
HANDIGE KOPIEERFUNCTIES
SPECIALE FUNCTIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
• TOETS [Beeld bewerken] EN TOETS
[Kleur-Instellingen] . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
MARGES TOEVOEGEN (Kantlijnverschuiving) . . . 59 RANDSCHADUWEN WISSEN (Wissen) NAAST ELKAAR LIGGENDE PAGINA'S VAN
EEN INGEBONDEN DOCUMENT KOPIËREN
(Boekkopie) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
KOPIEËN MAKEN VOOR BOEKJE (Inbindkopie). . EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN TEGELIJK
KOPIËREN (Opdracht Samenstel.) . . . . . . . . . . . . . 69
EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN KOPIËREN MET TWEE APPARATEN (Tandem-Kopie)
ANDER SOORT PAPIER GEBRUIKEN VOOR
OMSLAGEN (Kaften/Insteekvellen) . . . . . . . . . . . . . 74
• KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEËN
(kaftinstellingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75
• INSTEEKVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN
(Invoeginstellingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
• KAFT/INSTEEKVELINSTELLINGEN
WIJZIGEN (Paginaopmaak) . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
INSTEEKVELLEN INVOEGEN BIJ HET KOPIËREN OP TRANSPARANTEN
(Transparant-insteekvellen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85
MEERDERE PAGINA'S KOPIËREN OP ÉÉN VEL
PAPIER (Multishot) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88
Een boekje (Boekkopie) kopiëren Opschriften kopiëren op tabbladen (Tab-Kopie) . .
• VERHOUDING TUSSEN ORIGINELEN EN
HET TABPAPIER . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN OP
ÉÉN VEL PAPIER (Kaart Formaat). . . . . . . . . . . . . . 99
DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN OP
KOPIEËN (Stempel). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
• DATUM TOEVOEGEN AAN KOPIEËN
(Datum). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103
• KOPIEËN STEMPELEN (Stempel) . . . . . . . . . . 107
• PAGINANUMMERS AFDRUKKEN OP
KOPIEËN (Paginanummering) . . . . . . . . . . . . . . 110
• TEKST AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Tekst) . . . 116
. . . . . . . . . . . . 61
. . 65
. . . . . . . . . . . . . . 71
. . . . . . . . . . . . . . . . . 91
. . 95
1
Page 3
STEMPELLAY-OUT CONTROLEREN (Lay-out) . . . . . .
FOTO'S HERHALEN OP EEN KOPIE (Foto
herhalen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124
EEN GROTE POSTER MAKEN (Vergrot. over
meerdere pag.) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 127
DE AFBEELDING SPIEGELEN (Spiegel-Beeld) . . 130 ORIGINEELFORMAAT A3 (11" x 17")
KOPIËREN ZONDER DE RANDEN AF TE
SNIJDEN (A3 (11x17) Volbeeld) . . . . . . . . . . . . . . . 132
KOPIËREN IN HET MIDDEN VAN HET PAPIER
(Centreren). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 135
ZWART EN WIT OMDRAAIEN OP DE KOPIE (Z/W
Omgekeerd) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
ROOD/GROEN/BLAUW AANPASSEN IN
KOPIEËN (RGB aanpassen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139
DE SCHERPTE VAN EEN AFBEELDING AANPASSEN (Scherpte)
VAGE KLEUREN IN KOPIEËN WIT MAKEN (Achtergrond-Onderdrukking)
DE KLEUR AANPASSEN (Kleurbalans Instellen) . . . DE HELDERHEID VAN EEN KOPIE
AANPASSEN (Helderheid) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147
DE INTENSITEIT VAN EEN KOPIE AANPASSEN (Intensiteit)
KOPIEËN CONTROLEREN ALVORENS U
AFDRUKT (Proefafdruk) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 151
ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT
KOPIËREN (Origineel gem. form.) . . . . . . . . . . . . . 154
DUNNE ORIGINELEN KOPIËREN (Langzame
scanmodus) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 157
KOPIEERBEWERKINGEN OPSLAAN
(werkprogramma's) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 159
• WERKPROGRAMMA OPSLAAN. . . . . . . . . . . . 160
• WERKPROGRAMMA WISSEN . . . . . . . . . . . . . 161
BIJLAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 163
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 149
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . .
. 122
. 137
. 141
. 143 . 145
2
Page 4

OVER DEZE HANDLEIDING

Opmerkingen
• In deze handleiding wordt verwezen naar de faxfunctie. In sommige landen en regio's is de faxfunctie echter niet beschikbaar.
• Deze handleiding is met de grootste zorg vervaardigd. Als u opmerkingen of vragen hebt over de handleiding, neem dan contact op met de dealer of dichtstbijzijnde erkende servicevestiging.
• Dit product is onderworpen aan strenge kwaliteitscontroles en inspectieprocedures. Mocht zich toch een storing of ander probleem voordoen, neem dan s.v.p. contact op met uw dealer of het dichtstbijzijnde erkende servicebedrijf.
• Behoudens voorzover wettelijk vereist kan SHARP niet aansprakelijk worden gesteld voor defecten die optreden gedurende het gebruik van het product of zijn opties, of defecten die het gevolg zijn van een onjuiste bediening van het product en zijn opties, of andere defecten, of voor enige schade die ontstaat als gevolg van het gebruik van het product.
Waarschuwing
• Verveelvoudiging, aanpassing of vertaling van de inhoud van deze handleiding zonder voorafgaande toestemming is verboden, behoudens voorzover toegestaan onder het auteursrecht.
• Alle informatie in deze handleiding is onder voorbehoud.
In deze handleiding weergegeven illustraties en het bedieningspaneel en aanraakscherm
De randapparatuur is meestal optioneel. Bij enkele modellen maakt bepaalde randapparatuur echter deel uit van de standaarduitrusting.
Bij de uitleg in deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat er een rechterlade en een onderkast/2x500 vel papierlade zijn geïnstalleerd.
Om bepaalde functies en bediening nader uit te leggen, zijn we er bij bepaalde beschrijvingen van uitgegaan dat extra randapparatuur is geïnstalleerd.
De schermweergaven, meldingen en toetsnamen in deze handleiding kunnen afwijken van die van het apparaat als gevolg van verbeteringen en aanpassingen aan het product.

MET HET APPARAAT MEEGELEVERDE HANDLEIDINGEN

Bij de machine worden gedrukte handleidingen en handleidingen in PDF-indeling opgeslagen op de harde schijf van de machine geleverd. Lees de betreffende handleiding voor de functie die u wilt gebruiken op de machine.
Gedrukte handleidingen
Naam handleiding Inhoud
Veiligheidshandleiding
Handleiding software-installatie
Verkorte installatiehandleiding
Problemen oplossen
Deze handleiding bevat instructies voor een veilig gebruik van de machine en toont de technische gegevens van de machine en de randapparatuur.
Deze handleiding legt uit hoe u de software moet installeren en de instellingen moet configureren om de machine als printer of scanner te gebruiken.
Deze handleiding biedt eenvoudige uitleg over alle functies van de machine in één publicatie. Uitgebreide informatie over elk van de functies vindt u in de PDF-handleidingen.
Deze handleiding legt uit hoe vastgelopen papier wordt verwijderd en biedt antwoorden op veelgestelde vragen over de bediening van de machine vanuit elke modus. Raadpleeg deze handleiding als u problemen ondervindt tijdens het gebruik van de machine.
3
Page 5
Handleidingen in PDF-indeling
De handleidingen in PDF-indeling bieden uitgebreide beschrijvingen van procedures voor gebruik van de machine in elke modus. Bekijk de PDF-handleidingen door ze te downloaden van de harde schijf van de machine. De procedure voor het downloaden van de handleidingen wordt beschreven in "Hoe u de pdf-handleidingen downloadt" in de Verkorte installatiehandleiding.
Naam handleiding Inhoud
Gebruikershandleiding
Kopieerhandleiding (Deze handleiding)
Printerhandleiding Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de printerfunctie.
Scannerhandleiding
Handleiding documentarchivering
Handleiding systeeminstellingen
In deze handleiding vindt u informatie zoals elementaire procedures over de bediening en het onderhoud van het apparaat en het laden van papier.
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de kopieerfunctie.
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de scannerfunctie en de functie Internetfax.
Deze handleiding biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de functie documentarchivering. Met de functie documentarchivering kunt u de documentdata van een kopieer- of faxopdracht, of de data van een afdrukopdracht, als bestand opslaan op de harde schijf van de machine. Het bestand kan indien nodig worden opgeroepen.
Deze handleiding legt de "Systeeminstellingen" uit die gebruikt worden voor het configureren van een reeks parameters die bedoeld zijn voor een optimale aansluiting op de behoeften van uw werkplek. De huidige instellingen kunnen worden weergegeven of afgedrukt vanuit de "Systeeminstellingen".
Pictogrammen in deze handleidingen
De pictogrammen in de handleidingen geven het volgende type informatie aan:
Hiermee wordt u gewezen op een situatie die kan leiden tot beschadiging of storing van de machine.
Hier volgt extra uitleg over een functie of procedure.
Hier wordt het annuleren of corrigeren van een bewerking uitgelegd.
Dit verwijst naar de naam van een systeeminstelling en biedt korte uitleg van de instelling. Zie de Handleiding systeeminstellingen voor meer informatie over elke systeeminstelling.
Indien "Systeeminstellingen:" wordt weergegeven:
Dit betreft uitleg over een algemene instelling.
Indien "Systeeminstellingen (Beheerder):" wordt weergegeven:
Dit betreft uitleg over een instelling die alleen door een beheerder dient te worden geconfigureerd.
4
Page 6
BASISPROCEDURES OM
1
KOPIEËN TE MAKEN
In dit hoofdstuk worden de basisprocedures voor het maken van kopieën behandeld, zoals het selecteren van de kopieerfactor en andere kopieerinstellingen.

BASISSCHERM VAN DE KOPIEERFUNCTIE

Wanneer u op de toets [KOPIE] van het bedieningspaneel drukt, verschijnt het basisscherm van de kopieerfunctie. Het basisscherm geeft berichten en toetsen aan voor het kopiëren en instellingen die zijn geselecteerd. U maakt een selectie door te drukken op de weergegeven toetsen.
Uitvoer
Bestand
AFDRUKKEN
GEREED
DATA
LIJN DATA
SYSTEEM INSTELLINGEN
0
LOGOUT
(10)
(11) (12)
(13)
Het scherm links laat het apparaat zien waarop een zadelsteek afwerkingseenheid, onderkast/2x500 vel papierlade, hoge capaciteitlade en rechterlade zijn geïnstalleerd. De afbeelding varieert naargelang de apparatuur die is geïnstalleerd.
De indicatoren van het bedieningspaneel verschillen mogelijk naargelang het land en de streek.
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
(6)
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
(8)
Origineel
5.
DOCUMENT ARCHIVERING
BEELD VERZENDEN
(9)(7)
A4
Normaal
A4
A4
KOPIE
OPDRACHT STATUS
Dubbelz. Kopie
Spec. Functies
Snelbestand
(1) Toets [Kleurmodus]
Druk op deze toets om de kleurmodus te wijzigen.
KLEURKOPIEERFUNCTIES (pagina 21)
(2) Toets [Opdrachteig.instellingen]
Druk op deze toets om de instellingen voor origineel en papier en speciale functies te selecteren.
Toets [Opdrachteig.instellingen] (pagina 6)
(3) Toets [Belichting]
Hiermee geeft u de huidige instellingen voor belichting en belichtingsmodus weer. Druk op deze toets om de instelling voor belichting of belichtingsmodus te wijzigen.
BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE
WIJZIGEN (pagina 23)
(4) Toets [Kopieerfactor]
Deze toets geeft de huidige kopieerfactor weer. Druk op deze toets om de kopieerfactor aan te passen.
VERGROTEN/VERKLEINEN/ZOOM (pagina 26)
(5) Toets
Deze toets verschijnt als u een speciale functie selecteert. Druk op deze toets om een lijst geselecteerde functies en instellingen weer te geven.
Controleren welke spec. functies geselecteerd zijn (pagina 58)
(6) Uitvoerweergave
Wanneer u een of meer uitvoerfuncties hebt geselecteerd, zoals sorteren, groeperen, sorteren nieten of nieten, dan worden hier de pictogrammen van de geselecteerde functies weergegeven.
UITVOER (pagina 42)
(7) Origineelinvoerweergave
Deze verschijnt wanneer u een origineel in de origineelinvoerlade hebt geplaatst.
(8) Origineelformaatweergave
Deze geeft het formaat van het origineel aan. Wanneer u het origineelformaat handmatig hebt ingesteld, verschijnt "Handm." op het scherm. Wanneer u geen origineel hebt geplaatst, verschijnt er niets.
FORMATEN ORIGINEEL (pagina 33)
5
Page 7
(9) Papierkeuzeweergave
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
A4
Deze laat zien welk formaat papier er is geladen in elke lade. In handinvoervlak verschijnt de papiersoort boven het papierformaat. De geselecteerde lade is gemarkeerd. Bij benadering wordt de hoeveelheid papier in elke lade aangegeven door . Druk op de lade om het ladekeuzescherm voor een lade weer te geven.
(10) Weergave aantal kopieën
Deze laat zien hoeveel kopieën zijn ingesteld.
(11) Toets [Dubbelz. Kopie]
Druk op deze toets om tweezijdige kopieën te maken.
AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIËREN (pagina 15)
(12) Toets [Uitvoer]
Druk op deze toets om een uitvoerfunctie te selecteren zoals sorteren, groeperen, staffel, sorteren nieten, nieten of perforeren.
UITVOER (pagina 42)
(13) Aangepaste toetsen
U kunt deze drie toetsen wijzigen, zodat ze drie instellingen of functies van uw keuze weergeven. De toetsen kunnen worden gewijzigd bij "Toetsinstelling aanpassen" in de systeeminstellingen (beheerder). Normaliter verschijnen de volgende toetsen:
Weergegeven toetsen aanpassen (pagina 7)
Toets [Spec. Functies]
Dit is dezelfde toets [Spec. Functies] die verschijnt wanneer u drukt op de toets [Opdrachteig.instellingen].
SPECIALE FUNCTIES (pagina 54)
Toets [Bestand], [Snelbestand]
Druk op een van deze twee toetsen als u Bestand of Snelbestand van de documentarchiveringsfuncties wilt gebruiken. Dit zijn dezelfde toetsen [Bestand] en [Snelbestand] die verschijnen wanneer u drukt op de toets [Spec. Functies]. Zie de Handleiding documentarchivering voor meer informatie over de functie Documentarchivering.
Wanneer het systeeminstellingenscherm wordt weergegeven, verschijnt het basisscherm van de kopieerfunctie niet, ook al drukt u op de toets [KOPIE].
Toets [Opdrachteig.instellingen]
Wanneer u drukt op de toets [Opdrachteig.instellingen], verschijnen toetsen om het origineelformaat en de papierinstellingen te selecteren. De toets [Spec. Functies] verschijnt ook om speciale functies te kunnen kiezen. Als u het scherm voor taakinstellingen wilt sluiten en wilt terugkeren naar het basisscherm drukt u opnieuw op de toets [Opdrachteig.instellingen].
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
(1) Toets [Origineel]
Druk op deze toets om de instelling voor het origineelformaat te selecteren.
FORMATEN ORIGINEEL (pagina 33)
(2) Toets [Papierformaat]
Druk op deze toets om van papierlade te wisselen. Wanneer u op de toets drukt, verschijnen alle laden en het formaat en soort papier dat elke lade bevat. Druk op de toets voor de papierlade die u wilt gebruiken en druk vervolgens op [OK]. De instellingen voor papierformaat en papiersoort voor lade 1 t/m 5 zijn geconfigureerd in de systeeminstellingen.
Handleiding systeeminstellingen
"
Papierlade-Instellingen Meer informatie over instellingen voor papierformaat en papiersoort voor de handinvoer vindt u in "KOPIEËN
MAKEN MET DE HANDINVOER (kopiëren op speciaal papier)" (pagina 46).
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier Normaal papier
"
A4
Normaal papier
A4
(1) (2) (3)
Auto
Origineel
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
(3) Toets [Spec. Functies]
Druk op deze toets als u speciale functies wilt selecteren, zoals kantlijnverschuiving, rand wissen en boekkopie.
SPECIALE FUNCTIES (pagina 54)
OK
OK
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
6
Page 8
Weergegeven toetsen aanpassen
Toetsen van handige functies (zoals speciale functies) kunt u weergeven rechtsonder in het scherm. Stel deze toetsen in op functies die u vaak gebruikt, zodat u erover beschikt met één druk op de toets. De functies die worden getoond op de toetsen worden geselecteerd met "Toetsinstelling aanpassen" in de systeeminstellingen (beheerder).
Het scherm met de aangepaste toetsen ingesteld op [Spec. Functies], [Margeverschv.] en [Helderheid]
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Normaal
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
5.
A4
A4
B5
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Margeverschv.
Helderheid
U kunt deze drie toetsen naar believen veranderen.
Systeeminstellingen (Beheerder): Toetsinstelling aanpassen
Hiermee worden de aangepaste toetsen geselecteerd die verschijnen in het basisscherm.
7
Page 9

KOPIEERPROCEDURE

11
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
A4
Normaal
Selecteer instellingen in de onderstaande volgorde zodat het kopiëren soepel verloopt. Een uitgebreide beschrijving van het selecteren van instellingen vindt u bij de uitleg per instelling in deze handleiding.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel in de invoerlade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat.
* Naargelang de kopieerfuncties die u gebruikt, zijn er ook
twee gevallen waarin u functies selecteert voordat u het origineel plaatst.
Basiskopieerinstellingen
Opdrachteig. instellingen
2-Zijdige Kopie
Auto
Origineel Papierformaat
Auto A4
Spec. Functies
Instellingen voor tweezijdig kopiëren
Selecteer de basiskopieerinstellingen. De hoofdinstellingen zijn de volgende:
• Kleurmodus
KLEURKOPIEERFUNCTIES (pagina 21)
• Belichting en belichtingsmodus
BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE WIJZIGEN
(pagina 23)
• Kopieerfactor
VERGROTEN/VERKLEINEN/ZOOM (pagina 26)
• Origineelformaat
• Papierinstellingen
OK
Selecteer de instellingen die u nodig hebt voor tweezijdig kopiëren en tweezijdig scannen van het origineel.
FORMATEN ORIGINEEL (pagina 33)
AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIËREN (pagina 15)
8
Page 10
Uitvoerinstellingen
7
Uitvoer
Sorteren
Sorteren
Nieten
Groep
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Staffel­Lade
Staffel
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Rechter lade
OK
Selecteer de kopieeruitvoerinstellingen. De hoofdinstellingen zijn de volgende:
• Sorteerfunctie
Nieten
Perfor.
• Groepeerfunctie
• Staffelfunctie
• Nieten sorterenfunctie
Functie Sorteren Nieten / Nieten (pagina 44)
• Perforatiefunctie
• Boekje-nietenfunctie
Functie Sorteren Nieten / Nieten (pagina 44)
Instellingen speciale functies
Selecteer speciale functies zoals "Kantlijn Verschuiving" en "Wissen".
SPECIALE FUNCTIES (pagina 54)
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
OK
1/4
Sorteerfunctie (pagina 43)
Groepeerfunctie (pagina 43)
Staffelfunctie (pagina 43)
Perforatiefunctie (pagina 45)
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Instelling aantal kopieën (sets)
Dubbelz. Kopie
Instellingen documentarchivering
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
Stel het aantal kopieën (aantal sets) in.
Selecteer de instellingen voor documentarchivering.
0
Zie de Handleiding documentarchivering voor meer informatie over de functie Documentarchivering.
9
Page 11
Begin met kopiëren.
Start het scannen van originelen en het maken van kopieën.
Kleurkopiëren starten Zwart-witkopiëren
starten
Indien een of meer spec. functies zijn geselecteerd, verschijnt de toets in het basisscherm. Druk op de toets om een lijst van de geselecteerde speciale functies weer te geven. Zo kunt u controleren welke speciale functies zijn geselecteerd en welke instellingen daarvoor.
Druk op [ALLES WISSEN] ( ) om alle instellingen te annuleren.
Wanneer u op [ALLES WISSEN] ( ) drukt, worden alle tot dan toe geselecteerde instellingen gewist en keert u terug in het basisscherm.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt stoppen, drukt u op de toets [STOP] ( ).
Wanneer u op de toets [STOP] ( ) drukt, verschijnt een bericht met de vraag of u de taak wilt annuleren. Druk op de toets [Ja] in het berichtscherm.
10
Page 12

KOPIEËN MAKEN

11

KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER

In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u kopieën maakt (eenzijdige kopieën van eenzijdige originelen) met de automatische origineelinvoer.
Plaats de originelen met de bedrukte
Markeerstreep
1
zijde omhoog in de origineelinvoer met de randen gelijkmatig uitgelijnd.
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog. Plaats de originelen helemaal in de lade van de origineelinvoer. De stapel mag niet boven de markeerstreep uitkomen (niet meer dan 100 vellen).
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
3.
4.
Origineel
A4
A4R
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer of het automatisch
0
geselecteerde papierformaat hetzelfde is als het origineel.
De geselecteerde lade is gemarkeerd. U kunt ook kopiëren op papier van een ander formaat dan het origineel.
(A)
• Naargelang het formaat van het origineel dat u hebt geplaatst, wordt soms mogelijk niet automatisch hetzelfde formaat papier geselecteerd. In zulke gevallen wijzigt u het papierformaat handmatig.
• U wijzigt de papierformaatinstelling door te drukken op de toets [Opdrachteig.instellingen] en vervolgens op de toets [Papierformaat]; of u drukt op het papierformaatscherm (A). Het volgende scherm verschijnt wanneer u drukt op de toets [Papierformaat] of het papierformaatscherm (A). Druk op toets van de lade met het gewenste papierformaat en druk vervolgens op [OK].
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
OK
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer de kleurenmodus.
De momenteel geselecteerde kleurenmodus verschijnt. Wilt u de kleurenmodus wijzigen, druk dan op de toets [Kleurmodus], en vervolgens op de toets [Meerkleuren], [Auto], [Enkele Kleur] of [2 kleuren] en vervolgens op [OK].
KLEURKOPIEERFUNCTIES (pagina 21)
Meerkleuren: Het origineel wordt gekopieerd in kleur. Auto: Kleur of zwart-wit wordt automatisch geselecteerd
wanneer het origineel wordt gescand.
Enkele Kleur: Het origineel wordt uitsluitend gekopieerd in de
geselecteerde kleur.
2 kleuren: Alleen de rode delen van het origineel worden
omgezet in de geselecteerde kleur, andere kleuren worden gescand in zwart.
11
Page 13
4
7
Stel het aantal kopieën (sets) in met de cijfertoetsen.
Dubbelz. Kopie
• U kunt maximaal 999 instellen.
• U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën.
Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld...
Drukt u op de toets [WISSEN] ( ) en voert u het juiste aantal in.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
5
Ook al is een kleurenmodus geselecteerd, wordt toch in zwart-wit gekopieerd als u op de toets [STARTEN ZWART-WIT] ( ) drukt.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).

EEN KOPIE MAKEN MET DE GLASPLAAT

Als u een kopie wilt maken van een boek of ander dik origineel dat niet in de automatische origineelinvoer past, opent u de automatische origineelinvoer en plaatst u het origineel op de glasplaat. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een kopie maakt (eenzijdige kopieën van eenzijdige originelen) met de glasplaat.
Detectie origineelformaat
Open de automatische origineelinvoer, plaats het origineel met de achterzijde omlaag op de glasplaat en sluit de automatische origineelinvoer zacht.
Schaalverdeling glasplaat
merkteken
Schaalverdeling glasplaat
merkteken
1
A5 of 5-1/2" x 8-1/2"
B4 of 8-1/2" x 14"
B5
A4 of 8-1/2" x 11"
• Lijn de hoek van het origineel uit met de punt van de pijl op de schaal op de glasplaat.
• Plaats het origineel in de juiste positie voor het formaat, zoals hierboven aangegeven.
Plaats geen voorwerpen onder de formaatdetector. Het sluiten van de automatische origineelinvoer als daaronder een voorwerp is geplaatst, kan leiden tot beschadiging van de formaatdetector en een onjuiste vaststelling van het origineelformaat.
A3 of 11" x 17"
A4R of 8-1/2" x 11"R
B5R
12
Page 14
2
7
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer of het automatisch
0
geselecteerde papierformaat hetzelfde is als het origineel.
De geselecteerde lade is gemarkeerd. U kunt ook kopiëren op papier van een ander formaat dan het origineel.
(A)
• Naargelang het formaat van het origineel dat u hebt geplaatst, wordt soms mogelijk niet automatisch hetzelfde formaat papier geselecteerd. In zulke gevallen wijzigt u het papierformaat handmatig.
• U wijzigt de papierformaatkeuze door te drukken op de toets [Opdrachteig.instellingen] en vervolgens op de toets [Papierformaat]; of u drukt op het papierformaatscherm (A). Het volgende scherm verschijnt wanneer u drukt op de toets [Papierformaat] of het papierformaatscherm (A). Druk op toets van de lade met het gewenste papierformaat en druk vervolgens op [OK].
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
Papierformaat
A4
Normaal
A4
A4
A4R
B4
A3
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
OK
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
Controleer de kleurenmodus.
De momenteel geselecteerde kleurenmodus verschijnt. Wilt u de kleurenmodus wijzigen, druk dan op de toets [Kleurmodus], en vervolgens op de toets [Meerkleuren], [Auto], [Enkele Kleur] of [2 kleuren] en vervolgens op [OK].
KLEURKOPIEERFUNCTIES (pagina 21)
Meerkleuren: Het origineel wordt gekopieerd in kleur. Auto: Kleur of zwart-wit wordt automatisch geselecteerd
wanneer het origineel in kleur wordt gescand.
Enkele Kleur: Het origineel wordt uitsluitend gekopieerd in de
geselecteerde kleur.
2 kleuren: Alleen de rode delen van het origineel worden
omgezet in de geselecteerde kleur, andere kleuren worden gescand in zwart.
4
Stel het aantal kopieën (sets) in met de cijfertoetsen.
Dubbelz. Kopie
• U kunt maximaal 999 instellen.
• U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën.
Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld...
Drukt u op de toets [WISSEN] ( ) en voert u het juiste aantal in.
13
Page 15
5
6
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het scannen begint. Als u groepkopiëren hebt geselecteerd, begint het kopiëren. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Ook al is een kleurenmodus geselecteerd, wordt toch in zwart-wit gekopieerd als u op de toets [STARTEN ZWART-WIT] ( ) drukt.
Verwijder het origineel, plaats het volgende origineel en druk op de toets
of
[STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand. Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand.
7
Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed.
Lezen Klaar
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Druk op de toets [Lezen Klaar].
14
Page 16

AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIËREN

11

TWEEZIJDIGE KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER

Op de volgende manier kunt u automatisch tweezijdig kopiëren. De originelen en het papier worden automatisch omgedraaid, zodat u gemakkelijk tweezijdig kunt kopiëren.
Originelen
Kopieën
Automatisch tweezijdig kopiëren van eenzijdige originelen
Markeerstreep
1
Gereed voor scannen kopie.
2
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
Originelen
Kopieën
Automatisch tweezijdig kopiëren van tweezijdige originelen
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade met de randen gelijkmatig uitgelijnd.
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog. Plaats de originelen helemaal in de lade van de origineelinvoer. De stapel mag niet boven de markeerstreep uitkomen (niet meer dan 100 vellen).
Druk op de toets [Dubbelz. Kopie].
0
Dubbelz. Kopie
A4
Normaal
A4
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Originelen
Kopieën
Eenzijdig kopiëren van tweezijdige originelen
3
2-Zijdige Kopie
OK
Selecteer de modus tweezijdig kopiëren.
Druk op de toets van de modus voor tweezijdig kopiëren die u wilt gebruiken.
: Automatisch tweezijdig kopiëren van eenzijdige originelen
: Automatisch 2-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen
: Eenzijdig kopiëren van tweezijdige originelen
Wanneer u automatisch tweezijdige kopieën maakt van een eenzijdig staand origineel van formaat A3 (11" x 17") of B4 (8-1/2" x 14"), of wanneer u de achterkant van een tweezijdig origineel verticaal wilt spiegelen drukt u op de toets [Inbinden veranderen].
De toets [Inbinden veranderen] gebruiken (pagina 17)
2-Zijdige Kopie
OK
Inbinden
Veranderen
15
Page 17
4
2-Zijdige Kopie
OK
Inbinden
Veranderen
Druk op [OK].
5
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer of het automatisch
0
geselecteerde papierformaat hetzelfde is als het origineel.
De geselecteerde lade is gemarkeerd. U kunt ook kopiëren op papier van een ander formaat dan het origineel.
(A)
• De instelling voor tweezijdig kopiëren verschijnt boven in het papierformaatscherm (A).
• Naargelang het formaat van het origineel dat u hebt geplaatst, wordt soms mogelijk niet automatisch hetzelfde formaat papier geselecteerd. In zulke gevallen wijzigt u het papierformaat handmatig.
• U wijzigt de papierformaatinstelling door te drukken op de toets [Opdrachteig.instellingen] en vervolgens op de toets [Papierformaat]; of u drukt op het papierformaatscherm (A). Het volgende scherm verschijnt wanneer u drukt op de toets [Papierformaat] of op de papierformaatweergave (A). Druk op toets van de lade met het gewenste papierformaat en druk vervolgens op [OK].
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
OK
6
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer de kleurenmodus.
De momenteel geselecteerde kleurenmodus verschijnt. Wilt u de kleurenmodus wijzigen, druk dan op de toets [Kleurmodus], en vervolgens op de toets [Meerkleuren], [Auto], [Enkele Kleur] of [2 kleuren] en vervolgens op [OK].
KLEURKOPIEERFUNCTIES (pagina 21)
Meerkleuren: Het origineel wordt gekopieerd in kleur. Auto: Kleur of zwart-wit wordt automatisch geselecteerd
wanneer het origineel wordt gescand.
Enkele Kleur: Het origineel wordt uitsluitend gekopieerd in de
geselecteerde kleur.
2 kleuren: Alleen de rode delen van het origineel worden
omgezet in de geselecteerde kleur, andere kleuren worden gescand in zwart.
16
Page 18
7
7
8
Stel het aantal kopieën (sets) in met de cijfertoetsen.
Dubbelz. Kopie
• U kunt maximaal 999 instellen.
• U kunt één enkele kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën.
Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld...
Drukt u op de toets [WISSEN] ( ) en voert u het juiste aantal in.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
De toets [Inbinden veranderen] gebruiken
Originelen Inbinden veranderen is gebruikt
De achterkant is ondersteboven.
A
A
Selecteer deze optie wanneer de
12
A
3
pagina's worden gebonden tot een schrijfblok.
Inbinden veranderen is niet
gebruikt
De achterkant is niet
A
A
ondersteboven.
Selecteer deze optie wanneer de pagina's worden gebonden tot een boekje.
17
Page 19

AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIËREN MET DE GLASPLAAT

Originel
Op de volgende manier kunt u automatisch tweezijdig kopiëren. Het papier wordt automatisch omgedraaid, zodat u gemakkelijk tweezijdig kunt kopiëren.
1
en
Kopieën
Automatisch tweezijdig kopiëren van eenzijdige originelen
Detectie formaat origineel
Open de automatische origineelinvoer, plaats het origineel met de achterzijde omlaag op de glasplaat en sluit de automatische origineelinvoer zacht.
Schaalverdeling glasplaat
merkteken
A5 of 5-1/2" x 8-1/2"
B5
A4 of 8-1/2" x 11"
B4 of 8-1/2" x 14"
A3 of 11" x 17"
Schaalverdeling glasplaat
merkteken
A4R of 8-1/2" x 11"R
B5R
2
• Lijn de hoek van het origineel uit met de punt van de pijl op de schaal op de glasplaat.
• Plaats het origineel in de juiste positie voor het formaat, zoals hierboven aangegeven.
Plaats geen voorwerpen onder de formaatdetector. Het sluiten van de automatische origineelinvoer als daaronder een voorwerp is geplaatst, kan leiden tot beschadiging van de formaatdetector en een onjuiste vaststelling van het origineelformaat.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Dubbelz. Kopie].
0
18
Page 20
3
2-Zijdige Kopie
OK
Druk op de toets [Enkelzijdig naar dubbelzijdig].
U kunt de toetsen [Dubbelzijdig naar dubbelzijdig] en [Dubbelzijdig naar enkelzijdig] niet gebruiken wanneer u kopieert vanaf de glasplaat.
4
5
2-Zijdige Kopie
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
OK
Inbinden
Veranderen
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op [OK].
Controleer of het automatisch
0
geselecteerde papierformaat hetzelfde is als het origineel.
De geselecteerde lade is gemarkeerd. U kunt ook kopiëren op papier van een ander formaat dan het origineel.
(A)
• De instelling voor "Enkelzijdig naar dubbelzijdig" kopiëren verschijnt boven in het papierformaatscherm (A).
• Naargelang het formaat van het origineel dat u hebt geplaatst, wordt soms mogelijk niet automatisch hetzelfde formaat papier geselecteerd. In zulke gevallen wijzigt u het papierformaat handmatig.
• U wijzigt de papierformaatinstelling door te drukken op de toets [Opdrachteig.instellingen] en vervolgens op de toets [Papierformaat]; of u drukt op het papierformaatscherm (A). Het volgende scherm verschijnt wanneer u drukt op de toets [Papierformaat] of het papierformaatscherm (A). Druk op toets van de lade met het gewenste papierformaat en druk vervolgens op [OK].
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
OK
6
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer de kleurenmodus.
De momenteel geselecteerde kleurenmodus verschijnt. Wilt u de kleurenmodus wijzigen, druk dan op de toets [Kleurmodus], en vervolgens op de toets [Meerkleuren], [Auto], [Enkele Kleur] of [2 kleuren] en vervolgens op [OK].
KLEURKOPIEERFUNCTIES (pagina 21)
Meerkleuren: Het origineel wordt gekopieerd in kleur. Auto: Kleur of zwart-wit wordt automatisch geselecteerd
wanneer het origineel wordt gescand.
Enkele Kleur: Het origineel wordt uitsluitend gekopieerd in de
geselecteerde kleur.
2 kleuren: Alleen de rode delen van het origineel worden
omgezet in de geselecteerde kleur, andere kleuren worden gescand in zwart.
19
Page 21
7
7
8
Stel het aantal kopieën (sets) in met de cijfertoetsen.
Dubbelz. Kopie
• U kunt maximaal 999 instellen.
• U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën.
Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld...
Drukt u op de toets [WISSEN] ( ) en voert u het juiste aantal in.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het scannen begint. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
9
10
Verwijder het origineel, plaats het volgende origineel en druk op de toets
of
[STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand. Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand.
Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed.
Lezen Klaar
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Druk op de toets [Lezen Klaar].
20
Page 22

KLEURKOPIEERFUNCTIES

11
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de kleurenmodus selecteert. Voor een kleurenorigineel zet u de kleurenmodus in op Meerkleuren. Zijn kleurenoriginelen en zwart-witoriginelen gemengd, dan zet u de kleurenmodus op Auto.
Meerkleuren
Het origineel wordt gekopieerd in kleur.
Het origineel wordt uitsluitend gekopieerd in de geselecteerde kleur.
Enkele Kleur
Alle kleuren in het origineel worden gewijzigd in de geselecteerde kleur. U kunt kiezen uit groen, blauw, cyaan, magenta en geel.
Alleen de rode delen van het origineel worden gescand in de geselecteerde kleur, andere
2 kleuren
kleuren worden gekopieerd in zwart. Zo kunt u sprekender kopieën maken dan alleen met zwart-wit. De kleuren rood, groen, blauw, cyaan, magenta en geel kunnen worden geselecteerd.
Een kleurenorigineel wordt normaliter gekopieerd in Meerkleuren wanneer u op de toets [COLOUR START] ( ) drukt. Zijn kleurenoriginelen en zwart-witoriginelen gemengd, dan volgt u onderstaande stappen
Auto
om de kleurenmodus op Auto te zetten. Het punt van onderscheid voor het herkennen of originelen kleur of zwart-wit zijn, kan worden ingesteld met "Standaard detecteren in automatische kleurmodus" in de systeeminstellingen (beheerder).

KLEURENMODUS SELECTEREN

Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de
1
glasplaat.
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Kleurmodus
Meerkleuren
Auto
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Enkele Kleur
2 kleuren
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
Druk op de toets [Kleurmodus].
0
Stel de kleurenmodus in.
(1) Selecteer de kleurenmodus. (2) Druk op [OK].
(1) (2)
Wanneer u de modus Auto gebruikt, schakelt de modus voor sommige originelen mogelijk niet juist tussen kleur en zwart-wit. Dan drukt u per geval op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of de toets [STARTEN ZWART-WIT] ( ) om handmatig te schakelen tussen kleuren en zwart-wit kopiëren.
21
Page 23
4
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Ook al is een kleurenmodus geselecteerd, wordt toch in zwart-wit gekopieerd als u op de toets [STARTEN ZWART-WIT] ( ) drukt.
Systeeminstellingen (Beheerder): Standaard detecteren in automatische kleurmodus
Als de kleurmodus is ingesteld op auto, kan het punt van onderscheid voor het herkennen of originelen kleur of zwart-wit zijn worden ingesteld op één van de vijf niveaus.
Kopiëren in enkele kleur selecteren
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ().
Het scannen begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk.
Wanneer u [Enkele Kleur] hebt geselecteerd als kleurenmodus verschijnt het volgende scherm. Druk op de gewenste kleur en druk vervolgens op [OK].
Kleurmodus
Enkele Kleur
R(rood)
C (cyaan)
G(groen)
M (magenta)
OK
OK
B(blauw)
G (geel)
Kopiëren in twee kleuren selecteren
Wanneer u [2 kleuren] hebt geselecteerd als kleurenmodus verschijnt het volgende scherm. Druk op de gewenste kleuren en druk vervolgens op [OK].
Kleurmodus
2 kleuren Kies een andere kleur dan zwart
R(rood)
C (cyaan)
G(groen)
M (magenta)
OK
OK
B(blauw)
G (geel)
22
Page 24
BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE
11
WIJZIGEN
U kunt het belichtingsniveau en de belichtingsfunctie selecteren, zodat u een duidelijke kopie krijgt.

BELICHTING EN BELICHTINGSFUNCTIE AUTOMATISCH AANPASSEN

Standaard worden het belichtingsniveau en de belichtingsfunctie automatisch aangepast aan het origineel dat u kopieert. ("Auto" wordt weergegeven.) Wanneer u een zwart-witkopie of kleurenkopie maakt, wordt de belichting automatisch aangepast zodat u de beste beeldkwaliteit krijgt.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
3.
4.
Origineel
A4
A4R
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Spec. Functies
Snelbestand
0
Uitvoer
Bestand

DE BELICHTINGSMODUS SELECTEREN EN HET BELICHTINGSNIVEAU HANDMATIG AANPASSEN

Als u de belichtingsmodus wilt selecteren of handmatig het belichtingsniveau wilt aanpassen, volgt u onderstaande stappen.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de
1
glasplaat.
2
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Belichting].
23
Page 25
Belichting
Handmatig
Auto
Tekst/
Afged.Foto
Afgedrukte
Foto
Tekst
Tekst/Foto
Foto
OK
1/2
Selecteer de belichtingsmodus.
Druk op de toets voor het betreffende origineeltype om de belichtingsfunctie te selecteren.
Belichting
Map
Handmatig
De belichtingsmodus selecteren
Item Beschrijving
Auto
3
Tekst
Tekst/Afged.Foto
Tekst/Foto
Afgedrukte Foto
Foto
Map
Belichting Origineel
Normaliter is deze instelling geselecteerd. Wanneer u een zwart-witkopie of kleurenkopie maakt, wordt de belichting automatisch aangepast zodat u de beste beeldkwaliteit krijgt.
Gebruik deze functie voor normale tekstdocumenten.
Deze functie biedt de beste balans voor het kopiëren van een origineel dat uit zowel tekst als afgedrukte foto's bestaat, zoals een tijdschrift of catalogus.
Deze functie biedt de beste balans voor het kopiëren van een origineel dat uit zowel tekst als foto's bestaat, zoals een tekstdocument met een opgeplakte foto.
Deze functie is het beste voor het kopiëren van afgedrukte foto's, zoals foto's in een tijdschrift of catalogus.
Gebruik deze functie voor het kopiëren van foto's.
Deze functie is het best voor het kopiëren van lichte kleurtinten en kleine tekst die vaak op kaarten voorkomen.
Gebruik deze functie voor originelen die met potlood licht zijn beschreven.
Belichting
Origineel
OK
2/2
Als [Auto] is geselecteerd, maar de donkerheid of lichtheid van de afbeelding lijkt niet echt goed...
Als de afbeelding te licht of te donker lijkt wanneer [Auto] is geselecteerd, kunt u het belichtingsniveau aanpassen met "Aanpassing kopiebelichting" in de systeeminstellingen (beheerder).
24
Page 26
4
Belichting
Kopie van kopie
Kleur Verbetering
Handmatig
Auto
Tekst/
Afged.Foto
Afgedrukte
Foto
Tekst
Tekst/Foto
Foto
OK
1/2
Pas het belichtingsniveau aan.
Druk op de toets om de kopie donkerder te maken. Druk op de toets om de kopie lichter te maken.
Een kopie of afgedrukte pagina als origineel gebruiken Wanneer u een kopie of op het apparaat afgedrukte pagina gebruikt als origineel, drukt u op het selectievakje [Kopie van kopie] zodat een vinkje verschijnt. Wanneer [Kopie van kopie] is geselecteerd, kunt u slechts [Tekst], [Afgedrukte Foto], of [Tekst/Afged. Foto] selecteren voor de belichtingsmodus.
Als u de kleur van een kleurenkopie wilt verbeteren... Drukt u op het selectievakje [Kleur Verbetering] zodat een vinkje verschijnt.
Belichtingsniveaus wanneer [Tekst] is geselecteerd:
1 tot 2: Donkere originelen, zoals een krant 3: Originelen van normale dichtheid 4 tot 5: Originelen geschreven in potlood of tekst in een lichte kleur
Beperkingen wanneer Kleur Verbetering is geselecteerd
Wanneer [Kleur Verbetering] is geselecteerd in stap 4, kunt u de volgende functies niet gebruiken:
• [Kopie van kopie]
• [Auto] of [Belichting Origineel] belichting
• [Intensiteit] in de speciale functies
• [2 kleuren] of [Enkele Kleur] in de kleurmodus
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het scannen begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, worden alle pagina's een voor een gescand. Gebruikt u de
5
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Systeeminstellingen (Beheerder): Aanpassing Kopiebelichting
Het belichtingsniveau dat wordt gebruikt voor automatische aanpassing kopiebelichting kan worden aangepast.
sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
25
Page 27

VERGROTEN/VERKLEINEN/ZOOM

11
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal

KOPIEERFACTOR AUTOMATISCH SELECTEREN (Auto Image)

In dit gedeelte wordt de functie kopieerfactor automatisch selecteren (Auto Image) uitgelegd. Hiermee wordt automatisch de kopieerfactor geselecteerd die overeenkomt met het papierformaat. De vergroot- of verkleinfactor wordt automatisch geselecteerd op basis van het origineelformaat en het geselecteerde papierformaat.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
1
Kopieerfactor automatisch selecteren kunt u niet gebruiken als het origineel of het papier geen standaardformaat is. Als het origineelformaat een niet-standaardformaat is, kunt u de automatische kopieerfactorselectie alleen gebruiken wanneer u het origineelformaat handmatig invoert.
2
3
4
Auto
Origineel
(1)
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Auto
Image
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
Normaal papier
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
A4
A4
Normaal
(2)
Dubbelz. Kopie
A4
Spec. Functies
OK
OK
(2)(1)
Uitvoer
Bestand
Snelbestand
Open het scherm voor papierinstellingen.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. (2) Druk op de toets [Papierformaat].
Stel het papierformaat in.
(1) Druk op de papierlade met het gewenste
papierformaat.
(2) Druk op [OK].
Als u op [OK] drukt, keert u terug naar het scherm met opdrachtdetails. Druk op [Opdrachteig. instellingen] om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren.
Druk op de toets [Auto Image].
0
Dan wordt een geschikte kopieerfactor geselecteerd voor origineelformaat en het geselecteerde papierformaat. (De geselecteerde kopieerfactor verschijnt in het kopieerfactorscherm.)
Als het bericht "Draai origineel van naar " wordt weergegeven, wijzigt u de richting van het origineel zoals aangegeven in het bericht.
26
Page 28
of
11
5
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Om de functie Automatisch kopieerfactor selecteren te annuleren...
Drukt u op [Auto Image] zodat de toets niet langer gemarkeerd is.
Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%...
Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%, drukt u op de toets [Kopieerfactor] om het kopieerfactormenu weer te geven. Vervolgens drukt u op de toets [100%].
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Het scannen begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, worden alle pagina's een voor een gescand. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.

KOPIEERFACTOR HANDMATIG SELECTEREN (Vaste kopieerfactor/Zoom)

Met de vergroot- en verkleintoetsen kunt u elk vijf vaste kopieerfactoren selecteren (tussen een maximum van 400% en een minimum van 25%). Bovendien kunt u met de zoomtoetsen elke kopieerfactor tussen 25% en 400% selecteren in stappen van 1%.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
1
Wanneer u de automatische origineelinvoer gebruikt, ligt het bereik voor de kopieerfactor tussen 25% en 200%.
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Kopieerfactor].
0
27
Page 29
Druk op de toets [Menu] om het
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
kopieerfactormenu " " of " " te selecteren.
Menu
3
Kopieerfactor
B4
B5
70%
A4
A3
A5
B5
81%
A4
B4
B5
A4
86%
A3 B4
Auto Image X-y zoomMenu
100
Zoom
100%
%
1 2
B5 B4
A5 A4
B5 A4 A3
OK
A4
115%
A3
B5
122%
B4
B4
141%
• Vergroottoetsen: 115%, 122% en 141% (voor het AB-systeem). 121% en 129% (voor het inchsysteem).
• Verkleintoetsen: 70%, 81% en 86% (voor het AB-systeem). 77% en 64% (voor het inchsysteem).
• Toets Ware grootte: 100%
Menu
Kopieerfactor
150%75% 350%
Auto Image
100
%
Menu
Zoom
100%
1 2
50%25% 400%
200%
300%
OK
X-y zoom
(A)
Toetsen gemarkeerd met (A)
De toetsen die zijn gemarkeerd met (A) kunnen met "Extra vaste-kopieerfactoren toevoegen of veranderen" in de systeeminstellingen (beheerder) worden ingesteld op elke gewenste factor.
• Vergroottoetsen (2 tot 4 factoren) 200%, 400%, willekeurige factor (max. twee)
• Verkleintoetsen (2 tot 4 factoren) 25%, 50%, willekeurige factor (max. twee)
• Toets Ware grootte 100%
4
5
Kopieerfactor
B4
B5
70%
A4
A3
A5
B5
81%
A4
B4
B5
A4
86%
A3 B4
Auto Image X-y zoomMenu
70
Zoom
100%
%
1 2
B5 B4
A5 A4
B5 A4 A3
OK
A4
115%
A3
B5
122%
B4
B4
141%
Druk op een toets voor een vooraf ingestelde kopieerfactor en zoomtoets om de gewenste kopieerfactor te selecteren en druk vervolgens op [OK].
Nadat u op [OK] hebt gedrukt, controleert u of een papierformaat is geselecteerd dat geschikt is voor die kopieerfactor.
Als u snel een kopieerfactor wilt selecteren, drukt u op een vergroot- of verkleintoets om snel een factor te selecteren die in de buurt van de gewenste factor ligt. Vervolgens stelt u de gewenste factor precies in met de zoomtoetsen.
• Met de zoomtoetsen kunt u elke kopieerfactor tussen 25% en 400% selecteren in stappen van 1%.
• Druk op de toets om de kopieerfactor te vergroten of op de toets om de kopieerfactor te verkleinen. (Als u de toets / ingedrukt houdt, verandert de kopieerfactor automatisch. Na 3 seconden verandert de kopieerfactor snel.)
• Als het bericht "Beeld is groter dan kopieerpapier." verschijnt wanneer u een vergrotingsfactor selecteert, past de afbeelding mogelijk niet op het papier.
(B)
Auto
Origineel Papierformaat
Auto A4
Spec. Functies
Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen] en controleer of een geschikt papierformaat is geselecteerd voor de kopieerfactor.
Als "Auto" verschijnt in de toets [Papierformaat] (B), is de functie automatische papierkeuze ingeschakeld. Als automatische papierkeuze niet is ingeschakeld, kiest u het papierformaat handmatig.
28
Page 30
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het scannen begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, worden
6
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%...
Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%, drukt u op de toets [Kopieerfactor] om het kopieerfactormenu weer te geven. Vervolgens drukt u op de toets [100%].
alle pagina's een voor een gescand. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Systeeminstellingen (Beheerder): Extra vaste-kopieerfactoren toevoegen of veranderen
U kunt twee vooraf ingestelde vergrootfactoren (tussen 101% en 400%) en twee vaste verkleinfactoren (tussen 25% en 99%) toevoegen. Een toegevoegde vooraf ingestelde kopieerfactor kunt u ook wijzigen.
29
Page 31
DE LENGTE EN BREEDTE AFZONDERLIJK
11
VERGROTEN/VERKLEINEN (X-y zoom)
Met de functie X-y zoom kunt u de horizontale en verticale kopieerfactor afzonderlijk wijzigen. Zowel de horizontale als de verticale kopieerfactor kunt u in stappen van 1% instellen tussen 25% en 400%.
Wanneer u 50% hebt geselecteerd voor de horizontale factor en 70% voor de verticale factor
1
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
Originelen
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Kopieën
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Druk op de toets [Kopieerfactor].
3
4
Kopieerfactor
B4
B5
70%
A4
A3
A5
B5
81%
A4
B4
B5
A4
86%
A3 B4
Auto Image X-y zoomMenu
Kopieerfactor
70%
64%
50%
100
%
Zoom
100%
1 2
X
X
100
Y
Y
100
Zoom
100%
B5 B4
A5 A4
B5 A4 A3
%
%
OK
A4
115%
A3
B5
122%
B4
B4
141%
OK
141%
200%
400%
X-y zoomAnnuleren
Druk op de toets [X-y zoom].
Druk op de toets [X].
De standaard toestand van de toets [X] is geselecteerd (gemarkeerd) dus normaliter is deze stap niet nodig. Druk alleen op de toets [X] als deze niet is gemarkeerd.
30
Page 32
5
4
Normaal
(A) (B)
Kopieerfactor
70%
64%
50%
X
X
Y
Y
Zoom
100%
100
100
%
%
OK
141%
200%
400%
X-y zoomAnnuleren
Druk op de toetsen voor vaste factoren (A) en zoomtoetsen (B) om de horizontale (X) kopieerfactor in te stellen.
(A) Een toets voor een vooraf ingestelde kopieerfactor wordt
niet gemarkeerd wanneer u erop drukt.
(B) Door te drukken op de zoomtoetsen kunt u in stappen van
1% de kopieerfactor instellen tussen 25% en 400%.
Als u snel een kopieerfactor wilt selecteren, drukt u op een toets voor een vaste kopieerfactor (A) die in de buurt van de gewenste factor ligt. Vervolgens stelt u de gewenste factor precies in met de zoomtoetsen (B).
6
7
8
Kopieerfactor
70%
64%
50%
Kopieerfactor
70%
64%
50%
X
X
Y
Y
Zoom
100%
(B)(A)
X
Y
Zoom
100%
Annuleren
50
100
50
100
%
%
OK
141%
200%
400%
X-y zoomAnnuleren
Druk op de toets [Y].
Druk op de toetsen voor vaste factoren
%
%
OK
141%
200%
400%
X-y zoom
(A) en zoomtoetsen (B) om de verticale (Y) kopieerfactor in te stellen.
(A) Een toets voor een vooraf ingestelde kopieerfactor wordt
niet gemarkeerd wanneer u erop drukt.
(B) Door te drukken op de zoomtoetsen kunt u in stappen van
1% de kopieerfactor instellen tussen 25% en 400%.
Zo nodig kunt u nogmaals op de toets [X] drukken om de x-zoom opnieuw aan te passen.
Kopieerfactor
70%
64%
50%
X
Y
Zoom
100%
Annuleren
50
70
%
%
141%
200%
400%
X-y zoom
OK
Druk op [OK].
9
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
X 50% Y 70%
Kopieerfactor
(C)
Auto
Origineel Papierformaat
Auto A4
Spec. Functies
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen] en controleer of een geschikt papierformaat is geselecteerd voor de kopieerfactor.
Als "Auto" verschijnt in de toets [Papierformaat] (C), is de functie automatische papierkeuze ingeschakeld. Als automatische papierkeuze niet is ingeschakeld, kiest u het papierformaat handmatig.
31
Page 33
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het scannen begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, worden
10
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Wanneer u de automatische origineelinvoer gebruikt, ligt het bereik zowel voor de verticale als voor de horizontale kopieerfactor tussen 25% en 200%.
alle pagina's een voor een gescand. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u een X-y zoominstelling wilt annuleren...
Als u een x-y zoominstelling wilt annuleren, drukt u op de toets [X-y zoom] of [Annuleren].
32
Page 34

FORMATEN ORIGINEEL

Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal

FORMAAT ORIGINEEL CONTROLEREN

Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch waargenomen en weergegeven op het voorwaarde-instellingenscherm. Als [Auto] verschijnt in de toets [Origineel] die wordt weergegeven wanneer u op de toets [Opdrachteig.instellingen] drukt, wordt het formaat van het geplaatste origineel automatisch waargenomen. (Automatische formaatdetectie)
Voorbeeld van basisscherm
Het origineelformaat wordt weergegeven. Met een pictogram wordt de richting van het origineel aangegeven. Als het origineel geen standaard formaat is, wordt het niet automatisch gedetecteerd. Geef in dat geval het origineelformaat op.
(A)
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
3.
4.
Origineel
A4
A4R
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Spec. Functies
Snelbestand
0
Uitvoer
Bestand
Voorbeeld van de weergave van de toets [Origineel]
(B)
Auto
Origineel
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
(A) Het origineelformaat wordt weergegeven. (B) "Auto" verschijnt wanneer de automatische formaatdetectie van het origineel werkt.
Lijst van instellingen detectie formaat origineel
De standaardformaten worden ingesteld in "Instelling Detectie Formaat Origineel" in de systeeminstellingen (beheerder). De standaard fabriekinstelling is "AB-1 (Inch-1)".
AB-1 A3, A4, A4R, A5, B4, B5, B5R A3, A4, A4R, A5, B4, B5, B5R, 8-1/2" x 11",
AB-2 A3, A4, A4R, A5, B5, B5R, 216 mm x 330 mm
AB-3 A4, A4R, A5, B4, 8K, 16K, 16KR A3, A4, A4R, A5, B4, 8K, 16K, 16KR, 8-1/2" x 11",
Inch-1 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R,
Inch-2 11" x 17", 8-1/2" x 13" (216 mm x 330 mm),
Detecteerbare origineelformaten
Selecties
Glasplaat
(8-1/2" x 13")
5-1/2" x 8-1/2"
8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, 5-1/2" x 8-1/2"
• Wanneer de detectie formaat origineel actief is en het origineel geen standaardformaat is (een inchformaat of speciaal formaat), wordt mogelijk het naaste standaardformaat weergegeven of verschijnt het origineelformaat niet. Stel het origineelformaat dan handmatig in.
Origineelinvoerlade (automatische
origineelinvoer)
8-1/2" x 14", 11" x 17"
A3, A4, A4R, A5, B4, B5, B5R, 8-1/2" x 11", 11" x 17", 216 mm x 330 mm (8-1/2" x 13")
11" x 17", 216 mm x 330 mm (8-1/2" x 13")
11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, 5-1/2" x 8-1/2", A4, A3
11" x 17", 8-1/2" x 13" (216 mm x 330 mm), 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, 5-1/2" x 8-1/2", A4, A3
FORMAAT ORIGINEEL OPGEVEN (pagina 35)
Wanneer u een origineel van niet-standaardformaat op de glasplaat plaatst, kunt u de formaatdetectie gemakkelijker maken door een blanco vel A4, B5 (8-1/2" x 11", 5-1/2" x 8-1/2") of ander standaardformaat papier boven op het origineel te plaatsen.
33
Page 35
Standaard richting om het origineel te plaatsen
Plaats originelen zo in de origineelinvoerlade of op het documentglas dat de boven- en onderrand van het origineel liggen als aangegeven in de illustratie. Als u de originelen niet in de juiste richting plaatst, komen de nietjes niet op de juiste plaats en geven sommige speciale functies niet het verwachte resultaat. Meer informatie over de plaatsing van het origineel vindt u in "3. ORIGINELEN" in de Gebruikershandleiding.
[Voorbeeld 1]
GlasplaatOrigineelinvoerlade
Plaats het origineel met de hoeken hier
[Voorbeeld 2]
abc
uitgelijnd.
GlasplaatOrigineelinvoerlade
abc
Plaats het origineel met de hoeken hier uitgelijnd.
abc
abc
Kopieafbeelding automatisch draaien (Kopie draaien)
Als de richting van het origineel en het papier anders zijn, wordt de origineelafbeelding automatisch 90 graden gedraaid, zodat deze goed op het papier komt. (Een bericht wordt weergegeven wanneer een afbeelding wordt gedraaid.)
[Voorbeeld]:
De afbeelding is 90 graden gedraaidRichting van geplaatst origineel Richting van papier
Het origineel gezien van achteren
Het papier gezien van achteren
Deze functie werkt ofwel bij de functie automatische papierselectie of bij de functie auto image. Het draaien kan worden uitgeschakeld met "Instelling Draaien Kopie" in de systeeminstellingen (beheerder).
34
Page 36

FORMAAT ORIGINEEL OPGEVEN

Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
A4
Normaal
Als het origineel geen standaardformaat heeft of niet juist wordt gedetecteerd, geeft u het formaat van het origineel handmatig op.
1
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Auto
Opdrachteig. instellingen
Origineel
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen].
Druk op de toets [Origineel].
Geef het formaat van het origineel op.
Het origineelformaat opgeven met het AB-systeem
3
(1)
Origineel
Origineel
5 x8 R
AB Inch
A5 B5R B4
A5R A4
B5 A4R
Standaardformaat Invoer Formaat
(1)
AB Inch
1
1
/
2
8 x13(216x330)
1
8 x11R
2
1
/
2
8 x14
/
1
/
2
/
5 x8 11x17
2
1
1
/
/
2
2
1
/
8 x11
2
Standaardformaat Invoer Formaat
A3
(2)
(2)
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
(3)
OKOK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
(1) Druk op de betreffende toets voor het
origineelformaat.
(2) Druk op [OK].
Het origineelformaat opgeven met het inchsysteem
(1) Druk op de toets [AB Inch]. (2) Druk op de betreffende toets voor het
origineelformaat.
(3) Druk op [OK].
35
Page 37
Een niet-standaard origineelformaat opgeven
Origineel
X
X
Y
Y
Standaardformaat Invoer Formaat
420
297
(64 432) mm
(64 297) mm
(2), (3) (1)
(4)
OKOK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
(1) Druk op de tab [Invoer Formaat]. (2) Geef de X (horizontale) afmeting van het
origineel op.
Terwijl de toets [X] is gemarkeerd voert u de horizontale afmeting (X) van het origineel in met de toetsen
. U kunt een afmeting invoeren tussen 64 mm en 432 mm (tussen 2-1/2" en 17"). Wanneer een automatische origineelinvoer is geïnstalleerd, kunt u een afmeting van 143 mm tot 432 mm (5-3/4" tot 17") invoeren. Gebruik de glasplaat als de lengte of breedte van het origineel kleiner dan 143 mm (5-3/4") is.
(3)
Geef de Y (verticale) afmeting van het origineel op.
Druk op de toets [Y] en voer de verticale afmeting (Y) van het origineel in met de toetsen . U kunt een afmeting invoeren tussen 64 mm en 297 mm (tussen 2-1/2" en 11-5/8"). Wanneer een automatische origineelinvoer is geïnstalleerd, kunt u een afmeting van 131 mm tot 297 mm (5-1/8" tot 11-5/8") invoeren. Gebruik de glasplaat als de lengte of breedte van het origineel kleiner dan 131 mm (5-1/8") is.
(4) Druk op [OK].
Als u op [OK] drukt, keert u terug naar het scherm met opdrachtdetails. Druk op [Opdrachteig. instellingen] om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren.
4
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Handmatig
A4
B4 A3
X 420 Y 297
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Controleer of u het juiste
0
origineelformaat hebt ingevoerd.
• Controleer of de opgegeven waarden verschijnen in de toets [Origineel]. Als de waarden niet juist zijn, drukt u opnieuw op de toets [Origineel] en geeft u de juiste waarden op.
• Als de waarden juist zijn, drukt u op de toets [Opdrachteig.instellingen] om terug te keren tot het basisscherm van de kopieermodus. De weergave van het origineelformaat in het basisscherm geeft "Handmatig" aan.

VAAK GEBRUIKTE ORIGINEELFORMATEN OPSLAAN

Origineelformaten die u vaak gebruikt, kunt u opslaan. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u speciale origineelformaten opslaat, oproept, wijzigt en wist.
Origineelformaten opslaan
U kunt maar liefst 9 speciale origineelformaten opslaan.
Druk op de toets
0
[Opdrachteig.instellingen].
1
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
36
Page 38
2
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
A4
Normaal
Opdrachteig. instellingen
Auto
Origineel
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
Druk op de toets [Origineel].
3
4
5
Origineel
Origineel
X254 Y210mm
AB Inch
A5 B5R B4
A5R A4
B5 A4R
Standaardformaat Invoer Formaat
Oproepen Opslaan/Verwijderen
A3
(2) (1)
Origineel
X
X
Y
420
Y
297
Oproepen Opslaan/Verwijderen
Annuleren
(64 432) mm
(64 297) mm
(1), (2)
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Druk op de toets [Aangepast Formaat].
Selecteer een toets om een aangepast formaat op te slaan.
(1) Druk op de tab [Opslaan/Verwijderen]. (2) Druk op een toets om een aangepast
formaat op te slaan.
Druk op een toets die geen formaat aangeeft ().
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Voer het origineelformaat in.
(1) Geef de X (horizontale) afmeting van het
origineel op.
Terwijl de toets [X] is gemarkeerd, voert u de horizontale afmeting (X) van het origineel in met de toetsen
. U kunt een afmeting invoeren tussen 64 mm en
(3)
432 mm (tussen 2-1/2" en 17").
(2) Geef de Y (verticale) afmeting van het
origineel op.
Druk op de toets [Y] en voer de verticale afmeting (Y) van het origineel in met de toetsen . U kunt een afmeting invoeren tussen 64 mm en 297 mm (tussen 2-1/2" en 11-5/8").
6
(3) Druk op [OK].
Origineel
X254 Y210mm
Oproepen
X420 Y297mm
Opslaan/Verwijderen
OKOK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Het opgeslagen origineelformaat blijft bewaard, ook na een stroomstoring.
Als u de bewerking wilt annuleren...
Drukt u op de toets [ALLES WISSEN] ( ).
Druk op [OK].
37
Page 39
Een opgeslagen origineelformaat gebruiken
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
A4
Normaal
1
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Auto
Opdrachteig. instellingen
Origineel
A5 B5R B4
A5R A4
B5 A4R
Standaardformaat Invoer Formaat
Origineel
AB Inch
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen].
Druk op de toets [Origineel].
Druk op de toets [Aangepast Formaat].
Origineel
X254 Y210mm
4
Oproepen Opslaan/Verwijderen
(2) (1)
Als u de bewerking wilt annuleren...
Drukt u op de toets [ALLES WISSEN] ( ).
(3)
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Roep het opgeslagen origineelformaat op.
(1) Druk op de tab [Oproepen]. (2) Druk op de toets voor het origineelformaat
dat u wilt oproepen.
(3) Druk op [OK].
38
Page 40
Een opgeslagen origineelformaat wijzigen
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
A4
Normaal
1
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Auto
Opdrachteig. instellingen
Origineel
A5 B5R B4
A5R A4
B5 A4R
Standaardformaat Invoer Formaat
Origineel
AB Inch
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen].
Druk op de toets [Origineel].
Druk op de toets [Aangepast Formaat].
4
5
Origineel
X254 Y210mm
Oproepen Opslaan/Verwijderen
Reeds aangepast formaat opgeslagen onder deze toets.
Annuleren Wissen Wijzigen
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
(1)(2)
Selecteer de toets voor het origineelformaat dat u wilt wijzigen.
(1) Druk op de tab [Opslaan/Verwijderen]. (2) Druk op de toets voor het origineelformaat
dat u wilt wijzigen.
Druk op de toets ( ) die het origineelformaat
X254 Y210mm
aangeeft dat u wilt wijzigen.
Druk op de toets [Wijzigen].
39
Page 41
6
Origineel
X
X
Y
Y
Oproepen Opslaan/Verwijderen
420
297
(64 432) mm
(64 297) mm
(1), (2)
Annuleren
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Wijzig het origineelformaat.
(1) Geef de X (horizontale) afmeting van het
origineel op.
Terwijl de toets [X] is gemarkeerd, voert u de horizontale afmeting (X) van het origineel in met de toetsen
(3)
. U kunt een afmeting invoeren tussen 64 mm en
432 mm (tussen 2-1/2" en 17").
(2) Geef de Y (verticale) afmeting van het
origineel op.
Druk op de toets [Y] en voer de verticale afmeting (Y) van het origineel in met de toetsen . U kunt een afmeting invoeren tussen 64 mm en 297 mm (tussen 2-1/2" en 11-5/8").
(3) Druk op [OK].
Origineel
X420 Y297mm
7
Oproepen
Als u de bewerking wilt annuleren...
Drukt u op de toets [ALLES WISSEN] ( ).
Opslaan/Verwijderen
OKOK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Druk op [OK].
40
Page 42
Een opgeslagen origineelformaat wissen
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
A4
Normaal
1
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Auto
Opdrachteig. instellingen
Origineel
A5 B5R B4
A5R A4
B5 A4R
Standaardformaat Invoer Formaat
Origineel
AB Inch
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen].
Druk op de toets [Origineel].
Druk op de toets [Aangepast Formaat].
4
5
6
Origineel
X254 Y210mm
Oproepen Opslaan/Verwijderen
Reeds aangepast formaat opgeslagen onder deze toets.
Annuleren Wissen Wijzigen
Origineel
Oproepen
(1)(2)
Opslaan/Verwijderen
OK
OK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
OKOK
Auto
Handmatig
Aangepast
Formaat
Selecteer de toets voor het origineelformaat dat u wilt wissen.
(1) Druk op de tab [Opslaan/Verwijderen]. (2) Druk op de toets voor het origineelformaat
dat u wilt wissen.
Druk op de toets ( ) die het origineelformaat aangeeft dat u wilt wissen.
X254 Y210mm
Druk op de toets [Wissen].
Druk op [OK].
Als u de bewerking wilt annuleren...
Drukt u op de toets [ALLES WISSEN] ( ).
41
Page 43

UITVOER

Als u uitvoerfuncties en de uitvoerlade wilt selecteren, drukt u op de toets [Uitvoer] in het basisscherm van de kopieermodus. U kunt de volgende uitvoerfuncties selecteren: sorteren, groeperen, staffel, sorteren nieten, zadelsteek en perforatie. Alle instellingen worden uitgelegd in dit gedeelte, ervan uitgaande dat een zadelsteek afwerkingseenheid, perforatiemodule en rechterlade zijn geïnstalleerd.
Uitvoer
Sorteren
Sorteren
Nieten
Groep
(1) Toets [Groep]
Kopieën zijn gegroepeerd per pagina.
Groepeerfunctie (pagina 43)
(2) Toets [Sorteren Nieten]
Hiermee sorteert u de uitvoer in sets, niet u elke set en voert u de sets naar de lade. (Bedenk dat de sets niet worden gestaffeld in de uitvoerlade.) Als deze functie is geselecteerd, verschijnen drie toetsen om de nietpositie te selecteren.
Functie Sorteren Nieten / Nieten (pagina 44)
(3) Toets [Sorteren]
Hiermee sorteert u uitvoer tot sets.
Sorteerfunctie (pagina 43)
(4) Uitvoerweergave
Er verschijnt een pictogram dat de uitvoermodus aangeeft.
(5) Toets [Staffel-Lade] (Toets ([Middelste Lade] *)
Hiermee wordt de uitvoer gestaffeld ten opzichte van de vorige set in de staffellade (middelste lade). De toets [Staffel-Lade] wordt automatisch geselecteerd wanneer u de toets [Sorteren Nieten] selecteert. * Wanneer u alleen een rechterlade installeert, verschijnt
deze als de "Middelste Lade".
(4) (6)
(5)(3)(2)(1)
Staffel­Lade
Staffel
Rechter lade
(8)
(6) Toets [Rechter lade]
Selecteer deze toets als u de uitvoer naar de rechterlade wilt zenden. Wanneer u de rechterlade selecteert kunt u staffel, sorteren nieten, zadelsteek en perforatie niet selecteren.
(7) Toets [OK]
Druk op deze toets om het uitvoerscherm te sluiten en terug te keren naar het basisscherm.
(8) Toets [Staffel]
Hiermee staffelt u elke set uitvoer ten opzichte van de vorige set. De staffelfunctie werkt wanneer het selectievakje is geselecteerd en werkt niet wanneer het selectievakje niet is geselecteerd . (Het vinkje voor staffel wordt automatisch gewist wanneer u de functie Sorteren Nieten selecteert.)
Staffelfunctie (pagina 43)
(9) Toets [Nieten]
Hiermee niet en vouwt u elke set kopieën op de middenlijn.
Functie Sorteren Nieten / Nieten (pagina 44)
Als u op deze toets drukt, verschijnt het scherm voor nietinstellingen. (Alleen wanneer "Automatisch Nietapparaat" is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder).)
(10) Toets [Perfor.]
Met deze toets perforeert u de afdruk.
Perforatiefunctie (pagina 45)
Nieten
(9)
(7)
OK
Perfor.
(10)
Welke toetsen worden weergegeven en kunnen worden geselecteerd hangt af van de randapparatuur die is geïnstalleerd. Welke toetsen worden weergegeven hangt af van de randapparatuur die is geïnstalleerd. Naargelang de geïnstalleerde randapparatuur is het misschien niet mogelijk bepaalde toetsen te selecteren. Als uw scherm er anders uitziet, zie dan onderstaande schermen.
Voorbeeldscherm 1
Het scherm wanneer een rechterlade, afwerkingeenheid en zadelsteek afwerkingseenheid niet zijn geïnstalleerd.
Uitvoer
Sorteren
Groep
Staffel
Voorbeeldscherm 2
Het scherm wanneer een rechterlade is geïnstalleerd.
OK
Uitvoer
Sorteren
Groep
Middelste Lade
Staffel
Rechter lade
Voorbeeldscherm 3
Het scherm wanneer een rechterlade, afwerkingeenheid en perforatiemodule zijn geïnstalleerd.
OK
Uitvoer
Sorteren
Sorteren
Nieten
Groep
Staffel­Lade
Staffel
Rechter lade
OK
Perfor.
42
Page 44

UITVOERFUNCTIES

S
In dit gedeelte worden alle uitvoerfuncties uitgelegd.
Sorteerfunctie
Hiermee sorteert u uitvoer tot sets.
Voorbeeld: De originelen sorteren tot 5 sets
Originelen Uitvoer
Stel het aantal kopieën in (5).
LOGOUT
Uitvoer
Druk op de toets [Uitvoer].
Groepeerfunctie
Met deze functie groepeert u kopieën per pagina.
Voorbeeld: Groepen van 5 kopieën van elke pagina
Originelen Uitvoer
Stel het aantal kopieën in (5).
LOGOUT
Uitvoer
Druk op de toets [Uitvoer].
orteren
• De sorteerfunctie wordt automatisch geselecteerd wanneer u originelen plaatst in de automatische origineelinvoer.
• Wanneer de Snelmap voor documentarchivering vol is, heeft dit gevolgen voor het kopiëren van een groot aantal originelen met de sorteerfunctie. Verwijder onnodige bestanden uit de Snelmap.
Druk op de toets [Sorteren].
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Groep
De groepeerfunctie wordt automatisch geselecteerd wanneer u een origineel op de glasplaat plaatst.
Druk op de toets [Groep].
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Staffelfunctie
Met deze functie staffelt u elke set kopieën ten opzichte van de vorige set in de uitvoerlade, zodat het gemakkelijk wordt om sets kopieën te scheiden.
Staffelfunctie "AAN" Staffelfunctie "UIT"
• U kunt de staffelfunctie niet gebruiken in de rechterlade.
• U kunt de staffelfunctie niet selecteren wanneer de functie sorteren nieten is geselecteerd.
43
Page 45
Functie Sorteren Nieten / Nieten
Met de sorteerfunctie wordt de uitvoer gesorteerd tot sets en elke set wordt geniet en naar de lade gezonden. (Functie Sorteren nieten) Ook kunt u de uitvoer op twee plaatsen op de middenlijn laten nieten en vouwen. (Nietfunctie (zadelsteek)) Hieronder ziet u een overzicht van het verband tussen nietpositie, papierstand, toegestane papierformaten om te nieten en het aantal vellen dat kan worden geniet. Voor de plaatsingsrichting van originelen, zie "Plaatsingsrichting origineel (voor de functies sorteren nieten en
perforeren)" (pagina 45).
4
Geniet (zadelsteek)
5
Nietposities Verticaal gericht papier (staand) Horizontaal gericht papier (liggend)
Eén nietje in de linkerbovenhoek
Eén nietje in de linkerbenedenhoek
Twee nietjes aan linkerrand
Geschikte papierformaten
A4, B5, 8-1/2" x 11", 16K
Aantal vellen dat u kunt nieten:
• Zadelsteek afwerkingseenheid Max. 30 vellen*
• Afwerkingeenheid Max. 50 vellen*
Zadelsteek
afwerkingseenheid Geschikte papierformaten
A3, B4, A4R, B5R, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 11"R, 8K, 16KR
Aantal vellen dat u kunt nieten
A3, B4, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8K: Max. 25 vellen* A4R, B5R, 8-1/2" x 11"R, 16KR: Max. 30 vellen*
Afwerkingseenheid
Geschikte papierformaten
A3, B4, A4R, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 11"R, 8K, 16KR
Aantal vellen dat u kunt nieten
A3, B4, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8K: Max. 30 vellen* A4R, 8-1/2" x 11"R, 16KR: Max. 50 vellen*
Zadelsteek (alleen met zadelsteek afwerkingseenheid)
*U kunt twee 209 g/m
2
(56 lbs.) vellen plaatsen als omslag en nieten (slechts één vel wanneer u de zadelsteekfunctie
U kunt de zadelsteekfunctie niet gebruiken wanneer het papier verticaal gericht is.
Geschikte papierformaten
A3, B4, A4R, 11" x 17", 8-1/2" x 11"R
Aantal vellen dat u kunt nieten:
Max. 10 vellen*
gebruikt). In dit geval kunt u twee vellen minder (één voor zadelsteek) gebruiken dan het vermelde maximum.
• Wanneer Origineel gem. form. van de speciale functies wordt gebruikt met de instelling "Zelfde breedte", kunt u maximaal 25 vellen nieten op een zadelsteek afwerkingseenheid of afwerkingeenheid, ongeacht het papierformaat.
• U kunt de zadelsteekfunctie alleen gebruiken wanneer een zadelsteek afwerkingseenheid is geïnstalleerd.
44
Page 46
Perforatiefunctie
Als een optionele perforatiemodule is geïnstalleerd, kunt u de uitvoer perforeren. U kunt het volgende papier perforeren A3 tot B5R (60 tot 209g/m2) (11" x 17" tot 8-1/2" x 11" (16 lbs. tot 56 lbs.)). Papier van formaat A3W (12" x 18"), transparanten, tabpapier en andere speciale soorten papier kunt u niet gebruiken.
[Voorbeelden]
De zadelsteekfunctie en de perforatiefunctie kunnen niet tegelijk geselecteerd zijn.
[Origineel 1] [Perforatieposities]
[Origineel 2] [Perforatieposities]
Plaatsingsrichting origineel (voor de functies sorteren nieten en perforeren)
Wanneer u de functie Sorteren nieten of Perforeren gebruikt, moet u het origineel plaatsen zoals hieronder aangegeven. Dan kan het papier op de juiste plaats worden geniet of geperforeerd.
Sorteren nieten Perforeren
Origineelinvoerlade Glasplaat Origineelinvoerlade Glasplaat
abc
abc
abc
abc
abc
abc
abc
abc
abc
abc
45
Page 47
KOPIEËN MAKEN MET DE HANDINVOER
11
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
(kopiëren op speciaal papier)
Naast normaal papier kunt u met de handinvoer ook kopieën maken op transparanten, briefkaarten, tabpapier en andere speciale papiersoorten. Uitvoeriger informatie over soorten papier die u kunt laden in de handinvoer vindt u in de Veiligheidshandleiding. Voor voorzorgsmaatregelen en andere belangrijke informatie bij het laden van papier in de handinvoer, zie "PAPIER LADEN IN DE HANDINVOERLADE" in de Gebruikershandleiding.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de
1
glasplaat.
Plaats papier in de handinvoer.
Plaats het papier met de afdrukzijde naar beneden.
2
3
4
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Auto
Origineel
(1)
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A4
Normaal papier
(2)
(B) (A)
Als u papier plaatst dat groter is dan A4R of 8-1/2" x 11"R, trek dan het verlengstuk van de handinvoer uit. Trek het verlengstuk van de handinvoer helemaal uit. Als u het verlengstuk van de handinvoer niet helemaal uittrekt, wordt het formaat van het geladen papier niet juist weergegeven.
Open het scherm voor papierinstellingen.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. (2) Druk op de toets [Papierformaat].
OK
OK
Stel het soort en het formaat in van het papier in de handinvoer.
(A) Toont het formaat van het papier in de handinvoer. (B) Toont het momenteel geselecteerde soort papier.
Als u het papierformaat en de papiersoort zoals getoond in (A) and (B) wilt gebruiken, druk dan op (A) en op [OK]. Ga naar stap 8. Als u het papierformaat of de papiersoort wilt wijzigen, druk dan op (B) en ga door met de volgende stap.
46
Page 48
5
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Selecteer papiersoort.
Normaal papier
Voorbedrukt
Recycled
Briefpapier
Geperforeerd
Kleur
Dun papier
Zwaar Papier
Etiketten
Annuleren
Transparant
Tabpapier
Envelop
1/2
Selecteer de papiersoort die u gebruikt in de handinvoer.
Selecteer de gebruikte papiersoort.
1/2
6
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Type
Normaal papier
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Type
Normaal papier
Auto-Inch
Auto-AB
Extra Formaat
Auto-Inch
Auto-AB
Extra Formaat
Type
Formaat
1
1
/
2
1
/
2
1
/
2
X 17
Y
Y
AB
/
2
1
/
2
11
1
/
2
1
/
2
Type
((148 432)
mm
(100 297) mm
12x18,11x17,8 x14
1
/
8 x11,8 x11R,5 x8 R
2 1
/
7 x10 R,A3,A4,B4,B5
4
A3W,A3,A4,A4R,A5R,B4 B5,B5R,216x330(8 x13) 11x17,8 x11
16K
16KR
Inch
OK
8K
Stel het papierformaat in.
Druk op de toets [Auto-AB] of [Auto-Inch] en vervolgens op [Extra Formaat]. Als u een papierformaat wenst dat wordt gebruikt in China, drukt u op [8K], [16K], of [16KR]. Druk na het selecteren van de instelling op [OK].
2/2
Toets [Auto-Inch]
Druk op deze toets wanneer het geladen papier een inchformaat is (8-1/2" x 11", etc.). Wanneer het papier in de handinvoer een inchformaat is, wordt het papierformaat automatisch gedetecteerd en het juiste formaat ingesteld.
Toets [Auto-AB]
Druk op deze toets wanneer het geladen papier een AB-formaat is (A4, etc.). Wanneer het papier in de handinvoer een AB-formaat is, wordt het papierformaat automatisch gedetecteerd en wordt het juiste formaat ingesteld.
OK
OK
Toets [Extra Formaat]
Druk op deze toets wanneer u het formaat van het geplaatste papier kent, maar het niet een van de inch- of AB-formaten is. Als u op de toets drukt, verschijnt een invoerscherm voor het papierformaat. Als u een papierformaat wilt instellen in millimeters, drukt u op de tab [AB]. Als u een papierformaat wilt instellen in inches, drukt u op de tab [Inch]. Druk op de toets [X] en geef met de toetsen de horizontale afmeting van het papier op. Druk vervolgens op de toets [Y] en geef de verticale afmeting op. Wanneer u klaar bent, drukt u op [OK].
7
8
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Tabpapier
(1) (2)
OK
OK
Selecteer de handinvoer.
(1) Druk op de papierformaattoets van de
handinvoer.
(2) Druk op [OK].
Als u op [OK] drukt, keert u terug naar het scherm met opdrachtdetails. Druk op [Opdrachteig. instellingen] om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Het scannen begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd. Als u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, worden alle
• pagina's een voor een gescand. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
47
Page 49
EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN
11
(kopiëren onderbreken)
Wanneer u dringend een kopie moet maken terwijl een lange kopieersessie of andere opdracht aan de gang is, kunt u de functie Kopiëren onderbreken gebruiken. Met kopiëren onderbreken stopt u de onderhanden opdracht tijdelijk zodat u tussendoor iets anders kunt kopiëren.
1
2
3
Bezig met kopieren vanaf lade 1. Gereed voor scannen volgende taak.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
of
Onderbreken
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Onderbreken].
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Selecteer de kopieerinstellingen voor de tussenopdracht en start het kopiëren.
De tussenopdracht begint.
Wanneer de tussenopdracht is gekopieerd, wordt de onderbroken opdracht hervat.
4
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
• Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, verschijnt het loginscherm wanneer u op de toets [Onderbreken] drukt. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op om in te loggen. Het aantal kopieën dat u maakt wordt opgeteld bij dat van de gebruiker die heeft ingelogd.
• Naargelang de instellingen van de opdracht in uitvoering, verschijnt mogelijk de toets [Onderbreken] niet.
• Naargelang de instellingen van de opdracht in uitvoering, verschijnt mogelijk de toets [Reserveren] in plaats van de toets [Onderbreken]. In tegenstelling tot kopiëren onderbreken, wordt bij kopiëren reserveren de opdracht in uitvoering niet tijdelijk stopgezet. De gereserveerde kopieeropdracht begint wanneer de opdracht in uitvoering is afgelopen.
• De functie kopiëren onderbreken kunt u niet gebruiken in combinatie met de volgende speciale functies: Opdracht Samenstel., Tandem-Kopie, Boekkopie, Kaart Formaat, Vergrot. over meerdere pag., Proefafdruk
• Wanneer u de glasplaat gebruikt voor een tussentaak, kunt u niet tweezijdige kopiëren, sorteren en sorteren nieten selecteren. Als u een van deze functies nodig hebt, moet u de automatische origineelinvoer gebruiken.
48
Page 50

OPDRACHTSTATUSSCHERM

Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per functie weer. Als u op de toets [OPDRACHT STATUS] drukt, wordt het opdrachtstatusscherm weergegeven van de functie die u gebruikte voordat u op de toets drukte.
Voorbeeld: Drukken op de toets in kopieerfunctie
OPDRACHT STATUS
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Kopieren 020 / 001 Kopieren
Kopieren 020 / 000 Wachten
Computer01 020 / 000 Wachten
0312345678 002 / 000 Wachten
1/1
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
De linkerrand van het opdrachtstatusscherm verschijnt aan de linkerrand van het aanraakscherm. Wanneer u de linkerrand van het opdrachtstatusscherm aanraakt, verschijnt het opdrachtstatusscherm.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
1
Kleurmodus
2
Opdrachteig. instellingen
3
4
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Dubbelz. Kopie
Normaal
A4
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Spec. Functies
0
Uitvoer
Bestand
Snelbestand

SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN

Het opdrachtstatusscherm omvat het scherm opdrachtwachtrij (waarin wordt aangegeven welke kopieer- en afdrukopdrachten wachten om te worden afgedrukt, en de opdracht die momenteel wordt uitgevoerd), en het scherm uitgevoerde opdrachten (waarin de uitgevoerde opdracht worden aangegeven, het spool scherm (met opdrachten die zijn gespoold) and encrypted PDF opdrachten die wachten om te worden afgedrukt. In dit gedeelte wordt het wachtrijscherm en het scherm uitgevoerde opdrachten uitgelegd met betrekking tot de kopieerfunctie. Het opdrachtstatusscherm schakelt tussen het opdrachtwachtrijscherm en het scherm uitgevoerde opdrachten, telkens wanneer u op de selectietoets van het opdrachtstatusscherm drukt.
(1)
(7)
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Kopieren 020 / 001 Kopieren
Kopieren 020 / 000 Wachten
Computer01 020 / 000 Wachten
0312345678 002 / 000 Wachten
1/1
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
(1) Opdrachtenlijst (opdrachtwachtrij)
Hier worden de opdrachten die wachten op afdrukken en de onderhanden opdrachten weergegeven als toetsen (opdrachttoetsen). De opdrachten worden afgedrukt vanaf de opdracht boven in de wachtrij. Elke opdrachttoets laat informatie over de opdracht en de huidige status van de opdracht zien.
(2) Selectietoets van opdrachtstatusscherm
Druk op deze toets om te wisselen tussen het scherm opdrachtwachtrij en het scherm uitgevoerde opdrachten.
Spool
(2) (3)
(4) (5)
(6)
Opdrachten Klaar Tijd Inst. Sets Status
Computer01
Kopieren
Computer02
Kopieren
14:38 12/09 010/010
14:38 12/09
14:09 12/09
13:27 12/09
005/005
002/002
003/003
OK
OK
OK
OK
(3) Toets [Details] (scherm opdrachtwachtrij)
Druk op deze toets om uitvoerige informatie over een opdracht weer te geven.
(4) Toets [Prioriteit]
Druk op deze toets om prioriteit te verlenen aan de geselecteerde opdracht.
(5) Toets [Stop./Wis.]
Druk op deze toets om een geselecteerde opdracht te stoppen of wissen.
49
1/8
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Oproep
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
(8)
(9)
Page 51
(6) Functiewijzigingstoetsen
Met deze toetsen selecteert u welke functie wordt weergegeven in het opdrachtstatusscherm. U kunt de status van kopieeropdrachten controleren door te drukken op de toets [Afdrukopdr.].
(8) Toets [Details] (scherm uitgevoerde opdrachten)
Wanneer een opdracht in de opdrachtenlijst wordt weergegeven als toets, kunt u op de toets [Details] drukken om uitvoerige informatie over de opdracht weer te geven.
(7) Opdrachtenlijst (scherm uitgevoerde opdrachten)
Hier worden maximaal 99 uitgevoerde opdrachten weergegeven. Het resultaat (status) van elke uitgevoerde opdracht wordt weergegeven. Kopieeropdrachten die worden gebruikt in de documentarchiveringsfunctie, worden aangegeven als toetsen.
Informatie over het spool scherm vindt u in de Printerhandleiding.
(9) Toets [Oproep]
Druk op deze toets om een kopieeropdracht die is opgeslagen met de functie documentarchivering op te roepen en te gebruiken.
Weergave opdrachttoetsen
Elke opdrachttoets geeft de positie van de opdracht in de opdrachtwachtrij en de huidige status van de opdracht weer.
Kopieren 020 / 000 Wachten
(1) (2) (3)
(1) Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de
wachtrij aan.
Als de momenteel verzonden opdracht is voltooid, schuift de opdracht één positie omhoog in de wachtrij.
(2) Moduspictogram
Het pictogram verschijnt wanneer de opdracht een kopieeropdracht is.
(3) Opdrachtnaam
"Kopieren" verschijnt als het een kopieeropdracht betreft. Wanneer de gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, verschijnt de naam van de gebruiker die deze opdracht uitvoerde.
(4) Aantal kopieën (sets) dat is opgegeven
Deze toets laat zien hoeveel kopieën zijn ingesteld.
(4) (5)
(6) Opdrachtstatus
Deze toets geeft de opdrachtstatus weer.
Bericht Status
"Kopieren" Bezig met kopiëren.
"Wachten" De opdracht wacht op afdruk.
"Papier Op"
"Fout" Tijdens het uitvoeren van de
(6)
Het papier dat voor deze opdracht wordt gebruikt, is op. Vul het papier aan of schakel om naar een andere papierlade.
opdracht heeft zich een fout voorgedaan. Verhelp de oorzaak van de fout.
(5) Aantal uitgevoerde kopieën
Deze toets laat zien hoeveel kopieën (sets) zijn uitgevoerd. Terwijl de taak in de opdrachtwachtrij staat, verschijnt "000".
50
Page 52
Aan opdracht in de wachtrij annuleren
Als u een opdracht in de wachtrij wilt annuleren, drukt u op de opdrachttoets en vervolgens op de toets [Stop./Wis.]. Het volgende scherm verschijnt. Druk op de toets [Ja]. De opdracht wordt gewist uit de wachtrij.
De opdracht wissen?
Kopieren
Nee Ja
Als de onderhanden opdracht een kopieeropdracht is, kun u ook op de [STOP] toets ( ) drukken om bovenstaand scherm weer te geven. Als u wilt annuleren, drukt u op de toets [Ja].
Een opdracht in de wachtrij prioriteit geven
Als een kopieeropdracht wordt uitgevoerd terwijl zich reeds meerdere opdrachten in de wachtrij bevinden, verschijnt de kopieeropdracht aan het eind van de wachtrij. Hebt u echter een dringende opdracht, dan kunt u deze prioriteit geven zodat hij eerst wordt uitgevoerd. Druk op de toets van de dringende opdracht en druk vervolgens op de toets [Prioriteit]. De opdracht wordt boven in de rij geplaatst en het kopiëren begint.
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Computer01 020 / 001 Afdrukken
Kopieren 020 / 000 Wachten
Kopieren 020 / 000 Wachten
0312345678 002 / 000 Wachten
1/1
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Kopieren 020 / 001 Kopieren
Computer01 020 / 000 Wachten
Kopieren 020 / 000 Wachten
0312345678 002 / 000 Wachten
1/1
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
(2)(1)
De onderhanden opdracht gaat naar de tweede positie in de wachtrij en moet wachten. De onderbroken opdracht wordt hervat wanneer de prioriteitsopdracht is beëindigd.
51
Page 53
Informatie controleren over een kopieeropdracht in de wachtrij
U kunt uitvoerige informatie weergeven over een kopieeropdracht in de wachtrij. Druk op de toets van de opdracht die u wilt controleren en druk op de toets [Details]. Het opdrachtinformatiescherm verschijnt.
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Computer01 020 / 001 Afdrukken
Kopieren 020 / 000 Wachten
Kopieren 020 / 000 Wachten
0312345678 002 / 000 Wachten
1/1
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
Details van
Kopieren
Kleur / Z/W: Meerkleuren
Belichting:
A4
Papier:
Normaal
Kopieerfactor:
020/000
1 5
3
Papierformaat
X100% Y100%
Wachten
2-Zijdige Kopie:
Uitvoer:
Speciale Functies:
OK
(2)(1)
Toets [Papierformaat]
Als een kopieeropdracht wordt gestopt omdat het papier op is, kunt u op de toets [Papierformaat] drukken om over te stappen op een andere papierlade. Als u op de toets [Papierformaat] drukt, verschijnt het scherm om de papierlade te kiezen.
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
OK
Druk op de toets voor het formaat papier dat u wilt gebruiken en druk vervolgens op [OK]. De onderbroken kopieeropdracht wordt hervat.
52
Page 54

WANNEER U DE FUNCTIE DOCUMENTARCHIVERING GEBRUIKT

Wanneer u een kopieeropdracht hebt opgeslagen met de toets [Snelbestand] of [Bestand] van de documentarchiveringsfunctie, kunt u de opdracht in het opdrachtstatusscherm oproepen en opnieuw gebruiken. Druk op de selectietoets voor het opdrachtstatusscherm om het scherm uitgevoerde opdrachten weer te geven.
Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status
Computer01 020 / 001 Afdrukken
Kopieren 020 / 000 Wachten
Kopieren 020 / 000 Wachten
0312345678 002 / 000 Wachten
1/1
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Prioriteit
Stop./Wis.
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
Opdrachten Klaar Tijd Inst. Sets Status
Computer01
Kopieren
Computer02
Kopieren
14:38 12/09 010/010
14:38 12/09
14:09 12/09
13:27 12/09
005/005
002/002
003/003
OK
OK
OK
OK
1/8
Spool
Opdr.Wachtr
Voltooid
Details
Oproep
InternetfaxFaxopdrachtScan naarAfdrukopdr.
Kopieeropdrachten die zijn opgeslagen in de documentarchiveringsfunctie, worden aangegeven als toetsen. Als u een opdracht wilt oproepen en opnieuw gebruiken, drukt u op de opdrachttoets en vervolgens op de toets [Oproep]. Het bedieningskeuzescherm van de documentarchiveringsfunctie verschijnt.
Taakinstellingen
Kopieren_01082005_134050
Selecteer de taak.
Afdrukken Verzenden
User1 A4
Wissen
Eigensch.
Wijzigen
DetailsVerplaatsen
Annuleren
Meerkl.
Bewerk de opdracht vanaf dit scherm. Zie de Handleiding documentarchivering voor meer informatie over het bewerken van opgeroepen opdrachten.
Als u op een toets in de opdrachtlijst drukt en vervolgens op de toets [Details] verschijnt het volgende scherm.
Details van
Kopieren
Bestandsnaam: Kopieren_01082005_134050
Formaat:A4
Resolutie:600x600dpi
OK
Oproep
1/2
Datum:01/08/2005 13:40
Kleur / Z/W:Meerkleuren
U kunt op de toets [Oproep] drukken in dit scherm om het bedieningkeuzescherm te openen in de documentarchiveringsfunctie.
53
Page 55

HANDIGE KOPIEERFUNCTIES

Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
2
In dit hoofdstuk worden speciale functies, het opslaan van kopieerinstellingen en andere handige functies uitgelegd.

SPECIALE FUNCTIES

U kunt het scherm voor speciale functies op twee manieren openen vanuit het basisscherm van de kopieerfunctie.
1. Druk op de toets [Spec. Functies] in het basisscherm van de kopieerfunctie.
In de uitleg in deze handleiding wordt er doorgaans van uitgegaan dat u deze methode gebruikt.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
3.
4.
Origineel
A4
A4R
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
0
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
2. Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen] in het basisscherm van de kopieerfunctie en druk vervolgens op de toets [Spec. Functies] in het scherm met opdrachtdetails.
OK
1/4
OK
1/4
Auto
Origineel
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
(2)(1)
Open het scherm met speciale functies met een van beide methoden. Hetzelfde scherm verschijnt ongeacht welke methode u gebruikt. Het scherm van speciale functies bestaat uit vier schermen. Met de toetsen wisselt u van scherm.
• Welk menu wordt weergegeven, hangt af van het land en de regio.
• Welk menu wordt weergegeven, varieert naargelang de apparatuur die is geïnstalleerd.
54
Page 56
Eerste scherm
(1) (2) (3)
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
(4) (5) (6)
(1) Toets [Kantlijn Verschuiving]
Met deze toets verschuift u de afbeelding op het papier, zodat u bindmarges creëert.
MARGES TOEVOEGEN (Kantlijnverschuiving)
(pagina 59)
(2) Toets [Wissen]
Met deze toets wist u de schaduwrand die optreedt wanneer u kopieën maakt van boeken of andere dikke originelen.
RANDSCHADUWEN WISSEN (Wissen) (pagina 61)
(3) Toets [Dubbelz. Kopie]
Hiermee maakt u afzonderlijke kopieën van de linker- en rechterpagina's van een boek of ander gebonden origineel.
NAAST ELKAAR LIGGENDE PAGINA'S VAN EEN
INGEBONDEN DOCUMENT KOPIËREN (Boekkopie) (pagina 63)
(4) Toets [Inbindkopie]
Hiermee maakt u inbindkopieën van eenzijdige of tweezijdige originelen.
KOPIEËN MAKEN VOOR BOEKJE (Inbindkopie)
(pagina 65)
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
OK
(7)
1/4
(8)
Tandem-
Kopie
(5) Toets [Opdracht Samenstel.]
Wanneer u een zeer groot aantal originelen hebt, kunt u met deze toets de originelen scannen in afzonderlijke sets.
EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN TEGELIJK
KOPIËREN (Opdracht Samenstel.) (pagina 69)
(6) Toets [Tandem-Kopie]
Een grote kopieeropdracht kunt u verdelen over twee apparaten die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk.
EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN KOPIËREN
MET TWEE APPARATEN (Tandem-Kopie) (pagina
71)
(7) Toets [OK]
Druk op deze toets om het scherm van speciale functies te sluiten.
(8) Toetsen /
Druk op deze toetsen om te schakelen tussen de schermen van speciale functies.
Tweede scherm
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
(4) (5) (6)
(1) Toets [Kaften/Insteekv]
U kunt voor- en achterkaften en insteekvellen toevoegen. U kunt kopiëren op de kaften en insteekvellen.
ANDER SOORT PAPIER GEBRUIKEN VOOR
OMSLAGEN (Kaften/Insteekvellen) (pagina 74)
(2) Toets [Transparant-Insteekvellen]
U kunt automatisch insteekvellen invoegen tussen vellen transparanten.
INSTEEKVELLEN INVOEGEN BIJ HET KOPIËREN
OP TRANSPARANTEN (Transparant-insteekvellen)
(pagina 85)
(3) Toets [Multishot]
U kunt meerdere origineelpagina's in één uniforme lay-out kopiëren op één vel papier.
MEERDERE PAGINA'S KOPIËREN OP ÉÉN VEL
PAPIER (Multishot) (pagina 88)
(2) (3)(1)
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
Multishot
(4) Toets [Boekkopie]
U kunt boeken en andere gebonden originele kopiëren als boekje.
Een boekje (Boekkopie) kopiëren (pagina 91)
(5) Toets [Tabkopie]
Met deze toets kopieert u op de tabs van tabbladen.
Opschriften kopiëren op tabbladen (Tab-Kopie)
(6) Toets [Kaart Formaat]
U kunt de voor- en achterkant van een kaart kopiëren op één vel papier.
BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN OP
OK
2/4
(pagina 95)
ÉÉN VEL PAPIER (Kaart Formaat) (pagina 99)
55
Page 57
Derde scherm
Spec. Functies
Snelbestand
(1) Toets [Stempel]
Met deze functie drukt u de datum, een stempel, het paginanummer en/of tekst af op kopieën.
DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN OP
KOPIEËN (Stempel) (pagina 102)
(2) Toets [Beeld bewerken]
Druk op deze toets om het menuscherm voor beeldbewerking weer te geven. Hiermee selecteert u speciale beeldbewerkingsfuncties.
TOETS [Beeld bewerken] EN TOETS
[Kleur-Instellingen] (pagina 57)
(3) Toets [Kleur-Instellingen]
Druk op deze toets om het menuscherm voor kleurinstellingen weer te geven. Met deze toets kunt u speciale kleurinstellingsfuncties selecteren wanneer u kleurkopieën maakt.
TOETS [Beeld bewerken] EN TOETS
[Kleur-Instellingen] (pagina 57)
(1)
Stempel
(2) (3)
Beeld bewerken
Bestand
Instellingen
Proefafdruk
(4) (5) (6)
(4) Toets [Snelbestand]
(5) Toets [Bestand]
(6) Toets [Proefafdruk]
OK
Kleur-
3/4
Met deze toets kunt u een opdracht opslaan in de map Snelbestand van de documentarchiveringsfunctie. Zie de Handleiding documentarchivering voor meer informatie over de functie Snelbestand.
Met deze toets kunt u een opdracht opslaan in een map van de documentarchiveringsfunctie. Zie de Handleiding documentarchivering voor meer informatie over de bestandsfunctie.)
Met deze functie drukt u slechts één set kopieën af, ongeacht het aantal sets dat u hebt opgegeven. Wanneer de eerste set is gecontroleerd op fouten, kunt u de overige sets afdrukken.
KOPIEËN CONTROLEREN ALVORENS U
AFDRUKT (Proefafdruk) (pagina 151)
Vierde scherm
Spec. Functies
(1) Toets [Origineel gem. form.]
Druk op deze toets om originelen van verschillend formaat te kopiëren. U kunt de originelen van verschillend formaat gezamenlijk in de automatische origineelinvoer plaatsen.
ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT
KOPIËREN (Origineel gem. form.) (pagina 154)
U kunt speciale functies doorgaans combineren met andere speciale functies. Enkele combinaties zijn echter niet mogelijk. Als u een niet-toegestane combinatie van speciale functies selecteert, verschijnt een boodschap op het aanraakscherm.
Origineel
gem. form.
(2)(1)
Langzame
scanmodus
OK
4/4
(2) Toets [Langzame scanmodus]
Hiermee kunt u originelen van dun papier kopiëren met de automatische origineelinvoer.
DUNNE ORIGINELEN KOPIËREN (Langzame
scanmodus) (pagina 157)
56
Page 58

TOETS [Beeld bewerken] EN TOETS [Kleur-Instellingen]

Een menuscherm verschijnt wanneer u drukt op de toets [Beeld bewerken] of [Kleur-Instellingen] in het derde scherm voor speciale functies.
Menuscherm Beeld bewerken
Spec. Functies
Stempel
Snelbestand
Beeld bewerken
Bestand
Kleur-
Instellingen
Proefafdruk
OK
(1) Toets [Foto herhalen]
Met deze toets drukt u herhaalde kopieën van een foto af op één vel papier.
FOTO'S HERHALEN OP EEN KOPIE (Foto
herhalen) (pagina 124)
(2) Toets [Vergrot. over meerdere pag.]
Met deze toets vergroot u een origineelafbeelding en drukt u deze als samengestelde afbeelding af op meerdere vellen papier.
EEN GROTE POSTER MAKEN (Vergrot. over
meerdere pag.) (pagina 127)
(3) Toets [Spiegel-Beeld]
Met deze toets drukt u een spiegelbeeld van het origineel af.
DE AFBEELDING SPIEGELEN (Spiegel-Beeld)
(pagina 130)
3/4
(3)
Spiegel-
Beeld
Z/W
Omgekeerd
OK
Beeld bewerken
Foto herhalen
Volbeeld
(1) (2)
Vergrot. over meerdere pag.
A3
Centreren
(4) (5) (6)
(4) Toets [A3 Volbeeld] (Toets ([11x17 Volbeeld])
Met deze toets kopieert u een geheel origineel van formaat A3 (11" x 17") op volledige grootte zonder de randen af te snijden.
ORIGINEELFORMAAT A3 (11" x 17") KOPIËREN
ZONDER DE RANDEN AF TE SNIJDEN (A3 (11x17) Volbeeld) (pagina 132)
(5) Toets [Centreren]
Met deze toets centreert u de gekopieerde afbeelding op het papier.
KOPIËREN IN HET MIDDEN VAN HET PAPIER
(Centreren) (pagina 135)
(6) Toets [Z/W Omgekeerd]
Met deze functie keert u zwart en wit om op de kopie, zodat een negatieve afbeelding ontstaat. U kunt deze functie alleen gebruiken voor zwart-witkopiëren.
ZWART EN WIT OMDRAAIEN OP DE KOPIE (Z/W
Omgekeerd) (pagina 137)
Menuscherm Kleur-Instellingen
Spec. Functies
Stempel
Snelbestand
Beeld bewerken
Bestand
Kleur-
Instellingen
Proefafdruk
(1) Toets [RGB-instelling]
Met deze toets versterkt of verzwakt u een van de drie primaire kleuren rood (R), groen (G), of blauw (B).
OK
ROOD/GROEN/BLAUW AANPASSEN IN KOPIEËN
(RGB aanpassen) (pagina 139)
(2) Toets [Scherpte]
Met deze toets maakt u een afbeelding scherper of zachter.
DE SCHERPTE VAN EEN AFBEELDING
AANPASSEN (Scherpte) (pagina 141)
(3) Toets [Achtergrond-Onderdrukking]
Met deze toets onderdrukt u ongewenste lichte achtergrondgebieden op kopieën.
VAGE KLEUREN IN KOPIEËN WIT MAKEN
(Achtergrond-Onderdrukking) (pagina 143)
3/4
(1) (2)
Kleur­Instellingen
RGB-instelling
Kleurbalans
Instellen
Scherpte
Helderheid
(4) (5)
(4) Toets [Kleurbalans Instellen]
Met deze toets kunt u de kleur, tint en dichtheid van kleurkopieën instellen.
DE KLEUR AANPASSEN (Kleurbalans Instellen)
(pagina 145)
(5) Toets [Helderheid]
Met deze toets kunt u de helderheid van kleurenafbeeldingen instellen.
DE HELDERHEID VAN EEN KOPIE AANPASSEN
(Helderheid) (pagina 147)
(6) Toets [Intensiteit]
Met deze toets kunt u de intensiteit (verzadiging) van kleurenafbeeldingen instellen.
DE INTENSITEIT VAN EEN KOPIE AANPASSEN
(Intensiteit) (pagina 149)
(3)
Achtergrond-
Onderdrukking
Intensiteit
(6)
OK
57
Page 59
Twee toetsen [OK] verschijnen mogelijk in het scherm spec. functies
Toetsen [OK] verschijnen mogelijk in het scherm spec. functies. De toetsen [OK] worden als volgt gebruikt:
Spec. Functies
Wissen
Rand
Wissen
Midden Wissen
Rand+Midden
Wissen
Rand
10
(0 20) mm
OK
OKAnnuleren
(A)
(B)
(A) De geselecteerde instellingen voor speciale functies invoeren en teruggaan naar het basisscherm van de
kopieerfunctie of naar het scherm Opdrachteig. instellingen.
(B) De geselecteerde instellingen spec. functies invoeren en teruggaan naar het menuscherm voor speciale functies.
Druk op deze toets wanneer u nog andere instellingen van spec. functies wilt selecteren.
Controleren welke spec. functies geselecteerd zijn
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
3.
4.
Origineel
A4
A4R
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Spec. Functies
Snelbestand
Uitvoer
Bestand
0
Functieoverzicht
Kantlijn Verschuiving
Wissen
Kaften/ Insteekv
Schuiven:Rechts
:
Voor:10mm/Achter:10mm
Rand:10mm
:
Midden:10mm
Voor:Dubbelzijdig/Achter:Invoegen
:
Invoegsel A:10pagina/B:10pagina
OK
1/3
Indien een of meer spec. functies zijn geselecteerd, verschijnt de toets in het basisscherm.
Door te drukken op de toets geeft u een lijst met de geselecteerde spec. functies weer.
58
Page 60

MARGES TOEVOEGEN (Kantlijnverschuiving)

11
Met deze functie verschuift u de gekopieerde afbeelding naar rechts, links, omhoog of omlaag om de kantlijn aan te passen. Dit is handig wanneer u de kopieën wilt binden met een touwtje of in een band.
Door de afbeelding naar rechts te verschuiven kunt u de kopieën aan de linkerrand binden met een touwtje.
1
Posities kantlijnverschuiving
Linkerrand
Zonder
kantlijnverschuiving
1
De perforatiegaten vallen in de afbeelding.
1
kantlijnverschuiving
De afbeelding is naar rechts verschoven om ruimte te laten
Met
1
voor de gaten, zodat deze niet in de afbeelding vallen.
Bovenrand
Rechterrand
1
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Wissen
Opdracht
Samenstel.
A4
Normaal
A4
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
1/4
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Druk op de toets [Spec. Functies].
Selecteer de toets [Kantlijn Verschuiving].
59
Page 61
(1) (2) (3)
Stel de kantlijnverschuiving in.
4
5
Spec. Functies
Kantlijnverschuiving
Rechts
Links
Omlaag
Zijde 1 Zijde 2
(0 20)
10 10
mm
of
OK
OKAnnuleren
(0 20) mm
(1) Druk op de positie voor de
kantlijnverschuiving.
Selecteer een van de drie posities.
(2) Stel de mate van kantlijnverschuiving in
met .
0 mm tot 20 mm (0" tot 1") is het mogelijke bereik voor de waarden.
(3) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
De functie draaien kopie kan niet worden gebruikt in combinatie met kantlijnverschuiving.
Als u een instelling voor kantlijnverschuiving wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
Systeeminstellingen (Beheerder): Standaardinstelling Voor De Kantlijnverschuiving
U kunt de standaardinstelling voor de kantlijnverschuiving instellen tussen 0 mm en 20 mm (tussen 0" en 1"). De fabrieksinstelling is 10 mm (1/2").
60
Page 62

RANDSCHADUWEN WISSEN (Wissen)

11
De functie Wissen wordt gebruikt om schaduwen te voorkomen die aan de randen van afbeeldingen kunnen optreden bij het kopiëren van dikke originelen of boeken.
Als u een dik boek kopieert...
Vormen zich hier schaduwranden
Wisfuncties
Rand Wissen Midden Wissen Rand + Midden Wissen
Zonder de
wissenfunctie
Verschijnen schaduwranden op de kopie.
Met de wissenfunctie
Verschijnen geen schaduwranden op de kopie.
1
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Druk op de toets [Spec. Functies].
61
Page 63
3
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
OK
1/4
Druk op de toets [Wissen].
4
5
Spec. Functies
Wissen
Wissen
Rand
Midden Wissen
Rand+Midden
Wissen
of
(2)(1) (3)
OK
OKAnnuleren
Rand
(0 20)
10
mm
Selecteer de wisseninstellingen.
(1) Druk op de gewenste wisfunctie.
Selecteer een van de drie posities.
(2) U stelt de wisbreedte in met .
0 mm tot 20 mm (0" tot 1") is het mogelijke bereik voor de waarden.
(3) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Bij gebruik van de wisfunctie wordt het wissen uitgevoerd bij de randen van de originele afbeelding. Werkt u tevens met kopieerfactor, dan wordt de te wissen breedte aangepast in samenhang met de geselecteerde kopieerfactor. Als de wisbreedte bijvoorbeeld is ingesteld op 20 mm (1") en de afbeelding wordt tot 50% verkleind, dan wordt de wisbreedte 10 mm (1/2").
Als u een wisseninstelling wilt annuleren…
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
Systeeminstellingen (Beheerder): Standaardbreedte Van Wisstrook Instellen
U kunt de standaardbreedte voor de wisstrook instellen tussen 0 mm en 20 mm (tussen 0" en 1"). De fabrieksinstelling is 10 mm (1/2").
62
Page 64

NAAST ELKAAR LIGGENDE PAGINA'S VAN EEN INGEBONDEN DOCUMENT KOPIËREN (Dubbelz. Kopie)

Met de boekkopiefunctie krijgt u afzonderlijke kopieën van twee documentpagina's die u naast elkaar op de glasplaat plaatst. Deze functie is nuttig wanneer u kopieën maakt van de naast elkaar liggende pagina's van een boek of ander ingebonden document.
De naast elkaar liggende pagina's van een boek of ingebonden document kopiëren
1
5
6
Boek of ingebonden document
56
De naast elkaar liggende pagina's worden gescheiden in twee kopiepagina's.
Plaats het origineel op de glasplaat.
Maatteken
A4
A4 (8-1/2" x 11")
Plaats het origineel zo dat de pagina die u het eerst wilt kopiëren rechts ligt. Breng de middellijn van het origineel op één lijn met het maatteken.
De pagina aan deze zijde
1
/
2
8
wordt als eerste gekopieerd.
Middellijn van origineel
A3 (11" x 17")
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Auto
Image
1.
2.
A4R
3.
4.
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4
A3
Origineel
A4
B4 A3
A3
Normaal
A4
A3
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Selecteer papierformaat A4 (8-1/2" x 11").
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
Druk op de toets [Spec. Functies].
63
OK
Page 65
4
5
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
OK
1/4
(1) (2)
Selecteer Boekkopie.
(1) Druk op de toets [Dubbelz. Kopie] zodat
deze wordt gemarkeerd.
(2) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
• Als u de functie boekkopie gebruikt, moet u het origineel op de glasplaat plaatsen.
• U kunt alleen papier formaat A4 (8-1/2" x 11") gebruiken.
• Gebruik de wisfunctie om schaduwranden te wissen die worden veroorzaakt door de rug van een boek of ander ingebonden document. Bedenk dat u de functies midden wissen en rand+midden wissen niet kunt gebruiken met de functie boekkopie.
Als u boekkopie wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Dubbelz. Kopie] in het scherm van stap 4, zodat de toets wordt gemarkeerd.
64
Page 66

KOPIEËN MAKEN VOOR BOEKJE (Inbindkopie)

11
Met deze functie kopieert u twee origineelpagina's op de voorkant en twee origineelpagina's op de achterkant van elk vel papier, zodat u de kopieën op de middellijn kunt vouwen tot een boekje. Deze functie is handig om kopieën te combineren tot een boekje of brochure.
Inbindkopie met acht origineelpagina's
Eerste pagina Tweede pagina Derde pagina Vierde pagina
Vijfde pagina Zesde pagina
Inbindkant
Originelen
2 3 4
5 6 7
Zevende pagina Achtste pagina
Rug links Rug rechts
4
2
5
7
3
Als boekje
5
4
7
2
3
5
7
5
5
7
4
7
2
3
5
7
1
2
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Als de originelen tweezijdig zijn, plaatst u ze in de origineelinvoerlade.
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Spec. Functies].
0
65
Page 67
3
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
OK
1/4
Druk op de toets [Inbindkopie].
4
5
6
Spec. Functies
Inbindkopie
Spec. Functies
Inbindkopie
Spec. Functies
Inbindkopie
Origineel
2-Zijdig1-Zijdig
Origineel
2-Zijdig1-Zijdig
Origineel
2-Zijdig1-Zijdig
Rug
Links
Rug
Links
Rug
Links
Rug
Rechts
Rug
Rechts
Rug
Rechts
OK
OKAnnuleren
Kaftinst.
OK
OKAnnuleren
Kaftinst.
OK
OKAnnuleren
Kaftinst.
Geef op of het origineel enkel- of dubbelzijdig is.
Selecteer de inbindrand ([Rug Links] of [Rug Rechts]).
Geef op of u een kaft toevoegt.
Als u een ander soort papier gebruikt voor de kaft, drukt u op de toets [Kaftinst.]. Als u geen kaft toevoegt, gaat u door met stap 10.
7
Kaftinstelling
Afdrukken op kaft
OKAnnuleren
Papierlade
NeeJa
Handinvoer
A4
Normaal papier
Als u wilt kopiëren op de kaft, drukt u op de toets [Ja]. Druk anders op de toets [Nee].
66
Page 68
8
Kaftinstelling
Afdrukken op kaft
OKAnnuleren
Papierlade
2-Zijdig
NeeJa
(A)
(B)
Handinvoer
A4
Normaal papier
Selecteer de papierlade voor de kaft.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor de kaft wordt
weergegeven.
(B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven. In het voorbeeldscherm bevindt zich normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer. Als u de papierlade voor de kaft wilt wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets. (In het schermvoorbeeld is het scherm "Handinvoer" de ladekeuzetoets.) Het ladekeuzescherm verschijnt wanneer u op de ladekeuzetoets drukt. Selecteer de papierlade voor de kaft in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
Kaftinstelling
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Als op de kaft wordt gekopieerd kunt u etikettenvellen, transparanten en tabpapier niet gebruiken.
OK
A4
Normaal papier
9
10
Kaftinstelling
Afdrukken op kaft
2-Zijdig
NeeJa
Normaal papier
Als u kaftinstellingen wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren].
Spec. Functies
Inbindkopie
Origineel
2-Zijdig1-Zijdig
Rug
Links
Rug
Rechts
Papierlade
Handinvoer
A4
Kaftinst.
OKAnnuleren
OK
OKAnnuleren
Druk op [OK].
Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
67
Page 69
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk.
11
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
• Als u inbindkopieën wilt maken van een boek of ander ingebonden origineel, gebruikt u de functie boekkopie.
• Als u de functie inbindkopie selecteert wordt automatisch tweezijdig kopiëren geselecteerd. Wanneer u instellingen selecteert die tweezijdig kopiëren verhinderen, kunt u de functie inbindkopie niet gebruiken.
• Scan de originelen op volgorde van de eerste pagina tot de laatste pagina. De kopieervolgorde wordt automatisch aangepast door het apparaat. Er worden vier origineelpagina's gekopieerd op elk vel papier. Afhankelijk van het aantal origineelpagina's worden mogelijk automatisch blanco pagina's geproduceerd aan het eind.
• Wanneer een zadelsteek afwerkingseenheid is geïnstalleerd, kunt u de zadelsteekfunctie gebruiken. Wanneer inbindkopie wordt gebruikt in combinatie met de zadelsteekfunctie en het aantal origineel groter is dan het aantal vellen dat u kunt nieten, verschijnt een boodschap met de toets [Annuleren], de toets [Doorgaan] en de toets [Splitsen]. Als u de opdracht wilt annuleren, drukt u op de toets [Annuleren]. Als u inbindkopieën wilt maken zonder te nieten, drukt u op de toets [Doorgaan]. Als u de pagina's wilt verdelen in sets die u kunt nieten, drukt u op de toets [Splitsen]. Als u de instellingen hebt geselecteerd om een kaft toe te voegen, kunt u "Splitsen" niet selecteren. U kunt ofwel doorgaan met het maken van inbindkopieën zonder te nieten, ofwel de opdracht annuleren.
Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u het maken van inbindkopieën wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
Systeeminstellingen (Beheerder): Automatisch Nietapparaat
Als een zadelsteek afwerkingseenheid is geïnstalleerd, kunt u deze instelling inschakelen, zodat automatisch een zadelsteek wordt aangebracht wanneer u de functie inbindkopie selecteert.
68
Page 70
EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN
11
TEGELIJK KOPIËREN (Opdracht Samenstel.)
Als u een groot aantal originelen kopieert, kunt u met deze functie de originelen in sets verdelen om vervolgens elke set afzonderlijk in de automatische origineelinvoerlade te plaatsen. Gebruik deze functie wanneer u alle originelen in één bestand wilt kopiëren, terwijl het aantal originelen groter is dan het maximale aantal dat in de invoerlade past. Deze functie is handig wanneer u kopieën voor een groot aantal originelen wilt sorteren in meerdere sets, omdat alle originelen in één opdracht worden gekopieerd. U hoeft dan de kopieën niet te sorteren, wat u wel zou moeten doen als de originelen werden verdeeld in afzonderlijke kopieeropdrachten. Als u originelen in sets scant, verdeel de vellen dan zo dat geen van de sets uit meer dan 100 vellen bestaat en begin met het scannen van de set met de eerste pagina. De instellingen die u selecteert voor de eerste set kunnen voor alle andere sets worden gebruikt.
De kopieën voor een groot aantal originelen sorteren in twee sets
Originelen
Originelen
1
1
101
worden in aparte sets gescand
1
1
1
2
3
Markeerstreep
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
A4
Normaal
A4
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Origineel
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Wissen
Opdracht
Samenstel.
(1) (2)
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade met de randen gelijkmatig uitgelijnd.
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog. Plaats de originelen helemaal in de lade van de origineelinvoer. De stapel mag niet boven de markeerstreep uitkomen (niet meer dan 100 vellen).
Druk op de toets [Spec. Functies].
0
OK
1/4
Selecteer Opdracht Samenstel.
(1) Druk op de toets [Opdracht Samenstel.]
zodat de toets wordt gemarkeerd.
(2) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
69
Page 71
4
101101
5
of
Als u het scannen wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Als u het scannen wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
of
Druk op [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ) om de eerste set originelen te scannen.
Het scannen begint.
Breng de volgende set originelen in en druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Gebruik voor het scannen van de overige sets dezelfde toets [STARTEN] waarmee u de eerste set originelen hebt gescand. Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand.
Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed.
Lezen Klaar
Druk op de toets [Lezen Klaar].
6
Als u het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Indien de Snelmap van de functie documentarchivering vol is, heeft dit gevolgen voor de functie opdracht samenstellen. Verwijder onnodige bestanden uit de Snelmap.
Als u de functie opdracht samenstel. wilt annuleren…
Drukt u op [Opdracht Samenstel.] in het scherm van stap 3, zodat de toets niet is gemarkeerd.
70
Page 72
EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN KOPIËREN
11
MET TWEE APPARATEN (Tandem-Kopie)
Een grote kopieeropdracht kunt u verdelen over twee apparaten die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk. Op elk apparaat wordt de helft van de kopieën afgedrukt, zodat minder tijd nodig is voor de opdracht.
Master-apparaat en slave-apparaat
In de volgende uitleg is het master-apparaat het apparaat waarmee de originelen worden gescand. Het slave-apparaat is een ander apparaat dat in het master-apparaat wordt opgegeven om te helpen met kopiëren. Het wordt niet gebruikt voor het scannen van de originelen.
Master-apparaat
2 sets kopieën
Er worden 4 sets kopieën gemaakt
2 sets kopieën
Slave-apparaat
Netwerkomgeving
Voordat u de functie tandem-kopie gebruikt
• Als u deze functie wilt gebruiken, moeten twee apparaten zijn aangesloten op uw netwerk. U kunt met deze functie de opdracht alleen verdelen over één extra apparaat, ook al zijn er nog meer apparaten aangesloten op het netwerk.
• Om de functie tandemkopie te kunnen gebruiken moet "Instelling tandemverbinding" zijn geconfigureerd in de systeeminstellingen (beheerder).
• Wanneer u de systeeminstellingen configureer op het masterapparaat, hebt u het IP-adres van het slave-apparaat nodig. Als poortnummer kunt u het best de standaardinstelling gebruiken (50001). Verander het poortnummer niet, tenzij u problemen hebt met deze instelling. De tandeminstellingen moeten worden geconfigureerd door uw netwerkbeheerder. Als het master-apparaat en het slave-apparaat van rol wisselen, configureert u op het slave-apparaat het IP-adres van het master-apparaat. Beide apparaten kunnen hetzelfde poortnummer gebruiken.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de
1
glasplaat.
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Druk op de toets [Spec. Functies].
71
Page 73
3
A
Alle sets uitvoere
e?
OK
en
4
Spec. Functies
Kantlijn
Verschuiving
Inbindkopie
Wissen
Opdracht
Samenstel.
Dubbelz.
Kopie
Tandem-
Kopie
OK
1/4
Selecteer tandem-kopie.
(1) Druk op de toets [Tandem-Kopie] zodat
(2) Druk op [OK].
(1) (2)
Stel het aantal kopieën in met de cijfertoetsen.
U kunt maximaal 999 instellen. Wanneer u drukt op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ) worden de kopieën automatisch verdeeld tussen de master- en slave-apparaten. Als u een oneven aantal kopieën instelt, wordt de extra set afgedrukt door het master-apparaat.
Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld...
Drukt u op de toets [WISSEN] ( ) en voert u het juiste aantal in.
deze wordt gemarkeerd.
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
5
of
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Het volgende scherm verschijnt wanneer u op de toets [START] drukt.
Start van tandembediening. Wacht even a.u.b.
Als het bericht verschijnt, begint het tandemkopiëren.
Als tandem-kopie niet mogelijk is, verschijnt het volgende scherm.
Tandemuitvoer niet toegestaan.
(Annuleren zal taak verwijderen.)
Als u wilt zorgen dat het master-apparaat alle kopieën maakt, drukt u op [OK]. Als u de opdracht wilt annuleren, drukt u op de toets [Annuleren].
n via hoofdmachin
Annuler
Als u het scannen wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Als u tandem-kopie wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ) zowel op het master- als op het slave-apparaat.
72
Page 74
In deze situatie...
Een zadelsteek afwerkingseenheid is geïnstalleerd op het master-apparaat, maar niet op het slave-apparaat.
• Kopiëren zonder nieten: tandem-kopie is mogelijk.
• Kopiëren met nieten: tandem-kopie is niet mogelijk. Als tandem-kopie wordt uitgevoerd met een functie die niet beschikbaar is op het slave-apparaat, verschijnt een boodschap. Als u wilt zorgen dat het master-apparaat alle kopieën maakt, drukt u op [OK]. Als u de opdracht wilt annuleren, drukt u op de toets [Annuleren].
Als het papier van het apparaat op raakt
Als het papier van het master-apparaat of het slave-apparaat opraakt, wordt de opdracht opgeschort in het apparaat waar het papier op is, terwijl het apparaat dat nog papier bevat, doorgaat. Wanneer het papier wordt bijgevuld op het apparaat waar het op was, wordt de opdracht hervat.
Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld
Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op het master-apparaat: tandem-kopie is mogelijk. Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op het slave-apparaat, maar niet op het master-apparaat: tandem-kopie is niet mogelijk.
Als u tandem-kopie wilt annuleren...
Drukt u op [Tandem-Kopie] in het scherm van stap 3 zodat de toets niet is gemarkeerd.
Systeeminstellingen (Beheerder): Instelling tandemverbinding
Deze moet zijn geconfigureerd om de tandemfunctie te gebruiken. Hiermee kunt ook de tandemfunctie ook uitschakelen.
73
Page 75

ANDER SOORT PAPIER GEBRUIKEN VOOR OMSLAGEN (Kaften/Insteekvellen)

Als u de automatische origineelinvoer gebruikt, kunt u andere soorten papier invoegen als voor- en achterkaft van een kopieeropdracht. Ook kunt u een ander soort papier toevoegen als insteekvel op gespecificeerde pagina's.
Voorbeeld van het toevoegen van kaften
Originelen
Achterkaft
Voorkaft
Voorbeeld van het toevoegen van kaften/insteekvellen
Originelen
Achterkaft
Voorkaft
Voorbeeld van het toevoegen van insteekvellen
Originelen
Insteekvellen
Over de uitleg van kaften en insteekvellen
U kunt kaften en insteekvellen op allerlei manieren gebruiken. Om de uitleg eenvoudig te houden, worden kaften en insteekvellen afzonderlijk behandeld. Zie zo nodig "Voorbeelden van kaften en insteekvellen" (pagina
163).
Insteekvellen
Voorbereidingen voor het gebruik van kaften en insteekvellen
• Laad het papier voor kaft/insteekvellen in de lade voordat u de functie kaften/insteekvellen gebruikt.
• Alvorens de functie Kaften/insteekvellen te selecteren plaatst u de originelen in de origineelinvoer. Vervolgens selecteert u eenzijdig of tweezijdig kopiëren en selecteert u het aantal kopieën en andere gewenste kopieerinstellingen. Als u deze instellingen hebt opgegeven, selecteert u de kaften/insteekvellen.
• U moet de originelen scannen met de automatische origineelinvoer. U kunt niet de glasplaat gebruiken.
• U kunt één voor- en één achterkaft en maximaal 100 insteekvellen invoegen. U kunt niet twee insteekvellen invoegen tussen dezelfde pagina's.
• U kunt deze functie niet gebruiken in combinatie met de zadelsteekfunctie.
• Wanneer u tweezijdige originelen tweezijdig kopieert, kunt u geen insteekvel invoegen tussen de voor- en achterkant van een origineelpagina.
74
Page 76

KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEËN (kaftinstellingen)

11
U kunt een ander soort papier invoegen op plaatsen die overeenkomen met de voorkaft en de achterkaft van een kopieeropdracht. Dit is nuttig om documenten in aantrekkelijke vorm te ordenen en om een ander soort papier te gebruiken als kaft op een ramingspagina. U kunt kaften gebruiken in combinatie met insteekvellen.
Kopiëren op een voorkaft en invoegen samen met een achterkaft
AAA
2 3 4 51
Originelen
Papier voorkaft Papier achterkaft
Markeerstreep
1
U kunt niet de glasplaat gebruiken.
AAA
1
2
3
4
5
Voorkaft
Achterkaft
Kopieën
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoer met de randen gelijkmatig uitgelijnd.
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog. Plaats de originelen helemaal in de lade van de origineelinvoer. De stapel mag niet boven de markeerstreep uitkomen (niet meer dan 100 vellen).
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
(2)
Origineel
A4
Normaal
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
A4
Multishot
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
2/4
(1)
Druk op de toets [Spec. Functies].
Selecteer Kaften/Insteekvellen.
(1) Druk op de toetsen om tussen de
schermen te wisselen.
(2) Druk op de toets [Kaften/Insteekv].
75
Page 77
4
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Invoeginstell.
OK
OKAnnuleren
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Druk op de toets [Voorkaft].
5
Instelling Voorkaft
Afdrukken op voorkaft
NeeJa 2-Zijdig1-Zijdig
(1) (2) (3)
Papierlade
Handinvoer
A4
Normaal papier
(A) (B)
OKAnnuleren
Selecteer de instellingen voor de voorkaft.
In het voorbeeldscherm is normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer geselecteerd.
(1) Als u wilt kopiëren op de voorkaft, drukt u
(4)
op de toets [Ja].
(2) Als u hebt gedrukt op [Ja] in (1), drukt u op
de toets [1-Zijdig] als u eenzijdig wilt kopiëren, of op de toets [2-Zijdig] als u tweezijdig wilt kopiëren.
(3) Als u de papierlade voor de voorkaft wilt
wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor de kaft
wordt weergegeven.
(B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven. In het voorbeeldscherm bevindt zich normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer. Als u de papierlade voor de kaft wilt wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets. (In het schermvoorbeeld is het scherm "Handinvoer" de ladekeuzetoets.) Het ladekeuzescherm verschijnt wanneer u op de ladekeuzetoets drukt. Selecteer de papierlade voor de kaft in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
Voorkaft
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
6
(4) Druk op [OK].
Als op beide zijden van de kaft wordt gekopieerd, kunt u etikettenvellen, transparanten en tabpapier niet gebruiken.
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Annuleren
Invoeginstell.
OK
OK
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Als u een achterkaft wil invoegen, drukt u op de toets [Achterkaft].
Het scherm van stap 5 verschijnt. De procedures zijn hetzelfde als voor de voorkaft. Volg de procedures in stap 5. Vervang "Voorkaft" door "Achterkaft" in de procedure.
76
Page 78
Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie. Als u uw instellingen wilt controleren, drukt u op de toets [Paginaopmaak].
KAFT/INSTEEKVELINSTELLINGEN WIJZIGEN
(Paginaopmaak) (pagina 81)
7
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Annuleren
Invoeginstell.
OK
OK
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
8
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
• U kunt deze functie niet gebruiken in combinatie met de zadelsteekfunctie.
• U kunt niet de glasplaat gebruiken.
• U kunt geen kaftinstellingen selecteren als kaften en insteekvellen is uitgeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder).
Het kopiëren van de originelen in de origineelinvoer begint.
Als u het invoegen van kaften wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
77
Page 79
INSTEEKVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN
11
(Invoeginstellingen)
U kunt op opgegeven pagina's van kopieën een ander soort papier automatisch invoegen. U kunt twee soorten papier gebruiken als insteekvellen, en de insteekposities voor beide afzonderlijk opgeven. U kunt kaften gebruiken in combinatie met insteekvellen.
Voorbeeld: Insteekvel A na pagina 3 en insteekvel B na pagina 5.
1
Originelen
1
Markeerstreep
2 3 4 5 61
U kunt niet de glasplaat gebruiken.
1 2 3
4
5
6
Insteekvel A
Insteekvel B
Kopieën
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoer met de randen gelijkmatig uitgelijnd.
Plaats de originelen met de bedrukte zijde omhoog. Plaats de originelen helemaal in de lade van de origineelinvoer. De stapel mag niet boven de markeerstreep uitkomen (niet meer dan 100 vellen).
2
3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
(2)
Origineel
A4
Normaal
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
A4
Multishot
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
OK
2/4
(1)
Druk op de toets [Spec. Functies].
Selecteer Kaften/Insteekvellen.
(1) Druk op de toetsen om tussen de
schermen te wisselen.
(2) Druk op de toets [Kaften/Insteekv].
78
Page 80
4
(A) (B)
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Insertion Type
Invoegtype B
A Settings
Instelling
Invoeginstell.
OK
OKAnnuleren
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Druk op de toets [Insertion Type A Settings].
5
Instellingen Invoegtype A
Afdrukken op voorkaft
NeeJa 2-Zijdig1-Zijdig
(1) (2) (3)
Papierlade
Handinvoer
A4
Normaal papier
(A) (B)
OK
Selecteer de instellingen voor invoegtype A.
In het voorbeeldscherm is normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer geselecteerd.
(1) Als u wilt kopiëren op insteekvel type A,
(4)
drukt u op de toets [Ja].
(2) Als u [Ja] hebt geselecteerd in (1), drukt u
op de toets [1-Zijdig] als u eenzijdig wilt kopiëren of op de toets [2-Zijdig] als u tweezijdig wilt kopiëren.
(3) Als u de papierlade voor insteekvel type A
wilt wijzigen, druk dan op de ladekeuzetoets.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor het
insteekvel wordt weergegeven. (B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven. In het voorbeeldscherm bevindt zich normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer. Als u de papierlade voor de insteekvellen wilt wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets. (In het schermvoorbeeld is het scherm "Handinvoer" de ladekeuzetoets.) Het ladekeuzescherm verschijnt wanneer u op de ladekeuzetoets drukt. Selecteer de papierlade voor de insteekvellen in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
Invoegtype A
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
6
(4) Druk op [OK].
Als op beide zijden van het insteekvel wordt gekopieerd, kunt u etikettenvellen, transparanten en tabpapier niet gebruiken. U kunt tabpapier uitsluitend invoegen.
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Invoeginstell.
OK
OKAnnuleren
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Als u een ander soort insteekvel wilt invoegen, drukt u op de toets [Instelling Invoegtype B].
Het scherm van stap 5 verschijnt. U selecteert de instellingen op dezelfde manier als voor invoegtype A. Volg de procedures in stap 5. Vervang in de procedure "Invoeg-Type A" door "Invoeg-Type B".
79
Page 81
7
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Invoeginstell.
OK
OKAnnuleren
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Druk op de toets [Invoeginstell.].
Invoeginstellingen
Insteekpagina
Invoeging
Tot.:2
(2)
Instelscherm voor insteekvellen
8
Invoeginstellingen
Invoeging
Tot.:2
4
Invoeren
(3)
Insteekpagina
4
Invoeren
Handinvoer
Normaal papier
Handinvoer
Normaal papier
(B) (C)(A)
Invoeg-
Type A
A4
Invoeg-
Type A
A4
Invoeg-
Type B
Handinvoer
A4
Normaal papier
(1)
Invoeg-
Type B
Handinvoer
A4
Normaal papier
(5)
OK
OK
Geef de pagina's op waar insteekvellen A en B worden ingevoegd.
(1) Druk op de toets [Invoeg-Type A] of de toets
[Invoeg-Type B].
Geef de pagina op waar het gemarkeerde insteekvel wordt ingevoegd.
(2) Geef met de cijfertoetsen het
paginanummer op waar het insteekvel wordt ingevoegd.
(3) Druk op de toets [Invoeren]. (4) Als u een ander insteekvel wilt invoegen,
herhaalt u stap (1) tot (3).
(5) Druk op [OK].
(A) Geeft het totaal aantal insteekvellen aan. U kunt maximaal
100 insteekvellen invoegen. Als u meerdere insteekvellen wilt invoegen, drukt u op de toets [Invoeren] telkens nadat u met de cijfertoetsen een invoegpaginanummer (invoegpositie) hebt opgegeven.
(B) Geeft de lade aan die is geselecteerd voor invoegtype A,
alsmede het papierformaat en de papiersoort.
(C) Geeft de lade aan die is geselecteerd voor invoegtype B,
alsmede het papierformaat en de papiersoort. Wanneer de toets [Invoeg-Type A] is gemarkeerd, worden de invoeginstellingen toegepast op [Instellingen Invoegtype A]. Wanneer de toets [Invoeg-Type B] is gemarkeerd, worden de insteekinstellingen toegepast op [Instellingen invoegtype B].
9
Als op beide zijden van het insteekvel wordt gekopieerd, kunt u etikettenvellen, transparanten en tabpapier niet gebruiken. U kunt tabpapier uitsluitend invoegen.
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Invoeginstell.
OK
OKAnnuleren
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie. Als u uw instellingen wilt controleren, drukt u op de toets [Paginaopmaak].
KAFT/INSTEEKVELINSTELLINGEN WIJZIGEN
(Paginaopmaak) (pagina 81)
80
Page 82
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
10
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
• Gebruik hetzelfde formaat papier voor insteekvellen als voor de kopieën.
• U kunt maximaal 100 insteekvellen invoegen. U kunt niet twee insteekvellen invoegen tussen dezelfde pagina's.
• Wanneer u tweezijdige originelen tweezijdig kopieert, kunt u geen insteekvel invoegen tussen de voor- en achterkant van een origineelpagina.
• U kunt deze functie niet gebruiken in combinatie met de zadelsteekfunctie.
• U kunt geen invoeginstellingen selecteren als het invoegen van kaften en insteekvellen is uitgeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder).
Als u het invoegen van een insteekvel wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
Het kopiëren van de originelen in de origineelinvoer begint.

KAFT/INSTEEKVELINSTELLINGEN WIJZIGEN (Paginaopmaak)

U kunt kaft- en insteekvelinstellingen combineren. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u invoegpagina's voor kaften en insteekvellen controleert, en invoegpagina's wijzigt of wist.
Insteekvel A wijzigen van pagina 4 tot pagina 5
1
1
2 3
4
5 6
7 8
9 10 11 12
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Pagina 4, insteekvel A
Pagina 7, insteekvel B
Pagina 9, insteekvel B
Pagina 12, insteekvel A
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
Druk op de toets [Spec. Functies].
0
1
2 3
4
5
6
7 8
9 10 11 12
Pagina 5, insteekvel A
Pagina 7, insteekvel B
Pagina 9, insteekvel B
Pagina 12, insteekvel A
81
Page 83
2
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
Multishot
OK
2/4
Selecteer Kaften/Insteekvellen.
(1) Druk op de toetsen om tussen de
schermen te wisselen.
(2) Druk op de toets [Kaften/Insteekv].
3
4
(2)
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Paginaopmaak
Invoeg-
Type A
4/-
Instelling
Invoegtype A
Instelling
Invoegtype B
Invoeg-
Type B
7/-
Invoeginstell.
Invoeg-
Type B
9/-
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Invoeg-
Type A
12/-
(1)
OK
OKAnnuleren
OK
1/1
Druk op de toets [Paginaopmaak].
Controleer de momenteel opgegeven paginaopmaak voor kaften/insteekvellen.
Elke toets toont een pictogram van een afdrukafbeelding en de invoegpagina. Als er meerdere schermen zijn, kunt u van scherm wisselen door op de toetsen te drukken. Als u alleen de lay-out controleert, drukt u op [OK] en gaat u verder met stap 8.
Pictogrammen
: Alleen kopiëren op voorkant : Alleen kopiëren op achterkant : Tweezijdige kopie : Niet kopiëren
Voor insteekvellen verschijnt ook de invoegpagina.
staat voor een paginanummer.
/-: Alleen kopiëren op de voorkant op pagina / : Tweezijdige kopie op pagina /
< : Insteekvel zonder kopiëren op pagina
Voorbeeld: Druk op insteekvel A op pagina 4.
Paginaopmaak
Invoeg-
Type A
4/-
Invoeg-
Type B
7/-
Invoeg-
Type B
9/-
5
Invoeg-
Type A
12/-
Druk op de toets voor de pagina die u
OK
1/1
wilt wissen of wijzigen.
Het volgende scherm verschijnt.
• Als u de pagina wilt wissen, drukt u op de toets [Wissen]. Nadat u de pagina hebt gewist, drukt u op [OK] en gaat u verder met stap 8.
• Als u de pagina wilt wijzigen drukt u op de toets [Wijzigen]. Als u een kaft wilt bewerken, drukt u op de toets [Voorkaft] of
[Achterkaft] en gaat u verder met stap 6. Als u een insteekvel wilt bewerken, drukt u op de toets [Invoeg-Type A] of [Invoeg-Type B] en gaat u door met stap 7.
• Als u wilt annuleren, drukt u op de toets [Annuleren].
Invoeging wijzigen?
Annuleren Wissen Wijzigen
82
Page 84
6
Instelling Voorkaft
Afdrukken op voorkaft
NeeJa 2-Zijdig1-Zijdig
(1) (2) (3)
Papierlade
Handinvoer
A4
Normaal papier
(A) (B)
OKAnnuleren
Wijzig de kaftinstellingen.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u een voorkaft wijzigt. U wijzigt een achterkaft op dezelfde manier.
(1) Als u wilt kopiëren op de voorkaft, drukt u
op de toets [Ja].
(4)
(2) Als u hebt gedrukt op [Ja] in (1), drukt u op
de toets [1-Zijdig] als u eenzijdig wilt kopiëren, of op de toets [2-Zijdig] als u tweezijdig wilt kopiëren.
(3) Als u de papierlade voor de voorkaft wilt
wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor de kaft
wordt weergegeven.
(B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven. In het voorbeeldscherm bevindt zich normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer. Als u de papierlade voor de kaft wilt wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets. (In het schermvoorbeeld is het scherm "Handinvoer" de ladekeuzetoets.) Het ladekeuzescherm verschijnt wanneer u op de ladekeuzetoets drukt. Selecteer de papierlade voor de kaft in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
Voorkaft
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
Als op beide zijden van de kaft wordt gekopieerd, kunt u etikettenvellen, transparanten en tabpapier niet gebruiken. U kunt tabpapier uitsluitend invoegen.
Voorbeeld: Invoegpagina wijzigen van pagina 4 naar
pagina 5
(1) (3)(2)
Invoeging Wijzigen
7
Invoeging
Tot.:4
Insteekpagina
4
Invoeren
Invoeg-
Type A
Handinvoer
A4
Normaal papier
Normaal papier
OK
Invoeg-
Type B
Handinvoer
A4
(4) Druk op [OK].
U keert terug naar het scherm van stap 5.
Wijzig de invoeginstellingen.
(1) Als u wilt wisselen naar het andere
invoegtype, drukt u op de toets [Invoeg-Type A] of [Invoeg-Type B].
De papierinstelling voor invoegtype A en invoegtype B kunt u niet wijzigen.
(2) Als u de invoegpagina van het insteekvel
wilt wijzigen, geeft u met de cijfertoetsen het gewenste paginanummer op en drukt u op de toets [Invoeren].
(3) Druk op [OK].
U keert terug naar het scherm van stap 5.
83
Page 85
8
Spec. Functies
Kaften/Insteekvellen
Voorkaft
Achterkaft
Invoegtype A
Invoegtype B
Instelling
Instelling
Invoeginstell.
OK
OKAnnuleren
Papierlade-
Instellingen
Paginaopmaak
Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
84
Page 86
INSTEEKVELLEN INVOEGEN BIJ HET
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
KOPIËREN OP TRANSPARANTEN (Transparant-insteekvellen)
Wanneer u kopieert op transparanten, blijven de vellen mogelijk aan elkaar plakken door de statische elektriciteit. Met de functie transparant-insteekvellen kunt u automatisch een vel papier invoegen tussen elk vel transparant, zodat u de transparanten gemakkelijk kunt pakken. Ook kunt u kopiëren op de insteekvellen.
1
2
Auto
Origineel
Horizontale stand
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A
Verticale stand
B
Insteekvellen
Plaats het transparant in de handinvoer.
Plaats het transparant met de bedrukte zijde omlaag in de handinvoer. U kunt transparanten alleen gebruiken in de handinvoer. Wanneer transparanten in de horizontale stand staan, moet de afgeronde hoek zich links vooraan bevinden. Wanneer ze in de verticale stand staan, moet de afgeronde hoek zich links achter bevinden.
Open het scherm voor papierinstellingen.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. (2) Druk op de toets [Papierformaat].
C
(1)
(2)
85
Page 87
3
11
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
(1)
OK
Selecteer de instellingen voor het gebruik van transparanten.
(1) Druk op de juiste toets voor de papiersoort. (2) Druk op de toets [Transparant].
Transparant
Tabpapier
Envelop
Type
Annuleren
1/2
1/2
OK
2/2
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Selecteer papiersoort.
Normaal papier
Voorbedrukt
Recycled
Briefpapier
Geperforeerd
Kleur
Dun papier
Zwaar Papier
Etiketten
(3) Geef het formaat van de transparant op.
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Type
Transparant
Auto-Inch
Auto-AB
Invoer Formaat
Formaat
1
1
/
/
2
2
8 x11,8 x11R
A4,A4R
X420 Y297
4
5
6
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
1.
2.
A4R
3.
4.
A4
Transparant
(1) (2)
Origineel
A4
Transp.
A4
B4 A3
A4
OK
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Selecteer de handinvoer.
(1) Druk op de papierformaattoets van de
handinvoer.
(2) Druk op [OK].
Als u op [OK] drukt, keert u terug naar het scherm met opdrachtdetails. Druk op [Opdrachteig. instellingen] om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren.
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Druk op de toets [Spec. Functies].
7
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
(2)
Multishot
OK
2/4
Selecteer Transparant-Insteekvellen.
(1) Druk op de toetsen om tussen de
schermen te wisselen.
(2) Druk op de toets
[Transparent-Insteekvellen].
(1)
86
Page 88
8
Spec. Functies
Transparant-Insteekvellen
Afdruk op insteekvellen
Ja Nee
(1) (2)(3)(A) (B)
OK
OKAnnuleren
Invoegvel
Lade 1
A4
Normaal papier
Stel de invoeginstellingen in voor de insteekvellen.
(1) Selecteer of er wordt gekopieerd op het
insteekpapier: ([Ja] of [Nee]). Geef de ladenaam (ladepositie) op die is
(2)
geselecteerd voor de insteekvellen, alsmede het papierformaat en de papiersoort.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor het
insteekvel wordt weergegeven. (B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven. In het voorbeeldscherm is normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") geladen in de lade 1. Als u de papierlade voor de insteekvellen wilt wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets. (In het schermvoorbeeld is het scherm "Lade 1" de ladekeuzetoets.) Het ladekeuzescherm verschijnt wanneer u op de ladekeuzetoets drukt. Selecteer de papierlade voor de insteekvellen in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
OK
Invoegvel
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Transparant
OK
9
(3) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
Selecteer het invoegpapier van hetzelfde formaat als de transparant.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
• U kunt in deze functie niet het aantal kopieën selecteren.
• Wanneer u tweezijdig kopieert, kunt u alleen de functie "tweezijdig naar eenzijdig" gebruiken.
Als u de instelling voor transparant-insteekvellen wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 8.
87
Page 89
MEERDERE PAGINA'S KOPIËREN OP ÉÉN
11
VEL PAPIER (Multishot)
U kunt meerdere origineelpagina's in één uniforme lay-out kopiëren op één vel papier. Selecteer 2-in-1 als u twee origineelpagina's wilt kopiëren op één vel, of 4-in-1 om vier origineelpagina's te kopiëren op één vel. Deze functie is handig als u meerdere pagina's compact wilt presenteren of een overzicht wilt geven van alle pagina's in een document. U kunt deze functie ook gebruiken met tweezijdige originelen.
2 in 1 kopiëren 4 in 1 kopiëren
1
2
A
B
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Origineel
A4
B4 A3
A B
A4
Normaal
A4
0
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
A
AB
B
C
D
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Druk op de toets [Spec. Functies].
CD
3
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
Multishot
(2) (1)
OK
2/4
Selecteer Multishot.
(1) Druk op de toetsen om tussen de
schermen te wisselen.
(2) Druk op de toets [Multishot].
88
Page 90
Spec. Functies
Multishot
2-in-1 4-in-1
Lay-out Rand
(1) (2) (3)
OK
OKAnnuleren
Selecteer het aantal originelen dat u wilt kopiëren opéén val papier, de lay-out en de rand.
(1) Druk op de toets [2-in-1] of [4-in-1].
(4)
Zo nodig worden de afbeeldingen gedraaid.
(2) Selecteer de lay-out.
Selecteer de volgorde waarin de originelen worden geordend op de kopie.
4
Shotnummer
2-in-1
4-in-1
De pijlen in bovenstaand diagram geven aan hoe de afbeeldingen zijn geordend.
Lay-out
(3) Selecteer de rand.
U kunt selecteren: ononderbroken lijnen, stippellijnen of geen lijnen.
(4) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
5
Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
of
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
89
Page 91
Als u de functie multishot gebruikt wordt automatisch de juiste kopieerfactor ingesteld op basis van origineelformaat, papierformaat en het aantal originele dat u wilt kopiëren op één vel. De minimale verkleinfactor is 25%. Op grond van het origineelformaat, papierformaat en het geselecteerde aantal origineelpagina's moet de kopieerfactor misschien kleiner zijn dan 25%. Wanneer in dat geval wordt gekopieerd op 25%, wordt mogelijk een deel van de originele afbeeldingen afgesneden.
Als u de instelling multishot wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
90
Page 92

Een boekje (Boekkopie) kopiëren

Met deze functie maakt u een kopie van de twee naast elkaar liggende pagina's van een open boek of ander ingebonden document. Met deze functie maakt u kopieën die u op de middellijn kunt vouwen om een boekje te maken. Deze functie is handig om kopieën te combineren tot een boekje of brochure.
Hoe u het origineel plaatst
Originelen
Achterkaft
Omslag
Plaats het origineel.
Binnenkant van kaft
1
A
1
Eerste pagina
A
B
2
Tweede pagina
3
De kopieën hebben dezelfde lay-out als het origineel.
1
3
C
3
Derde pagina
C
2
B
D
4
Vierde pagina
Binnenkant van achterkaft
D
4
1
2
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
Transparant-
Insteekvellen
(2)
Dubbelz. Kopie
Normaal
A4
1.
A4
2.
A4R
3.
B4
4.
A3
Multishot
Tabkopie Kaart Formaat
Spec. Functies
Uitvoer
Bestand
Snelbestand
OK
2/4
(1)
Druk op de toets [Spec. Functies].
0
Selecteer Boekkopie.
(1) Druk op de toetsen om tussen de
schermen te wisselen.
(2) Druk op de toets [Boekkopie].
91
Page 93
3
Spec. Functies
Boekkopie
Rug
Links
Rug
Rechts
OK
OKAnnuleren
Kaftinst.
Selecteer de inbindpositie ([Rug Links] of [Rug Rechts]).
4
5
6
Spec. Functies
Boekkopie
Rug
Links
Rug
Rechts
OK
OKAnnuleren
Kaftinst.
Selecteer zo nodig de kaftinstellingen.
Als u een ander soort papier gebruikt voor de kaft, drukt u op de toets [Kaftinst.]. Als u geen kaft toevoegt, gaat u door met stap 8.
U kunt geen kaftinstellingen selecteren als het invoegen van kaften en insteekvellen is uitgeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder).
Kaftinstelling
Afdrukken op kaft
Kaftinstelling
Afdrukken op kaft
Annuleren
Papierlade
2-Zijdig
NeeJa
2-Zijdig
NeeJa
(A)
Handinvoer
Normaal papier
Annuleren
Papierlade
Handinvoer
(B)
OK
A4
OK
A4
Normaal papier
Als u wilt kopiëren op de kaft, drukt u op de toets [Ja]. Druk anders op de toets [Nee].
Selecteer de papierlade voor de kaft.
(A) De momenteel geselecteerde papierlade voor de kaft wordt
weergegeven.
(B) Het formaat en de papiersoort in de momenteel
geselecteerde lade worden weergegeven. In het voorbeeldscherm bevindt zich normaal papier van formaat A4 (8-1/2" x 11") in de handinvoer. Als u de papierlade voor de kaft wilt wijzigen, drukt u op de ladekeuzetoets. (In het schermvoorbeeld is het scherm "Handinvoer" de ladekeuzetoets.) Het ladekeuzescherm verschijnt wanneer u op de ladekeuzetoets drukt. Selecteer de papierlade voor de kaft in het ladekeuzescherm en druk op [OK].
Kaftinstelling
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
OK
Als op de kaft wordt gekopieerd kunt u etikettenvellen, transparanten en tabpapier niet gebruiken.
92
Page 94
7
Kaftinstelling
Afdrukken op kaft
2-Zijdig
NeeJa
Als u kaftinstellingen wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren].
Annuleren
Papierlade
Handinvoer
Normaal papier
OK
A4
Druk op [OK].
8
9
10
Spec. Functies
Boekkopie
of
Links
Binding
Annuleren
Rechts
Binding
of
OK
OK
Cover
Setting
Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Plaats de geopende voor- en achterkaft met de bedrukte zijde omlaag.
Scan het origineel.
(1) Druk op de toets [STARTEN KLEUR]
( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
(2) Plaats de volgende geopende pagina's en
druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ( ).
Gebruik voor het scannen van de overige sets dezelfde toets [STARTEN] waarmee u de eerste set originelen hebt gescand. Herhaal deze stap totdat u alle origineelpagina's hebt gescand. Scan de origineelpagina's in onderstaande volgorde: Geopende binnenkant van voorkaft en eerste pagina Geopende tweede en derde pagina
·
·
·
Geopende laatste pagina en binnenkant van achterkaft
93
Page 95
Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed.
Lezen Klaar
Druk op de toets [Lezen Klaar].
Het kopiëren begint.
11
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
• Scan de originelen vanaf de eerste pagina tot de laatste pagina. De kopieervolgorde wordt automatisch aangepast door het apparaat.
• Er worden vier origineelpagina's gekopieerd op elk vel papier. Afhankelijk van het aantal origineelpagina's worden mogelijk automatisch blanco pagina's toegevoegd aan het eind.
• Als een zadelsteek afwerkingseenheid is geïnstalleerd, kunt u de functie boekkopie gebruiken in combinatie met de zadelsteekfunctie.
• Als u book copy selecteert, wordt automatisch tweezijdig kopiëren geselecteerd. Wanneer u instellingen selecteert die 2-zijdig kopiëren verhinderen, kunt u de functie boekkopie niet gebruiken.
Als u boekkopie wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 3.
94
Page 96

Opschriften kopiëren op tabbladen (Tab-Kopie)

U kunt opschriften kopiëren op de tabs van tabbladen. Maak de juiste originelen voor de opschriften.
ABC
DEF
GHI
Maak originelen die overeenkomen met de hoogte van de tabs
De afbeelding wordt verschoven met de breedte van de tab
ABC
ABC

VERHOUDING TUSSEN ORIGINELEN EN HET TABPAPIER

Tabkopie maken met rug links
Originelen De originelen plaatsen Tabpapier laden
• Origineelinvoerlade
1
Eindafbeelding
Plaats de originelen zo dat de kant zonder tab eerst wordt ingevoerd.
DEF
GHI
Bedrukte zijde omlaag
1
Originelen
• Glasplaat
1
Plaats het vel zo dat de kant met de tabtekst zich links bevindt
95
Laad het tabpapier zo dat de tab van het eerste vel in uw richting wijst.
Page 97
Tabkopie maken met rug rechts
11
Originelen De originelen plaatsen Tabpapier laden
• Origineelinvoerlade
1
1
2
Eindafbeelding
1
Originelen
Gereed voor scannen kopie.
Meerkleuren
Kleurmodus
Opdrachteig. instellingen
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
1.
2.
A4R
3.
4.
Plaats de originelen zo dat de kant zonder tab eerst wordt ingevoerd.
• Glasplaat
1
Plaats het vel zo dat de kant met de tabtekst zich links bevindt
Plaats het origineel.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de origineelinvoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
Druk op de toets [Spec. Functies].
0
A4
Normaal
A4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Origineel
A4
B4 A3
Bedrukte zijde omlaag
Laad het tabpapier zo dat de tab van het eerste vel van u af wijst.
3
Spec. Functies
Kaften/
Insteekv
Boekkopie
Transparant-
Insteekvellen
Tabkopie Kaart Formaat
(2) (1)
Multishot
OK
2/4
Selecteer Tab-Kopie.
(1) Druk op de toets . (2) Druk op de toets [Tabkopie].
96
Page 98
4
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
Spec. Functies
Tabkopie
Origineel Kopieren
Annuleren
Beeldverschuiving
(0 20)
10
mm
(1)
OK
OK
(2)
Stel de tabbreedte in.
(1) Stel de breedte van de beeldverschuiving
(tabbreedte) in met de toetsen .
0 mm en 20 mm (tussen 0" en 5/8") zijn mogelijke waarden die u kunt opgeven.
(2) Druk op [OK].
U keert terug in het basisscherm van de kopieerfunctie.
5
6
Bedrukte zijde omlaag
Plaats tabpapier in de handinvoer.
Plaats tabpapier met de bedrukte zijde omlaag in de handinvoer. U kunt tabpapier alleen gebruiken in de handinvoer. Plaats het papier zo dat de kanten met de tabs het laatst worden ingevoerd.
De breedte van het tabpapier is maximaal de breedte van A4 (210 mm) plus 20 mm (of 8-1/2" x 11" papier (8-1/2") plus 5/8").
Auto
Origineel
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
Open het scherm voor papierinstellingen.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. (2) Druk op de toets [Papierformaat].
(1)
(2)
7
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
A4
Normaal papier
(1)
OK
Selecteer de instellingen voor het gebruik van tabpapier.
(1) Druk op de juiste toets voor de papiersoort. (2) Druk op de toets [Tabpapier].
Transparant
Tabpapier
Envelop
Annuleren
1/2
1/2
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Selecteer papiersoort.
Normaal papier
Voorbedrukt
Recycled
Briefpapier
Geperforeerd
Kleur
Dun papier
Zwaar Papier
Etiketten
(3) Geef het formaat van het tabpapier op.
Type/Formaatinstelling Handinvoer
Type
Tabpapier
Auto-Inch
Auto-AB
1
/
8 x11
2
A4
Type
Formaat
OK
2/2
97
Page 99
8
9
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
of
OK
OK
A4
Tabpapier
(1) (2)
Selecteer de handinvoer.
(1) Druk op de papierformaattoets van de
handinvoer.
(2) Druk op [OK].
Als u op [OK] drukt, keert u terug naar het scherm met opdrachtdetails. Druk op [Opdrachteig. instellingen] om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren.
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] ( ) of [STARTEN ZWART-WIT] ().
Het kopiëren begint.
• Als de originelen in de origineelinvoerlade zijn geplaatst, worden de originelen gekopieerd.
• Als u de glasplaat gebruikt, kopieert u één pagina tegelijk. Gebruikt u de sorteerfunctie of een andere functie waarvoor alle originelen moeten worden gescand voordat de kopieën worden afgedrukt, dan moet u voor de overige originelen dezelfde toets [STARTEN] gebruiken waarmee u het eerste origineel hebt gescand.
Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
Drukt u op de toets [STOP] ( ).
Als u de instelling voor tabkopie wilt annuleren...
Drukt u op de toets [Annuleren] in het scherm van stap 4.
Systeeminstellingen (Beheerder): Begininstelling Tabkopie
U kunt de standaardinstelling voor beeldverschuiving instellen tussen 0 mm en 20 mm (tussen 0" en 5/8"). De fabrieksinstelling is 10 mm (1/2").
98
Page 100
BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Spec. Functies
Bestand
Snelbestand
Meerkleuren
Kleurmodus
Auto
Belichting
100%
Kopieerfactor
Opdrachteig. instellingen
A4
Normaal
OP ÉÉN VEL PAPIER (Kaart Formaat)
Wanneer u een kaart kopieert, kunt u met deze functie de voorkant en achterkant samen kopiëren op één vel papier. Deze functie is handig om kopieën te maken ter identificatie en om papier te sparen.
Kopieën
Originelen
Voorkant
Achterkant
Voorbeeld van kopie formaat A4
Voorbeeld van kopie formaat A4 (8-1/2" x 11") staand
(8-1/2" x 11") liggend
1
2
Papierformaat
A4
A4R
B4
A3
Auto
Origineel
(1)
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Normaal papier
Auto A4
Papierformaat
Spec. Functies
A4
Normaal papier
(2)
Open het scherm voor papierinstellingen.
(1) Druk op de toets [Opdrachteig.instellingen]. (2) Druk op de toets [Papierformaat].
OK
Selecteer het gebruikte papier.
(1) Druk op de toets met het gewenste
papierformaat.
(2) Druk op [OK].
Als u op [OK] drukt, keert u terug naar het scherm met
(2)(1)
opdrachtdetails. Druk op [Opdrachteig. instellingen] om naar het basisscherm van de kopieermodus terug te keren.
Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
3
99
Loading...