Samsung SGH-C100 User Manual [nl]

DUAL BAND
GPRS TELEFOON
SGH-C100
ELECTRONICS
* Het is mogelijk dat de informatie in deze gebruiksaanwijzing
op sommige plaatsen afwijkt van uw telefoon, omdat deze soms afhangt van de geïnstalleerde software of uw internet provider. Drukfouten voorbehouden.
Printed in Korea
Code No.: GH68-03860A
Dutch. 06/2003. Rev. 1.0
World Wide Web
http://www.samsungmobile.com
Inhoud
Belangrijke veiligheidsinformatie............ 7
Uitpakken ............................................... 9
Uw telefoon............................................. 10
Onderdelen.................................................... 10
Display.......................................................... 13
Standby-lampje.............................................. 15
Aan de slag ............................................. 16
SIM-kaart installeren ...................................... 16
Batterij opladen.............................................. 18
Telefoon aan- en uitzetten ............................... 20
Toetsen blokkeren en deblokkeren .................... 21
Telefoneren............................................. 22
Zelf bellen ..................................................... 22
Volume aanpassen.......................................... 24
Een oproep beantwoorden ............................... 25
Gemiste oproepen bekijken.............................. 26
Snel naar de stille modus overschakelen ............ 28
Functies en opties selecteren .................. 29
Telefoon lijst............................................31
Naam en nummer vastleggen........................... 31
Opties telefoonlijst gebruiken ........................... 34
Een nummer opzoeken in de telefoonlijst ........... 35
Een belgroep wijzigen ..................................... 37
Snelkiezen..................................................... 38
Alle contactpersonen in de telefoonlijst wissen.... 40
Geheugenstatus controleren............................. 41
3
Inhoud
Tekst intoetsen ....................................... 42
Tekstinvoerstand wijzigen................................ 43
T9 stand........................................................ 44
Stand voor het intoetsen van hoofdletters
en kleine letters ............................................. 46
Speciale tekens intoetsen ................................ 47
Stand voor cijfers ........................................... 47
Tijdens een gesprek beschikbare opties.. 48
Gesprek in de wacht zetten.............................. 48
Microfoon uitschakelen .................................... 49
Toetstonen in- en uitschakelen ......................... 50
Toetstonen versturen ...................................... 50
Een nummer opzoeken in de telefoonlijst ........... 51
SMS diensten................................................. 51
Een tweede oproep beantwoorden
(wisselgesprek) .............................................. 52
Multiparty-gesprekken (telefonisch vergaderen).. 52
Menu’s gebruiken.................................... 55
Naar menufunctie bladeren .............................. 55
Naar menufunctie via de sneltoets .................... 56
Overzicht menufuncties ................................... 56
Berichten ................................................ 62
Postvak IN (Menu 1.1) .................................... 62
Postvak UIT Nieuw bericht Standaardberichten Profielen Alles wissen Mijn objecten Geheugenstatus Voice Mail Infobericht
(Menu 1.2) ................................... 63
(Menu 1.3) ................................ 65
(Menu 1.4) ........................ 67
(Menu 1.5) ....................................... 68
(Menu 1.6) .................................. 69
(Menu 1.7) ................................. 70
(Menu 1.8) ............................. 71
(Menu 1.9) ..................................... 71
(Menu 1.10) .................................. 72
Inhoud
Oproepen lijst ......................................... 74
Gemist (Menu 2.1) ......................................... 74
Inkomend Uitgaand Alles wissen Gesprektellers Kostentellers
(Menu 2.2) ..................................... 74
(Menu 2.3) ....................................... 75
(Menu 2.4) .................................. 75
(Menu 2.5) ............................... 76
(Menu 2.6) ................................. 76
Geluid opties ........................................... 78
Beltoon (Menu 3.1) ......................................... 78
Belvolume Type belsignaal Toetstoon Berichttoon Toon bij in-/uitschakelen Andere tonen
(Menu 3.2) ..................................... 78
(Menu 3.3) .............................. 79
(Menu 3.4) ..................................... 79
(Menu 3.5) ................................... 80
(Menu 3.6) ................. 81
(Menu 3.7) ................................ 82
Telefoon opties ....................................... 83
Infrarood aan (Menu 4.1) ................................ 83
Voorkeurinstellingen Begroeting
(Menu 4.3) .................................... 85
Eigen nummer
(Menu 4.5) ............................................. 86
Taal Beveiliging
(Menu 4.6) .................................... 86
Display-instellingen Extra instellingen Sneltoets
(Menu 4.9) ...................................... 92
Reset instellingen
(Menu 4.2) ....................... 84
(Menu 4.4) ............................... 86
(Menu 4.7) ........................ 90
(Menu 4.8) ........................... 91
(Menu 4.10) ......................... 92
Organizer ................................................ 93
Kalender (Menu 5.1) ....................................... 93
Actielijst Tijd en datum Alarm Calculator Valutabeurs
(Menu 5.2) ....................................... 96
(Menu 5.3) ................................ 99
(Menu 5.4) ........................................... 100
(Menu 5.5) ..................................... 101
(Menu 5.6) ................................... 102
4
5
Inhoud
Netwerk diensten.................................... 103
Doorschakelen (Menu 6.1) ............................... 103
Blokkeren Wisselgesprek Netwerk kiezen Nr.weergave Gebr.groepen
(Menu 6.2) ..................................... 105
(Menu 6.3) ............................... 107
(Menu 6.4) .............................. 108
(Menu 6.5) .................................. 109
(Menu 6.6) ................................ 109
Funbox.................................................... 111
Spelletjes (Menu 7.1) ...................................... 111
WAP browser Downloads
(Menu 7.2) ................................. 112
(Menu 7.3) .................................... 119
Problemen oplossen................................ 121
Toegangscodes ....................................... 124
Wachtwoord telefoon ...................................... 124
PIN............................................................... 125
PUK .............................................................. 125
PIN2 ............................................................. 126
PUK2 ............................................................ 126
Wachtwoord voor blokkeren van gesprekken ...... 127
Informatie met betrekking tot
gezondheid en veiligheid......................... 128
Blootstelling aan radiogolven
(SAR informatie) Radiofrequenties .................... 128
Voorzorgen bij het gebruik van batterijen .......... 130
Verkeersveiligheid .......................................... 132
Gebruiksomgeving .......................................... 134
Elektronische apparatuur ................................. 134
Omgeving waar kans op explosies is ................. 136
Telefoneren in geval van nood.......................... 137
Overige belangrijke veiligheidsinformatie ........... 138
Verzorging en Onderhoud ................................ 139
Verklarende woordenlijst ........................ 141
Index ...................................................... 145
Referentiekaart....................................... 151
6
Belangrijke veiligheidsinformatie
Lees deze richtlijnen zorgvuldig door voordat u uw telefoon in gebruik neemt. Houdt u zich er niet aan, dan kan dit gevaar opleveren of kunt u de wet overtreden. Uitvoerige veiligheidsinformatie vindt u op pagina 128 onder “Informatie met betrekking tot gezondheid en veiligheid”.
Verkeersveiligheid voor alles
Gebruik de telefoon nooit tijdens het rijden. Parkeer eerst de auto.
Uitschakelen als u gaat tanken
Gebruik de telefoon niet bij een benzinestation of in de buurt van chemicaliën of brandstoffen.
Uitschakelen in een vliegtuig
Mobiele telefoons kunnen storingen in elektronische systemen veroorzaken. Daarom is gebruik hiervan in een vliegtuig verboden en gevaarlijk.
Uitschakelen in een ziekenhuis
Schakel uw telefoon uit als u zich in de nabijheid van medische apparatuur bevindt. Volg alle van kracht zijnde voorschriften op.
Storingen
De werking van elke mobiele telefoon kan nadelig worden beïnvloed door apparatuur die radiofrequenties uitzendt.
Speciale voorschriften
Houd u aan speciale voorschriften en schakel uw telefoon uit op plaatsen waar het gebruik verboden is of gevaar of storingen kan opleveren (bijvoorbeeld in een ziekenhuis).
7
Belangrijke veiligheidsinformatie
Polsband
Uitpakken
Radiofrequenties
Het ontwerp van deze telefoon voldoet aan de eisen van de Europese Unie (EU) met betrekking tot blootstelling aan radiofrequenties (RF). Om aan deze eisen te blijven voldoen, dient u uitsluitend door Samsung geleverde of goedgekeurde accessoires te gebruiken. Gebruik van niet­goedgekeurde accessoires kan ertoe leiden dat niet meer aan deze eisen wordt voldaan.
Stand van de telefoon
Gebruik de telefoon alleen in de normale stand (tegen uw oor).
Waterdichtheid
Uw telefoon is niet waterdicht. Zorg dus dat hij niet nat wordt.
Accessoires en batterijen
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde accessoires en batterijen.
Deskundige technische service
Laat onderhoud altijd over aan gekwalificeerde technici.
In de doos vindt u de volgende onderdelen:
Telefoon
Batterij
Adapter
Gebruiksaanwijzing
De met de telefoon meegeleverde accessoires kunnen per land verschillen.
Uw Samsung dealer kan de volgende accessoires leveren:
• Oortelefoon
• Eenvoudige hands-free kit
• Standaard batterijen
• Adapter voor sigarettenaansteker
• Houder voor in de auto
• Datakabel
• Oplader
8
9
Uw telefoon
Uw telefoon
Onderdelen
De volgende afbeelding toont de belangrijkste onderdelen van uw telefoon.
Standby-lampje
Volumetoetsen/
bladertoetsen
Navigatie-
toetsen
Functietoets
(links)
Kiezen/
bevestigen
menukeuze Annuleren/
correctietoets/WAP
browser-toets
Infraroodpoort
Toetsen voor
speciale functies
Aansluiting oortelefoon
Luidspreker
Display
Functietoets (rechts)
Aan/uit/menu verlaten
Alfanumerieke toetsen
Microfoon
Toets Beschrijving
In de menustand
of telefoonlijst bladeren.
In de standby-stand : direct naar veel
gebruikte menu-opties (zie pagina 92 voor meer informatie over sneltoetsen).
In de menustand : terug naar vorig
menuniveau of huidige menu selecteren.
Bij het ingeven van tekst : voor het naar
links of rechts verplaatsen van de cursor.
In de standby-stand : direct naar veel
gebruikte menu-opties (zie pagina 92 voor meer informatie over sneltoetsen).
Voert de functie uit die erboven is aangegeven (op de onderste regel van
(functie­toetsen)
het display).
Bij het ingeven van tekst : wist tekens
van het display.
In de menustand : terug naar vorig
menuniveau. In de standby-stand: direct starten van
de WAP (Wireless Application Protocol) browser.
: door de menukeuzes
10
11
Uw telefoon
Uw telefoon
Toets Beschrijving (vervolg)
Zelf bellen of oproep beantwoorden.
Als u deze toets in de standby-stand ingedrukt houdt, kunt u het laatste
nummer dat u heeft gebeld of waarvan u een oproep heeft ontvangen (opnieuw) bellen.
In de menustand: menufunctie kiezen of ingevoerde informatie (zoals een naam) in het telefoon- of SIM-geheugen opslaan.
Gesprek beëindigen. Ingedrukt houden om telefoon in- of uit
te schakelen. In de menustand: uw ingave annuleren
en terug naar de standby-stand.
Wanneer u deze toets in de standby­stand ingedrukt houdt, krijgt u direct
toegang tot uw voice mail.
Cijfers, letters en een aantal speciale tekens invoeren.
Speciale tekens invoeren. Uitvoeren van diverse functies.
Display
Indeling display
Het display bestaat uit drie gedeelten.
Symbolen
Tekst en afbeeldingen
Menu Namen
Gedeelte Beschrijving
Bovenste regel Toont diverse symbolen
(zie pagina 14).
Midden­gedeelte
Hier worden meldingen, instructies en ingevoerde informatie (bijvoorbeeld telefoonnummer) weergegeven.
Onderste regel Toont de functies die op dat
moment aan de twee functietoetsen zijn toegewezen.
Omschrijving functietoetsen
12
(zijkant van de telefoon) Tijdens een gesprek: volume van luidspreker aanpassen.
In de standby-stand: toetsvolume aanpassen.
In de menustand: door de menukeuzes of telefoonlijst bladeren.
13
Uw telefoon
Uw telefoon
Symbolen
Sym-
Beschrijving
bool
Sterkte ontvangstsignaal. Hoe meer staafjes, hoe sterker het signaal.
Verschijnt tijdens een gesprek.
Verschijnt wanneer u verbinding met het GPRS netwerk maakt.
Verschijnt wanneer de stille modus is ingeschakeld of wanneer de menukeuze Type belsignaal (Menu 3.3) op Trillen is ingesteld. Voor meer informatie, zie de pagina’s 28 en 79.
Wordt getoond wanneer een nieuw tekstbericht is ontvangen.
Wordt getoond wanneer een nieuw voice mailbericht is ontvangen.
Verschijnt tijdens het invoeren van tekst om aan te geven wat de huidige tekstinvoerstand is.
Verschijnt als u het alarm instelt.
Toont de batterijstatus. Hoe meer staafjes, hoe voller de batterij.
Verschijnt wanneer de infraroodpoort geactiveerd is. Voor meer informatie, zie pagina 83.
Verschijnt als de Stille modus aan staat.
Sym­bool
Beschrijving (vervolg)
Verschijnt als u buiten het bereik van uw eigen netwerk bent en bij een ander netwerk bent aangemeld (b.v. in het buitenland).
Wordt getoond wanneer de toetsen geblokkeerd zijn.
Verlichting
De achtergrond van het display en het toetsenbord zijn verlicht. Wanneer u op een willekeurige toets drukt, gaat de verlichting een bepaalde tijd aan. De duur is afhankelijk van de instelling bij de menu-optie Verlichting (Menu 4.7.2) in het menu Telefoonopties. Vervolgens gaat dit uit en wordt overgeschakeld op de digitale klok. Dit is om de batterij te sparen.
Om in te stellen hoe lang de verlichting aan moet blijven, gaat u naar de menukeuze Verlichting (Menu 4.7.2). Meer informatie hierover vindt u op pagina 90.
Standby-lampje
Het standbylampje bevindt zich links bovenop de telefoon. Het knippert als de telefoon gebruiksklaar is en verbinding heeft met het netwerk.
U kunt het lampje in- en uitschakelen met de optie Standby-lampje (Menu 4.7.3). Zie pagina 90 voor meer bijzonderheden.
14
15
Aan de slag
Aan de slag
SIM-kaart installeren
Als u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt u een SIM-kaart. Die bevat een geheugen waarin uw abonnementsgegevens (PIN, aanvullende diensten e.d.) zijn opgeslagen.
Belangrijk! De SIM-kaart is zeer gevoelig voor
beschadiging of verbuiging (dit geldt met name voor de contacten). Behandel de SIM dus zeer voorzichtig als u hem plaatst of verwijdert.
Houd een SIM-kaart buiten het bereik van kinderen.
1. Zet zo nodig de telefoon uit door de toets ingedrukt te houden tot het slotfilmpje start.
2. Haal de batterij uit de telefoon. Zo gaat u te werk:
Schuif de batterijvergrendeling boven de
batterij naar de bovenkant van de telefoon en houd hem in die stand.
Schuif de batterij van de telefoon, zoals
afgebeeld.
3. Schuif de SIM-kaart in de SIM-kaarthouder, zodat de houder de kaart in de juiste stand vastzet. Zorg ervoor dat het gedeelte met het schuine hoekje rechts bovenaan zit en dat de gouden contactpunten van de SIM-kaart naar de telefoon gericht zijn.
Opmerking
4. Plaats de batterij zo op de telefoon dat de nokjes onderaan binnen de uitsparingen aan de onderkant van de telefoon vallen.
: Als u de SIM-kaart moet verwijderen,
schuift u het in de aangegeven richting en haalt u hem uit de houder.
16
17
Aan de slag
Aan de slag
5. Duw de batterij omlaag tot deze op zijn plaats klikt. Controleer voordat u de telefoon aanzet of de batterij goed vast zit.
Batterij opladen
Uw telefoon werkt op een oplaadbare Li-ion­batterij. Bij uw telefoon wordt een adapter geleverd. Gebruik alleen goedgekeurde batterijen en opladers. Uw SAMSUNG dealer kan u hierover meer informatie geven.
U kunt de telefoon tijdens het opladen van de batterij blijven gebruiken.
Opmerking
1. Nadat de batterij in de telefoon is geplaatst, sluit u het snoertje van de adapter aan op de onderzijde van de telefoon.
: Laad de batterij volledig op voordat u de
telefoon de eerste keer gebruikt. Een geheel ontladen batterij wordt in ongeveer 200 minuten volledig opgeladen.
2. Doe de adapter in een normaal stopcontact.
3. Na het opladen haalt u de adapter uit het stopcontact en maakt u de adapter los van de telefoon, door de grijze knopjes aan de zijkant van de connector in te drukken en de connector uit de telefoon te trekken.
Opmerking:
Als de telefoon wordt opgeladen, kunt u de
batterij pas verwijderen nadat u de telefoon van de adapter hebt losgekoppeld. Hiermee voorkomt u dat de telefoon beschadigt.
Indicatie batterij bijna leeg
Als de batterij bijna leeg is en u nog maar enkele minuten kunt bellen, hoort u een waarschuwingstoon en verschijnt regelmatig een melding in het display.
Als de batterij te zwak is om de telefoon nog te kunnen gebruiken, schakelt het toestel zich automatisch uit.
18
19
Aan de slag
Aan de slag
Telefoon aan- en uitzetten
1. Houd de toets ingedrukt tot de telefoon aan is.
2. Als het toestel om een wachtwoord vraagt, geeft u dat in en drukt u op de functietoets OK. Het wachtwoord is in de fabriek standaard ingesteld op 00000000. Zie pagina 124 voor meer bijzonderheden.
3. Als gevraagd wordt om uw PIN-code, geeft u deze in en drukt u op de functietoets OK. Zie pagina 125 voor meer bijzonderheden.
De telefoon zoekt uw netwerk en zodra hij dit heeft gevonden, verschijnt het standby-scherm, zoals hieronder aangegeven. Nu kunt u zelf bellen of oproepen beantwoorden.
NETWERK
05:17
ZA 02 OKT
Menu Namen
Opmerking
4. Om de telefoon uit te schakelen, houdt u de toets ingedrukt tot het slotfilmpje wordt getoond.
Opmerking
20
: De displaytaal is standaard ingesteld
op Nederlands. U kunt de taal aanpassen met de optie
Taal (Menu 4.5
); zie
pagina 86 voor meer bijzonderheden.
: Als u de toetsen heeft geblokkeerd,
moet u eerst de toetsen deblokkeren voordat u de telefoon kunt uitschakelen. Dit doet u door op de functietoets
Deblokrn
en de toets te drukken.
Toetsen blokkeren en deblokkeren
Om te voorkomen dat u per ongeluk een toets indrukt, kunt u de toetsen blokkeren.
Houd in de standby-stand de toets key ingedrukt totdat het pictogram en “Toetsen geblok.” in het display worden getoond.
Ook wanneer de toetsen geblokkeerd zijn, kunt u een inkomende oproep beantwoorden door op een willekeurige toets te drukken. Na afloop van het gesprek worden de toetsen na een bepaalde periode weer geblokkeerd. Deze periode kunt u instellen via de menukeuze Auto toetsblokkering (Menu 4.2.3).
Als de toetsen geblokkeerd zijn, kunt u toch alarmnummers bellen. Geef een alarmnummer in. Als om een bevestiging wordt gevraagd, drukt u op de functietoets Ja of de toets . Na afloop van het gesprek worden de toetsen na een bepaalde periode weer geblokkeerd. Deze periode kunt u instellen via de menukeuze Auto toetsblokkering (Menu 4.2.3).
U kunt de toetsblokkering opheffen door eerst op de functietoets Deblokrn en vervolgens nogmaals op de toets te drukken. In het display verschijnt “Toetsen ontgrendeld” en het pictogram is niet langer zichtbaar.
Via de menukeuze Auto toetsblokkering (Menu 4.2.3) kunt u de telefoon zo instellen, dat de toetsen automatisch worden geblokkeerd. Meer informatie over deze optie vindt u op pagina 85.
21
Telefoneren
Zelf bellen
Als de telefoon standby staat, toetst u het netnummer en telefoonnummer in en drukt u op de toets .
Opmerking
Internationaal bellen
1. Houd de toets ingedrukt. Het + teken verschijnt in het display.
2. Geef nu het landnummer in, dan het netnummer en het abonneenummer. Druk daarna op .
Nummer corrigeren
U wilt wissen...
Laatste cijfer op het display
Ander cijfer van het nummer
Alle cijfers Houd de toets ruim
: Als u de optie
menu
Extra instellingen (Menu 4.8
aan heeft gezet, wordt het nummer automatisch maximaal 10 maal opnieuw gedraaid wanneer de persoon die u wilt bellen uw oproep niet beantwoordt of in gesprek is. Meer informatie over deze optie vindt u op pagina 91.
Dan doet u het volgende…
Druk op de toets .
Druk op of totdat de cursor rechts naast het cijfer staat dat u wilt wissen. Druk op de toets . U kunt ook een ontbrekend cijfer invoeren door op de betreffende toets te drukken.
1 seconde ingedrukt.
Nr. herhalen
in het
)
Telefoneren
Gesprek beëindigen
Als u uw gesprek wilt beëindigen, drukt u kort op de toets .
Laatste nummer herhalen
De telefoon slaat de nummers op van uitgaande gesprekken en van inkomende en gemiste oproepen waarvan de beller bekend is. Voor meer informatie, zie “Oproepenlijst” op pagina 74.
Om een van deze nummers te bellen, doet u het volgende:
1. Maak eventueel het display leeg, door de toets gedurende ruim een seconde ingedrukt te houden.
2. Druk op de toets om naar de lijst met laatstgekozen nummers te gaan.
3. Gebruik de toetsen en om door deze lijst te bladeren tot u bij het gewenste nummer bent.
4.
Om...
Het gemarkeerde nummer te draaien
Het gemarkeerde nummer te wijzigen
Het gemarkeerde nummer te verwijderen
Alle nummers in de lijst te wissen
Dan doet u het volgende…
Druk op de toets .
Druk op de functietoets
Opties, kies de optie Wijzigen en wijzigt het
nummer.
Druk op de functietoets Opties en kies Wissen.
Druk op de functietoets
Opties en selecteer Alles wissen. Meer informatie
hierover vindt u op op pagina 75.
22
23
Telefoneren
Telefoneren
Een nummer kiezen uit de telefoonlijst
Nummers die u regelmatig belt, kunt u in het geheugen van de SIM-kaart of van de telefoon opslaan. Deze twee geheugens worden tezamen aangeduid als Telefoonlijst. In dat geval hoeft u alleen maar de naam te selecteren om het bijbehorende nummer te laten kiezen. Zie pagina 31 voor meer informatie over de telefoonlijst.
Volume aanpassen
Tijdens een gesprek kunt u het volume van de luidspreker aanpassen door op de volumetoetsen aan de linkerzijkant van de telefoon te drukken.
Druk op om het volume te verhogen of op om het te verlagen.
Een oproep beantwoorden
Wanneer iemand u belt, gaat uw telefoon over en wordt het animatiefilmpje voor een inkomende oproep afgespeeld.
Als de beller wordt herkend, verschijnt zijn telefoonnummer (of zijn naam als die in uw telefoonlijst is opgeslagen).
Opmerking
1. Druk op de toets of de functietoets Opnemen om een binnenkomend gesprek te beantwoorden.
Als de menu-optie Elke toets antw. in menu Extra instellingen (Menu 4.8) is ingeschakeld, kunt u een gesprek aannemen door op een willekeurige toets te drukken, met uitzondering van de toets en de functietoets Weiger (zie pagina 91).
2. U kunt een inkomende oproep weigeren door op de functietoets Weiger te drukken.
3. U kunt een gesprek of oproep beëindigen door op te drukken.
Opmerking
: Terwijl de telefoon overgaat, kunt u de
beltoon uitschakelen door een van de volumetoetsen aan de zijkant van de telefoon ingedrukt te houden.
: U kunt de telefoon ook opnemen terwijl u
menufuncties of de telefoonlijst gebruikt.
In de standby-stand kunt u met deze toetsen het toetsvolume aanpassen.
24
25
Telefoneren
Gemiste oproepen bekijken
Telefoneren
Als u om wat voor reden dan ook een oproep niet kunt of wilt beantwoorden, kunt u zien wie u geprobeerd heeft te bellen (als uw provider deze dienst levert). Desgewenst kunt u deze persoon dan terugbellen.
Na een niet beantwoorde oproep verschijnt in de standby-stand het aantal gemiste oproepen op het display.
Zo kunt u gemiste oproepen direct bekijken:
1. Druk op de functietoets Kies.
Is het bij de laatste gemiste oproep behorende telefoonnummer beschikbaar, dan wordt dit getoond.
2.
U wilt... Druk op de…
Door de gemiste
Toets of .
oproepen bladeren Getoonde nummer
Toets .
bellen Nummer van gemiste
oproep wissen of
Functietoets Kies (zie hieronder).
wijzigen
Nummer gemiste oproep wijzigen
Opmerking
1. Druk op de functietoets Opties.
2. Druk op de toets of om de optie Wijzigen te kiezen.
3. Druk op de functietoets Kies.
4. Voer de gewenste wijzigingen in.
5. U wilt... Druk op de… Het nummer bellen Toets . Het nummer
opslaan
: Als het nummer van de gemiste oproep
niet beschikbaar is, verschijnt de optie
Wijzigen
niet.
Functietoets Opslaan en geef daarna de naam en locatie in (zie pagina 31 voor meer informatie).
Gemiste oproep wissen
1. Druk op de functietoets Opties.
2. Druk indien nodig op de toets of om de optie Wissen te kiezen.
3. Druk op de functietoets Kies.
U kunt op elk gewenst moment op de toets drukken om deze menu-keuze te verlaten.
Opmerking
: Door de optie
Gemist (Menu 2.1
) te kiezen, kunt u op ieder willekeurig moment naar het overzicht met gemiste oproepen. Zie pagina 74 voor meer informatie.
26
27
Telefoneren
Functies en opties selecteren
Snel naar de stille modus overschakelen
De stille modus is handig wanneer u op een plaats bent waar het overgaan van uw telefoon storend zou werken, bijvoorbeeld tijdens een kerkdienst of een concert.
In de standby-stand kunt u de telefoon snel in de stille modus zetten, door de toets ingedrukt te houden tot de melding “Stille modus AAN” wordt getoond en het symbool van de trilfunctie ( ) wordt weergegeven.
In de stille modus worden de geluidsinstellingen van uw telefoon als volgt gewijzigd.
Optie Nieuwe instelling
Type belsignaal (Menu 3.3) Trillen
Toetstoon (Menu 3.4) Uit
Berichttoon (Menu 3.5) Alleen lampje
Toon bij in-/uitschakelen (Menu 3.6)
Andere tonen (Menu 3.7) UIT
U kunt de stille modus uitschakelen en terug naar de vorige geluidsinstellingen, door de toets ingedrukt te houden totdat “Stille modus UIT” verschijnt. Het symbool van de trilfunctie ( ) is niet langer zichtbaar.
Uit
Uw telefoon heeft een aantal functies waarmee u het toestel aan uw voorkeuren kunt aanpassen. Deze functies bevinden zich in menu’s en submenu’s, die u kunt selecteren met de twee functietoetsen en . In elk menu en submenu kunt u de instellingen van een bepaalde functie bekijken en eventueel veranderen.
Onder in het display ziet u direct boven de toets welke functie de functietoets op dat moment vervult.
V
oorbeeld:
NETWERK
05:17
ZA 02 OKT
Menu Namen
Met de linker functie­toets gaat u naar het hoofdmenu.
918
Met de rechter functietoets gaat u naar de telefoonlijst.
28
29
Functies en opties selecteren
Telefoon lijst
Via de volgende stappen krijgt u een overzicht van de beschikbare functies/opties en kunt u er een kiezen.
1. Druk op de desbetreffende functietoets.
2. U wilt... Druk op de…
Selecteren:
• De getoonde functie of
• De gemarkeerde optie
De volgende functie zien of de volgende optie markeren
Naar de vorige functie of lijst
Een niveau hoger in de menustructuur
Dit menu verlaten zonder instellingen aan te passen
Bij sommige functies wordt om een wachtwoord of PIN-code gevraagd. Voer de juiste code in en druk op de functietoets OK.
Opmerking
30
: Als er een lijst met opties verschijnt,
wordt de huidige optie gemarkeerd. Als er maar twee opties mogelijk zijn, zoals bij Aan/Uit of Aanzetten/Uitzetten, wordt de optie die niet actief is gemarkeerd zodat u deze optie direct kunt kiezen.
Functietoets Kies of de toets .
Toets of links op de telefoon.
Toets of links op de telefoon.
Toets , functietoets
of toets .
Toets .
U kunt telefoonnummers en de bijbehorende namen in het geheugen van uw SIM-kaart opslaan. Daarnaast biedt het geheugen van uw telefoon ruimte aan 500 nummers en namen. Hoewel beide geheugens in fysiek opzicht gescheiden zijn, vormen ze in de praktijk één geheel, de telefoonlijst.
Naam en nummer vastleggen
U kunt een nummer op twee manieren vastleggen:
• In de standby-stand met de functietoets Opslaan
• In het menu Telefoonlijst via de optie Nieuw
contact
Een nummer vastleggen in de standby-stand
Zodra u een nummer begint in te voeren, verschijnt boven de linker functietoets Opslaan. Daarmee kunt u het ingevoerde nummer in de telefoonlijst opslaan.
1. Voer het nummer in dat u wilt opslaan.
Opmerking
2. Druk op de functietoets Opslaan als u zeker weet dat het nummer correct is.
3. Selecteer het symbool van de categorie waar het nummer dat u wilt opslaan toe behoort. U heeft de beschikking over drie categorieën:
Mobiel
Kantoor
Privénummer
Druk op de toets of en daarna op de functietoets Kies om de gewenste categorie te selecteren.
: Als u tijdens het invoeren van een
nummer een fout maakt, kunt u deze met de toets corrigeren. Zie pagina 22 voor meer bijzonderheden.
31
Telefoon lijst
Telefoon lijst
Een nummer in de telefoonlijst opslaan
4. Selecteer door op de toets of te drukken het gewenste geheugen, SIM-geheugen of
Telefoon, en druk op de functietoets Kies.
Opmerking
: Wanneer u van telefoon wisselt,
blijft de informatie die op uw SIM­kaart is opgeslagen beschikbaar op uw nieuwe telefoon. Informatie die in het toestel zelf is opgeslagen is dan niet meer beschikbaar en zal eventueel opnieuw moeten worden ingegeven.
5. Geef de naam in en druk op de functietoets OK.
Het aantal posities dat voor ingave van de naam
beschikbaar is, is afhankelijk van uw SIM-kaart. Meer informatie over het ingeven van tekst vindt u op pagina 42.
De telefoon toont nu de eerste vrije locatie in het geselecteerde geheugen. Als dat geheugen vol is, wordt de eerste vrije plaats in het andere geheugen getoond.
6. Als u het ingevoerde nummer en de ingevoerde naam op een andere dan de voorgestelde positie wilt opslaan, druk dan op de toets en geef daarna met de cijfertoetsen de locatie op waar u de informatie wilt opslaan.
7. Druk op OK om het nummer en de naam op te slaan.
Na de gegevens te hebben opgeslagen, toont de telefoon de zojuist opgeslagen naam.
U wilt... Druk op de…
8.
Invoeropties gebruiken Functietoets Opties.
Teruggaan naar de standby-stand
Toets .
1. Druk in de standby-stand op de functietoets Namen.
2. Blader met de toets of naar Nieuw contact en druk op de functietoets Kies om uw keuze te bevestigen.
3. Selecteer het symbool van de categorie waar het nummer dat u wilt opslaan toe behoort.
Opmerking
: Hierbij is ook het symbool voor
e-mail ( ) beschikbaar. Hier kunt u in plaats van een telefoonnummer een e-mailadres opslaan.
4. Selecteer door op de toets of te drukken het gewenste geheugen, SIM-geheugen of Telefoon, en druk op de functietoets Kies.
5. Geef de naam in en druk op de functietoets OK. Het aantal posities dat voor ingave van de naam
beschikbaar is, is afhankelijk van uw SIM-kaart. Meer informatie over het ingeven van tekst vindt u op pagina 42.
6. Geef het nummer of e-mailadres in en druk op de functietoets Opslaan.
7. Als u het ingevoerde nummer en de ingevoerde naam op een andere dan de voorgestelde positie wilt opslaan, druk dan op de toets en geef daarna met de cijfertoetsen de locatie op waar u de informatie wilt opslaan.
8. Druk op OK om het nummer en de naam op te slaan.
Na de gegevens te hebben opgeslagen, toont de telefoon de zojuist opgeslagen naam.
9. U wilt... Druk op de… Invoeropties gebruiken Functietoets Opties. Teruggaan naar de
Toets .
standby-stand
32
33
Telefoon lijst
Opties telefoonlijst gebruiken
Telefoon lijst
De telefoonlijst beschikt over een aantal opties, die u kunt openen door op de functietoets Opties te drukken.
U wilt... Druk…
Gemarkeerde optie selecteren
Andere optie selecteren
De volgende opties zijn beschikbaar:
Invoegen: hiermee kunt u een telefoonnummer uit de telefoonlijst in de stand voor normaal bellen plakken. Gebruik deze optie als u een nummer wilt bellen dat deels identiek is aan het nummer in de telefoonlijst, bijvoorbeeld een intern nummer binnen hetzelfde bedrijf.
Gebruik de toets als u het nummer wilt aanpassen (zie pagina 22 voor meer informatie). Druk op als u het nummer wilt bellen.
Wijzigen: hiermee kunt u de gegevens van de contactpersoon in uw telefoonlijst wijzigen. Selecteer Eén contact als u een nummer van de geselecteerde contactpersoon wilt wijzigen. Als u de naam wijzigt, wordt het nummer apart opgeslagen. Selecteer Alle
contacten wanneer u de naam wilt wijzigen. Wissen: hiermee kunt u een nummer en een naam
uit de telefoonlijst eerst om een bevestiging. Druk op de functietoets Ja.
Kopiëren: hiermee kunt u het nummer naar een andere geheugenlocatie kopiëren. Gebruik deze optie om een nummer op te slaan dat veel lijkt op een reeds opgeslagen nummer. Selecteer de locatie voor het nieuwe nummer. Zodra het nummer gekopieerd is, kunt u de naam en het nummer
34
Op de functietoets Kies of de toets .
Enkele keren op of tot de gewenste optie gemarkeerd wordt weergegeven.
verwijderen. De telefoon vraagt
wijzigen.
Gebr. groep: hiermee kunt u de contactpersoon aan een belgroep toewijzen. Wanneer u door iemand die tot die groep behoort wordt gebeld, kunt u dat aan bijvoorbeeld het belsignaal horen. Selecteer een van de tien beschikbare groepen.
Kies de optie Geen groep als u het nummer niet (langer) aan een groep toe wilt wijzen.
Zie pagina 37 voor meer informatie over de instellingen voor belgroepen.
Contact toevoegen: hiermee kunt u van de op dat moment geselecteerde contactpersoon een nieuw nummer aan een bepaalde categorie (mobiel, kantoor, privénummer of e-mail) toevoegen. Een contactpersoon in de telefoonlijst kan een naam en maximaal 4 nummers bevatten (één nummer per categorie).
Een nummer opzoeken in de telefoonlijst
Nadat u telefoonnummers in de telefoonlijst heeft opgeslagen, kunt u deze op twee manieren opzieken:
• Op naam
• Op belgroep
Een nummer op naam opzoeken
1. Druk in de standby-stand op de functietoets Namen.
2. Als Zoeken gemarkeerd wordt weergegeven, drukt u op de functietoets Kies. De telefoon vraagt u nu om een naam op te geven.
3. Geef de beginletter(s) in van de naam die u zoekt. U ziet nu de namen in de telefoonlijst,
beginnend met de eerste die aan de ingevoerde beginletters voldoet. Die naam is bovendien gemarkeerd.
35
Telefoon lijst
Telefoon lijst
4. U wilt... Druk… De gemarkeerde
Op de functietoets Kies.
naam bekijken Naar een andere
naam
Enkele keren op of tot de gewenste optie gemarkeerd wordt weergegeven.
Naam opzoeken beginnend met een andere letter
Op de toets om de reeds ingegeven letters te verwijderen en vervolgens op de toets met de gewenste letter.
5. Als u de gewenste naam heeft gevonden, drukt
u op de toets om het nummer te bellen of op de functietoets Opties om het submenu met Opties te openen. Voor meer informatie, zie pagina 34.
Een nummer op belgroep opzoeken
1. Druk in de standby-stand op de functietoets
Namen.
2. Blader met de toets of naar Groep
zoeken en druk op de functietoets Kies.
3. Geef de eerste letter(s) is van de naam van de
groep die u zoekt.
U ziet nu een overzicht van de groepen, te beginnen met de eerste groep waarvan de beginletters met uw ingave overeenstemmen.
4. Blader met de toets of naar de gewenste
groep en druk op de functietoets Kies.
U ziet nu een overzicht van de contactpersonen die tot die groep behoren.
5. U wilt... Druk… De gemarkeerde
Op de functietoets Kies.
naam bekijken Naar een andere
naam
Enkele keren op of tot de gewenste naam gemarkeerd wordt weergegeven.
6. Als u de gewenste naam heeft gevonden, drukt
u op de toets om het nummer te bellen of op de functietoets Opties om het submenu met Opties te openen. Voor meer informatie, zie pagina 34.
Een belgroep wijzigen
1. Druk in de standby-stand op de functietoets
Namen.
2. Blader met de toets of naar Groep
wijzigen en druk op de functietoets Kies.
3. Blader met de toets of naar de gewenste
groep.
4. Als de door u gewenste groep gemarkeerd wordt
weergegeven, drukt u op de functietoets Opties.
5. Selecteer de gewenste optie(s) en wijzig waar
nodig de instellingen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Beltoon: hiermee kunt u de beltoon kiezen die moet worden gebruikt als u gebeld wordt door een persoon uit de groep.
SMS-toon: hiermee kunt u de beltoon kiezen die moet worden gebruikt als u een tekstbericht ontvangt van een persoon uit de groep.
36
37
Telefoon lijst
Telefoon lijst
Grafisch: hiermee kunt u een pictogram kiezen
dat verschijnt als u wordt gebeld door een persoon uit de groep.
Groepnaam: hiermee kunt u een naam aan de groep toekennen of de naam wijzigen. Op pagina 42 vindt u meer informatie over het intoetsen van tekst.
6. Als u klaar bent, drukt u op de toets of .
Snelkiezen
Als u nummers op de SIM-kaart heeft opgeslagen, kunt u maximaal acht van deze nummers aan snelkiestoetsen toekennen. U kunt deze nummers dan snel en eenvoudig bellen door op de cijfertoets te drukken waaraan u het nummer heeft toegewezen.
Nummers voor verkort kiezen toekennen
1. Druk in de standby-stand op de functietoets Namen.
2. Blader met de toets of naar Snelkiezen en druk op de functietoets Kies.
3. Selecteer de toets die u voor het verkort kiezen wilt gebruiken (de toetsen t/m ) en druk op de functietoets OK.
Opmerking
4. Kies de gewenste contactpersoon uit de lijst en druk op de functietoets Kies.
: Als aan de betreffende toets al een
nummer is toegekend, wordt de functietoets functietoets
OK
vervangen door de
Opties
. Ga naar stap 6.
5. Zijn er meer nummers, druk dan op de toets of om het gewenste nummer te selecteren en druk op de functietoets Kies.
6. Nadat u aan de betreffende toets een nummer hebt toegewezen, kunt u door op de functietoets Opties te drukken uit de volgende opties kiezen:
Wijzigen: hiermee kunt u aan de toets een ander nummer toekennen.
Wissen: het nummer wordt gewist, zodat geen nummer meer aan de toets is toegewezen.
Alles wissen: alle nummers worden gewist. Aan geen enkele toets is dan meer een nummer toegewezen.
Nummer: hiermee kunt u zien welk nummer aan de toets is toegewezen.
7. Als alle instellingen naar wens zijn, drukt u op de toets of .
Verkort kiezen via de telefoonlijst
Om de nummers te bellen die aan de toetsen t/m zijn toegewezen, houdt u de betreffende toets ingedrukt.
Opmerking
: Geheugenplaats 1 is gereserveerd voor
het telefoonnummer van uw Voice Mail server.
38
39
Telefoon lijst
Telefoon lijst
Alle contactpersonen in de telefoonlijst wissen
U kunt alle contactpersonen in de telefoonlijst of op de SIM-kaart of in beide geheugens in een keer wissen.
1. Als de telefoon in de standby-stand staat, drukt u op de functietoets Namen.
2. Blader met de toets of naar Alles wissen en druk op de functietoets Kies.
3. Om... Drukt u op...
Het (de) geheugen(s) te selecteren waarvan u de contactpersonen wilt wissen
De selectie te annuleren De functietoets UIT.
Alle contactpersonen in het (de) geselecteerde geheugen(s) te wissen
4. Geef uw telefoonwachtwoord in en druk op de functietoets OK.
Opmerking
: Het wachtwoord is in de fabriek
ingesteld op 00000000. Wilt u het wachtwoord wijzigen, kijk dan op pagina 88.
De functietoets AAN.
De functietoets
Wissen.
Geheugenstatus controleren
U kunt nagaan hoeveel namen en nummers er in de telefoonlijst (het geheugen op de SIM-kaart en van de telefoon) zijn opgeslagen. U kunt ook zien wat het totaal aantal locaties is.
1. Druk in de standby-stand op de functietoets Namen.
2. Kies de optie Geheugenstatus door op de toets of te drukken en druk op de functietoets Kies.
3. Druk op de toets of om na te gaan hoeveel contactpersonen er op de SIM-kaart en in het telefoongeheugen zijn opgeslagen en wat de totale capaciteit van het betreffende geheugen is.
4. Als u klaar bent, drukt u op de toets of .
5. Als om een bevestiging wordt gevraagd, drukt u op de functietoets Ja.
6. Als u klaar bent, drukt u op de toets of .
40
41
Tekst intoetsen
Opties
Tekst intoetsen
Tijdens gebruik van uw telefoon zult u merken dat u regelmatig tekst in moet toetsen, bijvoorbeeld voor het opslaan van namen in de telefoonlijst, het intoetsen van de begroeting of het noteren van afspraken in uw agenda. Daarom kunt u met de toetsen van de telefoon ook letters en andere tekens ingeven.
Uw telefoon beschikt over de volgende tekstinvoerstanden:
• T9 stand
In deze stand kunt u door slechts één toets per letter in te drukken woorden ingeven. Aan iedere toets op het toetsenbord zijn verschillende letters toegewezen. Als u één keer op de toets drukt, verschijnt de letter J, K of L. In de T9 stand worden de tekens die u intoetst, automatisch vergeleken met een ingebouwd linguïstisch woordenboek en wordt het meest waarschijnlijke woord automatisch aangevuld, zodat u vaak minder toetsaanslagen nodig hebt dan bij gebruik van de normale standen voor hoofdletter en kleine letters.
• Standen voor hoofdletters en kleine letters
Hiermee kunt u hoofdletters of kleine letters intoetsen door de toets waarop de gewenste letter staat aangegeven één, twee, drie of vier keer in te drukken tot de gewenste letter wordt getoond.
• Speciale tekens
In deze stand kunt u speciale tekens intoetsen, bijvoorbeeld leestekens.
• Cijfers
In deze stand kunt u cijfers intoetsen.
Tekstinvoerstand wijzigen
Wanneer u in een scherm staat waarin u letters wilt intoetsen, ziet u in het display de tekstinvoerstand.
V
oorbeeld: Aanmaken tekstbericht
Indicatie tekstinvoerstand
918
Gewenste stand... Druk op de
T9 stand wordt getoond.
Hoofdletters wordt getoond.
Kleine letters wordt getoond.
Speciale tekens intoetsen
Cijfers wordt getoond.
functietoets tot...
Zie pagina 44.
Zie pagina 46.
Zie pagina 46.
wordt getoond.
Zie pagina 47.
Zie pagina 47.
42
43
Tekst intoetsen
T9 stand
Tekst intoetsen
Met de voorspellende T9 tekstinvoerstand kunt u tekens intoetsen met een enkele toetsdruk. Deze invoerstand werkt met een ingebouwd woordenboek.
1. Zorg ervoor dat de tekstinvoerstand T9 aan staat en begin met de toetsen t/m het woord in te toetsen. Voor iedere letter hoeft u de toets maar één keer aan te slaan.
V
oorbeeld: Om in de T9 stand Hallo in te geven,
drukt u op , , , en .
Het woord dat u ingeeft verschijnt in het display. Het kan bij iedere nieuwe toetsaanslag veranderen.
2. Voordat u letters kunt wijzigen of wissen, moet u het hele woord intoetsen.
3. Is het woord juist, ga dan verder met het volgende woord.
Is het woord niet juist, druk dan op de toets , of om alternatieve woorden weer te geven die overeenstemmen met de toetsaanslagen.
oorbeeld: Zowel Of en Me worden gemaakt
V
met de toetsen , . De telefoon toont het meest gebruikte woord eerst.
4. Om een spatie in te voegen, drukt u op de toets .
• Om woorden in te geven die niet in de T9
woordenlijst voorkomen, wijzigt u de tekstinvoerstand in de stand voor het invoeren van hoofd-/kleine letters.
• Voor een punt, streepje of apostrof, drukt u op de toets . De T9 stand maakt gebruik van grammaticaregels om ervoor te zorgen dat het juiste leesteken wordt gekozen.
oorbeeld: wordt twee keer gebruikt om twee
V
leestekens te tonen.
• Om in de T9 stand om te schakelen van hoofdletters naar kleine letters of vice versa gebruikt u de toets . U kunt kiezen uit:
Kleine letters Hoofdletters
• U kunt de cursor ook verplaatsen met de toetsen en . Door op de toets te drukken, kunt u letters wissen. Om alle letters te wissen houdt u de toets even ingedrukt.
44
45
Loading...
+ 56 hidden pages