Samsung GT-C3300K, GT-C3300 User Manual [nl]

GT-C3300K
Gebruiksaanwijzing
Over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld om u stap voor stap vertrouwd te maken met de functies en onderdelen van de mobiele telefoon. Raadpleeg "Uw mobiele telefoon", "De telefoon installeren en gereedmaken" en "Basisfuncties gebruiken" om snel aan de slag te kunnen met de telefoon.
Symbolen die in deze gebruiksaanwijzing worden gebruikt
Let op: situaties die schade aan de telefoon of
andere apparatuur kunnen veroorzaken
Opmerking: opmerkingen, gebruikstips of aanvullende informatie
Gevolgd door: de volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: druk op BerichtenBericht maken
(hiermee wordt aangegeven dat u op Berichten moet drukken, gevolgd door Bericht maken)
Rechte haken: telefoontoetsen, bijvoorbeeld:
[ ]
2
] (staat voor de toets voor aan/uit/beëindigen)
[
Raadpleeg: pagina's met verwante informatie,
bijvoorbeeld: ► pag.12 (betekent "zie pagina 12")
Copyrightgegevens
De rechten op alle technologieën en producten die dit apparaat bevat zijn het eigendom van de betreffende eigenaren:
®
is wereldwijd een gedeponeerd
Bluetooth handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc.
Java™ is een handelsmerk van Sun Microsystems, Inc.
3
Inhoud
Uw mobiele telefoon ........................................................ 6
Onderdelen van de telefoon ..............................................6
Symbolen ...........................................................................8
De telefoon installeren en gereedmaken ....................10
De SIM-kaart en de batterij plaatsen ............................... 10
De batterij opladen ........................................................... 11
Een geheugenkaart plaatsen (optioneel)......................... 12
Een stylus en het aanraakscherm gebruiken ..................13
Basisfuncties gebruiken ...............................................14
De telefoon in- of uitschakelen ........................................14
Menu’s openen ................................................................. 14
Widgets gebruiken ...........................................................15
De instellingen van de telefoon wijzigen .......................... 16
De basisbelfuncties gebruiken ......................................... 17
Berichten verzenden en bekijken..................................... 18
E-mails verzenden en weergeven ...................................19
Tekst invoeren .................................................................. 20
Contactpersonen toevoegen en zoeken .......................... 21
De camerafuncties gebruiken .......................................... 22
Naar muziek luisteren ......................................................23
Surfen op internet............................................................. 25
Google-services gebruiken .............................................. 26
Geavanceerde functies gebruiken ............................... 27
Geavanceerde belfuncties gebruiken .............................. 27
Geavanceerde telefoonlijstfuncties gebruiken ................. 30
Geavanceerde berichtfuncties gebruiken ........................ 31
4
Geavanceerde camerafuncties gebruiken ....................... 32
Geavanceerde muziekfuncties gebruiken .......................35
Hulpprogramma’s en toepassingen gebruiken .......... 38
De draadloze Bluetooth-functie gebruiken ......................38
Een SOS-bericht activeren en verzenden ....................... 40
De functie Mobiel opsporen inschakelen ......................... 41
Nepoproepen maken .......................................................42
Spraakmemo’s opnemen en afspelen ............................. 42
Foto’s bewerken ............................................................... 43
Foto’s en video’s op het web bekijken ............................. 43
Java-games en -toepassingen gebruiken ....................... 44
Een wereldklok maken ..................................................... 44
Alarm instellen en gebruiken ...........................................44
De calculator gebruiken ...................................................45
Munt- en maateenheden omrekenen ..............................45
Een afteltimer instellen ..................................................... 46
De stopwatch gebruiken ..................................................46
Nieuwe taken maken .......................................................46
Een notitie maken ............................................................47
Uw agenda beheren ......................................................... 47
Problemen oplossen...................................................... 48
Informatie over veiligheid en gebruik .......................... 53
5
Uw mobiele telefoon
In dit gedeelte leert u de indeling van uw mobiele telefoon kennen, evenals de toetsen en de symbolen.
Onderdelen van de telefoon
1
2
3
6
4
5
1
Volumetoets
In de standby-stand: het volume van de telefoon aanpassen en een nepoproep maken (omlaag); in de menustand: door de menuopties bladeren; een SOS­bericht verzenden
De vooraf gedenieerde menu’s
kunnen verschillen afhankelijk van uw serviceprovider
► “Een SOS-bericht activeren en verzenden” ► “Nepoproepen maken”
2
Terugtoets
In de menustand: teruggaan naar het vorige niveau
3
Beltoets
Bellen of een oproep beantwoorden; in de standby­stand: recente uitgaande, gemiste en ontvangen oproepen ophalen
4
Vergrendeltoets
In de standby-stand: het aanraakscherm en de toetsen ontgrendelen (ingedrukt houden)
5
Toets voor aan/uit/beëindigen
De telefoon in- of uitschakelen (ingedrukt houden); een oproep beëindigen; in de menustand: invoer annuleren en terugkeren naar de standby-stand
7
Symbolen
De pictogrammen die in het display verschijnen, kunnen per regio en serviceprovider verschillen.
Boven aan het scherm worden de volgende statusindicatoren weergegeven:
Symbool Betekenis
Signaalsterkte
GPRS-netwerkverbinding
EDGE-netwerkverbinding
Gesprek aan de gang
Oproepen doorschakelen activeren
Functie voor SOS-berichten actief
Roaming (buiten het gebruikelijke servicegebied)
Verbonden met computer
Verbinden met een beveiligde webpagina
FM-radio aan
Muziek wordt afgespeeld
Afspelen van muziek is onderbroken
Bluetooth ingeschakeld
Alarm ingeschakeld
8
Symbool Betekenis
Geheugenkaart geplaatst
Nieuw SMS-bericht
Nieuw MMS-bericht
Nieuw e-mailbericht
Nieuw voicemailbericht
Normaal proel actief
Stil proel actief
Batterijniveau
9
De telefoon installeren en gereedmaken
Installeer allereerst de mobiele telefoon en stel deze in.
De SIM-kaart en de batterij plaatsen
Verwijder de achterklep en plaats de SIM-kaart.1.
10
Plaats de batterij en plaats de achterklep weer 2. terug.
Achterklep
Batterij
SIM-kaart
De batterij opladen
Steek het smalle uiteinde van de meegeleverde 1. reisadapter in de multifunctionele aansluiting.
Sluit het brede uiteinde van de reisadapter op een 2. stopcontact aan.
Als de batterij is opgeladen, verwijdert u de 3. adapter.
Ontkoppel altijd de adapter van de telefoon voordat u de batterij verwijdert. Als u eerst de batterij verwijdert, kan de telefoon beschadigd raken.
11
Een geheugenkaart plaatsen (optioneel)
U kunt microSD™- of microSDHC™-geheugenkaarten van maximaal 8 GB in de telefoon plaatsen (afhankelijk van het type kaart en de kaartfabrikant).
Als u de geheugenkaart op een pc formatteert, kan de kaart incompatibel worden met uw telefoon. Formatteer de geheugenkaart alleen in de telefoon. Veel schrijven en verwijderen van gegevens verkort de levensduur van de geheugenkaart.
Verwijder de achterklep.1. Plaats een geheugenkaart met de goudkleurige 2.
contactpunten naar beneden gericht.
Geheugenkaart
Plaats de achterklep terug.3.
12
Een stylus en het aanraakscherm gebruiken
Leer werken met de stylus en het aanraakscherm.
Gebruik geen scherpe hulpmiddelen, om krassen op het aanraakscherm te voorkomen. Zorg dat het aanraakscherm niet met andere elektrische apparaten in aanraking komt. Door elektrostatische ontladingen kan het aanraakscherm beschadigd raken. Zorg dat het aanraakscherm niet met water in aanraking komt. Het aanraakscherm kan in vochtige omstandigheden of door water beschadigd raken.
Om het aanraakscherm optimaal te kunnen gebruiken, dient u het beschermende folie te verwijderen alvorens u de telefoon gebruikt.
Tikken: raak het scherm eenmaal met de stylus aan om het gemarkeerde menu of de gemarkeerde optie te selecteren.
Aangeraakt houden: houd de stylus op een item gedrukt voor een actie.
Slepen: houd de stylus op het scherm gedrukt en sleep ermee om de schuifbalk te verschuiven.
De achterkant van het apparaat is uitgerust met een speciale sleuf voor het opbergen van de stylus.
Stylus
13
Basisfuncties gebruiken
Leer de belangrijkste functies van de telefoon kennen en leer basishandelingen uitvoeren.
De telefoon in- of uitschakelen
De telefoon inschakelen:
Houd [1.
] ingedrukt.
Geef uw PIN-code in en selecteer 2. Gereed (indien nodig).
Herhaal stap 1 om de telefoon uit te schakelen.
Menu’s openen
U kunt de menu’s van de telefoon als volgt openen,
Selecteer in de standby-stand 1. Menu om naar de menustand te gaan.
Blader naar links of naar rechts naar een 2. hoofdmenuscherm.
Selecteer een menu of toepassing.3. Druk op [4.
op [
14
] om een niveau omhoog te gaan; druk
] om terug te gaan naar de standby-stand.
Wanneer u een menu wilt openen waarvoor PIN- code 2 vereist is, dient u de PIN-code 2 in te geven die met de SIM-kaart is meegeleverd. Raadpleeg uw provider voor meer informatie. Samsung is niet verantwoordelijk voor verlies van wachtwoorden of privégegevens of andere schade die door illegale software wordt veroorzaakt.
Widgets gebruiken
Leer de widgets in de standby-stand gebruiken.
Bij sommige widgets wordt er verbinding met webservices gemaakt. Als u een dergelijke webwidget selecteert, worden er mogelijk extra kosten in rekening gebracht. Welke widgets beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
Widgets openen:
Blader in de standby-stand naar links of rechts 1. naar een paneel van het standby-scherm.
Selecteer een widget in het standsby-scherm om 2. deze te activeren.
Widgets toevoegen:
U kunt zelf bepalen welke widgets u opneemt in de panelen van het standby-scherm.
Zo voegt u uw favoriete widgets toe:
Selecteer in de menustand 1. Instellingen Display Widgets.
Selecteer voor ieder scherm een widget en 2. selecteer Opslaan.
15
Menu op de snelkoppelingswidget instellen:
Selecteer in de menustand 1. Instellingen Display Sneltoetsen.
Selecteer een sneltoets.2. Selecteer het menu dat u aan de sneltoets wilt 3.
toewijzen en selecteer Opslaan.
De instellingen van de telefoon wijzigen
Het geluidsproel instellen
Naar een geluidsprofiel overschakelen:
Selecteer in de menustand 1. Instellingen Geluidsprofielen.
Selecteer een gewenst profiel en selecteer 2. Opslaan.
Een geluidsprofiel bewerken:
Selecteer in de menustand 1. Instellingen Geluidsprofielen.
Selecteer een profiel.2. Pas de geluidsinstellingen naar wens aan.3.
Een achtergrond selecteren voor het stand-
byscherm
Selecteer in de menustand 1. Instellingen Display Achtergrond.
Selecteer een afbeelding.2. Selecteer 3. Instellen.
16
De basisbelfuncties gebruiken
Bellen
Selecteer in de standby-stand 1. Toetsen en geef het netnummer en abonneenummer in.
Druk op [2. Druk op [3.
Een oproep beantwoorden
Druk op [1. ] wanneer er een oproep binnenkomt. Druk op [2.
Het spraakvolume aanpassen tijdens een gesprek
Druk op de volumetoets omhoog of omlaag om het volume van het luistergedeelte tijdens een gesprek aan te passen.
De luidsprekerfunctie gebruiken
Selecteer tijdens een gesprek 1. Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren.
Selecteer nogmaals 2. Luidspreker om weer naar het luistergedeelte over te schakelen.
] om het nummer te bellen. ] om het gesprek te beëindigen.
] om het gesprek te beëindigen.
In rumoerige omgevingen kan het lastig zijn om de luidsprekerfunctie te gebruiken. Gebruik dan voor betere geluidsprestaties de normale telefoonstand.
17
De headset gebruiken
Wanneer u de meegeleverde headset op de multifunctionele aansluiting aansluit, kunt u bellen en oproepen beantwoorden:
Het laatstgekozen nummer herhalen: houd de headsetknop ingedrukt.
Voor het aannemen van een gesprek drukt u ook op de headsetknop.
En ook voor het beëindigen van een gesprek drukt u op de headsetknop.
Berichten verzenden en bekijken
Een SMS- of MMS-bericht verzenden
Selecteer in de menustand 1. Berichten Bericht maken.
Selecteer het veld voor de geadresseerde → 2.
Handmatig invoeren. Geef een telefoonnummer in en selecteer 3. Gereed. Selecteer 4. Tik om tekst toe te voegen. Geef de berichttekst in en selecteer 5. Gereed.
► p. 20 Ga voor het verzenden van een SMS direct naar stap 7. Ga voor het bijvoegen van multimedia door met stap 6. Selecteer 6. Media toevoe... en voeg een item toe. Selecteer 7. Verzenden om het bericht te verzenden.
18
SMS- of MMS-berichten bekijken
Selecteer in de menustand 1. Berichten Postvak IN.
Selecteer een SMS- of MMS-bericht.2.
E-mails verzenden en weergeven
Een e-mail verzenden
Selecteer in de menustand 1. Berichten Nieuwe e-mail.
Geef een e-mailadres in en schuif omlaag.2. Geef een onderwerp in en schuif omlaag.3. Geef de berichttekst in.4. Selecteer 5. Bijvoegen en voeg een item toe (indien
nodig). Selecteer 6. Verzenden om het bericht te verzenden.
Een e-mail bekijken
Selecteer in de menustand 1. BerichtenE-mail Postvak IN.
Selecteer 2. Downloaden. Selecteer een e-mail of een berichtkop.3. Selecteer als u een berichtkop hebt geselecteerd 4.
Ophalen om de tekst van het e-mailbericht weer te geven.
19
Tekst invoeren
U kunt tekst ingeven door op de toetsen van het toetsenbord te drukken.
Welke tekstinvoerstanden beschikbaar zijn, kan per regio verschillen.
De tekstinvoerstand wijzigen
Selecteer om te wisselen tussen T9- en ABC-
wordt groen in de T9-stand.
stand. Selecteer NL om de invoertaal te wijzigen. Selecteer
en kleine letters. Selecteer 123 om de invoerstand te wijzigen van
alfabetisch in de cijferstand of de symboolstand.
T9-stand
Selecteer de toepasselijke virtuele toetsen om een 1. heel woord in te geven.
Als het woord juist wordt weergegeven, selecteert 2. u woord niet wordt weergegeven, selecteert u een alternatief woord te kiezen.
ABC-stand
Selecteer een toepasselijke virtuele toets totdat het gewenste teken wordt weergegeven.
20
om te schakelen tussen hoofdletters
om een spatie in te voegen. Als het juiste
om
Cijferstand
Selecteer een toepasselijke virtuele toets om een cijfer in te geven.
Symboolstand
Selecteer een toepasselijke virtuele toets om een symbool in te geven.
Selecteer en vervolgens de virtuele navigatietoets om de cursor te verplaatsen. Selecteer verwijderen. Houd woorden te verwijderen. Selecteer 1 herhaaldelijk om leestekens in te geven.
om tekens één voor één te
ingedrukt om volledige
Contactpersonen toevoegen en zoeken
De geheugenlocatie waar nieuwe contactpersonen worden opgeslagen is mogelijk vooraf ingesteld. Dit is afhankelijk van uw provider. Als u de geheugenlocatie wilt wijzigen, Selecteer in de menustand Contacten
Meer InstellingenNieuwe contacten opslaan in → een geheugenlocatie.
Een nieuwe contactpersoon toevoegen
Selecteer in de standby-stand 1. Toetsen en geef een telefoonnummer in.
Selecteer 2. nodig).
Selecteer 3. Contact toevoegen.
→ een geheugenlocatie (indien
21
Loading...
+ 47 hidden pages