Rosemount Snelstartgids: Smart Wireless Field Link (veldkoppeling) Manuals & Guides [nl]

Snelstartgids
00825-0111-4421, Rev DB
Februari 2019
Emerson™ Smart Wireless Field Link
Snelstartgids
WAARSCHUWING
Februari 2019
MEDEDELING
Als u deze installatierichtlijnen niet opvolgt, kan ernstig of dodelijk letsel het gevolg zijn.
De installatie mag alleen door daartoe bevoegd personeel worden verricht.
Explosies kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Bij installatie van deze transmitter in een explosiegevaarlijke omgeving moeten de geldende plaatselijke,
landelijke en internationale normen, voorschriften en procedures worden gevolgd. Raadpleeg de paragraaf Productcertificeringen voor eventuele beperkingen in verband met veilige installatie.
Elektrische schokken kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Vermijd aanraking van de draden en aansluitklemmen. De draden kunnen onder hoge spanning staan,
die elektrische schokken kan veroorzaken.
Dit instrument voldoet aan deel 15 van de FCC-voorschriften. Het gebruik is uitsluitend toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Dit instrument mag geen schadelijke storing veroorzaken.
Dit instrument moet alle ontvangen storing accepteren, inclusief storing die mogelijk tot gevolg heeft dat
het instrument op ongewenste wijze werkt.
Dit instrument moet zo worden geïnstalleerd dat de afstand tussen de antenne en alle personen ten
minste 20 cm (8 inch) bedraagt.
Inhoud
Overwegingen met betrekking tot draadloze apparatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
Fysieke installatie
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Controleer de werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7
Relevante informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Bestelinformatie
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Productcertificeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
2
Februari 2019
A
B
C
D
E
15 - 25 ft.
(4,6 - 7,6 m)
6 ft. (2 m)
2 m (6 ft.)
4,6 — 7,6 m
(15 — 25 ft.)

Overwegingen met betrekking tot draadloze apparatuur

Inschakelvolgorde

De Smart Wireless Field Link en draadloze I/O moeten geïnstalleerd zijn en goed werken voordat de voedingsmodules in draadloze veldinstrumenten worden geïnstalleerd. Bij het inschakelen van draadloze veldinstrumenten moet tevens een volgorde worden aangehouden die wordt bepaald door de afstand tot de Field Link, te beginnen met het instrument dat het dichtst in de buurt staat. Hierdoor zal het opzetten van het netwerk sneller en eenvoudiger verlopen.

Montagelocatie

De Field Link moet worden gemonteerd op een locatie die makkelijk toegang biedt tot het netwerk van het hostsysteem (draadloze I/O) en het netwerk van het draadloze veldinstrument.
Selecteer een locatie waar de Field Link de beste draadloze verbinding kan leveren. Idealiter is dit 4,6 tot 7,6 m (15 tot 25 ft.) boven de grond of 2 m (6 ft.) boven obstakels of grote bouwwerken.
Snelstartgids
Afbeelding 1. Montagelocatie
A. Regelkamer B. Aa
rde
C. Field Link
D. Mast of pijp E. Infrastructuur
3
Snelstartgids
A
A

Stand van de antenne

Voor een goede communicatie met andere instrumenten moet de antenne verticaal naar boven of naar beneden wijzen en op een afstand van ongeveer 1 m (3 ft.) van grote constructies, gebouwen of geleidende oppervlakken worden geplaatst.
Afbeelding 2. Stand van de antenne
Februari 2019

Blindstop

De provisorische oranje pluggen dienen te worden vervangen door de meegeleverde blindstoppen die met schroefdraadborgmiddel wordt afgedicht.
Afbeelding 3. Blindstoppen
A. Blindstop
4
A
B
C
D
E
F
Februari 2019

Beoogd gebruik

De Field Link moet worden gebruikt in combinatie met een netwerkmanager of netwerkgateway. De Field Link fungeert vervolgens als ‘vertaler’ tussen het bedrade netwerk en een draadloos veldnetwerk.
Afbeelding 4. Voorbeeld systeemarchitectuur
Snelstartgids
A. Hostsysteem B. Regelnetwerk C. Netwerkmanager

Stap 1: Fysieke installatie

Leidingmontage
1. Steek de grootste U-bout om de pijp/mast van 2 inch door het zadel, de L-vormige beugel en het sluitplaatje heen.
2. Draai de moeren op de U-bout aan met een dopsleutel van 1/2 inch.
3. Breng de kleinste U-bout aan om de Field Link en steek hem door de L-vormige beugel.
4. Draai de moeren op de U-bout aan met een dopsleutel van
D. Field Link E. Draadloos veldnetwerk F. Draadloze veldinstrumenten
1
/2 inch.
5
Snelstartgids
A
B
C
D
Afbeelding 5. Montage
Voedings- en signaalbedrading
1. Verwijder de behuizing waarop “Field Terminals” staat vermeld.
2. Sluit de positieve stroomdraad aan op de “+” pool en de negatieve stroomdraad op de “—” pool.
3. Sluit de positieve draad van de datakabel aan op de “A (+)” pool en de negatieve draad van de datakabel op de “B (—)” pool.
4. Sluit alle ongebruikte doorvoerbuisopeningen af en dicht ze af.
5. Plaats het behuizingsdeksel terug.
Februari 2019
Afbeelding 6. Aansluitschema Smart Wireless Field Link
A. Data A (+) B. Data B (
)
C. +10,5 tot 30 V d.c. D. Terugleider
Aarding
De behuizing van de Field Link moet altijd geaard zijn volgens de landelijke en plaatselijke elektriciteitsvoorschriften. De effectiefste aardingsmethode is een directe verbinding met de aarde met minimale impedantie. Aard de Field Link door de externe aardaansluiting met de aarde te verbinden. De verbinding dient maximaal 1 Ω of minder te zijn.
6
Februari 2019

Stap 2: Controleer de werking

Opstartprocedure
Zodra de Field Link onder stroom wordt gezet, wordt de lcd-meter ingeschakeld en wordt er een reeks opstartschermen weergeven. De volgende schermen worden tijdens het opstarten weergegeven.
1. Opstartscherm 1 — Alle segmenten ingeschakeld
2. Opstartscherm 2 — Instrumentherkenning
3. Opstartscherm 3 — Tag
4. Opstartscherm 4 — Status
Normaal bedrijf
Na de eerste opstartschermen doorloopt de Field Link verschillende periodieke schermen.
1. Scherm met elektronicatemperatuur
2. Scherm met percentagebereik
3. Gebruik bedrade interface
4. Gebruik radio-interface
Tijdens normaal bedrijf doorloopt de Field Link alle periodieke schermen constant. Als er zich een diagnostische of storingsconditie voordoet, wordt er een bijbehorend diagnosescherm weergegeven.
Snelstartgids
7
Snelstartgids
A
B
C
D
A
B
C
D
90°
5.51
(140)
4.20
(107)
3.55
(90.17)
10.91 (277)
12.43 (316)
3.55
(90.17)
5.51
(140)
5.21
(132)
277
(10,91)
90,17 (3,55)
107
(4,20)
140
(5,51)
316
(12,43)
90,17 (3,55)
140
(5,51)
132
(5,21)
90°

Relevante informatie

Afbeelding 7. Aansluitschema Smart Wireless Field Link
Februari 2019
A. Data A (+) B. Data B (
)
C. +10,5 tot 30 V d.c. D. Terugleider
Opmerking
De Smart Wireless Field Link vereist afzonderlijke afgeschermde paren getwiste aders (vier aders) voor voeding en data.
Afbeelding 8. Tekening met afmetingen van de Smart Wireless Field Link
A. Blindstop 2x B. Draaimogelijkheden van de antenne
C. Antenne voor vergroot bereik D. WirelessHART
®
-antenne
8
Februari 2019
Tabel 1. Specificaties Smart Wireless Field Link
Item Specificaties
Ingangsstroom 10,5—30 V d.c.
Bedrijfstemperatuur -40 tot 85 °C (-40 tot 185 °F)
Kabels (stroom) Afgeschermd paar getwiste draden, 24 AWG - 14 AWG
Bedrading (RS-485-communicatie)
Bedradingsafstand 200 m (656 ft.)
Draadloos protocol WirelessHART, 2,42,5 GHz DSSS
Uitgangsstroom draadloos, EIRP 10 dBm met WK-antenne en 12,5 dBm met WM-antenne
Montage
Luchtvochtigheid 0 — 90% relatieve luchtvochtigheid
1. Omgevingstemperaturen boven 60 °C vereisen bedrading die geschikt is voor ten min ste 5 °C boven de
maximale omgevingstemperatuur.
Afgeschermd paar getwiste draden, 24 AWG - 14 AWG Capaciteit van minder dan 15 pF/ft.
Geheel roestvaststalen beugel voor montage op pijp van 2 inch en montage op paneel
Snelstartgids
(1)
(1)
9
Snelstartgids
Februari 2019

Bestelinformatie

Tabel 2. Smart Wireless Field Link
Het standaard modelassortiment biedt de meest gangbare opties. Voor optimale prestaties moeten de opties worden
geselecteerd die van een sterretje zijn voorzien (★). Voor het uitgebreide modelassortiment moet rekening worden gehouden met een langere levertijd.
Model Productomschrijving
781 Smart Wireless Field Link
Fysieke aansluiting
A1 RS485
Behuizing
D Behuizing met twee compar timenten — aluminium
E Behuizing met twee compartimenten — roestvast staal
Geleidingsdraden
1
2 M20
Productcertificeringen
I5 FM intrinsiek veilig, niet-vonkend
I6 CSA intrinsiek veilig
I1 ATEX intrinsiek veilig
I7 IECEx intrinsieke veiligheid
KL FM en CSA klasse 1 divisie 1, ATEX zone 0 intrinsiek veilig
N.v.t. Geen goedkeuringen
Vernieuwingsfrequentie, bedrijfsfrequentie en protocol draadloos
WA3 Door gebruiker te configureren vernieuwingsfrequentie, 2,4 GHz DSSS, WirelessHART
Omnidirectionele draadloze antenne en SmartPower™
WK3 Externe antenne, lijnspanning 10 30 V d.c.
WM3 Vergroot bereik, externe antenne, lijnspanning 10 30 V d.c.
1
/2 14 NPT
Opties (in geselecteerd modelnummer vermelden)
Meter
M5 Lcd-display
Opties voor kabelwartels en connectoren
G2 Kabelwartel (7,5 mm 11,9 mm)
G4 Kabelwartel voor dunne draden (3 mm 8 mm)
Voorbeeld modelnummer: 781 A1 D 1 KL WA3 WK3 M5
10
Februari 2019

Productcertificeringen

Versie 1.1

Informatie over Europese richtlijnen

Achter in deze snelstartgids vindt u een exemplaar van de EG-verklaring van overeenstemming. De meest recente revisie van de EG-verklaring van overeenstemming is beschikbaar op www.emerson.com.

Certificering voor normale locaties

De transmitter is volgens de standaardprocedure onderzocht en getest, waarbij is vastgesteld dat het ontwerp voldoet aan de elementaire elektrische, mechanische en brandveiligheidsvereisten, door een in de VS nationaal erkend onderzoekslaboratorium (nationally recognized testing laboratory; NRTL) dat is geaccrediteerd door de Amerikaanse Occupational Safety and Health Administration (OSHA).

Installatie in Noord-Amerika

De Amerikaanse National Electrical Code (NEC) en de Canadese Electrical Code (CEC) verbieden het gebruik van apparatuur met divisiemarkering in zones of apparatuur met zonemarkering in divisies. De markeringen moeten geschikt zijn voor de gebiedsclassificatie, gas- en temperatuurklasse. Deze informatie is duidelijk vastgelegd in de betreffende codes.
Snelstartgids
VS
I5 VS intrinsiek veilig (IS), niet-vonkend (NI) en stofontstekingsbestendig
Certificaat: FM 3040398 Normen: FM-klasse 3600 — 1998, FM-klasse 3610 — 2010, FM-klasse 3611 — 2004,
FM-klasse 3810 — 2005, ANSI/NEMA 250 — 2003, ANSI/IEC 60529 — 2004;
Markeringen: S CL I, DIV 1, GP A, B, C, D; CL II, DIV 1, GP E, F, G; klasse III T4;
(voedingsklemmen)
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. De behuizing van transmittermodel 781 bevat aluminium, dat een risico op ontsteking bij stoten of wrijving met zich meebrengt. Voorkom stoten en wrijving tijdens installatie en gebruik.
Klasse 1, zone 0 AEx ia IIC T4; NI CL I, DIV 2, GP A, B, C, D T4; DIP CL II, DIV 1, GP E, F, G; CL III T4; indien geïnstalleerd volgens tekening 00781-1010 T4(-40 °C ≤ T
Ingangsparameters
V
= 30 V V
MAX/Ui
I
= 200 mA I
MAX/Ii
P
= 1 W P
MAX/Pi
Ci = 10 nF Ci = 5 nF Ca/Co = 10 nF
Li = 3,3 μH Li = 2,2 μH La/Lo = 3,3 μH
+70 °C)
a
Ingangsparameters
(sensorklemmen)
= 11 V Voc/Uo = 7,14 V
MAX/Ui
= 300 mA Isc/Io = 112 mA
MAX/Ii
= 1 W P
MAX/Pi
Uitgangsparameters
(sensorklemmen)
MAX/Po
= 640 mW
11
Snelstartgids
2. De oppervlakteweerstand van de eenheid bedraagt meer dan 1 gigaohm. Om elektrostatische lading te voorkomen, mag deze niet worden schoongewreven of gereinigd met oplosmiddelen of een droge doek.
3. De transmitter van model 781 kan de isolatietest van 500 Vrms niet doorstaan. Hierbij moet tijdens installatie rekening worden gehouden.
Canada
I6 Canada intrinsiek veilig
Certificaat: CSA 2330424 Normen: CSA C22.2 nr. 0-10, CSA C22.2 nr. 94-M91, CSA-norm C22.2 nr.
142-1987, CSA-C22.2 nr. 157-92, CSA-norm. C22.2 nr. 60529 — 2005
Markeringen: Intrinsiek veilig klasse I, divisie 1, groep A, B, C en D T3C (T
Type 4X; IP 66/67; indien geïnstalleerd volgens 00781-1011
Europa
I1 ATEX intrinsieke veiligheid
Certificaat: Baseefa11ATEX0059X Normen: EN 60079-0: 2009, EN 60079-11: 2007 Markeringen: II 1 G Ex ia IIC T4 Ga, T4(-40 °C ≤ T
Ingangsparameters
(voedingsklemmen)
Ui = 30 V Ui = 11 V Uo = 7,14 V
Ii = 200 mA Ii = 300 mA Io = 112 mA
Pi = 1 W Pi = 1 W Po = 1 W
Ci = 0 μF Ci = 5,1 nF Co = 13,9 μF
Li = 0 mH Li = 0 mH Lo = 1000 μH
Ingangsparameters
(RS485)
+70 °C)
a
Uitgangsparameters
(RS485)
Februari 2019
+60 °C)
a
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. De kunststof antenne kan een potentieel risico van elektrostatische ontsteking opleveren en mag niet met een droge doek worden afgewreven of gereinigd.
2. De behuizing van model 781 is vervaardigd van een aluminiumlegering en is afgewerkt met een beschermende verf; in zone 0 moet echter worden opgelet dat de behuizing niet wordt blootgesteld aan stoten of schuren.
3. Het apparaat kan de volgens EN 60079-11:2007, clausule 6.3.12 vereiste 500 V-isolatietest niet doorstaan. Hiermee moet bij installatie van het apparaat rekening worden gehouden.
Internationaal
I7 IECEx intrinsieke veiligheid
Certificaat: IECEx BAS 11.0026X
12
Normen: IEC 60079-0: 2004, IEC 60079-0: 2007-10, IEC 60079-11: 2006 Markeringen: Ex ia IIC T4 Ga, T4(-40 °C ≤ T
Ingangsparameters
(voedingsklemmen)
Ui = 30 V Ui = 11 V Uo = 7,14 V
Ii = 200 mA Ii = 300 mA Io = 112 mA
Pi = 1 W Pi = 1 W Po = 1 W
Ci = 0 μF Ci = 5,1 nF Co = 13,9 μF
Li = 0 mH Li = 0 mH Lo = 1000 μH
+70 °C)
a
Ingangsparameters
(RS485)
Uitgangsparameters
(RS485)
Februari 2019
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X):
1. De kunststof antenne kan een potentieel risico van elektrostatische ontsteking opleveren en mag niet met een droge doek worden afgewreven of gereinigd.
2. De behuizing van model 781 is vervaardigd van een aluminiumlegering en is afgewerkt met een beschermende verf; in zone 0 moet echter worden opgelet dat de behuizing niet wordt blootgesteld aan stoten of schuren
3. Het apparaat kan de volgens EN 60079-11:2007, clausule 6.3.12 vereiste 500 V-isolatietest niet doorstaan. Hiermee moet bij installatie van het apparaat rekening worden gehouden.
China
I3 Intrinsieke veiligheid China
Certificaat: GYJ13.1444X Normen: GB3836.1-2010, GB3836.4-2010, GB3836.20-2010 Markeringen: Ex ia IIC T4 Ga, -40 ~ + 70 °C
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X):
1. Zie certificaat voor speciale voorwaarden.
EAC — Wit-Rusland, Kazachstan, Rusland
IM Technisch voorschrift douane-unie (EAC) intrinsieke veiligheid
Certificaat: RU C-US.Gb05.B.00643 Markeringen: 0Ex ia IIC T4 Ga X
Ingangsparameters
(voedingsklemmen)
Ui = 30 B Ui = 11 B Uo = 7,14 B
Ii = 200 MA Ii = 300 MA Io = 112 MA
Pi = 1 BT Pi = 1 BT Po = 1 BT
Ci = 0 мкΦ Ci = 5,1 HΦ Co = 13,9 мкΦ
Li = 0 MГH Li = 0 MГH Lo= 0 MГH
Ingangsparameters
(RS485)
Uitgangsparameters
(RS485)
Snelstartgids
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X):
1. Zie certificaat voor speciale voorwaarden.
Combinaties
KD Combinatie van I1, I5 en I6 KL Combinatie van I1, I5, I6 en I7
13
Snelstartgids
Februari 2019
Afbeelding 9. Verklaring van overeenstemming Smart Wireless Field Link
14
Februari 2019
Snelstartgids
15
Snelstartgids
Februari 2019
16
Februari 2019
Snelstartgids
17
Snelstartgids
18
Februari 2019
Snelstartgids
19
Internationaal hoofdkantoor
E
merson Automation Solutions
6021 Innovation Blvd. Shakopee, MN 55379, VS
+1 800 999 9307 of +1 952 906 8888 +1 952 949 7001 RFQ.RMD-RCC@Emerson.com
Regionaal kantoor Noord-Amerika
Emerson Automation Solutions
8200 Market Blvd. Chanhassen, MN 55317, VS
+1 800 999 9307 of +1 952 906 8888 +1 952 949 7001 RMT-NA.RCCRFQ@Emerson.com
Regionaal kantoor Latijns-Amerika
E
merson Automation Solutions
130
0 Concord Terrace, Suite 400 Sunrise,
Florida 33323,
Regionaal kantoor Europa
Emerson Automation Solutions Europe GmbH
Neuhofstrasse 19a Postfach 1046 CH 6340 Baar Zwitserland
Regionaal kantoor Azië/Pacific
Emerson Automation Solutions
1 Pandan Crescent Singapore 128461
Regionaal kantoor Midden-Oosten en Afrika
Emerson Automation Solutions
Emerson FZE P.O. Box 17033, Jebel Ali Free Zone - South 2 Dubai, Verenigde Arabische Emiraten
VS +1 954 846 5030 +1 954 846 5121 RFQ.RMD-RCC@Emerson.com
+41 (0) 41 768 6111 +41 (0) 41 768 6300 RFQ.RMD-RCC@Emerson.com
+65 6777 8211 +65 6777 0947 Enquiries@AP.Emerson.com
+971 4 8118100 +971 4 8865465 RFQ.RMTMEA@Emerson.com
*00825-0106-4421*
00825-0111-4421, Rev DB
E
merson Automation Solutions bv
Postbus 212 2280 AE Rijswijk Nederland
(31) 70 413 66 66 (31) 70 390 68 15 E info.nl@emerson.com www.emerson.nl
E
merson Automation Solutions nv/sa
De Kleetlaan, 4 B-1831 Diegem België
(32) 2 716 7711 (32) 2 725 83 00 www.emerson.be
De standaard leveringsvoorwaarden vindt u op www.rosemount.com\terms_of_sale. Het Emers on-logo is een hand elsmerk en dienstm erk van Emerson Electric Co. Rosemount en het Rosemount-woordmerk zijn gedeponeerde handelsmerken van Emerson. SmartPower is een handelsmerk van Emerson. WirelessHART is een gedeponeerd handelsmerk van de FieldComm Group. Alle overige merken zijn eigendom van de respectieve eigenaars. © 2019 Emerson. Alle rechten voorbehouden.
Snelstartgids
Februari 2019
Loading...