Rosemount 3051S Series druktransmitter en
Rosemount 3051SF Series flowmeter
met WirelessHART™-protocol
Snelstartgids
WAARSCHUWING
Maart 2019
MEDEDELING
In deze gids staan elementaire richtlijnen voor de Rosemount 3051S en 3051S MultiVariable™ draadloze
transmitters (zie de naslaghandleiding met publicatienummer 00809-0100-4802). Er staan geen
aanwijzingen in voor diagnostiek, onderhoud, service of probleemoplossing. Raadpleeg de
naslaghandleiding van de Rosemount 3051S en 3051S MultiVariable draadloze transmitters
(publicatienummer 00809-0100-4802) voor nadere instructies. De handleiding en deze snelstartgids
zijn op www.rosemount.com ook in digitale vorm beschikbaar.
Explosies kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Bij installatie van deze transmitter in een explosiegevaarlijke omgeving moeten de geldende plaatselijke,
landelijke en internationale normen, voorschrif ten en procedures worden gevolgd. Raadpleeg de paragr aaf
Productcertificeringen voor eventuele beperkingen in verband met veilige installatie.
Controleer voordat u een veldcommunicator aansluit in een explosiegevaarlijke atmosfeer of de
instrumenten zijn geïnstalleerd volgens methoden voor intrinsiek veilige en niet-vonkende veldbedrading.
Elektrische schokken kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Vermijd aanraking van de draden en aansluitklemmen. De draden kunnen onder hoge spanning staan,
die elektrische schokken kan veroorzaken. Dit instrument voldoet aan deel 15 van de FCC-voorschriften.
Gebruik van het instrument is uitsluitend toegestaan onder de onderstaande voorwaarden. Dit instrument
mag geen schadelijke storing veroorzaken. Dit instrument moet alle ontvangen storing accepteren,
inclusief storing die mogelijk tot gevolg heeft dat het instrument op ongewenste wijze werkt. Dit
instrument moet zo worden geïnstalleerd dat de afstand tussen de antenne en alle personen ten minste
20 cm bedraagt.
De voedingsmodule kan in een explosiegevaarlijke omgeving worden vervangen. De voedingsmodule heeft
een oppervlakteweerstand van meer dan een gigaohm en moet corr ect worden geïnstalleerd in de
behuizing van het draadloze instrument. Tijdens vervoer naar en vanaf het installatiepunt moet het
ontstaan van een elektrostatische lading worden voorkomen.
MEDEDELING
Aandachtspunten in verband met vervoer van draadloze producten:
Het apparaat is zonder geïnstalleerde voedingsmodule geleverd. Verwijder de voedingsmodule voordat
u het apparaat vervoert.
Elke voedingsmodule bevat twee primaire lithiumbatterijen van formaat “C”. Het vervoer van primaire
lithiumbatterijen valt onder de regelgeving van het Am erikaanse Department of Transportation en die van de
IATA (International Air Transport Association), de ICAO (International Civil Aviation Organization) en het ADR
(Europees verdrag inzake het transport over land van gevaarlijke goederen). Het is de verantwoordelijkheid
van de transporteur om deze en eventuele andere plaatselijke voorschriften na te leven. Raadpleeg voor
verzending de geldende regels en voorschriften.
Overwegingen met betrekking tot
draadloze apparatuur
Inschakelvolgorde
De voedingsmodule mag pas in een draadloos instrument worden geïnstalleerd
wanneer de Smart Wireless Gateway is geïnstalleerd en goed werkt. Deze
transmitter maakt gebruik van de zwarte voedingsmodule. Bestel modelnummer
701PBKKF. Draadloze instrumenten moeten tevens worden ingeschakeld in
volgorde van toenemende afstand tot de Smart Wireless Gateway, te beginnen
met het instrument dat het dichtst in de buurt staat. Hierdoor zal het opzetten
van het netwerk sneller en eenvoudiger verlopen. Schakel Active Advertising
(actief adverteren) in op de Gateway zodat nieuwe apparaten sneller verbinding
maken met het netwerk. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding van de
Smart Wireless Gateway (publicatienummer 00809-0200-4420).
Stand van de antenne
Zet de antenne verticaal, recht naar boven of recht naar beneden. Voor een
goede communicatie met andere apparaten moet de antenne zich op een
afstand van circa 1 m (3 ft.) van grote constructies of gebouwen bevinden.
Afbeelding 1. Stand van de antenne
Snelstartgids
Verbindingen met de veldcommunicator
Voor communicatie van de veldcommunicator met de 3051S of 3051SMV moet
de voedingsmodule zijn aangesloten. Deze transmitter maakt gebruik van de
zwarte voedingsmodule. Bestel modelnummer 701PBKKF.
Afbeelding 2. Verbindingen met de veldcommunicator
3
Snelstartgids
STROOMRICHTING
STROOMRICHTING
STROOM-
RICHTING
STROOMRICHTING
Fysieke installatie
Stap 1: Monteer de transmitter
Toepass ingen voor
vloeistofmetingen
1. Breng tappunten aan in de zijkant
van de leiding.
2. Monteer naast of onder de tappunten.
3. Monteer de transmitter met de
aftap-/ontluchtingskranen omhoog.
4. Zet de antenne verticaal, waarbij
deze of recht naar boven of recht
naar beneden wijst.
Toepass ingen voor gasmet ingen
1. Breng tappunten aan in de boven- of
zijkant van de leiding.
2. Monteer naast of boven de
tappunten.
3. Zet de antenne verticaal, waarbij
deze of recht naar boven of recht
naar beneden wijst.
Maart 2019
Toepass ingen voor
stoommetingen
1. Breng tappunten aan in de zijkant van
2. Monteer naast of onder de
3. Vul de impulsleidingen met water.
4. Zet de antenne verticaal, waarbij
4
de leiding.
tappunten.
deze of recht naar boven of recht naar
beneden wijst.
158
(6,25)
78
(3,08)
BEUGEL MET
U-BOUT
Maart 2019
Snelstartgids
PaneelmontageBuismontage
Coplanar™-flens
Traditionele flens
In-line
5
Snelstartgids
A
4 x 1.75-in. (44mm)
C
4 x 1.75-in.
(44mm)
4 x 1.50-in.
(38mm)
B
4 x 2.88-in. (73mm)
4 x 44 mm (1,75 inch)
4 x 44 mm
(1,75 inch)
4 x 73 mm (2,88 inch)
4 x 38 mm
(1,50 inch)
4 x 57 mm (2,25 inch)
4 x 44 mm
(1,75 inch)
Overwegingen m.b.t. boutbevestiging
Volg met het oog op de optimale prestatiekenmerken van de transmitters
deze montagerichtlijnen om een goede afdichting te waarborgen als voor de
installatie van de transmitter de montage van procesflenzen, verdeelstukken
of flensadapters is vereist. Gebruik uitsluitend de bij de transmitter geleverde
bouten of bouten die door Emerson als reserveonderdeel worden verkocht.
In Afbeelding 3 staan veelgebruikte transmitterconstructies afgebeeld met
de vereiste boutlengte voor een correcte montage van de transmitter.
A. Transmitter met Coplanar-flens
B. Transmitter met traditionele flens en optionele flensadapters
C. Transmitter met Coplanar-flens en optionele kranenblok- en flensadapters
D. Transmitter met Coplanar-flens en optionele flensadapters
Gewoonlijk worden bouten van koolstofstaal of roestvast staal gebruikt.
Controleer het materiaal door naar de markeringen op de boutkop te kijken en
deze te vergelijken met Tabel 1. Als het boutmateriaal niet is aangegeven in
Tabel 1, kunt u zich voor nadere inlichtingen wenden tot de plaatselijke
vertegenwoordiger van Emerson.
Gebruik de volgende procedure voor het installeren van de bouten:
1. Bouten van koolstofstaal hebben geen smering nodig en op bouten van
roestvast staal is een laagje smeermiddel aangebracht om de installatie te
vergemakkelijken. Bij geen van beide bouttypen mag voor het aanbrengen
extra smeermiddel worden aangebracht.
2. Draai de bouten handvast aan.
3. Haal de bouten kruiselings aan tot de initiële momentwaarde. Zie Tab e l 1 voor
de initiële momentwaarde.
4. Haal de bouten volgens hetzelfde kruispatroon aan tot de definitieve
momentwaarde. Zie Ta b el 1 voor de definitieve momentwaarde.
5. Controleer of de flensbouten uit de isolatorplaat steken voordat u er druk op
zet.
6
WAARSCHUWING
316
316
316
SW
316
STM
316
R
B8M
Rosemount 3051S/3051SMV/3051/2051
Maart 2019
Tabel 1. Momentwaarden voor flens- en flensadapterbouten
Snelstartgids
Boutmateriaal
Koolstofstaal (CS)
Roestvast staal
(SST)
Markeringen kop
B7M
Initiële
momentwaarde
34 Nm
(300 lb.-in.)
17 Nm
(150 lb.-in.)
Definitieve
momentwaarde
73,5 Nm
(650 lb.-in.)
34 Nm
(300 lb.-in.)
O-ringen bij flensadapters
Als er verkeerde O-ringen op de f lensadapters worden aangebracht, kan lekkage van pro cesmedium
ontstaan, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel als gevolg. De twee flensadapters zijn herkenbaar aan hun
unieke O-ringgroeven. Gebruik uitsluitend de O-ring die bestemd is voor de specifieke flensadapter,
hieronder afgebeeld.
A
B
A. Flensadapter
B. O-ring
C. Elastomeer op PTFE-basis
Telkens als de flenzen of adapters worden verwijderd, moeten de O-ringen op het
oog worden geïnspecteerd. Vervang de O-ringen als er tekenen van schade zijn,
bijvoorbeeld inkepingen of kerven. Bij vervanging van de O-ringen moeten de
flensbouten en uitlijningsschroeven na het aanbrengen opnieuw tot het juiste
moment worden aangehaald, ter compensatie van verschuivingen doordat de
O-ring van PTFE nog geheel in de groef moet vallen.
C
7
Snelstartgids
WAARSCHUWING
Maart 2019
Antenne met hoge versterking voor montage op afstand
(optioneel)
De optionele antennes met hoge versterking voor montage op afstand bieden
de flexibiliteit om de Rosemount 3051S en 3051SMV draadloze transmitters te
monteren met een draadloze verbinding, bliksembescherming en actuele
werkpraktijken.
Houd u bij de installatie van antennes voor montage op afstand voor 3051S en 3051SMV transmitters altijd
aan de vastgestelde veiligheidsprocedures om vallen en aanraking met hoogspanningskabels te
voorkomen.
Installeer de onderdelen van de antenne voor montage op afstand voor de 3051S en 3051SMV transmitters
in overeen stemming met plaa tselijke en nationa le elektricitei tsvoorschr iften, en volg de beste proce dures
voor bliksembescherming.
Raadpleeg vóór installatie de plaatselijke elektriciteitsinspecteur, elektriciteitsfunctionaris en opzichter van
de werkomgeving.
De optionele antenne voor montage op afstand van 3051S en 3051SMV transmitters is met name
ontwikkeld om fl exibele installatiemogelijkheden te bieden en tegelijkertijd de pr estaties van de draadloze
verbinding te optimaliseren en plaatselijke spectrumgoedkeuringen te behouden. Om de draadloze
prestaties op peil te houden en te voorkomen dat spectrumregelgeving wordt overtreden, mag de lengte
van de kabel of het type antenne niet worden gewijzigd.
Als de meegeleverde antenneset voor montage op afstand niet wordt geïnstalleerd volgens deze
instructies, is Emerson niet aansprakelijk voor de prestaties van de draadloze verbinding of voor
overtreding van spectrumregelgeving.
De antenneset met hoge versterking voor montage op afstand bevat tevens
coaxafdichtmiddel voor de kabelaansluitingen voor de bliksembeveiliging en de
antenne.
Selecteer een locatie waar de externe antenne de beste draadloze verbinding kan
leveren. Idealiter is dit 4,6 - 7,6 m (15 - 25 ft.) boven de grond of 2 m (6 ft.) boven
obstakels of grote bouwwerken. Volg de onderstaande procedure om de antenne
voor montage op afstand te installeren:
Optie WN
1. Bevestig de antenne met behulp van de meegeleverde montagemiddelen aan
een buismast van 3,8 tot 5,1 cm (1,5 tot 2 inch).
2. Bevestig de bliksembeveiliging rechtstreeks op de bovenkant van de 3051S of
3051SMV transmitter.
3. Monteer de aardaansluiting, borgring en moer boven op de
bliksembeveiliging.
4. Sluit de antenne aan op de bliksembeveiliging via de meegeleverde coaxkabel
LMR-400. Zorg daarbij dat de afstand van de druppellus tot de
bliksembeveiliging ten minste 0,3 m (1 ft.) bedraagt.
5. Dicht elke aansluiting tussen het draadloze veldinstrument, de
bliksembeveiliging, de kabel en de antenne af met het coaxafdichtmiddel.
6. Zorg dat de montagemast en de bliksembeveiliging zijn geaard volgens de
plaatselijke/landelijke wet- en regelgeving inzake elektriciteit.
Eventuele overtollige stukken coaxkabel moeten in spoelen van 0,3 m (12 inch)
worden gelegd.
8
Loading...
+ 18 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.