7070 Winchester Circle,
Boulder, CO 80301
T (VS) (800) 522 6277
T (andere landen) (303) 527 5200
F (303) 530 8459
Emerson Process Management
Flow
Neonstraat 1
6718 WX Ede
Nederland
T +31 (0)318 495555
F +31 (0)318 495556
Emerson Process Management
bv
Postbus 212
2280 AE Rijswijk
Nederland
T (31) 70 413 66 66
F (31) 70 390 68 15
E info.nl@emerson.com
www.emersonprocess.nl
Emerson FZE
P.O. Box 17033
Jebel Ali Free Zone
Dubai, Verenigde Arabische Emiraten
Tel +971 4 811 8100
Fax +971 4 886 5465
Emerson Process Management
nv/sa
De Kleetlaan, 4
B-1831 Diegem
België
T (32) 2 716 7711
F (32) 2 725 83 00
www.emersonprocess.be
Emerson Process Management
Asia Pacific Private Limited
1 Pandan Crescent
Singapore 128461
T (65) 6777 8211
F (65) 6777 0947/65 6777 0743
BELANGRIJKE KENNISGEVING
Dit document bevat elementaire installatie-instructies voor de Rosemount 8732. Het
bevat geen instructies voor gedetailleerde configuratie, diagnostiek, onderhoud,
reparatie, probleemoplossing of explosieveilige, drukvaste of intrinsiek veilige (I.S.)
installaties. Raadpleeg de naslaghandleiding van de Rosemount 8732 (publicatienummer
00809-0100-4665) voor nadere instructies. De handleiding en deze beknopte
installatiegids zijn op www.rosemount.com ook in digitale vorm beschikbaar.
WAARSCHUWING
Als u deze installatierichtlijnen niet opvolgt, kan ernstig of dodelijk letsel het
gevolg zijn:
De installatie- en onderhoudsinstructies zijn uitsluitend bestemd voor gebruik door
bevoegd personeel. Voer geen andere onderhoudswerkzaamheden uit dan die welke in
de gebruiksaanwijzing beschreven staan, tenzij u daartoe bevoegd bent. Controleer of de
werkomgeving van de sensor en transmitter overeenkomt met de desbetreffende
goedkeuring van FM, CSA, ATEX of IECEx.
Sluit een Rosemount 8732 niet aan op een sensor die niet van Rosemount is en die zich
in een explosiegevaarlijke atmosfeer bevindt.
2
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
Rosemount 8732
WAARSCHUWING
De sensorbekleding kan bij transport gemakkelijk beschadigd raken. Steek nooit iets door
de sensor heen om hem op te tillen of om als hefboom te gebruiken. Door beschadiging
van de bekleding kan de sensor onbruikbaar worden.
Gebruik om schade aan de uiteinden van de sensorbekleding te voorkomen geen
metalen pakkingen of pakkingen met spiraalvorm. Tref als regelmatig verwijderen
noodzakelijk is voorzorgsmaatregelen ter bescherming van de uiteinden van de
bekleding. Vaak worden ter bescherming korte passtukken aangebracht op de uiteinden
van de sensor.
Correct aanhalen van de flensbouten is essentieel voor een goede werking en lange
levensduur van de sensor. Alle bouten moeten in de juiste volgorde worden aangehaald
tot het gespecificeerde aanhaalmoment. Als u deze aanwijzingen niet opvolgt, kan
ernstige schade aan de bekleding van de sensor ontstaan en moet de sensor misschien
worden vervangen.
WAARSCHUWING
Rosemount 8705 magnetische stroombuisunits die met afwijkende lakopties worden
besteld, kunnen gevoelig zijn voor elektrostatische ontlading.
Voorkom elektrostatische ontlading door het metergedeelte nooit met een droge doek af
te nemen of met oplosmiddelen schoon te maken.
STAP 1: VÓÓR DE INSTALLATIE
Voordat u de Rosemount 8732 magnetische flowmetertransmitter installeert, moet u een
aantal stappen uitvoeren waardoor het installatieproces vergemakkelijkt wordt:
• Ga na welke opties en configuraties voor u van toepassing zijn
• Stel zo nodig de hardwareschakelaars in
• Neem de mechanische, elektrische en omgevingsvereisten ter harte
Aandachtspunten met betrekking tot mechanische vereisten
De montageplaats voor de Rosemount 8732-transmitter moet genoeg ruimte bieden voor
stevige montage, goede toegang tot de kabelpoorten, volledig openen van de
transmitterdeksels en gemakkelijk aflezen van het displayscherm (zie Afbeelding 1).
Als de Rosemount 8732 afzonderlijk van de sensor wordt gemonteerd, is hij niet
onderworpen aan de beperkingen die eventueel van toepassing zijn op de sensor.
3
Rosemount 8732
Afbeelding 1. Afmetingen Rosemount 8732
190 (7.49)
165 (6.48)
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
LOI-deksel
224
(8.81)
126
(4.97)
76
(3.00)
78
(3.07)
126
(4.97)
1
/2”–14 NPT, CM20 (3 plaatsen)*
1
/2”–14 NPT, (2 plaatsen)*
148
(5.82)
OPMERKING:
* M20- en PG 13.5-verbindingen zijn beschikbaar bij gebruik van kabelwartels met
schroefdraad.
4
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
Rosemount 8732
Aandachtspunten met betrekking tot het milieu
Vermijd voor een maximale levensduur van de transmitter overmatige hitte en trillingen.
Typische probleemgebieden omvatten:
• leidingen met sterke vibratie met integraal gemonteerde transmitters
• installaties in een warm klimaat in direct zonlicht
• buiteninstallaties in een koud klimaat
Op afstand gemonteerde transmitters kunnen in de regelkamer worden geïnstalleerd om de
elektronica te beschermen tegen de omstandigheden, en bieden zo gemakkelijke toegang
voor configuratie en onderhoud.
Zowel de op afstand gemonteerde als de integraal gemonteerde Rosemount 8732transmitter heeft externe voeding nodig; er moet dus een geschikte voedingsbron in de
buurt zijn.
Installatieprocedures
De installatie van de Rosemount 8732 omvat gedetailleerde procedures voor mechanische
en elektrische installatie.
Monteer de transmitter
Op een locatie op afstand kan de transmitter worden gemonteerd op een buis van maximaal
50 mm (2 inch) doorsnee of op een vlakke wand.
Pijpmontage
De transmitter op een pijp monteren:
1. Bevestig de montagebeugel op de pijp met het bevestigingsmateriaal.
2. Bevestig de Rosemount 8732 op de montagebeugel met de montageschroeven.
Hardwarejumpers/-schakelaars
De elektronicaprint van de 8732 PROFIBUS PA heeft twee door de gebruiker in te stellen
hardwareschakelaars. Deze schakelaars hebben geen functionaliteit en moeten in de
standaardposities blijven staan zoals hieronder vermeld:
Activering simulatie: OFF
Transmitterbeveiliging:OFF
Wijziging van de schakelaarstand heeft geen invloed op de functionaliteit van de
elektronica.
Aandachtspunten op het gebied van elektriciteit
Stel voordat u elektrische aansluitingen naar de Rosemount 8732 aanlegt eerst de
plaatselijke en bedrijfsspecifieke normen vast en zorg dat de voeding, doorvoerbuizen en
andere accessoires aan deze normen voldoen.
Draai de transmitterbehuizing
De elektronicabehuizing kan op de sensor gedraaid worden in stappen van 90° door de vier
montagebouten onder op de behuizing los te draaien en de bouten vervolgens weer aan te
brengen. Zorg als de behuizing weer in de oorspronkelijke stand wordt gezet, dat het
oppervlak schoon is en dat er geen ruimte is tussen de behuizing en de sensor. Vergeet niet
wanneer u de behuizing meer dan 90° draait om de bedrading van de printplaat los te halen
en deze weer te bevestigen nadat de behuizing onder de gewenste hoek goed is vastgezet.
5
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
Rosemount 8732
December 2012
STAP 2: HANTERING
Hanteer alle onderdelen voorzichtig om schade te voorkomen. Transporteer het systeem zo
mogelijk in de oorspronkelijke verpakkingen naar de installatielocatie. Met PTFE beklede
sensoren worden verzonden met einddoppen waardoor ze beschermd zijn tegen
mechanische schade en de gewone vervorming die anders optreedt. Verwijder de
einddoppen pas vlak voor de installatie.
Afbeelding 2. Ondersteuning van de Rosemount 8705-sensor voor hantering
sensoren van ½ tot en met 4 inch
sensoren van 6 inch en groter
STAP 3: MONTAGE
Rechte lengte voor en na de meter
Om te zorgen dat de sensor aan de specificaties blijft voldoen onder uiteenlopende
procesomstandigheden, moet deze worden geïnstalleerd met ten minste vijf rechte
buisdiameters voor en ten minste twee rechte buisdiameters na het elektrodevlak
(zie Afbeelding 3).
Afbeelding 3. Rechte buisdiameters voor en na de meter
5 buisdiameters2 buisdiameters
Flow
Installaties met minder rechte lengte van 0 tot 5 pijpdiameters zijn mogelijk. Bij installaties
met minder rechte lengte zal de prestatie verschuiven. De gemelde flowsnelheden zijn dan
nog steeds sterk reproduceerbaar.
6
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
Rosemount 8732
Flowrichting
De sensor moet zo worden gemonteerd dat de PUNT van de stroomrichtingspijl, afgebeeld
op het identificatielabel van de sensor, in de stroomrichting door de sensor heen wijst.
Sensorlocatie
De sensor moet zo worden geïnstalleerd dat hij tijdens bedrijf altijd volledig gevuld is.
Verticale installatie maakt opwaartse procesvloeistofstroming mogelijk en zorgt dat het
doorsnedeoppervlak altijd gevuld is, ongeacht de flowsnelheid. Horizontale installatie is
alleen geschikt in lage buisgedeelten die normaliter gevuld zijn.
Afbeelding 4. Stand van de sensor
FLOW
FLOW
7
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
Rosemount 8732
De elektroden in de sensor zijn correct georiënteerd als de twee meetelektroden in de
3-uurs- en 9-uurspositie staan of binnen 45° ten opzichte van de loodlijn, zoals rechts van
Afbeelding 5 staat afgebeeld. Vermijd een montagestand waardoor de bovenkant van de
sensor op 90° ten opzichte van de verticale positie staat, zoals links van Afbeelding 5
afgebeeld.
Afbeelding 5. Montagepositie
Fout
Goed
December 2012
8
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
Rosemount 8732
STAP 4: INSTALLATIE
Sensoren met flens
Pakkingen
Voor elke aansluiting van de sensor op een aangrenzend instrument of buisgedeelte is
een pakking nodig. De pakkingen moeten van een materiaal zijn dat compatibel is met
de procesvloeistof en de bedrijfsomstandigheden. Metalen pakkingen en pakkingen met
spiraalvorm kunnen de bekleding beschadigen. Aan weerszijden van de aardring is
een pakking vereist. Voor alle andere toepassingen (inclusief sensor met
bekledingsbescherming of een aardelektrode) is slechts één pakking nodig voor
elke eindaansluiting.
Afbeelding 6. Plaatsing van flenspakking
Niet meegeleverde
pakking
Aardring en pakking
optioneel
Flow
Flensbouten
OPMERKING
Draai nooit de bouten aan één kant tegelijk vast. Draai elke kant tegelijkertijd vast.
Bijvoorbeeld:
1. Links aandraaien
2. Rechts aandraaien
3. Links aanhalen
4. Rechts aanhalen
Dus niet eerst vóór de meter aandraaien en meteen aanhalen en vervolgens achter de
meter aandraaien en meteen aanhalen. Als u bij het aanhalen van de bouten niet wisselt
tussen beide kanten, kan de bekleding beschadigd raken.
De aanbevolen momentwaarden per maat sensorlijn en bekledingstype staan vermeld in
Tabel 1 voor ASME B16.5- en Tabel 2 voor EN-flenzen. Raadpleeg de fabrikant als de
flensclassificatie van de sensor in de tabellen ontbreekt. Haal de flensbouten vóór de sensor
aan in de volgorde aangegeven in Afbeelding 7 tot 20% van het aanbevolen
9
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
Rosemount 8732
aanhaalmoment. Herhaal deze procedure aan de kant achter de sensor. Haal bij sensoren
met meer of minder flensbouten de bouten aan in een soortgelijke kruisgewijze volgorde.
Herhaal deze volledige aanhaalreeks tot 40%, 60%, 80% en ten slotte 100% van de
aanbevolen aanhaalmomenten of totdat het lekken tussen de proces- en de sensorflenzen
stopt.
Als het lekken bij het aanbevolen aanhaalmoment nog niet is gestopt, kunnen de bouten in
stappen van 10% verder worden aangehaald totdat de verbindingen niet meer lekken of
totdat het gemeten aanhaalmoment de maximale aanhaalspecificatie van de bouten bereikt.
De bescherming van de bekleding in overweging nemende komt de gebruiker vaak tot een
ander aanhaalmoment waarbij het lekken ophoudt, afhankelijk van de specifieke combinatie
van flenzen, bouten, pakkingen en het bekledingsmateriaal van de sensor.
Controleer op lekkage bij de flenzen nadat u de bouten hebt aangehaald. Als u niet de juiste
aanhaalmethode gebruikt, kan dat tot ernstige schade leiden. De verbindingen van een
sensor moeten 24 uur na de eerste installatie nogmaals worden aangehaald. Na verloop
van tijd kan het bekledingsmateriaal van een sensor vervormd raken door de druk.
Afbeelding 7. Aandraaivolgorde flensbouten
December 2012
1
8
5
10
4
6
8 bouten
2
3
7
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
Tabel 1. Aanbevolen aanhaalmomenten flensbouten voor Rosemount 8705- en 8707-sensoren met grote
signaalsterkte
Bekleding van PTFE/ETFE/PFA
Maatcode Leidingdiameter
00515 mm (0.5 inch)88-01025 mm (1 inch)812-01540 mm (1.5 inch)1325718
02050 mm (2 inch)19171411
02565 mm (2.5 inch)22241716
03080 mm (3 inch)34352323
040100 mm (4 inch)26501732
050125 mm (5 inch)36602535
060150 mm (6 inch)45503037
080200 mm (8 inch)60824255
100250 mm (10 inch)55804070
120300 mm (12 inch)6512555105
140350 mm (14 inch)8511 07095
160400 mm (16 inch)8516065140
180450 mm (18 inch)12017095150
200500 mm (20 inch)11 017590150
240600 mm (24 inch)165280140250
300750 mm (30 inch)195375165350
360900 mm (36 inch)280575245575
Klasse 150
(lb-ft)
Klasse 300
(lb-ft)
Rosemount 8732
Bekleding van
polyurethaan/neopreen/linatex/
Klasse 150
(lb-ft)
adipreen
Klasse 300
(lb-ft)
11
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
Rosemount 8732
Tabel 2. Aanhaalmomenten flensbouten en boutbelastingsspecificaties 8705 (EN 1092-1)
Bekleding van PTFE/ETFE
PN 10PN 16PN 25PN 40
Maatcode Leidingdiameter
00515 mm (0.5 inch)10
01025 mm (1 inch)20
01540 mm (1.5 inch)50
02050 mm (2 inch)60
02565 mm (2.5 inch)50
03080 mm (3 inch)50
040100 mm (4 inch)5070
050125 mm (5.0 inch)70100
060150 mm (6 inch)90130
080200 mm (8 inch)13090130170
100250 mm (10 inch)100130190250
120300 mm (12 inch)120170190270
140350 mm (14 inch)160220320410
160400 mm (16 inch)220280410610
180450 mm (18 inch)190340330420
200500 mm (20 inch)230380440520
240600 mm (24 inch)290570590850
(Nm)(Nm)(Nm)(Nm)
December 2012
12
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
December 2012
Rosemount 8732
Tabel 2.
(vervolg)Aanhaalmomenten flensbouten en boutbelastingsspecificaties 8705(EN 1092-1)
Bekledingen van polyurethaan, linatex, adipreen en neopreen
PN 10PN 16PN 25PN 40
Maatcode Leidingdiameter
01025 mm (1 inch)20
01540 mm (1,5 inch)30
02050 mm (2 inch)40
02565 mm (2,5 inch)35
03080 mm (3 inch)30
040100 mm (4 inch)4050
050125 mm (5,0 inch)5070
060150 mm (6 inch)6090
080200 mm (8 inch)906090110
100250 mm (10 inch)7080130170
120300 mm (12 inch)8011 0130180
140350 mm (14 inch)110150210280
160400 mm (16 inch)150190280410
180450 mm (18 inch)130230220280
200500 mm (20 inch)150260300350
240600 mm (24 inch)200380390560
(Nm)(Nm)(Nm)(Nm)
13
Beknopte installatiegids
00825-0111-4665, Rev AB
Rosemount 8732
December 2012
Flensloze sensoren
Pakkingen
Voor elke aansluiting van de sensor op een aangrenzend instrument of buisgedeelte is een
pakking nodig. De pakkingen moeten van een materiaal zijn dat verenigbaar is met de
procesvloeistof en de bedrijfsomstandigheden. Metalen pakkingen en pakkingen met
spiraalvorm kunnen de bekleding beschadigen. Aan weerszijden van de aardring is een
pakking vereist. Zie Afbeelding 8 hieronder.
Afbeelding 8. Plaatsing flensloze pakking
Installatie van afstandhouders
Spacer Installation
Horizontale meters
Horizontal meters
Niet
meegeleverde
pakking
Tapbouten,
moeren en ringen
voor installatie
Uitlijnafstandhouder
Flow
Uitlijning
1. Op leidingen van 40 t/m 200 mm (1.5 t/m 8 inch). Rosemount beveelt installatie van de
meegeleverde uitlijnafstandhouders ten zeerste aan om te verzekeren dat de flensloze
sensor goed tussen de procesflenzen wordt gecentreerd. Voor de sensormaten 4 t/m
25 mm (0.15, 0.30, 0.5 en 1 inch) zijn uitlijnafstandhouders niet nodig.
2. Steek de tapeinden voor de onderkant van de sensor tussen de pijpflenzen en centreer
de uitlijnafstandhouder midden op het tapeind. Zie Afbeelding 8 voor de locaties van de
boutgaten die worden aanbevolen voor de meegeleverde afstandhouders. De
specificaties voor de tapbouten vindt u in Tabel 3.
3. Plaats de sensor tussen de flenzen. Zorg dat de uitlijnafstandhouders goed op de
tapeinden zijn gecentreerd. Schuif voor installaties met verticale flow de O-ring over het
tapeind om de afstandhouder op zijn plaats te houden. Zie Afbeelding 8. Raadpleeg
Tabel 4 om te verzekeren dat de afstandhouders passend zijn voor de flensmaat en
de classificatie van de procesflenzen.
4. Breng de overige tapbouten, ringen en moeren aan.
5. Haal aan tot de momentspecificaties in Tabel 5. Haal de bouten niet te strak aan, anders
raakt de bekleding beschadigd.
Tabel 3. Specificaties tapbouten
Nominale sensorafmetingSpecificaties tapbouten
4-25 mm (0.15-1 inch)316 SST ASTM A193, Grade B8M Class 1 gemonteerde
40–200 mm (1.5–8 inch)CS, ASTM A193, Grade B7 gemonteerde draadtapbouten
draadtapbouten
Verticale meters
Vertical meters
O-ring
O-ring
14
Loading...
+ 32 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.