Rosemount Snelstartgids: Rosemount 485 Annubar® Flo-Tap-flensconstructie met schroefdraad Manuals & Guides

Snelstartgids
00825-0511-4809, Rev EA
December 2014
Rosemount 485 Annubar® Flo-Tap-constructie met schroefdraad
Snelstartgids
WAARSCHUWING
December 2014
MEDEDELING
Deze handleiding bevat elementaire richtlijnen voor de Rosemount 485 Annubar. De handleiding bevat geen instructies voor configuratie, diagnostiek, onderhoud, probleemoplossing, explosieveilige, drukvast of intrinsiek veilige (I.S.) installaties. Raadpleeg de naslaghandleiding van de 485 Annubar (publicatienummer 00809-0100-4809) voor nadere instructies. Deze handleiding is ook in digitale vorm beschikbaar op www.rosemount.com.
Als de 485 Annubar gemonteerd op een Rosemount 3051S-transmitter is besteld, raadpleeg dan de volgende snelstartgids voor informatie over configuratie en certificeringen voor gevaarlijke locaties: Rosemount 3051S-serie druktransmitter (publicatienummer 00825-0100-4801).
Als de 485 Annubar gemonteerd op een Rosemount 3095-transmitter is besteld, raadpleeg dan de volgende snelstartgids voor informatie over configuratie en certificeringen voor gevaarlijke locaties: Rosemount 3095 (publicatienummer 00825-0100-4716).
Lekkage van het procesmedium kan leiden tot lichamelijk en zelfs dodelijk letsel. Voorkom proceslekken door procesaansluitingen uitsluitend af te dichten met pakkingen en O-ringen die bestemd zijn voor afdichting van het betreffende pakkingvlak. Door de stroming van procesmedium kan de 485 Annubar-constructie heet worden en kunt u brandwonden oplopen.
Inhoud
Constructietekening van de 485 Annubar Flo-Tap-constructie met
schroefdraad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 3
Locatie en montagerichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 4
Bevestigingsmateriaal lassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 8
Isolatieklep installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 9
Boormachine verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 10
De Annubar monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 10
Annubar inbrengen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 11
Monteer de transmitter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 12
De Annubar terugtrekken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 16
Productcertificering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . pagina 17
December 2014
A
C
D
K
F
E
G
H
I
J
L
M
N
O
P
B
Transmitter en behuizing ter illustratie afgebeeld — alleen
geleverd indien besteld.
Snelstartgids

Constructietekening van de 485 Annubar Flo-Tap-constructie met schroefdraad

A. Transmitter I. Geleidenippel
B. Coplanar-flens met aftap-/ontluchtingsgaten J. Isolatieklep
C. Behuizing temperatuursensoraansluiting K. Kooinippel
D. Verbinding van direct gemonteerde transmitter met kleppen L. Steunplaat
E. Kopplaat M. Pakkingdrukker
F. O - ri nge n ( 2) N. Pakking
G. Aandrijfstangen O. Volger
H. Buisfitting met schroefdraad P. C om pr es si epl aa t
Opmerking
Gebruik op alle schroefdraadaansluitingen een buisafdichtingsmiddel dat geschikt is voor de te verwachten bedrijfstemperatuur.
3
Snelstartgids

Stap 1: Locatie en montagerichting

Voor nauwkeurige en herhaalbare flowmetingen moeten de correcte montagerichting en de montagelengten voor rechte leidingen worden aangehouden. Zie Tab e l 1 voor de minimale buisdiameterafstanden vanaf verstoringen vóór de meter.
Tabel 1. Vereisten rechte buis
Afstanden voor de meter
December 2014
Zonder rich tvanen Met richtvanen
In vlak A
1
2
3
Buiten
vlak A
8
11
23
10
16
28
A’ C C’ B
8
8
8
4
4
4
4
4
4
de meter
Afstanden achter
4
4
4
4
4
4
4
12
12
8
4
4
4
4
December 2014
Tabel 1. Vereisten rechte buis
Snelstartgids
Afstanden voor de meter
Zonder richtvanen Met richtvanen
In vlak A
5
6
Buiten
vlak A
18
30
18
30
A’ C C’ B
8
8
4
4
4
4
Opmerking
Neem contact op met de Emerson voor instructies over toepassingen in vierkante of
rechthoekige leidingen.
‘In vlak A’ betekent dat de sensor zich in hetzelfde vlak bevindt als de elleboog. ‘Buiten vlak A’
betekent dat de sensor haaks op het elleboogvlak staat.
Als de correcte rechte buislengten niet beschikbaar zijn, plaatst u de armatuur zodanig dat
80% van de leiding zich vóór de meter bevindt en 20% achter de meter.
Gebruik richt vanen om de vereiste rechte buislengte te verkorten. Rij 6 in Ta bel 1 heeft betrekking op schuif-, kogel-, plug- en andere typen smoorkleppen die
gedeeltelijk worden geopend, alsmede op regelkleppen.
de meter
Afstanden achter
4
4
4
4
5
Snelstartgids
±±
±
Aanbevolen zone 30°
Uitlijningsfout
Bij de installatie van de 485 Annubar mag de uitlijning maximaal 3° afwijken.
Afbeelding 1. Uitlijningsfout
Horizontale montagerichting
Voor het correct ontluchten en aftappen in lucht- en gastoepassingen moet de sensor in de bovenste helft van de buis worden gemonteerd. Voor vloeistoftoepassingen moet de sensor zich in de onderste helft van de buis bevinden. Voor stoomtoepassingen kan de sensor zich aan de boven- of onderkant van de leiding bevinden, afhankelijk van de temperatuur van de stoom. De maximumtemperatuur voor een direct gemonteerde transmitter is 260 °C (500 °F).
December 2014
Afbeelding 2. Gas en montage bovenop voor stoom (directe montage tot
205 °C [400 °F])
Loading...
+ 12 hidden pages