Rosemount 3051HT hygiënische druktransmitter Manuals & Guides [nl]

Page 1
00825-0111-4091, Rev CB

Rosemount™ 3051HT hygiënische druktransmitter

Snelstartgids
Februari 2019
Opmerking
Page 2
Snelstartgids
WAARSCHUWING
Februari 2019
MEDEDELING
Deze gids bevat elementaire richtlijnen voor de Rosemount 3051HT-transmitter. Hij bevat geen instructies voor configuratie, diagnostiek, onderhoud, reparatie of probleemoplossing of voor explosieveilige, drukvaste of intrinsiek veilige (I.S.) installaties.
Explosies kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Bij installatie van deze transmitter in een explosiegevaarlijke omgeving moeten de geldende plaatselijke, landelijke en internationale normen, voorschriften en procedures worden gevolgd.
Zorg voordat u een op HART
dat alle instrumenten in de kring zijn geïnstalleerd volgens intrinsiek veilige of niet-vonkende veldbedradingsmethoden.
Verwijder bij een explosieveilige/drukvaste installatie de tran smitterdeksels niet terwijl er stroom staat op
het instrument.
Proceslekken kunnen leiden tot lichamelijk en zelfs dodelijk letsel.
Om proceslekken te voorkomen mag u alleen de pakking gebruiken die speciaal is ontworpen om af te
dichten in combinatie met de bijbehorende flensadapter.
Elektrische schokken kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Voorkom aanraking van de draden en aansluitklemmen. De draden kunnen onder hoge spanning staan,
die elektrische scho kken kan veroorzaken.
Kabelbuis-/kabelingangen
Tenzij anders vermeld zijn de kabelbuis-/kabelingangen in de behuizing van de transmitter voorzien van
1
/2—14 NPT-draad. Gebruik alleen pluggen, adapters, wartels en kabelgoten met een geschikte
schroefdraad wanneer u deze openingen afsluit.
®
gebaseerde communicator aansluit in een explosiegevaarlijke atmosfeer
Inhoud
Gereedheid van het systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Installatie van de transmitter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Monteer de transmitter. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Stel de schakelaars in . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Sluit de bedrading aan en schakel het apparaat in . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Controleer de configuratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Trim de transmitter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11
Productcertificeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
2
Page 3
Februari 2019
Snelstartgids

1.0 Gereedheid van het systeem

1.1 Controleer of het systeem geschikt is voor de HART-revisie

Controleer als u een op HART gebaseerd systeem voor besturing of
middelenbeheer gebruikt eerst of deze systemen met HART kunnen worden gebruikt voordat u de transmitter installeert. Niet alle systemen kunnen communiceren volgens het protocol van HART-revisie 7. Deze transmitter kan worden geconfigureerd voor HART-revisie 5 of 7.
Zie pagina 11 voor instructies over het wijzigen van de HART-revisie van uw
transmitter.

1.2 Controleer of de device driver juist is

Controleer of de meest recente device drive
op uw systemen om een goede communicatie te verzekeren.
Download de meest recente device driver via Emerson.com of
hartcomm.org.
Instrumentrevisies en device drivers voor Rosemount 3051
Tabel 1 bevat de informatie die u nodig hebt om te verzekeren dat u beschikt over
de juiste device driver en documentatie voor uw instrument.
Tabel 1. Rosemount 3051-instrumentrevisies en bestanden
r (DD/DTM™) is geïnstalleerd
Identificeer het
instrument
Datum
softwarerelease
Dec-11 01
1. De bestandsnaam van de device driver bevat de instrument- en DD-revisie, bijv. 10_01. Het HART-protocol is zo ontworpen dat ook oudere revisies van de device driver kunnen communiceren met nieuwe HART-apparatuur. Om gebruik te kunnen maken van nieuwe functies, moet u de nieuwe device driver downloaden. Voor compl ete functionaliteit word t aangeraden om nieuwe devi ce driver-bestanden te dow nloaden.
2. Keuze tussen HART-revisie 5 en 7, voedingsdiagnose, veiligheidscertificering, lokale bediening, proceswaarschuwingen, geschaalde variabele, configureerbare alarmen, meer meeteenheden.
HART-
softwarerevisie
Zoek de device driver
HART
universele
revisie
7 10
5 9
Instrument-
revisie
(1)
Controleer de
functionaliteit
Veranderingen in
software
Zie Voet noo t 2 voo r een
lijst van veranderingen.
(2)
3
Page 4
Snelstartgids
A

2.0 Installatie van de transmitter

2.1 Monteer de transmitter

Plaats de transmitter in de gewenste oriëntatie voordat u deze monteert. De transmitter mag niet stevig gemonteerd of vastgeklemd zijn als u de oriëntatie van de transmitter wijzigt.
Oriëntatie van de kabelbuisopening
Bij installatie van een Rosemount 3051HT wordt aangeraden om deze zo te installeren dat de kabelbuisopening omlaag is gericht of parallel aan de grond is om deze tijdens reinigingswerkzaamheden zo goed mogelijk af te kunnen tappen.
Montagerichting inline-verschildruktransmitter
De drukpoort aan de lage kant (ref. atmosferische druk) op de inline-verschildruktransmitter bevindt zich in de hals van de transmitter, achter een afgeschermde ventilatieopening (zie Afbeelding 1).
Houd het ventilatietraject vrij van obstructies (inclusief maar niet beperkt tot verf, stof en viskeuze vloeistoffen) door de transmitter zo te monteren dat het procesmedium kan wegstromen.
Afbeelding 1. Inline afgeschermde verschildruktransmitter met drukpoort
aan lage kant
Aluminium Gepolijst 316 RVS
Februari 2019
A. Drukpoort aan lage kant (ref. atmosferische druk)
Montage met klem
Gebruik bij installatie van de klem de aanbevolen momentwaarden opgegeven door de pakkingfabrikant.
1. Om een goede werking van de transmitter te behouden wordt afgeraden om een Tri Clamp van 1,5 inch tot meer dan 50 in-lb aan te halen bij drukbereiken onder 20 psi.
4
(1)
Page 5
A
B
A
B
Februari 2019

2.2 Stel de schakelaars in

Stel vóór installatie de configuratie van de alarm- en beveiligingsschakelaar in zoals afgebeeld in Afbeelding 2.
Met de alarmschakelaar stelt u het analoge uitgangsalarm in op hoog of laag.
- De standaard alarminstelling is hoog.
Met de beveiligingsschakelaar staat u toe (symbool ontgrendeling) of voorkomt
u (symbool vergrendeling) dat configuratie van de transmitter plaatsvindt.
- De standaard beveiliging is uit (symbool ontgrendeling).
Volg de onderstaande procedure voor het wijzigen van de configuratie van de schakelaars:
1. Beveilig na installatie van de transmitter de kring en koppel de voeding los.
2. Verwijder het behuizingsdeksel dat zich tegenover de veldaansluitingen bevindt. Verwijder het deksel van het instrument niet in een explosiegevaarlijke omgeving als er spanning op het circuit staat.
3. Schuif de beveiligings- en alarmschakelaars met een kleine schroevendraaier in de gewenste stand.
4. Bevestig het transmitterdeksel weer.
De deksels mogen alleen met behulp van gereedschap geopend of
verwijderd kunnen worden, om te voldoen aan de geldende vereisten voor normale locaties.
Het deksel moet volledig sluiten om aan de vereisten voor explosieveiligheid
te voldoen.
Afbeelding 2. Transmitterprintplaat
Zonder LCD-display Met LOI of LCD-display
Aluminium
Snelstartgids
A. Alarm B. Beveiliging
Gepolijst 316 RVS
5
Page 6
Snelstartgids
LET OP
A
B

2.3 Sluit de bedrading aan en schakel het apparaat in

Afbeelding 3. Bedradingsschema’s transmitter (4—20 mA)
Aluminium
Februari 2019
A
B
A. 24 V d.c. voeding
250
B. R
L
C. Stroommeter (optioneel)
C
Gepolijst 316 RVS
Gebruik voor een optimaal resultaat afgeschermde kabel met getwiste aders. Gebruik draadmaat 24 AWG of dikker met een lengte van maximaal 1500 meter (5000 feet). Leg indien van toepassing de bedrading aan met een druppellus. Leg de druppellus zo dat de onderkant lager dan de kabelbuisaansluitingen en de behuizing van de transmitter komt te liggen.
Installatie van het aansluitklemmenblok voor overspanningsbeveiliging biedt alleen bescherming tegen
overspanning als de kast van de Rosemount 3051HT goed is geaard.
Laat de signaalbedrading niet samen met elektrische bedrading door een kabelbuis of open kabelgoot of
in de buurt van zware elektrische apparatuur lopen.
Sluit de onder spanning staande signaalbedrading niet aan op de testaansluitklemmen. De stroom kan de
testdiode in het aansluitklemmenblok beschadigen.
6
Page 7
Februari 2019
Volg de onderstaande stappen voor bedrading van de transmitter:
1. Verwijder het behuizingsdeksel aan de kant met FIELD TERMINALS
(veldaansluitklemmen).
2. Sluit de positieve draad aan op de “+”-aansluitklem (PWR/COMM) en de
negatieve draad op de “—”-aansluitklem.
3. Aard de behuizing volgens de plaatselijke voorschriften voor aarding.
4. Zorg voor een goede aardverbinding. Het is belangrijk dat de mantel van de
instrumentkabel:
kort wordt afgeknipt en wordt geïsoleerd zodat deze niet tegen de
transmitterbehuizing aankomt;
wordt verbonden met de volgende afscherming als de kabel door een
aansluitkast wordt geleid;
aan de voedingszijde wordt verbonden met een goed aardpunt.
5. Zie indien overspanningsbeveiliging vereist is het onderdeel Aarding voor
aansluitklemmenblok met stootspanningsbeveiliging voor aanwijzingen
over aarding.
6. Sluit ongebruikte kabelopeningen en dicht ze af.
7. Bevestig de transmitterdeksels weer.
De deksels mogen alleen met behulp van gereedschap geopend of
verwijderd kunnen worden, om te voldoen aan de geldende vereisten voor normale locaties.
Het deksel moet volledig sluiten om aan de vereisten voor
explosieveiligheid te voldoen.
Snelstartgids
7
Page 8
Snelstartgids
FIELD TERMINALS
(veldaansluitklem-
men)
DP
A
B
D
E
C
Februari 2019
Afbeelding 4. Bedrading
Aluminium
A
B
DP
D
E
Gepolijst 316 RVS
A. Afstand verkleinen B. Afscherming afknippen en isoleren C. Aansluitpunt aardbeveiliging
C
D. Afscherming isoleren E. Afscherming weer verbinden met
aardpunt voeding
Aarding voor aansluitklemmenblok met stootspanningsbeveiliging
Op de buitenkant van de elektronicakast en in de aansluitklemmenruimte zijn aardpunten aangebracht. Deze aardpunten worden gebruikt als er aansluitklemmenblokken voor stootspanningsbescherming zijn geïnstalleerd. Voor het verbinden van het aardpunt op de behuizing met de aarde (intern of extern) wordt gebruik van een draad van 18 AWG of groter aanbevolen.
Als de transmitter momenteel niet is bedraad voor opstarten en communicatie, volgt u Sluit de bedrading aan en schakel het apparaat in Als de transmitter naar behoren is bedraad, raadpleegt u Afbeelding 4 voor interne en externe aardpunten voor overspanningsbeveiliging.
Opmerking
De behuizing van gepolijst roestvast staal 316 voor de Rosemount 3051HT heeft alleen binnen in de aansluitklemmenruimte een aansluitpunt voor de aardverbinding.
8
, stap 1 tot en met 7.
Page 9
Februari 2019
Snelstartgids

2.4 Controleer de configuratie

Controleer de configuratie met een configuratie-instrument met HART of met een Local Operator Interface (LOI, lokale bediening) - optiecode M4. Deze stap bevat configuratie-instructies voor een veldcommunicator en LOI.
Controle van de configuratie met een veldcommunicator
Voor controle van de configuratie moet een Rosemount 3051 DD op de veldcommunicator geïnstalleerd zijn. De sneltoetsreeksen voor de meest recente DD staan vermeld in Tabel 2 op pagina 9. Neem voor de sneltoetsreeksen van oudere DD’s contact op met de plaatselijke vertegenwoordiger van Emerson Process Management.
Opmerking
Emerson beveelt aan om de meest recente DD te installeren, zodat u over alle functies kunt beschikken. Ga naar Emerson.com/Field-Communicator voor informatie over het bijwerken van de DD-bibliotheek.
1. Controleer de configuratie van het apparaat volgens de sneltoetscombinaties
in Ta be l 2.
De parameters voor basisconfiguratie worden aangeduid met een vinkje
(). Als onderdeel van de configuratie en het opstarten moet u ten minste deze parameters controleren.
Tabel 2. Sneltoetsreeks voor instrumentrevisie 9 en 10 (HART7), DD-revisie 1
Functie
Alarm and Saturation Levels (alarm- en verzadigingsniveaus) 2, 2, 2, 5, 7 2, 2, 2, 5, 7
Damping (demping) 2, 2, 1, 1, 5 2, 2, 1, 1, 5
Range Values (bereikwaarden) 2, 2, 2 2, 2, 2
Tag (t ag ) 2, 2, 7, 1, 1 2, 2, 7, 1, 1
Transfer Function (transferfunctie) 2, 2, 1, 1, 6 2, 2, 1, 1, 6
Units (eenheden) 2, 2, 1, 1, 4 2, 2, 1, 1, 4
Burst Mode (burst-modus) 2, 2, 5, 3 2, 2, 5, 3
Custom Display Configuration (aangepaste display-configuratie) 2, 2, 4 2, 2, 4
Date (datum) 2, 2, 7, 1, 4 2, 2, 7, 1, 3
Descriptor (omschrijving) 2, 2, 7, 1, 5 2, 2, 7, 1, 4
Digital To Analog Trim (4—20 mA Output) (trim digitaal naar analoog [4—20 mA-uitgang])
Disable Configuration Buttons (configuratieknoppen uitschakelen) 2, 2, 6, 3 2, 2, 6, 3
Rerange with Keypad (bereik anders instellen met toetsenblok) 2, 2, 2, 1 2, 2, 2, 1
Loop Test (kringtest) 3, 5, 1 3, 5, 1
Lower Sensor Trim (sensor-tri m laag) 3, 4, 1, 2 3, 4, 1, 2
sneltoetsreeks
HART 7 HART 5
3, 4, 2 3, 4, 2
9
Page 10
Snelstartgids
Tabel 2. Sneltoetsreeks voor instrumentrevisie 9 en 10 (HART7), DD-revisie 1
Februari 2019
Functie
Message (bericht) 2, 2, 7, 1, 6 2, 2, 7, 1, 5
Scaled D/A Trim (4—20 mA Output) (geschaalde D/A-trim [uitgang 4—20 mA])
Sensor Temperature/Trend (sensortemperatuur/trend) (3051S) 3, 3, 3 3, 3, 3
Upper Sensor Trim (sensor-trim hoog) 3, 4, 1, 1 3, 4, 1, 1
Digital Zero Trim (digitale nulpuntstrim) 3, 4, 1, 3 3, 4, 1, 3
Password (wachtwoord) 2, 2, 6, 5 2, 2, 6, 4
Scaled Variable (geschaalde variabele) 3, 2, 2 3, 2, 2
HART revision 5 to HART revision 7 switch (overschakelen van HART-revisie 5 op HART-revisie 7)
Long Tag (lange tag)
Find Device (zoek instrument)
Simulate Digital Signal (simulatie digitaal signaal)
1. Alleen beschikbaar in de modus HART-revisie 7.
(1)
(1)
(1)
sneltoetsreeks
HART 7 HART 5
3, 4, 2 3, 4, 2
2, 2, 5, 2, 3 2, 2, 5, 2, 3
2, 2, 7, 1, 2 N.v.t.
3, 4, 5 N.v.t.
3, 4, 5 N.v.t.
Controle van de configuratie met LOI
De optionele LOI kan worden gebruikt voor het in bedrijf stellen van het instrument. De LOI is ontworpen met telkens twee knoppen, aan de binnenkant en aan de buitenkant/achterkant. Op behuizingen van gepolijst roestvast staal zijn de knoppen binnenin aangebracht, aan de display- en aansluitklemmenkant van de transmitter. Op behuizingen van aluminium zijn de knoppen aangebracht op de display en aan de buitenkant, onder het bovenste metalen naamplaatje. Druk op een willekeurige knop om de LOI te activeren. De functies van de LOI-knoppen staan weergegeven op de onderste hoeken van de display. Zie Tabel 3 en Afbeelding 5 voor de werking van de knoppen en informatie over de menu’s.
Tabel 3. Werking van de knoppen op de LOI
Knop
Links Nee SCROLLEN
Rechts Ja ENTER
10
Page 11
Assign PV
HART Revision
VIEW CONFIG
(configuratie weergeven)
ZERO TRIM (nulpuntstrim)
UNITS (eenheden)
RERANGE (bereik
opnieuw instellen)
LOOP T EST (k ringte st)
DISPLAY (display)
EXTENDED MENU
(uitgebreid menu)
EXIT MENU (menu afsluiten)
Review all applicable parameters set in the
transmitter (controleer alle
relevante parameters die op de
transmitter zijn ingesteld)
Set Pressure and
Temperature units (stel de
eenheden voor druk en
temperatuur in)
Set 4-20 mA Values by
Apply Pressure (stel
4—20 mA-waarden in door
druk aan te leggen)
Set 4-20 mA Values by
Entering Values (stel
4-20 mA-waarden in door
waarden in te voeren)
Set the analog output to
test the loop i ntegrity
(stel de analoge uitgang
in om de integriteit van
de kring te testen)
Configure display
(configureer de
display)
Full Calibration
(volledige kalibratie)
Damping (demping)
Transfer Function (transferfunctie)
Assign PV (PV toewijzen)
Scaled Variable
(geschaalde variabele)
Tag ( ta g)
Alarm & Saturation
(alarm en verzadig ing)
Password (wacht woord)
Simulate (simuleren)
HART Revision (HART-revisie)
Februari 2019
Snelstartgids
Afbeelding 5. LOI-menu
Overschakelen op een andere HART-revisie
Als het instrument voor HART-configuratie niet kan communiceren met HART-revisie 7, laadt de Rosemount 3051 een generiek menu met beperkte functies. Met behulp van de volgende procedures wijzigt u vanuit het generieke menu de instelling voor de HART-revisie:
1. Manual Setup (handmatige setup) > Device Information
(instrumentinformatie) > Identification (identificatie)> Message (bericht)
a. Voer in het veld Message (bericht) HART5 in om over te schakelen op
HART-revisie 5.
b. Voer in het veld Message (bericht) HART7 in om over te schakelen op
HART-revisie 7.
Opmerking
Zie Tabel 2 op pagina 9 voor het wijzigen van de HART-revisie als de juiste device driver is geladen.

2.5 Trim de transmitter

De instrumenten worden in de fabriek gekalibreerd. Na installatie wordt aanbevolen om een nulpuntstrim op de verschildruktransmitter te verrichten om eventuele fouten vanwege de montagepositie of statische druk te verhelpen. De nulpuntstrim kan zowel met een veldcommunicator als met de configuratieknoppen worden uitgevoerd.
11
Page 12
Snelstartgids
LET OP
Februari 2019
Opmerking
Zorg bij het uitvoeren van een nulpuntstrim dat de egalisatiekraan openstaat en alle natte poten tot het juiste niveau zijn gevuld.
Nulpuntsinstelling op een Rosemount absolute transmitter, model 3051HTA, wordt afgeraden.
1. Kies de gewenste trimprocedure. a. Analoge nulpuntstrim — stel de analoge uitgang in op 4 mA.
Dit wordt ook wel een “rerange” (bereik anders instellen) genoemd en
stelt de Lower Range Value (LRV, onderste meetgrens) in op een waarde die gelijk is aan de gemeten druk.
De display en de digitale HART-uitgang blijven ongewijzigd.
b. Digitale nulpuntstrim — hiermee kalibreert u het nulpunt van de sensor
opnieuw.
Dit heeft geen invloed op de LRV. De drukwaarde is nul (op de display
en de HART-uitgang). Het 4 mA-punt mag geen nul zijn.
Daarom moet de in de fabriek gekalibreerde nuldruk binnen een bereik
van 3% van de URL liggen [0 ± 3% x URL].
Voo rbe eld
URV = 250 inH2O Aangelegde nuldruk = ± 0,03 x 250 inH2O = ± 7,5 inH2O (vergeleken met fabrieksinstelling). Waarden buiten dit bereik worden door de transmitter afgewezen.
12
Trimmen met een veldcommunicator
1. Sluit de veldcommunicator aan. Zie “Sluit de bedrading aan en schakel het
apparaat in” op pagina 6 voor aanwijzingen.
2. Volg het HART-menu om de gewenste nulpuntstrim uit te voeren.
Tabel 4. Sneltoetsen voor nulpuntstrim
Analoog nulpunt (instellen op 4 mA) Digitaal nulpunt
Sneltoetsreeks 3, 4, 2 3, 4, 1, 3
Trimmen met de configuratieknoppen
De nulpuntstrim moet worden verricht met een van de drie mogelijke stellen configuratieknoppen: boven het aansluitklemmenblok of onder het naamplaatje bovenop.
Om toegang te verkrijgen tot de configuratieknoppen op een behuizing van gepolijst roestvast staal verwijdert u het behuizingsdeksel aan de aansluitklemmenkant.
Om toegang te verkrijgen tot de configuratieknoppen op een behuizing van aluminium, draait u de schroef op het bovenste naamplaatje los en verschuift u het naamplaatje op de transmitter.
Page 13
A
Februari 2019
Afbeelding 6. Configuratieknoppen aan de buitenkant of op de
achterkant/aansluitklemmenkant
LOI
Analoog nulpunt
en meetbereik
Digitaal nulpunt
Aluminium
Gepolijst 316 RVS
Snelstartgids
A
(1)
N.v.t.
A. Configuratieknoppen
1. Op de behuizing van roest vast staal (optie 1) zijn voor de knoppen op de LOI (optie M4)
uitsluitend naar voren gerichte knoppen beschikbaar. Optie D4 en DZ zijn nog steeds beschikbaar voor knoppen die naar de achterkant of aansluitklemmenkant gericht zijn.
Gebruik de volgende procedures om een nulpuntstrim uit te voeren:
Verricht het trimmen met de LOI (optie M4)
1. Stel de transmitterdruk in.
2. Zie Afbeelding 5 op pagina 11 voor het bedrijfsmenu. a. Verricht een analoge nulpuntstrim door Rerange (het bereik anders
instellen) te selecteren.
b. Verricht een digitale nulpuntstrim door Zero Trim (nulpuntstrim) te
selecteren.
Verricht een trim met analoog nulpunt en meetbereik (optie D4)
1. Stel de transmitterdruk in.
2. Houd de nulpunt-knop twee seconden ingedrukt om een analoge
nulpuntstrim te verrichten.
13
Page 14
Snelstartgids
Verricht een trim met digitaal nulpunt (optie DZ)
1. Stel de transmitterdruk in.
2. Houd de nulpunt-knop twee seconden ingedrukt om een digitale
nulpuntstrim te verrichten.

3.0 Productcertificeringen

3.1 Informatie over Europese richtlijnen

Achter in deze snelstartgids vindt u een exemplaar van de EG-verklaring van overeenstemming. De meest recente revisie van de EG-verklaring van overeenstemming vindt u op Emerson.com/Rosemount.

3.2 Certificering voor normale locaties

De transmitter is volgens de standaardprocedure onderzocht en getest, waarbij is vastgesteld dat het ontwerp voldoet aan de elementaire elektrische, mechanische en brandveiligheidsvereisten, door een in de VS nationaal erkend onderzoekslaboratorium (nationally recognized testing laboratory; NRTL) dat is geaccrediteerd door de Amerikaanse Occupational Safety and Health Administration (OSHA).
Hoogte Vervuilingsgraad
Max 5000 m
®
3-A
Alle Rosemount 3051HT-transmitters hebben 3-A-goedkeuring en zijn als zodanig gelabeld. Er is tevens een nalevingscertificaat verkrijgbaar (optie QA).
4 (metalen behuizingen) 2 (niet-metalen deksel LCD-display)
Februari 2019
EHEDG
Alle Rosemount 3051HT-transmitters met behuizing van gepolijst roestvast staal (optie 1 voor behuizingsmateriaal) hebben EHEDG-goedkeuring en zijn als zodanig gelabeld. Er is tevens een nalevingscertificaat verkrijgbaar (optie QE).
ASME-BPE
Alle Rosemount 3051HT-transmitters met optie F2 en de volgende aansluitingen zijn ontworpen volgens de norm ASME-BPE SF4:
1
/2 inch Tri Clamp
T32: 1
T42: 2 inch Tri Clamp
Er is tevens een zelfgecertificeerd certificaat volgens ASME-BPE verkrijgbaar (optie QB).
14
Page 15
Februari 2019
Afbeelding 7. Verklaring van overeenstemming Rosemount 3051HT
Snelstartgids
15
Page 16
Snelstartgids
Februari 2019
16
Page 17
Februari 2019
Snelstartgids
17
Page 18
Snelstartgids
Februari 2019
18
Page 19
Februari 2019
Snelstartgids
19
Page 20
Snelstartgids
Februari 2019
20
Page 21
China RoHS
㇑᧗⢙䍘䎵䗷ᴰབྷ⎃ᓖ䲀٬Ⲵ䜘Ԧරࡇ㺘
Rosemount 3051HT
List of Rosemount 3051HT Parts with China RoHS Concentration above MCVs
䜘Ԧ〠
Part Name
ᴹᇣ⢙䍘䍘
/ Hazardous Substances
䫵
Lead
(Pb)
⊎
Mercury
(Hg)
䭹
Cadmium
(Cd)
ޝԧ䬜䬜
Hexavalent
Chromium
(Cr +6)
ཊⓤ㚄㚄㤟
Polybrominated
biphenyls
(PBB)
ཊⓤ㚄㚄㤟䟊
Polybrominated
diphenyl ethers
(PBDE)
⭥ᆀ㓴Ԧ
Electronics
Assembly
XO O O O O
༣փ㓴Ԧ
Housing
Assembly
XO O X O O
Րᝏಘ㓴Ԧ
Sensor
Assembly
XO O X O O
ᵜ㺘Ṭ㌫׍ᦞ
SJ/T11364
Ⲵ㿴ᇊ㘼ࡦ֌
This table is proposed in accordance with the provision of SJ/T11364.
O:
᜿Ѫ䈕䜘ԦⲴᡰᴹ൷䍘ᶀᯉѝ䈕ᴹᇣ⢙䍘Ⲵ䟿൷վҾ
GB/T 26572
ᡰ㿴ᇊⲴ䲀䟿㾱≲
O: Indicate that said hazardous substance in all of the homogeneous materials for this part is below the limit requirement of GB/T 26572.
X:
᜿Ѫ൘䈕䜘Ԧᡰ֯⭘Ⲵᡰᴹ൷䍘ᶀᯉ䟼ˈ㠣ቁᴹа㊫൷䍘ᶀᯉѝ䈕ᴹᇣ⢙䍘Ⲵ䟿儈Ҿ
GB/T 26572
ᡰ㿴ᇊⲴ䲀䟿㾱≲
X: Indicate that said hazardous substance contained in at least one of the homogeneous materials used for this part is above the limit requirement of GB/T 26572.
Februari 2019
Snelstartgids
21
Page 22
Internationaal hoofdkantoor
Em
erson Automation Solutions
6021 Innovation Blvd. Shakopee, MN 55379, VS
+1 800 999 9307 of +1 952 906 8888 +1 952 949 7001
RFQ.RMD-RCC@Emerson.com
Regionaal kantoor Noord-Amerika
erson Automation Solutions
Em
8200 Market Blvd. Chanhassen, MN 55317, VS
+1 800 999 9307 of +1 952 906 8888
+1 952 949 7001
RMT-NA.RCCRFQ@Emerson.com
Regionaal kantoor Latijns-Amerika
Em
erson Automation Solutions
1300 Concord Terrace, Suite 400 Sunrise, FL 33323, VS
+1 954 846 5030
+1 954 846 5121
RFQ.RMD-RCC@Emerson.com
Regionaal kantoor Europa
Emerson Automation Solutions Europe GmbH
Neuhofstrasse 19a Postfach 1046 CH 6340 Baar Zwitserland
+41 (0) 41 768 6111 +41 (0) 41 768 6300
RFQ.RMD-RCC@Emerson.com
Regionaal kantoor Azië/Pacific
Emerson Automation Solutions
1 Pandan Crescent Singapore 128461
+65 6777 8211 +65 6777 0947 Enquiries@AP.Emerson.com
Regionaal kantoor Midden-Oosten en Afrika
E
erson Automation Solutions
m
Emerson FZE P.O. Box 17033, Jebel Ali Free Zone - South 2 Dubai, Verenigde Arabische Emiraten
+971 4 8118100
+971 4 8865465 RFQ.RMTMEA@Emerson.com
*00825-0100-4091*
00825-0111-4091, Rev CB
Em
erson Automation Solutions bv
Postbus 212 2280 AE Rijswijk Nederland
(31) 70 413 66 66
(31) 70 390 68 15
E info.nl@emerson.com
www.emerson.nl
Emerson Automation Solutions nv/sa
De Kleetlaan, 4 B-1831 Diegem België
(32) 2 716 7711 F (32) 2 725 83 00
www.emerson.be
Linkedin.com/company/Emerson-Automation-Solutions
Twitter.com/Rosemount_News
Facebook.com/Rosemount
Youtube.com/us er/RosemountMeasur ement
Google.com/+RosemountMeasurement
De standaard leveringsvoorwaarden vindt u op
www.Emerson.com/en-us/pages/Terms-of-Use.aspx
Het Emerso n-logo is een handel smerk en dienstmerk v an Emerson Electric Co. Rosemount en het Rosemount-logo zijn handelsmerken van Emerson. DTM is een handel smerk van de FDT Group. HART is een gedeponeerd handelsmerk van de FieldComm Group. 3-A is een gedeponeerd handelsmerk van 3-A San itary Standards, Inc. Alle overige merken zijn eigendom van de respectieve eigenaars. © 2019 Emerson. Alle rechten voorbehouden.
Snelstartgids
Februari 2019
Loading...