Rosemount® 1199-afdichting en
DP-niveautransmitters
Snelstartgids
Juli 2015
Snelstartgids
Juli 2015
MEDEDELING
In deze gids staan elementaire richtlijnen voor de Rosemount naslaghandleiding 1199-afdichtingssystemen
(publicatienummer 00809-0100-4002). Er staan geen instructies in voor configuratie, diagnostiek,
onderhoud, service of probleemoplossing. Zie de betreffende naslaghandleiding voor aanvullende
aanwijzingen. Deze handleiding is op www.rosemount.com ook in digitale vorm beschikbaar.
WAARSCHUWING
De in dit document beschreven producten zijn N IET bedoeld voor gebruik in nucleaire toepassingen. Wanneer
een niet vo or nucleaire toepassingen ge schikt produ ct gebruik t wordt in een toepassing die een produc t vereist
dat wel voor nucleaire toepassingen geschikt is, kunnen de afgelezen waarden onnauwkeurig zijn.
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van Emerson™ Process Management voor
informatie over Rosemount-producten die geschikt zijn voor nucleaire toepassingen.
Een extern afdichtingssysteem bestaat uit een druktransmitter, een externe
afdichting en een direct gemonteerde of capillaire verbinding die met een
secundaire vulvloeistof is gevuld. Tijdens bedrijf scheiden het dunne, buigzame
membraan en de vulvloeistof de druksensor van het procesmedium. Via de
capillaire buis of direct gemonteerde flens wordt het membraan met de
transmitter verbonden. Wanneer de procesdruk wordt uitgeoefend, beweegt het
membraan en wordt de gemeten druk via het gevulde systeem en de capillaire
buis naar de transmitter doorgegeven. Deze doorgegeven druk beweegt het
sensormembraan in de druksensor van de transmitter. De beweging is recht
evenredig met de procesdruk en wordt elektronisch omgezet in een
uitgangsstroom en/of digitaal protocol.
Afbeelding 1. Druktraject in een standaard DP-niveau-afdichtingssysteem
Snelstartgids
A. Druk
B. Procesmedium-scheidingsmembraan
C. Transmittermembraan
D. Vulvloeistof
E. Druksensor transmitter
Voorwoord
Deze gids dient als ondersteuning bij de algemene instructies voor het hanteren en
installeren van de Rosemount 1199-afdichtingssystemen voor druktransmitters.
De handleiding bevat aanvullende informatie over de afdichtingssystemen die niet
in de handleidingen van de bijbehorende transmitters worden behandeld.
Algemeen overzicht over het hanteren
Controleer of de ontvangen apparatuur overeenstemt met de order. Neem
onmiddellijk contact op met de plaatselijke vertegenwoordiger van Emerson
Process Management als er problemen zijn.
3
Snelstartgids
Houd bij het uitpakken en hanteren van afdichtingssystemen de afdichting of de
transmitter niet vast aan de capillaire buizen. Hierdoor kan de afdichting en/of de
capillaire buis loskomen van de transmitter, waardoor de garantie vervalt.
Het materiaal van een externe afdichting is volgens ontwerp bestand tegen de
druk en slijtage van procesmateriaal. Externe afdichtingen die niet zijn
aangesloten zijn echter kwetsbaar en moeten voorzichtig worden gehanteerd.
Laat het beschermende deksel op de afdichting zitten tot vlak voordat u de
afdichting installeert. Probeer om het membraan niet met uw vingers of met
voorwerpen aan te raken en zet de afdichting niet met de membraankant omlaag
op een harde ondergrond. Zelfs kleine deuken en krassen in het
membraanmateriaal kunnen de prestaties van het afdichtingssysteem aantasten.
De capillaire buis mag niet scherp worden gebogen of worden afgekneld. De
kleinst mogelijke buigradius voor de capillaire buis is 8 cm (3 in.).
Wees bij gebruik van hitte- of stoomtracing voorzichtig als er een pvc-laag op de
capillaire buis is aangebracht. De pvc-coating op de wapening begint bij
temperaturen rond 100 °C (212 °F) af te breken. Voor een consequent resultaat is
het bij hitte- en stoomtracing het beste om de temperatuur boven de maximale
omgevingstemperatuur in te stellen. Om een verminderde nauwkeurigheid en
thermische belasting te voorkomen, mag de capillaire buis niet gedeeltelijk
worden verwarmd.
Mechanische installatie
Juli 2015
MEDEDELING
Probeer NOOIT om de afdichtingen of capillaire buizen van de transmitter los te koppelen of bouten los te
draaien. Hierdoor ontsnapt vulvloeistof en wordt de garantie van het produc t ongeldig.
Montage van het afdichtingssysteem voor vacuümtoepassingen
Montage van de druktransmitter bij of onder het onderste aftappunt van het vat
is een belangrijke factor om stabiele metingen in vacuümtoepassingen te
verzekeren. De statische-druklimiet voor een differentieeldruktransmitter is
25 mmHgA (0,5 psia). Hierdoor blijft de vulvloeistof in de sensormodule van de
transmitter altijd binnen de vloeistoffase van de dampdrukcurve.
Als de statische-druklimiet van het vat lager dan 25 mmHgA (0,5 psia) is, resulteert
montage van de transmitter onder het niveau van het onderste aftappunt in een
kopdruk van de capillaire vulvloeistof op de module. Een vuistregel voor
vacuümtoepassingen is om de transmitter ongeveer 1 m (3 ft.) onder het onderste
aftappunt van het vat te monteren.
De capillaire buizen moeten goed worden vastgezet om onjuiste meetwaarden te
voorkomen.
4
Juli 2015
Overwegingen met betrekking tot isolatie van een
afdichtingssysteem met temperatuurbereikvergroter
Het systeem met temperatuurbereikvergroter gebruikt de hitte van het proces om
beide vloeistoffen binnen het systeem naar behoren te laten werken, dus isolatie is
niet altijd vereist. Het is echter altijd het beste om systemen te isoleren om een
optimale werking te garanderen. De temperatuurbereikvergroter mag nooit worden
geïsoleerd boven de lijn op de afdichting zelf; zie de afbeelding hieronder.
Afbeelding 2. Overwegingen met betrekking tot isolatie van het systeem
met temperatuurbereikvergroter
Snelstartgids
Flensafdichtingen
Pakkingen
Bij installatie van externe afdichtingssystemen met een pakking of een pakking en
spoelverbindingsring moet worden gezorgd dat de pakking goed recht op het
pakkingvlak wordt gelegd. Als de pakking niet goed wordt aangebracht, kan lekkage
van procesmedium ontstaan, met mogelijk ernstig of dodelijk letsel als gevolg. Zorg
tevens dat de pakking niet tegen het membraan drukt. Elke druk op het membraan
wordt door de transmitter als druk geïnterpreteerd. Een scheef gelegde pakking kan
onjuiste meetwaarden opleveren of het membraan beschadigen.
De membraanpakking wordt meegeleverd als er een aansluitpunt op de onderste
behuizing of een spoelaansluiting aanwezig is. De standaardpakkingen staan
hieronder vermeld, geordend naar afdichtingstype. De procespakking moet door
de eindgebruiker worden aangeschaft. Membranen van tantaal worden zonder
standaardpakking geleverd; waar nodig moet daarom een pakkingoptie worden
gekozen.
5
Snelstartgids
Tabe l 1. Pakkingmaterialen
Type afdichtingPakkingen
FFWThermoTork TN-9000
FCWGeen pakking meegeleverd
FUWGeen pakking meegeleverd
FVWGeen pakking meegeleverd
RCWC-4401
RFWC-4401
RTWC-4401
PFWThermoTork TN-9000
PCWGeen pakking meegeleverd
Maximale bedrijfsdruk
Controleer of de maximale bedrijfsdruk (MWP) die op het label op de hals van de
transmitter vermeld staat, gelijk is aan of hoger is dan de na installatie te
verwachten maximale procesdruk op de transmitter/afdichting. Bij gebruik van een
spoelring moet ook de maximale bedrijfsdruk daarvan gecontroleerd worden.
Aanhalen van bouten
Bij het aansluiten van de procesflens op de bijpassende flens moeten de bouten
volgens de voor de flenzen geldende eisen worden aangehaald. De vereiste
momentwaarden zijn afhankelijk van het pakkingmateriaal en de
oppervlakteafwerking van de bouten en moeren, die door de klant dienen te
worden aangeschaft.
Juli 2015
Platte (‘pancake’) afdichtingen
Capillaire steunbuis
Een veel gebruikte optie voor platte afdichtingen (PFW) is de capillaire steunbuis.
Omdat de capillaire steunbuis op de zijkant van de afdichting wordt aangesloten,
fungeert de steunbuis als een handgreep om de platte afdichting tijdens
installatie goed te richten. De steunbuis mag niet worden gebruikt voor het
ondersteunen van meer gewicht dan dat van de externe afdichting.
Procesflens
Emerson Process Management kan op verzoek een procesflens leveren; in alle
andere gevallen dient de procesflens door de klant te worden aangeleverd. Voor
bepaalde installaties met platte afdichtingen is de door Emerson geleverde
procesflens voorzien van een geboord gat in het midden van de flens. Dit gat past
op een schroefdraadverbinding aan de achterkant van de bovenste behuizing van
de platte afdichting. Hierdoor kan de flens vóór installatie van de afdichting al
worden aangesloten, wat het hanteren van de afdichting vergemakkelijkt.
6
Juli 2015
Schroefdraadafdichtingen
Installatieprocedure voor de onderste behuizing
De onderste behuizing van de externe afdichting heeft een uit- of inwendige
schroefdraadverbinding waarop de nippel van een procesleiding kan worden
aangesloten. Pas wanneer u de procesleiding in de onderste behuizing schroeft op
dat u de verbinding niet te vast aandraait. Het uitgeoefende aanhaalmoment moet
overeenstemmen met de voorschriften van ANSI B1.20.1 voor NPT-verbindingen of
de geldende voorschriften voor de momentwaarde voor buisverbindingen.
Installatieprocedure voor de bovenste behuizing
De draadafdichting wordt geleverd met bouten en moeren van koolstofstaal.
Bouten en moeren van 304 SST of 316 SST kunnen als optie worden besteld. De
momentspecificaties voor de RTW-afdichting staan in onderstaande tabel.
Installeren van pakkingen
Schroefdraadafdichtingen met spoelverbindingsringen worden geleverd met een
pakking. Zorg bij het aansluiten van de externe afdichting, de pakking en de
spoelverbindingsring dat u de pakking goed recht op het pakkingvlak legt.
PSIG-classificatieBoutmateriaalMomentwaarde
2500CS of SST23 ft-lb.
5000CS53 ft-lb.
5000SST50 ft-lb.
10000CS (SST niet leverbaar)105 ft-lb.
Snelstartgids
Alternatieve procedure voor systeeminstallatie
In plaats van het hele afdichtingssysteem op de procesleiding te schroeven, kunt
u ook de bouten van de bovenste en onderste afdichtingsbehuizing loshalen en
de onderste behuizing afzonderlijk op de leiding schroeven. Bevestig de bovenste
en onderste behuizing vervolgens weer met de bouten aan elkaar, waarbij u de
voorgeschreven momentwaarden aanhoudt. Denk eraan dat de pakkingen
moeten worden vervangen nadat de bouten erop zijn aangedraaid. Deze
alternatieve systeeminstallatie vereist dus altijd vervanging van de pakking.
Hygiënische afdichtingen
Goedkeuringen voor hygiënische toepassingen
De geleverde hygiënische afdichtingen met 3-A-goedkeuring zijn voorzien van
een 3-A-symbool.
Tankspuds van klemtype
Bij afdichtingen met een tankspud van het klemtype worden de instructies voor
het op de tank lassen van de tankspud meegeleverd met de tankspud. Zie voor de
lasprocedure de naslaghandleiding “Rosemount 1199 Diaphragm Seal Systems”
(publicatienummer 00809-0100-4002). Deze bevat richtlijnen voor het lassen
van tankspuds.
7
Snelstartgids
De klem en pakking dienen door de gebruiker te worden aangeschaft. De
maximale nominale druk voor het systeem is afhankelijk van het kleminstrument.
De klem en O-ring worden met de tankspud-afdichting meegeleverd. Breng de
klem aan en draai de verbinding handvast aan.
Tankspuds van flenstype
Bij het aansluiten van de procesflens op de bijpassende flens moeten de bouten
volgens de specificaties van ANSI B16.5 of de voor de flenzen geldende eisen
worden aangehaald.
Zadelafdichtingen
Installatieprocedure voor de onderste behuizing
Bij leidingen van 4 in. wordt de onderste behuizing direct in de procesleiding gelast.
Bij leidingen van 2 in. en 3 in. wordt de onderste behuizing op de procesleiding gelast.
De bovenste behuizing moet van het systeem worden verwijderd wanneer de
onderste behuizing in de procesleiding wordt vastgelast. Wacht totdat de verbinding
is afgekoeld voordat u de bovenste behuizing van de afdichting installeert.
Installatieprocedure voor de bovenste behuizing
De voorgeschreven momentwaarde voor al het boutmateriaal van de bovenste
behuizing van de zadelafdichting is 20 Nm (180 in.-lb.). Omdat de klant de bouten van
de bovenste behuizing tijdens installatie moet aanhalen, heeft elke zadelafdichting
een label waarop de voorgeschreven momentwaarde staat vermeldt.
Juli 2015
Installeren van pakkingen
Zadelafdichtingen worden standaard geleverd met een pakking. Zorg bij het
aansluiten van de bovenste en onderste behuizing dat u de pakking goed recht op
het pakkingvlak legt.
TFS-inline-afdichting, type wafel
Verbindingstypen
De inline flow-through-afdichting wordt met een flens, klem of uitwendige
schroefdraadverbinding op de procesleiding aangesloten.
Flensverbinding
De flow-through-afdichting komt tussen de twee procesflenzen te liggen
vanwege de procesverbinding met flens. De bouten moeten worden aangehaald
volgens de specificaties van ANSI B16.5 of EN 1092-1, JIS B 2210 voor het
aanhalen van flenzen. De vereiste momentwaarden zijn afhankelijk van het
pakkingmateriaal en de oppervlakteafwerking van de bouten en moeren, die
door de klant dienen te worden aangeschaft.
Instellen van het transmitterbereik
Zie de handleiding “Rosemount 1199 Diaphragm Seal Systems” (publicatienummer
00809-0100-4002) voor het correct instellen van het bereik voor enkelvoudige
afdichtingen voor open vaten en dubbele afdichtingen voor drukvaten.
8
Juli 2015
Afdichtingstypen 1199
Afdichtingsconstructies met flens
FFW-afdichting met verzonken flens
RFW-afdichting met flens
EFW-afdichting met verlengde flens
PFW platte (‘pancake’) afdichting
FCW-afdichting met verzonken flens — pakkingvlak met Ring Type Joint (RTJ)
RCW-afdichting met flens, met Ring Type Joint (RTJ)
FUW- en FVW-afdichtingen met verzonken flens
Afdichtingsconstructies met schroefdraadverbinding
RTW-afdichting met schroefdraad
HTS-afdichting met uitwendige schroefdraad
Hygiënische afdichtingsconstructies
SCW hygiënische afdichting, type Tri-Clover, Tri Clamp
SSW hygiënische afdichting met tankspud
STW hygiënische afdichting met tankspud, dunne wand
EES hygiënische verlengde afdichting, tankspud met flens
VCS Tri Clamp-inline-afdichting
SVS Varivent
SHP hygiënische afdichting voor Cherry-Burrell “I”-leiding
SLS-zuivelprocesverbinding — afdichting met inwendige schroefdraad conform
DIN 11851
®
-compatibele afdichting voor hygiënische verbinding
Snelstartgids
Speciale afdichtingsconstructies
WSP-zadelafdichting
UCP-afdichtingen, op buis te monteren, met inwendige schroefdraad en
PMW-hulsafdichtingen voor papierfabrieken
CTW chemische afdichting voor T-verbinding
TFS-inline-afdichting, type wafel
WFW flow-through-afdichting met flens