Deze handleiding bevat elementaire richtlijnen voor de Rosemount 0085 buisklemsensor. Hij bevat
geen instructies voor configuratie, diagnostiek, onderhoud, reparatie of probleemoplossing of voor
explosieveilige, drukvaste of intrinsiek veilige (I.S.) installaties. Raadpleeg Emerson.com/Rosemount.
Als er een Rosemount 0085 sensor is besteld die op een temperatuurtransmitter is gemonteerd,
raadpleeg dan de bijbehorende snelstartgids voor informatie over configuratie encertificeringen voor
explosiegevaarlijke locaties.
WAARSCHUWING
Fysieke toegang
Onbevoegd personeel kan aanzienlijke schade aan en/of onjuiste configuratie van de apparatuur van
eindgebruikers veroorzaken. Dit kan opzettelijk of onopzettelijk zijn en hiertegen moet een beveiliging
bestaan.
Fysieke beveiliging is een belangrijk onderdeel van elk beveiligingsprogramma en is van fundamenteel
belang om uw systeem te beschermen. Beperk de fysieke toegang door onbevoegd personeel om de
bedrijfsmiddelen van eindgebruikers te beschermen. Dit geldt voor alle in de faciliteit gebruikte
systemen.
A. Transmitter
B. Sensor met veerbelaste adapter
C. Nippelkoppelstuk verlengstuk
D. Moer
Snelstartgids3
E. O-ring
F. Montagehardware
G. Inlay voor corrosiebescherming (optioneel)
H. Buisklem
SnelstartgidsFebruari 2020
2Locatie en montagerichting
• De buisklemsensor moet worden gemonteerd op het buitengedeelte
van de leiding waar het procesmedium in contact is met de binnenkant
van de buiswand.
• Controleer of het leidingoppervlak vrij is van verontreinigingen.
• De buisklemsensor moet stevig worden gemonteerd, zodat hij na
installatie niet kan gaan draaien.
• Om de beschermingsgraad te garanderen, kan de moer van de
Rosemount 0085 buisklemsensor worden aangedraaid zodat de O-ring
wordt samengedrukt en een afdichting vormt. De moer kan worden
bereikt en vastgezet door de sensor en het nippelkoppelstuk van het
verlengstuk te verwijderen. Zie Explosietekening Rosemount 0085
buisklemsensorconstructie voor de locatie van elk onderdeel.
2.1Horizontale oriëntatie
Voor toepassingen met geheel gevulde leiding kan de Rosemount 0085
buisklemsensor in elke montagerichting worden gemonteerd, de beste
manier is echter om de buisklemsensor aan de bovenste leidinghelft te
monteren.
Figuur 2-1: Horizontale oriëntatie
Geheel gevulde leiding
4Emerson.com/Rosemount
Gedeeltelijk gevulde leiding
360°
Recommended
Zone
Februari 2020Snelstartgids
2.2Verticale oriëntatie
De buisklemsensor kan in elke gewenste positie rondom de omtrek van de
leiding worden gemonteerd.
Snelstartgids5
360°
SnelstartgidsFebruari 2020
Figuur 2-2: Verticale oriëntatie
2.3Speciale overwegingen
In de meeste gevallen kan de Rosemount 0085 buisklemsensor in een
directe montageconfiguratie worden aangebracht. Omdat de warmte
vanuit het proces via de buisklemsensor wordt overgedragen op de
transmitterbehuizing kan worden overwogen om, als naar verwachting de
procestemperatuur de gespecificeerde limiet zal naderen of overstijgen, een
externe montageconfiguratie te gebruiken om zo de transmitter te isoleren
van het proces. Zie de naslaghandleiding van de betreffende transmitter
voor temperatuureffecten.
6Emerson.com/Rosemount
Februari 2020Snelstartgids
Figuur 2-3: Buisklemsensorconstructie in externe montageconfiguratie
Bij draadloze transmitters met externe antennes zijn meerdere
antenneconfiguraties mogelijk. Voor een goede communicatie met andere
apparaten moeten draadloze transmitters zich altijd op een afstand van circa
3 ft. (1 m) van grote constructies of gebouwen bevinden. Draadloze
transmitters met externe antenne moeten verticaal worden geplaatst, recht
omhoog of recht omlaag.
Snelstartgids7
SnelstartgidsFebruari 2020
Figuur 2-4: Montagerichting draadloze transmitter
8Emerson.com/Rosemount
A
D
B
C
A
D
B
C
Februari 2020Snelstartgids
3Buisklemsensor installeren
Kies de montagelocatie voor de installatie van de buisklemsensor, op basis
van de overwegingen beschreven in Horizontale oriëntatie. Monteer de
buisklemsensor op de leiding en draai de bouten aan. Zorg dat de sensor
door de opening in de buisklem steekt en dat er direct contact is tussen de
sensortip en de leiding. Zie Figuur 2-3 voor verdere informatie. Haal de
bouten aan om de buisklemsensor op de leiding vast te zetten.
Figuur 3-1: Contact tussen sensortip en leiding
Goed
Fout
A. Sensor
B. Verlengstuk buisklem
C. Buisklem
D. Buis
Snelstartgids9
SnelstartgidsFebruari 2020
3.1Transmitter installeren
Raadpleeg de naslaghandleiding van de betreffende transmitter voor
instructies over het installeren van de sensor-transmitter.
Figuur 3-2: Afsluiten van sensorbedrading
3.2Transmitter in bedrijf stellen
Zie de naslaghandleiding van betreffende transmitter voor instructies over
het in bedrijf stellen van de transmitter.
10Emerson.com/Rosemount
A
B
C
D
E
Februari 2020Snelstartgids
4Optionele accessoires installeren
Inlay voor corrosiebescherming
De inlay voor corrosiebescherming is een extra beschermlaag om het risico
op corrosie vanwege ongelijksoortige metalen tussen de buisklem en de
leiding verder te minimaliseren. De inlay wordt aangebracht tussen de
buisklem en de leiding. Controleer na de installatie of de sensor vrij in de
opening in de beschermende inlay ligt.
Figuur 4-1: Buisklemsensorconstructie met beschermende inlay
A. Verlengstuk buisklem
B. Buisklem
C. Sensor
D. Inlay voor corrosiebescherming
E. Buis
Snelstartgids11
SnelstartgidsFebruari 2020
4.1Vervangende sensor
Procedure voor vervanging van de veerbelaste sensor in de buisklemsensor.
Voor vervanging kan de veerbelaste sensor worden besteld onder
raadpleging van het productgegevensblad voor de Rosemount 0085
buisklemsensor.
Procedure
1. Draai de oude sensor los van het verlengstuk van de buisklem en
verwijder deze.
2. Breng leidingkit of PTFE-tape aan (als de lokale voorschriften voor
leidinginstallatie dit toestaan) op de schroefdraad van de nieuwe
sensor.
3. Steek de nieuwe sensor in het verlengstuk van de buisklemsensor en
zorg dat de sensortip door de opening in de buisklem wordt
gestoken. Zie Vervangende sensor voor verdere informatie.
4. Schroef de sensor op zijn plaats en haal aan tot 24 ft-lbs.
12Emerson.com/Rosemount
Februari 2020Snelstartgids
5Overwegingen bij toepassing van de
Rosemount X-well™ Technology
De Rosemount X-well Technology dient voor
temperatuurbewakingstoepassingen en is niet bedoeld voor regel- of
veiligheidstoepassingen. Hij is verkrijgbaar voor de Rosemount 3144P
temperatuurtransmitter en de 648 draadloze temperatuurtransmitter in een
in de fabriek geïnstalleerde configuratie voor directe montage met een
Rosemount 0085 buisklemsensor. Deze technologie kan niet worden
gebruikt in een configuratie voor montage op afstand.
De Rosemount X-well Technology werkt alleen volgens de specificaties met
een in de fabriek gemonteerde Rosemount 0085 buisklemsensor met
zilveren uiteinde, enkel sensorelement en een verlengstuk van 80 mm. De
technologie werkt niet volgens de specificaties bij gebruik met andere
sensoren. Installatie en gebruik van een onjuiste sensor zal resulteren in
onnauwkeurige berekeningen van de procestemperatuur. Het is van groot
belang dat de bovenstaande vereisten en onderstaande installatiestappen
worden opgevolgd om ervoor te zorgen dat de Rosemount X-well
Technology werkt volgens de specificaties.
In het algemeen moeten de 'best practices' voor buisklemsensorinstallatie
worden gevolgd (zie Locatie en montagerichting voor meer
bijzonderheden), evenals de specifieke vereisten voor de Rosemount-X-well
Technology zoals hierna beschreven:
• Voor een correcte werking van de Rosemount X-well-technologie is
directe montage van de transmitter op de buisklemsensor vereist. Figuur
5-1 toont een transmitter/buisklemconstructie in een directe
montageconfiguratie.
Snelstartgids13
SnelstartgidsFebruari 2020
Figuur 5-1: Buisklemsensorconstructie in directe montageconfiguratie
• De constructie mag niet in de buurt van dynamische externe
temperatuurbronnen zoals een ketel of verwarming worden
geïnstalleerd.
• De buisklemsensor maakt rechtstreeks contact met het
leidingoppervlak. Ophoping van vocht tussen de sensor en het
leidingoppervlak of de ophanging van de sensor in de constructie kan
onnauwkeurige berekeningen van de procestemperatuur veroorzaken.
Zie Buisklemsensor installeren voor meer informatie over goed contact
van de sensor met het leidingoppervlak.
• Om warmteverlies te voorkomen, moeten de sensorklemconstructie en
het sensorverlengstuk tot aan de transmitterkop worden geïsoleerd
(minimale dikte van ½ inch met R-waarde van > 0,42 m2 × K/W). Breng
aan beide zijden van de buisklemsensor ten minste zes inch
isolatiemateriaal aan. Zorg dat er zo min mogelijk ruimte is tussen het
isolatiemateriaal en de leiding. Zie Figuur 5-2 voor meer informatie.
14Emerson.com/Rosemount
Februari 2020Snelstartgids
Figuur 5-2: Buisklemisolatie
Opmerking
De isolatie NIET AANBRENGEN over de transmitterkop.
• Hoewel dit de fabrieksconfiguratie is, moet u toch controleren of de
RTD-sensor van de buisklem is geconfigureerd met de correcte
bedrading. Raadpleeg de naslaghandleiding van de betreffende
transmitter voor de correcte draadconfiguraties.
Snelstartgids15
SnelstartgidsFebruari 2020
6Productcertificeringen
Rev 1.14
6.1Informatie over Europese richtlijnen
Achter in deze snelstartgids vindt u een exemplaar van de EUconformiteitsverklaring. De meest recente revisie van de EUconformiteitsverklaring vindt u op Emerson.com/Rosemount.
6.2Certificering voor normale locaties
De transmitter is volgens de standaardprocedure onderzocht en getest door
een nationaal erkend onderzoekslaboratorium (NRTL) dat is geaccrediteerd
door de Amerikaanse Occupational Safety and Health Administration
(OSHA). Daarbij is vastgesteld dat het ontwerp voldoet aan de fundamentele
brandveiligheidseisen en de elektrische en mechanische vereisten.
6.3Noord-Amerika
De Amerikaanse National Electrical Code® (NEC) en de Canadese Electrical
Code (CEC) staan toe dat apparatuur met divisiemarkering wordt gebruikt in
zones en dat apparatuur met zonemarkering wordt gebruikt in divisies. De
markeringen moeten geschikt zijn voor de zoneclassificatie alsmede de gasen temperatuurklasse. Deze informatie is duidelijk vastgelegd in de
betreffende codes.
XP CL I, DIV 1, GP B, C, D, T6; DIP CL II/III, DIV 1, GP E, F, G,
T6; Type 4X; installatie volgens 00068-0013
1063635
CAN/CSA C22.2 nr. 0-M91, CSA-norm C22.2 nr. 25-1966,
CSA-norm C22.2 nr. 30-M1986, CSA- norm C22.2 nr. 94-M91,
CSA-norm C22.2 nr. 142-M1987, CSA-norm C22.2 nr. 213M1987
Februari 2020Snelstartgids
Markeringen
6.5Europa
E1 ATEX drukvast
Certificaat
Normen
Markeringen
Zie ‘Grenswaarden procestemperatuur’ voor de procestemperaturen.
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X)
1. Zie certificaat voor bereik omgevingstemperatuur.
2. Het niet-metalen label kan elektrostatisch geladen raken en een
3. Bescherm het lcd-deksel tegen stootenergieën van meer dan 4 joule.
4. Drukvaste naden zijn niet bedoeld voor reparatie.
5. Er moet een geschikte behuizing met de certificering Ex d of Ex tb
XP klasse I groep B, C en D; DIP klasse II groep E, F, G; klasse III;
klasse I div. 2 groep A, B, C, D; klasse I zone 1 groep IIB+H2;
klasse I zone 2 groep IIC; installatie volgens 00068-0033
FM12ATEX0065X
EN60079-0:2012 A11:2013, EN 60079-1:2014
II 2 G Ex d IIC T6…T1 Gb
ontstekingsbron vormen in omgevingen van groep III.
worden aangesloten op temperatuursondes met behuizingsoptie
"N".
6. De eindgebruiker moet zorgen dat de uitwendige
oppervlaktetemperatuur op de apparatuur en de hals van de DINuitvoering van de sensorsonde niet boven de 130 °C kan stijgen.
7. Niet-standaard lakopties kunnen risico’s in verband met
elektrostatische ontlading veroorzaken. Vermijd installaties die
elektrostatische lading op gelakte oppervlakken veroorzaken en
reinig gelakte oppervlakken alleen met een vochtige doek. Neem
contact op met de fabrikant voor meer informatie als de lak is besteld
via een speciale optiecode.
I1 ATEX intrinsieke veiligheid
Certificaat:
Normen:
Markerin-
Baseefa16ATEX0101X
EN 60079-0:2012+A11:2013, EN 60079-11:2012
II 1 G Ex ia IIC T5/T6 Ga ZIE CERTIFICAAT VOOR SCHEMA
gen:
Thermokoppels; Pi = 500 mWT6 60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C
RTD’s; Pi = 192 mWT6 60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C
Snelstartgids17
SnelstartgidsFebruari 2020
RTD’s; Pi = 290 mWT6 60 °C ≤ Ta ≤ +60 °C
T6 60 °C ≤ Ta ≤ +70 °C
Speciale voorwaarde voor gebruik (X)
1. De apparatuur moet geïnstalleerd zijn in een behuizing die een
beschermingsgraad van ten minste IP20 biedt.
6.6Internationaal
E7 IECEx drukvast
Certificaat
Normen
Markeringen
IECEx FMG 12.0022X
IEC60079-0:2011, IEC60079-1:2014
Ex db IIC T6…T1 Gb
Zie ‘Grenswaarden procestemperatuur’ voor de procestemperaturen.
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X)
1. Zie certificaat voor bereik omgevingstemperatuur.
2. Het niet-metalen label kan elektrostatisch geladen raken en een
ontstekingsbron vormen in omgevingen van groep III.
3. Bescherm het lcd-deksel tegen stootenergie van meer dan 4 joule.
4. Drukvaste naden zijn niet bedoeld voor reparatie.
5. Er moet een geschikte behuizing met de certificering Ex d of Ex tb
worden aangesloten op temperatuursondes met behuizingsoptie
"N".
6. De eindgebruiker moet zorgen dat de uitwendige
oppervlaktetemperatuur opde apparatuur en de hals van de DINuitvoering van de sensorsonde niet boven de 130 °C kan stijgen.
7. Niet-standaard lakopties kunnen risico’s in verband met
elektrostatische ontlading veroorzaken. Vermijd installaties die
elektrostatische lading op gelakte oppervlakken veroorzaken en
reinig gelakte oppervlakken alleen met een vochtige doek. Neem
contact op met de fabrikant voor meer informatie als de lak is besteld
via een speciale optiecode.
18Emerson.com/Rosemount
Februari 2020Snelstartgids
6.7Brazilië
E2 INMETRO drukvast
Certificaat
Normen
Markeringen
Speciale voorwaarden voor veilig gebruik (X)
1. Zie de productbeschrijving voor informatie over de grenzen aan de
omgevings- en procestemperatuur.
2. Het niet-metalen label kan elektrostatisch geladen raken en een
ontstekingsbron vormen in omgevingen van groep III.
3. Bescherm het lcd-deksel tegen stootenergieën van meer dan 4 joule.
4. Er moet een geschikte behuizing met de certificering Ex d of Ex tb
worden aangesloten op temperatuursondes met behuizingsoptie
"N".
5. De eindgebruiker moet zorgen dat de uitwendige
oppervlaktetemperatuur op de apparatuur en de hals van de DINuitvoering van de sensorsonde niet boven de 130 °C kan stijgen.
6. Raadpleeg zo nodig de fabrikant voor informatie over de afmetingen
van de drukvaste naden.
Ex db IIC T6…T1 Gb T6…T1(–50 °C ≤ Ta ≤ +40 °C), T5…T1(–
50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C)
Ex tb IIIC T130 °C Db (–40 °C ≤ Ta ≤ +70 °C)
6.8
Snelstartgids19
EAC
EM Explosieveilig/drukvast
Markeringen
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X)
1. Zie certificaat.
IM Intrinsieke veiligheid
Markeringen:
1Ex d IIC T6...T1 Gb X; T6 (–55 °C tot 40 °C), T5...T1 (–55 °C
tot 60 °C) IP66, IP68
Ex ia IIC T5/T6 Ga X; T5, Pi = 0,29 W, (–60 °C tot +70 °C); T6, P
= 0,29 W, (–60 °C tot +60 °C); T6, Pi = 0,192W, (–60 °C tot +70
°C)
i
SnelstartgidsFebruari 2020
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X)
1. Zie certificaat.
KM Combinatie van EM, IM en stofontstekingsbestendig
Markeringen:
Ex tb IIIC T130 °C Db X (–60 °C tot +70 °C)
Markeringen voor zowel EM en IM hierboven zijn in deze op-
tie opgenomen.
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X)
1. Zie certificaat.
6.9Korea
EP Explosieveilig/drukvast
Certificaat
Markeringen
13-KB4BO-0560X
Ex d IIC T6…T1; T6 (–50 °C≤ T
T
≤ +60 °C
amb
Speciale voorwaarde voor veilig gebruik (X)
1. Zie certificaat.
6.10Grenswaarden procestemperatuur
Tabel 6-1: Alleen sensor (geen transmitter geïnstalleerd)
Lengte
verlengstuk
Elke verlengde
lengte
T6T5T4T3T2T1T130 °C
85100135200300450130
Procestemperatuur (°C)
GasStof
≤ +40 °C), T5…T1(–50 °C≤
amb
Tabel 6-2: Transmitter
Lengte
verleng-
stuk
Geen ver-
lengstuk
20Emerson.com/Rosemount
T6T5T4T3T2T1T130 °C
5570100170280440100
Procestemperatuur (°C)
GasStof
Februari 2020Snelstartgids
Tabel 6-2: Transmitter (vervolg)
Lengte
verleng-
stuk
Verleng-
stuk van 3
inch
Verleng-
stuk van 6
inch
Verleng-
stuk van 9
inch
T6T5T4T3T2T1T130 °C
5570110190300450110
6070120200300450110
6575130200300450120
Procestemperatuur (°C)
GasStof
Door te voldoen aan de procestemperatuurlimieten van Tabel 6-3 zorgt u
dat de bedrijfstemperatuurbeperkingen van de LCD-afdekking niet worden
overschreden. Procestemperaturen mogen de grenswaarden overschrijden
die zijn gedefinieerd in Tabel 6-3 als is gecontroleerd dat de temperatuur
van het LCD-deksel de bedrijfstemperaturen niet overschrijdt zoals
gespecificeerd in Tabel 6-4 en dat de procestemperaturen niet hoger zijn
dan zoals gespecificeerd in Tabel 6-2.
Tabel 6-3: Transmitter met LCD-deksel - procestemperatuur (°C)
Lengte verleng-
stuk
Geen verlengstuk55709595
Verlengstuk van 3
inch
Verlengstuk van 6
inch
Verlengstuk van 9
inch
T6T5T4...T1T130 °C
5570100100
6070100100
6575110110
GasStof
Tabel 6-4: Transmitter met LCD-deksel - bedrijfstemperatuur (°C)
Lengte verleng-
stuk
Geen verlengstuk65759595
Snelstartgids21
T6T5T4...T1T130 °C
GasStof
SnelstartgidsFebruari 2020
6.11Verklaring van overeenstemming
Figuur 6-1: Verklaring van overeenstemming voor Rosemount 0085
buisklemsensor
22Emerson.com/Rosemount
Februari 2020Snelstartgids
Snelstartgids23
Latin America Regional Office
Emerson Automation Solutions
1300 Concord Terrace, Suite 400
Sunrise, FL 33323, USA
Emerson Terms and Conditions of Sale are
available upon request. The Emerson logo is a
trademark and service mark of Emerson Electric
Co. Rosemount is a mark of one of the Emerson
family of companies. All other marks are the
property of their respective owners.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.