Roland DR-880 User Manual [nl]

Owner’s Manual
Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw keuze van de BOSS DR-880 Dr. Rhythm.
Lees alvorens dit toestel te gebruiken aandachtig de volgende pagina's:
• VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL (p. 2–3)
• BELANGRIJKE OPMERKINGEN (p. 4–5)
Deze pagina's bevatten belangrijke informatie i.v.m. de correcte bediening van het toestel.
Om zeker te zijn dat u alle functies van uw nieuwe toestel voldoende beheerst, dient u de handleiding in haar geheel te lezen. Bewaar de handleiding binnen handbereik als een handige referentie.
Opmaak van deze handleiding
• Tekst of een cijfer tussen rechte haken [ ] verwijst naar toetsen.
[EFFECT] EFFECT-toets
[PATTERN] PATTERN-toets
• Referenties zoals (p. **) verwijzen naar andere pagina's in deze handleiding.
Copyright © 2004 BOSS CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag, in welke vorm dan ook, worden gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van BOSS CORPORATION.
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
INSTRUCTIES TER VOORKOMING VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING VAN PERSONEN
Over
WAARSCHUWING en OPGEPAST
Wordt gebruikt voor instructies die de
WAAR­SCHUWING
OPGEPAST
gebruiker wijzen op levensgevaar of ernstige verwondingen bij onjuist gebruik van het toestel.
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op het risico op verwondingen of materiële schade bij onjuist gebruik van het toestel.
* Materiële schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten die aan het huis en de hele inboedel, huisdieren inbegrepen, worden toegebracht.
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN ACHT
Over de Symbolen
Het -symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het symbool hier links duidt op algemene verwittigingen of waar­schuwingen, of vestigt de aandacht op gevaar.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies verboden is. Het symbool hier links betekent dat het toestel nooit mag worden gedemonteerd.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die moeten worden uitgevoerd. De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies dient te gebeuren. Het symbool hier links betekent dat de stekker van de stroomkabel moet worden uitgetrokken.
Waarschuwing Waarschuwing
001
• Lees onderstaande instructies en de handleiding voor u dit toestel gebruikt.
..................................................................................................
002c
• Maak het toestel of de adapter niet open en breng geen wijzigingen aan.
..................................................................................................
003
• Probeer het toestel niet zelf te herstellen of vervang geen onderdelen (behalve als deze handleiding specifieke instructies hiertoe geeft). Wend u voor onderhoud steeds tot uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland­verdeler (zie 'Informatie').
..................................................................................................
004
• Gebruik of bewaar het toestel nooit op plaatsen die:
• onderhevig zijn aan extreme
temperaturen (bv. direct zonlicht in een gesloten voertuig, bij een verwarmingsbuis, op een warmtebron);
• vochtig zijn (bv. badkamer,
wasplaats, natte vloer);
•nat zijn;
• blootgesteld zijn aan regen;
• stoffig zijn;
• blootgesteld zijn aan sterke
trillingen.
..................................................................................................
007
• Zorg ervoor dat dit toestel altijd waterpas en stabiel staat. Plaats het nooit op een wankel statief, of op een hellend oppervlak.
..................................................................................................
008c
• Gebruik alleen de adapter die bij het toestel wordt geleverd. Zorg er ook voor dat de netspanning overeenstemt met de ingangsspanning die op de adapter vermeld staat. Sommige adapters gebruiken een verschillende polariteit of zijn voor een andere spanning ontworpen. Het gebruik van dergelijke adapters kan schade, defecten of elektrische schokken veroorzaken.
..................................................................................................
009
• Plooi of buig de stroomkabel niet overmatig en plaats er geen zware voorwerpen op. Anders zou de kabel beschadigd kunnen raken, wat schade en kortsluiting zou veroorzaken. Bij beschadigde kabels is er gevaar voor brand of schokken!
..................................................................................................
010
• Dit toestel kan, al dan niet in combinatie met een versterker en een hoofdtelefoon of luidsprekers, mogelijk een geluidsniveau produceren dat permanente gehoorschade kan veroorzaken. Vermijd langdurig gebruik bij een hoog of onaangenaam volumeniveau. Als u gehoorverlies of suizende oren gewaarwordt, stop dan meteen het gebruik van dit toestel en raadpleeg een oorspecialist.
..................................................................................................
011
• Zorg dat er geen voorwerpen (bv. brandbare materialen, muntstukken, spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank enz.) in het toestel kunnen binnendringen.
2
Waarschuwing
012b
Zet het toestel onmiddellijk uit, haal de adapter uit het stopcontact en vraag een nazicht bij uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland-verdeler (zie onder “Informatie”) indien:
• de adapter, de stroomkabel of de stekker beschadigd zijn;
• rook of ongewone geuren vrijkomen;
• voorwerpen of vloeistof in het toestel terechtgekomen zijn;
• het toestel in de regen heeft gestaan (of op een andere manier nat is geworden);
• het toestel niet normaal schijnt te werken of een duidelijke verandering in prestaties vertoont.
..................................................................................................
013
In gezinnen met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden tot de kinderen zelf alle essentiële regels voor een veilig gebruik van het toestel kunnen volgen.
..................................................................................................
014
• Bescherm het toestel tegen zware schokken.
(Laat het niet vallen!)
..................................................................................................
015
• Vermijd om dit toestel samen met een overdreven aantal andere toestellen op hetzelfde stopcontact aan te sluiten. Wees vooral voorzichtig met verlengsnoeren: het totale vermogen van alle toestellen die u op het verlengsnoer aansluit, mag nooit het nominale vermogen (watt/ampère) van het verlengsnoer overschrijden. Een overdreven belasting kan de isolatie van het snoer doen opwarmen en zelfs doen doorsmelten.
..................................................................................................
016
• Voor u dit toestel in het buitenland gebruikt, raadpleegt u best uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland­verdeler (u vindt een lijst onder "Informatie").
..................................................................................................
023
• Speel een cd-rom niet af op een gewone audio-cd-speler. Het geluidsniveau zou zo hoog kunnen zijn dat het permanente gehoorschade veroorzaakt. Ook beschadiging van luidsprekers of andere apparaten is mogelijk.
..................................................................................................
Opgepast
101b
• Het toestel en de adapter moeten zo geplaatst worden dat ze goed verlucht kunnen worden.
..................................................................................................
102c
• Neem de adapterkabel altijd uitsluitend bij de stekker vast als u hem in een stopcontact of in dit toestel steekt of hem er uittrekt.
..................................................................................................
103b
• Op gezette tijden moet u de adapter loskoppelen en met een droge doek schoonmaken om al het stof en ander vuil van de pinnen te verwijderen. Trek de stekker ook uit het stopcontact als het apparaat voor een langere tijd niet gebruikt wordt. Als er zich tussen de stekker en het stopcontact stof ophoopt, wordt de isolatie minder betrouwbaar en is er mogelijk brandgevaar.
..................................................................................................
104
• Tracht te voorkomen dat kabels en snoeren verstrikt geraken. Houd alle kabels en snoeren ook buiten het bereik van kinderen.
..................................................................................................
106
• Klim nooit op het toestel en plaats er geen zware voorwerpen op.
..................................................................................................
107c
• Neem de adapter of de stekker nooit met natte handen vast als u hem in een stopcontact of in dit toestel steekt, of hem loskoppelt.
..................................................................................................
108b
• Voor u het toestel verplaatst, dient u de adapter en alle kabels van externe apparaten los te koppelen.
..................................................................................................
109b
• Schakel het toestel uit en haal de adapter uit het stopcontact, alvorens het toestel schoon te maken.
..................................................................................................
110b
• Trek de adapter uit het stopcontact wanneer u gevaar voor blikseminslagen in uw buurt vermoedt.
..................................................................................................
3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
Behalve de punten onder “VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL” op pagina 2–3 moet u ook het volgende lezen en naleven:
Stroomvoorziening
301
• Sluit dit toestel niet aan op een stopcontact dat al gebruikt wordt door een apparaat met een omvormer (zoals een koelkast, wasmachine, magnetron of airco) of met een motor. Naar gelang van de manier waarop dit elektrische apparaat wordt gebruikt, kan de stroombron storingen of een hoorbaar gebrom veroorzaken. Als het niet haalbaar is om een apart stopcontact te gebruiken, sluit dan een ontstoringsfilter aan tussen dit toestel en het stopcontact.
302
• De adapter zal bij langdurig, ononderbroken gebruik opwarmen. Dat is normaal, dus u hoeft zich geen zorgen te maken.
307
• Voor u dit toestel op andere apparaten aansluit, dient u alle toestellen uit te schakelen. Zo voorkomt u defecten en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten.
Plaatsing
351
• Het gebruik van dit apparaat in de buurt van versterkers (of andere apparatuur met grote stroomtransformators) kan gebrom veroorzaken. In dat geval kunt u het toestel anders richten of verder van de bron van interferentie plaatsen.
352a
• Dit toestel kan de ontvangst van radio of televisie verstoren. Gebruik dit toestel niet in de buurt van dergelijke ontvangers.
352b
• Storing kan optreden als apparaten voor draadloze communicatie, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit toestel worden gebruikt. Deze storingen kunnen voorkomen bij een inkomende of uitgaande oproep, of tijdens het gesprek. Als u dit probleem hebt, kunt u de draadloze apparaten verder uit de buurt van het toestel plaatsen of uitschakelen.
354a
• Stel het toestel niet aan direct zonlicht bloot, zet het niet naast een warmtebron, laat het niet in een afgesloten voertuig staan of stel het op geen enkele wijze aan extreme temperaturen bloot. Overmatige hitte kan het toestel vervormen of verkleuren.
355b
• Wanneer het toestel verplaatst wordt naar een plek waar de temperatuur en/of vochtigheid erg verschillend is, kunnen zich waterdruppeltjes (condensatie) in het toestel vormen. Schade of storingen kunnen het gevolg zijn, als u het toestel in deze toestand gebruikt. Laat daarom het toestel een aantal uren staan voor u het gebruikt, tot de condensatie volledig verdampt is.
Onderhoud
401a
• Voor een gewone schoonmaakbeurt gebruikt u een zachte, droge doek, eventueel licht bevochtigd met water. Voor hardnekkig vuil gebruikt u een doek met een mild, niet­agressief detergent. Veeg daarna het toestel goed droog met een zachte, droge doek.
402
• Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of eender welk oplosmiddel, om mogelijke verkleuring en/of vervorming te vermijden.
Herstellingen en data
452
• Houd er rekening mee dat de data in het geheugen van het toestel bij een herstelling gewist kunnen worden. Maak altijd een back­up van belangrijke data met een MIDI­apparaat (bv. een sequencer) of computer, of maak notities (indien mogelijk). Bij reparaties wordt het nodige gedaan om dataverlies te vermijden. Helaas is het soms onmogelijk om data te herstellen (bv. als de schakelingen van het geheugen zelf defect zijn). Roland Corporation wijst elke verantwoordelijkheid voor dergelijk gegevensverlies af.
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Verdere voorzorgen
551
• Onthoud dat de inhoud van het geheugen onherroepelijk verloren kan gaan als gevolg van een defect of verkeerd gebruik van het toestel. Om het risico te vermijden dat u belangrijke gegevens zou verliezen, raden we u aan dat u regelmatig een back-up van dergelijke gegevens maakt met een MIDI­apparaat (bv. een sequencer) of computer.
552
• Gegevens die in het geheugen opgeslagen werden, kunnen jammer genoeg niet hersteld worden als ze eenmaal gewist zijn. Roland Corporation wijst elke verantwoordelijkheid voor dergelijk gegevensverlies af.
553
• Wees voorzichtig genoeg bij het gebruik van de knoppen, schuifknoppen en andere bedieningsorganen, en bij het gebruik van jacks en aansluitingen. Een ruw gebruik kan defecten veroorzaken.
554
• Sla of druk nooit hard op het scherm.
556
• Neem bij het aansluiten en losmaken van de kabels steeds de stekker zelf vast. Trek nooit aan de kabel. Zo voorkomt u kortsluitingen of
561
• Gebruik alleen het juiste zwelpedaal (EV-5; wordt apart verkocht). Als u andere zwelpedalen aansluit, riskeert u storingen of beschadiging van het toestel.
562
• Gebruik een kabel van Roland om de verbinding te maken. Als u een kabel van een andere producent gebruikt, neem dan de volgende voorzorgen:
• Sommige verbindingskabels hebben een
weerstand. Gebruik geen kabels met een weerstand om dit toestel aan te sluiten. Bij het gebruik van een dergelijke kabel kan het geluidsniveau erg laag of onhoorbaar zijn. Contacteer de producent van de kabel voor meer informatie over de specificaties van de kabel.
985
• De verklaringen in deze handleiding gaan gepaard met afbeeldingen van wat op het scherm te zien zou moeten zijn. Het kan echter zijn dat uw toestel een nieuwe, verbeterde versie is (bv. met nieuwe klanken), zodat de schermweergave niet altijd exact overeenstemt met de afbeelding in de handleiding.
schade aan interne elementen van de kabel.
558a
• Probeer het volume op een redelijk niveau te houden, om uw buren niet te storen. U kunt ook een hoofdtelefoon gebruiken, zodat u zich geen zorgen hoeft te maken over de mensen rondom u (vooral later op de avond).
559a
• Als u het toestel gaat vervoeren, verpakt u het indien mogelijk in de oorspronkelijke doos (inclusief vulling). Zoniet dient u voor een gelijkaardige verpakking te zorgen.
....................................................................................................................................................................................
204
* Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
206e
* De screenshots in dit document worden gebruikt overeenkomstig de richtlijnen van Microsoft Corporation.
206j
* Windows® heet officieel “Microsoft® Windows® operating system”.
207
* Apple en Macintosh zijn geregistreerde handelsmerken van Apple Computer, Inc.
209
* Mac OS is een handelsmerk van Apple Computer, Inc.
220
*
Alle productnamen die in deze handleiding genoemd worden zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
231
* OMS is een geregistreerd handelsmerk van Opcode Systems, Inc.
232
* FreeMIDI is een handelsmerk van Mark of the Unicorn, Inc.
Gebruik van cd-roms
801
• Vermijd aanraking van of krassen op de glanzende onderzijde van het schijfje (hier zijn de gegevens opgeslagen). Beschadigde of vuile cd-roms kunnen niet altijd correct gelezen worden. Houd uw cd-roms schoon met een cd-reiniger van een gespecialiseerde winkel.
5
Inhoud
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL.................................................. 2
BELANGRIJKE OPMERKINGEN............................................................ 4
Voornaamste eigenschappen.............................................................. 11
Bedieningspanelen............................................................................... 13
Voorpaneel..................................................................................................................13
Achterpaneel .............................................................................................................. 16
Voor u begint te spelen........................................................................ 17
Het toestel aansluiten................................................................................................ 17
Het toestel in- en uitschakelen.................................................................................18
Het contrast van scherm regelen .............................................................................20
Eerste kennismaking ...........................................21
De demosong beluisteren.................................................................... 22
Gebruik van de pads ............................................................................ 23
Klanken kiezen (een padbank kiezen).................................................................... 23
Patronen spelen.................................................................................... 24
Patronen selecteren en afspelen...............................................................................24
Het tempo regelen .....................................................................................................26
De toonsoort wijzigen ...............................................................................................27
Patronen met andere klanken afspelen (kits selecteren) ......................................28
Klankeigenschappen aanpassen met de TSC-functie ...........................................30
Op uw gitaar/bas meespelen met patronen ....................................... 32
De speciale gitaar/bas-effecten gebruiken ............................................................33
Hoofdstuk 1
Een overzicht van de DR-8...................................35
DR-880 Applicatiegids (van het creëren tot het afspelen van patronen)
................................................................................................................ 36
Patronen en songs ............................................................................... 38
Patronen ......................................................................................................................38
Songs............................................................................................................................39
Kits ...............................................................................................................................40
Padbank.......................................................................................................................41
Over TSC (Total Sound Control) .............................................................................42
Gitaar/bassectie.................................................................................... 43
Gitaareffecten .............................................................................................................43
Signal flow (tot de output van het geluid).......................................... 44
Uitgangen....................................................................................................................45
Output-instellingen ................................................................................................... 45
Typische handelingen en meldingen.................................................. 46
6
Een padbank selecteren ............................................................................................46
De cursor verplaatsen ............................................................................................... 46
Bladeren tussen schermen ........................................................................................46
Een waarde aanpassen .............................................................................................. 47
Het Play-scherm.........................................................................................................47
Hoofdstuk 2
Patronen (afspelen, opnemen, bewerken)............49
Een patroon spelen .............................................................................. 50
Het tempo regelen .....................................................................................................50
De toonsoort wijzigen ...............................................................................................50
De schermweergave wijzigen ..................................................................................51
Een patroon opnemen.......................................................................... 52
Opnemen in real time en stap voor stap ................................................................ 52
Voor u begint te op te nemen...................................................................................52
<1> Selecteer het userpatroon dat u wilt opnemen ..............................................52
<2> De basisopties van het patroon selecteren .....................................................53
<3-1> In real time opnemen .....................................................................................54
<3-2> Stap voor stap opnemen ................................................................................55
<4> Opname van een akkoordenschema ...............................................................58
<5> Opname van een fill-in......................................................................................60
Patronen bewerken (Pattern Edit)....................................................... 61
Een deel van een patroon kopiëren (Copy Measure) ...........................................61
Lege maten in een patroon invoegen (Insert Measure)........................................62
Een deel van een patroon wissen (Erase) ...............................................................63
Ongewenste maten verwijderen (Delete Measure) .............................................. 64
Een patroon opslaan............................................................................ 65
Een naam geven (Pattern Name)............................................................................. 65
Uw patroon bewaren ................................................................................................65
Een patroon kopiëren of wissen ......................................................... 66
Een patroon kopiëren................................................................................................66
Een patroon wissen ...................................................................................................66
Inhoud
Hoofdstuk 3
EZ Compose/Groove Modify................................67
Gebruik van EZ Compose.................................................................... 68
Een patroon creëren................................................................................................... 68
Een akkoordenschema toevoegen ...........................................................................69
Een fill-in toevoegen..................................................................................................70
Gebruik van Groove Modify................................................................. 71
Volumewijzigingen instellen (Velocity Modify) ...................................................71
Ghost notes toevoegen ..............................................................................................72
77
Inhoud
Een shuffle-ritme creëren.......................................................................................... 73
Hoofdstuk 4
Song (opnemen / bewerken / spelen)..................75
Een song opnemen .............................................................................. 76
Voor u begint te op te nemen...................................................................................76
<1> Selectie van de user song die u wilt opnemen...............................................76
<2> Basisinstellingen voor de song......................................................................... 76
<3> Stap-voor-stapopname van een song..............................................................77
Uw song bewaren................................................................................. 79
Uw song een naam geven (Song Name) ................................................................ 79
Uw song wegschrijven.............................................................................................. 79
Een song kopiëren/wissen .................................................................. 80
Een song kopiëren .....................................................................................................80
Een song wissen (Clear)............................................................................................80
Een song afspelen................................................................................ 81
Het tempo regelen .....................................................................................................81
De toonhoogte wijzigen ............................................................................................82
Een loop maken..........................................................................................................82
De schermweergave wijzigen ..................................................................................83
Hoofdstuk 5
Gitaar/bas spelen ...............................................85
Het gebruik van effecten...................................................................... 86
Effect-patches selecteren...........................................................................................86
Een effect-patch bewerken (Patch Edit)..................................................................86
Een effect-patch bewaren/kopiëren.................................................... 88
Uw effect-patch een naam geven ............................................................................ 88
Uw effect-patch wegschrijven..................................................................................88
Een effect-patch kopiëren .........................................................................................89
De stemfunctie en het zwelpedaal ...................................................... 90
Uw gitaar/bas stemmen ...........................................................................................90
Een zwelpedaal als volumepedaal gebruiken .......................................................91
Parameterlijst van de gitaareffecten................................................... 92
GTR MULTI (Guitar multi) ......................................................................................92
BASS MULTI ..............................................................................................................92
ACO (Acoustic) MULTI ............................................................................................ 92
Beschrijving van de effecten.....................................................................................93
Hoofdstuk 6
De TSC-instellingen bewerken .............................99
8
TSC-patches bewerken...................................................................... 100
Bewerken (edit) ........................................................................................................ 100
Een TSC-patch bewaren/kopiëren .................................................... 103
Een patchnaam invoeren ........................................................................................103
Een TSC-patch wegschrijven..................................................................................103
Een TSC-patch kopiëren ......................................................................................... 104
Hoofdstuk 7
Een originele kit samenstellen (Kit Edit) .............105
Een kit bewerken ................................................................................ 106
Selecteer de kit die u wilt bewerken .....................................................................106
De drumpartij bewerken ........................................................................................106
De baspartij bewerken ............................................................................................110
Een kit bewaren/kopiëren .................................................................. 113
Een kit een naam geven ..........................................................................................113
Een kit wegschrijven ...............................................................................................113
Een kit kopiëren .......................................................................................................114
Hoofdstuk 8
Handige functie-en systeeminstellingen..............115
FAVORITE-functie .............................................................................. 116
Uw favorieten oproepen.........................................................................................116
Favorieten toewijzen ............................................................................................... 117
Alle huidige instellingen opslaan...................................................... 118
Systeeminstellingen........................................................................... 119
Het uitgangssignaal regelen (Output Setting)..................................................... 119
De gevoeligheid van de pads regelen (Pad Sens) ...............................................120
De baspartij stemmen.............................................................................................. 120
Voetschakelaars gebruiken..................................................................................... 121
Een aftelling toevoegen...........................................................................................123
Alle patronen en songs met dezelfde kit of TSC-patch afspelen ......................123
Een opstartpatroon instellen .................................................................................. 124
Inhoud
Hoofdstuk 9
Gebruik van MIDI..............................................125
De DR-880 bespelen vanaf een MIDI-apparaat / Een MIDI-apparaat
bespelen vanaf de DR-880................................................................. 126
Het MIDI-kanaal instellen ...................................................................................... 126
De “Volume receive”-optie .................................................................................... 126
De DR-880 met een digitale recorder of een MIDI-sequencer
synchroniseren................................................................................... 128
Sync Mode ................................................................................................................128
99
Inhoud
Een uitvoering op een extern MIDI-apparaat opnemen met de DR-880
.............................................................................................................130
Gegevens van uw MIDI-keyboard of MIDI-pads opnemen .............................130
Gegevens van uw sequencer of ritmebox opnemen ...........................................130
Een bulk dump met de DR-880 versturen of ontvangen................. 131
De Device ID instellen.............................................................................................131
Gegevens van de DR-880 versturen (Bulk Dump)..............................................131
Hoofdstuk 10
Gebruik van USB ..............................................133
Voor u USB gebruikt .......................................................................... 134
Ondersteunde besturingssystemen....................................................................... 134
Opmerkingen over USB..........................................................................................134
Een USB-functie kiezen...........................................................................................134
Een patroon creëren met SMF-data .................................................. 135
Windows-gebruikers...............................................................................................135
Macintosh-gebruikers .............................................................................................137
Een back-up maken............................................................................ 138
Windows-gebruikers...............................................................................................138
Macintosh-gebruikers .............................................................................................139
Een back-up van de computer weer in de DR-880 laden (Recover)141
Windows-gebruikers...............................................................................................141
Macintosh-gebruikers .............................................................................................142
MIDI-boodschappen met uw computer uitwisselen (MIDI-
communicatie) .................................................................................... 143
Installatie van de driver en instellingen...............................................................143
Een USB-functie kiezen...........................................................................................143
Appendices .......................................................145
Fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset).............................. 146
Problemen oplossen .......................................................................... 147
Meldingen op het scherm .................................................................. 148
Parameterlijst...................................................................................... 149
Presets................................................................................................. 151
MIDI-implementatietabel .................................................................... 160
Specificaties........................................................................................ 162
Index .................................................................................................... 163
10
Voornaamste eigenschappen
Hoogwaardige sound
Vlijmscherpe, hoogwaardige klanken
Met de DR-880 wordt het kinderspel om ritmepatronen met drums en bas te spelen. Het toestel biedt 440 hoogwaardige, recente drum-
en percussieklanken plus 40 verschillende basklanken. Een expressieve aanslag stuurt het volume en de klankkleur. Een brede waaier aan expressieve mogelijkheden ligt nu binnen handbereik: creëer nu de meest realistische geluiden, zo krachtig of subtiel als u zelf wenst. Behalve honderd voorgeprogrammeerde drumkits kunt u zelf nog eens honderd kits creëren en opslaan.
“Insert effects” voor gedurfde,
creatieve klankmanipulatie
De drumpartij biedt drie insert effects processors (driebands-equalizer en compressor). Aangezien u aan basdrum, snare en andere instrumenten elk afzonderlijk effecten kunt toekennen, kunt u deze effecten intensief gebruiken voor maximale creatieve mogelijkheden. De baspartij biedt een compressor en COSM­versterker, wat de realistische sound geeft van een bas die door een versterker weerklinkt.
COSM
(Composite Object Sound Modeling)
Composite Object Sound Modeling (COSM) is een originele technologie voor geluidsmodellering die door Roland werd ontwikkeld. De vele factoren die het originele geluid bepalen, zoals de elektrische schakelingen, structurele eigenschappen, gebruikte materialen en akoestische kenmerken worden hierbij
Ritmepatronen en songs
De DR-880 bevat 500 voorgeprogrammeerde ritmepatronen. Daarnaast kunt u nog eens 500 ritmepatronen zelf creëren. Naast opnames in real time of stap voor stap kunt u dankzij de EZ Compose functies of de Groove Modify functie gemakkelijk originele patronen creëren. U kunt verschillende ritmepatronen combineren om een “song” te maken. Het toestel kan maximaal honderd songs opslaan.
EZ Compose
Dankzij de EZ Compose functies kunt u gemakkelijk geavanceerde, originele patronen met bijzonder lekkere ritmes creëren zonder dat u de noten een voor een hoeft in te spelen. Met de drie EZ COMPOSE knoppen op het bedieningspaneel kunt u deze functies combineren.
[PATTERN]
Creëer een origineel ritmepatroon door een frase te selecteren voor elke component (hi-hat, basdrum, snaardrum, percussie en bas).
[CHORD PROGRESSION]
Kies een akkoordenschema voor de baspartij door een geschikte akkoordentemplate te selecteren. Dit is een uiterst eenvoudige manier om een terugkerend akkoordenschema of bluesschema in te stellen.
[FILL IN]
Het toestel biedt een rijke verzameling overgangen, van korte fill-ins tot overgangen van een hele maat. Kies gewoon een geschikte overgang en voeg hem toe aan het ritmepatroon.
TSC-functie (Total Sound Control)
De TSC-functie regelt het algemene karakter van het geluid en de galm. Met de stereo driebands­equalizer en hoogwaardige reverb verkrijgt u om het even welke sfeer, van een natuurlijke sound tot de galm van allerlei grote ruimtes. De TSC-instellingen worden als patches opgeslagen en zijn gemakkelijk te wisselen. Er zijn twintig voorgeprogrammeerde patches en u kunt er ook twintig zelf creëren en opslaan.
Groove Modify functie
Met deze functie kunt u gemakkelijk “ghost notes” toevoegen. Als u de noten een voor een zou spelen, zou dat heel wat moeilijker zijn. U kunt Shuffle of Velocity regelen om uw ritmepatroon de perfecte groove te geven.
11
Voornaamste eigenschappen
Gitaar/bas ingang
De DR-880 biedt een gitaar/bas ingang en hoogwaardige, ingebouwde multi-effecten, waaronder een COSM AMP effect. U kunt een gitaar/bas rechtstreeks op de DR-880 aansluiten en met de ritmepatronen meespelen. De gitaar/ bas klinkt even realistisch als wanneer u door een echte versterker speelt. De ingebouwde multi-effectprocessor biedt algoritmes voor elektrische gitaar, akoestische gitaar en bas. De instellingen voor elk effect worden opgeslagen als “patches”. U kunt kiezen uit vijftig voorgeprogrammeerde patches, en u kunt zelf nog eens vijftig patches met uw eigen instellingen opslaan. Er is ook een stemfunctie om uw gitaar/bas te stemmen zolang die is aangesloten.
Gebruiksgemak en talrijke
aansluitingen
Groot, verlicht scherm
Het grote LCD-scherm toont op een duidelijke manier akkoordenschema's, patronen en informatie over gespeelde en bewerkte gegevens.
FAVORITE-functie
Vaak gebruikte patronen, songs of effect-patches kunt u aan een knop toewijzen, zodat ze onmiddellijk beschikbaar zijn. Zo kunt u een patroon/song afspelen of een effect selecteren door gewoon op een knop te drukken. Deze functie biedt vier knoppen x 20 banken, zodat u in totaal 80 patronen, songs of effect-patches kunt toewijzen.
Bediening met een voetschakelaar
U kunt vier voetschakelaars aansluiten (worden apart verkocht). Zelfs terwijl u gitaar of bas speelt, kunt u de DR-880 met uw voeten bedienen – ideaal voor jamsessions of concerten. Als u de voetschakelaars toewijst, kunt u kiezen uit een hele reeks functies, waaronder starten/ stoppen van de weergave, selecteren van patronen, instellen van “tap tempo” of selecteren van gitaareffecten. Sluit een zwelpedaal aan om het volume te regelen of om als wah-wah-pedaal te gebruiken.
Een hele reeks uitgangen
De master output van het toestel biedt behalve gewone jacks ook RCA/cinch-uitgangen, zodat de DR-880 gemakkelijk op allerlei apparaten kan worden aangesloten (waaronder mengpanelen, versterkers en audioapparatuur). Er is ook een coaxiale digitale uitgang, zodat u de output van de DR-880 rechtstreeks in digitale vorm op uw digitale recorder kunt opnemen, zonder verlies aan geluidskwaliteit. Er zijn ook twee individuele uitgangen. Die kunt u gebruiken om enkel de signalen van een aangesloten gitaar/bas naar uw versterker te sturen of om voor een specifiek instrument een externe effectprocessor te gebruiken
USB-aansluiting
Als u de DR-880 via de USB-connector op uw computer aansluit, kunt u SMF-data laden en als ritmepatronen gebruiken. De USB-connector kan ook voor een MIDI-interface worden gebruikt.
Gesynchroniseerde weergave met digitale recorders en MIDI-sequencer
Dankzij MIDI kunt u de DR-880 synchroniseren met digitale recorders, zoals die van de BR­reeks, of met uw MIDI-sequencer. De weergave van een extern MIDI-toestel kunt u met de DR­880 ook opnemen.
Aanslaggevoelige pads
De pads zijn aanslaggevoelig. U kunt het volume of de klank wijzigen naar gelang van de kracht waarmee u de pads aanslaat. Als u een patroon opneemt en u varieert de kracht waarmee u de pads aanslaat, dan kan dat een effect hebben op de sterkte (velocity) van de noten.
12
Bedieningspanelen
Voorpaneel
fig.001-010
11 2 3
7 6
8,9,
10
12,13,14,15,16
17,18,19
20,21,22 23
,24,
25
1. [GUITAR/BASS INPUT]-knop
Regelt het niveau van de gitaar of bas die op de GUITAR/BASS INPUT is aangesloten.
2. PART LEVEL
[DRUM]-knop
Regelt het volume van de drumpartij.
[BASS]-knop
Regelt het volume van de baspartij.
3. [MASTER VOLUME]-knop
Regelt het algemene volume van de DR-880.
4. Scherm
Toont de huidige modus en instellingen.
5. VALUE-schijf
Om de waarde van een instelling te regelen.
11
4 5
30 3231
6. GUITAR/BASS INPUT
Gebruik deze knoppen voor een gitaar of bas die u op de “GUITAR/BASS INPUT”-jack hebt aangesloten.
[EFFECT]-toets
Gebruik deze toets om het gitaar- of baseffect te selecteren, in of uit te schakelen of om de instellingen te wijzigen.
[TUNER]-toets
Gebruik deze toets om uw gitaar/bas te stemmen.
7. [OUTPUT SETTING]-toets
Met deze toets regelt u het uitgangssignaal.
8. [SONG/PATTERN]-toets
Schakelt tussen song- en patroon-modus.
9.[KIT]-toets
Met deze toets selecteert u een drumkit.
26 27
28
29
13
Bedieningspanelen
fig.001-010
11 2 3
7 6
8,9,
10
12,13,14,15,16
17,18,19
20,21,22 23
,24,
25
10.
[PAD]-toets
Met deze toets selecteert u een padbank.
11.
[CURSOR]-toetsen
Met deze toetsen verplaatst u de cursor.
12.
[SHIFT]-toets
Gebruik deze toets om de functie van de andere toetsen te wijzigen.
13.
[DISPLAY]-toets
Met deze toets wijzigt u de inhoud van het “Pattern Play”- of “Song Play”-scherm.
14.
[EDIT]-toets
Gebruik deze toets om instellingen aan te passen.
15.
[EXIT]-toets
Gebruik deze toets om een Edit-scherm te verlaten.
16.
[ENTER]-toets
Gebruik deze toets om een selectie te maken of een waarde te bevestigen.
11
4 5
26 27
28
29
30 3231
17.
(Reset)-toets
Hiermee keert u terug naar het begin van de song of het patroon.
18.
19.
20.
21.
22.
23.
(Rewind)-toets
Om terug te spoelen naar het begin van de song of het patroon.
(Fast-Forward)-toets
Hiermee spoelt u verder door in de song of het patroon.
(Stop)-toets
Beëindigt de weergave van de song of het patroon.
(Play)-toets
Start de weergave van de song of het patroon.
[REC]-toets (opnametoets)
Druk op deze toets om een patroon in real time op te nemen (p. 54).
[LOOP]-toets
Schakelt loop-weergave (p. 82) in of uit.
14
24.
[KEY]-toets
Gebruik deze toets om de toonsoort van een song of patroon te wijzigen.
25.
[TEMPO (TAP)]-toets
Gebruik deze toets om het tempo van een song of patroon in te stellen. U kunt het tempo ook instellen door meermaals op deze toets te drukken. Tik lichtjes en regelmatig (de Tap-Tempofunctie).
26.
[EZ COMPOSE]
Druk op deze toetsen om de EZ­Composefuncties te gebruiken.
[PATTERN]-toets
Gebruik deze toets om gemakkelijk patronen te creëren.
[CHORD PROGRESSION]-toets
Gebruik deze toets om gemakkelijk akkoordenschema's toe te voegen.
[FILL IN]-toets
Gebruik deze toets om gemakkelijk overgangen toe te voegen.
Bedieningspanelen
31.
PHONES-jack (hoofdtelefoon)
Op deze jack kunt u een hoofdtelefoon aansluiten.
32.
“GUITAR/BASS INPUT”-jack
Op deze jack kunt u uw gitaar of bas aansluiten.
27.
[GROOVE MODIFY]-toets
Druk op deze toets als u de Groove­Modifyfunctie wilt gebruiken.
28.
[TSC]-toets (Total Sound Control)
Gebruik deze toets om de TSC-patch in of uit te schakelen, of om de instellingen te wijzigen. (p. 30, p. 100)
29.
Pads
Met deze pads speelt u drum- en basklanken.
30.
FAVORITE
Aan deze knoppen kunt u tachtig (20 banken x 4) van uw favoriete patronen/songs of gitaareffect-patches toewijzen.
1–4 toetsen
Druk op een van deze toetsen om een patroon, song of gitaareffect-patch op te roepen.
[BANK]-toets
Selecteer een bank door deze knop ingedrukt te houden en op een pad te drukken.
15
Bedieningspanelen
Achterpaneel
fig.001-020
10
11
1 2 3 5 7 64 8
1. “AC IN”-aansluiting (adapter)
Sluit hier de bijgeleverde adapter van de BRC-reeks aan.
Sluit enkel een BRC-adapter aan. Andere modellen kunnen defecten veroorzaken.
2. POWER-schakelaar
Dit is de power-schakelaar waarmee u de DR-880 in- en uitschakelt.
3. USB-connector
Met deze aansluiting kunt u de DR-880 via een USB-kabel op uw computer aansluiten.
4. MIDI-aansluitingen (IN/OUT)
Deze aansluitingen ontvangen (IN) en versturen (OUT) MIDI-gegevens. Gebruik MIDI-kabels om het toestel op uw MIDI-sequencer of MIDI-klankmodule aan te sluiten.
5. “DIGITAL OUT”-uitgang
Dit is een coaxiale uitgang voor digitale geluidssignalen. Deze uitgang verstuurt dezelfde geluiden als de “MASTER OUT”-jacks. Sluit deze uitgang aan op uw digitale recorder.
9
6. CTL 1, 2 jack
Hier kunt u voetschakelaars aansluiten (FS-6 of FS-5U; worden apart verkocht) om allerlei functies van de DR-880 te bedienen.
7. “CTL 3, 4/EXP PEDAL”-jack
Hier kunt u voetschakelaars aansluiten (FS-6 of FS-5U; worden apart verkocht) of een zwelpedaal (Roland EV-5; wordt apart verkocht) aansluiten om allerlei functies van de DR-880 te bedienen.
8. “INDIVIDUAL A, B”-jacks
Alleen de klanken die u bepaalt, komen uit deze uitgangen.
9. “MASTER OUT”-jacks R/L (MONO)
Dit zijn de uitgangen van de geluidssignalen. Zowel jacks als RCA/cinch-aansluitingen zijn aanwezig. Als u jacks gebruikt en in mono werkt, sluit u uw toestel aan op de “L (MONO)”-uitgang.
10.Kabelhaak
Wikkel de kabel van de bijgeleverde adapter rond deze haak. Als er per ongeluk aan de kabel wordt getrokken, blijft de stekker veilig in het toestel zitten en wordt de stroom niet onderbroken. Zo wordt bovendien schade aan de stekker van de adapter vermeden.
16
11.
Veiligheidssleuf ( SECURITY LOCK)
http://www.kensington.com/
Voor u begint te spelen
Het toestel aansluiten
De DR-880 heeft geen versterker of luidsprekers. Om geluid te produceren, moet u een versterker, audiosysteem of hoofdtelefoon aansluiten.
Geluidskabels, MIDI-kabels, hoofdtelefoon en voetschakelaars worden niet meegeleverd. U kunt ze apart kopen bij uw dealer.
fig.002-010
Pad controller
etc.
Digital recorder etc.
Computer
MIDI sequencer
etc.
Audio set
Monitor speakers
(Powered)
AC adaptor
(BRC-series)
Stereo headphones
Om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen te voorkomen, moet u steeds het volume dicht zetten en alle toestellen uitschakelen alvorens ze aan te sluiten.
Expression pedal
(Roland EV-5)
Foot switch (FS-6 etc.)
Mixer, Guitar amp, etc.
Guitar
or
Bass
17
Voor u begint te spelen
* Om ongewenste stroomonderbrekingen te vermijden (als de stekker per ongeluk uit het toestel
wordt getrokken) en om overmatige druk op de adapter te voorkomen, bevestigt u de stroomkabel met behulp van de kabelhaak, zoals op de afbeelding.
fig.002-020
1
Voor u het toestel aansluit, moet u het volgende controleren:
• Hebt u de volumeregelaars van de DR-880 en de aangesloten versterker of andere apparaten op nul gezet?
• Hebt u de DR-880 en de aangesloten versterker of andere apparaten uitgeschakeld?
2
Sluit uw versterker of audiosysteem (of hoofdtelefoon) aan zoals op het diagram.
Om de mogelijkheden van de DR-880 volledig te benutten, kunt u best een stereosysteem aansluiten.
Als met een monosysteem werkt, sluit het dan aan op de “OUTPUT L (MONO)”-jack van de DR-880.
Het toestel in- en uitschakelen
Het toestel inschakelen
Wanneer alles is aangesloten (p. 17), zet u alle toestellen in de juiste volgorde aan. Door toestellen in de verkeerde volgorde aan te zetten, riskeert u defecten en/of schade aan luidsprekers en andere toestellen.
1
Voor u het toestel inschakelt, controleert u het volgende:
• Is de DR-880 correct aangesloten op uw andere apparaten?
• Hebt u het volume van de DR-880 en de aangesloten versterker of andere apparaten op nul gezet?
2
Zet de DR-880 aan met de POWER-schakelaar op het achterpaneel.
fig.002-030
18
Voor u begint te spelen
Het volgende verschijnt op het scherm, en het toestel is klaar om te spelen. Het scherm dat nu verschijnt, wordt het “Pattern Play”-scherm genoemd.
fig.002-031d
Dit toestel is met een beveiligingscircuit uitgerust. Na het inschakelen duurt het eventjes (enkele seconden) voor het toestel in werking treedt.
3
Schakel nu de versterker en andere aangesloten apparaten in.
4
Druk op [ ].
Het toestel begint te spelen.
Luister naar de weergave en draai aan de [MASTER VOLUME]-knop en de [PART LEVEL (DRUM, BASS)]-knoppen om het volume van de DR-880 te regelen.
fig.002-040
Regel het volume op uw aangesloten versterker of audiosysteem.
5
Druk op [ ] om de weergave te stoppen.
Het toestel uitschakelen
1
Voor u het toestel uitschakelt, controleert u het volgende:
• Hebt u het volume van de DR-880 en de aangesloten versterker of andere apparaten op nul gezet?
2
Schakel de versterker of het aangesloten audiosysteem uit.
3
Schakel de DR-880 uit.
19
Voor u begint te spelen
Het contrast van scherm regelen
Naar gelang van de plaats waar de DR-880 is opgesteld, is het scherm soms moeilijk te lezen. Als dat het geval is, kunt u het contrast van het scherm aanpassen.
fig.002-050
3
2
1 4
2
1
Druk op [EDIT].
Het Edit-menu verschijnt op het scherm.
fig.002-060d
20
2
Verplaats de cursor met [CURSOR] / naar de optie “LCD” en druk op [ENTER].
De LCD-contrastinstellingen verschijnen op het scherm.
fig.002-070d
3
Gebruik de [VALUE]-schijf om het contrast te regelen (waarde: 1–16).
4
Als u een waarde hebt ingesteld, drukt u op [EXIT].
Op het scherm verschijnt “Now writing...” en de contrastwaarde wordt opgeslagen.
Als het contrast is opgeslagen, verdwijnt de melding van het scherm.
* Schakel het toestel niet uit zolang de melding op het scherm staat. Doet u dat toch, dan kunnen uw
gegevens beschadigd worden.
Eerste
kennismaking
21
De demosong beluisteren
Beluister eerst de demosong, die de mogelijkheden van de DR-880 demonstreert.
fig.003-010
2
4 4 3
1
Zorg ervoor dat het “Pattern Play”-scherm (p. 19) wordt weergegeven.
Is dat niet het geval, druk dan net zo vaak op [EXIT] tot het “Pattern Play”-scherm verschijnt.
2
Houd [SONG] ingedrukt en druk op [KIT].
De DR-880 staat nu in demo-modus. De demosong begint.
fig.003-020d
Alle rechten voorbehouden. Dit materiaal is enkel voor persoonlijk gebruik bestemd. Ongeoorloofd gebruik is een schending van de wet.
U kunt demo-modus selecteren als het “Pattern Play”-scherm of “Song Play”­scherm (p. 75) wordt weergegeven.
DR-880 Demo Song
Copyright © 2004 BOSS Corporation
22
3
Druk op [ ] om de demosong te stoppen.
Als u op [ ] drukt, gaat de weergave verder vanaf het punt waar u bent gestopt. Als de demosong ten einde is, start hij opnieuw van bij het begin.
* Er worden geen gegevens van deze muziek naar MIDI OUT
gestuurd.
4
Druk op [SONG/PATTERN] of [EXIT] om demo-modus te verlaten.
Gebruik van de pads
Met de pads kunt u de ingebouwde klanken van de DR-880 gebruiken.
fig.003-030
De pads zijn aanslaggevoelig.
2
1
Sla de pads aan.
U hoort de drumklanken (instrument) die aan de pads zijn toegekend.
Klanken kiezen (een padbank kiezen)
De kracht waarmee u een pad aanslaat, beïnvloedt het volume en de klank.
1
Eerste kennismaking
Als u andere padbanken selecteert, kunt u met een en dezelfde pad verschillende instrumenten spelen.
2
Druk op [PAD].
Druk op [PAD] om een padbank te selecteren. De geselecteerde padbank verschijnt op het scherm.
fig.003-031d
* Na enkele ogenblikken keert u automatisch van de padbank-
instellingen naar het vorige scherm terug.
Druk op een pad om het instrument te bespelen dat aan die pad is toegewezen.
Voor meer details over padbanken, zie p. 41.
Een padbank is een reeks drumklanken die aan de twintig pads is toegewezen. Er zijn drie drumbanken: DRUM 1–3.
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [PAD] om de bass pads te selecteren. Als u een pad aanslaat, hoort u een basklank. De toonhoogte stemt overeen met de noot die op de rechter bovenhoek van de pad is vermeld.
23
Patronen spelen
De DR-880 biedt 500 presetpatronen en 500 userpatronen. Om te horen hoe deze patronen klinken, doet u het volgende.
Patronen selecteren en afspelen
fig.003-040
2
1 3
4
1
Druk op [SONG/PATTERN]. Op het scherm verschijnt “PATTERN”.
fig.003-050d
Preset / User
Pattern mode Pattern name
Een “patroon” bestaat uit twee tot vier maten met ritmische gegevens die voor een repetitieve weergave zijn
Presetpatronen kunnen tijdelijk gewijzigd worden, maar u kunt een presetpatroon niet met uw wijzigingen overschrijven.
Userpatronen daarentegen kunnen aangepast en
24
Chord progression
Current
Current
Beat Position
key
(measure - beat)
tempo
2
Met de VALUE-schijf selecteert u het patroon dat u wilt spelen.
Behalve de presetpatronen 001-500 kunt u ook de userpatronen 001-500 selecteren.
Current chord Next chord
Patronen spelen
b
b
* Als u aan de VALUE-schijf draait terwijl u [SHIFT] ingedrukt
houdt, dan wijzigt de waarde in sprongen van tien.
* Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [SONG/PATTERN] om
tussen Preset (P) en User (U) te schakelen.
3
Druk op [ ].
Het geselecteerde patroon begint te spelen.
Tijdens de weergave kunt u aan de VALUE-schijf draaien om het patroon te kiezen dat erna gespeeld moet worden. De naam van het gekozen patroon wordt gemarkeerd.
Als het huidige patroon beëindigd is, begint het gekozen patroon te spelen.
* Als u tijdens het spelen op [CURSOR] / drukt, schakelt
u over naar het vorige/volgende patroon, dat onmiddellijk begint te spelen. Dat is handig als u de patronen wilt beluisteren om een keuze te maken.
4
Om de weergave te stoppen, drukt u op [ ].
Als u weer op [ ] drukt, gaat de weergave verder vanaf het punt waar u was gestopt.
Als u op [ ] drukt en dan op [ ], start de weergave weer bij het begin van het patroon.
De patronen van de DR-880
estaan uit een “drumpartij” en een “baspartij”. De drumpartij speelt drums en percussieklanken, de
aspartij speelt basklanken.
Eerste kennismaking
Voor meer informatie over presetpatronen, zie p. 156.
25
Patronen spelen
Het tempo regelen
In dit deel leest u hoe u het tempo van het patroon wijzigt.
fig.003-060
1
1
Druk op [TEMPO (TAP)].
De tempoinstelling verschijnt op het scherm.
fig.003-080d
2
26
2
Gebruik de VALUE-schijf om het tempo aan te passen.
U kunt het tempo instellen met een waarde van 20 tot 260. U kunt het tempo ook instellen door met het gewenste interval op [TEMPO (TAP)] te tikken. Deze functie heet “tap tempo”. Druk minstens vier maal op [TEMPO (TAP)] met het interval van het gewenste tempo. Het tempo waarmee u de toets aanslaat, wordt ingesteld. Op het scherm ziet u de huidige tempoinstelling verschijnen.
* Na enkele ogenblikken keert u automatisch van de
tempoinstelling naar het vorige scherm terug.
De toonsoort wijzigen
In dit deel leest u hoe u de toonsoort (of toonhoogte) van een patroon wijzigt. Deze functie heet “Key Shift”.
fig.003-090
Patronen spelen
2
1
1
Druk op [KEY].
Het “Key Shift”-scherm verschijnt.
fig.003-100d
2
Regel de toonsoort met de VALUE-schijf.
Waarde: -12 – +12 U kunt de toonsoort aanpassen in stappen van een halve toon over ± 1 octaaf.
* Na enkele ogenblikken keert u automatisch van de “Key Shift”-
instelling naar het vorige scherm terug.
Eerste kennismaking
27
Patronen spelen
Patronen met andere klanken afspelen (kits selecteren)
Zelfs als u hetzelfde patroon blijft gebruiken, kunt u de sfeer van het patroon (de manier waarop het wordt gespeeld) wijzigen door het patroon met andere instrumenten af te spelen. Probeer het maar: speel hetzelfde patroon met verschillende instrumenten. Selecteer nieuwe kits terwijl het patroon wordt afgespeeld. De DR-880 biedt 100 preset kits en 100 user kits die u zelf kunt instellen.
fig.003-110
2
Een “kit” bestaat uit een verzameling van zestig slagwerkinstrumenten en één basklank.
Preset kits kunnen tijdelijk gewijzigd worden, maar u kunt een preset kit niet met uw wijzigingen overschrijven.
User kits daarentegen kunnen aangepast en overschreven
3
28
4 1
1
Druk op [ ] om de weergave van het patroon te starten.
2
Druk op [KIT].
De kitinstellingen verschijnen op het scherm.
fig.003-111d
3
Kit number
Selecteer een kit met de VALUE-schijf.
Probeer verschillende kits en beluister de verschillende klanken.
Behalve de preset kits P001-P100 kunt u ook de user kits U001-U100 selecteren.
* Als u aan de VALUE-schijf draait terwijl u [SHIFT] ingedrukt
houdt, dan wijzigt de waarde in sprongen van tien.
* Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [KIT] om tussen Preset (P)
en User (U) te schakelen.
4
Om de weergave te stoppen, drukt u op [ ].
• Voor meer details over kits, zie p. 40.
• Voor meer informatie over preset kits, zie p. 154.
• Als u de kitinstellingen wilt wijzigen, lees dan eerst “Hoofdstuk 7 Een originele kit samenstellen (Kit Edit)”
Patronen spelen
Eerste kennismaking
29
Patronen spelen
Klankeigenschappen aanpassen met de TSC-functie
Total Sound Control (TSC) is een functie waarmee u de klankeigenschappen en ambience kunt beïnvloeden. De klank- en ambience-instellingen worden opgeslagen in “TSC-patches”. Zo kunt u de klankeigenschappen en ambience wijzigen door gewoon een andere patch te selecteren. De DR-880 biedt 20 preset TSC-patches en 20 user TSC­patches.
fig.003-330
Preset patches kunnen tijdelijk gewijzigd worden, maar u kunt een preset patch niet met uw wijzigingen overschrijven.
User patches daarentegen kunnen aangepast en overschreven worden.
3
2
30
1
Druk op [ ] om de weergave van het patroon te starten.
2
Druk op [TSC].
De TSC-instellingen verschijnen op het scherm.
fig.003-340d
Patch number
3
Selecteer een TSC-patch met de VALUE-schijf.
Probeer verschillende TSC-patches uit en beluister de verschillende klanken.
Loading...
+ 138 hidden pages