Roland DR-770 User Manual [nl]

1
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
INSTRUCTIES TER V OORK OMING V AN BRAND , ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING VAN PERSONEN
Over
WAARSCHUWING en OPGEPAST
Wordt gebruikt voor instructies die de
WAAR­SCHUWING
gebruiker wijzen op levensgevaar of ernstige verwondingen bij onjuist gebruik van het toestel.
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op het risico op verwondingen of materi‘le schade bij onjuist gebruik van het toestel.
OPGEPAST
* Materi‘le schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten die aan het huis en de hele inboedel, huisdieren inbegrepen, worden toegebracht.
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN ACHT
¥ Gelieve onderstaande instructies en de gebruikers-
handleiding te lezen vooraleer u dit toestel gebruikt.
..........................................................................................................
wijzig er niets aan .
..........................................................................................................
¥ Vervang geen onderdelen van het toestel (behalve
wanneer hierover in dit handboek specifieke instructies zijn opgenomen) of probeer het niet te herstellen. Laat elk onderhoud uitvoeren door uw leverancier, het dichtstbij gelegen Roland Service Center, of een erkende Roland verdeler, die op de ÒinformatieÓpagina zijn opgegeven.
..........................................................................................................
¥ Het toestel nooit op plaatsen gebruiken of opslaan
waar het:
¥ Onderhevig is aan extreme temperaturen (bv. recht-
streeks zonlicht in een afgesloten voertuig, in de nabijheid van een hittebron, boven op een verwarm­ingstoestel); of die
¥ Vochtig zijn (bv. badkamers, waslokalen, op natte
vloeren); of die
¥ Nat zijn; of die
¥ Stoffig zijn; of die
¥ Onderhevig zijn aan hoge trillingsniveaus..
..........................................................................................................
¥ Plaats het toestel altijd waterpas en zorg ervoor
dat het stabiel staat. Plaats het nooit op staanders die kunnen trillen en ook nooit op hellende opper­vlakken..
..........................................................................................................
Over de Symbolen
Het -symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het symbool hier links duidt op algemene verwittigingen of waar­schuwingen, of vestigt de aandacht op gevaar.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies verboden is. Het symbool hier links betekent dat het toestel nooit mag worden gedemonteerd.
Het
moeten worden uitgevoerd. De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies dient te gebeuren. Het symbool hier links betekent dat de stekker van de stroomkabel moet worden uitgetrokken.
Zorg er voor dat de netspanning bij de installatie overeenstemt met de inkomende spanning die op de AC-adaptor is aangeduid. Andere AC-adaptors gebruiken mogelijk een andere polariteit of zijn ontworpen voor een andere spanning; hun gebruik kan leiden tot schade, foutieve werking of elektrische schok.
..........................................................................................................
overmatig, ga er niet op staan, plaats er geen zware voorwerpen op, enz. Een beschadigd snoer vormt een risico op schokken of brand. Een besch­adigd snoer nooit meer gebruiken.
..........................................................................................................
versterker, een hoofdtelefoon of luidsprekers, geluids-niveausvoortbrengen die permanent gehoorverlies kunnen veroorzaken. Werk niet gedurende een langere periode aan een hoog geluidsniveau of op een oncomfortabel niveau. Indien u gehoorverlies of fluiten van de oren gewaar wordt, dient u onmiddellijk het gebruik van dit toestel te stoppen en een gehoorspecialist te raadplegen.
..........................................................................................................
¥ Zorg ervoor dat geen enkel voorwerp (bv.
brandbare materialen geldstukken, pinnen) of vloeistof (water, frisdrank, enz.) het toestel binnendringt.
..........................................................................................................
-symbool maakt de gebruiker attent op zaken die
2
WAARSCHUWING
¥ ¥Zet onmiddellijk de stroom uit, verwijder de AC-
adaptor van de uitgang, en vraag om een onder­houdsbeurt bij uw leverancier, Roland Center of erkende Roland verdeler, zoals vermeld op de ÒinformatieÓpagina wanneer:
¥ De AC-adaptor, het stroomsnoer, of de fiche
beschadigd zijn; of er
¥ Voorwerpen of vloeistoffen in het toestel zijn
gevallen of gelopen; of wanneer
¥ Het toestel aan regen werd blootgesteld (of op een
andere manier nat werd); of wanneer
¥ Het toestel niet normaal lijkt te werken of een
duidelijke prestatiewijziging vertoont.
..........................................................................................................
volwassene toezicht houden tot het kind in staat is de noodzakelijke regels te volgen voor een veilig gebruik van het toestel.
..........................................................................................................
¥ Bescherm het toestel tegen grote schokken.
(Laat het niet vallen!)
..........................................................................................................
¥ Probeer het stroomsnoer van het toestel niet aan
een onredelijk aantal andere toestellen te koppelen. Wees vooral voorzichtig met verleng­snoeren -de totale stroom die wordt verbruikt door alle toestellen die aan de verleng­snoeruitgang is gekoppeld, mag het stroomver­mogen (watt/amp•re) van het verlengsnoer niet overschrijden. Overdreven belasting kan het opwarmen en het doorbranden van de isolatie van het snoer veroorzaken.
..........................................................................................................
Roland Service Center, of een erkende Roland verdeler, vermeld op de ÒInformatieÓ pagina, te raadplegen vooraleer u het toestel in het buitenland gebruikt.
..........................................................................................................
OPGEPAST
¥ Het toestel en de AC-adaptor moeten zodanig
geplaatst worden dat hun positie de nodige venti­latie niet in de weg staat.
..........................................................................................................
¥ Neem steeds uitsluitend de fiche van het stroom-
snoer van de AC-adaptor vast wanneer u deze in een connector van dit toeste
l
steekt of eruit trekt.
..........................................................................................................
een langere periode, moet de AC-adaptor afge­koppeld worden.
..........................................................................................................
¥ Probeer ervoor te zorgen dat snoeren en kabels
niet in de war raken. Alle snoeren en kabels moeten ook buiten het bereik van kinderen worden gelegd.
..........................................................................................................
¥ Ga nooit op het toestel staan en plaats er geen
zware voorwerpen op.
..........................................................................................................
¥ Raak de AC-adaptor of de fiches nooit met natte
handen aan wanneer u ze in een connector van dit toeste
l
steekt of ze eruit trekt.
..........................................................................................................
¥ Vooraleer u het toestel verplaatst, moet de AC-
adaptor en alle snoeren van de externe toestellen worden afgekoppeld .
..........................................................................................................
de uitgang vooraleer u het toestel schoonmaakt.
..........................................................................................................
¥ Wanneer het in de buurt bliksemt, moet men de
AC-adaptor van de uitgang loskoppelen.
3
Inhoud
Hoofdkenmerken.....................................................................................8
BELANGRIJKE OPMERKINGEN............................................................9
Beschrijving van het paneel ................................................................10
Snel starten
Aansluitingen maken............................................................................12
De stroom aanzetten.............................................................................14
De stroom uitzetten................................................................................................................................. 14
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset) ...........................15
De demo-song beluisteren...................................................................17
De pads gebruiken om klanken te spelen ..........................................19
Verschillende klanken spelen (de pad-bank omwisselen)............................................................. 19
Een roll spelen.......................................................................................................................................... 21
Patronen spelen....................................................................................22
Een patroon selecteren en spelen ......................................................................................................... 22
Het tempo aanpassen.............................................................................................................................. 23
Een patroon spelen dat tevoren werd geselecteerd (DPP)............................................................... 24
Snel patronen selecteren (Quick Search)............................................................................................ 25
Andere klanken spelen (De drum-kit omwisselen) ......................................................................... 27
Effecten gebruiken om de gewenste klank te verkrijgen (Ambience) ......................................... 29
Een patroon opnemen (Realtime Recording).....................................31
De opname opnieuw maken .................................................................................................................34
Opnieuw opnemen van een specifiek instrument ................................................................... 34
Opnieuw opnemen vanaf het begin........................................................................................... 35
Een song opnemen (Step Recording).................................................37
De opname opnieuw maken .................................................................................................................39
4
Hoofdstuk 1. Vooraleer u ritmes maakt ..............................................41
Drum-kits en pad-banks ........................................................................................................................ 41
Drum-kits .......................................................................................................................................41
Pad-bank......................................................................................................................................... 41
Ritmes maken........................................................................................................................................... 42
Een patroon maken....................................................................................................................... 42
Een song maken ............................................................................................................................ 43
Werkmodi van de DR-770...................................................................................................................... 44
Song-modus ................................................................................................................................... 44
Pattern-modus ............................................................................................................................... 44
Pad-modus ..................................................................................................................................... 44
Effect-modus.................................................................................................................................. 44
Utility-modus................................................................................................................................. 44
MIDI-modus .................................................................................................................................. 44
[VALUE]/[DEC] [INC]/Numerieke toetsen gebruiken ....................................................................45
Hoofdstuk 2. Ritmes spelen.................................................................46
Klanken spelen vanuit de pads ............................................................................................................46
Een drum-kit selecteren ............................................................................................................... 46
De pad-bank selecteren ................................................................................................................ 46
De pad-banks A en B tegelijkertijd gebruiken (Pad Bank Layer) .......................................46
Een pad gebruiken om een roll te spelen ...........................................................................................47
De roll-instellingen veranderen ..................................................................................................47
De flam-instellingen veranderen ................................................................................................47
Een gemakkelijke manier om effecten toe te passen (Ambience)................................................. 48
Patronen spelen........................................................................................................................................ 48
Het tempo aanpassen ...................................................................................................................48
De DPP-functie gebruiken om patronen te spelen................................................................... 48
Een patroon aan een pad toewijzen............................................................................................ 49
Quick Search gebruiken om een pad te selecteren...................................................................49
Een fill-in toevoegen (Realtime Pattern Change) .....................................................................50
Een song spelen ....................................................................................................................................... 51
Vanaf het midden van een song spelen ..................................................................................... 52
Opeenvolgende playback van meerdere songs (Song Chain)................................................52
Hoofdstuk 3. Een patroon opnemen ...................................................53
Een patroon opnemen in realtime ....................................................................................................... 53
Een patroon opnemen in step recording ............................................................................................ 54
De instellingen van de metronoom veranderen................................................................................ 56
Hoofdstuk 4. Een patroon bewerken...................................................57
Een enkele noot wissen.......................................................................................................................... 57
Een enkele noot toevoegen.................................................................................................................... 57
5
Het volume van een enkele noot aanpassen ...................................................................................... 57
Een instrument vervangen..................................................................................................................... 58
Een drum-kit vervangen......................................................................................................................... 59
Een ÒSwingÓ-sfeer aan een patroon toevoegen (Swing).................................................................. 59
Het tempo veranderen waarin een instrument klinkt (Timing Shift) .......................................... 60
De originele /fill-in/variatiepatronen bepalen ..................................................................................61
Een patroon benoemen........................................................................................................................... 61
Een patroon verwijderen........................................................................................................................ 62
Een patroon copi‘ren .............................................................................................................................. 62
Hoofdstuk 5. Een song opnemen........................................................63
Realtime recording.................................................................................................................................. 63
De DPP-functie gebruiken voor Realtime Recording.............................................................. 63
Step recording .......................................................................................................................................... 64
Hoofdstuk 6. Een song bewerken .......................................................65
Vermijden dat de drum-kit wordt veranderd.................................................................................... 65
Een song benoemen ................................................................................................................................65
Het tempo van de song bepalen (Initial Tempo) .............................................................................. 66
Een ongewenst patroon verwijderen................................................................................................... 66
Een patroon in een song invoegen ....................................................................................................... 67
Een song verwijderen ............................................................................................................................. 67
Een song copi‘ren.................................................................................................................................... 68
Hoofdstuk 7. De voetschakelaar gebruiken .......................................69
Een voetschakelaar gebruiken om playback te starten/stoppen .................................................... 69
De voetschakelaar gebruiken om een fill-in in te voegen............................................................... 69
Hoofdstuk 8. Een originele drum-kit maken......................................71
Een drum-kit selecteren om van te vertrekken.................................................................................. 71
De instellingen van een instrument wijzigen ...................................................................................71
Een instrument selecteren en het aan een pad toewijzen (Instrument Assign) ................... 71
Het volume aanpassen (Level)....................................................................................................72
De toonhoogte aanpassen (Pitch) ............................................................................................... 72
De decay langer of korter maken (Decay) ................................................................................. 73
De plaats van de slag aanpassen (Nuance) ...............................................................................73
De stereo-positie instellen (Pan) ................................................................................................. 74
Gelijktijdige instrumenten verhinderen/toelaten (Assign Type) .......................................... 75
6
Selecteren hoe de aanslagkracht de klank be•nvloedt (Sensitivity Curve) ...................................... 76
Een drum-kit benoemen (Drum Kit Name) .......................................................................................77
Effect-instellingen................................................................................................................................... 77
De Ambience-functie gebruiken om instellingen te maken.................................................... 77
De reverb-instellingen aanpassen............................................................................................... 78
De flanger-instellingen aanpassen.............................................................................................. 79
De equalizer-instellingen aanpassen..........................................................................................80
De reverb/flanger-diepte aanpassen....................................................................................................80
De reverb-diepte aanpassen ........................................................................................................81
De flanger-diepte aanpassen ....................................................................................................... 81
De klank door de individuele uitgang sturen ................................................................................... 82
Het uitgangsniveau aanpassen ...................................................................................................83
Een drum-kit copi‘ren............................................................................................................................ 84
Hoofdstuk 9. Externe MIDI-toestellen aansluiten...............................85
Wat isMIDI? .............................................................................................................................................85
MIDI-connectoren ......................................................................................................................... 85
MIDI-kanalen................................................................................................................................. 85
MIDI-commandoÕs van de DR-770............................................................................................. 85
Over de MIDI-implementatiekaart............................................................................................. 86
Een extern MIDI-toestel gebruiken om de DR-770 te spelen /
De DR-770 om een extern MIDI-toestel te spelen ........................................................................... 86
MIDI-kanaalinstelling................................................................................................................... 86
Instellingen voor het spelen van de DR-770 instrumenten..................................................... 87
Andere MIDI-instellingen............................................................................................................ 87
Gesynchroniseerde playback................................................................................................................ 88
Gegevens van de DR-770 verzenden (Bulk Dump).......................................................................... 89
De verzonden gegevens opnieuw naar de DR-770 sturen............................................................... 90
Hoofdstuk 10. De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)...91
Foutmeldingen .........................................................................................................92
Problemen oplossen................................................................................................93
Parameterlijst ...........................................................................................................94
Instrumentenlijst......................................................................................................96
Lijst van de vooringestelde drum-kits ...................................................................98
Lijst van de vooringestelde patronen ..................................................................106
MIDI-implementatie................................................................................................107
MIDI-implementatiekaart........................................................................................114
Specificaties...........................................................................................................115
Index........................................................................................................................116
Blanco kaart ...........................................................................................................120
7
( →
( →
( →
( →
( →
( →
( →
( →
( →
( →
( →
( →
Hoofdkenmerken
Hoogkwalitatieve klankgenerator
Beschikt over 255 verschillende hoogkwalitatieve klanken van ritme-instrumenten en voldoet zo aan de eisen van een brede waaier van muziekstijlen, van rock en jazz tot Latin en rap.
128 verschillende drum-kits
Een drum-kit bestaat uit 55 klanken die uit de 255 beschikbare klanken geselecteerd werden. De DR-770 beschikt over 64 vooringestelde drum-kits, en maakt de creatie van 64 user drum-kits mogelijk. Door elke klank van een user drum-kit te bewerken, kan men in totaal 3.520 originele klanken cre‘ren (55 klanken x 64 drum-kits).
pagina 71)
Snelheidsgevoelige pads
De DR-770 beschikt over snelheidsgevoelige pads, zodat de klankkleur en het volume vari‘ren in functie van de kracht waarmee men de pads aanslaat. Daarenboven kan men met de aftertouch-gevoeligheid realistische wijzigingen aan­brengen in het volume van een roll door druk uit te oefenen op een pad nadat men deze heeft aangeslagen.
Creatie van 100 songs
Er kunnen 100 songs gecre‘erd worden, waarbij elke song uit ritmepatronen bestaat die in de gewenste volgorde worden gezet. Elke song kan uit 250 patterns samengesteld zijn en alle songs kunnen gebruik maken van 10.000 patronen.
Wanneer men de Song Chain-functie gebruikt, kan men achtereenvolgens 100 songs afspelen.
Gemakkelijke effectinstellingen door de Ambience-functie
Naast de ingebouwde reverb/flanger/chorus-effecten, is de DR-770 voorzien van een Ambience-functie waardoor deze drie effecten eenvoudig kunnen worden gestuurd. Wanneer men deze functie gebruikt, kan men gemakkelijk een combinatie van effectinstellingen maken om de gewenste akoestische sfeer te cre‘ren, zoals het spelen in een concertzaal of een club.
Individuele uitgangen
pagina 63)
pagina 52)
pagina 48)
Pad Bank Layering
Men kan de pad-banks A/B omwisselen zodat twee verschillende klanken door eenzelfde pad gespeeld worden. Daarenboven kan men met de Pad Bank Layer-functie de banks A en B in lagen zetten, zodat klanken kunnen omgewisseld of in lagen gezet worden door het verschil in kracht waarmee men een pad aanslaat. Deze eigenschap kan op verschillende interessante manieren worden gebruikt.
pagina 46)
400 verschillende ritmepatronen creëren
Naast de 400 vooringestelde ritmepatronen kan men 400 eigen originele ritmepatronen cre‘ren
pagina 53)
DPP en Quick Search
De DR-770 beschikt over handige functies om ritmepatronen te spelen. Met ÒDPPÓ (Direct Pattern Play) kan men een volledig ritmepatroon spelen door eenvoudigweg een pad aan te slaan.
Met Quick Search kan men snel ritmepatronen van een bepaalde categorie -zoals rock en jazz- vinden en spelen.
pagina 49)
pagina 48)
Naast de conventionele uitgangsjacks, is de DR-770 voorzien van individuele uitgangsjacks, die de klank zonder effect uitsturen. Wanneer men deze jacks gebruikt, kan men een extern effect uitsluitend op een bepaalde klank toepassen of klanken op een meer verfijnde manier mixen.
pagina 82)
Sturen van de voetschakelaar
Men kan een voetschakelaar aansluiten op de jack van de voetschakelaar om de playback te starten of stoppen zonder de handen te moeten gebruiken. Daarenboven kan men een afzonderlijk verkrijgbare PCS-31 verbindingskabel gebruiken om twee voetschakelaars aan te sluiten. EŽn voetschakelaar kan worden gebruikt om het afspelen te starten of te stoppen en de andere kan worden gebruikt om een fill-in, enz. te spelen.
pagina 69)
MIDI-connectoren
De DR-770 is voorzien van MIDI IN/OUT-connectoren, waardoor het toestel met een externe sequencer kan worden gesynchroniseerd of waardoor de gegevens van de DR-770 bewaard kunnen worden door ze naar een sequencer te sturen.
pagina 85)
Realtime Pattern Change
Met Realtime Pattern Change kan men snel overgaan naar een fill-in patroon of een variatiepatroon door eenvoudigweg op een knop te drukken terwijl een ritmepatroon wordt afgespeeld.
8
pagina 50)
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Gelieve naast “VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL” op pagina 2-3, het volgende te lezen en in acht te nemen:
Stroomtoevoer
¥ Dit toestel mag niet worden gebruikt op hetzelfde
stroomcircuit van eender welk toestel dat lijnruis genereert (zoals een elektrische motor of een variabel verlichtingssysteem).
¥ Na een lange periode van voortdurend gebruik zal de
AC-adaptor warmte voortbrengen. Dit is normaal en mag geen aanleiding geven tot ongerustheid.
¥ Zet de stroom van alle apparaten uit vooraleer dit toestel
aan andere toestellen aan te sluiten. Op deze manier voorkomt men het slecht functioneren en/of beschadigen van luidsprekers of andere apparatuur.
Plaatsing
¥ Het gebruik van dit toestel in de buurt van stroomver-
sterkers (of andere apparatuur met omvangrijke stroomtransformatoren) kan ruis veroorzaken. Om dit probleem op te lossen moet men de richting van het toestel veranderen of het van de interferentiebron verwij­deren.
¥ Dit apparaat kan interfereren met radio- en televisie-
ontvangst. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van zulke ontvangers.
¥ Het toestel niet blootstellen aan direct zonlicht, niet in de
buurt plaatsen van apparaten die warmte afgeven, laat het niet achter in een afgesloten voertuig of stel het niet bloot aan extreme temperaturen. Overmatige hitte kan het toestel vervormen of ontkleuren.
¥ Om een mogelijke panne te vermijden, mag men het
toestel niet gebruiken in een natte omgeving, zoals een plaats die blootgesteld is aan regen of vocht.
Onderhoud
¥ Voor alledaags gebruik maakt men het toestel schoon met
een zachte, droge doek of met een doek die met een beetje water is bevochtigd. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil wordt een doek gebruikt die in een zachte, niet-bijtende detergent is gedrenkt. Daarna het toestel afdrogen met een zachte, droge doek.
¥ Om ontkleuring en/of vervorming te voorkomen mogen
nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen van om het even welke soort worden gebruikt.
Herstellingen en gegevens
¥
Gelieve eraan te denken dat alle gegevens die in het geheugen van het toestel zijn opgeslagen, verloren kunnen gaan als het toestel ter reparatie wordt binnengebracht. Belangrijke gegevens moeten steeds in een ander MIDI­apparaat (bv. een sequencer) worden opgeslagen of (indien mogelijk) worden opgeschreven. Tijdens herstell­ingen wordt het nodige gedaan om gegevensverlies te voorkomen. Nochtans is het in bepaalde gevallen (zoals wanneer het aan het geheugen gekoppeld circuit zelf buiten werking is) echter niet mogelijk om de gegevens te herstellen, en Roland verwerpt elke verantwoordelijkheid voor zulk verlies van gegevens.
Backup van het geheugen
¥ Dit toestel bevat een batterij die de geheugencircuits van
het toestel aandrijft terwijl de hoofdstroom is uitge­schakeld. Wanneer de batterij op raakt, zal de onder­staande boodschap op het scherm verschijnen. Om het verlies van alle gegevens in het geheugen te voorkomen, moet de batterij zo snel mogelijk door een nieuwe worden vervangen wanneer u deze boodschap ziet. Gelieve uw leverancier, het dichtstbij gelegen Roland Service Center, of een erkende Roland-verdeler, vermeld op de ÒInformatieÓ pagina te raadplegen om de batterij te laten vervangen.
ÒBattery Low!Ó
Bijkomende voorzorgsmaatregelen
¥ Gelieve er aan te denken dat de inhoud van een
geheugen onherroepelijk verloren kan gaan door foutieve werking, of door het onjuiste gebruik van het toestel. Om uzelf tegen het verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij aan om regelmatig een back-up copie op een ander MIDI-apparaat (bv. een sequencer) te maken van de belangrijke gegevens die in het geheugen van het toe-stel zijn opgeslagen.
¥ Jammer genoeg is het niet altijd mogelijk om de inhoud
van de gegevens te herstellen die in een ander MIDI­apparaat zijn opgeslagen (bv. een sequencer) eens ze verloren zijn gegaan. Roland Corporation is niet verant­woordelijk voor zulk verlies van gegevens.
¥ Behandel de knoppen, schuiven en andere controlefunc-
ties, eveneens als de jacks en de aansluitingen van het toestel met de nodige voorzichtigheid. Een ruwe behan­deling kan een foutieve werking tot gevolg hebben.
¥ Nooit op de display slaan of er sterke druk op uitoefen-
en.
¥ Bij het aansluiten of losmaken van de kabels moet de
connector zelf vastgenomen worden - nooit aan de kabel trekken. Op deze manier vermijdt men kortsluiting en beschadiging van de interne elementen van de kabel.
¥ Probeer het volume van het toestel binnen redelijke
perken te houden zodat de buren niet gestoord worden. Misschien verkiest u het gebruik van een hoofdtelefoon, zodat u zich geen zorgen moet maken over degenen die u omringen (vooral Ôs avonds laat).
¥ Wanneer u het toestel moet vervoeren, moet het indien
mogelijk in de oorspronkelijke verpakking (samen met de pads) worden ingepakt. Is dit niet mogelijk, dan moet u gelijkaardige verpakkingsmaterialen gebruiken.
9
Beschrijving van het paneel
Voorpaneel
(5) (4)
(6) (7)
)
(
10
)
(
12
(
)
13
(
(
) (16)
14
(1)
15
(8)
(9)(
PAD BANKFUNCMODE
(
)
(
18
(
19
)
17
)
fig.00-01a
(
11
)
) (22) (23) (24) (25) (26)
21
(2)(
)
3
(
27
)
)
(
)
20
(1) Display (2) Volume-schijf (3) Value-schijf (4) Mode Select-knop
Song/Pattern Pad Effects Utility MIDI
(5) Realtime/Step-knop (6) Copy-knop (7) Delete-knop (8) Numerieke toetsen (9) Decrement (DEC)-knop /Increment (INC)-
knop (10) Pad Bank-knop (11) Cursor-knop (12) Reset-knop (13) REC (Record)-indicator (14) Record-knop (15) Rewind-knop (16) Tempo-indicator (17) Start-knop (18) Foward-knop (19) Stop/Exit-knop (20) Enter-knop
(21) Roll/Flam-knop (22) Direct Pattern Play (DPP)-knop (23) Tempo-knop (24) Drum Kit-knop (25) Reverb/Flanger-knop (26) Ambience-knop (27) Pads (1Ð16)
Achterpaneel
fig.00-02a
POWER
AC IN 14V
700mA
ON
OFF
USE BOSS BRC ADAPTOR ONLY
OUT INMIDI
(28)(29)(30)(31)(32)(
(28) Stroomschakelaar (29) AC Adaptor-jack (30) MIDI-connector (In/Out) (31) Jack van de hoofdtelefoon (32) Jack van de pedaalschakelaar (33) Individuele jack (34) Output-jack (L/R(mono))
INDIVIDUALPEDAL SW OUTPUTPHONES
RL(MONO
MADE IN JAPAN
)
)(33)
34
10
Beschrijving van het paneel
fig.00-03a
SNEL STARTEN
Afspraken in dit handboek
Om dit handboek zo duidelijk mogelijk te maken, worden volgende afspraken gehanteerd:
Tekst, cijfers of symbolen tussen vierkante haken
[ ] duiden knoppen, toetsen of schijven aan.
[TEMPO] Tempo-knop [ ] [ ] Cursor-toetsen [ CURSOR] Cursor -toets [CURSOR ] Cursor -toets [VALUE] Value-schijf
Verwijzingen zoals (p. **) duiden aan bladzijden
van dit handboek waarnaar u kan refereren.
11
Aansluitingen maken
De DR-770 is niet voorzien van een versterker of van luidsprekers. Om klanken voort te brengen, moet men over een versterker of audio-systeem beschikken of een stereo­hoofdtelefoon gebruiken.
OPMERKING
NOTE
1.
OPMERKING
NOTE
fig.01-01a
De audiokabels, MIDI-kabels, de stereohoofdtelefoon en de voetschakelaars zijn niet inbegrepen, U kan ze afzonderlijk bij uw verdeler aankopen.
Gelieve het volgende te controleren vooraleer u aansluitingen maakt.
- Werd de volumesturing van de DR-770 en het aangesloten versterkingssysteem in de minimumstand gezet?
- Werd de stroom van de DR-770 en het aangesloten versterkingssysteem uitgezet?
-
-
Om slecht functioneren en/of beschadiging van de luidsprekers of andere toestellen te voorkomen, moet men het volume van alle toestellen in de minimumstand zetten en de stroom uitzetten vooraleer men aansluitingen maakt.
Stereo headphones (RH-20/80/120 etc.)
12
To AC power outlet
(BRC series)
POWER AC IN 14V
AC adaptor
ON
OFF
USE BOSS BRC ADAPTOR ONLY
700mA
Audio set
OUT IN
MIDI
INDIVIDUALPEDAL SW OUTPUTPHONES
Audio cable
Monitor speaker
(BOSS MA-12 etc.)
RL(MONO
MADE IN JAPAN
)
2.
3.
OPMERKING
NOTE
MEMO
Sluit de meegeleverde AC-adaptor aan op de DR-770 en prik deze in een AC-uitgang.
Sluit uw versterker of audiosysteem aan zoals aangegeven in het diagram.
U kan eveneens een stereo-hoofdtelefoon aansluiten.
Om van alle mogelijkheden van de DR-770 gebruik te maken, is het aan te raden dat u het toestel in stereo speelt.
Indien u het toestel in MONO wil gebruiken, moet u aansluitingen maken naar de OUTPUT L (MONO) jack.
Zie pg. 85 voor details over de MIDI-connectoraansluitingen.
Zie pg. 69 voor details over de PEDAL SW jack-aansluitingen.
Zie pg. 82 voor details over de individuele jack-aansluitingen.
Quick Start
13
DE STROOM AANZETTEN
Wanneer alle aansluitingen zijn gemaakt, moet u de verschillende apparaten in de gegeven volgorde aanzetten. Indien u de apparaten in een andere volgorde aanzet, is het mogelijk dat de luidsprekers en andere apparaten fout zullen functioneren en/of beschadigd worden.
1.
2.
fig.01-02a
3.
4.
fig.01-03a
Controleer volgende punten vooraleer de stroom aan te zetten.
- Werden de aansluitingen met de externe toestellen juist gemaakt?
- Werd het volume van de DR-770 en het aangesloten versterkingssysteem in de minimumstand gezet?
Zet de POWER-schakelaar aan die zich op het achterpaneel van de DR­770 bevindt.
POWER AC IN 14V
700mA
ON
OFF
USE BOSS BRC
ADAPTOR ONLY
MIDI
OUT IN
On Off
INDIVIDUALPEDAL SW OUTPUTPHONES
RL(MONO
MADE IN JAPAN
)
Zet de stroom van uw versterkingssysteem aan. Draai aan de [VOLUME]-schijf terwijl u de pads aanslaat om het
volume van de DR-770 aan te passen.
Regel het volume van het aangesloten versterkingssysteem tot op een aangepast niveau.
OPMERKING
NOTE
Dit toestel is uitgerust met een beveiligingscircuit. Nadat de stroom is aangezet, volgt er een korte tijdspanne (enkele seconden) vooraleer het toestel normaal zal werken.
De stroom uitzetten
1.
2.
3.
14
Controleer volgende punten vooraleer de stroom uit te zetten.
- Staat de volume-schijf van de DR-770 en het aangesloten versterkingssysteem in de minimumstand?
Zet de stroom van het versterkingssyteem uit. Zet de stroom van de DR-770 uit.
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)
Indien u de instellingen van de DR-770 na aankoop hebt gewijzigd, is het mogelijk dat het toestel niet exact hetzelfde functioneert zoals beschreven in dit handboek ÒSnel StartenÓ. Wanneer dit het geval is, moet u de volgende Factory Reset-procedure uitvoeren om de fabrieksinstellingen te herstellen vooraleer u het Snel Starten-handboek leest.
OPMERKING
NOTE
fig.01-04a
Wanneer u de Factory Reset uitvoert, zullen alle gegevens in het geheugen herleid worden tot de fabrieksinstellingen. Indien het geheugen belangrijke gegevens bevat die u wenst te behouden, moet u de bulk dump-procedure (p. 89) uitvoeren om de gegevens op een extern MIDI-toestel te bewaren (sequencer of een gelijkaardig toestel) vooraleer een Factory Reset uit te voeren.
33
PAD BANKFUNCMODE
1
2
Quick Start
1.
fig.01-05a
2.
fig.01-06a
3.
4,5
Druk op de [UTILITY]-knop zodat “UTILITY” in de display verschijnt.
FUNCMODE
MIDI
INSERT COPY DELETE
SONG PATTERN PAD
UTILITY
REAL
STEP
EFFECTS
Gebruik [ ] [ ] om “9 F.RST” te selecteren.
FUNCMODE
SONG PATTERN PAD
UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
EFFECTS
REAL
STEP
MIDI
INSERT COPY DELETE
BEAT LENGTH PATTERN
Gebruik [DEC] [INC] om [VALUE] om “ALL” te selecteren.
15
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)
4.
fig.01-07a
5.
MEMO
Druk op [ENTER].
In de display verschijnt ÒSure?Ó waarmee u gevraagd wordt om het uitvoeren van de Factory Reset te bevestigen.
FUNCMODE
SONG PATTERN PAD
UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
EFFECTS
REAL
STEP
MIDI
INSERT COPY DELETE
BEAT LENGTH PATTERN
Indien u besluit de Factory Reset niet uit te voeren, drukt u op [STOP/EXIT].
Druk opnieuw [ENTER].
In de display verschijnt ÒDoneÓ wat aangeeft dat de factory Reset voltooid is.
Het is eveneens mogelijk om slechts een gedeelte van de gegevens naar de fabrieksinstellingen te herleiden.
Zie Òherstellen van de fabrieksinstellingenÓ (p. 91).
16
De demo-song beluisteren
De DR-770 bevat een demo-song waarin de functionaliteit van het toestel wordt gebruikt. Hierna wordt beschreven hoe u de demo-song kan beluisteren.
fig.01-08a
22
PAD BANKFUNCMODE
1
1.
fig.01-09a
2.
OPMERKING
NOTE
fig.01-10a
4
3 4
Druk op [SONG/PTN] zodat “SONG” in de display verschijnt.
FUNCMODE
MIDI
INSERT COPY DELETE
PAD BANKFUNCMODE
TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
A B
SONG
PATTERN PAD UTILITY
REAL
STEP
EFFECTS
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] zodat “– – –” in de display verschijnt.
De demo-song staat voor song nummer 1.
SONG
PATTERN PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
INSERT COPY DELETE
BEAT LENGTH PATTERN
Quick Start
Demo song name
Song number
17
De demo-song beluisteren
3.
Druk op [START] om de playback te beginnen.
Het ÒDEMOÓ-commando flikkert tijdens de playback.
Song-titel: Doctor’s Party Muziek door Naoki Matsuura
4.
Druk op [STOP/EXIT] om de playback te beëindigen.
Indien u opnieuw op [START] drukt, zal de playback hervat worden vanaf het punt waar hij is gestopt. (Dit wordt Continue Play genoemd).
Houd [RESET] ingedrukt en druk op [START] om de playback te starten vanaf het begin van de song.
Profiel van de componist
Naoki Matsuura (GigBag)
GIGBAG vertrok in 1982 vanuit Japan naar de Verenigde Staten en begon zijn professionele activiteiten terwijl hij nog aan het Berklee College of Music studeerde. Hij werd populair als bassist in Boston, Europa en Azi‘.
Copyright ©1999, Roland Corporation
OPMERKING
NOTE
NOTE
OPMERKING
.
Alle rechten voorbehouden. Onrechtmatig gebruik van dit materiaal voor andere doeleinden dan eigen, persoonlijk gebruik vormen een inbreuk op de van kracht zijnde wetten.
Er worden geen gegevens van de gespeelde muziek vanuit MIDI OUT verzonden.
18
De pads gebruiken om klanken te spelen
Hieronder wordt beschreven hoe de pads moeten gebruikt worden om de klanken van de ritme-instrumenten van de DR-770 te spelen.
fig.01-11a
PAD BANKFUNCMODE
1
1.
Wanneer u een pad aanslaat, wordt de instrumentale klank (instrument) gespeeld die aan deze pad werd toegewezen.
Aangezien de pads snelheidsgevoelig zijn, zal het volume en de toon veranderen in functie van de kracht waarmee de pad wordt aangeslagen.
Quick Start
Verschillende klanken spelen (De pad-bank omwisselen)
De pad-bank kan omgewisseld worden zodat dezelfde pads verschillende instrumenten spelen.
pad-bank is een groep van instrumenten die aan 16 pads is toegewezen. Er zijn
MEMO
Een twee padbanks: A en B.
Zie ÒDrum-kits en pad-banksÓ (p. 41) voor meer details. fig.01-12a
22
PAD BANKFUNCMODE
1
3
19
De pads gebruiken om klanken te spelen
1.
fig.01-17a
2.
ig.01-13b
3.
fig.01-14a
Druk op [SONG/PTN] zodat “PATTERN” in de display verschijnt.
FUNCMODE
MIDI
INSERT COPY DELETE
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
REAL
STEP
EFFECTS
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] zodat “1” in de display verschijnt.
Selecteer patroonnummer 1.
PAD BANKFUNCMODE A B
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
BEAT LENGTH
PATTERN
INSERT COPY DELETE
TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
Pattern number
Druk op [PAD BANK].
Telkens u op de knop drukt, zal de instelling door A -> B -> AB lopen (zowel A als B), en de pad-bank zal worden omgewisseld tussen A -->B -->AB (zowel A als B).
Pad Bank A
PAD BANK A
MEMO
Pad Bank B
PAD BANK B
Pad Bank Layer
PAD BANK AB
Wanneer de pad bank veranderd is, zal men andere klanken (instrumenten) horen wanneer men de pad aanslaat.
Indien zowel A als B in de display verschijnen, zullen beide klanken tegelijkertijd klinken. (Pad Bank Layer-functie: p. 46)
20
Een roll spelen
Een ÒrollÓ is een uitvoeringstechniek waarin een instrument herhaaldelijk en met gelijke tussenpozen wordt gespeeld.
fig.01-15a
De pads gebruiken om klanken te spelen
1
PAD BANKFUNCMODE
1.
MEMO
MEMO
Quick Start
Terwijl u [ROLL/FLAM] ingedrukt houdt, moet u een pad blijven indrukken.
Men kan de afstand van de roll aanpassen.
Zie Òde instellingen van de roll wijzigenÓ (p. 47).
Men kan instellingen maken zodat er een flam wordt gespeeld wanneer men op [ROLL/FLAM] drukt.
Zie Òde instellingen van de roll wijzigenÓ (p. 47).
21
Patronen spelen
De DR-770 bevat 400 vooringestelde patronen en 400 gebruikerspatronen (user­patronen). Gebruik de volgende procedure om patronen af te spelen en te beluisteren.
MEMO
Op de DR-770 is een patroon een gedeelte van ritmegegevens dat 1, 2 of 3 maten lang kan zijn.
Een patroon selecteren en spelen
fig.01-16a
2,3 2,3
PAD BANKFUNCMODE
1
4
1.
fig.01-17a
2.
fig.01-18a
3 4
Druk op [SONG/PTN] zodat “PATTERN” in de display verschijnt.
FUNCMODE
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
REAL
STEP
EFFECTS
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om het patroon (1–400) te selecteren dat u wenst te spelen.
Nummers 1Ð400 zijn vooringestelde patronen; nummers 401Ð800 zijn user-patronen.
Beat
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
Pattern name
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
BEAT LENGTH
PATTERN
INSERT COPY DELETE
INSERT COPY DELETE
MIDI
PAD BANKFUNCMODE A B TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
Pattern number
22
Patronen spelen
3.
fig.01-19a
4.
Druk op [START] om het geselecteerde patroon af te spelen.
Het lampje van Tempo-indicator flikkert op elke slag, en de slagteller verandert terwijl het patroon speelt.
Terwijl een patroon speelt, kan u [DEC] [INC] of [VALUE] gebruiken om ÒNEXT PTNÓ in de display te laten verschijnen. Nu kan u het patroon selecteren dat hierna moet worden gespeeld.
Wanneer het huidige patroon stopt, zal het geselecteerde patroon beginnen te spelen.
PAD BANKFUNCMODE A B
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE
NEXT PTN
PART
Pattern number to be played next
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
BEAT
LENGTH PATTERN
INSERT COPY DELETE
TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
Druk op [STOP/EXIT] om de playback te stoppen.
Wanneer u opnieuw op [START] drukt, zal de playback hernomen worden vanaf het punt waar hij gestopt was. (Dit noemt men Continue Play.)
Indien u op [RESET] drukt en daarna op [START] drukt, zal de playback starten vanaf het begin van het patroon.
Quick Start
Het tempo aanpassen
Hierna wordt beschreven hoe het tempo waarin het patroon speelt, moet worden aangepast.
fig.01-20a
221,3
PAD BANKFUNCMODE
1.
fig.01-21a
Druk op [TEMPO] zodat “TEMPO” gaat flikkeren.
TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
23
Patronen spelen
2.
3.
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om het tempo aan te passen.
Het tempo kan aangepast worden binnen een bereik van 20Ð260.
Druk opnieuw op [TEMPO] nadat u het gewenste tempo hebt ingesteld.
ÒTEMPOÓ zal ophouden met flikkeren en overgaan in de gewone display.
Een patroon spelen dat tevoren werd geselecteerd (DPP)
Wanneer men een pad aanslaat, wordt in normale omstandigheden het instrument gespeeld dat aan deze pad werd toegewezen. Met de DPP (Direct Pattern Play)-functie kan u echter de pads gebruiken om patronen te spelen die aan elke pad werden toegewezen.
Door DPP kan u patronen afspelen door gewoonweg de pads in te drukken.
Hierna wordt beschreven hoe u de DPP-functie kan gebruiken om de patronen te beluisteren die aan de pads werden toegewezen toen de DR-770 de fabriek verliet.
fig.01-22a
1,4
1.
fig.01-23a
PAD BANKFUNCMODE
3
2
Druk op [DPP] zodat “DPP” in de display verschijnt.
TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
24
2.
Sla een pad aan en het patroon dat aan deze pad werd toegewezen zal beginnen spelen.
Het lampje vanTempo flikkert op elke slag en het slagnummer verandert in de loop van de playback. In de display verschijnt het nummer en de naam van het patroon dat gespeeld wordt.
fig.01-23b
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
BEAT
LENGTH PATTERN
PAD BANKFUNCMODE A B
INSERT
TEMPO DPP
COPY DELETE
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
Patronen spelen
Pattern name
Pattern number
Indien u tijdens de playback een andere pad indrukt, zal het huidig gespeelde patroon tot aan het einde verder spelen; daarna zal het patroon beginnen te spelen dat aan de pad is toegewezen waarop u hebt gedrukt.
3.
Druk op [STOP/EXIT] om de playback te stoppen.
Iniden u de pad opnieuw indrukt, zal het patroon vanaf het begin worden afgespeeld.
4.
Om de DPP (Direct Pattern Play)-functie uit te zetten, moet u op [DPP] drukken zodat de “DPP”-display verdwijnt.
MEMO
Zie ÒEen patroon aan een pad toewijzenÓ (p. 49) voor meer details.
Snel patronen selecteren (Quick Search)
Door de Quick Search-functie kan u een gewenst patroon zoeken per Categorie (vb., een muziekstijl zoals rock of jazz).
fig.01-24a
Quick Start
1.
22
PAD BANKFUNCMODE
12
34
Druk op [DPP] terwijl u [ROLL/FLAM] ingedrukt houdt.
25
Patronen spelen
fig.01-25a
De volgende display verschijnt.
PAD BANKFUNCMODE
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
BEAT LENGTH PATTERN
Category
INSERT COPY DELETE
TEMPO DPP
DRUM KIT REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
A B
2.
3.
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om de gewenste categorie te selecteren.
HD ROCK ROCK POP FNK&BLS JAZZ DANCE LATIN
WORLD ..........World
USER 1 ...........User-patroon 401–416
USER 2 USER 3
USER25
Nadat u een categorie heeft geselecteerd, worden de patronen van deze categorie aan de pads toegewezen (1Ð16).
.......Hard Rock, Heavy Metal
.............Rock
................Pops, 16 beat, 8 beat
......Funk, Blues, Soul
...............Jazz, Fusion
...........Hip-Hop, Techno, enz.
.............Bossa Nova, Samba, enz.
...........User-patroon 417–432
...........User-patroon 433–448
:::
..........User-patroon 785–800
Wanneer u een pad aanslaat, begint het toegewezen patroon te spelen.
OPMERKING
NOTE
4.
5.
26
Het lampje van Tempo flikkert op elke slag, en het slagnummer verandert tijdens de playback.
Indien u tijdens de playback een andere pad aanslaat, zal het patroon dat aan het laatst aangeslagen pad werd toegewezen.vanaf de volgende slag beginnen te spelen.
Afhankelijk van de door u gekozen categorie, is het mogelijk dat niet aan alle zestien pads een patroon werd toegewezen. Wanneer u in dit geval op een pad drukt waaraan geen patroon werd toegewezen zal Ò- - -Ó gedurende ongeveer 1 seconde in de rechteronderhoek van de display verschijnen.
Druk op [STOP/EXIT] om de playback te beëindigen.
Wanneer u nogmaals op de pad drukt, zal het patroon vanaf het begin worden afgespeeld.
Om de Quick Search-functie te verlaten, moet u op [ENTER] drukken.
Patronen spelen
Andere klanken spelen (De drum-kit omwisselen)
Zelfs binnen eenzelfde patroon kan men de sfeer (uitvoering en klank) van dat patroon veranderen door de instrumenten te veranderen waarmee het patroon is samengesteld.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u de drum-kit kan omwisselen terwijl een patroon aan het spelen is en hoe u hetzelfde patroon kan spelen terwijl u verschillende instrumenten gebruikt.
MEMO
fig.01-26a
Een Òdrum-kitÓ is een set van 55 instrumenten die werden geselecteerd uit een totaal van 255 instrumenten waarmee de DR-770 is uitgerust.
Het toestel beschikt over 64 vooringestelde drum-kits. Daarenboven zijn 64 user drum­kits voorzien die op het even welke manier kunnen worden gewijzigd.
Zie ÒDrum-kits en pad-banksÓ (p. 41) voor meer details.
2 2,5
PAD BANKFUNCMODE
4,6
1
Quick Start
1.
fig.01-17a
2.
3.
4.
3 7
Druk op [SONG/PTN] zodat “PATTERN” in de display verschijnt.
FUNCMODE
MIDI
INSERT COPY DELETE
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
REAL
STEP
EFFECTS
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om patroonnummer “1” te selecteren.
Indien u dat wenst, kan u een ander patroon selecteren.
Druk op [START] om de playback te starten.
Druk op [DRUM KIT] zodat “DRUM KIT” gaat flikkeren.
27
Patronen spelen
fig.01-27a
TEMPO DPP
DRUM KIT
REVERB IND
FLANGER
5.
fig.01-28a
6.
7.
MEMO
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om een drum-kitnummer te selecteren.
Selecteer verschillende drum-kits en luister hoe de klank verandert.
Drum kit number
PAD BANKFUNCMODE A B
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
Drum kit name
REAL
STEP
EFFECTS
MIDI
BEAT LENGTH PATTERN
INSERT COPY DELETE
TEMPO DPP
DRUM KIT
REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
Druk nogmaals op [DRUM KIT] om uit het selectieproces van de drum­kit te gaan.
De ÒDRUM KITÓ indicatie zal stoppen met flikkeren en overgaan in de gewone display.
Druk op [STOP/EXIT] om het afspelen van het patroon te beëindigen.
Zie ÒLijst van de vooringestelde drum-kitsÓ (p. 98) voor meer details.
MEMO
Zie Hoofdstuk 8 ÒEen originele drum-kit makenÓ (p. 71) indien u de instelllingen van de drum-kit wenst te veranderen.
28
Patronen spelen
Effecten gebruiken om de gewenste klank te verkrijgen (Ambience)
Hierna wordt beschreven hoe u de gewenste sfeer kan scheppen door een effect toe te passen met de Ambience-functie op de playback van een patroon.
MEMO
fig.01-29a
Ambience is een functie die de drie interne effecten (reverb/flanger/equalizer) zodanig stuurt dat men snel en eenvoudig een effectklank verkrijgt. Door deze functie kan u effectinstellingen maken voor het gewenste soort akoestische sfeer, zoals Òspelen in een concertzaalÓ of Òspelen in een clubÓ.
2,5 2,5
PAD BANKFUNCMODE
1
4,6
Quick Start
1.
fig.01-17a
2.
3.
4.
3 7
Druk op [SONG/PTN] zodat “PATTERN” in de display verschijnt.
FUNCMODE
MIDI
INSERT COPY DELETE
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
REAL
STEP
EFFECTS
Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om patroonnummer “1” te selecteren.
Indien u dat wenst, kan u een ander patroon selecteren.
Druk op [START] om de playback te beginnen.
Druk op [AMBIENCE].
De volgende display verschijnt.
29
Patronen spelen
fig.01-30a
SONG
PATTERN
PAD UTILITY
QUANTIZE NEXT PTN PART
INSERT
REAL
COPY
STEP
DELETE
EFFECTS
MIDI
BEAT
LENGTH PATTERN
Ambience type
PAD BANKFUNCMODE
TEMPO DPP
DRUM KIT
REVERB IND FLANGER
PATTERN
SONG
PAD NUMBER
A B
5. Gebruik [DEC] [INC] of [VALUE] om het soort sfeer te selecteren.
1 LoBoost (Lo-Boost) 2 Flang’n (Flanging) 3 Bright 4 Hi-Fi 5 Dark 6 Lo-Fi 7 Room 8 Studio 9 Garage 10 Club 11 Hall 12 Stadium 13 Space 14 Echo 15 Doublin (Doubling) 16 Flat
Selecteer verschillende soorten ambience en beluister het resultaat.
6. Druk nogmaals op [AMBIENCE] om de functie uit te zetten.
Telkens u op [AMBIENCE] drukt, wordt ambience aan/uitgeschakeld.
7. Druk op [STOP/EXIT] om de playback van het patroon te beëindigen.
MEMO
MEMO
Zie ÒEffectinstellingenÓ (p. 77) voor meer details over het maken van instellingen voor elk effect (reverb/flanger/equalizer).
Voor het reverb- en flanger-effect kan u voor elk instrument de effectdiepte afzonderlijk instellen. Zie ÒDe reverb/flanger-diepte aanpassenÓ (p. 80) voor meer details.
30
Loading...
+ 92 hidden pages