Pioneer RS-A99 User manual [nl]

Optisch digitaal referentiesysteem SCHAKELBARE 4-KANAALSVERSTERKER
RS-A99
Handleiding
Nederlands
Inhoud
Hartelijk dank voor het aanschaffen van dit Pioneer
-product.
Vóór u begint
Bij problemen 3 Vóór u de versterker aansluit of installeert 3
Het toestel installeren
Wat is wat 5 Het niveau aanpassen 5
De toestellen aansluiten
Voorbeeldopstelling 7 Aansluitschema 7 Vóór u de versterker aansluit 8 Informatie over de brugschakeling 8 Luidsprekerspecificaties 9 De luidsprekers aansluiten 9 Aansluiting via de RCA-ingang 10 Aansluitingen niet solderen 11 De voedingsaansluiting verbinden 11 De luidsprekeraansluitingen 12
Installatie
Vóór u de versterker installeert 14 Voorbeeld van een installatie op de vloermat
of het chassis 14
Het tekstplaatje omdraaien 15
Aanvullende informatie Technische gegevens 16
2
Nl
Vóór u begint
Deponeer dit product niet bij het gewone huis­houdelijk afval wanneer u het wilt verwijderen. Er bestaat een speciaal wettelijk voorgeschre­ven verzamelsysteem voor de juiste behande­ling, het opnieuw bruikbaar maken en de recycling van gebruikte elektronische produc­ten.
In de lidstaten van de EU en in Zwitserland en Noorwegen kunnen particulieren afgedankte elektronische producten gratis bij de daarvoor bestemde verzamelplaatsen inleveren. Als u een soortgelijk nieuw product koopt, kunt u het afgedankte product ook bij uw verkoop­punt inleveren. Als u in een ander land woont, neem dan con­tact op met de plaatselijke overheid voor infor­matie over het weggooien van afgedankte producten. Op die manier zorgt u ervoor dat uw afge­dankte product op de juiste wijze wordt ver­werkt, hergebruikt en gerecycled, zonder schadelijke gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid.
Bij problemen
Als dit product niet naar behoren functioneert, kunt u uw leverancier of het dichtstbijzijnde er­kende Pioneer-servicecentrum raadplegen.
Hoofdstuk
01
Vóór u begint
Vóór u de versterker aansluit of installeert
WAARSCHUWING
! Aanbevolen wordt gebruik te maken van de
speciale rode accu- en aardkabels RD-228 die afzonderlijk verkrijgbaar zijn. Sluit de accuka­bel rechtstreeks op de positieve (+) pool van de accu van het voertuig aan, en de aardkabel op de carrosserie.
! Dit toestel is bedoeld voor voertuigen met een
accu van 12 volt en negatieve aarding. Voordat u het toestel in een camper, recreatievoertuig, vrachtwagen of bus installeert, moet u het vol­tage van de accu controleren.
! Let er bij installatie van dit toestel op dat de
aardkabel eerst wordt aangesloten. Zorg er­voor dat de aardkabel correct is aangesloten op metalen onderdelen van de carrosserie. De aardkabel van dit toestel moet afzonderlijk en met aparte schroeven met het voertuig wor­den verbonden. Als de schroef van de aardka­bel losraakt, kunnen brand, rook en defecten ontstaan.
! Gebruik een zekering met het voorgeschreven
vermogen.
! Indien de zekering van de los verkrijgbare ac-
cudraad of de versterker smelt, moet u de aan­sluiting van de voeding en de luidsprekers controleren. Verhelp eerst de oorzaak van het probleem en vervang de zekering vervolgens door een gelijkwaardige zekering.
! Installeer de versterker altijd op een vlak op-
pervlak. Installeer de versterker niet op een op­pervlak dat niet effen is of uitsteeksels heeft omdat dat tot storing kan leiden.
! Let er bij het installeren van de versterker op
dat er geen onderdelen (zoals extra schroe­ven) tussen het toestel en het voertuig inge­klemd raken. Dat kan storing veroorzaken.
3
Nl
Hoofdstuk
01
Vóór u begint
! Zorg ervoor dat het toestel niet met vloeistof in
aanraking komt. Dat kan een elektrische schok of rookvorming, oververhitting en scha­de aan het toestel veroorzaken. De behuizing van de versterker en erop aange­sloten luidsprekers kan ook heet worden en lichte brandwonden veroorzaken.
! Bij een storing wordt de stroomvoorziening
van de versterker afgebroken om verdere scha­de te voorkomen. In dit geval schakelt u het systeem uit (OFF) en controleert u de stroom­voorziening en luidsprekeraansluitingen. Als u de oorzaak van het probleem niet zelf kunt be­palen, neemt u contact op met uw leverancier.
! Koppel de negatieve aansluiting van de accu
los voordat u het toestel installeert.
LET OP
! Zet het volume nooit zo hoog dat u geluiden
buiten het voertuig niet meer kunt horen.
! Gebruik van het audiosysteem met stilgelegde
of stationaire motor kan de accu uitputten.
4
Nl
Het toestel installeren
Hoofdstuk
02
Wat is wat
Bovenzijde
1
Links
2 3 4 4 3 2
Gebruik indien nodig een platte schroeven­draaier om een schakelaar te verzetten.
1 Voedingslampje
Het voedingslampje brandt wanneer de voe­ding is ingeschakeld (ON).
2 LEVEL ADJUST-bediening (niveau aan­passen)
Met het bedieningselement LEVEL ADJUST (niveau aanpassen) kunt u het ingangsni­veau van elk kanaal aanpassen. Zowel
LEFT CHANNEL (linker kanaal) als RIGHT CHANNEL (rechter kanaal) zijn be-
schikbaar voor CH A (kanaal A) en CH B (ka­naal B). Draai LEVEL ADJUST (niveau aanpassen) met de wijzers van de klok mee om het ni­veau te verhogen. Draai LEVEL ADJUST tegen de klok in om het niveau te verlagen. ! Als de luidsprekers bruggeschakeld zijn,
zet u de schakelaar LEVEL ADJUST (ni­veau aanpassen) van de luidsprekers in dezelfde stand.
! Als u het toestel aansluit op een autora-
dio die veel vermogen afgeeft en de ver­vorming toeneemt als u het volume van de autoradio verhoogt, stelt u het volume van de autoradio lager af.
3 INPUT SELECT-schakelaar (ingangsselec­tie)
Selecteer 2CH voor een tweekanaalsingang en 4CH voor een vierkanaalsingang.
! Stel LEFT CHANNEL (linker kanaal) en
RIGHT CHANNEL (rechter kanaal) op de-
zelfde stand af.
4 SUPER HI-VOLTAGE MODE-schakelaar (stand voor extra hoge spanning)
Als u verbinding maakt met RS-P99 (los ver­krijgbaar), schakelt u SUPER HI-VOLTAGE MODE (stand voor extra hoge spanning) in.
! Stel LEFT CHANNEL (linker kanaal) en
RIGHT CHANNEL (rechter kanaal) op de-
zelfde stand af.
! Als u aansluiting maakt met andere ap-
paraten dan RS-P99, zet u de schakelaar uit. Als u hem aanzet, kan het volume af­nemen.
Het niveau aanpassen
! Een correcte instelling van de versterkings-
factor beschermt het toestel en/of de luid­sprekers tegen schade door een te hoog uitgangsniveau, onjuist gebruik of een ver­keerde aansluiting.
! Als het geluidsniveau enz. te hoog wordt,
sluit deze functie het uitgangssignaal enke­le seconden af. Het signaal wordt pas weer doorgelaten wanneer het volume op het hoofdtoestel daalt.
Het toestel installeren
5
Nl
Hoofdstuk
02
Het toestel installeren
! Onderbrekingen in de geluidsweergave
kunnen erop duiden dat het ingangsniveau van de versterker niet goed is afgestemd op het uitgangsniveau van het hoofdtoestel. Om een te sterk signaal en geluidsonder­brekingen bij een hoog volume van het hoofdtoestel te vermijden, stelt u het niveau van de versterker af op het maximale pre­out-uitgangsvermogen van het hoofdtoe­stel. U doet dit door de niveau-afstelknop naar links of rechts te draaien.
! Het kan gebeuren dat het geluid toch wordt
afgebroken hoewel het niveau en volume correct zijn ingesteld. Neem in dat geval contact op met het dichtstbijzijnde erkende servicecentrum van Pioneer.
Niveau-aanpassing op dit toestel
! Een onjuiste niveauverhoging van de ver-
sterker resulteert slechts in meer vervor­ming en weinig vermogenstoename.
! Als het golfvormige signaal wordt vervormd
bij een hoog uitgangsniveau, neemt het vermogen slechts gering toe door het ni­veau van de versterker te verhogen.
6
Nl
De toestellen aansluiten
Hoofdstuk
03
Voorbeeldopstelling
In dit systeem verbindt u dit toestel met 4 ka­nalen in 1 en 3 kanalen in 2.
1 2
3
89 a
d e f
In dit systeem verbindt u 2 kanalen met elk ap­paraat.
3
8
d e f
3 Tweeter 4 Luidspreker voor middenbereik 5 Luidspreker voor laag bereik 6 Subwoofer 7 Dit toestel 8 Uitgang voor hoog bereik 9 Uitgang voor middenbereik a Uitgang voor laag bereik b Subwooferuitgang c RS-P99 (los verkrijgbaar) d Optische kabel e IP-BUS-kabel f Analoog signaal
45 6
77
b
c
45 6
7
7 7 7
9ab
c
Aansluitschema
1
c
d
2
7
e
9
a
1 Speciale rode accukabel
RD-228 (apart verkrijgbaar) Pas nadat u alle andere aansluitingen op de versterker hebt voltooid, verbindt u het aan­sluitpunt op de versterker met de positieve (+) accupool.
2 Aardkabel (zwart)
RD-228 (apart verkrijgbaar) Aansluiten op een schone, ongeverfde meta­len locatie.
3 Autoradio met RCA-uitgangen (apart verkrijg-
baar)
4 RS-P99 (los verkrijgbaar) 5 Externe uitgang
Als u maar één ingang gebruikt, mag u niets anders aansluiten op RCA-ingang B.
6 Aansluitkabel met RCA-stekkers (apart ver-
krijgbaar)
7 RCA-ingang A
3
4
5
6
8
f
b
De toestellen aansluiten
7
Nl
Hoofdstuk
03
De toestellen aansluiten
8 RCA-ingang B 9 Luidsprekeraansluiting
Raadpleeg het volgende gedeelte voor meer informatie over het aansluiten van de luidspre­kers. Raadpleeg De luidsprekeraansluitingen op bladzijde 12.
a Zekering (25 A) b Kabel systeemafstandsbediening (apart ver-
krijgbaar) Verbind het mannelijke aansluitpunt van deze kabel met het aansluitpunt voor de systeemaf­standsbediening van de autoradio. Het vrou­welijke aansluitpunt kan worden verbonden met de bedieningsaansluiting van de automa­tische antenne. Indien de autoradio niet is voorzien van een aansluiting voor de systeem­afstandsbediening, verbindt u het mannelijke aansluitpunt via de contactschakelaar met de voedingsaansluiting.
c Zekering (40 A) × 2 d Doorvoerring e Linkerzijde f Rechterzijde
Opmerking
Schakelaar INPUT SELECT (ingangsselectie) moet worden ingesteld. Raadpleeg Het toestel in- stalleren op bladzijde 5 voor meer informatie.
LET OP
! U mag kabels nooit inkorten omdat daardoor
storing kan optreden in het beveiligingscir­cuit.
! Verbind de negatieve luidsprekerkabel nooit
rechtstreeks met de aarding.
! Voeg meerdere negatieve luidsprekerkabels
nooit samen.
! Als de systeemafstandsbedieningskabel van
de versterker met de voeding is verbonden via de contactschakelaar (12 V gelijkstroom), blijft de versterker ingeschakeld zolang het contact aan staat (ongeacht of de autoradio is in- of uitgeschakeld). Hierdoor kan de accu worden uitgeput wanneer de motor stationair draait.
! Installeer de apart verkrijgbare accukabel zo
ver mogelijk van de luidsprekerkabels. Installeer de apart verkrijgbare accukabel, aardkabel, luidsprekerkabels en de versterker zelf zo ver mogelijk van de antenne, antenne­kabel en tuner.
Informatie over de brugschakeling
Vóór u de versterker aansluit
WAARSCHUWING
! Gebruik kabelklemmen of plakband om de be-
kabeling op een veilige manier aan te bren­gen. Wikkel kabels die tegen metalen onderdelen liggen ter bescherming in tape.
! Snijd in geen geval de isolatie van de voe-
dingskabel open om andere apparatuur van stroom te voorzien. De stroomcapaciteit van de voedingskabel is beperkt.
8
Nl
De luidsprekerimpedantie is maximaal 4 W; con­troleer dit zorgvuldig. Een foutieve aansluiting op de versterker kan storingen of lichamelijk letsel (brandwonden door oververhitting) veroorzaken.
12
De toestellen aansluiten
Hoofdstuk
03
Voor een brugschakeling voor een 2-kanaalsver­sterker met een belasting van 4 W sluit u ofwel twee luidsprekers van 8 W parallel aan, met links + en rechts * (zie schema A), ofwel gebruikt u één 4 W-luidspreker. Voor andere versterkers volgt u het volgende aansluitschema voor brugschake­lingen: twee luidsprekers van 8 W parallel gescha­keld voor een belasting van 4 W of één luidspreker van 4 W per kanaal. Voor meer inlichtingen kunt u contact opnemen met uw erkende Pioneer-leverancier of
-klantendienst.
Luidsprekerspecificaties
De luidsprekers die u gebruikt moeten aan de volgende vereisten voldoen, anders bestaat er een risico op rookontwikkeling, brand of an­dere schade. De luidsprekerimpedantie be­draagt 2 W tot 8 W,of4W tot 8 W voor twee kanalen en andere brugschakelingen.
Subwoofer
Luidsprekerkanaal Vermogen
4-kanaalsuitgang
2-kanaalsuitgang
3-kanaalsluidspre­keruitgang A
3-kanaalsluidspre­keruitgang B
Nominale ingang: Min. 60 W
Nominale ingang: Min. 180 W
Nominale ingang: Min. 60 W
Nominale ingang: Min. 180 W
Luidsprekerkanaal Vermogen
3-kanaalsluidspre­keruitgang A
3-kanaalsluidspre­keruitgang B
Maximale ingang: Min. 100 W
Maximale ingang: Min. 300 W
De luidsprekers aansluiten
De luidsprekeruitgang kan 4, 3 (stereo en mono) of 2 (stereo of mono) kanalen hebben. Sluit de luidsprekerdraden aan volgens het aantal gebruikte kanalen en de volgende af­beeldingen.
4-kanaalsuitgang
12
3
4
1 Links 2 Rechts 3 Luidsprekeruitgang A 4 Luidsprekeruitgang B
De toestellen aansluiten
Andere dan de subwoofer
Luidsprekerkanaal Vermogen
4-kanaalsuitgang
2-kanaalsuitgang
Maximale ingang: Min. 100 W
Maximale ingang: Min. 300 W
9
Nl
2
1
Hoofdstuk
03
De toestellen aansluiten
3-kanaalsuitgang
12
3
4
1 Links 2 Rechts 3 Luidsprekeruitgang A 4 Luidsprekeruitgang B (mono)
2-kanaalsuitgang (stereo)
1
2-kanaalsuitgang (mono)
1
1 Luidspreker (mono)
Aansluiting via de RCA-ingang
Sluit de RCA-uitgang van de autoradio aan op de RCA-ingang van de versterker.
4- of 3-kanaalsuitgang
! Zet schakelaar INPUT SELECT (ingangsse-
lectie) op positie 4CH.
! Stel LEFT CHANNEL (linker kanaal) en
RIGHT CHANNEL (rechter kanaal) op de-
zelfde stand af.
1
1 Luidspreker (links) 2 Luidspreker (rechts)
10
Nl
2
3
4
1 RCA-ingang A 2 RCA-ingang B
De toestellen aansluiten
Hoofdstuk
03
3 Aansluitkabels met RCA-stekkers (apart ver-
krijgbaar)
4 Van RS-P99 (apart verkrijgbaar) enz. (RCA-uit-
gang) Als u maar één stekker gebruikt, sluit u deze aan op RCA-ingang A (niet op B).
2-kanaalsuitgang (stereo) / (mono)
! Zet schakelaar INPUT SELECT (ingangsse-
lectie) op positie 2CH.
! Stel LEFT CHANNEL (linker kanaal) en
RIGHT CHANNEL (rechter kanaal) op de-
zelfde stand af.
1
2
3
1 RCA-ingang A
Bij een 2-kanaalsuitgang sluit u de RCA-stek­kers aan op RCA-ingang A.
2 Aansluitkabels met RCA-stekkers (apart ver-
krijgbaar)
3 Van RS-P99 (apart verkrijgbaar) enz. (RCA-uit-
gang)
Aansluitingen niet solderen
! Sluit geen kabels waarvan de mantel ge-
broken is aan op de voedingspunten van de versterker (voedingsaansluiting, aardaan­sluiting, aansluiting van de systeemaf­standsbediening). Als kabels los raken of breken kan dat brand of kortsluiting veroor­zaken.
! Inspecteer de kabels regelmatig en span ze
zo nodig aan.
! Soldeer of vlecht de kabeluiteinden niet
aan of in elkaar.
! Let er bij het vastleggen van de kabel op
dat de mantel niet wordt ingeklemd.
! Gebruik de bijgeleverde moersleutel om de
bevestigingsschroef van de versterker vast te draaien of los te maken, en om de kabel vast te leggen. Let op dat u deze niet te hard aandraait omdat daardoor de draad wordt beschadigd.
LET OP
Gebruik de bijgeleverde moersleutel om de schroeven aan te draaien waarmee de draden worden aangesloten. Als u een langere (in de handel verkrijgbare) sleutel gebruikt, kan het draaimoment ongemerkt te sterk zijn met bescha­diging van de draden en aansluitpunten als ge­volg.
De voedingsaansluiting verbinden
WAARSCHUWING
! Aanbevolen wordt gebruik te maken van de
speciale rode accu- en aardkabels RD-228 die afzonderlijk verkrijgbaar zijn. Sluit de accuka­bel rechtstreeks op de positieve (+) pool van de accu van het voertuig aan, en de aardkabel op de carrosserie.
! Indien de accukabel niet goed (met de aan-
sluitschroeven) wordt aangesloten, bestaat er een risico op oververhitting, storingen en li­chamelijk letsel zoals lichte brandwonden.
De toestellen aansluiten
11
Nl
45 6
1
Hoofdstuk
03
De toestellen aansluiten
1 Trek de accukabel vanuit het motor­compartiment door naar het voertuiginte­rieur.
Pas nadat u alle andere aansluitingen op de versterker hebt voltooid, verbindt u het aan­sluitpunt op de versterker met de positieve (+) accupool.
123
1 Positieve (+) pool 2 Motorcompartiment 3 Voertuiginterieur 4 Zekering (40 A) × 2 5 Plaats de rubberen doorvoerring in de car-
rosserie van het voertuig.
6 Boor een opening van 14 mm in de carros-
serie.
2 Sluit de kabels aan.
Schroef de kabels stevig vast.
2
1
7
6
1 Voedingsaansluiting 2 Aansluiting systeemafstandsbediening 3 Aansluitschroeven 4 Aardaansluiting 5 Aardkabel 6 Kabel systeemafstandsbediening 7 Accukabel
5
3
4
3 Plaats de draden in de openingen en bevestig ze met de draadhouder.
1 Draadhouder
# Controleer of de draden goed zijn geplaatst en aangesloten voordat u ze met de draadhouder be­vestigt. # Bevestig de draadhouder rondom het geïso­leerde deel van de draad, niet rond de blanke draad. # Snij te lange delen van de draadhouders af.
De luidsprekeraansluitingen
Gebruik een kabel van 12 AWG tot 18 AWG voor de luidsprekerkabel.
1 Verwijder met een draadstriptang de isolatie van het eind van de luidsprekerka­bel over een lengte van ongeveer 14 mm tot 16 mm.
1
1 14 mm tot 16 mm
2 Sluit de luidsprekerkabels op de luid­sprekeruitgangen aan.
Schroef de luidsprekerkabels stevig vast.
12
Nl
1
De toestellen aansluiten
1
Hoofdstuk
03
2
3
1 Aansluitschroeven 2 Luidsprekerkabel 3 Luidsprekeraansluiting
3 Plaats de draden in de openingen en bevestig ze met de draadhouder.
1 Draadhouder
# Controleer of de draden goed zijn geplaatst en aangesloten voordat u ze met de draadhouder be­vestigt. # Bevestig de draadhouder rondom het geïso­leerde deel van de draad, niet rond de blanke draad. # Snij te lange delen van de draadhouders af.
De toestellen aansluiten
13
Nl
3
Hoofdstuk
04
Installatie
Vóór u de versterker installeert
WAARSCHUWING
! Gebruik geen onderdelen van andere fabrikan-
ten; deze kunnen storingen veroorzaken.
! Installeer dit toestel niet op een plaats waar:
het de besturing van het voertuig kan be-
lemmeren.
het de inzittenden kan verwonden bij een
noodstop.
! Plaats schroeven zo dat de punt van de
schroef geen kabels raakt. Dit is belangrijk omdat de kabel anders door voertuigtrillingen door de schroef kan worden ingesneden, wat brand kan veroorzaken.
! Plaats de kabels niet in de buurt van beweeg-
bare onderdelen, zoals de versnellingspook of de rails van de stoelen.
! Let er bij het boren op dat zich aan de achter-
kant van het paneel geen onderdelen bevin­den. Scherm alle kabels en vitale onderdelen (bijvoorbeeld brandstof- en remleidingen, an­dere bekabeling) eerst zorgvuldig af.
LET OP
! Let tijdens de installatie op de volgende pun-
ten om te zorgen dat de versterker goed warmte kan afgeven: Laat voldoende ventilatieruimte vrij boven
de versterker.
Leg geen mat of ander materiaal over de
versterker.
! Leg kabels niet op plaatsen die heet kunnen
worden, zoals dicht bij de kachel.
! De optimale installatieplek verschilt van voer-
tuig tot voertuig. Plaats de versterker op een plek die voldoende sterk en stijf is.
! Controleer alle aansluitingen en systemen
voordat u de installatie voltooit.
! Controleer, nadat u de versterker hebt geïn-
stalleerd, of het reservewiel en het bijbeho-
rende gereedschap nog ongehinderd bereikbaar zijn.
Voorbeeld van een installatie op de vloermat of het chassis
1 Plaats de versterker op de gewenste in­stallatieplaats.
Plaats de meegeleverde zelftappende schroe­ven (5 mm × 25 mm) in de schroefgaten en duw erop met een schroevendraaier zodat de punt een afdruk laat op de plaats waar de boorgaten moeten komen.
2 Installeer het toestel.
1
2
1 Zelftappende schroeven (5 mm × 25 mm) 2 Vloerbedekking of chassis 3 Boor een gat met een diameter van 3 mm
tot 3,5 mm.
14
Nl
Installatie
3 Maak de afdekking van het aansluit­blok vast om kortsluiting te voorkomen.
Hoofdstuk
04
1
2
3
1 Zeskantsleutel (groot) 2 Aansluitschroeven 3 afdekking van aansluitblok
Het tekstplaatje omdraaien
1 Draai de schroeven van het tekstplaatje los met een zeskantsleutel (klein).
2 Draai het tekstplaatje om en draai het weer vast met de schroeven en de kleine zeskantsleutel.
Installatie
1
1 Zeskantsleutel (klein) 2 Schroeven 3 Tekstplaatje
2
3
15
Nl
Aanhangsel
Aanvullende informatie
Technische gegevens
Spanningsbron ......................... 14,4 V gelijkstroom (10,8 tot
15,1 V toelaatbaar)
Aarding ......................................... Negatief
Stroomverbruik ......................... 27 A (bij continuvermogen,
4 W)
3 A (geen signaal) Gemiddelde afgenomen stroom
..................................................... 9A(4W voor vier kanalen)
9A(4W voor twee kanalen)
Zekering ....................................... 25 A × 2
Afmetingen (B × H × D) ..... 258 mm × 63 mm × 360
mm
Gewicht ........................................ 8,3 kg
Maximaal uitgangsvermogen
..................................................... 100 W × 4 (4 W)/300W×2
(4 W) Continu uitgangsvermogen
..................................................... 50 W × 4 (bij 14,4 V, 4 W,20
Hz tot 20 kHz, 0,08%)
150 W × 2 (bij 14,4 V, 4 W,
20 Hz tot 20 kHz, 0,8%)
75 W × 4 (bij 14,4 V, 2 W,20
Hz tot 20 kHz, 0,8%)
Belastingsimpedantie ........... 4 W (2 W tot 8 W toegestaan)
Frequentierespons .................. 10 Hz tot 100 kHz (+0 dB, -1
dB) Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 108 dB (IEC -A-netwerk)
Vervorming ................................. 0,002% (1 W, 1 kHz)
Scheiding .................................... 85 dB (100 Hz tot 10 kHz, 20
kHz laagdoorlaatfilter)
Flanksnelheid ............................ 100 V/µsec.
Dempingsfactor ....................... 130
Niveau-aanpassing (gain) ... ±3 dB (L/R onafhankelijk) Ingang maximaal / Ingang continu
RCA ...................................... 10 V / 2,5 V
(stand voor extra hoge span-
ning ingeschakeld)
Ingangsimpedantie ................ 5kW (stand voor extra hoge
spanning aan)
22 kW (stand voor extra
hoge spanning uit)
Opmerkingen
! Technische gegevens en ontwerp kunnen zon-
der voorafgaande kennisgeving worden gewij­zigd.
! De gemiddelde stroomafname van dit toestel
benadert de maximale stroomafname wan-
neer een geluidssignaal wordt ingevoerd. Ge­bruik deze waarde om de totale stroomafname te berekenen bij gebruik van meerdere versterkers.
16
Nl
17
Nl
18
Nl
19
Nl
PIONEER CORPORATION
1-1, Shin-ogura, Saiwai-ku, Kawasaki-shi, Kanagawa 212-0031, JAPAN
PIONEER ELECTRONICS (USA) INC.
P.O. Box 1540, Long Beach, California 90801-1540, U.S.A. TEL: (800) 421-1404
PIONEER EUROPE NV
Haven 1087, Keetberglaan 1, B-9120 Melsele, Belgium/Belgique TEL: (0) 3/570.05.11
PIONEER ELECTRONICS ASIACENTRE PTE. LTD.
253 Alexandra Road, #04-01, Singapore 159936 TEL: 65-6472-7555
PIONEER ELECTRONICS AUSTRALIA PTY. LTD.
178-184 Boundary Road, Braeside, Victoria 3195, Australia TEL: (03) 9586-6300
PIONEER ELECTRONICS OF CANADA, INC.
300 Allstate Parkway, Markham, Ontario L3R 0P2, Canada TEL: 1-877-283-5901 TEL: 905-479-4411
PIONEER ELECTRONICS DE MEXICO, S.A. de C.V.
Blvd.Manuel Avila Camacho 138 10 piso Col.Lomas de Chapultepec, Mexico, D.F. 11000 TEL: 55-9178-4270
台北4413
(02) 2521-3588
9901-6 : (0852) 2848-6488
Uitgegeven door Pioneer Corporation. Copyright ã 2010 by Pioneer Corporation. Alle rechten voorbehouden.
<KOKZX> <10C00000>
<CRB3392-A> EW
Loading...