Nederlands
Alarm/Actie Module
Inhoudsopgave
Inleiding........................................................................................................................60
Installatie.....................................................................................................................62
De module monteren
Installeren en instellen van een optionele
Passieve Infrarood (PIR) detector.
Locatie van de PIR
Installatie van de PIR
Instellingen van de PIR
Looptest LED
Pulsteller
Systeemkabel
Actie-uitgang
Alarm-ingang
Instellingen.................................................................................................................69
De module toewijzen (CAMERA # schakelaar)
Modulenummer
Sabotageschakelaar-onderdrukking aan/uit
'Laatst in lijn' schakelaar
Dubbele-adresseringsfout
Nederlands
n
Bladzijde
Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u uw systeem in bedrijf stelt.
n
59
Inleiding
Dank u voor het aanschaffen van deze accessoires bij uw
waarnemingssysteem.
>
N
<
E
R
A
A
R
F
6 6
4
4 4
1
Colour Observation system
_
talkaction
menu
auto
+ next
>
N
<
E
R
A
A
R
F
4
8
4
4
view
2
Colour Observation Monitor
Colour Observation Monitor
7
5
4
3
CL 66610005_005b.AI
1 Hoofdmonitor
2 Videorecorder (VCR)
3 Secundaire monitor
4 Aansluitingsmodules (0-2 per kabel)
5 Interface-module
6 Systeemcamera's
7 Niet voor het systeem ontworpen camera's (CVBS)
8 Netadapter
De set bevat de volgende onderdelen:
1 alarm-/actiemodule
1 Systeemkabel (5 m)
1 Handleiding
1 PIR-eenheid (voor versie met PIR)
1 Kabel (50 cm) voor verbinding tussen alarm/actiemodule en PIR
(voor versie met PIR)
n
60
NC = verbreek contact (Normally Closed)
NO = maak contact (Normally Open)
common
CL 66610005_511.AI
N.O.
N.C.
De alarm-/actiemodule vervult twee verschillende functies:
1 Actie
Met deze functie wordt bijvoorbeeld een deur op afstand geopend.
Indien de actie-toets van de hoofdmonitor wordt ingedrukt, wordt een
schakelaar-contact geactiveerd. Dit contact (NC, NO) kan op zijn beurt
bijvoorbeeld een deuropener activeren.
Er dient rekening mee te worden gehouden dat de actie-toets alleen de
actiemodule activeert die is toegewezen aan de camera-ingang, waarvan
het beeld op het monitorscherm verschijnt.
2 Alarm
Deze functie voorziet het beveiligingssysteem van alarm-ingangen. Alle
soorten detectors met een NC- of NO-contact worden ondersteund,
bijvoorbeeld:
• infrarood-detectors
• rook-detectors
• magnetische deur-/raamcontacten
Wanneer een detector de alarm-/actiemodule activeert, schakelt de
hoofdmonitor automatisch over naar de camera-ingang waaraan de
alarm-/actiemodule is toegewezen. De hoofdmonitor geeft alarm en
activeert het alarmcontact.
Er zij twee types alarm-/actiemodule: de ene met een 'passieve infrarood'
(PIR) bewegingsdetector en één zonder. De beschrijving in deze
handleiding geldt voor beide types.
Als de automatische camerasequentie geactiveerd is, stopt deze bij de
desbetreffende camera-ingang.
n
61
Installatie
Opmerking: Wanneer desysteemconfiguratie wordt gewijzigd,moet de hoofdmonitor
de configuratie van de op de ingangen aangesloten camera's en accessoires controleren
en in het geheugen opslaan. Dit gebeurt automatisch wanneer de hoofdschakelaar
wordt ingeschakeld. Het alleen bedienen van de spaarstandtoets is niet voldoende.
Als uitschakelen niet mogelijk is, gebruik dan de automatische installatie uit het
installatie-menuvan de hoofdmonitor.
De module monteren
1 Draai de bevestigingsschroef van de kap los en verwijder de kap.
CL 66610005_501.AI
2 Verwijder de printplaat
1.
CL 66610005_502.AI
3 Bevestig de bodemplaat van de module met twee schroeven.
CL 66610005_504.AI
n
62
4 Plaats de printplaat.
5 Maak nu de verbindingen (zie het gedeelte 'Actie-uitgang').
Opmerking: Zie het gedeelte 'Installeren en instellen van een optionele
Passieve Infrarood (PIR) detector' voor het installeren en aansluiten van een
PIR-detector.
6 BELANGRIJK: Pas de schakelaarstanden op de printplaat aan om de
module voor uw systeem te configureren. Zie hoofdstuk 'Instellingen'.
7 Breng de kap aan en zet deze met de schroef vast.
Installeren en instellen van een optionele Passieve
Infrarood (PIR) detector
Locatie van de PIR
De plaats van de PIR bepaalt het blikveld van de PIR.
Kies een plaats waar een eventuele inbreker het meest waarschijnlijk kan
worden ontdekt.
Plaats de sensor op een hoogte van ± 2,2 meter om een zo breed
mogelijke blikveld te krijgen (zie onderstaande tekening).
Sensorbereik (lenspositie 0°)
Zijaanzicht Bovenaanzicht
14M
46Ft
110
CL 76610006_001.AI
2.2M
7.2Ft
4M
13.15Ft
8M
26.3Ft
Let op het volgende voordat u de PIR monteert:
• Vermijd plaatsing van de PIR in de nabijheid van radiatoren,
verwarmings-/koelingsbuizen of air conditioners.
• Richt het blikveld van de sensor niet op ramen die direct zonlicht
ontvangen of die door tocht worden bewogen.
• Voorkom dat het blikveld van de sensor wordt geblokkeerd door grote
voorwerpen (gordijnen, planten, meubelen).
n
63
O