Ga voor registratie van uw product en ondersteuning naar
www.philips.com/welcome
CD490
CD495
Gebruiksaanwijzing
2 NL
Inhoudsopgave
1 Belangrijke veiligheidsinstructies 3
2 Uw telefoon 4
Wat zit er in de doos? 4
Overzicht van de telefoon 5
Overzicht van het basisstation 6
Pictogrammen in het hoofdmenu 6
Pictogrammen weergeven 7
3 Aan de slag 8
Het basisstation en de lader aansluiten 8
De handset installeren 9
De telefoon congureren (verschilt
per land) 9
De handset opladen 10
Het batterijniveau controleren 10
Wat is de stand-bymodus? 10
De signaalsterkte controleren 11
4 Telefoongesprekken voeren 12
Bellen 12
Een gesprek aannemen 13
Een gesprek beëindigen 13
Het volume van de oordopjes/
luidspreker aanpassen 13
De microfoon uitschakelen 13
De luidspreker in- of uitschakelen 13
Een tweede gesprek beginnen 13
Een tweede gesprek aannemen 14
Tussen twee gesprekken schakelen 14
Een conferentiegesprek beginnen met
de externe bellers 14
5 Intercomgesprek en telefonische
conferenties 15
Bellen naar een andere handset 15
Een gesprek doorverbinden 15
Een conferentiegesprek beginnen 15
6 Letters en cijfers 17
Letters en cijfers invoeren 17
Wisselen tussen hoofdletters en kleine
letters 17
7 Telefoonboek 18
Het telefoonboek weergeven 18
Een vermelding zoeken 18
Kiezen vanuit het telefoonboek 18
Het telefoonboek openen tijdens een
gesprek 18
Een vermelding toevoegen 19
Een vermelding bewerken 19
Een vermelding verwijderen 19
Alle vermeldingen verwijderen 19
Een eigen melodie instellen 20
Een contactpersoon toevoegen aan de
uitzonderingslijst 20
8 Bellijst 21
Type bellijst 21
De belvermeldingen weergeven 21
Een belvermelding opslaan in het
telefoonboek 21
Terugbellen 22
Een belvermelding verwijderen 22
Alle belvermeldingen verwijderen 22
9 Herhaallijst 23
De herhaalvermeldingen bekijken 23
Een nummer herhalen 23
Een herhaalvermelding opslaan in het
telefoonboek 23
Een herhaalvermelding verwijderen 23
Alle herhaalvermeldingen verwijderen 23
Nederlands
NL 1
10 Telefooninstellingen 24
Geluidinstellingen 24
De datum en de tijd instellen 25
ECO-modus 26
De handset een naam geven 26
De displaytaal instellen 26
Display-instellingen 26
11 Alarmklok 27
Het alarm instellen 27
Het alarm uitschakelen 27
17 Kennisgeving 45
Compatibel met de GAP-norm 45
Voldoet aan de norm voor
elektromagnetische velden (EMF) 45
Oude producten en batterijen
weggooien 45
18 Veelgestelde vragen 47
19 Bijlage 48
12 Services 28
Automatische conferentie 28
Gesprekken blokkeren 28
Type bellijst 29
Automatische voorkeuze 29
Netwerktype 29
Flashsignaalduur instellen 30
Kiesmodus 30
Eerste beltoon 30
Automatische klok 30
De handsets aanmelden 31
De handsets afmelden 31
Oproepservices 32
Standaardinstellingen herstellen 33
13 Babyfoon 34
De babyfoon activeren/deactiveren 34
Een alarm verzenden 34
Het huilniveau instellen 35
14 Antwoordapparaat 36
Het antwoordapparaat in- of
uitschakelen 36
De taal instellen voor het
antwoordapparaat 36
De antwoordmodus instellen 36
Aankondiging 36
Ingekomen berichten (ICM) 37
20 Index 50
15 Menustructuur 41
16 Technische gegevens 44
2 NL
1 Belangrijke veilig-
heidsinstructies
Vereiste voeding
• Dit product moet worden gevoed met
100 - 240 volt wisselstroom. Bij een
stroomstoring kan de communicatie
worden onderbroken.
• Het voltage op het telefoonnetwerk
is geclassiceerd als TNV-3
(Telecommunication Network Voltages) zoals
gedenieerd in de standaard EN 60950.
Waarschuwing
•
Het elektrische netwerk is geclassiceerd als gevaarlijk.
De lader kan uitsluitend worden uitgeschakeld door de
adapter uit het stopcontact te halen. Zorg ervoor dat
het stopcontact altijd gemakkelijk kan worden bereikt.
Voorkom schade of defecten
Let op
Gebruik uitsluitend de voeding die in de
•
gebruiksaanwijzing wordt vermeld.
• Gebruik uitsluitend de batterijen die in de
gebruiksaanwijzing worden vermeld.
• Ontplofngsgevaar als de batterij wordt vervangen
door een onjuist type.
• Gooi gebruikte batterijen weg volgens de instructies.
• Gebruik altijd de bij het product geleverde kabels.
• Zorg ervoor dat de laadcontacten of de batterijen niet
in contact komen met metalen objecten.
• Zorg ervoor dat het product niet in contact komt met
kleine metalen voorwerpen. Is dit toch het geval, dan
kan de geluidskwaliteit verminderen en kan het product
beschadigd raken.
• Metalen objecten kunnen magnetisch worden
aangetrokken wanneer deze zich in de nabijheid
bevinden van de luidspreker in de handset.
• Gebruik het product niet op plaatsen waar
ontplofngsgevaar bestaat.
• Open de handset, het basisstation of de lader niet
omdat u kunt worden blootgesteld aan hoogspanning.
• Apparatuur die op het lichtnet wordt aangesloten moet
dicht bij een stopcontact worden geïnstalleerd dat
gemakkelijk bereikbaar is.
• Bij het activeren van de handsfree-functie kan het
geluidsvolume sterk toenemen: zorg ervoor dat de
handset zich niet te dicht bij uw oor bevindt.
• Deze apparatuur is niet ontworpen voor het bellen van
alarmnummers tijdens een stroomstoring. Zorg ervoor
dat een alternatief beschikbaar is om het bellen van
alarmnummers mogelijk te maken.
• Stel het product niet bloot aan vloeistoffen.
• Gebruik geen schoonmaakmiddelen die alcohol,
ammoniak, benzeen of schuurmiddelen bevatten, omdat
het apparaat hierdoor kan worden beschadigd.
• Stel de telefoon niet bloot aan hoge temperaturen
veroorzaakt door verwarmingsapparatuur of direct zonlicht.
• Laat de telefoon niet vallen en laat geen voorwerpen
op de telefoon vallen.
• Ingeschakelde mobiele telefoons in de nabijheid kunnen
interferentie veroorzaken.
De telefoon als babyfoon gebruiken
Let op
Houd toezicht op jonge kinderen om te voorkomen
•
dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Zorg dat de babyunit en het snoer altijd buiten het bereik
van de baby blijven (ten minste 1 meter verwijderd).
• Houd de ouderunit op ten minste 1,5 meter afstand van
de babyunit om akoestische feedback te voorkomen.
• Plaats de babyunit niet in het bed of de box van de baby.
• Dek de ouderunit en de babyunit nooit af (bijvoorbeeld
met een handdoek of een deken). Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen van de babyunit altijd vrij zijn.
• Neem alle mogelijke voorzorgsmaatregelen om u ervan
te verzekeren dat uw baby veilig slaapt .
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
personen (waaronder kinderen) met verminderde
lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens, of die
gebrek aan ervaring of kennis hebben, tenzij iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid toezicht op hen
houdt of hen heeft uitgelegd hoe het apparaat dient te
worden gebruikt.
• Wanneer u de ouderunit naast een zender of een
ander DECT-apparaat plaatst (bijvoorbeeld een DECT-
telefoon of een draadloze internetrouter), kan de
verbinding met de babyunit worden verbroken. Plaats
de babyfoon uit de buurt van de andere draadloze
apparaten totdat de verbinding is hersteld.
• Deze babyfoon is bedoeld als hulpmiddel. Het is geen
vervanging voor verantwoordelijk en degelijk toezicht door
volwassenen en moet niet als zodanig worden gebruikt.
Informatie over de bedrijfstemperatuur en de
opslagtemperatuur
• Gebruik het apparaat op een plaats waar
de temperatuur altijd tussen 0 °C en
+40 °C ligt (tot 90% relatieve vochtigheid).
• Bewaar het op een plaats waar de
temperatuur altijd tussen -20 °C en +45 °C
ligt (tot 95% relatieve vochtigheid).
• De levensduur van de batterij kan korter
zijn in lage temperatuuromstandigheden.
Nederlands
NL 3
2 Uw telefoon
Gefeliciteerd met uw aankoop en welkom bij
Philips!
Wilt u volledig proteren van de ondersteuning
die Philips u kan bieden? Registreer dan uw
product op www.philips.com/welcome.
Wat zit er in de doos?
Basisstation (CD490)
Basisstation (CD495)
Voedingsadapter**
Telefoonsnoer*
Garantiebewijs
Gebruikershandleiding
Handset**
Lader**
4 NL
4XLFNVWDUWJXLGH
Snelstartgids
Opmerking
* In sommige landen moet u eerst het snoer aan de
•
adapter bevestigen en vervolgens de adapter in de
telefoonaansluiting steken.
Opmerking
** In verpakkingen met meerdere handsets bevinden
•
zich extra handsets, laders en voedingsadapters.
Overzicht van de telefoon
a
q
p
o
n
m
l
k
b
c
d
e
f
g
h
i
j
Luidspreker
a
Luidspreker
b
Batterijklep
c
d
e
f
g
h
• Hiermee bladert u omhoog in
het menu.
• Hiermee verhoogt u het volume
van de oordopjes.
• Hiermee opent u het
telefoonboek.
• Hiermee verwijdert u tekst of
getallen.
• Hiermee annuleert u de
bewerking.
Hiermee verplaatst u de
/
cursor naar links of rechts in de
bewerkingsmodus.
• Hiermee beëindigt u de oproep.
• Hiermee sluit u het menu/de
bewerking af.
• Druk hierop om een spatie in te
voeren tijdens het bewerken van
de tekst.
• Houd deze toets ingedrukt om
het toetsenblok te vergrendelen.
i
j
k
l
m
n
o
p
q
• Hiermee belt u een vooraf
gekozen nummer.
• Houd ingedrukt om een pauze in
te voeren.
• Hiermee schakelt u tussen
hoofdletters/kleine letters tijdens
het bewerken.
Hiermee schakelt u de microfoon
in of uit.
Microfoon
• Hiermee schakelt u de
luidspreker in/uit.
• Hiermee kunt u bellen en
oproepen aannemen via de
luidspreker.
Houd de toets ingedrukt om een
intercomgesprek te beginnen
(alleen voor versies met meerdere
handsets).
• Hiermee bladert u omlaag in het
menu.
• Hiermee verlaagt u het volume
van de oordopjes.
• Hiermee opent u de bellijst.
• Hiermee kunt u bellen en
oproepen aannemen.
• Oproeptoets
• Hiermee geeft u het hoofdmenu
weer.
• Selectie bevestigen.
• Hiermee opent u het optiemenu.
• Hiermee selecteert u de functie
die op het scherm van de
handset recht boven de toets
wordt weergegeven.
LED-lampje
Nederlands
NL 5
Overzicht van het basisstation
CD490
a
g
h
i
• Hiermee speelt u berichten af.
• Hiermee stopt u het afspelen
van berichten.
• Hiermee verwijdert u het
huidige bericht.
• Houd ingedrukt om alle oude
berichten te wissen.
Berichtenteller
Pictogrammen in het
hoofdmenu
a
CD495
i
h
g
a
Luidspreker
b
c
/
d
e
f
• Hiermee zoekt u handsets.
• Hiermee schakelt u de modus
voor het aanmelden in.
a
b
c
d
e
f
• Hiermee zoekt u handsets.
• Hiermee gaat u naar de modus
voor aanmelden.
Hiermee verhoogt/verlaagt u het
volume van de luidspreker.
Hiermee spoelt u achteruit tijdens
het afspelen.
Hiermee spoelt u vooruit tijdens
het afspelen.
Hiermee schakelt u het
antwoordapparaat in/uit.
Het onderstaande is een overzicht van
de menuopties die beschikbaar zijn in uw
CD490/495. Raadpleeg voor meer informatie
over de menuopties de desbetreffende
gedeelten in deze gebruikershandleiding.
PictogramBeschrijving
[Telefooninst.]: hiermee kunt
u de datum en tijd, geluiden,
ECO-modus, telefoonnaam en
schermtaal instellen.
[Services]: hiermee kunt u de
functies voor automatische
conferentie, automatische
voorkeuze, netwerktype, ashduur,
automatische klok, oproepservices
enzovoorts instellen. De services
zijn netwerk- en landafhankelijk.
[Wekker]: hiermee kunt u de
datum en tijd, het alarm, de
alarmmelodie enz. instellen.
[Telefoonboek]: hiermee kunt u
vermeldingen in het telefoonboek
toevoegen, bewerken, beheren enz.
[Inkom. oproepn] - hiermee kunt
u de belgeschiedenis van alle
gemiste of ontvangen oproepen
weergeven. Dit pictogram is alleen
beschikbaar in CD490.
6 NL
[Babyfoon]: hiermee kunt u het
alarm voor andere handsets of
voor een extern nummer, en het
huilniveau instellen.
[Antwoordapp.]: hiermee kunt
u telefoonberichten enzovoorts
instellen, beluisteren en
verwijderen. Dit pictogram is alleen
beschikbaar in CD495.
Pictogrammen weergeven
In stand-bymodus geven de pictogrammen die
op het hoofdscherm worden weergegeven aan
welke functies op de handset beschikbaar zijn.
PictogramBeschrijving
Wanneer de handset van het
basisstation/de lader is genomen,
geven de balkjes het batterijniveau
aan (vol tot bijna leeg).
Wanneer de handset zich op
het basisstation/de lader bevindt,
blijven de balkjes bewegen tot het
opladen is voltooid.
Het pictogram van de lege
batterij knippert en u hoort een
waarschuwingstoon.
De batterij is bijna leeg en moet
worden opgeladen.
Het aantal balken duidt de
verbindingsstatus aan tussen de
handset en basisstation. Hoe meer
balken er worden weergegeven,
hoe beter de signaalsterkte is.
Brandt continu wanneer u door de
lijst met nieuwe gemiste oproepen
bladert.
Knippert wanneer u een oproep
hebt gemist.
Brandt continu wanneer u door de
lijst met gemiste oproepen bladert.
De luidspreker is ingeschakeld.
De stille modus is geactiveerd.
Wordt weergegeven wanneer
het belsignaal is uitgeschakeld of
gedurende de vooraf ingestelde
tijd voor de stille modus.
Het alarm is geactiveerd.
Antwoordapparaat: knippert
wanneer u een nieuw bericht hebt.
Wordt weergegeven wanneer het
antwoordapparaat is ingeschakeld.
Knippert wanneer u een nieuw
spraakbericht hebt.
Brandt continu wanneer alle
spraakberichten in de lijst zijn
beluisterd.
Het pictogram wordt niet
weergegeven wanneer er geen
spraakbericht is.
ECODe modus ECO is geactiveerd.
Nederlands
NL 7
3 Aan de slag
Let op
Vergeet niet de veiligheidsinstructies te lezen in het
•
gedeelte 'Belangrijke veiligheidsinstructies' voordat u de
handset aansluit en installeert.
Het basisstation en de lader
aansluiten
Waarschuwing
•
Het product kan beschadigd raken! Controleer of het
netspanningsvoltage overeenkomt met het voltage
dat staat vermeld op de achter- of onderzijde van de
telefoon.
• Gebruik uitsluitend de meegeleverde adapter om de
batterijen op te laden.
Opmerking
Als u zich via uw telefoonlijn abonneert op de snelle
•
DSL-internetservice (digital subscriber line), dient u een
DSL-lter tussen het telefoonsnoer en het stopcontact
te installeren. Dit lter voorkomt ruis en problemen
met nummerherkenning die door de DSL-interferentie
worden veroorzaakt. Neem contact op met uw DSL-
serviceprovider voor meer informatie over DSL-lters.
• Het typeplaatje bevindt zich aan de onderkant van het
basisstation.
Sluit elk uiteinde van de voedingsadapter
1
aan op:
• de DC-ingang aan de achterkant van
het basisstation;
• het stopcontact in de muur.
Sluit elk uiteinde van het telefoonsnoer aan
2
op:
• de telefoonaansluiting aan de
achterkant van het basisstation;
• de telefoonaansluiting in de muur.
Sluit elk uiteinde van de voedingsadapter
3
(uitsluitend voor versies met meerdere
handsets) aan op:
• de DC-ingang aan de achterkant van de
extra lader van de handset.
• het stopcontact in de muur.
8 NL
De handset installeren
De batterijen zijn vooraf in de handset
geïnstalleerd. Trek de batterijtape van de
batterijklep voordat u gaat opladen.
Het land/de taal instellen
Selecteer uw land/taal en druk ter bevestiging
op [OK].
» De land-/taalinstelling wordt opgeslagen.
Opmerking
De optie voor land-/taalinstelling verschilt per land. Als
•
er geen welkomstbericht wordt getoond, betekent dit
dat de land-/taalinstelling vooraf is ingesteld voor uw
land. Dan kunt u de datum en tijd instellen.
Nederlands
Let op
Ontplofngsgevaar! Houd batterijen uit de buurt van
•
hitte, zonlicht of vuur. Werp batterijen nooit in het vuur.
• Gebruik uitsluitend de meegeleverde batterijen.
• Risico van verminderde levensduur! Gebruik nooit
verschillende merken of soor ten batterijen door elkaar.
Opmerking
Laad de batterijen voorafgaand aan het eerste gebruik
•
8 uur lang op.
• Het is normaal dat de handset warm wordt tijdens het
opladen van de batterijen.
Waarschuwing
•
Controleer de polariteit van de batterijen wanneer
u deze in het batterijcompartiment plaatst. Onjuiste
plaatsing kan het product beschadigen.
De telefoon congureren
(verschilt per land)
Zie de volgende stappen om de taal opnieuw in
te stellen.
Selecteer [Menu] > > [Taal] en druk op
1
[OK] om te bevestigen.
Selecteer een taal en druk op [OK] om te
2
bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
De datum en de tijd instellen
Selecteer [Menu] > > [Datum & tijd]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Datum instell.]/[Tijd instell.] en
2
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Gebruik de numerieke knoppen om de
3
datum en tijd in te voeren.
Opmerking
Als de tijd in 12-uursformaat wordt weergegeven, drukt
•
u op
om [AM] of [PM] te selecteren.
Druk op [OK] om te bevestigen.
4
Als u uw telefoon voor de eerste keer
1
gebruikt, wordt er een welkomstbericht
weergegeven.
Druk op [OK].
2
NL 9
Het datum- en tijdsformaat instellen
Selecteer [Menu] > > [Datum & tijd]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Datumformaat] of [Tijdsformaat].
2
Druk op / om [DD-MM-JJJJ] of
3
[MM-DD-JJJJ] als de datumweergave te
selecteren en [12-uur] of [24-uur] als de
tijdsweergave. Druk ver volgens op [OK]
om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
De instelling voor de datum- en tijdsindeling kan per
•
land verschillen.
De handset opladen
Plaats de handset op het basisstation om de
handset op te laden. U hoort een stationstoon
wanneer de handset goed op het basisstation is
geplaatst.
» De handset begint met opladen.
Opmerking
Laad de batterijen voorafgaand aan het eerste gebruik
•
8 uur lang op.
• Het is normaal dat de handset warm wordt tijdens het
opladen van de batterijen.
U kunt de stationstoon (zie 'De stationstoon
instellen' op pagina 25) activeren of deactiveren.
De telefoon is nu klaar voor gebruik.
Het batterijniveau controleren
Het batterijpictogram geeft het huidige
batterijniveau weer.
Wanneer de handset van het
basisstation/de lader is genomen, geven
de balkjes het batterijniveau aan (vol
tot bijna leeg).
Wanneer de handset zich op het
basisstation/de lader bevindt, blijven de
balkjes knipperen tot het opladen is
voltooid.
Het pictogram van een lege batterij
knippert. De batterij is bijna leeg en
moet worden opgeladen.
Tijdens een telefoongesprek hoort u
waarschuwingstonen wanneer de batterijen
bijna leeg zijn. Als de batterijen helemaal leeg
zijn, wordt de handset uitgeschakeld.
Wat is de stand-bymodus?
10 NL
De telefoon staat in de stand-bymodus wanneer
deze niet in gebruik is. Wanneer de handset niet
op het laadstation is geplaatst, geeft het standbyscherm de datum en tijd weer. Wanneer de
handset op het laadstation is geplaatst, geeft het
stand-byscherm de tijd weer als screensaver.
De signaalsterkte controleren
Het aantal balken duidt de
verbindingsstatus aan tussen de
handset en basisstation. Hoe meer
balken er worden weergegeven, hoe
beter de verbinding is.
• Zorg ervoor dat de handset met het
basisstation is verbonden voordat u belt
of een gesprek aanneemt en de functies
gebruikt.
• Als u tijdens een telefoongesprek
waarschuwingstonen hoort, is de batterij
van de handset bijna leeg of is de handset
buiten bereik. Laad de batterij op of
beweeg de handset in de richting van het
basisstation.
Nederlands
NL 11
4 Telefoonge-
sprekken voeren
Opmerking
Tijdens een stroomstoring kunt u met de telefoon geen
•
alarmnummers bellen.
Tip
Controleer de signaalsterkte voordat u gaat bellen
•
of terwijl u een telefoongesprek voert. (zie 'De
signaalsterkte controleren' op pagina 11)
Bellen
Kiezen vanuit de herhaallijst
U kunt een nummer kiezen vanuit de herhaallijst
(zie 'Terugbellen' op pagina 22).
Het laatste nummer herhalen
Druk op [Aut.nummerherh].
1
» De herhaallijst wordt weergegeven
en het meest recente nummer wordt
gemarkeerd.
Druk op .
2
» Vervolgens wordt het laatst gekozen
nummer opnieuw gekozen.
Kiezen vanuit het telefoonboek
U kunt een nummer kiezen vanuit het
telefoonboek (zie 'Kiezen vanuit het
telefoonboek' op pagina 18).
U kunt op de volgende manieren bellen:
• Direct kiezen
• Nummer vooraf kiezen
• Het laatste nummer herhalen
• Kiezen vanuit de herhaallijst
• Kiezen vanuit het telefoonboek
• Kiezen vanuit de bellijst
Direct kiezen
Druk op of .
1
Kies het telefoonnummer.
2
» Het nummer wordt gebeld.
» De duur van het huidige gesprek wordt
weergegeven.
Nummer vooraf kiezen
Toets het telefoonnummer in.
1
• Als u een cijfer wilt wissen, drukt u op
[Wis].
• Als u een pauze wilt inlassen, houdt u
ingedrukt.
Druk op of om het nummer te
2
bellen.
Kiezen vanuit de bellijst
U kunt een nummer terugbellen vanuit de
bellijst met inkomende of gemiste gesprekken
(zie 'Terugbellen' op pagina 22).
Opmerking
De gesprekstimer geeft de gesprekstijd weer van het
•
huidige gesprek.
Opmerking
Als u waarschuwingstonen hoort, is de batterij van de
•
handset bijna leeg of is de handset buiten bereik. Laad
de batterij op of beweeg de handset in de richting van
het basisstation.
12 NL
Een gesprek aannemen
Wanneer er een oproep binnenkomt,
gaat de telefoon over en gaat de LCDachtergrondverlichting knipperen. U kunt dan:
• op
• [Drsch] selecteren om inkomende
• [Stil] selecteren om het belsignaal van het
of drukken om het gesprek aan
te nemen.
gesprekken naar het antwoordapparaat te
sturen.
huidige inkomende gesprek uit te schakelen.
Waarschuwing
•
Houd om gehoorschade te voorkomen de handset
op voldoende afstand van uw oor wanneer de
handset overgaat of wanneer de handsfree-modus is
ingeschakeld.
Opmerking
De service nummerherkenning is beschikbaar als u de
•
service nummerherkenning hebt geactiveerd bij uw
serviceprovider.
Tip
Wanneer u een oproep hebt gemist, ziet u een bericht.
•
Het volume van de oordopjes/
luidspreker aanpassen
Druk op / op de handset om het volume
tijdens een gesprek aan te passen.
» Het volume van de oordopjes/
luidspreker wordt aangepast en het
gespreksscherm wordt opnieuw
weergegeven.
De microfoon uitschakelen
Druk op tijdens het gesprek.
1
» Op de handset wordt [Geluid uit]
weergegeven.
» Uw gesprekspartner kan u niet horen,
maar u kunt uw gesprekspartner wel
horen.
Druk nogmaals op om de microfoon
2
weer in te schakelen.
» U kunt nu weer communiceren met uw
gesprekspartner.
De luidspreker in- of
uitschakelen
Nederlands
Het belsignaal voor een inkomende
oproep uitschakelen
Druk wanneer de telefoon overgaat op [Stil].
Een gesprek beëindigen
U kunt een gesprek op de volgende manieren
beëindigen:
• Druk op
• Plaats de handset op het basisstation of
laadstation.
, of:
Druk op .
Een tweede gesprek beginnen
Opmerking
Deze service is afhankelijk van het netwerk.
•
Druk op tijdens het gesprek.
1
» Het eerste gesprek wordt in de wacht
gezet.
Kies het tweede nummer.
2
» Het nummer dat op het scherm wordt
weergegeven wordt gebeld.
NL 13
Een tweede gesprek
aannemen
Opmerking
Deze service is afhankelijk van het netwerk.
•
Wanneer u een regelmatig piepje hoort om aan
te geven dat u wordt gebeld, kunt u het gesprek
op de volgende manieren aannemen:
Druk op en om het gesprek aan te
1
nemen.
» Het eerste gesprek wordt in de wacht
gezet en u bent nu verbonden met de
beller.
Druk op en om het huidige gesprek
2
te beëindigen en het eerste gesprek voort
te zetten.
Tussen twee gesprekken
schakelen
U kunt op de volgende manieren schakelen
tussen uw gesprekken:
• Druk op
• Druk op [Optie] en selecteer
[Wisselgespr.]. Druk vervolgens nogmaals
op [OK] om te bevestigen.
» Het huidige gesprek wordt in de wacht
en , of:
gezet en u bent nu verbonden met de
andere beller.
Een conferentiegesprek
beginnen met de externe
bellers
Opmerking
Deze service is afhankelijk van het netwerk. Informeer
•
bij uw serviceprovider naar mogelijke extra kosten.
Wanneer u twee gesprekken voert, kunt u
op de volgende manieren een telefonische
conferentie beginnen:
• Druk op
• Druk op [Optie], selecteer [Conferentie]
en druk vervolgens nogmaals op [OK] om
te bevestigen.
» De twee gesprekken worden
en vervolgens op , of
gecombineerd en er komt een
telefonische conferentie tot stand.
14 NL
5 Intercomgesprek
en telefonische
conferenties
Een intercomgesprek is een gesprek met een
andere handset die met hetzelfde basisstation
is verbonden. Bij een telefonische conferentie
is er sprake van een conversatie tussen u, een
gebruiker van een andere handset en externe
gesprekspartners.
Bellen naar een andere
handset
Tijdens een telefoongesprek
U kunt een gesprek doorverbinden van de ene
handset naar de andere:
Houd ingedrukt.
1
» Het huidige gesprek wordt in de wacht
gezet.
Selecteer een handsetnummer en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
» Wacht tot de andere handset wordt
opgenomen.
Schakelen tussen gesprekken
Druk op [Extern] om te wisselen tussen het
externe gesprek en het intercomgesprek.
Nederlands
Opmerking
Als bij het basisstation slechts 2 handsets zijn
•
aangemeld, houdt u
handset te bellen.
Houd ingedrukt.
1
» De voor de intercomfunctie
beschikbare handsets worden
weergegeven.
Selecteer een handsetnummer en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
» De geselecteerde handset gaat over.
Druk op op de geselecteerde handset.
3
» De intercomfunctie is nu actief.
Druk op [Wis] of om te annuleren of
4
het intercomgesprek te beëindigen.
Opmerking
Als de gekozen handset bezet is, wordt [Bezet]
•
weergegeven op het scherm van de handset.
ingedrukt om een andere
Een gesprek doorverbinden
Houd ingedrukt tijdens een gesprek.
1
» De voor de intercomfunctie
beschikbare handsets worden
weergegeven.
Selecteer een handsetnummer en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
Druk op wanneer de andere handset
3
wordt opgenomen.
» Het gesprek is nu doorverbonden met
de geselecteerde handset.
Een conferentiegesprek
beginnen
Een 3-weg telefonische conferentie is een
gesprek tussen u, de gebruiker van een andere
handset en externe gesprekspartners. U
hebt daarvoor twee handsets nodig die zijn
aangemeld bij hetzelfde basisstation.
NL 15
Tijdens een extern gesprek
Houd ingedrukt om intern te bellen.
1
» De voor de intercomfunctie
beschikbare handsets worden
weergegeven.
» Het externe gesprek wordt in de wacht
gezet.
Selecteer een handsetnummer of voer
2
dat in en druk vervolgens op [OK] om te
bevestigen.
» De geselecteerde handset gaat over.
Druk op op de geselecteerde handset.
3
» De intercomfunctie is nu actief.
Druk op [Conf.].
4
» U hebt nu een 3-weg telefonische
conferentie tot stand gebracht met een
extern gesprek en een geselecteerde
handset.
Druk op om de telefonische conferentie
5
te beëindigen.
Opmerking
•
Druk op om met een andere handset deel
te nemen aan een conferentie die al gaande is
als [Services] > [Conferentie] is ingesteld op
[Automatisch].
Tijdens een telefonische conferentie
• Druk op [Intern] om het externe gesprek
in de wacht te zetten en terug te gaan naar
het interne gesprek.
» Het externe gesprek wordt in de wacht
gezet.
• Druk op [Conf.] om de telefonische
conferentie te herstellen.
Opmerking
Als een handset tijdens een telefonische conferentie
•
de verbinding verbreekt, blijft de andere handset
verbonden met het externe gesprek.
16 NL
6 Letters en cijfers
U kunt letters en cijfers invoeren voor de
naam van de handset, vermeldingen in het
telefoonboek en voor andere menu-items.
Letters en cijfers invoeren
Druk een of meerdere keren op de
1
alfanumerieke toets om het gewenste teken
in te voeren.
Druk op [Wis] om het teken te wissen.
2
Druk op
rechts te bewegen.
Druk op om een spatie toe te voegen.
3
Zie het hoofdstuk "Bijlage" voor meer informatie over
•
het invoeren van tekst en cijfers.
/ om de cursor naar links en
Tip
Wisselen tussen hoofdletters
en kleine letters
Nederlands
Standaard begint het eerste woord van een
zin met een hoofdletter en bestaat de rest uit
kleine letters. Druk op
hoofdletters en kleine letters.
om te wisselen tussen
NL 17
7 Telefoonboek
Deze telefoon beschikt over een telefoonboek
met ruimte voor maximaal 200 vermeldingen.
U kunt het telefoonboek openen met de
handset. Elke vermelding kan een naam bevatten
van maximaal 14 tekens en een nummer van
maximaal 24 cijfers.
Er zijn 2 geheugens met rechtstreekse
toegang (toets
uw land zijn toets
respectievelijk het voicemailnummer en
het informatieservicenummer van uw
serviceprovider. Als u de toets in de standbymodus ingedrukt houdt, wordt het opgeslagen
telefoonnummer automatisch gebeld.
en ). Afhankelijk van
en ingesteld op
Door de lijst met contactpersonen
bladeren
Druk op of selecteer [Menu] > >
1
[OK] om het telefoonboek te openen.
Druk op / om door het telefoonboek
2
te bladeren.
Het eerste teken van een
contactpersoon invoeren
Druk op of selecteer [Menu] > >
1
[OK] om het telefoonboek te openen.
Druk op de alfanumerieke toets die
2
overeenkomt met het teken.
» De eerste vermelding die met dit teken
begint wordt weergegeven.
Het telefoonboek weergeven
Opmerking
U kunt het telefoonboek slechts op één handset tegelijk
•
weergeven.
Druk op of selecteer [Menu] > >
1
[OK] om het telefoonboek te openen.
Druk op / om door de vermeldingen
2
in het telefoonboek te bladeren.
Een vermelding zoeken
U kunt als volgt vermeldingen zoeken in het
telefoonboek:
• Blader door de lijst met contactpersonen.
• Voer het eerste teken in van de
contactpersoon.
Kiezen vanuit het
telefoonboek
Druk op of selecteer [Menu] > >
1
[OK] om het telefoonboek te openen.
Selecteer een contactpersoon in het
2
telefoonboek.
Druk op om het nummer te bellen.
3
Het telefoonboek openen
tijdens een gesprek
Druk op [Optie] en selecteer
1
[Telefoonboek].
Druk op [OK] om te bevestigen.
2
Kies een contactpersoon, druk op [Optie]
3
en druk vervolgens op [Bekijk] om het
nummer weer te geven.
18 NL
Een vermelding toevoegen
Een vermelding bewerken
Opmerking
Als het geheugen van het telefoonboek vol is, wordt
•
een bericht weergegeven op de handset. Verwijder
enkele vermeldingen om nieuwe vermeldingen te
kunnen toevoegen.
Druk op of selecteer [Menu] > om
1
het telefoonboek te openen.
Selecteer [Optie] > [Nw toevoegen] en
2
druk op [OK] om te bevestigen.
Voer de naam in en druk vervolgens ter
3
bevestiging op [OK].
Voer het nummer in en druk ver volgens ter
4
bevestiging op [Bewaar].
» De nieuwe vermelding wordt
opgeslagen.
Tip
Houd ingedrukt om een pauze in te voegen.
•
• Druk op om te wisselen tussen hoofdletters en
kleine letters.
Opmerking
Het telefoonboek overschrijft het oude nummer met
•
het nieuwe nummer.
Tip
Druk op [Wis] om het teken te wissen. Druk op /
•
om de cursor naar links en rechts te bewegen.
Druk op of selecteer [Menu] > >
1
[Optie] > [Bewerk] en druk vervolgens op
[OK] om te bevestigen.
Bewerk de naam en druk vervolgens op
2
[OK] om te bevestigen.
Bewerk het nummer en druk vervolgens op
3
[Bewaar] om te bevestigen.
» De vermelding is opgeslagen.
Een vermelding verwijderen
Druk op of selecteer [Menu] > .
1
Selecteer een contactpersoon en selecteer
2
vervolgens [Optie] > [Wissen]. Druk op
[OK] om te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Selecteer [OK] om te bevestigen.
3
» De vermelding is verwijderd.
Alle vermeldingen verwijderen
Druk op of selecteer [Menu] > .
1
Selecteer een contactpersoon en selecteer
2
vervolgens [Optie] > [Alles wissen].
Druk op [OK] om te bevestigen.
3
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
4
» Alle vermeldingen worden verwijderd.
Nederlands
NL 19
Een eigen melodie instellen
U kunt een eigen melodie instellen die wordt
afgespeeld wanneer een contactpersoon uit het
telefoonboek u belt.
Opmerking
Zorg dat u zich hebt aangemeld voor nummerherkenning
•
voordat u deze functie gaat gebruiken.
Druk op of selecteer [Menu] > en
1
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een contactpersoon en druk
2
vervolgens op [Optie] > [Select.melodie].
Druk op [OK] om de melodie voor de
3
contactpersoon in te stellen of te wijzigen.
Selecteer een melodie voor de
4
contactpersoon en druk vervolgens op
[OK] om te bevestigen.
» De melodie is ingesteld.
Een contactpersoon
toevoegen aan de
uitzonderingslijst
U kunt een contactpersoon toevoegen aan de
uitzonderingslijst. Wanneer u wordt gebeld door
de contactpersoon die aan de uitzonderingslijst
is toegevoegd, gaat de telefoon onmiddellijk over,
ook als de stille modus is geactiveerd.
Druk op of selecteer [Menu] > .
1
Selecteer een contactpersoon en selecteer
2
vervolgens [Optie] > [Uitzond. inst.].
Druk op [Aan] om te bevestigen.
3
» De instelling wordt opgeslagen.
20 NL
8 Bellijst
De bellijst bevat de belgeschiedenis van
alle inkomende en gemiste gesprekken. De
belgeschiedenis van inkomende gesprekken bevat
de naam en het nummer van de beller en het
tijdstip en de datum waarop werd gebeld. Deze
functie is beschikbaar als u bij uw serviceprovider
de functie nummerherkenning hebt geactiveerd.
De telefoon kan maximaal 50 belvermeldingen
opslaan. Het pictogram van de bellijst op de
handset knippert om u te herinneren aan
gesprekken die u niet hebt beantwoord. Als de
beller de weergave van zijn of haar identiteit
heeft toegestaan, kunt u de naam of het nummer
weergeven. De belvermeldingen worden in
chronologische volgorde weergegeven met de
laatst ontvangen oproep boven aan de lijst.
Opmerking
Controleer of het nummer in de bellijst juist is voordat
•
u rechtstreeks vanuit de bellijst terugbelt.
Het volgende pictogram wordt op het scherm
weergegeven als u een oproep hebt gemist.
Het type bellijst selecteren
Selecteer [Menu] > > [Type bellijst] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een optie en druk op [OK] om
2
te bevestigen.
De belvermeldingen
weergeven
Druk op of selecteer [Menu] > en
1
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De bellijst met inkomende gesprekken
wordt weergegeven.
Selecteer [Inkom. oproepn].
2
Selecteer een vermelding en selecteer
3
vervolgens [Optie] > [Bekijk] > [OK] om
de beschikbare informatie te bekijken.
Opmerking
•
is alleen beschikbaar voor CD490.
Nederlands
Brandt continu wanneer u door de lijst
met nieuwe gemiste oproepen bladert.
Knippert wanneer u een oproep hebt
gemist.
Brandt continu wanneer u door de lijst
met gemiste oproepen bladert.
Type bellijst
U kunt alle inkomende oproepen of gemiste
oproepen weergeven in dit menu.
Een belvermelding opslaan in
het telefoonboek
Druk op of selecteer [Menu] > en
1
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De bellijst met inkomende gesprekken
wordt weergegeven.
Selecteer [Inkom. oproepn].
2
Selecteer een vermelding en druk
3
vervolgens op [Optie].
Selecteer [Nummer opslaan] en druk op
4
[OK] om te bevestigen.
Voer de naam in en bewerk deze. Druk
5
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het nummer in en bewerk het. Druk
6
vervolgens op [Bewaar] om te bevestigen.
» De vermelding is opgeslagen.
NL 21
Terugbellen
Druk op om > [Menu] te selecteren
1
en druk vervolgens op [OK].
» De bellijst met inkomende gesprekken
wordt weergegeven.
Selecteer [Inkom. oproepn].
2
Selecteer een vermelding in de lijst.
3
Druk op om het nummer te bellen.
4
Een belvermelding
verwijderen
Druk op of selecteer [Menu] > en
1
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De bellijst met inkomende gesprekken
wordt weergegeven.
Selecteer [Inkom. oproepn].
2
Selecteer een vermelding en druk
3
vervolgens op [Optie] om te bevestigen.
Selecteer [Wissen] en druk vervolgens op
4
[OK] om te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
5
» De vermelding is verwijderd.
Alle belvermeldingen
verwijderen
Druk op of selecteer [Menu] > en
1
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De bellijst met inkomende gesprekken
wordt weergegeven.
Selecteer [Inkom. oproepn].
2
Selecteer een vermelding en druk
3
vervolgens op [Optie].
Selecteer [Alles wissen] en druk op [OK]
4
om te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
5
» Alle vermeldingen worden verwijderd.
22 NL
9 Herhaallijst
Een herhaalvermelding
verwijderen
De herhaallijst bevat de belgeschiedenis van de
uitgaande gesprekken. De lijst bevat de namen
en/of nummers die u hebt gebeld. De telefoon
kan maximaal 20 herhaalvermeldingen opslaan.
De herhaalvermeldingen
bekijken
Druk op [Aut.nummerherh].
» De lijst met gebelde nummers wordt
weergegeven.
Een nummer herhalen
Druk op [Aut.nummerherh].
1
Selecteer de vermelding die u wilt bellen.
2
Druk op
» Het nummer wordt gebeld.
.
Een herhaalvermelding
opslaan in het telefoonboek
Druk op [Aut.nummerherh] om de lijst
1
met gebelde nummers weer te geven.
Selecteer een vermelding en druk
2
vervolgens op [Optie] om te bevestigen.
Selecteer [Wissen] en druk op [OK] om
3
te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
4
» De vermelding is verwijderd.
Alle herhaalvermeldingen
verwijderen
Druk op [Aut.nummerherh] om de lijst
1
met gebelde nummers weer te geven.
Selecteer [Optie] > [Alles wissen] en druk
2
op [OK] om te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
3
» De vermelding is verwijderd.
Nederlands
Druk op [Aut.nummerherh] om de lijst
1
met gebelde nummers weer te geven.
Selecteer een vermelding en druk
2
vervolgens op [Optie] om te bevestigen.
Selecteer [Nummer opslaan] en druk op
3
[OK] om te bevestigen.
Voer de naam in en bewerk deze. Druk
4
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het nummer in en bewerk het. Druk
5
vervolgens op [Bewaar] om te bevestigen.
» De vermelding is opgeslagen.
NL 23
10 Telefooninstel-
lingen
U kunt de instellingen van de telefoon naar
wens aanpassen.
Stille modus
U kunt uw telefoon instellen op de stille modus
en deze inschakelen voor een bepaalde duur
wanneer u niet gestoord wilt worden. Wanneer
de stille modus is ingeschakeld, gaat uw telefoon
niet over, stuurt deze geen alarmen en maakt
deze geen geluid.
Geluidinstellingen
De beltoon van de handset instellen
U kunt kiezen uit 10 beltonen.
Selecteer [Menu] > > [Geluiden]
1
> [Beltoon] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer een beltoon en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Het beltoonvolume van de handset
instellen
U kunt voor de beltoon 5 volumeniveaus
instellen, [Oplopend] of [Uit].
Selecteer [Menu] > > [Geluiden] >
1
[Belvolume] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer een volumeniveau en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
•
Wanneer u op drukt om uw handset te vinden
of wanneer u het alarm activeert, stuurt uw telefoon
nog steeds alarmen, zelfs wanneer de stille modus
geactiveerd is.
Selecteer [Menu] > > [Geluiden] >
1
[Stille modus] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Selecteer [Start & stop] en druk op [OK]
3
om te bevestigen.
Stel de tijd in en druk vervolgens op [OK]
4
om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Wanneer de stille modus is ingesteld op [Aan], wordt
•
weergegeven. wordt weergegeven gedurende
de vooraf ingestelde tijd voor de stille modus.
24 NL
Contactpersonen van de stille modus uitsluiten
U kunt de lengte van de beltoonvertraging
selecteren en de contactpersonen instellen
die u van het telefoonboek wilt uitsluiten.
Beltoonvertraging is het aantal belsignalen dat
wordt gedempt voordat de belsignalen hoorbaar
zijn op de telefoon.
Selecteer [Menu] > > [Geluiden] >
1
[Stille modus] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Uitzondering].
2
Selecteer [Aan] om de stille modus te
3
activeren of [Uit] om deze te deactiveren.
Druk vervolgens op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Toon vertra.] en selecteer een
4
optie.
Druk op [OK] om te bevestigen.
5
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Als [Uitzondering] is ingesteld op [Aan] en de optie
•
[Toon vertra.] is geselecteerd , gaat de handset
pas over nadat de duur van de geselecteerde
beltoonvertraging is bereikt.
• Zorg ervoor dat de contactpersoon onder de optie
[Uitzond. inst.] van het telefoonboekmenu is ingesteld
op [Aan] voordat u deze contactpersoon gaat uitsluiten
van de stille modus.
De toetstoon instellen
De toetstoon is het geluid dat u hoort wanneer
u op een toets van de handset drukt.
Selecteer [Menu] > > [Geluiden] >
1
[Toetstoon] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
De stationstoon instellen
De stationstoon is het geluid dat klinkt wanneer u
de handset op het basisstation of de lader plaatst.
Selecteer [Menu] > > [Geluiden] >
1
[Stationstoon] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Het geluidsproel instellen
U kunt het geluid van het oordopje instellen
met 3 verschillende proelen.
Selecteer [Menu] > > [Geluiden] > [Mijn
1
geluid] en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een proel en druk vervolgens
2
ter bevestiging op [OK].
» De instelling wordt opgeslagen.
Het geluidsproel openen tijdens een oproep
Druk eenmaal of enkele keren op [Geluiden]
om het geluidsproel tijdens een oproep te
wijzigen.
De datum en de tijd instellen
Zie het hoofdstuk "Aan de slag", de gedeelten
"De datum en de tijd instellen" en "Het datumen tijdsformaat instellen" voor meer informatie.
Nederlands
NL 25
ECO-modus
De displaytaal instellen
De ECO-modus verlaagt het zendvermogen
van de handset en het basisstation tijdens een
oproep of wanneer de stand-bymodus van de
telefoon is ingeschakeld.
Selecteer [Menu] > > [Eco-modus] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk ter
2
bevestiging op [OK].
» De instelling wordt opgeslagen.
» ECO wordt weergegeven in de stand-
bymodus.
Opmerking
Wanneer ECO is ingesteld op [Aan], kan het
•
verbindingsbereik tussen de handset en het basisstation
worden verkleind.
De handset een naam geven
De naam van de handset mag maximaal 14
tekens lang zijn. De naam wordt in de standbymodus op het scherm van de handset
weergegeven.
Selecteer [Menu] > > [Telefoonnaam]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Voer de naam in of bewerk deze. Als u een
2
teken wilt wissen, selecteert u [Wis].
Druk op [Bewaar] om te bevestigen.
3
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Deze functie is uitsluitend van toepassing op modellen
•
met ondersteuning voor verschillende talen.
• De beschikbare talen verschillen per land.
Selecteer [Menu] > > [Taal] en druk op
1
[OK] om te bevestigen.
Selecteer een taal en druk op [OK] om te
2
bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Display-instellingen
U kunt de helderheid van het display van de
telefoon wijzigen in de stand-bymodus.
Het display instellen
Selecteer [Menu] > > [Display] en druk
1
op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Helderheid] en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een optie en druk op [OK] om
3
te bevestigen.
Opmerking
Wanneer de energiebesparende modus is ingeschakeld,
•
is het display tijdens stand-bymodus uitgeschakeld.
Wanneer de energiebesparende modus is uitgeschakeld,
blijft het display tijdens stand-bymodus ingeschakeld.
De achtergrondverlichting van het
LCD-scherm instellen
U kunt het knipperen van de achtergrondverlichting
van het LCD-scherm en toetsenblok instellen op
aan of uit wanneer de telefoon overgaat.
Selecteer [Menu] > > [Display] > [Wrsch
1
visueel] en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Knipperen aan]/Knipperen uit
2
en druk ter bevestiging op [OK].
» De instelling wordt opgeslagen.
26 NL
11 Alarmklok
De telefoon heeft een ingebouwde alarmklok.
Hieronder vindt u informatie over het instellen
van de alarmklok.
Het alarm instellen
Selecteer [Menu] > en druk op [OK]
1
om te bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Wektijd] en druk op [OK] om
3
te bevestigen.
Voer een alarmtijd in en druk ter
4
bevestiging op [OK].
Selecteer [Herhaling] en druk op [OK] om
5
te bevestigen.
Selecteer een alarmherhaling en druk
6
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Alarmmelodie] en druk op
7
[OK].
Selecteer een toon uit de opties en druk
8
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» Het alarm wordt ingesteld en
op het scherm weergegeven.
wordt
Wanneer het alarm klinkt
• Druk op[Uit] om het alarm uit te schakelen.
• Druk op [Snooze](of een willekeurige toets
behalve [Uit] ) om het alarm te herhalen.
» De wekker gaat na 5 minuten
opnieuw af. De sluimerfunctie wordt
uitgeschakeld wanneer u deze 3 keer
hebt gebruikt.
Nederlands
Tip
Druk op om te wisselen tussen [AM]/[PM].
•
Het alarm uitschakelen
Voordat het alarm klinkt
Selecteer [Menu] > > [Uit] en druk op [OK]
om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
NL 27
12 Services
De telefoon ondersteunt een aantal functies
waarmee u gesprekken kunt afhandelen en
beheren.
Automatische conferentie
Als u met een andere handset wilt deelnemen
aan een extern gesprek, drukt u op
Automatische conferentie activeren/
deactiveren
Selecteer [Menu] > > [Conferentie] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Automatisch]/[Uit] en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Gesprekken blokkeren
U kunt de telefoon bepaalde uitgaande
oproepen laten blokkeren.
De blokkeermodus selecteren
Selecteer [Menu] > > [Gesprek. blok.]
1
> [Blokkeermodus] en druk vervolgens op
[OK] om te bevestigen.
Voer de pincode in. De standaardpincode
2
is 0000.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk vervolgens
3
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
.
Een nieuw nummer toevoegen aan de
lijst met geblokkeerde nummers
Selecteer [Menu] > > [Gesprek. blok.]
1
> [Geblokkeerd nr] en druk op [OK] om
te bevestigen.
Voer de pincode in. De standaardpincode
2
is 0000.
Selecteer een nummer in de lijst en druk
3
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Het nummer uit de lijst met geblokkeerde nummers
•
kan nog steeds worden verzonden als een externe
lijn voor een babyoproep (zie 'Naar een externe lijn
verzenden' op pagina 34).
De pincode wijzigen
Selecteer [Menu] > > [Gesprek. blok.]
1
> [Verander PIN] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Voer de oude pincode in en druk op [OK]
2
om te bevestigen.
Voer de nieuwe pincode in en druk op
3
[OK] om te bevestigen.
Voer de nieuwe pincode opnieuw in en
4
druk op [Bewaar] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
28 NL
Type bellijst
U kunt alle inkomende oproepen of gemiste
oproepen weergeven in dit menu.
Het type bellijst selecteren
Selecteer [Menu] > > [Type bellijst] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een optie en druk op [OK] om
2
te bevestigen.
Automatische voorkeuze
Automatisch voorkeuzenummer
instellen
Selecteer [Menu] > > [Voork.num.] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Voer het detectienummer in en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het voorkeuzenummer in en druk
3
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
•
Als u een pauze wilt inlassen, houdt u ingedrukt.
Nederlands
Met deze functie wordt het nummer dat u
kiest gecontroleerd en opgemaakt voordat
het daadwerkelijk wordt gebeld. Het
voorkeuzenummer kan het in het menu instelde
detectienummer vervangen. U stelt bijvoorbeeld
604 in als het detectienummer en 1250 als
het voorkeuzenummer. Toetst u vervolgens
nummer 6043338888 in, dan wijzigt uw telefoon
het nummer in 12503338888 wanneer dit
daadwerkelijk wordt gekozen.
Opmerking
De maximale lengte van een detectienummer is 5
•
cijfers. De maximale lengte van een automatisch
voorkeuzenummer is 10 cijfers.
Opmerking
Deze functie kan per land verschillen.
•
Opmerking
Als het voorkeuzenummer is ingesteld en het
•
detectienummer leeg is, wordt het voorkeuzenummer
toegevoegd aan alle uitgaande gesprekken.
Opmerking
Deze functie is niet beschikbaar wanneer het gekozen
•
nummer begint met * of #.
Netwerktype
Opmerking
Deze functie is uitsluitend van toepassing op modellen
•
met ondersteuning voor het netwerktype.
Selecteer [Menu] > > [Netwerktype]
1
en druk vervolgens op [OK].
Selecteer een netwerktype en druk op
2
[OK].
» De instelling wordt opgeslagen.
NL 29
Flashsignaalduur instellen
Eerste beltoon
Zorg ervoor dat de ashsignaalduur goed is
ingesteld om tijdens een gesprek een tweede
gesprek te kunnen aannemen. Meestal is de
telefoon al ingesteld op de juiste ashsignaalduur.
U kunt kiezen uit 3 opties: [Kort], [Middel] en
[Lang]. Het aantal beschikbare opties kan per
land verschillen. Neem voor meer informatie
contact op met de serviceprovider.
Selecteer [Menu] > > [Flashduur] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een optie en druk op [OK] om
2
te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Kiesmodus
Opmerking
Deze functie is uitsluitend van toepassing op modellen
•
die zowel puls- als toonkiezen ondersteunen.
De kiesmodus moet worden ingesteld op het
telefoonsignaal dat in uw land wordt gebruikt.
De telefoon ondersteunt toonkiezen (DTMF)
en pulskiezen (kiesschijf). Neem voor meer
informatie contact op met de serviceprovider.
Als u bij de serviceprovider nummerherkenning
hebt geactiveerd, kan de telefoon de eerste
beltoon onderdrukken voordat de naam van de
beller op het scherm wordt weergegeven. Nadat
de telefoon is gereset, kan deze automatisch
nummerherkenning detecteren indien aanwezig
en de eerste beltoon onderdrukken. U kunt
deze functie naar wens wijzigen. Deze functie
is uitsluitend van toepassing op modellen met
ondersteuning van de functie eerste beltoon.
De eerste beltoon in-/uitschakelen
Selecteer [Menu] > > [1ste beltoon] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk op [OK] om
2
te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Als u de status van de functie eerste beltoon opnieuw
•
wilt instellen, gaat u naar het menu Resetten.
Automatische klok
De kiesmodus instellen
Selecteer [Menu] > > [Kiesmodus] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer de kiesmodus en druk vervolgens
2
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Als de telefoon is ingesteld op de modus voor
•
pulskiezen, drukt u tijdens een gesprek op
om te schakelen naar de modus voor toonkiezen. De
cijfers die voor dit gesprek worden ingetoetst, worden
vervolgens als toonsignalen verzonden.
30 NL
om tijdelijk
Opmerking
Deze service is afhankelijk van het netwerk.
•
• Om deze functie te gebruiken, moet u zich hebben
aangemeld voor de service nummerherkenning.
Met de automatische klok wordt de datum en
tijd op de telefoon automatisch gesynchroniseerd
met het openbare telefoonnet. Om de datum te
synchroniseren, moet het juiste jaar zijn ingesteld.
Selecteer [Menu] > > [Autom. klok] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Aan]/[Uit]. Druk op [OK].
2
» De instelling wordt opgeslagen. .
De handsets aanmelden
U kunt extra handsets aanmelden bij het
basisstation. U kunt maximaal 5 handsets
aanmelden bij het basisstation.
Druk op [OK] om de pincode te bevestigen.
4
» Het aanmelden is in minder dan 2
minuten voltooid. Het basisstation kent
automatisch een handsetnummer toe
aan de handset.
Nederlands
Automatisch aanmelden
Plaats de afgemelde handset op het basisstation.
» De handset detecteert en registreert
automatisch het basisstation.
» Het aanmelden is in minder dan twee
minuten voltooid. Het basisstation kent
automatisch een handsetnummer toe
aan de handset.
Handmatig aanmelden
Als automatisch aanmelden niet lukt, meldt u de
handset handmatig aan bij het basisstation.
Selecteer [Menu] > > [Aanmelden] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Houd 5 seconden ingedrukt op het
2
basisstation.
Opmerking
Bij modellen met een antwoordapparaat hoort u een
•
piepje ter bevestiging.
Voer de pincode van het systeem in. Druk
3
op [Wis] voor eventuele correcties.
Opmerking
Als de pincode onjuist is of binnen een bepaalde tijd
•
geen basisstation wordt gevonden, wordt op de handset
een bericht weergegeven. Herhaal de bovenstaande
procedure wanneer het aanmelden niet lukt.
Opmerking
De vooraf ingestelde pincode is 0000. Deze code kan
•
niet worden gewijzigd.
De handsets afmelden
Als twee handsets bij hetzelfde basisstation
1
zijn aangemeld, kunt u de ene handset
afmelden met de andere.
Selecteer [Menu] > > [Afmelden] en
2
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer het handsetnummer dat u wilt
3
afmelden.
Druk op [OK] om te bevestigen.
4
» De handset is afgemeld.
Tip
In de stand-bymodus wordt het handsetnummer naast
•
de handsetnaam weergegeven.
NL 31
Oproepservices
De oproepservices zijn afhankelijk van het
netwerk en het land. Neem voor meer
informatie contact op met uw serviceprovider.
Opmerking
De oproepservices werken alleen goed als de activatie-
•
en/of deactivatiecodes juist zijn ingevoerd.
Oproep doorschakelen
U kunt uw oproepen doorschakelen naar een
ander telefoonnummer. U kunt kiezen uit 3
opties:
• [Gespr. doorsch]: hiermee schakelt u alle
inkomende oproepen door naar een ander
nummer.
• [Doorsch. bezet]: hiermee schakelt u
oproepen door als de lijn bezet is.
• [Sch. geen ant]: hiermee schakelt u
oproepen door als niemand opneemt.
Gesprekken doorschakelen activeren/
deactiveren
Selecteer [Menu] > > [Oproepservices]
1
> [Gespr. doorsch]/[Doorsch. bezet]/[Sch.
geen ant]
Selecteer [Activeren]/[Uitschakelen] en
2
druk vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het telefoonnummer in.
3
» De instelling wordt opgeslagen.
De activatie-/deactivatiecode bewerken
U kunt de voorkeuze en het achtervoegsel van
de doorschakelcodes bewerken.
Selecteer [Menu] > > [Oproepservices]
1
> [Gespr. doorsch]/[Doorsch. bezet]/[Sch.
geen ant] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Wijzig code] en druk op [OK].
2
Vervolgens voert u een van de volgende
3
handelingen uit:
• Selecteer [Activering] >
[Voorkiezen]/[Nakiezen] en druk op
[OK] om te bevestigen.
• Selecteer [Deactivering] en druk op
[OK] om te bevestigen.
Voer de code in of bewerk deze. Druk
4
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Terugbellen
U kunt de laatste onbeantwoorde oproep
controleren.
Contact opnemen met het servicecenter voor
het terugbellen
Selecteer [Menu] >
> [Terugbellen] > [Inkom. gespr.] en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» Het servicecenter wordt gebeld.
Het nummer van het servicecenter voor
terugbellen wijzigen
Selecteer [Menu] > > [Oproepservices]
1
> [Terugbellen] > [Instellingen] en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het nummer in of bewerk het en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
> [Oproepservices]
32 NL
Dienst voor het terugschakelen van
oproepen
U krijgt bericht van de dienst voor het
terugschakelen van oproepen wanneer het
nummer dat u probeerde te bellen beschikbaar
is. U kunt deze dienst via het menu annuleren
nadat u deze hebt geactiveerd via de
serviceprovider.
De dienst voor het terugschakelen van
oproepen annuleren
Selecteer [Menu] >
> [Stop terugbel] > [Inkom. gespr.] en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» Het servicecenter wordt gebeld om
de optie voor het terugschakelen van
oproepen te annuleren.
Het servicenummer voor het terugschakelen
van oproepen wijzigen
Selecteer [Menu] > > [Oproepservices]
1
> [Stop terugbel] > [Instellingen] en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het nummer in of bewerk het en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
> [Oproepservices]
Standaardinstellingen
herstellen
U kunt de telefooninstellingen opnieuw instellen
op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Selecteer [Menu] > > [Resetten] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
2
» Alle instellingen worden opnieuw
ingesteld.
Nederlands
Uw nummer verbergen
U kunt uw nummer voor de beller verbergen.
Nummer verbergen activeren
Selecteer [Menu] >
> [Nr verbergen] > [Activeren] en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» Wanneer u een contactpersoon belt,
wordt uw nummer verborgen.
De code voor nummer verbergen bewerken
Selecteer [Menu] > > [Oproepservices]
1
> [Nr verbergen] > [Instellingen] en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
Voer het nummer in of bewerk het en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
> [Oproepservices]
NL 33
13 Babyfoon
Een alarm verzenden
Uw telefoon ondersteunt de babyfoonfunctie,
die een waarschuwing verzendt wanneer het
geluidsvolume de ingestelde limiet overschrijdt.
Let op
Zorg ervoor dat u de handset met de geactiveerde
•
babyfoon niet in de babykamer achterlaat.
• Zorg dat de babyunit en het snoer altijd buiten het
bereik van de baby blijven.
• Plaats de babyunit ten minste 1 meter, maar niet meer
dan 2 meter, van de baby vandaan.
1-2m
De babyfoon activeren/
deactiveren
Selecteer [Menu] > > [Activeren] en druk op
[OK] om te bevestigen.
» De babyfoonmodus is geactiveerd.
U kunt een alarm verzenden naar andere
handsets in huis of naar een externe lijn. De
externe lijn kan een mobiele telefoon of een
andere vaste lijn buitenshuis zijn.
Opmerking
Zorg ervoor dat eventuele voorkeuzegetallen en/of de
•
landcode worden toegevoegd wanneer u een alarm
verzendt.
Naar andere handsets verzenden
Selecteer [Menu] > > [Wrsch verz nr]
1
> [Verbonden lijn] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer het handsetnummer en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
Opmerking
Zorg ervoor dat de afstand tussen de babyunit en de
•
ouderunit ten minste 1,5 bedraagt om rondzingen te
voorkomen.
1.5m
Tip
Als u de ouderunit niet hebt ingesteld, verschijnt een
•
bericht. U wordt dan gevraagd te kiezen waarnaar u het
alarm stuurt: externe lijnen of een andere handset. Voor
informatie raadpleegt u het volgende gedeelte.
• Druk op [Uit] om het babyfoonmenu af te sluiten.
Opmerking
Wanneer de babyfoon is ingeschakeld, gaat de
•
babyhandset niet over bij inkomende oproepen.
34 NL
Naar een externe lijn verzenden
Selecteer [Menu] > > [Wrsch verz nr]
1
> [Externe lijn] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Voer een telefoonnummer in en druk op
2
[Bewaar] om te bevestigen.
Opmerking
U kunt nog steeds een alarm naar de externe
•
lijn verzenden, ook al staat deze in de lijst met
geblokkeerde nummers.
Naar een contactpersoon in het
telefoonboek verzenden
Selecteer [Menu] > > [Wrsch verz nr]
1
> [Nr selecteren] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer een contactpersoon in het
2
telefoonboek en druk vervolgens op
[Bewaar] om te bevestigen.
Het huilniveau instellen
Selecteer [Menu] > > [Huilniveau] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een nieuwe instelling en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Nederlands
NL 35
14 Antwoordappa-
raat
Opmerking
Alleen verkrijgbaar voor de CD495.
•
De telefoon is uitgerust met een
antwoordapparaat waarmee niet-beantwoorde
gesprekken worden opgenomen wanneer het
antwoordapparaat is ingeschakeld. Standaard is
het antwoordapparaat ingesteld op de modus
[Antw & opnem.]. U kunt het antwoordapparaat
op afstand bedienen en de instellingen wijzigen
via het antwoordapparaatmenu op de handset.
De LED-indicator op het basisstation gaat
branden als het antwoordapparaat is ingeschakeld.
Het antwoordapparaat in- of
uitschakelen
U kunt het antwoordapparaat in- of uitschakelen
via het basisstation of de handset.
Via de handset
Selecteer [Menu] > > [Antw. modus] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Zonder. opnem.]/[Antw &
2
opnem.]/[Uit] en druk vervolgens op [OK]
om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
De taal instellen voor het
antwoordapparaat
Opmerking
Deze functie is uitsluitend van toepassing op modellen
•
met ondersteuning voor verschillende talen.
De taal voor het antwoordapparaat is de taal
voor de mededelingen.
Selecteer [Menu] > > [Taal meldtekst]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een taal en druk ter bevestiging
2
op [OK].
» De instelling wordt opgeslagen.
De antwoordmodus instellen
U kunt het antwoordapparaat instellen
en selecteren of de beller een bericht kan
achterlaten. Selecteer [Antw & opnem.] als u de
bellers wilt toestaan een bericht achter te laten.
Selecteer [Zonder. opnem.] als u de bellers niet
wilt toestaan een bericht achter te laten.
Selecteer [Menu] > > [Antw. modus] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een antwoordmodus en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Als het geheugen vol is, schakelt het antwoordapparaat
•
automatisch over naar de modus [Zonder. opnem.].
Via het basisstation
Druk op om het antwoordapparaat in of uit
te schakelen vanuit de stand-bymodus.
Opmerking
Wanneer het antwoordapparaat is ingeschakeld,
•
worden inkomende gesprekken beantwoord nadat
de telefoon een bepaald aantal malen is overgegaan,
afhankelijk van de instelling voor de beltoonvertraging.
36 NL
Aankondiging
Een aankondiging is de mededeling die de beller
hoort wanneer het antwoordapparaat het
gesprek aanneemt. Het antwoordapparaat heeft
2 standaardmededelingen: voor de modus [Antw
& opnem.] en de modus [Zonder. opnem.].
Een mededeling opnemen
De maximale lengte van de mededeling die
u kunt opnemen is 3 minuten. De nieuw
opgenomen mededeling vervangt automatisch
de oude mededeling.
Selecteer [Menu] > > [Aankondiging]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Antw & opnem.] of [Zonder.
2
opnem.] en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Nieuw opnemen] en druk op
3
[OK] om te bevestigen.
De opname begint na het piepje.
4
Druk op [OK] om de opname te
5
stoppen. Na 3 minuten stopt de opname
automatisch.
» U kunt de zojuist opgenomen
mededeling beluisteren op de handset.
Opmerking
Zorg dat u de microfoon dicht bij uw mond houdt
•
wanneer u een mededeling opneemt.
De mededeling beluisteren
Selecteer [Menu] > > [Aankondiging]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Antw & opnem.] of [Zonder.
2
opnem.] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Selecteer [Afspelen] en druk op [OK] om
3
te bevestigen.
» U kunt de huidige mededeling
beluisteren.
De standaardmededeling terugzetten
Selecteer [Menu] > > [Aankondiging]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Antw & opnem.] of [Zonder.
2
opnem.] en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Standaardinst.] en druk op
3
[OK] om te bevestigen.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
4
» De standaardmededeling is teruggezet.
Ingekomen berichten (ICM)
Elk bericht kan maximaal 3 minuten lang zijn.
Wanneer een nieuw bericht wordt ontvangen,
knippert de indicator voor nieuwe berichten op
het antwoordapparaat en wordt op de handset
een bericht weergegeven.
Opmerking
Als u de telefoon opneemt terwijl een beller een
•
bericht inspreekt, stopt de opname en kunt u
rechtstreeks met de beller spreken.
Opmerking
Als het geheugen vol is, schakelt het antwoordapparaat
•
automatisch over naar de modus [Zonder. opnem.].
Verwijder oude berichten om plaats te maken voor
nieuwe berichten.
Nederlands
Opmerking
Als u een inkomende oproep beantwoordt, kunt u de
•
mededeling niet meer beluisteren.
NL 37
De ingekomen berichten beluisteren
U kunt de inkomende berichten beluisteren in
de volgorde waarin ze zijn opgenomen.
Vanaf het basisstation
• Beluisteren starten/stoppen: druk op
• Druk op
passen.
• Druk op
spelen/het huidige bericht opnieuw af te
spelen.
• Het volgende bericht afspelen: druk op
• Het huidige bericht verwijderen: druk op
Opmerking
Verwijderde berichten kunnen niet worden hersteld.
•
/ om het volume aan te
om het vorige bericht af te
.
Alle oude ingekomen berichten
verwijderen
Vanaf het basisstation
Houd in de stand-bymodus
» Alle oude berichten worden denitief
verwijderd.
Vanaf de handset
Selecteer [Menu] > > [Alles wissen] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
.
.
» Op de handset wordt een verzoek om
te bevestigen weergegeven.
Druk op [OK] om te bevestigen.
2
» Alle oude berichten worden denitief
verwijderd.
ingedrukt.
Vanaf de handset
Selecteer [Menu] >
[OK] om te bevestigen.
» De nieuwe berichten worden
afgespeeld. Als er geen nieuw bericht is,
worden de oude berichten afgespeeld.
• Druk op [Terug] om het beluisteren te
stoppen.
• Druk op [Optie] om het optiemenu weer
te geven.
• Druk op
verhogen/verlagen.
> [Afspelen] en druk op
/ om het volume te
Een ingekomen bericht verwijderen
Vanaf het basisstation
Druk op
Vanaf de handset
1
2
wanneer u het bericht beluistert.
» Het huidige bericht wordt verwijderd.
Druk tijdens het beluisteren van het bericht
op [Optie] om het optiemenu te openen.
Selecteer [Wissen] en druk op [OK] om
te bevestigen.
» Het huidige bericht wordt verwijderd.
Opmerking
U kunt uitsluitend afgespeelde berichten verwijderen.
•
Verwijderde berichten kunnen niet worden hersteld.
Meeluisteren
U kunt de beller horen terwijl deze een bericht
achterlaat. Druk op
nemen.
Vanaf het basisstation
Druk op
te passen terwijl u meeluistert.
•
/ om het luidsprekervolume aan
Opmerking
Als u het volume van de luidspreker op het laagste
niveau instelt, is de meeluisterfunctie uitgeschakeld.
om het gesprek aan te
38 NL
De geluidskwaliteit instellen
U kunt de geluidskwaliteit instellen van de
berichten die u van het antwoordapparaat
ontvangt.
Selecteer [Menu] > > [Berichtkwalit.]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer de nieuwe instelling en druk
2
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Toegang op afstand
U kunt het antwoordapparaat bedienen terwijl
u zich elders bevindt. Bel simpelweg uw telefoon
met een telefoontoestel dat geschikt is voor
toonkiezen en voer de pincode van 4 cijfers in.
Opmerking
De pincode voor toegang op afstand is dezelfde als
•
de pincode voor het systeem. De vooraf ingestelde
pincode is 0000.
Nederlands
Opmerking
U kunt de geluidskwaliteit alleen aanpassen voordat de
•
opname begint.
De beltoonvertraging inschakelen
U kunt het aantal malen instellen dat de telefoon
moet overgaan voordat het antwoordapparaat
het gesprek aanneemt.
Selecteer [Menu] > > [Toon vertra.] en
1
druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer een nieuwe instelling en druk op
2
[OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
Het antwoordapparaat moet zijn ingeschakeld voordat
•
deze instelling kan worden toegepast.
Tip
Wanneer u het antwoordapparaat op afstand wilt
•
bedienen, raden we u aan de beltoonvertraging in
te stellen op de modus[Besp interlokl]. Dit is een
voordelige manier om uw berichten te beheren.
Wanneer er nieuwe berichten zijn, neemt het
antwoordapparaat op na 3 beltonen. Wanneer er geen
nieuwe berichten zijn, neemt het antwoordapparaat op
na 5 beltonen.
De pincode wijzigen
Selecteer [Menu] > > [Remote modus]
1
> [Verander PIN] en druk op [OK] om te
bevestigen.
Voer de oude pincode in en druk op [OK]
2
om te bevestigen.
Voer de nieuwe pincode in en druk op
3
[OK] om te bevestigen.
Voer de nieuwe pincode opnieuw in en
4
druk op [Bewaar] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Externe toegang activeren/deactiveren
U kunt externe toegang tot het
antwoordapparaat toestaan of blokkeren.
Selecteer [Menu] > > [Remote modus]
1
en druk op [OK] om te bevestigen.
Selecteer [Activeren] / [Uitschakelen] en
2
druk op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Het antwoordapparaat op afstand bedienen
Bel het nummer van het antwoordapparaat
1
met een telefoon geschikt voor toonkiezen.
Druk op # wanneer u de mededeling
2
hoort.
NL 39
Voer de pincode in.
3
» U hebt nu toegang tot het
antwoordapparaat en u kunt nu ook de
nieuwe berichten beluisteren.
Opmerking
U krijgt 2 keer de kans de juiste pincode in te voeren
•
voordat het antwoordapparaat de verbinding verbreekt.
Druk op een toets om een functie uit te
4
voeren. Raadpleeg voor een overzicht van
de beschikbare functies de onderstaande
lijst met opdrachten bij toegang op afstand.
Gedrag van het LED-display op het
basisstation
In de onderstaande tabel vindt u de huidige
status met het gedrag van het LED-display op
het basisstation.
LEDdisplay
Geen
weergave
Status
van het
antwoordapparaat
Uit--
AanGeen bericht
Berichtstatus
Opmerking
Wanneer er geen bericht is, verbreekt het
•
antwoordapparaat de verbinding als gedurende 8
seconden geen toets wordt ingedrukt.
Opdrachten bij toegang op afstand
ToetsFunctie
1Hiermee herhaalt u het huidige bericht
of beluistert u het vorige bericht.
2Hiermee beluistert u berichten.
3Hiermee gaat u naar het volgende
bericht.
6Hiermee verwijdert u het huidige
bericht.
7Hiermee schakelt u het
antwoordapparaat in.
(Niet beschikbaar wanneer u de
berichten beluistert.)
8Hiermee stopt u het beluisteren van
het bericht.
9Hiermee schakelt u het
antwoordapparaat uit.
(Niet beschikbaar wanneer u de
berichten beluistert.)
AanBrandt continu wanneer
er 3 nieuwe berichten zijn.
AanKnippert wanneer het
geheugen vol is.
AanBlijft bewegen wanneer
het antwoordapparaat
het inkomende bericht of
de inkomende melding
opneemt.
Aan
AanKnippert wanneer u het
Druk op
volumeniveau weer te
geven.
antwoordapparaatmenu
opent via de handset,
het antwoordapparaat
op afstand bedient of
berichten beluistert vanaf
de handset.
/ om het
40 NL
15 Menustructuur
[Telefoonboek] [Nw toevoegen]
[Weergeven]
[Bewerk]
[Select.melodie]
[Wissen]
[Alles wissen]
[Uitzond. inst.]
[Telefooninst.] [Geluiden] [Belvolume]
[Beltoon]
[Stille modus]
[Toetstoon]
[Stationstoon]
[Mijn geluid]
[Datum & tijd][Datum instell.]
[Tijd instell.]
[Datumformaat]
[Tijdsformaat]
[Eco-modus][Aan]
[Uit]
[Telefoonnaam] [Naam invoeren]
[Taal]
[Display][Helderheid]
[Wrsch visueel]
Nederlands
NL 41
[Wekker] [Aan]/[Uit]
[Wektijd]
[Herhaling]
[Alarmmelodie]
[Services] [Conferentie] [Automatisch]
[Uit]
[Gesprek. blok.][Blokkeermodus]
[Geblokkeerd nr]
[Verander PIN]
[Type bellijst][Alle oproepen]
[Gemiste oprpn]
[Voork.num.]
[Netwerktype][Telef.centrale]
[Openbaar net]
[Flashduur][Kort]
[Middel]
[Lang]
[Kiesmodus][Toon]
[Puls]
[1ste beltoon][Aan]
[Uit]
[Autom. klok][Aan]
[Uit]
[Aanmelden]
[Afmelden]
[Oproepservices][Gespr. doorsch]
[Doorsch. bezet]
[Sch. geen ant]
[Terugbellen]
[Stop terugbel]
[Nr verbergen]
[Resetten]
42 NL
[Babyfoon][Activeren]
[Wrsch verz nr][Verbonden lijn]
[Externe lijn]
[Huilniveau] [Mild]
[Gematigd]
[Luid]
[Antwoordapp.] (alleen
voor modellen met een
antwoordapparaat)
[Afspelen]
[Alles wissen]
[Antw. modus] [Zonder. opnem.]
[Antw & opnem.]
[Uit]
[Aankondiging][Zonder. opnem.]
[Antw & opnem.]
[Toon vertra.]
[Berichtkwalit.][Normaal]
[Hoog]
[Remote modus]
[Taal meldtekst]
Nederlands
NL 43
16 Technische
gegevens
Display
• Witte letters op een zwarte achtergrond
Algemene telefoonfuncties
• Twee modi naam- en nummerherkenning
• Telefonische conferentie en voicemail
• Intercom
• Maximale gesprekstijd: 20 uur
Telefoonboek, herhaallijst en bellijst
• Telefoonboek met 200 vermeldingen
• Herhaallijst met 20 vermeldingen
• Bellijst met 50 vermeldingen
Batterij
• CEL: 2 oplaadbare AAA-batterijen, Ni-MH
1,2 V 600 mAh
• Fuyang Corun Battery Co. Ltd.: 2
oplaadbare AAA-batterijen, Ni-MH 1,2 V
600 mAh
Stroomadapter
Basisstation en lader
• Philips: SSW-2095EU-1, invoer: 100 - 240 V
AC, 50 - 60 Hz 0,2 A, uitvoer : 5 V 600 mA
• Philips: S003PV0500060R012175E-V, invoer:
100 - 240 V AC, 50 - 60 Hz 0,2 A, uitvoer : 5
V 600 mA
Energieverbruik
• Energieverbruik in stand-bymodus:
ongeveer 0,5 W (CD490); 0,55 W (CD495)
Gewicht en afmetingen (CD495)
• Handset: 130 gram
• 161 x 47,3 x 27,5 mm (H x B x D)
• Basisstation: 154,2 gram
• 106,3 x 130 x 65,8 mm (H x B x D)
• Oplader: 42,7 gram
• 106,4 x 80,2 x 55,3 mm (H x B x D)
Opmerking
Dit is alleen van toepassing wanneer de screensaver
•
uitgeschakeld is (zie 'Display-instellingen' op pagina 26).
Gewicht en afmetingen (CD490)
• Handset: 130 gram
• 161 x 47,3 x 27,5 mm (H x B x D)
• Basisstation: 131,7 gram
• 106,3 x 130 x 65,8 mm (H x B x D)
• Oplader: 42,7 gram
• 106,4 x 80,2 x 55,3 mm (H x B x D)
44 NL
17 Kennisgeving
Conformiteitsverklaring
Philips Consumer Lifestyle, Accessories, verklaart
hierbij dat het product CD490/495 voldoet
aan de essentiële vereisten en andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. U kunt de
conformiteitsverklaring lezen op www.p4c.
philips.com.
Dit product is ontworpen, getest en vervaardigd
volgens de Europese R&TTE-richtlijn 1999/5/EC.
Compatibel met de GAP-norm
De GAP-norm garandeer t dat alle DECT™
GAP-handsets en -basisstations aan de minimale
bedrijfsnorm voldoen, ongeacht het fabricaat.
De handset en het basisstation voldoen aan de
GAP-norm. Dit houdt in dat de minimumfuncties
worden ondersteund: een handset aanmelden, de
lijn beleggen, bellen en een gesprek aannemen.
De geavanceerde functies zijn mogelijk niet
beschikbaar wanneer u de handsets gebruikt in
combinatie met een ander fabricaat. Als u deze
handset wilt aanmelden bij een GAP-compatibel
basisstation van een ander fabricaat, volgt u eerst
de procedure uit de instructies van de fabrikant
van het basisstation. Daarna volgt u de instructies
voor het aanmelden van een handset in deze
handleiding. Als u een handset van een ander
fabricaat wilt aanmelden bij het basisstation,
schakelt u op het basisstation de modus voor
aanmelden in en volgt u daarna de instructies van
de fabrikant voor het aanmelden van de handset.
Voldoet aan de norm voor
elektromagnetische velden
(EMF)
Koninklijke Philips Electronics N.V. maakt
en verkoopt vele consumentenproducten
die net als andere elektronische apparaten
elektromagnetische signalen kunnen uitstralen
en ontvangen.
Een van de belangrijkste zakelijke principes van
Philips is ervoor te zorgen dat al onze producten
beantwoorden aan alle geldende vereisten inzake
gezondheid en veiligheid en ervoor te zorgen
dat onze producten ruimschoots voldoen aan
de EMF-normen die gelden op het ogenblik dat
onze producten worden vervaardigd.
Philips streeft ernaar geen producten te
ontwikkelen, produceren en op de markt
te brengen die schadelijk kunnen zijn voor
de gezondheid. Philips bevestigt dat als zijn
producten correct voor het daartoe bestemde
gebruik worden aangewend, deze volgens de
nieuwste wetenschappelijke onderzoeken op het
moment van de publicatie van deze handleiding
veilig zijn om te gebruiken.
Philips speelt een actieve rol in de ontwikkeling
van internationale EMF- en veiligheidsnormen,
wat Philips in staat stelt in te spelen op
toekomstige normen en deze tijdig te integreren
in zijn producten.
Oude producten en batterijen
weggooien
Uw product is vervaardigd van kwalitatief
hoogwaardige materialen en onderdelen die
kunnen worden gerecycleerd en herbruikt.
Nederlands
NL 45
Als u op uw product een symbool met een
doorgekruiste afvalcontainer ziet, betekent
dit dat het product valt onder de EU-richtlijn
2002/96/EG. Win inlichtingen in over de manier
waarop elektrische en elektronische producten
in uw regio gescheiden worden ingezameld.
Neem bij de verwijdering van oude producten
de lokale wetgeving in acht en doe deze
producten niet bij het gewone huishoudelijke
afval.
Als u oude producten correct verwijdert,
voorkomt u negatieve gevolgen voor het milieu
en de volksgezondheid.
Uw product bevat batterijen die,
overeenkomstig de Europese richtlijn 2006/66/
EG, niet bij het gewone huishoudelijke afval
mogen worden weggegooid.
Win informatie in over de lokale wetgeving
omtrent de gescheiden inzameling van batterijen.
Door u op de juiste wijze van de batterijen te
ontdoen, voorkomt u negatieve gevolgen voor
het milieu en de volksgezondheid.
Milieu-informatie
Er is geen overbodig verpakkingsmateriaal
gebruikt. We hebben ervoor gezorgd dat de
verpakking gemakkelijk kan worden gescheiden
in drie materialen: karton (de doos), polystyreen
(buffer) en polyethyleen (zakken en afdekking).
Het systeem bestaat uit materialen die kunnen
worden gerecycled en opnieuw kunnen worden
gebruikt wanneer het wordt gedemonteerd
door een gespecialiseerd bedrijf. Houd u aan de
plaatselijke regelgeving inzake het weggooien
van verpakkingsmateriaal, lege batterijen en
oude apparatuur.
Als u dit logo op een product ziet, is er
een nanciële contributie betaald aan
het desbetreffende landelijke inzamel- en
recyclingsysteem.
46 NL
18 Veelgestelde
vragen
Er wordt geen signaalbalk op het scherm
getoond.
•De handset is buiten bereik. Verplaats de
handset in de richting van het basisstation.
•Als op de handset [Afmelden] wordt
weergegeven, plaatst u de handset op het
basisstation totdat de signaalbalk wordt
weergegeven.
Tip
Raadpleeg voor meer informatie "De handsets
•
aanmelden" in het gedeelte Services.
Wat kan ik doen als het niet lukt de extra
handsets aan te melden bij het basisstation?
Het geheugen van het basisstation is vol. Meld
handsets die niet worden gebruikt af en probeer
het opnieuw.
Geen kiestoon
•Controleer de telefoonaansluitingen.
•De handset is buiten bereik. Verplaats de
handset in de richting van het basisstation.
Geen stationstoon
•De handset is niet goed op het basisstation/
de oplader geplaatst.
•De laadcontactpunten zijn vervuild.
Koppel eerst de adapter los en reinig de
contactpunten met een vochtige doek.
Ik kan de instellingen van mijn voicemail niet
wijzigen. Wat kan ik doen?
De voicemailservice wordt beheerd door uw
serviceprovider en niet door de telefoon zelf.
Neem contact op met de serviceprovider om
de instellingen te wijzigen.
De handset op de lader laadt niet op.
•Controleer of de batterijen correct zijn
geplaatst.
•Controleer of de handset goed op de
oplader is geplaatst. Tijdens het laden
knippert het batterijpictogram.
•Controleer of de instelling voor de
stationstoon is ingeschakeld. U hoort een
stationstoon wanneer de handset goed op
de oplader is geplaatst.
•De laadcontactpunten zijn vervuild.
Koppel eerst de adapter los en reinig de
contactpunten met een vochtige doek.
•De batterijen zijn defect. Schaf nieuwe
batterijen aan bij uw dealer.
Geen weergave
•Controleer of de batterijen zijn opgeladen.
•Controleer of de stroomvoorziening werkt
en of de telefoon is aangesloten.
Slecht geluid (gekraak, echo enz.)
•De handset is bijna buiten bereik. Verplaats
de handset in de richting van het basisstation.
•De telefoon heeft last van interferentie
door elektrische apparaten in de nabijheid.
Plaats het basisstation uit de buurt van deze
apparaten.
•De telefoon bevindt zich in een ruimte met
dikke muren. Plaats het basisstation ergens
anders.
De handset gaat niet over.
Controleer of de beltoon van de handset is
ingeschakeld.
Nummerherkenning werkt niet.
•De service is niet geactiveerd. Neem
contact op met uw serviceprovider.
•De informatie van de beller is afgeschermd
of niet beschikbaar.
De verbinding tussen de handset en het
basisstation valt weg of het geluid stoort
tijdens gesprekken.
Controleer of de ECO-modus is geactiveerd.
Schakel deze modus uit om het bereik van
de handset te vergroten en van de beste
oproepomstandigheden te proteren.
Opmerking
Als de bovenstaande oplossingen niet helpen, koppelt u
•
de voeding van de handset en van het basisstation los.
Probeer het na 1 minuut opnieuw.
0Spatie . 0 , / : ; " ' ! ¡ ? ¿ * + - % \^ ~|
11 @ _ # = < > ( ) & £ $ ¥ [ ] { } ¤ § ...
2A B C 2 À Â Æ Á Ã Ä Å Ç
3D E F 3 È É Ê Ë Δ Φ
4G H I 4 Ğ Í Ï İ Γ
5J K L 5 Λ
6M N O 6 Ñ Ó Ô Õ Ö
7P Q R S 7 Ş Π Θ Σ
8T U V 8 Ù Ú Ü
9W X Y Z 9 Ø Ω Ξ Ψ
2a b c 2 à â æ á ã ä å ç
3d e f 3 è é ê ë Δ Φ
4g h i 4 ğ í ì ï ı Γ
5j k l 5 Λ
6m n o 6 ñ ó ô õ ö ò
7p q r s 7 β ş Π Θ Σ
8t u v 8 ù ú ü μ
9w x y z 9 ø Ω Ξ Ψ
ToetsHoofdletters (voor Grieks)
0Spatie . 0 , / : ; " ' ! ¡ ? ¿ * + - % \^ ~|
11 @ _ # = < > ( ) & £ $ ¥ [ ] { } ¤ § ...
2A B Г 2 A B C Æ Ä Å Ç
3Δ Ε Ζ 3 D E F É
4Η Θ Ι 4 G H I
5Κ Λ Μ 5 J K L
6Ν Ξ Ο 6 M N O Ñ Ö
7Π Ρ Σ 7 P Q R S
8Τ Υ Φ 8 T U V Ü
9Χ Ψ Ω 9 W X Y Z Ø
2α β γ 2 a b c à æ ä å
3δ ε ζ 3 d e f è é
4η θ ι 4 g h i ì
5κ λ μ 5 j k l Λ
6ν ξ ο 6 m n o ñ ö ò
7π ρ σ ς 7 p q r s ß
8τ υ φ 8 t u v ù ü
9χ ψ ω 9 w x y z ø
0Spatie . 0 , / : ; " ' ! ¡ ? ¿ * + - % \^ ~|
11 @ _ # = < > ( ) & £ $ ¥ [ ] { } ¤ § ...
2A B C 2 Â Æ Á Ă Ä Å Ą Ç Ć Č
3D E F 3 Ď Đ Ė Ě É Ę Δ Φ
4G H I 4 Í Î Γ
5J K L 5 Λ Ł Ĺ Ľ
6M N O 6 Ñ Ň Ń Ó Ö Ő
7P Q R S 7 Ř Ş Š Ś Π Θ Σ
8T U V 8 Ţ Ť Ú Û Ü Ů Ű
9W X Y Z 9 Ý Ž Ź Ż ſ Ø Ω Ξ Ψ
2a b c 2 à â æ á ă ä å ą ć č
3d e f 3 ď đ ė ě è é ę Δ Φ
4g h i 4 í ì Γ
5j k l 5 Λ
6m n o 6 ñ ň ó ö ő ò
7p q r s 7 ř š ś Π Θ Σ ß
8t u v 8 ţ ť ù ú û ü ů ű
9w x y z 9 ý ž ƒ ø Ω Ξ Ψ
ToetsHoofdletters (voor Servisch/Bulgaars)
0Spatie . 0 , / : ; " ' ! ¡ ? ¿ * + - % \^ ~|
11 @ _ # = < > ( ) & £ $ ¥ [ ] { } ¤ § ...
2А Б В Г Ђ Ć Č 2 A B CÆ Ä Å Ç
3Д Е Ж З Ј Đ 3 D E F É Δ Φ
4И Й К Л Љ 4 G H I Γ
5М Н О П Њ 5 J K L Λ
6Р С Т У Ћ 6 M N O Ñ Ö
7Ф Х Ц Ч
2a b c 2 à æ ä å
3d e f 3 è é Δ Φ
4g h i 4 ì Γ
5j k l 5 Λ
6m n o 6 ñ ö ò
7p q r s 7 Π Θ Σ ß
8t u v 8 ù ü
9x y z 9 ø Ω Ξ Ψ
NL 49
20 Index
A
aan of uit 36
aankondigingen 36
aanmelden/afmelden 31
alarm 27
antwoordapparaat 36
automatische conferentie 28
automatische klok 30
automatische voorkeuze 29
E
ECO-modus 26
een gesprek aannemen 13
een nummer opslaan 21
eerste beltoon 30
eigen nummer verbergen 33
externe toegang tot het antwoordapparaat 39
extra handsets 31
To which this declaration relates is in conformity with the following harmonized standards:
(Auquel cette déclaration se rapporte, est conforme aux normes harm onisées suivantes)
_
(title, number and date of issue of the standard / titre, numéro et date de parution de la norme)
EN 301 406 V2.1.1:2009
EN 301 489-1 V1.8.1:2008 EN 301 489-6 V1.3.1:2008
EN61000-3-2:2006+A2:2009 EN61000-3-3:2008
EN 60950-1:2006+A11:2009+A1:2010
EN 50360:2001 EN 50385:2002
EN50383:2002
Following the provisions of :
(Conformément aux exigences essentielles et autres dispositions pertin entes de:)
1999/5/EC (R&TTE Directive)
2006/95/EC (Low Voltage Directive)
2004/108/EC (EMC Directive)
2009/125/EC (ErP Directive)
- EC/278/2009
And are produced under a quality scheme at least in conformity with ISO 9001 or CENELEC
Permanent Documents
(Et sont fabriqués conform ément à une qualité au moins conforme à la norme ISO 9001 o u aux Documents Permanents CENELEC)
The Notified Body .................................................. performed ..................................................
(L’Organisme Notifié)(Name and number/ nom et numéro) (a effectué)(description of intervent ion /
And issued the certificate, .................................................................
(et a délivré le certific at)(certificate number / numéro du certific at)
To which this declaration relates is in conformity with the following harmonized standards:
(Auquel cette déclaration se rapporte, est conforme aux normes harm onisées suivantes)
_
Following the provisions of :
(Conformément aux exigences essentielles et autres dispositions pertin entes de:)
And are produced under a quality scheme at least in conformity with ISO 9001 or CENELEC
Permanent Documents
(Et sont fabriqués conform ément à une qualité au moins conforme à la norme ISO 9001 o u aux Documents Permanents CENELEC)
The Notified Body .................................................. performed ..................................................
(L’Organisme Notifié)(Name and number/ nom et numéro) (a effectué)(description of intervent ion /
And issued the certificate, .................................................................
(et a délivré le certific at)(certificate number / numéro du certific at)
Remarks:
(Remarques:)
(title, number and date of issue of the standard / titre, numéro et date de parution de la norme)
EN 301 406 V2.1.1:2009
EN 301 489-1 V1.8.1:2008 EN 301 489-6 V1.3.1:2008
EN61000-3-2:2006+A2:2009 EN61000-3-3:2008
EN 60950-1:2006+A11:2009+A1:2010
EN 50360:2001 EN 50385:2002
EN50383:2002