Philips werkt continu aan de optimalisatie van de
producten. Philips behoudt zich daarom het recht
voor deze gebruikershandleiding op elk gewenst
moment zonder voorafgaande kennisgeving te
wijzigen of te herroepen. Philips levert deze
gebruikershandleiding in de huidige staat en
accepteert geen aansprakelijkheid voor eventuele
Cameratoets
aan de zijkant
Navigatie-
en
,
toetse n
Ophangt oets
aan/
en
)
uit-toetsen
-toe ts
c
Toetsenbord
fouten, wegla tingen of afwijkingen tu ssen deze
gebruikershandleiding en het beschreven product,
tenzij dit is vereist onder toepasselijk recht. De
telefoon is ontworpen voor gebruik op het GSM-/
GPRS-netwerk.
Basisfuncties
-
Telefoon in-/
uitschakelen
PIN-code invoeren
Iemand bellen
Een gesprek
aannemen
Het gespreksvolume instellen
Een gesprek
beëindigen
Druk op ) en houd de
toets ingedrukt.
Voer uw PIN-code in met de
cijfer toetsen en druk op
,
of # om te
bevestigen.
Voer het telefoonnummer in
met de cijfertoetsen en druk
op ( om het nummer te
kiezen .
Druk op ( wanneer de
telefoon rinkelt.
Druk tijdens het gesprek de
navigatietoets + of -.
Druk op ).
Een oproep weigerenDruk op ).
Het hoofdmenu
oproepen
Het Telef oonboek
oproepen
Het Telef oonboek
gebru iken
Toegang tot de
Bellijst
Terugkeren naar
vorig menu
Terugkeren naar
inactieve stand
tijdens h et bladeren
door de menu’s
Het laatst gevoerde
gesprek weergeven
Druk in de inactieve stand
op ,.
Druk in de inactieve stand
op -.
Blader omhoog of omlaag
door de lijst door op + of
-
te drukken en druk op
(
om de geselecteerde
naam te bellen.
Druk in de inactieve stand
op +.
Druk op c.
Druk op c en houd deze
toets ingedrukt of druk op
)
.
Druk in de inactieve stand
op (.
Toets en blokkeren/
deblokkeren
Toegang tot een
functie in het menu
Het
Afbeeldingenalbum
snel oproepen en
een foto wijzigen
Een geprogrammeerd Spraaklabel
oproep en
Snel een SMS
verzenden
De Camer a
activeren/deactiveren
Druk in de inactieve stand
op c en houd de toets
ingedrukt.
Druk op ,, druk op
of > en + of - om
een functie te selecteren en
druk vervolgens op , om
het submenu te openen.
Herhaal dit tot u de gewenste
functie heeft bereikt.
Druk in de inactieve stand
op de Tag-it! toets. Sele cteer
vervolgens een afbeelding en
marke er deze met ,.
Druk op , en houd deze
toets ingedrukt.
Druk in de inactieve stand
op
>
wordt geopend en u kunt een
ontvanger selecteren).
Open de camera-a fdekking
aan de achterzijde van de
telefoon.
(de namenlijst
<
WAP oproepen
Open de
Sneltoetsen-lijst
Druk in de inactieve stand
op 0 en houd deze toets
ingedrukt.
Druk in de inactieve stand
op # en houd deze toets
ingedrukt.
Touchscreen
Let op ! Voor de bediening van het touchscreen mag
alleen de pen worden gebruikt die bij het product is
geleverd. Gebruik GEEN ander gereedschap, wanneer
u met het tou chscreen werkt.
Uw mobiele telefoon is voorzien van een touchscreen,
waardoor u s neller en ma kkelijker door lijsten en
menu’s kunt navigeren. Het touchsc reen staat ter
beschikking, zodra u een willekeurig menu hebt
opgeroepen (in de inactieve stand is het touchscreen
niet beschikbaar), de bediening vindt vervolgens
plaats m.b.v. de pen die aan de zijkant van uw telefoon
is aangebracht. Tik op een menu/pictrogram om dit te
activeren en nogmaals om het desbetreffende menu
op te roepen. Druk vervolgens de pen iets steviger op
het touchscreen alsof u op papier schrijft.
Het is niet altijd mogelijk het touchscreen te
gebruiken, in sommige gevallen kunnen de
toetsfuncties niet worden vervangen.
Zoals u hiernaast ziet, zult u snel
vertrouwd zijn m et de klikbare
gedeeltes in lijsten en menu’s en u
kunt dan met de pen een onderwerp
selecteren, naar boven/beneden
bewegen, andere elementen selecteren enz.
In de m eeste conte xten geeft een Pijl in de
rechterbovenhoek van het display of een rood kruis
same n met een wa arschuwing aan, dat de laatste
actie kan worden gewist of dat u een niveau terug kunt
gaan. Met het pictogram OK of een g roen vinkje
kunt u uw keuze of actie bevestigen. Het gebruik
van deze touchscreen-pictogrammen werkt net zo als
het indrukken van de toetsen c of , op het
bedieningspaneel.
Toetsenbord op het display
In alle tekstbewerkingscontexten
verschijnt op he t display een
toetsenbord, bijv. bij h et invoeren van
uw PIN-code bij het opstellen van een
bericht (SMS, e-mail, MMS enz.), bij
het invoeren van een naam in het telefoonboek enz. U
kunt de tekst dan met de pen invoeren, net zoals u het
op het toetsenbord van een PC zou doen. Het gebruik
van de pen komt overeen met het indrukken van de
desbetreffende toetsen op uw telefoon.
Door op < of > in te drukken kunt u tussen
twee opties schakelen, bijv. activeren/deactiveren,
aan/uit, een instelling verhogen/verlagen, enz.
Blader door de menu’s en keuzelijsten totdat u de
gewenste functie of optie hebt bereikt. Terwijl u door
een lijst navigeert, geeft een rolbalk aan de rechterzijde
van het display de actuele positie binnen de lijst aan.
U kunt metde pen en de navigatietoetsen alle functies
van uw telefoon selecteren of instellen, zoals in de
desbetreffende hoofdstukken van deze
gebruiksaanwijzing staat beschreven.
MatrixGebeurtenissen
De matrix is de grafische afbeelding van de menu’s
met weergave van de pictogrammen (symbolen). Ieder
pictogram komt overeen met een functie of optie voor
de bediening van uw telefoon. Druk in de inactieve
stand op , om de matrix op te roepen. Met de pen
of de navigatietoetsen kunt u vervolgens een menu of
een optie selecteren of activeren, om te wissen drukt u
op c.
Sommige gebeurtenissen (zoals gemiste oproepen,
nieuwe berichten enz.) hebben g evolgen voor de
informatie die op het inac tieve scherm wordt
weergegeven. Druk in dat geval op , om het
bijbe horen de menu te openen of druk op c om
terug te g aan naar d e inactie ve stand.
Inhoudsopgave
1. Aan de slag ...........................................1
De SIM-kaart plaatsen ........................................ 1
De telefoon inschakelen ....................................2
Datum e n tijd i nstellen .... .... .... ...................... .... . 2
Het SIM-telefoonboek kopiëren ......................2
Lees de aanwijzingen in het gedeelte
"Veiligheidsinstructies" voordat u de telefoon in
gebruik neemt.
Voordat u de te lefoon kunt gaan gebruiken, moet u er
een geldig e SIM-kaart in plaatsen . Deze heeft u
gekregen van de netwerkaanbie der of de leveranc ier
van uw GSM. De SIM-kaart bevat informatie over uw
abonnement, uw mobiele nummer en een geheugen
waa rin u t elefoonnummers en berichten kunt o pslaan
(zie "Telefoonboek" pagina 26).
Zorg ervoor dat de schui ne hoek van de kaart
zich in de juiste hoek bevindt.
3. Sc huif de batterijdeksel in de sleuf met de
metalen aansluitingen omlaag, totdat de deksel
niet verder kan. Zet de batterijdeksel vervolgens
vast door deze omlaag te duwen.
De SIM-kaart plaatsen
1. Druk op de ontgrendelingsknop zoals
onderstaand a angegeven en verwijder het
batterijdeksel.
2. SIM-kaart plaatsen: schuif de SIM-kaart eerst tot
de aanslag onder het linker plasticgedeelte, druk
vervolgens op d e metalen houder, totdat de kaart
vastklikt.
4. Plaa ts de achter klep weer op de telefoon: hang
daartoe de scharnieren in de bovenzijde van de
voorste telefoonbehuizing en druk het
afsluitdeksel naar beneden, totdat dit vastklikt.
1Aan de slag
5. Verwijder de beschermende folie op de display
en het objectief voordat u de telefoon gebruikt.
De telefoon inschakelen
Om de telefoon in te schakelen drukt u op de )toets. Voer de PIN-code in, wanneer dit wordt
gevraagd (dit is een geheime code van de SIM-kaart
die uit 4 tot 8 cijfers bestaat). Deze code is vooraf
ingesteld en u krijgt deze van de netwerkaanbieder of
leverancier. U kunt de PIN-code wijzigen, zie
pagina 35.
Wanneer u driemaal achter elkaar een verkeerde
PIN-code invoert, wordt de SIM-kaart geblokkeerd.
Om de blokkering op te heffen, moet u de PUK-code
aanvragen bij de netwerkaanbieder.
Datum en tijd instellen
Stel de datum in op de telefoon zoals wordt gevraagd,
wanneer u de telefoon voor het eerst inschakelt. U
doet dit met de juiste numerieke toetsen (druk op
c
om een cij fer te wis sen ) en st el ver vol gen s de tijd
in.
Zie pagina 37 voor een volledig overzicht van de
datum- en tijdinstellingen.
Het SIM-telefoonboek kopiëren
Wanneer u geen kopie wilt maken van het SIMtelefoonboek wanneer u de telefoon voor het eerst
inschakelt, zie "Telefoonboek" pagina 26.
De mobiele telefoon herkent, wanneer er op een SIMkaart reeds namen zijn opge slag en en u wordt door
een melding gevraagd of u het SIM-telefoonboek wilt
kopiëren in het telefoonboek dat in uw telefoon is
geïntegreerd. Druk op c om de functie af te
breken of bevestig met,.
Kalibreren
Met dit menu kunt u uw display kalibreren, u krijgt
daardoor een nauwkeuriger weergave, wanneer u met
de pe n we rk t. D ruk op , en volg de aanw ijzingen.
Alle drie de tekens moeten na elkaar worden
ingedrukt om de procedure af te sluiten.
De batterij opladen
De telefoon werkt op een oplaadbare batterij. Een
nieuwe batterij is gedeelte lijk opgelad en en er klinkt
een alarmsignaal, wann eer de batterij moet worden
opgeladen. Wanneer de batterij volledig is ontladen,
verschijnt het batterijsymbool pas, nadat het
laadproces 2 of 3 minuten bezig is.
Aan de slag2
U kunt al uw persoonlijke instellingen kwijtraken,
wanneer u de batterij verwijdert, wanneer de telefoon
is ingeschakeld.
1. Nadat de batterij is geplaatst en het afsluitdeksel
op de telefoon is bevestigd, sluit u de stekker van
de oplader (onderdeel van het pakket) op de
LINKERBUS onderaan de telefoon aan, en
steekt u het andere uite inde van de kabel in een
goed toegankelijke wandcontactdoos.
2. Het batterijsymbool geeft de laadtoestand van de
batterij aan:
- Tijdens het opla den ver anderen de vier
oplaadindicatoren; het duurt ongeveer 1 uur
en 45 minuten om de mobiele telefoon
volledig op te laden.
- Wa nneer alle vier staafjes ononderbroken
zichtbaar zijn, is de batterij volledig opgeladen
en kunt u de oplader verwijderen. Afhankelijk
van het netwerk en de gebruiksomstandigheden is één batter ij voldoende
voor 2 tot 4 uur gesprekstijd en 200 tot 400
uur stand-bytijd.
Als u de oplader op de telefoon aangesloten laat,
wanneer de batterij volledig is opgeladen, heeft dit
geen nadelige gevolgen voor de batterij. U kunt de
oplader alleen uitschakelen door de stekker uit het
stopcontact te halen. Gebruik daarom een goed
toegankelijk stopcontact. U kunt de oplader ook
aansluiten op een IT-voorziening (alleen in België).
3Aan de slag
2 • Hoofdfuncties
Het telefoonboek oproepen en
raadplegen
Druk in de inactieve stand op -.
De inhoud die op h et d isplay wor dt
Telefoonboek
de SIM-kaart of de telefoon, zie "Telefoonboek"
pagina 26).
Wanneer u het telefoonboek wilt raadplegen tijdens
een gesp rek, drukt u op , en selecteert u Bekijk
namenli jst. Druk vervolgens twee keer op
terug te keren naar de inactieve stand.
Om direct toegang te krijgen tot een bepaalde naam,
houd # ingedrukt, voert u de beginletter van de
gewenste naam in en drukt u op ,.
Iemand bellen
1. Voer het telefoonnummer in de inactieve stand
in met de cijfertoetsen. Druk op c wanneer u
een fout wilt corrigeren.
2. Druk op ( om het nummer te kiezen en
druk op ) om het gesprek te beëindigen.
weerg egeven kan variër en, afhankelijk
van het geselecteerde telefoonboek (in
c
Voor een internationaal gesprek kunt u het "+"-teken
gebruik en als intern ationa al toeg angsnummer door op
*
te drukken en deze toets ingedrukt te houden.
Een gesprek aannemen en beëindigen
Wanneer u wordt gebeld kan het nummer van de
beller worden weergegeven. Wanneer u het nummer
van de beller reeds hebt opgeslagen, wordt de
bijbehorende naam weergegeven in plaats van het
nummer.
1. Druk op ( om het gesprek aan te nemen.
2. Druk op ) om een oproep te we igere n.
Wanneer u " Doorschakele n" (zie pagina 68)
om
heeft geactiveerd, wordt het gesprek
doorgeschakeld naar e en ander nummer of naar
de voicemail.
3. Druk op ) wann eer u he t gespre k wilt
beëindigen.
De telefoon zal niet rinkelen wanneer de stand Stil is
ingeschakeld (zie pagina 7). Wanneer u Met elke toets
heeft geselecteerd (zie pagina 69), kunt u een gesprek
aannemen door op een willekeurige toets te drukken
(behalve )).
Hoofdfuncties4
Foto’s markeren en verzenden
Met het touchscreen en de pen kunt u gemaakte foto’s
snel markeren en a an uw vrienden en kenniss en
versturen. Zie "Touchscreen" pagina 3 voor
bijzonderheden over het touchscreen en het gebruik
van de pen, het hoofdstuk, "Foto’s nemen" pagina 15
voor het maken van foto’s en de hoofdstukken
"Afbeeldingenalbum" en "Tag-It" pa gina 59 voor
meer inform atie over het m arkeren/vera nderen van
foto’s.
TV Slideshow
Met deze functie kunt u de
afbeeldingen die u heeft verzameld in
TV Slideshow
afbeelding) weer geven op het beeldscherm van een
televisie met de optionele TV-aansluitkabel of op het
hoofdscherm (binnen) van uw telefoon.
1. Sluit de TV-aansluitkabel aan op de gele
2. Op het beeldscherm van de televisie verschijnt
het Afbeeld. Album (automatisch als
slideshow of handmatig afbeelding voor
videobus (RCA) van de televisie en op de audiobus van uw mobiele telefoon.
automatisch een standaardafbeelding en op de
display van uw telefoon wordt het menu van de
TV Slideshow weergegeven .
3. Gebruik het menu van uw telefoon om een
automatische slideshow in te stellen of geef de
afbeeldingen handmatig weer door de toetsen
+
en - in te drukken.
De TV-aansluiting ondersteunt alleen JPEGafbeeldingen tot een VGA-resolutie
(640 x 480 pixels). Zie "TV Slideshow" pagina61
voor uitvoerige informatie over deze functie.
Directe oproep
Met deze functie kunt u uw 4 meest favoriete of meest
gekozen nummers instellen. U kunt dan één van deze
nummers heel snel kiezen, door gewoonweg op het
desbetreffende pictogram of de afbeelding op het
display te dubbeltikken, zonder het Telefoonboek op
te roepen en door de lijst te hoeven bladeren.
1. Druk op < om de weergave voor Directe
oproep op te roepen.
2. Sele cteer een preview-afbeelding om te
configurer en. Druk eenmaa l op , om een
naam in de Telefoonboek-lijst te selecteren en
nogmaals om toegang te krijgen tot het
Afbeeldingenalbum en wijs aan de naam van deze
preview-afbeelding een foto toe. Ga voor iedere
preview-afbeelding op dezelfde wijze te werk.
3. Om een toege wezen naam te bellen, drukt u in
de inactieve stand op <, dubbeltikt u
5Hoofdfuncties
vervolgens met de pen op de gew enste previewafbeelding.
4. Wanneer u een preview-afbeelding opnieuw wilt
configureren, selecteert u deze en drukt u op
,
om de naam en/of de afbeeldi ng te
Vervangen.
Een foto nemen
Uw mobiele telefoon is uitgerust met een camera,
waarmee u kunt fotograferen en de foto's naar uw
vrienden en kennissen kunt sturen. Zie"Foto’s
nemen" pagina15voor de volledige informatie over
dit onderwerp.
Navigeer icoon
In d e inactieve s tand verschijnt een Navigeer icoon
waarin u de menu's kunt laten zien, waartoe u d.m.v.
de navigatietoets van uw telefoon toegang heeft. Zie
"Navigeer icoon" pagina 34voor uitvoerige
informatie over het activeren/deactiveren van deze
functie.
FotoTalk: geluidsclips en afbeeldingen
verzenden
Met deze func tie kunt u snel e en bericht da t is
opgebouwd uit beeld en geluid samenstellen en
verzenden.
1. Dru k in de inactieve stan d op de camera -toets
om de camera te activeren. In dien nodig k unt u
over schakelen na ar de Clip-mode, door te
drukken op #.
2. Druk om te fotograferen op de camera-toets; het
venst er Geluid opnemen wordt automatisch
geopend.
3. Neem het gewenste geluid of het gesproken
bericht op; met de c-toets kunt u het
opnemen afbreken of druk op , om het
opnemen te beëindigen (u ku nt ook wachten
totdat de maximale opnameduur van 30
seconden is afgelopen).
4. Zend vervolgens uw bericht via MMS (zie
"MMS" pagina 50voor uitvoerige informatie).
FotoCall: zien en horen wie er belt
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer u het
telefoonboek van de telefoon heeft geselecteerd en
NIET het SIM-telefoonboek.
Met de functie FotoCall kunt u een of meerdere
telefoonnummers uit uw telefoonboek aan een
speciale bellersgroep toewijzen. W annee r een
gesprekspartner uit de desbetreffende g roep u opbelt,
verschijnt zijn naam en de afbeelding die u voor deze
bellersgroep heeft gedefinieerd, op de display.
Hoofdfuncties6
Bovendien hoort u de voor deze bellersgroep
ingestelde belmelodie.
1. Druk in de inactieve stand op de camera-toets
om de camera te activeren en druk nogmaals op
de toe ts om een foto van uw vr iend/vriendin te
mak en.
gewenste Belmelodie en vervolgens de afbeelding
van uw vriend(in).
Wanneer de groep voor slechts één persoon wordt
aangemaakt, kunt u ook Multimedia > Spraakmemo >Nieuw selecteren. Neem de stem van uw vriend(in) op
en stel deze opname in als Belmelodie.
3. Selecteer een naam in uw telefoonboek, roep de
functie Kies groep op om de opname toe te
wijzen aan de groep die u een andere naam hebt
gegeven.
Handsfree bellen
Zor g, voor uw eigen gemak en veil igheid, dat u de
telefoon niet bij uw oor houdt wanneer u handsfree
belt, met name wanneer u het volume verhoogt.
1. Als u het telefoonboek in de SIM-kaart heeft
geselecteerd, selecteert u een naam, drukt u twee
keer op ,, selecteert u Bel Handsfree en drukt
u op , om het nummer te kiezen.
2. Als u het telefoonboek in de telefoon heeft
geselecteerd, gaat u op dezelfde manier te werk
om het standaardnummer te bellen of kiest u
<
of > en selecteert u een ander nummer
in de lijst. Vervolgens drukt u op , en
selecteert u Bel Handsfree.
Als u al in gesprek bent, drukt u twee k eer op, om
de handsfree-modus in en uit te schakelen.
Het belsignaal wijzigen
Selecteer Instellingen > Geluiden > Belmelodie, druk op
,
en blader met + of - door de lijst om een
belsignaal te selecteren. Druk op , om uw keuze te
bevestigen.
De stand Stil inschakelen
Wanneer u niet wilt dat de telefoon
rinkelt, wanneer e r een gesprek
binnenkomt, kunt u het belsignaal
Stil
uitschakelen door Instellingen > Geluiden
> Sti lte selecteren. Druk op -, totdat
het volume is ingesteld op Aan .
7Hoofdfuncties
Het trilsignaal activeren
Wanneer u wilt dat uw telefoon een
trilsignaal geeft wanneer u een oproep
Trilsignaal
te selecteren en vervolg ens Aan of Uit .
Door het trilsignaal in te schakelen, onderdrukt u het
belsignaal niet. Wanneer u het belsignaal wilt
onderdrukken en de trilfunctie ingeschakeld wilt laten,
schakelt u de stand Sti l in zoals hiervoor is beschreven.
Het trilsignaal wordt automatisch uitgeschakeld,
wanneer u de oplader aansluit.
ontvangt, activeer dan het trilsignaal
door Instellingen > Geluiden > Trilsignaal
Het nummer van uw eigen mobiele
telefoon weergeven
Wanneer u het nummer van uw eigen mobiele
telefoon wilt weergeven, drukt u in de inactieve stand
op -en selectee rt u Mijn nummers> Tonen. Uw
telefoonnummer wordt weergegeven, wanneer dit is
opgeslagen op uw SI M-kaart. Wanneer het nummer
niet wordt weergegeven, selecteert u Nieuw en volgt u
de aanwijzingen.
Wanneer uw eigen nummer reeds is opgeslagen in het
telefoonboek, kunt u het nummer aflezen tijdens een
gesprek. Zie "Het telefoonboek oproepen en
raadplegen" pagina 4.
Het volume van de oortelefoon
aanpassen
Druk tijdens een gesprek op de navigatietoets + of
-
om het volume te verhogen/verlagen.
De microfoon uitschakelen
U kunt de microfoon uitschakelen
zoda t de beller u nie t meer kan horen.
Druk tijdens een gesprek op ,,
G eluid uit
selecteer Geluid uit en druk nogm aal s op
,
.
De microfoon weer inschakelen
Wanneer u de microfoon tijdens een
gesprek weer wilt inschakelen, drukt u op
,
Gelu id aa n
, selecteert u Geluid aanen bevestigt
u dit door op,.
Een gesprek opnemen
In de meeste landen is het opnemen van
gesprekken onderhevig aan de
Opnemen
wetgeving. We raden u aan de beller op
de hoogte te stellen, wanneer u het
Hoofdfuncties8
gesprek wilt opnemen en dit alleen op te nemen,
wanneer hij/zij hiermee akkoord gaat. Daarnaast
moet u alle opnamen vertrouwelijk behandelen. 1
minuut is de maximaal beschikbare opnametijd (zie
"Spraakmemo" pagina 63).
Om tijdens het telefoneren een gesprek op te nemen,
drukt u op ,, selecteert u Opnemen en drukt u op
,
. Druk op c, , of hang op om het
opnemen te beëindigen: via een bewerkingsvenster
kunt u een naam aan de opna me toewijzen, die
vervolgens beschikbaar is in het menu Multimedia >
Muziekalbum.
Wanneer u Geluid uit selecteert en vervolgens
Opnemen, wordt alleen de stem van de beller
opgenomen.
De gesprekslijst wissen
Wanneer u de gesprekslijst wilt wissen,
drukt u op , en selecteert u Ges pre k
info > Bellijst > Reset. Druk twee keer op
Reset
,
als u de gesprekslijst wilt wissen.
SMS > Lees SMS > Verwijder alle. D ruk twee keer op
,
wanneer u de SMS-lijst wilt wissen.
U kunt ook alle SMS-berichten verwijderen via het
menu SMS Archief. Het is nuttig om de SMS- lijst
regelmatig te wissen, omdat u zo geheugenruimte kunt
vrijmaken voor nieuwe berichten.
Het telefoonboek wissen
Wanneer u de inhoud van uw telefoonboek in één
keer wilt wissen, drukt u op , en selecteert u
Druk op , wanneer u de inhoud van het
telefoonboek wilt wissen.
Deze functie geldt alleen voor het telefoonboek in uw
telefoon, NIET voor het SIM-telefoonboek.
Snel door een lijst bladeren
Houd de toetsen + of - ingedrukt om per
pagina te bladeren door een lijst (bijv. met
belsignalen, afspraken, enz.) in plaats van per
onderwerp.
De SMS-lijst wissen
Wanneer u de volle dige berichtenlijst in één keer wilt
wissen, drukt u op , en selecteer t u Berich ten >
9Hoofdfuncties
3 • Menustructuur
In het volgende overzicht wordt de volledige
menustructuur van de mobi ele telefoon beschreven,
en da arnaast worden d e pagina’s aangegeven waar u
meer informatie kunt vinden ove r elke functie of
instelling.
Nieuwe MMS / Een MMS ontvangen /
Mappen beheren / Instellingen
Telefoonboek p26
Namenlijst p4
Instellingen p26
Reset telefoonboek / Telefoonboek kiezen /
Naar telefoonboek kopiëren / Groep
configurere n
Spellen en Appl. p64
Calculator p64
Alarmklok p64
Agenda p64
JAVA p66
Gespreksinformatie p68
Gespreksinstellingen p68
Doorschakelen / Postbus sen / Auto- herhaal /
Met elke toets / Wachtgesprek / Identiteit
Bellijst p69
Bellijst / Reset
Gespreksteller p70
GSM-teller / GPRS-teller
11Menustructuur
Infrarood p56
TV Slideshow p61
Camera p15
Multimedia p58
Afbeeldingenalbum p58
Lijst met beschikbare afbeeldingen
Muziekalbum p58
Lijst met beschikbare geluiden
Demo p62
Geheugenstatus p62
Spraakmemo p63
BeDJ p63
Operatordiensten p72
Dienstnummers
De nummers die beschikbaar zijn in dit menu,
zijn afhankelijk van de netwerkaanbieder en
het abonnement. Neem hiervoor contact op met
uw ne twer kaanbieder.
WAP p72
Diensten +
Dit menu is afhankelijk van de
netwerkaanbieder en het abonnement. Neem
hiervoor contact op met uw netwerkaanbieder.
Menustructuur12
4 • Tekst of nummers
invoeren
Tekst kan in bewerkingsdisplays worden ingevoerd op
twee vers chillende manieren: door middel va n T9®tekstinvoer met voors pellingsfunctie of gewone
tekstinvoer. Voor het invoeren van cijfers en
leestekens zijn twee andere modi beschikbaar.
Pictogrammen op de display geven aan welke
tekstmodus actief is.
Aanwijzing: U kunt het toetsenbord dat op het display
wordt afgebeeld gebruiken voor het invoeren van tekst
met de pen, net alsof u het toetsenbord van een PC
gebruikt. Het gebruik van de pen komt overeen met
het indrukken van de desbetreffende toetsen.
T9®-tekstinvoer
T9®-tekstinvoer met voorspellings-functie is een
intellige nte be werkings- modus voor berich ten,
inclusief een uitgebreid woorde nboek. U kunt er snel
tekst mee invoeren. Druk eenmaal op elke toets die
nodig is voor de letter van een woord. Uw invoer
wordt ge analyseerd, waarn a T9® een woord voorstelt
door dit in de bewerkings-display weer te geve n. Als er
meerdere woorden beschikbaar zijn voor de gebruikte
toetscombinatie, wordt het woord gemarkeerd dat u
heeft ingevoerd: druk op < of > om door de
lijst te bladeren en een keuze te maken uit de door
®
T9
voorgestelde woorden (zie het voorbeeld
hieronder).
Hoe gebruik ik het?
De toetsen hebben de volgende letters, symbolen en
functies:
2
tot en
met
<
,
c
0
*
Letters invoeren.
9
Om door de lijst met voorgestelde
of
>
woorden te bladeren.
of 1Invoer bevestigen.
Kort indrukken om één teken te
wissen, lang om alle tekst te wissen.
Omschakelen van Standaardletters
naar kleine letters in HOOFDletters.
Overschakelen van T9® naar
standaar dmodus naa r numeriek e
modus.
13Tekst of nummers invoeren
#
Overschakelen naar de symbool- en
leestekenmodus.
Voorbeeld: het woord "Doek" invoeren:
1. Druk op 3 6 3
Op het scherm verschijnt het eerste woord uit
een lijst: Doel.
2. Druk op > om door de lijst te gaan en Doek
te selecteren.
3. U kunt op , of 1 drukken om de selectie
van het woord Doe k te bevestigen.
5
Reguliere tekstinvoer
Als u de reguliere tekstinvoer wilt opene n, sele cteert u
de gewone tekstinvoer "Abc" met behulp van de toets
*
. Bij deze methode moet u de toetsen meermaals
indrukken om het gewenste teken weer te geven: de
letter "h" is de tweede letter van de toets 4, zodat
u twee keer hierop m oet drukken om "h" in te voeren .
Voorbeeld: het woord "Hond" invoeren:
Druk op 4 4 (GHI), 6 6 6 ( MNO) ,
6 6
wanneer u het bericht heeft voltooid.
(MNO), 3 (DEF). Druk op
,
Onderstaande tabel geeft de functies van de
afzonderlijke toetsen aan (alfabet, cijfers en
symbolen):
Kort indrukken
spatie . , @ / : ; " ’ ! ¡ ? ¿ # + - *
1
= % < > ( ) & £ $ ¥
2
a b c 2 à ä å æ ç2
3
d e f 3 é è ∆ Φ3
4
g h i 4 Γ ì4
5
j k l 5 Λ5
6
m n o 6 ñ ò ö 6
7
p q r s 7 β Π Θ Σ7
8
t u v 8 ü ù8
9
w x y z 9 ø Ω Ξ Ψ9
0
Shift-toets0
Lang
indrukken
1
Tekst of nummers invoeren14
5 • Foto’s nemen
De mobiele telefoon is voorzien van een digitale
camera waarmee u foto's kunt nemen en kunt opslaan
in de telefoon, u kunt de foto's dan als achtergrond
gebruiken of naar vriende n verze nden.
Hoe kan ik...
De camera
activeren/
deactiveren
In-/uitzoomen
De beeldmodus
wijzigen
De cameramodus
wijzigen
Open/sluit het afsluitdeksel
van de camera of druk op de
cameratoets.
Druk in alle modi, met
uitzondering van VGA (zie
verderop "Ins tellingen
camerabeeld") de navigatietoets + of -.
Druk op * om t e
schakelen tussen de Nac ht-
en de Normaal-modus.
Druk op # als u wilt
overschakelen van VGA
(640 x 480 pixels) naar
Achtergrond (128 x 160
pixels) naar Clip (128 x 160
pixels) n aar Fo toCall (96 x 64
pixels).
Met de navigatietoets
Speciale effecten
selecteren
Toegang tot de
camera-instellingen
Een foto nemen
De foto opslaan
De foto
verwijderen
Toegang tot de
foto-opties
Zelf-timer
activeren/
deactiveren
U kunt in alle menu’s de actuele functie afbreken en
terugkeren naar de inactieve stand door de c-toets
ingedrukt te houden.
(links) of > (rechts)
schakelt u van het ene naar
het andere speciale effect
(sepia, reliëf, enz.).
Druk op , wanneer de
camera actief is.
Druk op de cameratoets
wanneer de camera is
ingeschakeld.
Druk op de cameratoets
nadat u de foto heeft
genomen.
Druk op c nadat u de
foto heeft genomen.
Druk op , nadat u de
foto heeft genomen.
Druk op 0.
<
15Foto’s nemen
Foto’s maken
Instellingen camerabeeld
Open het afsluitdeksel van de camera en/
of druk op de cameratoets om het
camerabeeld op te roepen. Het beeld
wordt automatisch scherpgesteld en er
verschijnen symbolen onderin de display
(Zoom, Effecten, Camer amodus , Foto) en
bovenin (Zelf-timer, Beeld).
Alle opties en in te drukken toetsen die in deze sectie
worden beschreven, gelden alleen wanneer de
cameramodus is ingeschakeld, d.w.z. wanneer het
camerabeeld wordt weergegeven op het display. U
kunt ook de , -toets indrukken om toegang tot een
willekeurige functie te krijgen(zie "Instellingen"
pagina 19).
Cameramodus
Het standaardfotoformaat van de
standaardindeling is VGA (640 x 480
pixels). Draai de mobiele telefoon 90°
naar links en houd deze horizontaa l om
een volledig camera beeld te krijgen.
In deze mode verschijnt het VGA-symbool
Houd de mobiele telefoon voor alle andere foto-modi
verticaal en druk op # wanneer u van Achtergrond
(128 x 160 pixels) naar Clip (128 x 160 pixels) naar
FotoCall (96 x 64 pixels) wilt overschakelen. Het
pictogram voor de geselecteerde Cameramodus wordt
onderin het display weergegeven.
Met de Clip-mode kunt u na het fotograferen een
gesproken bericht opnemen. Zie "FotoTalk: de
clipmodus gebruiken" pagina 18 voor uitvoerige
informatie over deze cameramodus.
Effecten
Met deze functie kunt u één van de
beschikbare effecten selecteren , zi e
"Effectenmodus" pagina 20.
Zelftimer
Met de optie Zelf-timer kunt u de
zelfontspanner Aan of Uit zetten (zie"De
zelfontspanner gebruiken" pagina 18).
DE NAVIG ATI E-
TOETSEN PASSEN
ZICH AUTOMATISCH
AAN DE HO RIZONTALE
OF VE R T ICALE
POSI T IE AAN
(camerabeeld, toetsen
indrukken, enz.)
onderin de rechterhoek van de display.
Foto’s nemen16
Beeldmodus
Zoommodus
Een foto nemen
1. Wanneer de optie zelfontspanner Uit is, e n de
2. Het nummer dat verschijnt geeft de volgorde
Er zijn twee came ra modi besc hikbaa r:
Normaal en Nac htmodus (herkenbaar aan
het maanpictogram bovenin het display).
Afhankelijk van het lichtniveau drukt u
op
*
schakelen.
Deze optie s taat in alle modi ter
beschikking: de zoomoptie met één
niveau (x2) kan in de modi Cli p en
Achtergrond worden gebruikt (met de
navigatietoets + of - kunt u in- of
uitzoomen), de zoomoptie met twee
niveaus (x2 en x4) kan in de modus VGA
worden gebruikt(omdat u de telefoon
horizontaal houdt, dient u ook de toetsen
+
over een met de pijlen < en > van
de navigatietoets, wanneer u de telefoon
verticaal houdt).
camera is geactiveerd, drukt u op de cameratoets
om een foto te nemen.
aan. Druk op:
om tussen deze modi te
of -,in te drukken, deze komen
c
Camera
toets
,
3. Sluit het afsluitdeksel van de camera om de
camera te activeren zonder dat de foto wordt
opgeslagen.
4. Het aantal foto’s dat u kunt opslaa n is
verschillend en hangt af van d e instellingen: hoe
hoger de resolutie, des te groter is het bestand. U
krijg t een waarschuwing wanneer de
geheugenc apaciteit onvoldoende is. Wanneer dit
gebeurt moeten er gegevens worden gewist,
zodat er een nieuwe foto kan worden opgeslagen
(zie "Geheugenstatus" pagina 62).
Wanneer de foto’s worden opgeslagen in het
Afbeeldingenalbum krijgen deze de extensie
"img_1.jpg" enz. tot 9999.Dit houdt niet in dat u
maximaal 999 9 foto’s kunt nemen, maar dat de foto’s
inclusief de foto’s die u heeft verwijderd, doorlopend
Om de foto die u zojuist hebt
gemaakt te negeren en terug te keren
naar de camerabeeldmodus.
Om de foto op te slaan in het
Afbeeldingenalbum.
Om de lijst met beschikbare opties
op te roepen: Ve r z e n d e n (per MMS,
e-mail of IrDA), foto Op sl a a nin het
Afbeeld. a lbum, Wijzigen of een
Nieuwe foto maken.
17Foto’s nemen
tot en met 999 9 worden genummerd.De nummering
begint daarna weer bij 1.
De zelfontspanner gebruiken
1. Stel de optie Zelf-timer Aan (zie boven), druk
vervolgens op de cameratoets om deze te
activeren(of druk op 0, wanneer de optie
Uit geschakeld is).
2. Leg de telefoon op de gewenste plaats en
positioneer deze zodanig, dat de foto correct
wordt genomen.
3. Er wordt afgeteld vanaf 10 seconden (deze
waarde kan niet worden gewijzigd). U hoort een
signaal 3 seconden voordat de foto wordt
genomen. Met het volgende signaal wordt
aangegeven dat de foto is gemaakt.
Druk op c om de zelfontspanner te stoppen en
terug te keren naar de beeldmodus of druk op
om alleen de zelfontspanner stop te zetten.
4. Wanneer de foto is genomen, volgt u de
instructies vanaf punt 2 zoals beschreven in het
hoofdstuk "Een foto nemen".
0
Markeren/een foto wijzigen
Voor uitvoerige informatie m.b.t. dit onderwerp, zie
"Tag- It" pagina 59.
FotoTalk: de clipmodus gebruiken
Met de Clip-modus kunt u een clip samenstellen uit
een foto en een geluid.
1. Roep de Clip-modus op en druk vervolgens op
de cameratoets om een foto te maken.
2. Het venster Geluid opnemenwordt automatisch
geopend: neem het gewenste geluid of het
gesproken bericht op (druk op c om af te
breken, op , om de opname te beëindigen of
wacht totdat de maximale opnameduur van 30
seconden is bereikt).
3. Druk op , om toegang te krijgen tot de
volgende opties:
Verz end
via MMS
Clip
weergeven
Clip
opslaan
Clip
wijzigen
Voor het ve rzenden van uw clip
met Zend via MMS.
Voor het afspelen van de clip met
Speel.
Voor het Opslaan van de clip die u
gemaakt heeft: de afbeelding in
het Afbeeld. Album en de
opge nomen soun d in het
Muziekalbum.
Om de gemaakte Cli p te wijzigen.
Foto’s nemen18
FotoCall: zien wie er belt
Met de FotoCal l-modus kunt u een foto maken en
deze aan een g roep toewijzen. Wanneer er een be ller
uit deze groep belt, verschijnt de desbetreffende foto.
Zie"FotoCall: zien en horen wie er belt" pagina 6
voor uitvoerige informatie.
De foto’s bekijken
De foto’s die u heeft gemaakt worden automatisch
opgeslagen in het menu Multimedia > Afbeeld.album.
Zie "Afbeeldinge nalbum" pagin a 58 voor meer
informatie.
Een oproep ontvangen en iemand bellen
Wanneer u een oproep ontvangt terwijl u de camera
gebruikt:
• Wanneer u de oproep beantwoordt wordt de
camerafunctie beëindigt en uw telefoon keert
terug naar de inactieve stand, wanneer u het
gesprek beëindigt.
• Wanneer u de oproep weigert, wordt eveneens de
camerafunctie beëindigt, de telefoon toont
vervolgens het camerabeeld.
Om iemand te bellen moet u eerst terugkeren naar de
inactieve s tand.
Instellingen
Druk op , wanneer de cameramodus is
ingeschakeld om toegang te krijgen tot andere opties
die ook ter be schikkin g staan bi nnen h et camera beeld.
De instellingen die het laatst zijn vastgelegd worden
opgeslagen en zijn weer actief bij de eerstvolgende keer
dat u de camera gebruikt, totdat u deze opnieuw
verandert.
Algem. Instellingen
Tijd &
datum
Cameramodus
Kwaliteit
afbeelding
GeluidenVoor het instellen van het
Voor het instellen van de gegevens die
op de opgenomen afbeelding worden
aangeg even: Tijd & datum, Alleen datum
of niets.
Voor het overschakelen van de ene
cameramodus in de volgende: zie
"Instellingen camerabeeld" pagina 16.
Om de gewenste beeldkwaliteit te
selecteren: Laag, Ge mid de ld , Hoog.
Waarschuw.signaal en Cameraklik. Het
waars chuwingssignaal klin kt 3
seconden voordat de foto wordt
genomen, de cameraklik meteen nadat
de foto is gemaakt. Selecteer Standaard
of één van de besc hikbare geluiden,
druk vervolgens op , om deze te
ac tive ren .
19Foto’s nemen
Reset
inst elli ngen
Om alle waarden terug te zetten in de
standaar dinstellinge n.
Kaders
Om een kader te selecteren dat aan de gemaakte foto
wordt toegewe zen (activeert automatisc h de modus
128 x 160 pixels) of voor het maken van uw eigen
kader, direct uit een foto.
Effectenmodus
Hiermee kunt u een van de volgende modi kiezen:
Normaal, Zwa rt-wi t, Sepia, Di gitaal , Reli ëf, Negatief
kleur, Omk a de re n en Omkaderen 2.
Beeldmodus
Hiermee kun t u een van de volgen de twee modi
selecteren: Normaal en Nac ht. De standaardm odus is
Normaal.
Zelf-timer
Zet deze opties op Aan om te activeren en druk op
c
om terug te keren naar het camerabeeld en om
te fotograferen (zie pagina 18).
Foto’s nemen20
6 • BeDJ
Met BeDJ kunt u uw eigen geluid maken; u kunt
daarvoor stijlelementen of alle SP-MIDI of MIDIbelmelodi eën gebruiken die in uw telefoon aanwezig
zijn.U kunt uw eigen mix ver volge ns aan vrien den en
kennissen verzenden, als belmelodie of alarmsignaal
gebruiken enz.
Aanwijzing: in de meeste contexten heeft u ook
toegang tot de opties via het touchscreen en de pen,
deze bediening komt overeen met het indrukken van
de desbetreffende toetsen.
Basisfuncties
BeDJ in-/
uitschakel en
Een nummer
activeren/
deactiveren
Selecteer Multimedia > BeDJ.
Houd de c-toets ingedrukt
om uit te schakelen.
Druk op één van de toetsen
1
tot en met 9, of tik
met de pen de rode stip aan
boven de naam van het nummer
onderin het touchscreen.
Druk op c om alle nummers
tegelijk te deactiveren.
Mix opnemen
(starten en
stopzetten)
Het veld Tempo
activeren
Toegang tot de
nummerselectielijst
Toegang tot het
Hel p-venster
Toegang tot de
lijst BeDJ-
Opties
In BeDJ wordt de informatie die op dat moment
wordt gebruikt of de geselecteerde functie altijd in
oranje weergegeven.
Druk op 0, of gebruik de
pen om de rode stip in de
linkerbove nhoek van het
touchscreen aan te tikken.
Wanneer u stopt met opnemen,
verschijnen de desbetreffende
opties voor de opname (zie
pagina 23).
Druk op #.
Druk op één van de toetsen
1
tot en met 9 en houd
deze ingedrukt.
Druk op *.
Druk op , alvorens op te
nemen.
21BeDJ
Aan de slagMelodieDe actieve melodie die in het
Nummers activeren
1. U kunt BeDJ starten door Multimedia > BeDJ te
selecteren.
2. Linksboven op het BeDJ-display is de
standaardmuziekstijl geselecteerd (bijv. Groovy,
Techno, enz.), de actuele tempowaarde, de status
van het opnemen en de naam van het nummer
weergegeven.
3. Onderin het display zijn negen nummers
beschikbaar die zijn gekoppeld aan de toetsen
1
tot en met 9 en die u kunt mixen: druk
de toets in die over eenkomt m et het nummer dat
u wilt activeren.
Er zijn in totaal 9 nummers beschikbaar: druk
op één van de toetsen 1 tot en met 9 en
houd deze ingedrukt om de nummerselectielijst
te open en. Toets 5 is altijd gekoppeld aan
spraak.
Melodieën en instrumenten van een
nummer wijzigen
Voordat u nummers activeert, houdt u één van de
toetsen 1 tot en met 9 ingedrukt om de
standaardmelodie en de instrumenten te wijzigen:
Instrumenten
Het tempo wijzigen
1. Druk op # om het veld Temp o te activeren,
dat wordt weergegeven in bpm (of "beats per
minuut") en geldt voor alle nummers.
2. Dru k op de gemarkeerde toetse n < of
om het tempo te verhogen of te verlagen, druk
vervolgens op c of , o m n aa r het vori ge
display terug te gaan.
U kunt het Temp o niet wijzigen terwijl u nummers
afspeelt of een mix opneemt. U hoeft de tempo-
geselecteerde nummer wordt g ebruikt,
is de eerste die in de lijst is
gemarke erd. Druk op + of
om een ande re melodie te selecteren,
druk vervolgens op , of > om
de lijst met instrumenten te openen
die in deze melodie worden gebruikt.
Het actuele instrument dat in de
geselecteerde melodie wordt gebruikt,
is het eerste dat in de lijst is
gemarke erd. Druk op - of
om een a ndere i nstru ment te
selecteren, druk vervolgens op
om terug te keren naar het
hoofdvenster .
-
+
,
>
BeDJ22
instellingen ni et op te slaan, deze blijven automatisch
bewaard.
Een mix opnemen
De opname starten
1. Wanneer u de mix wilt opnemen, drukt u op
0
, of tik met de pen de rode stip in de
linkerbovenhoek van het touchscreen aan. De
timer wordt gestart en het rode Radio-pictogram
is geactiveerd.
2. Terwijl u de mix opneemt, kunt u de volgende
handelingen uitvoeren:
Een nummer
activeren
Het actuele
volume
verhogen/
verlagen
Vorige of
volgende
nummer
markeren
Op d e toetsen 1 tot en met
9
drukken.
Druk op + of - of tik
met de pen de pictogrammen +/
- aan van het actievenummer
boven en onder het actieve
nummer.
Druk op < of >: wanneer
het nummer actief is, kunt u het
actuele volume wijzigen (zie
hierboven).
Opname
stopzet ten
De opname wordt automatisch gestopt, wanneer de
mix 50 KB is (na ongeveer 2 minuten). D e capaciteit
is afhankelijk van het beschikbare geheugen in de
telefoon: selecteer Multimedia > Geheugenstatus voor
informatie over het beschikbare geheugen.
Druk op 0.
Opnames beheren
Wann eer u de opname v an de m ix stopzet, een venster
geopend dat de volgende opties bevat:
Opnieuw mixen U kunt een ni euwe mix opnemen en
Opnieuw
afspelen
OpslaanGeef de mix een naam en sla deze
Verzend via
MMS
Verzend via
IrDA
Verzend via
E-mail
dezelfde naam gebruiken.
De mix die u h eeft opgenomen,
wordt afgespeeld.
op.
De mix als onderdeel van een
multimediabericht verzenden.
Uw mix via IrDA verzenden.
De mix per e-mail verzenden.
23BeDJ
Loading...
+ 68 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.