Pelgrim PKV188 Operating Instructions

Gebruiksaanwijzing
koelkast
Mode d’emploi
PKV188
700004961000
réfrigérateur
Bedienungsanleitung
Kühlschrank
Instructions for use
NL
Handleiding NL 3 - NL 19
FR
Notice d’utilisation FR 3 - FR 19
DE
Anleitung DE 3 - DE 19
EN
Manual EN 3 - EN 19
Gebruikte pictogrammen - Pictogrammes utilisés Benutzte Piktogramme - Pictograms used
Belangrijk om te weten - Important à savoir Wissenswertes - Important information
Tip - Conseil - Tipp - Tip
VOORWOORD
Als u deze gebruiksaanwijzing doorleest, bent u snel op de hoogte van alle mogelijk heden die dit toestel u biedt. U vindt informatie voor uw veiligheid en over het onderhoud van het toestel.
Deze handleiding behandelt verschillende modellen koelkasten. Hierdoor kan het voorkomen dat bepaalde opties of accessoires voor uw toestel niet van toepassing zijn.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift.
Een eventueel volgende gebruiker van dit toestel kan daar zijn
voordeel mee doen.
NL 3
INHOUD
Inleiding
Veiligheid
Beschrijving
Gebruik
Onderhoud
Inleiding 5
Let op! 6 Energie en milieutips 7 De keuze van de ruimte 8
Toestelbeschrijving 9
Bediening 10 Levensmiddelen bewaren 12 Draagplateaus 13 Vriesgedeelte 14 Plaatsen levensmiddelen 15
Reinigen 16 Ontdooien 16 Verlichting 17
Storingen
Bijlage
NL 4
Storingstabel 18
Verpakking en toestel afvoeren 19
INLEIDING
Uw nieuwe koelkast is bestemd voor huishoudelijke doeleinden. Het toestel is geschikt voor het bewaren van levensmiddelen. In de vriezer (indien van toepassing) kunt u ook verse levensmiddelen invriezen.
De bewaartijden zijn sterk afhankelijk van de kwaliteit van de levensmiddelen.
Dit toestel bevat geen CFK’s. Het koelcircuit bevat R600a (Isobutaan). Isobutaan is een natuurlijk gas dat geen invloed heeft op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Het is daarom noodzakelijk dat u de leidingen van het koelcircuit controleert op beschadigingen.
NL 5
VEILIGHEID
Let op!
De huisinstallatie waarop u het toestel aansluit moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften.
• Sluit het toestel aan op een volgens de geldende voorschriften geïnstalleerde wandcontactdoos.
• Controleer of de spanning op het typeplaatje overeenkomt met de spanning in uw woning.
• Houd ventilatie-openingen in het apparaat open en zorg er voor dat bij het inbouwen de benodigde ventilatie-openingen in het inbouwmeubel niet worden afgedicht.
• Verbuig nooit koelleidingen.
• Om beschadigingen aan het koelsysteem te voorkomen mag u het toestel nooit reinigen met scherpe voorwerpen. Bij beschadigingen aan het koelsysteem, waarbij koelvloeistof vrijkomt, moet u de ruimte ventileren. Waarschuw dan onmiddellijk de Servicedienst!
• Gebruik de plint, laden en schappen nooit als opstapje.
• Laat kinderen nooit met het toestel spelen. Zorg dat kinderen zich niet zonder toezicht in de buurt van het apparaat bevinden.
• Reparaties mogen alleen door een bevoegd servicemonteur worden uitgevoerd.
• Als u een beschadigde koelkast hebt ontvangen direct contact opnemen met uw leverancier.
• Gebruik geen verlengsnoer voor het aansluiten van het toestel.
• Trek de stekker tijdens reparatiewerkzaamheden en tijdens het schoonmaken uit het stopcontact.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact. Pak altijd de stekker zelf vast en trek deze recht uit het stopcontact.
• Bewaar geen explosieve en licht ontvlambare stoffen in de vriezer. Alcohol en vloeistoffen met een hoog alcoholpercentage moet u afgesloten en staand bewaren.
• Gebruik het koelgedeelte uitsluitend voor het bewaren van verse levensmiddelen en het vriesgedeelte (indien van toepassing) uitsluitend voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van verse levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
• Bewaar geen dranken in glas in het vriesgedeelte (indien van toepassing) want deze kunnen barsten.
NL 6
VEILIGHEID
Energie en milieutips
• Raak wanneer het apparaat in werking is de koelplaten niet aan, vooral niet met vochtige of natte handen omdat dan de huid er aan kan blijven plakken.
• Maak het toestel op het moment dat het wordt afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel af te knippen. Verwijder de deuren en schappen om te voorkomen dat kinderen zichzelf kunnen opsluiten en in levensgevaar komen.
• Als de stekker of het netsnoer beschadigd is moet het vervangen worden door de fabrikant of een geautoriseerde dealer.
• Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of mentale vermogens, of zonder ervaring of kennis van het apparaat, behalve als zij tijdens het gebruik instructies ontvangen van of begeleid worden door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen!
• Open de deur van de koelkast niet vaker dan nodig. Dat geldt in het bijzonder bij warm en vochtig weer. Open de deur van de koelkast (vooral het vriesgedeelte) zo kort mogelijk.
• Controleer af en toe de be- en ontluchting van het toestel (vrije circulatie van lucht achter het toestel). Dek ventilatieopeningen niet af!
• Draai de thermostaatknop op een hogere of een lagere stand wanneer het gebruik van het apparaat en de omstandigheden dit vereisen.
• Alvorens warme levensmiddelen in de koelkast te leggen, moeten deze tot kamertemperatuur worden afgekoeld.
• Rijp of ijslagen in het vriesvak doen het stroomgebruik toenemen. Verwijder deze daarom regelmatig zodra ze 3-5 mm dik zijn.
• Een verkeerd of niet afdichtend deurrubber kan het stroomverbruik verhogen, daarom moet het tijdig en vakkundig worden vervangen.
• De condensor aan de achterkant van de kast moet altijd schoon en vrij van stof of ongerechtigheden worden gehouden.
• Elke instructie uit de hoofdstukken installatie en energiebesparing die niet wordt nageleefd, kan leiden tot een hoger stroomverbruik.
NL 7
OPSTELLEN
De keuze van de ruimte
• Plaats het apparaat in een droge en regelmatig geventileerde
• De koelkast moet tenminste 3 cm van het elektrisch of gasfornuis
• De afstand tot de muur, respectievelijk de vrije ruimte achter de
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN (subnormaal) + 10°C tot + 32°C N (normaal) + 16°C tot + 32°C ST (subtropisch) + 16°C tot + 38°C T (tropisch) + 16°C tot + 43°C
ruimte. De toegestane temperatuur van de omgeving voor de juiste werking van het apparaat is afhankelijk van de uitvoering (klasse) van het apparaat, die op het typeplaatje van het apparaat vermeld is. Plaats het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld een gasfornuis, verwarming, boiler enz. en stel het niet bloot aan directe zonnestraling.
respectievelijk 30 cm van de verwarming of kachel worden geïnstalleerd. Bij kleinere afstanden moet er een isolatieplaat worden gebruikt.
kast, dient ongeveer 200 cm² te bedragen. Een keukenkastje boven de koelkast moet aan de achterzijde een ruimte van tenminste 5 cm hebben. Daardoor wordt een voldoende koeling van de condensor gewaarborgd.
NL 8
BESCHRIJVING
Toestelbeschrijving
A Koelgedeelte
1. Bedieningspaneel
2. Interieurverlichting
3. Draagplateau (in hoogte verstelbaar)
4. Fruit-/groentelade
5. Deurvak
6. Flessenhouder
B. Vriesgedeelte
7. Opberglade
8. Invrieslade
9. Opberglade
12. Stelvoet
NL 9
GEBRUIK
Bediening
Instellen van de thermostaat
A. Thermostaat- en aan-/uitknop B. aan/uit indicatie C. Toets uitschakelen geluidsalarm D. Indicator geluidsalarm E. Supervriestoets F. Indicatie supervriesfunctie
Apparaat in-/uitschakelen
Draai de thermostaatknop (A) met de klok mee naar de Max. positie.
De aan/uit indicatie (B) licht op.
De koel-/vriesfunctie is uitgeschakeld wanneer u de thermostaatknop op instelt.
NL 10
Koeltemperatuur instellen
• Stel de gewenste koeltemperatuur in met de thermostaatknop (A).
• De aanbevolen instelling is de ecostand.
• Door de knop (A) van positie min naar max te draaien verlaagt u de temperatuur steeds verder.
• Wanneer de temperatuur in de ruimte waar de koelkast is opgesteld lager is dan 16 ˚C, adviseren wij u de temperatuur lager (richting
max) in te stellen.
Supervriezen
• Druk op de toets Supervriezen (E) wanneer u het apparaat voor het eerst inschakelt, voordat u het vriesgedeelte schoonmaakt en voordat u een grote hoeveelheid levensmiddelen in het het vriesgedeelte plaatst. Wanneer u de functie niet handmatig uitschakelt, schakelt deze functie automatisch uit na 2 dagen.
GEBRUIK
Geluidsalarm/indicator
Het geluidsalarm klinkt als de temperatuur in het koelgedeelte boven een kritieke temperatuur komt. Bovendien knippert de indicator (D) dan. Het alarm schakelt automatisch uit wanneer de temperatuur in het koelgedeelte een veilige waarde bereikt.
• Wanneer het apparaat voor de eerste keer wordt ingeschakeld, werkt het geluidsalarm met een vertraging van 24 uur. Dit is de tijd die het apparaat nodig heeft om de juiste bedrijfstemperatuur te bereiken.
• U schakelt het geluidsalarm uit door op toets C te drukken.
• Het geluidsalarm klinkt iedere 24 uur ingeval de temperatuur in het koelgedeelte te laag is en dus de kans bestaat op bederf van de erin geplaatste levensmiddelen.
• De indicator (D) dooft automatisch wanneer de temperatuur een veilige waarde bereikt.
NL 11
GEBRUIK
g
Levensmiddelen bewaren
Koelgedeelte
Het koelgedeelte wordt gebruikt om verse levensmiddelen enige dagen te bewaren.
• Leg geen levensmiddelen direct tegen de achterwand van het koelgedeelte. Laat enige ruimte tussen de diverse levensmiddelen om zo luchtcirculatie mogelijk te maken.
• Plaats geen te warme levensmiddelen of dampende vloeistoffen in de koelkast.
• Dek levensmiddelen altijd (luchtdicht) af.
• Dek flessen en kannen altijd af. Dit voorkomt condens- en ijsvorming in de koelruimte.
• Het is aan te bevelen vlees(waren) verpakt te bewaren op de glasplaat boven de groentelade, waar het het koudst is.
• Groente en fruit kunt u onverpakt bewaren in de groentelade.
• Om te voorkomen dat koude lucht ontsnapt, de deur niet vaker- en niet langer dan strikt noodzakelijk openen.
NL 12
Levensmiddel
Boter + + + + + + + = = = = = Eieren ++++++++++====
Vlees: rauw - stukje + + =
gehakt + = Gerookt + + + + + + + + + + = = = =
Vis + =
Marinade ++++++++++====
Groenten + + + + + +++====== Kaas + + + + = = = = = = = = = = Gebak ++====
Fruit + + = = = = = = = = Klaar
emaakte gerechten + + = =
1234567891011121314
Bewaartijd (in dagen)
Legende: + de aanbevolen bewaartijd = de mogelijke bewaartijd
GEBRUIK
Draagplateaus
U kunt de draagplateaus in hoogte verplaatsen. De draagplateaus zijn zodanig ontworpen dat u ze niet per ongeluk uit de koelruimte kunt trekken.
• Verwijder een draagplateau door het aan de voorzijde iets omhoog te tillen (1) en vervolgens recht naar voren (2) uit de koelruimte te trekken. Levensmiddelen die snel bederven bewaart u achter op het draagplateau. Achterin de koelruimte is de temperatuur lager dan voorin.
• Het wijnrek is geschikt voor flessen met een kurk. Verplaats het wijnrek pas nadat u flessen hebt verwijderd. Het wijnrek wordt op een zelfde wijze verwijderd als de draagplateaus. Plaats het wijnrek op een positie waarbij de koelkastdeur nog steeds goed gesloten kan worden.
• De groentelade is geschikt voor het bewaren van fruit en groente. De luchtvochtigheid in de groentelade voorkomt dat levensmiddelen uitdrogen.
NL 13
GEBRUIK
Vriesgedeelte
Het vriesgedeelte heeft 4 sterren en wordt gebruikt om verse levensmiddelen in te vriezen en om bevroren levensmiddelen te bewaren. Controleer de maximale bewaartijd die op de verpakking staat.
• Verpak in te vriezen levensmiddelen lekvrij en luchtdicht. Ideaal zijn speciale invrieszakken.
• Let op! Laat in te vriezen levensmiddelen niet in contact komen met reeds bevroren levensmiddelen.
• Noteer altijd de inhoud en de invriesdatum op de verpakking en overschrijd de bewaartijd niet.
• In het geval van een stroomstoring of een defect blijft het vriesgedeelte voldoende koud om levensmiddelen enige tijd te bewaren. Open de deur van van het vriesgedeelte in dat geval zo weinig mogelijk om temperatuurstijging te voorkomen.
• Plaats diepvries levensmiddelen zo snel mogelijk na aankoop in het vriesgedeelte. Houdt u aan de maximale bewaartermijn die op de verpakking wordt aangegeven. Als levensmiddelen ontdooid zijn mogen ze niet opnieuw ingevroren worden.
• Zet nooit warme levensmiddelen in het vriesgedeelte.
• Controleer de verpakking van levensmiddelen, voordat u deze invriest, op beschadigingen.
NL 14
Invriezen
De maximale hoeveelheid levensmiddelen die in één keer ingevroren kan worden wordt aangegeven op het typeplaatje. Bewaar levensmiddelen gedurende het invriesproces in de (middelste) invrieslade
• Vierentwintig uur voordat u een grotere hoeveelheid levensmiddelen gaat vriezen moet u de supervriestoets (E) bedienen.
De indicator (F) licht op.
Bij kleinere hoeveelheden (maximaal 1 tot 2 kg) hoeft u niets aan de koelstand te veranderen.
• Druk nogmaals op de supervriestoets (E) nadat de levensmiddelen zijn ingevroren.
De indicator (F) dooft.
GEBRUIK
Plaatsen levensmiddelen
Koelgedeelte
• Bovenste en middelste draagplateau: conserven, wijn, frisdrank, gebak, zuivelproducten, kant-en-klaar maaltijden, gekookte maaltijden, desserts, vruchtensap, bier, etc.
• Onderste draagplateau: o.a. vlees en vis.
• Groente-/fruitlade: vers fruit, verse groente, salades.
• Bovenste en middelste deurvak: kleine zuivelproducten zoals boter, margarine, yoghurt, kaas of slagroom.
• Onderste deurvak: flessen, melk-, vla- en yoghurtpakken, etc.
Vriesgedeelte
• Invriezen en bewaren van diepvriesproducten, ijsblokjes. Let op: Zorg ervoor dat de koude lucht in het vriesgedeelte kan blijven circuleren. Vul de vriesladen daarom niet hoger dan de markering op de binnenkant van het vriesgedeelte aangeeft.
Let op; groente met een hoog vochtgehalte kan condensvorming veroorzaken op de glazen afdekking van de groente- en fruitlade: dit beïnvloedt het correct functioneren van het apparaat niet.
NL 15
ONDERHOUD
Reinigen
Ontdooien
Maak het toestel spanningloos voordat met reinigen wordt gestart.
• Reinig het koel- en vriesgedeelte met een normaal, niet agressief schoonmaakmiddel en handwarm water.
• Maak accessoires separaat schoon met een schoonmaakmiddel en water. Plaats deze delen niet in de vaatwasser.
• Gebruik geen agressieve of schurende middelen. Neem na het reinigen de delen af met schoon water en droog ze zorgvuldig.
Let op: Schakel na reinigen van het vriesgedeelte - gedurende 24 uur ­de Supervriesfunctie in.
Koelruimte
De koelruimte ontdooit van tijd tot tijd geheel automatisch. De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan de binnenkant van het koelgedeelte duidt erop dat het apparaat bezig is automatisch te ontdooien. Het dooiwater loopt via het afvoergootje naar een opvangbakje waar het verdampt.
NL 16
Zorg ervoor dat de dooiwaterafvoer vrij blijft. Met bijvoorbeeld een satéprikker kunt u een verstopte afvoer weer vrij maken.
NO FROST vriesgedeelte
In het vriesgedeelte ontstaat geen permanente ijsafzetting. Af en toe kan het voorkomen dat zich wat ijs afzet in het vriesgedeelte, maar dit verdwijnt vanzelf weer.
ONDERHOUD
Verlichting
Lamp vervangen
In geval van storing kunt u zelf het lampje van de binnenverlichting vervangen.
1. Maak het apparaat stroomloos.
2. Verwijder het armatuur met behulp van een schroevendraaier.
3. Vervang de oude lamp door een nieuwe (E14).
4. Plaats de afdekking van de lamp terug, wacht 5 minuten en steek vervolgens de stekker weer in het stopcontact.
De gloeilampen, gebruikt in dit apparaat, zijn speciale lampen, die uitsluitend zijn gemaakt voor het gebruik in huishoudelijke apparaten. Ze zijn niet geschikt voor huishoudelijke verlichting.
NL 17
STORINGEN
Storingstabel
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw toestel betekent dit niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de volgende punten in onderstaande tabel of kijk voor meer informatie op de website ‘www.pelgrim.nl’.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
De koelkast geeft bij het eerste gebruik een lichte geur af.
Het toestel doet niets; lampje brandt niet.
Nieuw toestel. Dit is normaal en verdwijnt
wanneer het toestel gaat koelen.
Stekker niet in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcontact.
Thermostaat staat op de ‘0’ stand.
Temperatuur in de koelkast te hoog of te laag.
Water loopt uit de koelkast. Dooiwater afvoer verstopt. Maak de dooiwater afvoer vrij
Toestel maakt lawaai. Onjuiste opstelling
Verlichting brandt niet. Lamp defect. Vervang de lamp (zie
Thermostaat foutief ingesteld. Stel de thermostaat goed in.
levensmiddelen in de koelkast (of vriesvak).
Er ligt een voorwerp tegen het toestel.
Opmerking:
Het is normaal dat het koelcircuit borrelende of expansiegeluiden maakt.
Stel de thermostaat in op de juiste stand.
(zie ‘Ontdooien’). Plaats levensmiddelen op de
juiste wijze in de koelkast of vriesvak.
Verwijder het voorwerp.
‘Verlichting’).
NL 18
BIJLAGE
Afvoeren
Verpakking en toestel afvoeren
Bij de vervaardiging van dit toestel is gebruik gemaakt van duurzame materialen. Dit toestel moet aan het eind van zijn levenscyclus op verantwoorde wijze worden afgevoerd. De overheid kan u hieromtrent informatie verschaffen.
De verpakking van het toestel is recyclebaar. Gebruikt kunnen zijn:
• karton;
• polyethyleenfolie (PE);
• CFK-vrij polystyreen (PS-hardschuim).
Deze materialen op verantwoorde wijze en conform de
overheidsbepalingen afvoeren.
Om op de verplichting tot gescheiden verwerking van elektrische huishoudelijke apparatuur te wijzen, is op het product het symbool van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht. Dit betekent dat het apparaat aan het einde van zijn levensduur niet bij het gewone huisvuil mag worden gevoegd. Het toestel moet naar een speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling van de gemeente worden gebracht of naar een verkooppunt dat deze service verschaft.
Het apart verwerken van een huishoudelijk apparaat voorkomt mogelijk negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid die door een ongeschikte verwerking ontstaat. Het zorgt ervoor dat de materialen waaruit het apparaat bestaat, terug gewonnen kunnen worden om een aanmerkelijke besparing van energie en grondstoffen te verkrijgen.
Conformiteitsverklaring
Wij verklaren dat onze producten voldoen aan de van toepassing zijnde Europese Richtlijnen, Besluiten en Verordeningen en de eisen die zijn vermeld in de normen waar naar wordt verwezen.
NL 19
NL 20
AVANT-PROPOS
La lecture intégrale de ce mode d'emploi vous permettra de connaître rapidement et parfaitement l'ensemble des possibilités offertes par cet appareil. Vous y trouverez des informations sur votre sécurité et sur l'entretien de l'appareil.
Ce manuel traite de différents modèles de réfrigérateurs. Dès lors, certaines options ou certains accessoires mentionné(e)s peuvent ne pas s'appliquer à votre appareil.
Conservez le mode d'emploi et la notice d'installation. Ces documents
pourraient s'avérer particulièrement utiles à un éventuel utilisateur futur.
FR 3
INDEX
Introduction
Sécurité
Description
Utilisation
Entretien
Introduction 5
Attention ! 6 Conseils en matière d'énergie et d'environnement 7 Le choix de la pièce 8
Description de l'appareil 9
Commandes 10 Conservation des aliments 12 Plateaux 13 Partie congélateur 14 Rangement des aliments 15
Nettoyage 16 Dégivrage 16 Éclairage 17
FR 4
Pannes
Tableau des pannes 18
Annexe
Élimination de l'emballage et de l'appareil 19
INTRODUCTION
Votre nouveau réfrigérateur est destiné à un usage domestique. Cet appareil convient à la conservation de denrées alimentaires. Vous avez également la possibilité de congeler des aliments frais dans le congélateur (le cas échéant).
Les durées de conservation dépendent fortement de la qualité des aliments.
Cet appareil ne contient aucun CFC. Le circuit de réfrigération contient du R600a (isobutane). L'isobutane est un gaz naturel qui n'a aucun impact sur l'environnement, mais qui est néanmoins inflammable. Pour cette raison, il est indispensable de vous assurer que les tuyaux de réfrigération sont en parfait état.
FR 5
Loading...
+ 51 hidden pages