Pelgrim PCM128RVS User Manual

Het toestel-identifi catieplaatje bevindt zich aan de achterkant van het toestel.
The appliance identifi cation plate is attached to the back of the appliance.
La plaquette signalétique de l’appareil se trouve à l’arrière de l’appareil.
Die Geräteidentifi kationsplakette befi ndet sich auf der Rückseite des Geräts.
PCM128RVS
Houd, wanneer u contact opneemt met de serviceafdeling, het complete typenummer bij de hand.
If you contact the service department, please have the complete type number on hand.
Lorsque vous prenez contact avec le service après-vente, assurez-vous d’avoir le numéro complet sous
la main.
Halten Sie, wenn Sie mit der Serviceabteilung Kontakt aufnehmen, die komplette Typennummer bereit.
Adressen en telefoonnummers van de serviceorganisatie vindt u op de garantiekaart.
The service organisation addresses and telephone numbers can be found on the guarantee card.
Vous trouverez les coordonnées du service après-vente sur la carte de garantie.
Adressen und Telefonnummern der Serviceorganisation fi nden Sie auf der Garantiekarte.
Handleiding
combi-magnetron
Manual
combi-microwave
Manuel
four à micro-ondes combiné
Anleitung
700004906100
NL
Handleiding NL 3 - NL 30
EN
Manual EN 3 - EN 30
FR
Manuel FR 3 - FR 31
DE
Anleitung DE 3 - DE 31
Gebruikte pictogrammen - Pictograms used Pictogrammes utilisés - Verwendete Piktogramme
Belangrijk om te weten - Important information Important à savoir - Wichtig zu wissen
Tip - Tip - Conseil - Tipp
INHOUDSOPGAVE
Uw combi-magnetron
Inleiding 4 Beschrijving 5 Bedieningspaneel 6
Veiligheid
Aansluiten en reparatie 7 Veilig gebruik 7 Materialen 11
Gebruik
Plaatsen 12 Vóór het eerste gebruik 12
Bediening
ZERO ON 13 Uitschakelen/inschakelen 13 Algemeen 13 Keukenwekker instellen 14 Magnetron 14 Grill 15 Oven met voorverwarmen 16 Oven 17 Combi oven/magnetron 18 Ontdooien op gewicht 19 Ontdooien op tijd 20 Auto cook 20 Snelstart 22 Stop 22 Warmhouden 23 Steamcleaning 23
Kooktips 24
Onderhoud
Reinigen 28
Storingen 29
Technische gegevens 30
Milieuaspecten
Afvoeren toestel en verpakking 31
NL 3
UW MAGNETRON
Inleiding
U heeft gekozen voor een combi-magnetron van Pelgrim. Optimaal gebruikscomfort en een eenvoudige bediening stonden voorop bij de ontwikkeling van dit product.
De combi-magnetron verenigt de eigenschappen van een magnetron met die van een traditionele oven. De uitgebreide instelmogelijkheden maken het mogelijk exact die bereidingswijze te kiezen die u voor ogen staat. De bediening is niettemin een­voudig. De display informeert en helpt u bij het instellen.
Met deze handleiding willen we vooral inzicht geven in alle mogelijkheden van dit toestel. In het hoofdstuk bediening zijn de verschillende functies overzichtelijk gerangschikt. Er zijn ook tips opgenomen waarmee u uw voordeel kunt doen.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing geheel en aandachtig door voordat u het apparaat gaat gebruiken en bewaar deze zorgvuldig voor latere raadpleging.
De handleiding dient bovendien als referentie voor de service­dienst. Het gegevensplaatje bevat alle informatie die de service­dienst nodig heeft om adequaat op uw vragen te reageren.
NL 4
Veel kookplezier!
UW MAGNETRON
Beschrijving
4
1. Display
2. Bedieningspaneel
3. Deur openen
4. Aandrijving
5. Glazen draaiplateau (vóór gebruik altijd in de magnetron plaatsen)
6. Ring voor draaiplateau (vóór gebruik altijd in de magnetron plaatsen)
7. Metalen rek: gebruik dit rek samen met het draaiplateau
1
2
3
5
6
7
NL 5
UW MAGNETRON
Bedieningspaneel
1. Display
2. Auto cook toets
1
2
39 410
3. Magnetrontoets
4. Grilltoets
5. Instelknop (tijd/gewicht/aantal)
6. Ontdooitoets
7. Toets ‘warmhouden’
8. Stoptoets
9. Oventoets
10. Combitoets
11. ZERO ON toets
12. Timertoets
13. Cleantoets
14. Starttoets
5
612 713
814
11
NL 6
VEILIGHEID
Aansluiten en reparatie
• Controleer het toestel op transportschade. Sluit een beschadigd toestel niet aan.
• De elektrische aansluiting moet voldoen aan de nationale en lokale voorschriften.
• Wandcontactdoos en stekker moeten altijd bereikbaar blijven.
• Als u een vaste aansluiting wilt maken, moet u er voor zorgen dat er een omnipolaire schakelaar met een contactafstand van minimaal 3 mm in de toevoerleiding wordt aangebracht.
• Het apparaat mag niet via een verdeelstekker of verlengsnoer op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Hiermee kan veilig gebruik van het apparaat niet worden gewaarborgd.
WAARSCHUWING: open nooit de behuizing van het toestel. Alleen een service technicus mag het toestel openen.
• Maak het toestel spanningsloos voordat met de reparatie wordt gestart. Defecte onderdelen mogen alleen vervangen worden door originele onderdelen. Alleen van die onderdelen kan de fabrikant garanderen dat zij aan de veiligheidseisen voldoen.
• Indien de aansluitkabel beschadigd is mag deze alleen worden vervangen door de fabrikant, zijn service-organisatie of gelijkwaardig gekwalificeerde personen, teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Veilig gebruik
WAARSCHUWING: dit apparaat en de toegankelijke delen worden heet tijdens het gebruik. Zorg dat u de hete delen niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt tenzij er voortdurend op hen wordt gelet.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder, alsmede personen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of mentale vermogens of met ontbrekende ervaring en kennis, mits zij onder toezicht staan of instructies krijgen in veilig gebruik van het apparaat en
NL 7
VEILIGHEID
begrijpen wat de betreffende gevaren zijn. Kinderen mogen niet spelen met het apparaat. Kinderen mogen het apparaat niet reinigen of onderhouden als zij niet onder toezicht staan.
WAARSCHUWING: het is gevaarlijk voor onbevoegden om reparaties uit te voeren waarbij het nodig is dat de behuizing van het toestel geopend wordt. De behuizing beschermt tegen het vrijkomen van micro-energie.
WAARSCHUWING: wanneer de deur of de afdichting beschadigd is, mag de magnetron niet gebruikt worden totdat de magnetron gerepareerd is door een hiertoe bevoegd persoon.
• WAARSCHUWING: de inhoud van zuigflessen en potjes babyvoeding moet geschud en geroerd worden. Controleer de temperatuur voor consumptie om verbranding te voorkomen.
• WAARSCHUWING: verwarm nooit gesloten conservenblikken. Er ontstaat een overdruk in het blik, waardoor het kan exploderen.
• WAARSCHUWING: probeer de magnetron niet te gebruiken met geopende deur. Er kan gevaar ontstaan door magnetron straling.
• Dit apparaat is alleen voor huishoudelijk gebruik bestemd. Gebruik het uitsluitend voor het bereiden van gerechten.
• Gebruik het toestel alleen binnenshuis.
• Gebruik het toestel niet in vochtige ruimtes of in de buurt van een waterkraan.
• Houd het snoer uit de buurt van warme oppervlakken.
• Dek de ventilatieopeningen nooit af.
• Het apparaat is niet bedoeld om te worden bediend door middel van een externe timer of een apart afstandsbedieningssysteem.
• In verband met de elektrische veiligheid mag het toestel niet met hogedrukreinigers of stoomreinigers schoongemaakt worden.
• De magnetron is geïsoleerd. Desondanks vindt
NL 8
VEILIGHEID
er altijd enige warmte-overdracht plaats, waarbij de buitenzijde van het toestel opwarmt. Deze opwarming valt ruimschoots binnen de normen.
• Bij het bereiden van gerechten die alcohol bevatten kan de alcohol door de hoge temperaturen verdampen. De damp kan vlam vatten als het in aanraking komt met hete delen.
• Gebruik uitsluitend bestek en serviesgoed dat geschikt is voor gebruik in de magnetron (let op met goud- of zilverkleurige randjes).
• Gebruik de magnetron niet voor het opbergen van brand gevaarlijke of licht vervormbare materialen.
• Zorg ervoor dat gerechten altijd voldoende verhit worden. De tijd die daarvoor nodig is, hangt van vele factoren af, zoals de hoeveelheid en het soort gerecht. De eventueel in het voedsel aanwezige bacteriën worden alleen gedood als het voedsel minimaal 10 minuten bij een temperatuur hoger dan 70 °C verhit wordt. Laat het voedsel wat langer garen als u niet zeker weet of het voedsel genoeg verhit is.
• Zet een kunststof lepeltje in het kopje als u vloeistof (bijvoorbeeld water) wilt koken. Het kan namelijk gebeuren dat de vloeistof kookt zonder dat u belletjes ziet. Zodra u het kopje uit de magnetron neemt, kan de vloeistof opeens heftig gaan koken en uit het kopje spatten, met het risico dat u zich brandt.
• Een magnetron is alleen veilig als de deur goed sluit! Plaats nooit een voorwerp tussen de deur van de magnetron en zorg dat de deur en de afdichting altijd schoon zijn.
• Gebruik de magnetron alleen voor het ontdooien, bereiden en verwarmen van voedsel en niet voor bijvoorbeeld het drogen van kleding of papier. Deze kunnen vlam vatten.
• Als u kleine hoeveelheden droge of poedervormige producten in de magnetron verwarmt (zoals bij het drogen van kruiden) bestaat de kans op zelfontbranding. Schakel de magnetron uit en neem de stekker uit het
NL 9
VEILIGHEID
stopcontact indien iets in de magnetron vlam vat. Houd de magnetrondeur dicht.
• Schakel de magnetron uit of trek de stekker uit het stopcontact wanneer rook wordt waargenomen. Houd de deur gesloten om eventuele vlammen te smoren.
• Schakel de magnetron niet in als deze leeg is. De magnetron kan hierdoor beschadigd raken.
• Verwijder metalen sluitstrips van plastic zakken en gebruik schalen en schotels die geschikt zijn voor de magnetron.
• Kijk altijd eerst op de verpakking van het gerecht hoe u het in de magnetron moet plaatsen. Vloeistoffen of etenswaren in luchtdichte verpakking mag u meestal alleen opwarmen indien u een paar gaatjes in de verpakking prikt. Dit in verband met toename van de druk tijdens het opwarmen.
• Vloeistoffen en ander voedsel mogen niet worden verwarmd in hermetisch afgesloten verpakkingen omdat ze kunnen ontploffen.
• Bij het verwarmen van voedsel in plastic of papieren verpakkingen is het aanbevolen een oog te houden op de magnetron in verband met de mogelijkheid van ontbranding.
• Verwarm nooit langer dan noodzakelijk is, houdt rekening met het ‘nagaren’.
• Prik met een vork of ander puntig voorwerp even in het vel van vlees, kip of vis. Hiermee voorkomt u dat deze gerechten gaan spetteren.
• De magnetron moet regelmatig worden gereinigd en alle voedsel resten moeten worden verwijderd. Achtergebleven kruimels en vocht absorberen microgolven en verlengen de kooktijd. Tevens kan door achtergebleven voedselresten de binnenzijde beschadigd raken wat tot gevaarlijke situaties kan leiden.
• Gebruik geen schuurmiddelen of metalen schrapers voor het reinigen van de glazen deur. Het oppervlak raakt hierdoor bekrast, waardoor het glas kan barsten.
NL 10
VEILIGHEID
Materialen
Een magnetron is niet geschikt voor:
• het inmaken van voedsel;
• het koken van eieren in de schaal en het verwarmen van hele hardgekookte eieren, deze spatten uit elkaar door de druktoename;
• het verhitten van frituurolie.
Indien de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade die daarvan het gevolg is.
Als u besluit het toestel, vanwege een defect, niet langer te gebruiken, adviseren wij u, nadat u de stekker uit het stopcontact heeft verwijderd, het snoer af te knippen. Breng het toestel naar de betreffende afvalverwerkingsafdeling van uw gemeente.
Niet alle materialen kunnen in de magnetron. In de onder staande tabel is aangegeven welke materialen u wel en niet kunt gebruiken.
Materiaal Magnetron
Papier ja* Aluminiumfolie ja** Huishoudfolie ja Aluminium bakjes nee Hittebestendig plastic ja Ongeglazuurd aardewerk nee Metalen kookgerei nee Normaal glas ja Pyrex, ander ovenvast glas en keramiek ja Borden met metaalhoudende sierrand nee Metalen sluitstrip nee Kwikthermometer nee Afgesloten pot nee Fles met een nauwe hals nee Braadzakken ja
* Gebruik niet-gedecoreerd keukenpapier voor het afdekken van een schaal of
onder brood bij het ontdooien.
** Door dunnere gedeelten van gerechten (zoals kippenpoten) af te dekken,
voorkomt u dat ze te snel garen.
NL 11
GEBRUIK
Plaatsen
• Plaats de magnetron op een stevige en vlakke ondergrond.
• Zorg voor voldoende ventilatie rondom de magnetron. Houd
• Dek de ventilatieopeningen niet af.
• De stelvoetjes mogen niet verwijderd worden.
• Plaats de magnetron niet in de buurt van warmtebronnen.
• Zend- en ontvangstapparatuur zoals radio’s en
7.5 cm
Vóór het eerste gebruik
Neem het toebehoren uit de magnetron en reinig het met een mild reinigingsmiddel. Plaats daarna het frame weer op de aandrijving.
aan de bovenzijde 30 cm ruimte vrij. Houd aan de achterzijde en zijkanten minimaal 7,5 cm ruimte vrij.
televisietoestellen kunnen de werking van de magnetron beïnvloeden.
30 cm
7.5 cm
7.5 cm
NL 12
Let op
Gebruik de magnetron altijd met het frame op de aandrijving in combinatie met een draaiplateau!
Plaats een hittebestendige schaal met 200 ml water in de magnetron. Druk op oventoets. Stel de tijd in op 5 minuten en druk op de starttoets. Tijdens de fabricage gebruikte beschermingsvetten worden dan verwijderd. Laat de magnetron na afloop van de 5 minuten afkoelen en reinig de magnetron met warm water. De magnetron is nu klaar voor gebruik.
Opmerking
Als de magnetron voor de eerste maal sterk verhit wordt, zult u een ‘nieuwigheidsluchtje’ ruiken. Dit is normaal. Schakel eventueel de wasemkap in of open een raam
.
BEDIENING
ZERO ON
Wanneer het toestel voor de eerste keer op het elektriciteitsnet wordt aangesloten, is er nog niks te zien in de display. Het toestel staat in de standby modus.
1. Druk op de ZERO ON toets.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
▷ Als de magnetron niet wordt gebruikt gedurende 10 minuten,
Uitschakelen/inschakelen
U kunt de magnetron ook in standby modus schakelen door na gebruik de stoptoets ingedrukt te houden totdat er niks meer te zien is in de display. Door weer op de ZERO ON toets te drukken is de magnetron weer gereed voor gebruik.
Algemeen
• Als u iets wilt instellen is het belangrijk dat in de display de timer tijd (of ‘:0’) staat en geen gekozen functie. Door altijd eerst op de stoptoets te drukken, bent u er zeker van dit het geval is.
• Is de magnetron klaar met de ingestelde functie, dan klinken er drie geluidssignalen en ‘END’ verschijnt in de display. De magnetron de stoptoets is gedrukt of de deur is geopend.
• De ventilator zal na afloop nog enige tijd doordraaien om te koelen. In de display verschijnt afwisselend de ingestelde tijd (of ‘:0’) en ‘COOL’.
• Door de deur te openen, wordt een lopend programma onderbroken. Dit gebeurt ook als u op de stoptoets drukt. De ventilator blijft wel draaien. U kunt het programma weer starten door op de starttoets te drukken.
• Gebruik de magnetron niet wanneer deze leeg is.
• Na gebruik van de grill-/oven-/combi-functie moet u de magne­tron eerst laten afkoelen voordat u deze weer gaat gebruiken.
zal het toestel automatisch weer naar de standby modus schakelen. Er is dan niets meer te zien in de display.
zal elke minuut een geluidssignaal geven totdat op
NL 13
BEDIENING
Keukenwekken instellen
1. Druk op de stoptoets.
In de display verschijnt ‘0’
2. Druk op de timertoets.
3. Draai aan de instelknop om de keukenwekkertijd in te stellen.
In de display verschijnen de tijd die is ingesteld.
4. Druk op de starttoets.
In de display verschijnt de keukenwekkertijd.
Magnetron
Bij deze functie kunt u zelf het vermogen en de tijd instellen. Stelt u geen vermogen in, dan zal de magnetron inschakelen op het hoogste vermogen. In de volgende tabel kunt u zien welke vermogens u kunt instellen.
NL 14
Stand in de display Percentage Vermogen
P-HI 100 % 900 W
P-90 90 % 810 W
P-80 80 % 720 W
P-70 70 % 630 W
P-60 60 % 540 W
BEDIENING
Stand in de display Percentage Vermogen
P-50 50 % 450 W
P-40 40 % 360 W
P-30 30 % 270 W
P-20 20 % 180 W
P-10 10 % 90 W
P-00 0 % 0 W
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
2. Druk op de magnetrontoets.
In de display verschijnt ‘P-HI’ en het indicatielampje gaat branden.
▷ Druk nogmaals (meerdere keren) op de vermogentoets als
u een ander vermogen in wilt stellen.
3. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
Grill
4. Druk op de starttoets.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
▷ Na afloop klinken er drie geluidssignalen. De magnetron
schakelt uit.
• U kunt op elk moment tijdens de bereiding het ingestelde vermogen bekijken door op de magnetrontoets te drukken.
Met de grillfunctie kunt u gerechten verhitten en van een bruin korstje voorzien, zonder gebruik te maken van microgolven. De combi-magnetron heeft een boven- en onderelement die onafhankelijk van elkaar gebruikt kunnen worden.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
NL 15
BEDIENING
2. Druk op de grilltoets.
In de display verschijnt ‘: 0’ en het indicatielampje gaat branden.
3. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
4. Druk op de starttoets.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
▷ Na afloop klinken er drie geluidssignalen. De magnetron
Oven met voorverwarmen
Bij de ovenfunctie is het raadzaam om eerst voor te verwarmen (behalve bij een temperatuur van 40 °C). De maximale voorverwarmtijd is 30 minuten. Indien na deze 30 minuten voorverwarmen niet gestart wordt met het bereiden van een gerecht, zal de ovenindicatie blijven knipperen en de voorverwarmtemperatuur worden weergegeven in de display. Na 15 minuten zal het voorverwarmen automatisch uitschakelen.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
2. Druk op de oventoets.
In de display verschijnt ‘180C’ en het indicatielampje gaat branden.
▷ Druk nogmaals (meerdere keren) op de oventoets als
▷ De volgende temperaturen kunt u kiezen: 180C, 190C, 200C,
3. Druk op de starttoets.
De magnetron start met voorverwarmen; in de display verschijnt afwisselend ‘PrE -’ en de voorverwarmtemperatuur en de ovenindicatie knippert.
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
schakelt uit.
u een andere temperatuur in wilt stellen.
210C, 220C, 40C, 100C, 110C, 120C, 130C, 140C, 150C, 160C, 170C.
NL 16
BEDIENING
Oven
4. Als het voorverwarmen klaar is klinkt er een geluidssignaal en in de display verschijnt de oventemperatuur.
5. Open de deur en plaats het gerecht in de magnetron.
In de display staat de temperatuur.
6. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
7. Druk op de starttoets.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
▷ Na afloop klinken er drie geluidssignalen. De magnetron
schakelt uit.
• U kunt op elk moment tijdens de bereiding de ingestelde temperatuur bekijken door op de oventoets te drukken.
Met de ovenfunctie kunt u gerechten bereiden zoals in een conventionele oven, zonder gebruik te maken van microgolven. Het boven- en onderelement worden beide ingeschakeld.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
2. Druk op de oventoets.
In de display verschijnt ‘180C’ en het indicatielampje gaat branden.
▷ Druk nogmaals (meerdere keren) op de oventoets als
u een andere temperatuur in wilt stellen.
▷ De volgende temperaturen kunt u kiezen: 180C, 190C, 200C,
210C, 220C, 40C, 100C, 110C, 120C, 130C, 140C, 150C, 160C, 170C.
3. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
NL 17
BEDIENING
4. Druk op de starttoets.
• U kunt op elk moment tijdens de bereiding de ingestelde
Combi oven/magnetron
Met deze functie worden de oven- en grillfunctie gecombineerd met de magnetronfunctie. Traditionele gerechten zijn op deze manier sneller klaar.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
2. Druk op de combitoets.
3. Druk op de oventoets.
4. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
▷ Na afloop klinken er drie geluidssignalen. De magnetron
schakelt uit.
temperatuur bekijken door op de oventoets te drukken.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
In de display verschijnt ‘C-0’ en het indicatielampje gaat branden.
▷ Druk nogmaals (meerdere keren) op de combitoets als u een
ander vermogen in wilt stellen.
▷ U kunt kiezen uit ‘C-0’ (30 % vermogen), ‘C-HI’
(40 % vermogen) en ‘C-Lo’ (20 % vermogen).
In de display verschijnt ‘180C’ en het indicatielampje gaat branden.
▷ Druk nogmaals (meerdere keren) op de oventoets als u een
andere temperatuur in wilt stellen.
▷ De volgende temperaturen kunt u kiezen: 180C, 190C, 200C,
210C, 220C, 40C, 100C, 110C, 120C, 130C, 140C, 150C, 160C, 170C.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
NL 18
5. Druk op de starttoets.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
BEDIENING
• Na afloop klinken er drie geluidssignalen. De magnetron
• U kunt op elk moment tijdens de bereiding het ingestelde
• U kunt op elk moment tijdens de bereiding de ingestelde
Ontdooien op gewicht
Met deze functie hoeft u alleen maar het gewicht van het voedsel in te stellen. De ontdooitijd verschijnt automatisch in de display als de magnetron wordt gestart.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
2. Druk één keer op de ontdooitoets.
3. Draai aan de instelknop om het gewicht in te stellen.
schakelt uit.
vermogen bekijken door op de combitoets te drukken.
temperatuur bekijken door op de oventoets te drukken.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
In de display verschijnt ‘0’ en het indicatielampje gaat branden.
In de display verschijnt het ingestelde gewicht.
▷ U kunt een ontdooigewicht instellen van 200 gram t/m 3000
gram in stappen van 50 gram.
4. Druk op de starttoets.
De magnetron schakelt in en in de display verschijnt auto­matisch de aftellende ontdooitijd.
▷ Tijdens het ontdooien zal een geluidssignaal u erop attent
maken om het gerecht te controleren/om te draaien.
5. Open de deur; de magnetron schakelt uit.
6. Sluit de deur na het controleren/omdraaien, druk op de starttoets en de magnetron gaat verder met het ingestelde programma.
▷ Na afloop van het ontdooien klinken er drie geluidssignalen.
De magnetron schakelt uit.
NL 19
BEDIENING
Ontdooien op tijd
Met deze functie hoeft u alleen maar de ontdooitijd van het voedsel in te stellen.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
2. Druk twee keer op de ontdooitoets.
In de display verschijnt ‘: 0’ en het indicatielampje gaat branden.
3. Draai aan de instelknop om de ontdooitijd in te stellen.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
4. Druk op de starttoets.
De magnetron schakelt in en in de display verschijnt auto­matisch de aftellende ontdooitijd.
▷ Tijdens het ontdooien zal een geluidssignaal u erop attent
maken om het gerecht te controleren/om te draaien.
5. Open de deur; de magnetron schakelt uit.
6. Sluit de deur na het controleren/omdraaien, druk op de starttoets en de magnetron gaat verder met het ingestelde programma.
▷ Na afloop van het ontdooien klinken er drie geluidssignalen.
De magnetron schakelt uit.
NL 20
Auto cook
Met deze functie kunt u heel eenvoudig populaire gerechten bereiden. U stelt het juiste gewicht in en de magnetron kiest automatisch de juiste tijd.
Functie Min. gewicht Max. gewicht
AC-1 GEROOSTERD VARKENSVLEES 500 g 2000 g
AC-2 GEROOSTERD RUNDVLEES 500 g 2000 g
AC-3 GEROOSTERDE KIP 800 g 3000 g
AC-4 GEBAKKEN VIS 300 g 900 g
AC-5 VERSE GROENTEN 100 g 900 g
BEDIENING
1. Druk op de auto cook toets.
In de display verschijnt ‘AC-1’ en het indicatielampje gaat branden.
2. Druk nogmaals (meerdere keren) op de auto cook toets om een functie te kiezen (zie tabel).
3. Draai aan de instelknop om het gewicht in te stellen.
In de display verschijnt het ingestelde gewicht.
▷ U kunt een gewicht instellen t/m 2000 gram in stappen van
50 gram.
• Raadpleeg de tabel voor de instellingen en kies het juiste gewicht.
4. Druk op de starttoets.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
• U kunt op elk moment tijdens de bereiding de instellingen bekijken door op de auto cook toets te drukken.
Tabel Auto Cook
In de volgende tabel vindt u per gerecht informatie over de werkwijze en het te gebruiken kookgerei.
Werkwijze Kookgerei
1 1. Plaats het varkensvlees direct op het rek met draaiplateau.
2. Strijk een beetje olie erover met een kwast.
3. Braad op ‘AC-1’.
4. Haal het vlees uit de combi-magnetron. Laat het overtollig braadvocht weglopen.
5. Wikkel het vlees in aluminiumfolie en laat het 10 minuten rusten.
6. Serveer het vlees met appelmoes.
2 1. Plaats het rundvlees direct op het metalen draaiplateau.
2. Strijk een beetje olie erover met een kwast.
3. Braad op ‘AC-4’.
4. Haal het vlees uit de combi-magnetron. Laat het overtollig braadvocht weglopen.
5. Wikkel het vlees in aluminiumfolie en laat het 10 minuten rusten.
6. Serveer met gekookte aardappels en jus.
Rek met draaiplateau.
Rek met draaiplateau.
NL 21
BEDIENING
Werkwijze Kookgerei
3 1. Was de kip en droog deze af. Bind de poten losjes bijeen met
braadtouw.
2. Prik net onder de poten enkele gaatjes in het vel.
3. Vet met een kwast de hele kip in met gesmolten boter
4. Plaats de kip direct op het rek met draaiplateau.
5. Braad op ‘AC-3’.
6. Haal de kip uit de oven. Laat het overtollig braadvocht weglopen. Strooi zout erover indien gewenst.
7. Wikkel de kip in aluminiumfolie en laat het 10 minuten rusten.
8. Serveer met gebakken aardappels en sla.
4 1. Alle soorten verse vis (behalve gepaneerde/in beslag gedompelde
vis) kunnen bereid worden, zowel hele vissen als visfilets of vissteaks.
2. Plaats de voorbereide vis in een beboterde schaal.
3. Bestrooi met zout en peper, sprenkel er citroensap over en leg er klontjes boter op. Dek de schaal niet af.
4. Plaats op hoog rek op het draaiplateau.
5. Bak op ‘AC-4’.
5 1. Groenten wassen en schoonmaken.
2. Plaats de voorbereide groenten in een passende schaal.
3. Besprenkel de groenten met 4-5 eetlepels water.
4. Dek de schaal af met huishoudfolie waarin gaatjes geprikt zijn of met een deksel.
5. Plaats de schaal op het draaiplateau.
6. Bereid op ‘AC-5’. * Snij de groenten in gelijke stukjes voor het beste resultaat.
Rek met draaiplateau.
Magnetron- en hitte­bestendige lage schaal, bijvoorbeeld Pyrex. Rek met draaiplateau.
Magnetronbestendige schaal, bijvoorbeeld Pyrex, met draaiplateau.
NL 22
Snelstart
Met één druk op de starttoets kunt u de magnetron starten op vol vermogen gedurende 30 seconden. Drukt u meerdere keren op de starttoets, dan zal de tijd vermeerderen in stappen van 30 seconden tot maximaal 5 minuten.
Stop
U kunt een lopend programma stoppen of annuleren door de deur te openen of op de stoptoets te drukken. Om het programma weer te starten, drukt u op de starttoets.
• Wanneer u het programma helemaal wilt annuleren, drukt u nogmaals op de stoptoets.
De huidige tijd (of ‘:0’) verschijnt in de display.
BEDIENING
Warmhouden
Met deze functie kunt u een uur lang uw gerecht warmhouden op een temperatuur van ongeveer 60 °C.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
2. Druk op de toets ‘warmhouden’.
In de display verschijnt ‘60C’ en het indicatielampje gaat branden.
3. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
In de display verschijnt de ingestelde tijd.
▷ U kunt maximaal 60 minuten instellen. Er verschijnen eerst
stappen van 10 seconden in de display. Na de instelling van 5 minuten worden het stappen van 30 seconden.
4. Druk op de starttoets.
De magnetron start met de gekozen instellingen; de magnetron­verlichting gaat aan, het draaiplateau gaat draaien en de tijd in de display telt af.
▷ Na afloop klinken er drie geluidssignalen. De magnetron
schakelt uit.
Steam cleaning
Deze functie maakt het mogelijk om in 10 minuten uw combi­magnetron van binnen te reinigen. Het stoomproces weekt de achtergebleven etensresten los, zodat u deze naderhand makkelijk kunt wegvegen met een zachte doek.
Let op: plaats eerst een beker/mok/schaal met 150/200 cc water in het midden op het draaiplateau.
1. Druk op de ZERO ON toets indien er niks in de display staat.
Er klinkt een geluidssignaal en in de display verschijnt de huidige tijd of ‘: 0’. U kunt nu de magnetron gebruiken.
2. Plaats een beker/mok/schaal met 150/200 cc water in het midden op het draaiplateau.
3. Druk op de cleantoets.
Het indicatielampje gaat branden. De magnetron zal gedurende 10 minuten opwarmen.
NL 23
BEDIENING
4. Na afloop van de 10 minuten verschijnt ‘door’ ‘oPEn’ in de display gedurende 5 minuten. Open de deur. Wees voorzichtig met de vrijkomende stoom. Laat de magnetron even afkoelen en droog daarna de binnenkant van de magnetronruimte met een droge doek.
NL 24
KOOKTIPS
Opwarmen en koken
• De magnetron verwarmt altijd met dezelfde intensiteit. Hoe meer u in de magnetron plaatst, des te langer de kooktijd.
• Vlakke en platte gerechten zijn sneller warm dan smalle, hoge gerechten.
• Gerechten afdekken met magnetronfolie of een passende deksel voorkomt spetteren, verkort de gaartijd en helpt de vochtigheidsgraad te behouden. Na afloop de folie of het deksel voorzichtig verwijderen. Let op! De vrijkomende stoom
kan zeer heet zijn!
• Gerechten die snel uitdrogen eventueel bevochtigen. Zet aardappels en groenten eerst even in koud water voordat u ze in de magnetron plaatst. Hiermee voorkomt u dat er zich een velletje op vormt.
• Voor een gelijkmatig resultaat kunt u het beste gerechten één­tot tweemaal roeren of keren.
• Kies voor het opwarmen van reeds bereide gerechten altijd de hoogste magnetronstand.
• Bij het koken hoeft u maar weinig water, zout en kruiden te gebruiken. Zout kunt u het beste na afloop toevoegen. Hiermee voorkomt u dat het vocht aan het gerecht wordt onttrokken.
• Nadat de magnetron is uitgeschakeld gaart het gerecht nog enige tijd na. Houd hier rekening mee door het gerecht niet te lang op te warmen.
• Let op! Plaats, bij het opwarmen van kleine hoeveelheden poedervormige producten (zoals bij het drogen van kruiden), altijd een bekertje water in de magnetron. Anders bestaat er, door de geringe hoeveelheid, kans op zelfontbranding.
Ontdooien
• Ontdooi grote compacte stukken altijd met behulp van het ontdooiprogramma. Doordat het gerecht geleidelijk en gelijkmatig ontdooit, loopt u niet de kans dat de buitenkant uitdroogt terwijl de kern nog bevroren is.
• Om het ontdooiproces sneller te laten verlopen, wordt aanbevolen om het gerecht na enige tijd in stukken te verdelen.
• Las, bij grote stukken vlees en compacte gerechten, tweemaal een pauze in.
NL 25
KOOKTIPS
• Bij het ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten kunt u dunne delen na de helft van de ontdooitijd afdekken of omwikkelen met aluminiumfolie.
Factoren die van invloed zijn op het kookproces
• De temperatuur van ingrediënten is van invloed op de bereidingstijd. Een koude maaltijd heeft een langere kooktijd nodig dan een maaltijd op kamertemperatuur.
• Lichte, poreuze gerechten garen sneller dan zware en massieve gerechten, zoals stoofgerechten of rollades. Let op bij het bereiden van lichte, poreuze gerechten. De randen worden snel droog en taai.
• Kleine gerechten worden gelijkmatiger verwarmd als u ze los van elkaar, liefst cirkelvormig, in de magnetron plaatst.
• Botten en vet geleiden hitte beter dan vlees. Aluminiumfolie blokkeert de magnetrongolven. Door dunnere gedeelten van gerechten (zoals kippenpoten en -vleugeltjes) af te dekken voorkomt u dat ze te snel garen.
• Vetvrij papier voorkomt spetteren en helpt warmte vast te houden.
Basistechnieken
• Plaatsen
▷ Plaats dikkere stukken aan de buitenkant op het draai-
plateau. Gerechten die aan de buitenkant op het draai­plateau geplaatst worden ontvangen de meeste microgolven.
• Roeren
▷ Door gerechten regelmatig te roeren verspreidt u de
opgeslagen warmte. Roer altijd van buiten naar binnen, aangezien de buitenkant van het gerecht altijd het eerste warm wordt.
• Omdraaien
▷ Grote, dikke gerechten regelmatig omdraaien. Ze garen dan
regelmatiger en sneller.
• Prikken
▷ Gerechten met een vel of schaal, zoals eierdooiers,
schaaldieren en fruit, barsten open in de magnetron. Voorkom dit door er van te voren enkele keren met een vork of satéprikker in te prikken.
NL 26
KOOKTIPS
• Controleren
▷ Gerechten garen snel. Controleer ze daarom regelmatig. Haal
gerechten net voordat ze gaar zijn uit de magnetron.
• Nagaren
▷ Laat gerechten, nadat u ze uit de magnetron hebt gehaald,
over het algemeen 3 tot 10 minuten afgedekt staan. De gerechten garen dan na. Gerechten met een droge korst, zoals cake, niet afdekken.
• Invriezen
▷ Bij het invriezen kunt u al rekening houden met het
ontdooien in de magnetron, door geen aluminiumfolie of
-bakjes te gebruiken en door plattere porties in te vriezen.
Koken van groente
• Gebruik indien mogelijk verse groenten. Als groenten al wat slap zijn geworden doordat ze te lang gelegen hebben kunt u ze een tijdje in koud water leggen, zodat ze zich weer vol kunnen zuigen.
• Gebruik voor het koken van groente een ruime schaal, zodat de schaalbodem bedekt wordt met een niet al te dikke laag.
• Kook groente bij voorkeur met aanhangend water.
• Dek de schaal altijd af met een deksel of magnetronfolie.
• Voeg geen zout toe. De van nature in de groente aanwezige zouten geven meestal voldoende smaak. Indien u toch zout toe wilt voegen, doe dat dan na het koken.
• Kook groente zo kort mogelijk. Houd rekening met het nagaren.
• Controleer met een satéprikker of vork of de groente gaar is.
Koken van vis
• Vis moet geleidelijk gaar worden. Schakel daarom bij dunne vissen, vette vissen of kleine porties het vermogen in op 30%. In andere gevallen kunt u het vermogen gerust iets hoger instellen. Houd wel rekening met nagaren. Vis is gaar als het ondoorschijnend is geworden.
NL 27
ONDERHOUD
Reinigen
• GEBRUIK GEEN schuurmiddelen of metalen schrapers voor het reinigen van de glazen ovendeur. Het oppervlak raakt hierdoor bekrast, waardoor het glas kan barsten.
• GEBRUIK GEEN hogedruk- of stoomreiniger om de magnetron schoon te maken.
• Maak de binnenzijde direct na gebruik schoon. Gebruik een vochtige doek om condens, overgekookt vocht en voedselresten te verwijderen. Achtergebleven kruimels en vocht absorberen magnetronenergie en verlengen de kooktijden.
• Reinig de binnen- en buitenzijde regelmatig; gebruik een sopje van afwasmiddel en maak de magnetron met een droge doek goed droog.
• Zorg dat de afdekking van de microgolfverdeler schoon is. Vervuiling van de afdekking kan leiden tot vonkvorming.
• Reinig het toebehoren regelmatig; gebruik een sopje van afwasmiddel met een borstel en maak het toebehoren met een droge doek goed droog. Het toebehoren mag ook afgewassen worden in de vaatwasmachine.
• Geurtjes verdwijnen als u een glas azijn of water met citroen in de magnetronruimte zet. Schakel de magnetron gedurende twee minuten in op vol vermogen. Daarna afnemen met een vochtige doek.
• Controleer de deursluiting en het deurrubber regelmatig op beschadigingen. Gebruik de magnetron niet wanneer de deur of deursluiting beschadigd zijn.
• Als de afdichting van de magnetron sterk is vervuild, sluit de deur niet goed. De aangrenzende voorzijden van meubels kunnen worden beschadigd. Houd de afdichting schoon.
• Zout is erg agressief. Wanneer dit zich in de ovenruimte afzet, kunnen plaatselijk roestplekken ontstaan.
• Scherpe sauzen zoals ketchup en mosterd of gezouten gerechten, bijv. pekelvlees, bevatten ingrediënten die het oppervlak kunnen aantasten. Na gebruik moet u de ovenruimte altijd schoon maken.
NL 28
STORINGEN
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw toestel, betekent dit niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de volgende punten. Bel de servicedienst indien onderstaande adviezen niet helpen.
• Zit de stekker in het stopcontact?
• Is de deur goed gesloten?
• Is de zekering in de meterkast defect?
• Zijn het vermogen en de bereidingstijd goed ingesteld?
• Staan er voorwerpen in de magnetron die er niet thuishoren?
• Heeft u het juiste keukengerei gebruikt?
• Zijn de ventilatieopeningen geblokkeerd?
• Is het voedsel voldoende ontdooid?
• Heeft u het voedsel tijdens de bereiding gekeerd of geroerd?
• Is het kinderslot ingeschakeld?
Vonken in de magnetron
Als u vonken in de magnetron ziet, schakel dan direct de magnetron uit. Vonken kunnen worden veroorzaakt door:
• metaal of aluminiumfolie dat de binnenkant van de magnetron aanraakt;
• aluminiumfolie dat niet correct om het voedsel is gewikkeld (punten die omhoog staan en als een antenne werken);
• metaal van een sluitstrip of servies met metaalhoudende sierrand;
• gerecycled papier dat kleine metalen deeltjes bevat.
Foutcodes (bel de servicedienst)
Err2 Temperatuur te hoog of temperatuursensor defect. Err3 Temperatuursensor niet aangesloten.
NL 29
TECHNISCHE GEGEVENS
Aansluiting 230V~, 50Hz Vermogen 2700 W Inhoud 25 liter Afmetingen (bxdxh) 514 x 397 x 311 mm Gewicht 17,2 kg
NL 30
Loading...
+ 89 hidden pages