De RGB kleurensensor is in staat kleine
kleurverschillen te onderscheiden.
De ingebouwde LED lichtbron garandeert een
lange levensduur en een onderhoudsvrije werking.
Onderscheidt kleurverschillen zonder te worden
beïnvloed door verandering van omgevingstemperatuur, helderheid of plaats van de te detecteren
objecten.
Grote tolerantie in positionering.
On line monitoren mogelijk door goed afleesbaar
detectieniveau en drempelwaarde indicaties.
IP66 afdichtingsgraad en gemakkelijk onderhoud.
4-kleuren registratie met 4 uitgangen leverbaar.
Op afstand instelbaar.
Verkrijgbare uitvoeringen
RGB Kleurensensor
TypeModelUitvoeringsvormDetectie–afstandSpot
Compacte
bouwvorm
Optische
vezel
E3MC-A11
E3MC-A41PNP
E3MC-MA11
E3MC-MA41
E3MC-X11
(zie opm. 1)
diameter
12 mm1
3 mm1
Aantal
uitgangen
4
Uitgang
NPN
NPN
PNP
NPN
E3MC-X41PNP
E3MC-MX11
De vorm van het
E3MC-MX41
E32-vezel
naar keuze
Opm.: 1. Zie ook de rubriek ’Technische gegevens’.
E3MC-Y11
E3MC-Y41
E3MC-MY11
E3MC-MY41
2. Zie ook de rubriek ’Werkingsgegevens’.
versterkergedeelte is
gelijk aan die van de
E3MC-A.
E32-CC200
E32-T16
Accessoires (apart te bestellen)
OmschrijvingSensor I/O Connector
GebruikVervanging of kabelverlenging tot een totaal
TypenummerE39-C1 2ME39-C1 5M
Uitvoering
Opm.: Een connector met 2 m kabel wordt standaard meegeleverd.
van 5 m.
4
(zie opm. 1)
Standaard detectie-afstand
(zie opm. 2)
OmschrijvingSensor
GebruikVoor montage van
TypenummerE39-L114E39-L115
Afhankelijk1
van het
toegepaste
vezeloptiek.
montagebeugel
de E3MC. (Instel–
baar tot max. 15)
4
DIN-rail
montagebeugel
Voor montage op
DIN–rail.
NPN
PNP
NPN
PNP
NPN
PNP
1
Page 2
E3MC
E3MC
Technische gegevens
Specificaties
Item
LichtbronRood (680 nm), groen (525 nm) en blauw (450 nm) LED’s
Detectie afstand60±10 mm (zie opm. 1)20±4 mm (zie opm. 1)Afhankelijk van het vezeloptiek.
kleurenregistratie
RegeluitgangBelastingsstroom: 100 mA max.
Kleurherkenningsmethode
Responstijd1-uitgang model:Standaard mode:3 ms max.
Tijdfunctie40 ms vertraagd afvallend tijdrelais (instelbaar)
Soort uitgangConform kleur uitgang:Uitgang is ON indien de gedetecteerde kleur overeenkomt met de
Selectie
werkingsmode
Afstandsregeling
ingang (zie opm.)
(alleen mode B)
Mogelijkheid tot registratie van vier kleuren met teach functie met handmatige drempelwaarde instellingen.
De schakeldrempel is trapsgewijs instelbaar.
NPN open collector uitgang met een maximum restspanning van 1,2 V voor de E3MC-(M)A11,
E3MC-(M)X1 1 en de E3MC-(M)Y11.
PNP open collector uitgang met een maximum restspanning van 2,0 V voor de E3MC-(M)A41,
E3MC-(M)X41 en de E3MC-(M)Y41.
De volgende besturing wordt uitgevoerd afhankelijk van het besturingssignaal.
E3MC-11/-41: bankselectie, afstandsregeling of drempelselectie
E3MC-M11/-M41: kanaalselectie, afstandsregeling of drempelselectie
Belastingsstroom: 100 mA max.
NPN open collector uitgang met een restspanning van 1,2 V max. (E3MC-(M)A11/-(M)X11/-(M)Y11)
PNP open collector uitgang met een restspanning van 2,0 V max. (E3MC-(M)A41/-(M)X41/-(M)Y41)
Responstijd: 1 ms max.
Mode B is niet beschikbaar op het 4–uitgangen model.
4 kleuren selecteerbaar (instelbaar met externe bankselectie–ingang of met SELECT toets)
Ingang responstijd bij bankselectie: 50 ms max.
BeveiligingBescherming tegen omgekeerde polariteit en kortsluiting van de uitgang
OmgevingslichtGloeilamp: Lichtval op optische spot: 3.000 lx max.
Zonlicht:Lichtval op optische spot: 10.000 lx max.
Omgevings-
In bedrijf: –25°C tot 55°C (zonder ijsafzetting)
temperatuur
VochtigheidsgraadIn bedrijf: 35% tot 85% (zonder condensatie)
Toegestane
–––10 mm min.Afhankelijk van de vezel
buigradius
Isolatieweerstand20 MΩ min. (bij 500 VDC)
Diëlektrische sterkte1.000 VAC, 50/60 Hz gedurende 1 min
Trillingsbestendigheid In bedrijf: 10 tot 55 Hz, 1,0 mm dubbele amplitude of 150 m/s2 (ong. 15G) gedurende 2 uur elk in X, Y en Z
richting (zie opm. 3)
SchokbestendigheidIn bedrijf: 500 m/s2 (ong. 50G) gedurende 3 keer elk in X, Y en Z richting (zie opm. 4)
AfdichtingsklasseIEC IP66 (met gemonteerde beschermkap)
MateriaalBehuizing: Zinklegering
Afdekkap: PES
Behuizing: Zinklegering
Vezelkop: ABS
Behuizing: Zinklegering
Afdekkap: PES
Afdekkap: PES
Gewicht
Ong. 350 gOng. 400 gApprox. 350 g
(met 2 m kabel)
Opm.: 1. Definitie van detectie afstand
Raadpleeg onderstaande tabel en de opstelling
hiernaast.
Detectie afstand versus kleurverschillen (Beginwaarde)
E3MC-(M)A
Detectie afstand (mm)
Wit
Rood
Geel
Geel/rood
Groen
Geel/groen
Blauw/groen
Blauw
Blauw/paars
Paars
Rood/paars
Detectie afstand versus kleur–
verschillen (Beginwaarde)
E3MC-(M)X
Hoekspecificaties
(Beginwaarde)
E3MC-(M)A (X Richting)
Detectieniveau
Hoekspecificaties
(Beginwaarde)
E3MC-(M)X (X Richting)
Hoekspecificaties
(Teaching bij een hoek
van 15)
E3MC-(M)A (Y Richting)
Detectieniveau
Detection
level
Hoek (°)Hoek (°)
Detection
level
Hoekspecificaties
(Teaching bij een hoek
van 10)
E3MC-(M)X (Y Richting)
Detectie afstand (mm)
Wit
Rood
Geel/rood
Geel
Groen
Geel/groen
Blauw/groen
Blauw
Blauw/paars
Paars
Rood/paars
Detectieniveau
Detectieniveau
Detection
level
Hoek (°)Hoek (°)
Detection
level
5
Page 6
E3MC
Model met E32-vezel naar keuze
Geadviseerde vezel: diffuse reflectie type
De volgende vezeloptieken worden geadviseerd voor gebruik met
de E3MC-(M)Y.
Model
E32-DC2005 mm
E32-CC200
(zie opm. 2)
E32-D32L
(zie opm. 3)
E32-D11L5 mm
Detectie-afstand (zie opm. 1)
5 mm
4,5 mm
E3MC
Definitie van detectie-afstand van een reflectievezel
De detectie-afstand van reflectievezel is de afstand van de vezelkop, schuin op het detectie-object gericht , zoals in de volgende illustratie.
Zet op C mode en standard mode (responstijd) en zet de drempel
op het standaardniveau met de vezelkop onder een hoek van 20
graden (θ=20).
E32-CC200, etc.
Opm.: 1. De E3MC-(M)Y onderscheidt elf kleuren bij boven-
staande afstanden. Bij een afstand van 12 mm zijn dit
negen kleuren.
2. De vezel die in de zender moet worden gestoken is gemarkeerd met witte lijnen. Steek de versterkervezel in
het onderste zendergedeelte.
3. De vezel die in de zender moet worden gestoken is gemarkeerd met gele stippellijnen. Steek de versterkervezel in het onderste zendergedeelte.
Geadviseerde vezel: zender-ontvanger type
De volgende vezeloptieken worden geadviseerd voor gebruik met
de E3MC-(M)Y.
Model
E32-TC20030 mm
E32-T11L60 mm
E32-T16200 mm
E32-T17L1,1 m
Opm.: De E3MC-(M)Y onderscheidt stabiel, rode, blauwe en
gele film films bij bovenstaande afstanden.
Karakteristieken werkingsbereik
E32-DC200E32-CC200E32-D32L
Detectie-object blauw/groen 38 x 38 mm
Afstand Y (mm)
Detectie-object blauw/groen 38 x 38 mm
Afstand Y (mm)
Afstand Y (mm)
Detectie-afstand
Detectie-object
Detectie-afstand (zie opm.)
Detectie-object blauw/groen 38 x 38 mm
E32-D11L
Detectie-object blauw/groen 38 x 38 mm
Afstand Y (mm)
6
Afstand X (mm)
Afstand X (mm)
Kleurgevoeligheid
Detectie-objecten:
rode, blauwe en gele film
E32
-TC200
E32
-T11L
E32
-T16
E32
-T17L
Detectie-object: film in rood (rosco/UX, scharlakenrood)
Detectie-object: film in geel (rosco/UX, strogeel)
Detectie-object: film in blauw (rosco/UX, hemelsblauw)
Ter aanvulling op de hiervoor genoemde vezeloptieken zijn ook de volgende vezeloptieken voor de E3MC-(M)Y verkrijgbaar. Raadpleeg
het ’E3X-NH’ productblad voor nadere details over de volgende vezeloptieken. Andere vezeloptieken zijn niet verkrijgbaar.
Toont de gekozen kanalen.
Brandt indien de uitgang van
elk kanaal is ON.
TEACH Toets
Leert de te onderscheiden
kleur in.
Wordt gebruikt ter controle van
het aantal kanalen dat wordt
aangegeven door zowel de
werkingsindicatie als de
kanaalindicatie.
Detectieniveau–indicatie (Groen)
Toont het gelijkheidsniveau tussen
de geregistreerde en de te
detecteren kleuren.
Drempelindicatie (Rood)
Toont de drempelwaarde.
SELECT Toets
Kanaalselectie
Drempelinstelling
Keuzeschakelaarwerkingsmode
Stelt de TEACH, ADJ of RUN mode in.
De volgende instellingen zijn mogelijk in de RUN of ADJ mode. Ingeval van de 4-uitgangen modellen, zijn alle kanalen onderworpen aan de
volgende instellingen. Elk pennetje van de functieschakelaar is vanuit de fabriek in de bovenste stand gezet.
(6 ms)
3 ms
Opm.: Waarden tussen haakjes gelden voor de 4-uitgangen uitvoeringen.
1 ms
(2 ms)
Instelling kleur–onderscheidingsmode (Mode C wordt aanbevolen voor normale toepassingen)
Mode C: Kleuronderscheid wordt uitgevoerd volgens de R (rood), G (groen) en B (blauw) verhouding van
het gereflecteerde licht, zelfs als het te detecteren object binnen het gespecificeerde
detectiebereik op en neer beweegt.
Mode I: Kleuronderscheid wordt uitgevoerd volgens de RGB lichtintensiteit van het
gereflecteerde licht. Deze mode garandeert een nauwkeuriger kleuronderscheid dan
Instelling responstijd
Tijdinstelling vertraagd afvallend tijdrelais
Conformiteit/Niet-conformiteit uitgang
mode C.
3 ms (6 ms): De E3MC kan geringe kleurverschillen stabiel detecteren. Stel de
1 ms (2 ms): De E3MC staat op snelle respons ingesteld. Zet de responstijd
TMR: Een 40 ms vertraagd afvallend tijdrelais wordt
=: uitgang is ON indien de gedetecteerde kleur overeenkomt met de geregistreerde kleur.
≠: uitgang is ON indien de gedetecteerde kleur niet overeenkomt met de geregistreerde kleur.
responstijd in op 3 ms voor gebruikelijke toepassingen.
op 1 ms indien hoge snelheid respons wordt vereist.
ingesteld ten behoeve van de regeluitgang.
8
Page 9
E3MC
Werking
Uitgangscircuits
E3MC-11 met 1 NPN uitgang
8-niveaus
detectie–
indicatie
(Groen)
4-niveaus
bank–
indicatie
(Groen)
E3MC-M11 met 4 NPN uitgangen
8-niveaus
detectie–
indicatie
(Groen)
4-niveaus
kanaal–
indicatie
(Oranje)
7-niveaus
drempel–
indicatie
(Rood)
Hoofd–
circuit
Werkingsindicatie
(Oranje)
7-niveaus
drempel–
indicatie
(Rood)
Hoofd–
circuit
Werkingsindicatie
(Oranje)
Bruin
Wit
Geel
Groen
Roze
Blauw
Bruin
Wit
Grijs
Roze
Geel
Groen
Blauw
Regel–
uitgang
Bel.
Regel–
uitgang
Regel–
uitgang
Bel.
Bankselectie–
ingang 1
Bankselectie–
ingang 2
Externe
synchroon
ingang
Bel.
Bel.
Regel–
uitgang
Regel–
uitgang
Externe
synchroon–
ingang
Bel.
E3MC
12 tot 24 VDC
Connector Pin–codering
Opm.: Pin 8 wordt niet gebruikt.
12 tot 24 VDC
E3MC-41 met 1 PNP uitgang
8-niveaus
detectie–
indicatie
(Groen)
4-niveaus
bank–
indicatie
(Groen)
7-niveaus
drempel–
indicatie
(Rood)
E3MC-M41 met 4 PNP uitgangen
Werkingsindicatie
(Oranje)
8-niveaus
detectie–
indicatie
(Groen)
4-niveaus
kanaal–
indicatie
(Oranje)
7-niveaus
drempel–
indicatie
(rood)
Hoofd–
circuit
Werkingsindicatie
(Oranje)
Hoofd–
circuit
Bruin
Roze
Wit
Grijs
Geel
Groen
Blauw
Bruin
Geel
Groen
Roze
Wit
Blauw
Regel–
uitgang
Bel.
Regel–
uitgang
Regel–
uitgang
Bel.
Regel–
uitgang
Bel.
Externe
synchroon
ingang
Regel–
uitgang
Bel.
Bankselectie–
ingang 1
Bankselectie–
ingang 2
Externe
synchroon
ingang
Bel.
12 tot 24 VDC
12 tot 24 VDC
9
Page 10
E3MC
Instellingen
1-uitgang uitvoeringen (E3MC-A/E3MC-X)
1. Bankselectie
Zet de mode schakelaar in de TEACH mode en kies dan de
BANK met behulp van de SELECT toets.
2. Kleurregistratie
GOED
Sensor
Te registreren
object
E3MC
Plaats het te registreren object op het
detectiepunt en druk op de TEACH toets.
3. Instelling drempelwaarde (Indien gewenst)
Sensor
Te registreren
object
Druk in de ADJ mode op de SELECT toets met of zonder het
te registreren object op het detectiepunt. De bank ingesteld
op de TEACH mode of RUN mode krijgt nu een andere schakeldrempel, de SELECT–pijl naar boven verhoogt de schakeldrempel en de SELECT–pijl naar beneden verlaagt de
schakeldrempel.
4. Werking
FOUT
Alle rode LED’s van de
schakeldrempelindicatie
zullen knipperen indien de
registratie nog niet is
beëindigd. Zie ook de rubriek
Alle detectieniveau
indicatoren branden.
’Technische tips’.
Detectieniveau en tolerantie
Als de gedetecteerde kleur dichter in de buurt komt van de geregistreerde kleur dan zal het aantal detectieniveau indicatoren dat gaat
branden toenemen. De regeluitgang van de E3MC zal ’ON’ zijn in-
dien het detectieniveau het drempelniveau overschrijdt en ’OFF’ indien het detectieniveau het drempelniveau niet overschrijdt, (onder
voorwaarde dat de E3MC in de CONFORM KLEUR uitgangsmode
staat).
Zet de drempel op een hoger niveau voor kleuronderscheiding met
hoge precisie en op een lager niveau voor het negeren van minieme
verschillen in tint of vervuiling.
Detectie–
niveau
Werkingsindi–
catie: brandt
Regel uitgang:
ON
Tolerantie
Drempel–
waarde
Werkingsindicatie:
uit
Regel uitgang:
OFF
Detectie–
niveau
Drempel–
waarde
De detectiewerking wordt uitgevoerd in de RUN mode. De te
registreren kleur wordt gekozen met de bankselectie–in-
gang.
10
Page 11
E3MC
4-uitgangen uitvoering (E3MC-MA/E3MC-MX)
1. Kanaalselectie
Zet de mode schakelaar in de TEACH mode en kies dan het
kanaal met de SELECT toets.
2. Kleurregistratie
GOED
Sensor
Te registreren
object
Plaats het te registreren object op het
detectiepunt en druk op de TEACH toets.
3. Instelling drempelwaarde (Indien gewenst)
Sensor
Sensing object
FOUT
E3MC
Alle rode LED’s van de
schakeldrempelindicatie
zullen knipperen indien de
registratie nog niet is
beëindigd. Zie ook de rubriek
’Technische tips’.
Detectieniveau en tolerantie
Als de gedetecteerde kleur dichter in de buurt komt van de geregistreerde kleur dan zal het aantal detectieniveau indicatoren dat gaat
branden toenemen. De regeluitgang van de E3MC zal ’ON’ zijn in-
dien het detectieniveau het drempelniveau overschrijdt en ’OFF’ indien het detectieniveau het drempelniveau niet overschrijdt, (onder
voorwaarde dat de E3MC in de CONFORM KLEUR uitgangsmode
staat).
Zet de drempel op een hoger niveau voor kleuronderscheiding met
hoge precisie en op een lager niveau voor het negeren van minieme
verschillen in tint of vervuiling.
Alle detectieniveau
indicatoren branden.
Druk in d e ADJ mode op de SELECT–toets met of zonder het
te registreren object op het detectiepunt. Het kanaal ingesteld
op de TEACH mode of RUN mode zal het kanaal zijn waar de
drempelwaarde wordt ingesteld.
4. Werking
Voor indicatie van detectieniveau en drempelwaarde van andere kanalen
Druk op de SELECT toets
Voor controle welk kanaal
wordt aangegeven met de
werkingsindicator.
Druk op de
TEACH toets.
De detectiewerking wordt uitgevoerd in de
RUN mode. ON/OFF status van elk kanaal
wordt getoond op de kanaalindicatoren. Dubbel getoonde kanalen (werkingsindicatie en
kanaalindicatie) kan worden gecontroleerd en
gekozen door indrukken van de TEACH toets
en gekozen door indrukken van de
SELECT toets.
Detectie–
niveau
Tolerantie
Werkingsindi–
catie: brandt
Regel uitgang:
ON
Drempel–
waarde
Toont het kanaal waarvan het detectieniveau op dat moment wordt aangegeven op de kanaalindicatie gedurende
drie seconden.
Werkingsindicatie:
uit
Regel uitgang:
OFF
Detectie–
niveau
Drempel–
waarde
Toont het gekozen kanaal op de kanaalindicatie gedurende 3 seconden
en geeft het detectieniveau en de
drempelwaarde van het gekozen kanaal aan.
11
Page 12
E3MC
Detectieniveau en indicatie
Indicatie
E3MC
Detectie–
12345678
niveau
Technische tips
Detectie van metalen of glanzende objecten
Indien de E3MC metalen of glanzende objecten niet nauwkeurig genoeg detecteert, verander dan de montagehoek van de E3MC zodat het geen reflectielicht ontvangt dat direct door de objecten wordt
gereflecteerd.
De montagehoek van de E3MC-X kan worden ingesteld tot
ongeveer 10° met behulp van de montagegaten.
E3MC-X
Te detecteren object
E3MC-A
Te detecteren object
Detectie van witte, grijze of zwarte objecten
Verander de kleuronderscheidingsmode naar ”Mode I” bij registra-
tie van witte, grijze of zwarte objecten teneinde een stabieler kleur–
onderscheid te krijgen.
Omgevingslicht
De E3MC kan slecht gaan functioneren indien het direct extern storingslicht ontvangt. V oorzie in een afdekkap om dergelijk extern storingslicht uit te sluiten.
Afstellen van de detectie-afstand van het model met vezeloptiek naar keuze
In tegenstelling tot de E3MC-A of de E3MC-X, zal de detectie-afstand van de E3MC-Y misschien afgesteld moeten worden, afhankelijk van de reflectiefactor. Dit geldt ook voor het zenderontvanger type.
GOED: Alle detectieniveau
indicatoren (groen) branden.
Breng de vezelkop zo dicht
mogelijk bij het object en voer
teaching uit.
FOUT: Alle drempelindicatoren
(rood) knipperen.
Bied objecten aan en controleer
of ze worden gedetecteerd.
Overmatig licht. Beweeg de
kop van het object af en vind
een positie waar teaching
wordt geaccepteerd. De optimale afstand ligt hier nog iets
verder vandaan.
Verplaats de kop ongeveer
20% van de detectie-afstand
vandaan.
Geregistreerde kleurselectie
(Bankselectie ingang)
Alleen 1-uitgang uitvoeringen
De E3MC in de RUN mode biedt de mogelijkheid tot bankselectie
met de externe bankselectie–ingang 1 (Geel) en ingang 2 (Groen).
De gekozen bank wordt aangegeven met de bankselectie–indicatie.
NPN (E3MC-A11/-X11)
Bank
1OPENOPEN
2GNDOPEN
3OPENGND
4GNDGND
PNP (E3MC-A41/-X41)
Bank
1OPENOPEN
2VccOPEN
3OPENVcc
4VccVcc
Ingang 1Ingang 2
Ingang 1Ingang 2
12
Page 13
E3MC
E3MC
Externe synchroon ingangsfunctie
De meetresultaten worden direct naar de regeluitgang gestuurd indien de ingang van de externe synchroon ingang (Roze) op OFF wordt gezet. De uitgang zal de vorige status houden indien de ingang van de externe synchroon ingang op ON wordt gezet. De externe synchroon
ingang werkt alleen in de RUN of ADJ mode. Voor de 4-uitgangen uitvoeringen is deze functie van toepassing op de uitgang van alle kanalen.
Voorwaarde
ON (Status op hold)GNDVcc
OFF (Resultaat uitgang)OPENOPEN
NPN (E3MC-11)PNP (E3MC-41)
Detectie
Onderscheid
resultaat
Externe synchroon ingang
Regeluitgang
Uitgang is ON als de
gedetecteerde kleur niet
overeenkomt met de
geregistreerde kleur.
Goede kleur
Deze status kan op hold worden
gezet door een externe
synchroon ingang en zal worden
vrijgegeven door de externe
synchroon ingang op OFF te
zetten.
Andere kleur
Uitgang op hold
Remote teaching (afstandbesturingsfunctie)
Mode instelling
Bij gebruik van de afstandbesturingsfunctie voor remote teaching
moet de sensor op mode B worden gezet.
Instelmethode
Zet voeding op de sensor terwijl de SELECT DOWN en TEACH
toets allebei worden ingedrukt.
Controlemethode
Mode A of B van de E3MC wordt gedurende 3 s na de mode instelling getoond. Wanneer de modeschakelaar op TEACH staat, kan
de mode worden gecontroleerd met de werkingsindicatie. De indicatie brandt als de mode op B staat ingesteld.
Mode A:
Werkingsindicatie
is UIT.
Opm.: 1. De sensor is voor verzending op mode A ingesteld.
2. De actuele mode verandert niet nadat de sensor is uitgeschakeld.
3. De afstandbesturingfunctie is alleen beschikbaar in de
RUN en ADJ mode.
4. De E3MC-M heeft drie uitgangen in mode B en er zal
geen externe synchrooningang worden geaccepteerd.
5. Voor omschakelen naar mode A geldt dezelfde instelmethode.
Mode B:
Werkingsindicatie
is AAN.
Goede kleur
Deze status kan op hold
worden gezet en zo kunnen
ongewenste gekleurde objecten
worden genegeerd terwijl ze de
detectiezone passeren.
Goede kleur
Uitgang op hold
Remote teaching methode
Functie 1: Remote teaching met handbediende ingang met
een mechanische schakelaar
Verbind d e afstandbesturing ingang, gedurende 1,5 s of langer, me t
één van de volgende aansluitingen overeenkomstig het E3MC
model.
NPN type
(E3MC-11)
PNP type
(E3MC-41)
Functie 2: Afstandbesturing van teaching en bankselectie
met een PLC of PT
Bied één van de volgende signalen als afstandbesturing ingang
aan. Er komt een terugmelduitgang gedurende 0,3 s indien het signaal correct is ontvangen.
No.
Besturingssignaal
1
AAN
UIT
2
AAN
UIT
3
AAN
UIT
4
AAN
UIT
5
AAN
UIT
Verbind door met met de GND (blauw)
aansluiting.
Verbind door met de Vcc (Bruin) aansluiting.
E3MC-E3MC-M
Bank 1
gekozen
Bank 2
gekozen
Bank 3
gekozen
Bank 4
Kanaal 1
gekozen
Kanaal 2
gekozen
Kanaal 3
gekozen
Niet gebruikt.
gekozen
Teaching
van
gekozen
Teaching van
gekozen
kanaal.
bank.
13
Page 14
E3MC
Hieronder staat een voorbeeld van ladderprogrammering.
00000
TIM000
00100
TIM000
END
#XXXX
00100
Hieronder staat een voorbeeld van een tijddiagram van teaching na bankselectie.
TIM000 set value
No.1: 0003
No.2: 0006
No.3: 0009
No.4: 00012
No.5: 00015
Input: 00000
Output: 00100
Overig: Werk bits
E3MC
Ingang detectie
Een interval
van
Afstandbesturing
ingang
AAN
UIT
Werkt in
bank 2.
Bank 1 benoemd
0,6 s min.
Bank
selectie
AAN
Terugmeld uitgang
Functie 3: Afstandbesturing van drempelinstellingen door de
PLC of PT
UIT
Bied een van onderstaande signalen aan de afstandbesturing ingang aan. Als het signaal wordt geaccepteerd dan wordt de terugmeld uitgang gedurende 0,3 s hoog.
Terugmeld uitgang met teaching uitgang OK. (geen uitgang als teaching
mislukt)
Hieronder staat een voorbeeld van ladderprogrammering voor het
instellen van de besturingssignalen. Volledige besturing van de
E3MC is mogelijk wanneer deze functie samen met functie 2 wordt
gebruikt.
Het vezeloptiek kan defect raken door bovenmatige trillingen. Dit is
te voorkomen door het volgende toe te passen:
Tape
Versterkergedeelte
Aantrekkopppel
Het versterkergedeelte dient te worden vastgezet met een maximum aantrekkoppel van maximaal 2.3 N m (23 kgf cm).
Montage
Wanneer vezeloptieken in elkaars zicht worden gemonteerd, stel
de optische as dan zodanig in zodat de vezeloptieken elkaar niet
onderling beïnvloeden.
Installatie
Voeding resettijd
Vanaf 100 ms nadat de E3MC is ingeschakeld is de E3MC gereed
om objecten waar te nemen, tot dan kan de apparatuur die is aangesloten op d e E3MC niet worden gebruikt. W ees er zeker van éérst
de E3MC in te schakelen indien de voeding wordt aangesloten en
apart daarvan de belasting.
Wanneer de E3MC wordt in– en uitgeschakeld, zal de werkingsindi-
catie voor een ogenblik gaan branden, maar de regeluitgang zal niet
worden ingeschakeld. Wanneer de sensor voor zeer precieze detectie wordt toegepast, dan wordt een opwarmtijd van 15 m i n. n a h e t
inschakelen van de voeding geadviseerd.
Voeding UIT
De E3MC kan aan de uitgang een enkelvoudige puls afgeven, wanneer de besturingsvoeding wordt uitgeschakeld. Indien de E3MC
op een teller of tijdrelais wordt aangesloten waarvan de voedingsspanning van een aparte voeding wordt betrokken, dan is het
waarschijnlijker dat de E3MC een enkelvoudige puls zal afgeven
wanneer de besturingsvoeding wordt uitgeschakeld. Betrek om die
reden de voeding voor de teller of het tijdrelais van dezelfde voeding
als die voor de E3MC.
Type voeding
Enkel– of dubbelfasig gelijkgerichte voedingen zijn niet geschikt als
voeding voor de E3MC.
Voedingen
Zorg voor aarding van de FG (behuizing aarde) en G (aarde) klemmen indien een schakelende voeding op de E3MC wordt aangesloten, anders kan slecht functioneren of defect raken van de E3MC
ten gevolge van schakelruis van de schakelende voeding optreden.
Functie
E3MC-M11
E3MC-M41
Uitgang 4
Uitgang 3
Een éénslags lus kan
trillingen voorkomen.
17
Page 18
E3MC
Cat. No. E256-NL2-04
E3MC
Bedrading
Kabel
De aansluitkabel kan tot 100 m worden verlengd mits de aderdoor–
snede minimaal 0,3 mm2 is.
Herhaaldelijk buigen
De kabel mag niet herhaaldelijk gebogen worden.
Hoogspanningsleidingen
De voedingskabels van de E3MC mogen niet langs krachtstroom–
of hoogspanningsleidingen door dezelfde geleider lopen, anders
kan de E3MC defect raken of slecht functioneren door inductieruis
die wordt opgewekt door de krachtstroom– of hoogspanningsleidingen.
Kabel trekkracht
Trek niet aan de kabels met een kracht die hoger is dan 50N.
Diversen
EEPROM fout
Een EEPROM fout kan optreden indien voeding naar de E3MC ontbreekt of de E3MC wordt beïnvloed door statische ruis. De wer–
kings– en bankindicatoren zullen knipperen en de buzzer zal gaan
piepen indien er een EEPROM fout optreedt, in dat geval dient u de
teaching procedure en de drempelinstellingen opnieuw uit te voe–
ren.
M12 Metalen connector
Schakel altijd eerst de E3MC uit voordat u de metalen connector
aansluit of loskoppelt.
Houd de connectorbehuizing altijd vast wanneer u de connector
aansluit of loskoppelt.
Zet de connector goed vast met de hand, gebruik geen gereed–
schap zoals bijvoorbeeld een tang, anders kan de metalen connector beschadigen of defect raken.
Indien de metalen connector niet goed wordt vastgezet, dan kan de
connector losraken door trilling of wordt de gespecificeerde afdich–
tingsklasse van de E3MC niet gehandhaafd.
Bescherming tegen water
Vermijd gebruik in water, regen of in de open lucht.
Beschermkap
Zet de beschermkap vast met een koppel van 0,2 tot 0.3 N m om
de juiste waterdichtheid te garanderen.
DIN-rail montage/demontage met de E39-L115
Montage
1. Monteer de E39-L115 montagebeugel op de E3MC met vier
M5 schroeven.
2. Montage van de E39-L115 op de E3MC: draai de M3 schroef
van de E39-L115 los en schuif deel A in de richting die door
pijl (1) wordt aangeduid zoals in de volgende illustratie.
M3 schroef
(1)
3. Monteer gedeelte (2) op de DIN–rail.
(2)
DIN–rail
4. Druk de E3MC in de richting die door pijl (3) wordt aangeduid
en schuif gedeelte A in de richting die door pijl (4) wordt
aangeduid totdat de E39-L115 goed op de DIN–rail zit geklikt
zoals in de volgende illustratie.
(3)
M3 schroef
(4)
DIN–rail
5. Zet daarna de E39-L115 goed vast met de M3 schroef.
Demontage
Draai de M3 schroef van de E39-L115 los, duw de E3MC in de richting die door pijl (5) wordt aangeduid en schuif gedeelte A in de richting die door pijl (6) wordt aangeduid. Trek vervolgens de E3MC omhoog in de richting die door pijl (7) wordt aangeduid om de E3MC
met de E39-L115 te verwijderen.
18
E39-L115 montagebeugel
M5 schroeven
E3MC
(5)
M3 schroef
(7)
(6)
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.