Opmerking: 1. Neem contact op met uw OMRON-vertegenwoordi-
ger voor meer informatie.
2. Goedkeuring voor CSA C22.2 nr. 14 is geautoriseerd door de UL-norm.
(zie opmerking 1)
Goedgekeurde normgegevens
TÜV (EN60947-5-1)
Item
Nominale bedrijfsstroom (I
Nominale bedrijfsspanning
(U
)
e
Opmerking: Gebruik een gI- of gG-zekering van 10 A die aan IEC269 voldoet
als kortsluitingsbeveiliging. Deze zekering is niet in de schakelaar
ingebouwd.
Gebruiks-
categorie
e
UL/CSA (UL508, CSA C22.2 nr. 14)
A300
Nominale
spanning
120 VAC10 A60 A6 A7.200 VA 720 VA
240 VAC30 A3 A
Geleidings-
stroom
Kenmerken van de elektromagnetische spoel
Item24 VDC110 VAC230 VAC
Nominale bedrijfsspanning
(100% ED)
StroomverbruikCirca 200 mA Circa 50 mACirca 30 mA
IsolatieKlasse F (130°C max.)
24 VDC +10%/
−15%
AC-15DC-13
) 3 A0,27 A
240 V250 V
StroomVolta mp èr e
Maak VerbreekMaakVerbreek
110 VAC ±10% 230 VAC ±10%
Indicator
ItemLED
Nominale spanning10 tot 115 VAC/VDC
LekstroomCirca 1 mA
Kleur (LED)Oranje
3D4NL
Kenmerken
Beschermingsgraad (zie opm. 2)IP67 (EN60947-5-1)
Levensduur
(zie opm. 3)
MechanischMin. 1.000.000 schakelingen
ElektrischMin. 500.000 schakelingen voor een ohmse belasting van 3 A bij 250 VAC (zie opm. 4)
Aanspreeksnelheid0,05 tot 0,5 m/s
BedieningsfrequentieMax. 30 schakelingen/min
Nominale frequentie50/60 Hz
ContactafstandMin. 2 x 2 mm
Gedwongen verbrekingskracht (zie opm. 5)60 N min. (EN60947-5-1)
Gedwongen verbrekingsafstand (zie opm. 5)10 mm min. (EN60947-5-1)
Houdkracht (zie opm. 6)1.300 N min.
Isolatieweerstand100 MΩ min. (bij 500 VDC)
Minimale contactbelasting (zie opm. 7)Ohmse belasting van 1 mA bij 5 VDC (niveau N referentiewaarde)
Nominale isolatiespanning (Ui)300 V (EN60947-5-1)
Nominale open thermische stroom (Ith)10 A (EN60947-5-1)
Maximale impulsspanning (EN60947-5-1)Tussen aansluitklemmen van dezelfde polariteit2,5 kV
Voorwaardelijke kortsluitstroom100 A (EN60947-5-1)
Vervuilingsgraad (bedrijfsomgeving)3 (EN60947-5-1)
Bescherming tegen elektrische schokkenKlasse II (dubbele isolatie)
Contactweerstand25 mΩ max. per contact (initiële waarde)
Trillingsbestendig-
Storing10 tot 55 Hz, 0,75 mm enkele amplitude
heid
Schokbestendigheid
Mechanisch
Storing
OmgevingstemperatuurBedrijf: −10°C tot 55°C (zonder ijsafzetting)
VochtigheidsgraadBedrijf: 95% max.
GewichtCirca 370 g (D4NL-IAFA-B)
(Dit geldt alleen voor de schakelaar. De beschermingsgraad voor het sleutelgat is IP00.)
Tussen aansluitklemmen van verschillende polariteit4 kV
Tussen andere aansluitklemmen en niet-stroomvoerende meta-
6 kV
len onderdelen
2
1000 m/s
300 m/s
min.
2
min. (100 m/s2 min. voor de schakelaar voor monitorvergrendeling)
Opmerking: 1. De bovenstaande waarden zijn initiële waarden.
2. De beschermingsgraad is getest met de methode die is gespecificeerd door de norm EN60947-5-1. Controleer van tevoren de
afdichtingen onder de huidige bedrijfsomgeving en -omstandigheden. Hoewel het schakelaarhuis is beveiligd tegen het indringen
van stof of water, mag u de D4NL niet gebruiken in ruimten waar vreemd materiaal door het sleutelgat de kop kan binnendringen.
Hierdoor kan de schakelaar namelijk beschadigd raken of kan er storing optreden.
3. De levensduur geldt bij een omgevingstemperatuur van 5°C tot 35°C en een vochtigheidsgraad van 40% tot 70%. Neem contact
op met uw OMRON-vertegenwoordiger voor meer gegevens.
4. Wanneer de omgevingstemperatuur 35°C of hoger is, mag u 3 A bij 250 VAC niet toepassen op meer dan twee circuits.
5. Deze cijfers zijn de minimale eisen voor een veilige bediening.
6. Dit cijfer is gebaseerd op de evaluatiemethode GS-ET-19.
7. Deze waarde hangt af van de schakelfrequentie, de omgeving en het betrouwbaarheidsniveau. Controleer de juiste werking bij de
huidige belasting voordat u de opgegeven belasting toepast.
4Guard Lock-veiligheidsdeurschakelaar
Aansluitingen
Indicator
Schema intern circuit
10 tot 115 VAC/VDC
Voorbeeld circuitverbinding
• De aansluitklemmen 12 en 41 zijn intern verbonden en verbinden zo
de aansluitklemmen 11 en 42 voor een veiligheidscircuitingang.
(GS-ET-19)
• Sluit de aansluitklemmen 21 en 22 en de klemmen 51 en 52 aan in
serie wanneer u deze als veiligheidscircuitingang gebruikt (redundantiecircuits voor de aansluitklemmen 11 en 12 en voor de klemmen 41 en 42 hierboven). Sluit de aansluitklemmen afzonderlijk
aan wanneer u deze als een hulpcircuitingang gebruikt (bijvoorbeeld de klemmen 21 en 22 voor het bewaken van het openen en
sluiten van veiligheidsdeuren en de klemmen 51 en 52 voor het
bewaken van de vergrendelingsstatus).
• In het aansluitingsvoorbeeld rechts worden de aansluitklemmen 21
en 22 en de klemmen 51 en 52 gebruikt als hulpcircuitingang.
R
Z
D
R
Diode met constante stroom
51
LED
11
21
33
E1 (+)
Indicator
(Oranje)
O1O2
1241
42
52
22
34
E2 (−)
Veiligheidscircuit
Hulpcircuit
Hulpcircuit
Hulpcircuit
• Gedwongen verbreekcontacten die worden gebruikt als veiligheidscircuitingang worden aangeduid met de markering . De aan-
sluitklemmen 11 en 12 en 21 en 22 zijn gedwongen
verbreekcontacten.
• Sluit de indicators parallel op de hulpcircuits of op de aansluitklemmen E1 en E2 aan.
Als een indicator parallel op een gedwongen verbreekcontact is
aangesloten wanneer de indicator wordt verbroken, wordt er een
kortsluitstroom gegenereerd, wat mogelijk resulteert in een installatiestoring.
• Schakel standaard belastingen niet voor meer dan 2 circuits tegelijk. Anders kan het isolatieniveau afnemen.
• De 24-VDC elektromagneet heeft polariteit. Zorg ervoor dat de
aansluitklemmen met de juiste polariteit zijn aangesloten.
Wanneer de bedieningssleutel wordt ingestoken, wordt deze door de sluitveer vergrendeld. De deur blijft vergrendeld, zelfs
bij een stroomstoring.
Als de elektromagneet op UIT staat, wordt
de deur niet vergrendeld wanneer de bedieningssleutel wordt ingestoken. Dit
houdt in dat de deur eenvoudig kan worden geopend en gesloten bij het vervangen van werkstukken of onderdelen.
Elektromagneet
De kop kan in drie
richtingen worden
Aansluitklem E1 (+)
Aansluitklem E2 (−)
Aansluitklem 01
Indicator
Aansluitklem 02
Monitorvergrendelingsschakelaar
Kabelaansluiting
(horizontaal)
Aansluitklem 52/54
gemonteerd.
Standaard ontgrendelingssleutel
(onderaanzicht)
De elektromagneet wordt alleen vrijgegeven wanneer de vergrendelingsstand op
AAN staat.
De deur wordt alleen vergrendeld wanneer
de elektromagneet op AAN staat. Dit betekent dat de deur bij een stroomstoring
wordt ontgrendeld en dat dit model dus
niet kan worden gebruikt bij gevaarlijke
systemen (zoals systemen die giftige gassen of hoge temperaturen vereisen, of
drijfwerken die blijven draaien vanwege
massatraagheid).
Montage op de achterkant
is ook mogelijk.
Twee kabelaansluitingen
(horizontaal en verticaal)
Speciale ontgrendelingssleutel
Speciale ontgrendelingssleutel
(onderaanzicht)
ONTGRENDELEN
VERGRENDELEN
ONTGRENDELEN
Opmerking: Nummers van aansluitklemmen variëren per model.
6Guard Lock-veiligheidsdeurschakelaar
VERGRENDELEN
Loading...
+ 14 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.