Nokia HS-12W User Manual [nl]

Nokia draadloze stereohoofdtelefoon (HS-12W) Gebruikershandleiding
CONFORMITEITSVERKLARING NOKIA CORPORATION verklaart op eigen verantwoordelijkheid dat het product HS-12W conform is aan de bepalingen van de volgende Richtlijn van de Raad: 1999/5/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
Copyright © 2005 Nokia. Alle rechten voorbehouden
Onrechtmatige reproductie, overdracht, distributie of opslag van dit document of een gedeelte ervan in enige vorm zonder voorafgaande geschreven toestemming van Nokia is verboden.
Nokia en Nokia Connecting People zijn gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectievelijke eigenaren zijn.
Bluetooth is a registered trademark of Bluetooth SIG, Inc.
Nokia voert een beleid dat gericht is op continue ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven.
In geen geval is Nokia aansprakelijk voor enig verlies van gegevens of inkomsten of voor enige bijzondere, incidentele, onrechtstreekse of indirecte schade.
De inhoud van dit document wordt zonder enige vorm van garantie verstrekt. Tenzij vereist krachtens het toepasselijke recht, wordt geen enkele garantie gegeven betreffende de nauwkeurigheid, betrouwbaarheid of inhoud van dit document, hetzij uitdrukkelijk hetzij impliciet, daaronder mede begrepen maar niet beperkt tot impliciete garanties betreffende de verkoopbaarheid en de geschiktheid voor een bepaald doel. Nokia behoudt zich te allen tijde het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving dit document te wijzigen of te herroepen.
De beschikbaarheid van bepaalde producten kan per regio verschillen. Neem hiervoor contact op met de dichtstbijzijnde Nokia leverancier.
Op sommige plaatsen gelden beperkingen voor het gebruik van Bluetooth-technologie. Raadpleeg de lokale autoriteiten of serviceprovider voor meer informatie.
Als wijzigingen aan het apparaat niet nadrukkelijk zijn goedgekeurd, kan de gebruiker het recht worden ontzegd om het apparaat te gebruiken.
Exportbepalingen Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere landen. Ontwijking in strijd met de wetgeving is verboden.
9240474/Uitgave 1 NL

Inhoudsopgave

1. Inleiding ............................................................................................................ 6
Radio data system (RDS) .......................................................................................................................... 6
Draadloze Bluetooth-technologie.......................................................................................................... 6
2. Aan de slag ....................................................................................................... 8
Laders en batterijen ................................................................................................................................... 9
De batterij opladen .................................................................................................................................... 9
De hoofdtelefoon in- en uitschakelen................................................................................................ 10
De hoofdtelefoon koppelen aan een compatibele telefoon ......................................................... 11
De verbinding tussen de hoofdtelefoon en de telefoon verbreken......................................... 11
De gekoppelde hoofdtelefoon weer verbinden met de telefoon ............................................. 12
3. Algemene gebruiksinstructies....................................................................... 13
De oorstukken dragen ............................................................................................................................. 13
Het volume van het oorstuk aanpassen............................................................................................. 13
Gespreksfuncties....................................................................................................................................... 13
Bellen........................................................................................................................................................ 13
Een gesprek aannemen........................................................................................................................ 14
Een gesprek beëindigen....................................................................................................................... 15
Het geluid van de microfoon uit- of aanzetten ........................................................................... 15
Schakelen tussen de telefoon en de hoofdtelefoon tijdens een gesprek .............................. 15
Naar de audiospeler luisteren ............................................................................................................... 15
Naar de radio luisteren ........................................................................................................................... 16
De toetsen blokkeren of deblokkeren ................................................................................................. 18
De tijd bekijken ......................................................................................................................................... 18
Gemiste oproepen en ontvangen berichten...................................................................................... 18
4Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
De hoofdtelefoon opnieuw instellen................................................................................................... 19
4. Informatie over de batterij ........................................................................... 20
Verzorging en onderhoud ................................................................................. 21
5Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

1. Inleiding

Met de Nokia draadloze stereohoofdtelefoon (HS-12W) kunt u telefoongesprekken voeren en naar FM-radio en muziek luisteren.
Lees deze gebruikershandleiding aandachtig door voordat u de hoofdtelefoon gebruikt. Daarnaast dient u ook de handleiding van de telefoon te lezen, aangezien u hier belangrijke veiligheids- en onderhoudsinformatie kunt vinden. Houd de hoofdtelefoon buiten het bereik van kleine kinderen.

Radio data system (RDS)

De FM-radio van de hoofdtelefoon ondersteunt de RDS-technologie. Met RDS kunt u de naam van de geselecteerde radiozender op het scherm van de hoofdtelefoon zien. RDS zorgt er ook voor dat de hoofdtelefoon automatisch afgestemd blijft op de geselecteerde radiozender, zolang de zender op uw locatie beschikbaar is. RDS werkt wellicht niet met alle radiozenders of in alle landen.

Draadloze Bluetooth-technologie

Compatibele communicatieapparaten kunnen via de draadloze Bluetooth­technologie zonder kabels met elkaar worden verbonden. Voor een Bluetooth­verbinding is het niet nodig dat de telefoon en de hoofdtelefoon in elkaars gezichtsveld liggen. Het is wel essentieel dat de apparaten niet meer dan 10 meter van elkaar verwijderd zijn. Verbindingen kunnen worden beïnvloed door interferentie van obstakels, zoals muren, of van andere elektronische apparaten.
6Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
De draadloze hoofdtelefoon is compatibel met Bluetooth-specificatie 2.0 en ondersteunt de volgende profielen: Headset Profile 1.1, Hands-free Profile 1.0, Advanced Audio Distribution Profile (A2DP) 1.0, Audio/Video Remote Control Profile (AVRCP) 1.0 en General Audio/Video Distribution Profile (GAVDP) 1.0. Informeer bij de fabrikanten van andere apparatuur naar de compatibiliteit met dit apparaat.
Op sommige plaatsen gelden beperkingen voor het gebruik van Bluetooth­technologie. Raadpleeg de lokale autoriteiten of serviceprovider voor meer informatie.
7Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

2. Aan de slag

De hoofdtelefoon bevat de volgende onderdelen:
•Scherm (1)
• Bel-/speeltoets (2)
• Volume-omlaagtoets (3)
• Volume-omhoogtoets (4)
•Aan/uit-toets (5)
• Stoptoets (6)
• De nekkoordclip (7) houdt de
koorden bij elkaar.
• Met de hoofdtelefoonclip (8) kunt u de hoofdtelefoon aan uw kleding
bevestigen.
• Toetsenblokkeringsschakelaar (9)
• Muziektoets (10)
• Vooruitspoeltoets (11)
• Terugspoeltoets (12)
• Met het koordslot (13) maakt u het nekkoord vast.
• De microfoon (14) geeft uw stem door. Met de toets op de telefoon kunt u een
gesprek beantwoorden of beëindigen, of een muziektrack afspelen.
8Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
• De oorstukken (15) geven de stem van een beller en het geluid van de radio of
audiospeler door.
U kunt de hoofdtelefoon pas gebruiken nadat u de batterij hebt opgeladen en de hoofdtelefoon aan een compatibele telefoon hebt gekoppeld.
Opmerking: Bepaalde delen van de hoofdtelefoon zijn magnetisch. Metalen voorwerpen kunnen door de hoofdtelefoon worden aangetrokken en personen met een gehoorapparaat moeten de hoofdtelefoon niet tegen het oor met het gehoorapparaat houden. Houd creditcards en andere magnetische opslagmedia uit de buurt van de hoofdtelefoon, anders kunnen de gegevens die op deze media zijn opgeslagen worden gewist.

Laders en batterijen

Controleer het modelnummer van uw lader voordat u deze bij dit apparaat gebruikt. De Nokia draadloze stereohoofdtelefoon (HS-12W) is bedoeld om te worden gebruikt met de volgende laders: AC-1, ACP-12 en LCH-12.
Waarschuwing: Gebruik alleen batterijen en laders die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met deze hoofdtelefoon. Het gebruik van alle andere types kan de goedkeuring of garantie doen vervallen en kan gevaarlijk zijn.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van goedgekeurde toebehoren. Trek altijd aan de stekker en niet aan het snoer als u toebehoren losmaakt.

De batterij opladen

Dit apparaat werkt met een interne, oplaadbare batterij die niet kan worden verwijderd. Probeer de batterij niet uit het apparaat te verwijderen, want hierdoor kunt u de hoofdtelefoon beschadigen.
9Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
1. Sluit de kabel van de lader aan op de
hoofdtelefoon.
2. Sluit de lader aan op een stopcontact. Tijdens
het opladen beweegt de batterij-indicator op het scherm. Afhankelijk van de lader duurt het maximaal 2 uur om de batterij volledig op te laden.
3. Wanneer de batterij volledig is opgeladen staat
de batterij-indicator stil, , en wordt er een mededeling weergeven. Maak de lader los van het stopcontact en de hoofdtelefoon.
Een volledig opgeladen batterij biedt capaciteit voor 8 uur gesprekstijd of maximaal 200 uur standby-tijd. De gespreks- en standby-tijd kan echter verschillen afhankelijk van de gebruikte mobiele telefoon, producten die gebruikmaken van een Bluetooth-verbinding, gebruiksinstellingen, gebruiksstijl, en omgeving.
Wanneer de batterij leeg raakt, piept de hoofdtelefoon en worden een bericht en het symbool weergegeven.

De hoofdtelefoon in- en uitschakelen

U schakelt de hoofdtelefoon in door de aan/uit-toets ingedrukt te houden. De hoofdtelefoon piept en geeft de Nokia-tekst weer.
U schakelt de hoofdtelefoon uit door de aan/uit-toets ingedrukt te houden. De hoofdtelefoon piept.
10Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
De hoofdtelefoon koppelen aan een compatibele
telefoon
1. Schakel de telefoon en de hoofdtelefoon in.
2. Schakel de Bluetooth-functie op de telefoon in, en laat de telefoon naar
Bluetooth-apparaten zoeken. Volg hierbij de instructies in de gebruikershandleiding van de telefoon.
3. Selecteer de hoofdtelefoon (HS-12W) in de lijst met gevonden apparaten.
4. Voer de code 0000 in om de hoofdtelefoon en de telefoon aan elkaar te
koppelen. Bij sommige telefoons moet u nog apart verbinding maken nadat u de apparaten hebt gekoppeld. Zie de gebruikershandleiding van de telefoon voor meer informatie. U hoeft de hoofdtelefoon slechts eenmaal aan de telefoon te koppelen.
5. Als het koppelen gelukt is, wordt op het hoofdtelefoonscherm het symbool
weergegeven en kunt u de hoofdtelefoon gebruiken.
U kunt de telefoon zo instellen dat deze automatisch verbinding maakt met de hoofdtelefoon wanneer die wordt ingeschakeld. Bij Nokia-telefoons doet u dit door de instellingen van gekoppelde apparaten te wijzigen in het Bluetooth­menu.

De verbinding tussen de hoofdtelefoon en de telefoon verbreken

U kunt de verbinding van de hoofdtelefoon met de telefoon op een van de volgende manieren verbreken (bijvoorbeeld als u de telefoon op een ander Bluetooth-apparaat wilt aansluiten):
11Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
• Schakel de hoofdtelefoon uit.
• Verbreek de verbinding tussen de hoofdtelefoon en de telefoon via het
Bluetooth-menu van de telefoon.
• Plaats de hoofdtelefoon op een afstand van meer dan 10 meter van de
telefoon.
U hoeft de koppeling tussen de telefoon en de hoofdtelefoon niet te verwijderen om de verbinding met de hoofdtelefoon te verbreken.

De gekoppelde hoofdtelefoon weer verbinden met de telefoon

Als u de gekoppelde hoofdtelefoon weer met uw telefoon wilt verbinden, schakelt u de hoofdtelefoon in, maakt u verbinding via het Bluetooth-menu van de telefoon, of houdt u de bel-/speeltoets van de hoofdtelefoon ingedrukt tot de tekst Verbinden op het scherm wordt weergegeven.
12Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

3. Algemene gebruiksinstructies

De oorstukken dragen

Als de oorstukken niet goed passen, kunt u de rubber ringen rond de oorstukken verwijderen, of de oorstukken vervangen door zachte oorkussentjes. Dit verbetert de geluidskwaliteit. Bij de hoofdtelefoon worden drie paar zachte oorkussentjes geleverd.
Waarschuwing: Wanneer u de stereohoofdtelefoon gebruikt, kan uw vermogen om geluiden van buitenaf te horen negatief worden beïnvloed. Gebruik de stereohoofdtelefoon niet wanneer dit uw veiligheid in gevaar kan brengen.

Het volume van het oorstuk aanpassen

Druk op de volume-omhoog- of -omlaagtoets om om het volume van het oorstuk aan te passen. Als u het volume snel wilt aanpassen, houdt u een van beide toetsen ingedrukt. Het volumeniveau wordt op het scherm getoond.

Gespreksfuncties

Bellen

U kunt een gesprek tot stand brengen door de telefoon op de gewone manier te gebruiken wanneer de hoofdtelefoon verbonden is met de telefoon.
13Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Als uw telefoon nummerherhaling ondersteunt, drukt u tweemaal op de bel-/ speeltoets.
Als uw telefoon spraakgestuurde nummerkeuze ondersteunt, houdt u de bel-/ speeltoets ingedrukt tot het symbool op het scherm wordt weergegeven. Spreek het spraaknummer in. Het betreffende telefoonnummer wordt gekozen.
Spraakgestuurde keuze en nummerherhaling zijn niet beschikbaar tijdens een telefoongesprek of wanneer u naar de radio of naar muziek luistert.

Een gesprek aannemen

Als u gebeld wordt, klinkt de beltoon die u op uw telefoon hebt geselecteerd, en worden het symbool en de naam van de beller op het scherm weergegeven als uw Nokia-telefoon het overbrengen van die informatie naar de hoofdtelefoon ondersteunt. Als de naam van de beller niet bekend is, wordt in plaats daarvan het telefoonnummer van de beller of de tekst Beller weergegeven.
U kunt een gesprek aannemen door op de bel-/speeltoets te drukken, door op de toets van de microfoon te drukken, of met behulp van de toetsen op de telefoon. Als de automatische beantwoordingsfunctie op de telefoon is ingeschakeld, wordt de oproep na één keer overgaan automatisch beantwoord.
U kunt een oproep afwijzen door tweemaal op de bel-/speeltoets te drukken.
Als u tijdens een gesprek een andere oproep ontvangt, wordt het symbool op het scherm weergegeven. U kunt het huidige gesprek beëindigen en de nieuwe oproep beantwoorden door tweemaal op de bel-/speeltoets te drukken.
14Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

Een gesprek beëindigen

U kunt een gesprek beëindigen door op de bel-/speeltoets te drukken, door op de toets van de microfoon te drukken of met behulp van de toetsen op de telefoon.

Het geluid van de microfoon uit- of aanzetten

U kunt het geluid van de microfoon tijdens een gesprek uit- of aanzetten door kort op de aan/uit-toets te drukken.

Schakelen tussen de telefoon en de hoofdtelefoon tijdens een gesprek

U kunt tijdens een gesprek schakelen tussen de hoofdtelefoon en een compatibele Nokia-telefoon door de bel-/speeltoets van de hoofdtelefoon ingedrukt te houden, of door de betreffende functie van uw telefoon te gebruiken.

Naar de audiospeler luisteren

U kunt naar de audiospeler van uw telefoon of een compatibel muziekapparaat luisteren.
Als u een gesprek aanneemt terwijl u naar de speler luistert, wordt de speler gepauzeerd tot het gesprek is afgelopen.
Waarschuwing: Luister naar muziek op een gematigd geluidsvolume. Voortdurende blootstelling aan een hoog geluidsvolume kan uw gehoor beschadigen.
15Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
U kunt de stop-, muziek-, vooruitspoel- en terugspoeltoets van de hoofdtelefoon alleen gebruiken als de telefoon het Audio Video Remote Control Profile ondersteunt. (Zie Draadloze Bluetooth-technologie op pagina 6.) Als uw telefoon dit profiel niet ondersteunt, start u de audiospeler op uw telefoon. Terwijl de audiospeler aan is, wordt het symbool op het scherm weergegeven.
U start de audiospeler door te drukken op de muziektoets, of via de audiospelerfunctie van uw telefoon. Zie de gebruikershandleiding van de telefoon voor meer informatie.
Als u een bepaald nummer wilt afspelen, selecteert u dit in de audiospeler van uw telefoon.
Druk op de vooruitspoeltoets om naar het volgende nummer te gaan. Druk op de terugspoeltoets om naar het vorige nummer te gaan.
Druk op de stoptoets om de audiospeler te pauzeren, en op de bel-/speeltoets om weer door te gaan.
Druk tweemaal op de stoptoets om de audiospeler te stoppen.

Naar de radio luisteren

U kunt de FM-radio van de hoofdtelefoon ook gebruiken zonder de hoofdtelefoon op een telefoon aan te sluiten.
Als u een gesprek aanneemt terwijl u naar de radio luistert, wordt het geluid van de radio uitgezet tot het gesprek is afgelopen.
Druk tweemaal op de muziektoets om de radio aan te zetten. Als de hoofdtelefoon niet is aangesloten op de telefoon, of als u naar de audiospeler luistert, drukt u
16Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
eenmaal op de muziektoets. Wanneer de radio aan is, wordt het symbool op het scherm weergegeven.
Houd de vooruitspoel- of terugspoeltoets enkele seconden ingedrukt om naar radiozenders te zoeken. Druk op de stoptoets om het zoeken naar nieuwe zenders stop te zetten. Om een gevonden zender nauwkeurig af te stemmen, drukt u op de vooruitspoel- of terugspoeltoets terwijl het zendernummer op het scherm knippert.
Druk op de bel-/speeltoets om een gevonden zender op te slaan in het geheugen van de hoofdtelefoon. U kunt maximaal 20 zenders in het geheugen opslaan. De geheugenlocatie van de actieve zender staat achter de indicator . Als u een zender opslaat terwijl alle geheugenlocaties in gebruik zijn, vervangt de nieuwe zender de zender die op dat moment in de geheugenlocatie staat.
Druk op de vooruitspoel- of terugspoeltoets om een opgeslagen zender te selecteren en te beluisteren.
Druk op de muziektoets of houd de stoptoets ingedrukt om de radio uit te schakelen.
Als u een zender wilt verwijderen, moet u de standaardinstellingen van de hoofdtelefoon herstellen. Alle opgeslagen zenders worden gewist.
Om het standaard-FM-radiobereik (87,5 t/m 108 MHz) te wijzigen in het in Japan gebruikte bereik (76 t/m 90 MHz), houdt u de vooruitspoel- en terugspoeltoets tegelijk ingedrukt totdat de het nieuwe frequentiebereik wordt weergegeven. Als u het bereik verandert, worden alle opgeslagen zenders opnieuw ingesteld.
17Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

De toetsen blokkeren of deblokkeren

Schuif de toetsenblokkeringsschakelaar naar boven om de toetsen van de hoofdtelefoon te blokkeren, of naar de muziektoets om de blokkering op te heffen. Een bericht en het symbool worden weergegeven. Wanneer de toetsen zijn geblokkeerd, wordt het indrukken van de toetsen geheel genegeerd. Als u een gesprek ontvangt, worden de toetsen gedeblokkeerd totdat u het gesprek beëindigt.

De tijd bekijken

Wanneer de hoofdtelefoon op een compatibele telefoon is aangesloten, wordt in de stand-bymodus de huidige tijd op het scherm van de hoofdtelefoon weergegeven, als de telefoon het overbrengen van die informatie naar de hoofdtelefoon ondersteunt. (In de stand-bymodus staat de hoofdtelefoon aan maar wordt niet gebruikt.) Gebruik de klokfunctie van uw telefoon om de tijd in te stellen.

Gemiste oproepen en ontvangen berichten

Als u een oproep gemist hebt, wordt het symbool op het scherm weergegeven.
Met wordt aangegeven dat er een of meer ongelezen tekst- of multimediaberichten zijn die u op de telefoon kunt bekijken.
18Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
U wordt alleen geïnformeerd over nieuwe berichten en gemiste oproepen als uw Nokia-telefoon het overbrengen van die informatie naar de hoofdtelefoon ondersteunt.

De hoofdtelefoon opnieuw instellen

U kunt de standaardinstellingen van de hoofdtelefoon herstellen door de aan/uit­toets en de volume-omhoogtoets 10 seconden tegelijk ingedrukt te houden. Op het scherm wordt aangegeven wanneer de instellingen zijn hersteld. Nadat de instellingen zijn hersteld, sluit u de hoofdtelefoon aan op uw telefoon. De hoofdtelefoon is nu klaar voor gebruik.
19Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

4. Informatie over de batterij

Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De volledige capaciteit van een nieuwe batterij wordt pas benut nadat de batterij twee of drie keer volledig is opgeladen en ontladen. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Laad de batterij alleen op met laders die door Nokia voor dit apparaat zijn goedgekeurd.
Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet gebruikt. Houd niet een volledig opgeladen batterij gekoppeld aan de lader omdat de levensduur van de batterij kan afnemen wanneer deze wordt overladen. Als een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt, wordt deze na verloop van tijd automatisch ontladen.
Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze bestemd is. Gebruik nooit een beschadigde lader of batterij.
De capaciteit en de levensduur van de batterij nemen af wanneer u het apparaat op hete of koude plaatsen bewaart (zoals in een afgesloten auto in de zomer of in winterse omstandigheden). Probeer de temperatuur van de batterij altijd tussen 15°C en 25°C te houden. Een apparaat met een warme of koude batterij kan gedurende bepaalde tijd onbruikbaar zijn, zelfs wanneer de batterij volledig opgeladen is. De batterijprestaties zijn met name beperkt in temperaturen beduidend onder het vriespunt.
Gooi batterijen niet in het vuur. De batterijen kunnen dan ontploffen. Batterijen kunnen ook ontploffen als deze beschadigd zijn. Verwerk batterijen in overeenstemming met de lokale regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk in voor recycling. Gooi batterijen niet weg met het huishoudafval.
20Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.

Verzorging en onderhoud

Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De tips hieronder kunnen u helpen om de garantie te behouden.
• Houd alle accessoires en toebehoren buiten het bereik van kleine kinderen.
• Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en allerlei soorten vloeistoffen of vocht
kunnen mineralen bevatten die corrosie van elektronische schakelingen veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, laat het dan volledig opdrogen voordat u het weer terugplaatst.
• Probeer niet de batterij uit het apparaat te verwijderen.
• Gebruik of bewaar het apparaat niet op stoffige, vuile plaatsen. De bewegende
onderdelen en elektronische onderdelen kunnen beschadigd raken.
• Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het heet is. Hoge temperaturen kunnen de
levensduur van elektronische apparaten bekorten, batterijen beschadigen en bepaalde kunststoffen doen vervormen of smelten.
• Bewaar het apparaat niet op plaatsen waar het koud is. Wanneer het apparaat weer de
normale temperatuur krijgt, kan binnen in het apparaat vocht ontstaan, waardoor elektronische schakelingen beschadigd kunnen raken.
• Probeer het apparaat niet open te maken.
• Laat het apparaat niet vallen en stoot of schud niet met het apparaat. Een ruwe
behandeling kan de interne elektronische schakelingen en fijne mechaniek beschadigen.
• Gebruik geen agressieve chemicaliën, oplosmiddelen of sterke reinigingsmiddelen om
het apparaat schoon te maken.
21Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
• Verf het apparaat niet. Verf kan de bewegende onderdelen van het apparaat blokkeren
en de correcte werking belemmeren.
Alle bovenstaande tips gelden voor het apparaat, de batterij, de lader en andere toebehoren. Neem contact op met het dichtstbijzijnde bevoegde servicepunt als enig apparaat niet goed werkt.
22Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Loading...