Met de aankoop van uw nieuwe
diepvriesapparaat hebt u gekozen voor
een modern, kwalitatief hoogwaardig
huishoudelijk apparaat.
Uw diepvriesapparaat munt uit door een
zuinig energieverbruik.
Elk apparaat dat de fabriek verlaat,
wordt zorgvuldig gecontroleerd op
functioneren en een onberispelijke staat.
Bij vragen – vooral met betrekking tot
het installeren en aansluiten van het
apparaat – staat onze Servicedienst
geheel tot uw beschikking.
Verdere informatie en een overzicht
van onze producten vindt u op onze
website.
Veiligheidsbepalingen en
waarschuwingen
Voordat u het apparaat
in gebruik neemt
Lees de gebruiksaanwijzing en het
installatievoorschrift nauwkeurig door.
U vindt daarin belangrijke informatie
over plaatsing, gebruik en onderhoud
van het apparaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en het
montagevoorschrift voor later gebruik
of voor een eventuele latere bezitter.
Hoe meer koelmiddel in het apparaat,
des te groter moet het vertrek zijn
waarin het apparaat staat. In een te
kleine ruimte kan bij een lek een
ontvlambaar mengsel van gas en lucht
ontstaan.
Per 8 g koelmiddel moet de ruimte
minimaal 1 m
De hoeveelheid koelmiddel in uw
apparaat vindt u op het typeplaatje
aan de binnenkant van het apparaat.
stoomreiniger ontdooien of
schoonmaken! De hete stoom
kan in de elektrische onderdelen
terechtkomen en kortsluiting
veroorzaken.
Kans op een elektrische schok!
–Geen producten met brandbare
drijfgassen (bijv. spuitbussen) en
geen explosieve stoffen in het
apparaat opslaan.
Kans op explosie!
–Plint, uittrekbare manden of laden,
deuren etc. niet als opstapje
gebruiken of om op te leunen.
–Om te reinigen en voor het ver-
wisselen van het lampje: stekker
uit het stopcontact trekken of de
zekering uitschakelen.
Altijd aan de stekker trekken,
nooit aan de aansluitkabel.
Attentie: Als het apparaat met
de temperatuurkiezer wordt
uitgeschakeld indicatie: (
dan wordt stroomvoorziening
niet onderbroken.
–Dranken met een hoog alcohol-
percentage altijd goed afgesloten
en staand bewaren.
–Geen olie of vet gebruiken op
kunststof onderdelen en deurdichtingen. Ze kunnen poreus
worden.
–De be- en ontluchtingsopeningen
van het apparaat nooit afdekken.
–Flessen of blikjes met vloeistoffen –
vooral koolzuurhoudende dranken
– niet in de diepvriesruimte
opslaan. De flessen en blikjes
kunnen springen!
–Diepvrieswaren nadat u ze uit de
diepvriesruimte hebt gehaald, nooit
onmiddellijk in de mond nemen.
Kans op verbranding!
–Vermijd langdurig contact van uw
handen met de diepvrieswaren,
ijs of de verdamperbuizen enz.
Kans op verbranding!
OFF),
3
–Een laag rijp en vastgevroren
diepvrieswaren niet met een mes
of een scherp voorwerp afschrapen of losmaken. Hierdoor kunt
u de koelleidingen beschadigen.
Koelmiddel dat naar buiten spuit
kan vlam vatten of tot oogletsel
leiden.
–Het vervangen van de elektrische
kabel en andere reparaties mogen
alleen door de Servicedienst
worden uitgevoerd. Onvakkundige
installatie en reparaties kunnen
groot gevaar opleveren voor de
bezitter.
Kinderen in het
huishouden
–Het apparaat is geen speelgoed
voor kinderen!
–Bij een apparaat met deurslot:
sleutel buiten het bereik van
kinderen bewaren!
Aanwijzingen over
de afvoer
Afvoeren van de
verpakking van uw
nieuwe apparaat
De verpakking beschermt uw apparaat
tegen transportschade. De gebruikte
materialen zijn onschadelijk voor het
milieu en kunnen opnieuw worden
gebruikt. Help daarom mee en zorg dat
de verpakking milieuvriendelijk wordt
afgevoerd.
U kunt bij uw leverancier of bij de
reinigingsdienst in uw gemeente
informeren hoe u uw oude apparaat
en het verpakkingsmateriaal van het
nieuwe apparaat kunt (laten) afvoeren
voor een milieuvriendelijke verwerking.
m Bij afgedankte apparaten:
zAansluitkabel doorknippen en
samen met de stekker verwijderen;
zDeuren eraf halen.
zLegplateaus en voorraadvakken
niet eruit halen om het kinderen
moeilijk te maken erin te klimmen!
Laat kinderen niet met het
afgedankte apparaat spelen.
Verstikkingsgevaar!
Koelapparaten bevatten koelmiddel en
in de isolatie gas. Die zorgvuldig moeten
worden afgevoerd. Met het oog op een
doelmatige en milieuvriendelijke afvoer
mogen de leidingen van het koelcircuit
tot het moment van transport niet
beschadigd worden.
Algemene bepalingen
Het apparaat is geschikt
–voor het invriezen van
levensmiddelen,
–voor het bereiden van ijs.
Het apparaat is bestemd voor
huishoudelijk gebruik.
Het apparaat is ontstoord volgens
EU-richtlijn 89/336/EEC.
Het koelcircuit is op dichtheid
gecontroleerd.
Dit apparaat voldoet aan de veiligheidsbepalingen voor elektrische apparaten
(EN 60335/2/24).
Oude apparaten zijn geen waardeloos
afval! Door een milieuvriendelijke afvoer
kunnen waardevolle grondstoffen
worden teruggewonnen.
Dit apparaat voldoet aan
de Europese richtlijn 2002/96/
EG voor elektrische en
elektronische apparaten
(waste electrical and electronic
equipment – WEEE).
Deze richtlijn geeft het kader
aan voor een in de EU
geldende terugname en
verwerking van oude
apparaten.
4
Uw nieuwe apparaat
Deze gebruiksaanwijzing is op meer dan één type van toepassing. De afbeeldingen kunnen afwijken.
5Lade
6Partikelfilter/waterfilter *
7Vakken in de deur
8IJs- en waterdispenser
9Bedieningspaneel van de ijs
en waterdispenser
10 Wateropvangschaal en
(uitklapbaar) plateau
*Toebehoren
5
Bedieningspaneel
AToets Aan/Uit
Om het apparaat in en uit te schakelen.
BToets IJsbereider
Om de ijsbereider in en uit te schakelen.
Zie hoofdstuk „IJsbereider” (blz 13).
CAlarm-toets
Om het alarmsignaal uit te schakelen.
Zie hoofdstuk „Deuralarm” (blz. 8).
DToets „super”-vriezen
Om de Supervriesfunctie in en uit
te schakelen.
Zie hoofdstuk ”super”-vriezen (blz. 8).
EDisplay
De temperatuur in de koelruimte wordt
op het display aangegeven.
Geactiveerde speciale functies worden
via symbolen aangegeven, bijv.
Supervriezen –
In de setup-modus worden beschikbare
menu’s en de instelopties op het display
aangegeven.
Zie hoofdstuk „Setup-modus” (blz. 10).
FKeuzetoetsen
De temperatuurinstelling wordt met
de keuzetoetsen
Zie hoofdstuk „Instellen van de
temperatuur” (blz. 8).
Om een menu in de setup-modus te
kiezen. Zie hoofdstuk „Setup-modus”
(blz. 10).
geactiveerd.
.
GInsteltoetsen
De temperatuur kan bij de
temperatuurinstelling met de
insteltoetsen
Zie hoofdstuk „Instellen van de
temperatuur” (blz. 8).
Voor het instellen van de in het menu
beschikbare parameters.
Zie hoofdstuk „Setup-modus” (blz. 10).
H„setup”-toets
Deze toets activeert en beëindigt de
setup-modus. Als de setup-modus met
de setup-toetswordt beëindigd, dan
worden de doorgevoerde wijzigingen
opgeslagen.
JVakantie-toets
Om de energiebesparende vakantiemodus in en uit te schakelen.
Zie hoofdstuk „Vakantie-modus”,
(blz. 11).
Elke aanraking van een toets wordt
akoestisch gesignaleerd als in de setupmodus deze functie in het TON-menu
geactiveerd (
ON) is.
/
/ gewijzigd worden.
Symbolen op het display
Indicatie voor de
diepvriesruimte, bijv.
bij instelling van de
temperatuur
De Supervriesfunctie
is geactiveerd
(zie blz. 8).
De Vakantie-modus is
geactiveerd (zie blz 11).
Instelmogelijkheden
in de setup-modus
(zie blz. 10).
Op het display
verschijnt een
alarmmelding
(zie blz. 16).
De ijsbereider is
ingeschakeld
(zie blz. 13).
6
Bevestiging
Plaatsen van
het apparaat
De juiste plaats
Elke droge, goed te ventileren ruimte is
geschikt. Het apparaat liefst niet in de
zon of naast een fornuis, verwarmingsradiator of een andere warmtebron
plaatsen. Is plaatsing naast een
warmtebron niet te vermijden, maak
dan gebruik van een isolerende plaat of
neem de volgende minimumafstanden
in acht:
–naast een elektrisch fornuis 3 cm.
–naast een CV-installatie 30 cm.
De vloer onder het apparaat mag niet
meegeven. De vloer eventueel verstevigen. Om de ijsbereider perfect te
laten functioneren moet het apparaat
loodrecht staan.
Let op de omgevingstemperatuur en de
beluchting
De klimaatklasse staat op het typeplaatje. Deze geeft aan binnen welke
omgevingstemperaturen het apparaat
gebruikt kan worden.
Klimaatklasse
SN+10 ° C tot 32 ° C
N+16° C tot 32 ° C
ST+16 ° C tot 38 ° C
T+16° C tot 43 ° C
Beluchting
De ventilatie-openingen in de plint aan
de voorkant mogen nooit worden
afgedekt. De koelmachine moet anders
meer presteren waardoor het energieverbruik toeneemt.
Toelaatbare
omgevingstemperatuur
Het apparaat is voor een veilige
opstelling aan de keuken- resp.
inbouwmeubelen ernaast
vastgeschroefd.
Daarom is het van belang dat alle
aangrenzende meubelen en inbouwapparaten stevig op de bodem resp.
aan de wanden bevestigd zijn.
Bij bouwtechnische veranderingen de
bevestiging van het apparaat volgens
het installatievoorschrift weer herstellen.
Plaats van opstelling
Vanwege het enorme gewicht van het
vol beladen apparaat is een ondergrond
met voldoende draagvermogen noodzakelijk.
Het gewicht van het apparaat bij volle
belading:
–Apparaat 45,7 cm250 kg
–Apparaat 61,0 cm350 kg
–Apparaat 76,2 cm425 kg
In geval van twijfel bij een architect of
bouwkundige informeren.
Na het plaatsen van het apparaat moet
u minimaal een ½ uur wachten voordat
u het apparaat in gebruik neemt.
Tijdens het transport kan het gebeuren
dat de olie van de compressor in het
koelsysteem terecht komt.
Vóór het eerste gebruik de binnenruimte
van het apparaat schoonmaken
(zie „Schoonmaken van het apparaat”
blz. 16).
Elektrische
aansluiting
Geen verlengsnoer of verdeler
gebruiken.
Het stopcontact waarop het apparaat
wordt aangesloten moet vrij toegankelijk
zijn. Het apparaat uitsluitend via een
volgens de voorschriften aangebracht,
randgeaard stopcontact met een
zekering van 10 A of 16 A,
op 220–240 V/50 Hz wisselstroom
aansluiten.
Bij apparaten die in niet Europese
landen worden gebruikt op het
typeplaatje controleren of de
aansluitspanning en de stroomsoort
overeenkomen met de waarden van
uw elektriciteitsnet. Het typeplaatje
bevindt zich links onderaan in het
apparaat. Een eventueel noodzakelijke vervanging van de aansluitkabel mag alleen door een vakkundig
monteur worden uitgevoerd.
m Attentie
Het apparaat mag nooit worden
aangesloten op elektronische
energiebesparende stekkers of
op omvormers die gelijkstroom
omzetten in 230 V wisselstroom
(bijv. installaties voor zonneënergie
of netwerken voor schepen).
7
Fabrieksinstellingen
Instellen van de
Deuralarm
Het apparaat wordt met de volgende
instellingen vanaf de fabriek geleverd:
–Taal op het display: Engels
–Temperatuureenheid: °C
–Temperatuur in de
diepvriesruimte:–18 °C
Attentie
De fabrieksinstellingen (taal, temperatuureenheid) kunnen in de setup-modus
gewijzigd worden.
In gebruik nemen
van het apparaat
zToets Aan/Uitindrukken.
Na het in gebruik nemen begint het
apparaat te koelen. Bij geopende deur
brandt de binnenverlichting.
Attentie
De in de fabriek ingestelde temperaturen worden na ca. 2–8 uur bereikt.
Vóór die tijd geen levensmiddelen in
het apparaat leggen.
Om de vast ingestelde temperaturen
te veranderen –> zie „Instellen van de
temperatuur” (blz. 8).
temperatuur
De temperatuur kan van –16 ° C tot
–24 ° C worden ingesteld. Wij raden een
instelling van –18 ° C aan.
De instelling van de temperatuur kan
met de insteltoetsen (warmer) of
(kouder) gewijzigd worden.
De temperatuur wordt in stappen van
1 ° C ingesteld.
Om de temperatuur in te stellen:
zSetup-modus met de toetsen
of
activeren.
Het symbool wordt
aangegeven.
zDe gewenste temperatuur met
de insteltoetsen (warmer) of
(kouder) instellen.
Taalinstelling
Als het apparaat in bedrijf wordt
genomen, dan worden alle meldingen
op het display in het Engels aangegeven.
Als alternatief kan een andere taal op
het display volgens de tabel op blz. 10
gekozen worden.
Om de taal te wijzigen:
zSetup-toetsindrukken.
zKeuzetoets indrukken tot
ENGLISH wordt aangegeven.
Als een deur van het apparaat is open
blijven staan, dan is na 1 minuut een
alarmsignaal te horen en op het display
verschijnt een alarmmelding.
Deur sluiten.
Door de alarmtoetsin te drukken
wordt het signaal uitge-schakeld.
Als de deur weer niet goed gesloten
werd, dan gaat na 1 minuut opnieuw
het alarm af.
Supervriezen
De Supervriesfunctie is ideaal bij het
inladen van grotere hoeveelheden
levensmiddelen. Deze moet 4–6 uur
vóór het inladen geactiveerd worden.
Als u de maximale invriescapaciteit
wilt benutten zijn 24 uur benodigd.
Deze functie wordt geactiveerd door
de toets Supervriezenin te drukken.
Op het display verschijnt onder de
supervriestemperatuur het
symbool.
De Super-functie is beëindigd als:
–door de toets Supervriezen
opnieuw in te drukken;
–activeren van de Eco-functie;
–activeren van de vakantie-modus;
–activeren van de sabbat-modus.
Na 2 dagen schakelt het apparaat
automatisch terug op de vóór het
supervriezen ingestelde tempera-
zInsteltoets of indrukken tot de
gewenste taal wordt aangegeven.
zSetup-toetsindrukken om de
instellingen op te slaan. Op het
display wordt weer de ingestelde
temperatuur aangegeven.
8
tuur.
Variabele indeling
van de binnenruimte
U kunt de legplateaus en de voorraadvakken in de deur naar wens verplaatsen.
Legplateaus
Laden
De hoogte van de glasplateaus
kan worden aangepast.
zPlateau aan de voorkant iets
optillen en in de geleiders naar
boven of naar beneden bewegen.
zHet plateau op de gewenste
hoogte aan de voorkant laten
zakken. De houders klikken in
de geleiders vast.
Plateaus eruit halen:
Het plateau in de openingen van de
geleiders zetten en naar onderen
drukken. Plateau op de gewenste
hoogte plaatsen.
Vakken in de deur
zVoorraadvak iets optillen en eruit
halen.
Om eruit te halen: de lade iets optillen
en eruit nemen.
Om erin te zetten: de lade aan de voorkant iets optillen en in de uittrekbare rails
zetten.
De lade laten zakken en naar achteren
schuiven.
IJsblokjesreservoir
Om grotere hoeveelheden levensmiddelen op te slaan kan het ijsblokjesreservoir eruit gehaald worden.
Het plateau aan de voorkant iets optillen
en in de geleiders tot aan de openingen
bewegen. Plateau naar voren eruit
halen.
zHet voorraadvak op de gewenste
hoogte erin zetten en naar beneden
drukken.
Aanwijzing:
Voordat u het ijsblokjesreservoir eruit
haalt de ijsbereider uitschakelen
(zie „IJsbereider”, blz. 13).
9
Setup-modus
Er zijn meerdere menu’s voor de
aanpassing van het apparaat aan de
individuele wensen van de gebruiker.
Deze aanpassingen worden in de
setup-modus doorgevoerd.
Om de setup-modus te activeren:
zSetup-toetsindrukken.
Op het display wordt het eerste menu
(temperatuureenheid) aangegeven.
Om naar het volgende menu om
te schakelen:
zKeuzetoets of indrukken.
Het volgende menu en de actuele
instelling (meestal
o of p)
wordt aangegeven.
Om binnen de instelmogelijkheden
van een menu te kiezen:
Om de setup-modus te deactiveren:
zSetup-toetsindrukken.
Alle gewijzigde instellingen worden
opgeslagen.
Als binnen 20 seconden geen toets
wordt ingedrukt, dan wordt de setupmodus automatisch beëindigd.
Alle gewijzigde instellingen worden
opgeslagen. Op het display wordt weer
de ingestelde temperatuur aangegeven.
zInsteltoets of indrukken.
Een gewijzigde instelling wordt
opgeslagen als het volgende menu
met de toets of gekozen
wordt.
Menu’s in de setup-modus
MenuInsteloptiesAangegeven tekst
Temperatuureenheid°C (Grad Celsius)
°F (Grad Fahrenheit)
TaalDuits
Engels
Frans
Deens
Fins
Grieks
Nederlands
Italiaans
Pools
Portugees
Noors
Russisch
Zweeds
Spaans
Tur ks
Ts je c hi s ch
°C
°F
DEUTSCH
ENGLISH
FRANCAIS
DANSK
SUOMI
ELLINIKA
NEDERL
ITALIANO
POLSKI
PORTUG
NORSK
RUSSK
SVENSKA
ESPANOL
TURKCE
CESKY
ToonAan / o
Uit / p
Energiebesparingsmodus (Ecofunctie)Aan / o
Uit / p
10
TOON
ECO MODE
Temperatuureenheid
Energiebesparing modus
De temperatuur kan in graden
Celsius (° C) of Fahrenheit (° F)
worden aangegeven.
zSetup-toetsindrukken.
Het eerste menu (temperatuureenheid)
wordt aangegeven.
zInsteltoets of indrukken om
tussen Fahrenheit (° F) en Celsius
(° C) om te schakelen.
zSetup-toetsindrukken om de
instellingen op te slaan. Op het
display wordt weer de ingestelde
temperatuur aangegeven.
Taalinstelling
Als het apparaat in bedrijf wordt
genomen, dan worden alle meldingen
op het display in het Engels aangegeven.
Als alternatief kan een van de talen
uit de bovenstaande tabel gekozen
worden.
zSetup-toetsindrukken.
zKeuzetoets indrukken tot
ENGLISH wordt aangegeven.
Als de energiebesparings-functie (Ecofunctie) wordt geactiveerd, dan schakelt
het apparaat op een energiebesparend
programma om. Deze energiebesparings-functie is tevoren in de
fabriek ingesteld om het energieverbruik
te reduceren. De achtergrondverlichting
van het display wordt ook gereduceerd.
Om de energiebesparings-functie in te
schakelen:
zSetup-toetsindrukken.
zKeuzetoets indrukken tot
ECO MODE en de actuele instelling
(
o/p) wordt aangegeven.
zInsteltoets of indrukken om de
instelling te veranderen.
zSetup-toetsindrukken om de
instellingen op te slaan.
Op het display wordt
ECO aangegeven.
Deze functie wordt beëindigd door:
–de Eco-functie in de setup-modus
uit schakelen;
–door de Supervriesfunctie
te activeren;
–de gewenste temperatuur in het
apparaat te wijzigen;
–het apparaat met de AAN/UIT-
toetsuit te schakelen.
Vakantie-modus
Bij langere afwezigheid kunt u het
apparaat in de energiebesparende
Vakantie-modus zetten.
op het display verschijnt onder de in de
fabriek ingestelde Eco-temperatuur het
symbool .
Om de Vakantie-modus te beëindigen:
zToets vakantieindrukken.
De vorige instellingen en temperatuurwaarden worden weer geactiveerd.
zInsteltoets of indrukken tot de
gewenste taal wordt aangegeven.
zSetup-toetsindrukken om de
instellingen op te slaan. Op het
display wordt weer de ingestelde
temperatuur aangegeven.
11
Zo verpakt u op de juiste
Sabbat-modus
Instellingen in de Sabbatmodus:
–de Supervriesfunctie wordt
beëindigd (indien geactiveerd);
–het akoestische signaal bij
aanraking van de toetsen wordt
uitgeschakeld (indien geactiveerd);
–de binnenverlichting is uitge-
schakeld;
–de achtergrondverlichting van
het display wordt uitgeschakeld.
Om de Sabbatmodus in te schakelen:
zToets Supervriezenindrukken
en ingedrukt houden.
zToets vakantieindrukken.
zToets Supervriezennog
3 seconden langer ingedrukt
houden.
Op het display knippert het symbool
.
Invriezen en opslaan
Inkopen van
diepvriesproducten
Attentie bij het inkopen van
diepvriesproducten:
–Let erop dat de verpakking
niet beschadigd is.
–Controleer de houdbaarheids-
datum.
–In de winkel moet de temperatuur
in de diepvrieskist –18 ° C of kouder
zijn. Zo niet, dan wordt de
bewaartijd van de diepvries-
producten bekort.
–Koop de diepvriesproducten op het
allerlaatste moment, breng ze in
kranten gewikkeld of in een koeltas
snel naar huis.
–Thuis de diepvriesproducten direct
in het vriesvak leggen.
De diepvriesproducten vóór de
aangegeven houdbaarheidsdatum
consumeren.
–Ontdooide levensmiddelen niet
opnieuw invriezen. Uitzondering:
als u de levensmiddelen door
koken of braden tot een kant en
klaar gerecht verwerkt, dan kunt
u het opnieuw invriezen.
Opslaan van
diepvriesproducten
Als er erg veel levensmiddelen ondergebracht moeten worden, kunt u de
laden eruit halen en de levensmiddelen
direct in de vakken opstapelen.
Netto-inhoud
manier:
zLevensmiddelen in de verpakking
leggen.
zDe lucht eruit persen.
zHet geheel van een goede sluiting
voorzien.
zVermeld op de pakjes inhoud en
datum.
Niet geschikt voor verpakking:
pakpapier, vetvrij papier, cellofaan,
vuilniszakken en gebruikte
boodschappentasjes.
Voor verpakking geschikt:
kunststof, polyetheen en aluminiumfolie,
diepvriesdozen. Deze producten zijn in
de handel verkrijgbaar.
Als sluiting geschikt:
Elastiekjes, clips van kunststof,
touwtjes, koudebestendig plakband
etc.
Zakjes en folie van polyetheen kunnen
met een folie-lasapparaat worden
dichtgelast.
Bewaartijd van de
diepvrieswaren
De bewaartijd is afhankelijk van het
soort levensmiddelen.
Bij een gemiddelde temperatuur:
vis, worst,
klaargemaakte
gerechten, brood
en banket
kaas, gevogelte,
vlees
groente en fruittot
tot
6 maanden
tot
8 maanden
12 maanden
De achtergrondverlichting van het
display wordt uitgeschakeld.
Op het display wordt
aangegeven.
De Sabbat-modus is ingeschakeld.
Om de Sabbat-modus te beëindigen:
zToets vakantieindrukken.
De vorige instellingen en temperatuurwaarden worden weer
geactiveerd.
12
SABBAT
De gegevens over de netto-inhoud vindt
u op het typeplaatje.
Diepvrieswaren zelf
invriezen
Gebruik uitsluitend verse levensmiddelen. De levensmiddelen luchtdicht
verpakken zodat ze niet uitdrogen of
hun smaak verliezen. De levensmiddelen moeten zo snel mogelijk door
en door worden ingevroren.
Ontdooien van
diepvrieswaren
Afhankelijk van soort en bereidingswijze
van de levensmiddelen kunt u kiezen uit
de volgende mogelijkheden:
–bij omgevingstemperatuur
–in de koelkast
–in de elektrische oven met of
zonder heteluchtventilator
–in de magnetron
Aanwijzing:
Half of geheel ontdooide diepvrieswaren
niet opnieuw invriezen. Pas na het
koken of braden kunnen de levensmiddelen opnieuw worden ingevroren.
Maximale
invriescapaciteit
De levensmiddelen moeten zo snel
mogelijk door en door worden ingevroren. Alleen zo blijven vitamines,
voedingswaarde, kleur en smaak
behouden.
Gegevens over de maximale invriescapaciteit binnen 24 uur vindt u op het
typeplaatje.
De maximale invriescapaciteit wordt
in het bovenste bereik van de diepvriesruimte bereikt.
IJsbereider
De ijsbereider dient voor het maken van
ijsblokjes.
Zodra het apparaat de ingestelde
diepvriestemperatuur heeft bereikt,
begint de ijsbereider met het maken
van ijsblokjes.
Als het ijsblokjesreservoir vol is,
dan wordt de ijsbereiding automatisch
uitgeschakeld.
Om te voorkomen dat de ijsblokjes in
het reservoir aan elkaar plakken, draait
in het ijsblokjesreservoir in periodieke
afstanden een metalen schroef
(agitatiefunctie).
De ijsbereider kan ongeveer 1,3 kg
ijsblokjes binnen 24 uur produceren.
reservoir goed op zijn plaats zit en
is vastgeklikt.
zToets IJsbereiderop het
bedieningspaneel indrukken.
Op het display brandt het symbool
.
Belangrijke aanwijzing:
Als de ijsbereider voor de eerste keer of
na een langere onderbreking gebruikt
wordt: de ijsproductie van de eerste dag
om hygiënische redenen niet gebruiken.
IJsblokjes weggooien en het reservoir
schoonmaken!
IJsbereider uitschakelen
Aanwijzing:
Watertoevoer naar het apparaat beslist
een paar uur vóór het uitschakelen van
de ijsbereider onderbreken.
Om de ijsbereider uit te schakelen:
zToets IJsbereideop het
bedieningspaneel indrukken.
IJs- en
waterdispenser
Deze kunnen naar wens eruit gehaald/
getapt worden:
neert alleen als het apparaat op de
waterleiding is aangesloten.
–Serviesgoed zo dicht mogelijk
onder de dispenseropening zetten
om te voorkomen dat het water
naar buiten spuit.
Attentie bij het in gebruik nemen van
het nieuwe apparaat:
Na het aansluiten bevinden zich in de
leidingen nog luchtbelletjes.
Het drinkwater net zolang aftappen
en weggooien tot het water zonder
luchtbelletjes getapt kan worden.
De eerste 10–15 glazen water
weggooien.
Kwaliteit van het
drinkwater
Alle voor de drinkwaterdispenser
gebruikte materialen zijn neutraal
van geur en smaak.
Als het water een bijsmaak heeft, dan
kan dat de volgende oorzaken hebben:
–het mineraal- en chloorgehalte van
het drinkwater;
–het materiaal van de waterleiding
in huis of van de toevoerleiding;
–het drinkwater is niet fris (als er
lange tijd geen water werd getapt,
dan kan het water onfris smaken).
In dit geval ca. 15 glazen water
tappen en leeggieten).
Het in het apparaat gemonteerde
waterfilter filtert uitsluitend kleine
partikeltjes uit het toegevoerde water,
geen bacteriën of microben.
Bedieningspaneel van de
ijs- en waterdispenser
Keuzetoets voor water.
Keuzetoets voor ijsblokjes.
Keuzetoets voor crushed
ijs.
Om de agitatiefunctie in
en uit te schakelen.
Blokkeertoets voor het
bedieningspaneel van de
ijs- en waterbereider
(kinderbeveiliging).
Om de permanente
verlichting in en uit te
schakelen.
De toetsen op het bedieningspaneel zijn
verlicht.
13
Water tappen
De wateropvangschaal
zEen geschikt glas of kan onder
de dispenseropening zetten.
zKeuzetoets voor water indrukken.
Er komt geen water meer uit als de
toets wordt losgelaten.
Tip:
Het water van de waterdispenser is op
de juiste temperatuur om te drinken
gekoeld. Wilt u kouder water, dan moet
u vóór het tappen ijsblokjes in het glas
doen.
eruit halen en schoonmaken
Overgelopen water verzamelt zich in de
wateropvangschaal en moet regelmatig
verwijderd worden.
zKeuzetoets voor crushed ijs
indrukken.
Er komt geen water meer uit als
de toets wordt losgelaten.
Aanwijzing:
Toetsen voor de ijsdispenser loslaten als
de schaal voor ca. de helft is gevuld.
Door ijs dat zich in de opening bevindt
kan het bakje overlopen of de afgifte
geblokkeerd worden.
indrukken.
Er komt geen water meer uit als
de toets wordt losgelaten.
of
zPlateau uitklappen.
zZeef eruit halen en de water-
opvangschaal eruit trekken.
zWateropvangschaal legen en weer
erin zetten.
zZeef erin leggen en het plateau
omhoog klappen.
IJsblokjesreservoir eruit
halen en schoonmaken
Als er langere tijd geen ijsblokjes uit
de dispenser worden gehaald, dan
krimpen de kant en klare ijsblokjes,
smaken ze verschaald en plakken ze
aan elkaar.
Om grotere schalen onder de dispenseropening te zetten: het plateau
uitklappen.
14
IJs-en waterdispenser
Geluiden die gemakkelijk
zIJsblokjesreservoir aan de voorkant
iets optillen en eruit halen.
Voorzichtig!
Een vol ijsblokjesreservoir is zwaar!
zHet reservoir legen en met lauw
water schoonmaken.
zReservoir en transportschroef
(agitatiefunctie) goed droogwrijven
zodat de nieuwe ijsblokjes niet
kunnen vastvriezen.
zIJsblokjesreservoir op de steunen
helemaal naar achteren schuiven
tot het vastklikt.
blokkeren
Om de ijs- en waterdispenser tegen
onvoorziene bediening te beveiligen:
kinderbeveiliging activeren.
zBlokkeertoets op het bedienings-
paneel van de ijs- en waterdispenser gedurende 3 seconden
ingedrukt houden.
De toetsen bij de ijs- en waterdispenser kunnen niet bediend
worden.
Om de toetsen weer te kunnen
bedienen:
zBlokkeertoets op het bedienings-
paneel van de ijs- en waterdispenser gedurende 3 seconden
ingedrukt houden.
Tips om energie
te besparen
–Het apparaat in een droge, goed
te ventileren ruimte plaatsen.
Niet direct in de zon of in de buurt
van een warmtebron (etc. verwarmingsradiator, fornuis). Maak
eventueel gebruik van een
isolatieplaat.
–Warme gerechten en dranken eerst
laten afkoelen en pas daarna in het
apparaat zetten.
–De diepvrieswaren om te ontdooien
in de koelkast leggen. De koude
van de diepvrieswaren benutten
om levensmiddelen te koelen.
–Deur van het apparaat zo kort
mogelijk openen.
verholpen kunnen worden
Het apparaat staat niet waterpas
Het apparaat met behulp van een
waterpas stellen.
Gebruik hiervoor de schroefvoetjes
of leg iets onder het apparaat.
Laden, manden of legroosters/plateaus wiebelen of klemmen
Controleer de delen die eruit gehaald
kunnen worden en zet ze eventueel
opnieuw in het apparaat.
Flessen of serviesgoed raken elkaar
De flessen of het serviesgoed los van
elkaar zetten.
Apparaat ontdooien
Het apparaat wordt automatisch
ontdooid.
Apparaat
uitschakelen en
buiten werking
stellen
Uitschakelen van het
apparaat
zToets Aan/Uitindrukken.
Apparaat buiten werking
stellen
zAls het reservoir niet helemaal naar
achteren kan worden geschoven:
transportschroefas in het reservoir
iets verdraaien.
De productie van ijsblokjes gaat verder.
Bedrijfsgeluiden
Normale bedrijfsgeluiden
Gebrom — de koelmachine loopt.
De ventilator van het ventilatiesysteem
werkt
Geborrel, gebruis of geklok
koelmiddel stroomt door de leidingen.
Geklik
schakeld.
— de motor wordt in- of uitge-
— het
Als het apparaat langere tijd niet wordt
gebruikt:
zAlle levensmiddelen uit het
apparaat halen.
zStekker uit het stopcontact trekken
of de zekering losdraaien resp.
uitschakelen!
zIJsblokjesreservoir leegmaken
(zie „IJsbereider”, blz. 13).
zBinnenkant van het apparaat
schoonmaken (zie „Schoonmaken
van het apparaat”, blz.16).
zOm geurtjes te voorkomen:
deuren open laten staan.
15
Sensor defect
Apparaat
schoonmaken
zToets Aan/Uitindrukken en het
apparaat uitschakelen!
Stekker uit het stopcontact trekken
of de zekering losdraaien resp.
uitschakelen!
zHet apparaat met lauw water met
een scheutje afwasmiddel schoonmaken. Het sop mag niet in het
bedieningspaneel of de verlichting
terechtkomen.
zDe deurafdichting alleen met
schoon water afnemen en grondig
droogwrijven.
zVuil aan de be- en ontluchtings-
openingen met een stofzuiger
verwijderen.
zHet oppervlak van het apparaat
met een vochtig doekje schoonmaken.
Vervolgens droogwrijven.
Na het schoonmaken:
Stekker in het stopcontact steken resp.
zekering inschakelen of vastdraaien.
Toets Aan/Uitindrukken en het
apparaat inschakelen!
m Attentie
–Het apparaat in geen geval reinigen
met een stoomreiniger!
–Het sop mag niet in het bedienings-
paneel of de verlichting terechtkomen.
–Geen schoonmaakmiddelen
gebruiken die zand of zuren resp.
oplosmiddelen bevatten.
–De legplateaus en voorraadvakken
mogen niet in de afwasautomaat
gereinigd worden. Ze kunnen
vervormen.
Luchtjes
Als u onaangename luchtjes ruikt:
zToets Aan/Uitindrukken en het
apparaat uitschakelen!
zAlle levensmiddelen uit het
apparaat halen.
zBinnenkant van de diepvriesruimte
schoonmaken. Zie hoofdstuk
„Schoonmaken van het apparaat”,
blz. 16.
zAlle in het apparaat aanwezige
verpakkingseenheden schoon-
maken.
zSterk ruikende levensmiddelen
luchtdicht verpakken om luchtjes
te voorkomen.
zToets Aan/Uitindrukken en het
apparaat inschakelen!
zLevensmiddelen inruimen.
zNa 24 uur controleren of er
opnieuw luchtjes zijn ontstaan.
zHet geurfilter vervangen.
Alarmmeldingen
via het display
Als er tegelijkertijd meerdere alarmmeldingen verschijnen: elke alarmmelding controleren.
Zolang er een alarmmelding wordt
aangegeven, kunnen er geen toetsen
worden ingedrukt.6.
Deuralarm
Oorzaak
Er is misschien sprake van een
technisch defect aan het apparaat.
Oplossing
Zelftest van het apparaat uitvoeren.
Onderspanning
Oorzaak
De aanwezige netspanning blijft onder
de toelaatbare grenswaarde.
Oplossing
De toetsen kunnen niet bediend
worden. Als de netspanning weer de
voorgeschreven waarde bereikt, dan
verdwijnt de alarmmelding van het
display. Als een alarmmelding langer
duurt het elektriciteitsbedrijf in uw
gemeente waarschuwen.
16
Oorzaak
Een van de deuren van het apparaat is
niet goed dicht of stond te lang open.
Oplossing
Toets Alarmindrukken. Deur sluiten.
De indicatie gaat uit.
Zelftest van het
Waterfilter
apparaat
Voordat u de hulp van de Servicedienst
inroept, eerst de zelftest van het
apparaat uitvoeren.
zApparaat uitschakelen
en 5 minuten wachten.
Deur gedurende deze tijd dicht
laten.
Een filterpatroon voor het partikelfilter
kan bij de Servicedienst of bij een
vakhandelaar besteld worden.
Dit filter minimaal om de 6 maanden
vervangen.7.
Belangrijke aanwijzingen
bij het waterfilter
zHet watersysteem staat na gebruik
onder lichte druk. Wees voorzichtig
als u het filter eraf haalt!
zAls het apparaat langere tijd niet
gebruikt werd of als het water
onaangenaam smaakt of ruikt:
watersysteem doorspoelen.
Hiertoe een aantal minuten water
uit de waterdispenser tappen.
Als de onaangename smaak of
geur blijft bestaan: filter vervangen.
Vervangen van
de filterpatroon
zFilterafdekking van de gebruikte
filterpatroon afhalen en op de
nieuwe filterpatroon zetten.
zFilterpatroon met filterafdekking in
horizontale positie tot de aanslag
in de opening in de plint van het
apparaat schuiven.
zFilterpatroon 90–180º met de
wijzers van de klok mee draaien.
zEen paar liter water uit de water-
dispenser tappen. Hierdoor wordt
de lucht uit het watersysteem
verwijderd.
zWater uit de gebruikte filterpatroon
gieten. De filterpatroon kan met het
huisvuil worden weggedaan.
Geef deze foutmelding aan de Servicedienst door.
Als tijdens de zelftest geen storing wordt
geconstateerd, verschijnt na afloop van
de test weer de tevoren ingestelde
temperatuur op het display.
zFilterafdekking op de plint van het
apparaat 90–180º tegen de wijzers
van de klok in draaien
en de filterpatroon eruit trekken.
zNieuwe filterpatroon uit de
verpakking halen en het
beschermingskapje verwijderen.
17
Specificatie- en vermogensgegevens voor de waterfilterpatroon
van de diepvriesruimte
Algemene voorwaarden bij het gebruik
Lees de vermogensgegevens door en vergelijk deze waarden met uw werkelijke eisen aan de waterbehandeling.
Dit product mag NIET gebruikt worden als het water microbiologisch schadelijk of van onbekende kwaliteit is, zonder adequate
desinfectie voor of na aansluiting op het systeem. Een systeem dat gecertificeerd is voor de reductie van cysten mag gebruikt
worden voor gedesinfecteerd water dat eventueel filtreerbare cysten bevat.
ALLEEN MET KOUD WATER GEBRUIKEN, DE PLAATSELIJKE REGELS EN VOORSCHRIFTEN IN ACHT NEMEN.
18
Kleine storingen zelf verhelpen
Voordat u de klantenservice belt: Controleer of u de storing zelf kunt verhelpen met behulp van de onderstaande aanwijzingen.
U moet de kosten voor advies van de monteur van de Servicedienst zelf betalen –, ook in de garantietijd!
Apparat
StoringEventuele oorzaak:Oplossing
Het apparaat koelt
niet. De indicatie
brandt niet
De koelmachine
wordt steeds vaker
en langer
ingeschakeld.
De temperatuur in
de koelruimte is te
koud.
De binnenverlichting
functioneert niet.
Er worden
onaangename
luchtjes geroken.
Stroomuitval; de zekering is uitgeschakeld;
de stekker zit niet goed in het stopcontact.
De deur van het apparaat werd te vaak geopend.Deur niet onnodig openen.
Er werden grotere hoeveelheden verse
levensmiddelen ingeladen.
De be en ontluchtingsopeningen zijn afgedekt.Belemmerende deeltjes en vuil verwijderen.
De temperatuur in de diepvriesruimte is te koud
ingesteld.
Het lampje is kapot.Lampje verwisselen (zie „Lampjes vervangen”,
De lichtschakelaar klemt.Controleer of er beweging in zit.
Sterk ruikende levensmiddelen werden niet
luchtdicht verpakt.
Controleren of er stroom is. Het apparaat moet
ingeschakeld zijn. Controleer of de stekker goed
in het stopcontact zit.
Supervriesfunctie activeren.
Stel een warmere temperatuur in (zie „Instellen
van de temperatuur”, blz. 8).
blz. 22).
Schoonmaken van het apparaat. Sterk ruikende
levensmiddelen luchtdicht verpakken (zie blz. 16
„Luchtjes” ).
IJsbereider/ijs en waterdispenser
StoringEventuele oorzaak:Oplossing
Er kan geen water
getapt worden,
u kunt wel ijs eruit
halen.
De ijsbereider/ijs
en waterdispenser
werken niet.
Er komt geen water
of ijs uit de
dispenser.
Defect aan het apparaat.Onmiddellijk contact opnemen met de
Servicedienst!
De ijsbereider is niet op de stroomvoorziening
aangesloten.
De kinderbeveiliging is geactiveerd.Kinderbeveiliging uitschakelen.
De ijsbereider bevat geen vers water.Overtuig u ervan dat de wateraansluiting op de
De temperatuur in de diepvriesruimte is te hoog.Controleer de temperatuur in de diepvriesruimte.
De kinderbeveiliging is geactiveerd.Blokkering deactiveren.
De watertank loopt vol.Bij het eerste gebruik duurt het ca. 2 minuten tot
Het apparaat of de ijsbereider werd pas kort
geleden ingeschakeld.
Er werd een grote hoeveelheid ijs uitgehaald.Het duurt ca. 24 uur tot het ijsblokjesreservoir
Inschakelen van de Servicedienst.
juiste wijze is aangesloten. Als dit zo is, neem
dan contact op met de Servicedienst.
Eventueel reduceren.
de tank vol ia.
Het duurt ca. 24 uur tot de ijsproductie begint.
weer gevuld is.
Waterfilter verstopt of verbruikt.Waterfilter vervangen.
19
StoringEventuele oorzaak:Oplossing
De ijsbereider
produceert niet
genoeg ijs of de
ijsblokjes zijn
vervormd.
De ijsbereider
produceert geen ijs.
Het apparaat of de ijsbereider werd pas kort
geleden ingeschakeld.
Er werd een grote hoeveelheid ijs uitgehaald.Het duurt ca. 24 uur tot het ijsblokjesreservoir
Lage waterdruk.De waterdruk moet tussen 1,7 bar en 10 bar
Waterfilter verstopt of verbruikt.Waterfilter vervangen.
De ijsbereider is uitgeschakeld.IJsbereider op het bedieningspaneel inschakelen.
Het apparaat wordt niet van water voorzien.Neem contact op met de installateur of het
De watertoevoerslang is op verschillende
plaatsen geknikt.
Lage waterdruk.De waterdruk moet tussen 1,7 bar en 10 bar
Temperatuur in de diepvriesruimte te hoog.De temperatuur in de diepvriesruimte moet
Het ijsblokjesreservoir is er niet goed ingezet.De positie controleren, eventueel het reservoir
Het duurt ca. 24 uur tot de ijsproductie begint.
weer gevuld is.
bedragen zodat het apparaat goed functioneert.
waterleidingbedrijf.
De kraan aan het afsluitventiel dichtdraaien.
De geknikte plekken glad maken, eventueel de
slang laten vervangen.
bedragen zodat het apparaat goed functioneert.
tussen –17 °C en –18 °C bedragen, eventueel
opnieuw instellen.
opnieuw erin zetten.
Op de dispensereenheid vormt zich
condensatiewater.
Melding Filter verwisselen op het
display.
De verlichting op de
dispensereenheid
functioneert niet.
Verkeerd afsluitventiel gemonteerd.Verkeerde ventielen kunnen een lage waterdruk
veroorzaken en tot schade aan het apparaat
leiden.
De ijsbereider is uitgeschakeld. De condensatiewaterverwarming is gedeactiveerd.
Waterfilterpatroon moet vervangen worden.Filterpatroon vervangen. Als er geen nieuw filter
Na vervanging van het filter werd de indicatie
Filter vervangen niet teruggezet.
Het lampje is kapot.Lampje verwisselen (zie „Lampjes vervangen”,
De functie permanente verlichting is
gedeactiveerd.
De condensatiewater-verwarming inschakelen:
–IJsbereider inschakelen.
–Blokkeertoets en agitatietoets tegelijkertijd
indrukken en gedurende 3 seconden
ingedrukt houden. De watertoets en
ijsblokjestoets knipperen twee keer.
De ijsbereider is uitgeschakeld, de condensatiewater-verwarming functioneert verder.
Condensatiewater-verwarming uitschakelen:
–Blokkeertoets en agitatietoets tegelijkertijd
indrukken en gedurende 3 seconden
ingedrukt houden. De toetsen Water
en IJsblokjes knipperen één keer.
beschikbaar is: de omleidingsklep erin zetten.
Indicatie Filter vervangen terugzetten.
blz. 22).
Lichttoets indrukken om het permanente licht
weer in te schakelen.
20
StoringEventuele oorzaak:Oplossing
In de toevoerslang
naar de ijsbereider
vormt zich ijs.
Er loopt water uit
het apparaat.
De toevoer van
water is minder
dan normaal.
Lage waterdruk.De waterdruk moet tussen 1,7 bar en 10 bar
bedragen zodat het apparaat goed functioneert.
Afsluitventiel niet goed geopend.Afsluitventiel helemaal openen.
De temperatuur in de diepvriesruimte is te hoog.De temperatuur in de diepvriesruimte moet
tussen –17 °C en –18 °C bedragen, eventueel
opnieuw instellen.
Ondichtheid van de watertoevoerslang.Slang alleen door een originele slang van de
fabrikant laten vervangen.
Verkeerd afsluitventiel gemonteerd.Verkeerde ventielen kunnen een lage waterdruk
veroorzaken en tot schade aan het apparaat
leiden.
Lage waterdruk.De waterdruk moet tussen 1,7 bar en 10 bar
bedragen zodat het apparaat goed functioneert.
Afsluitventiel niet goed geopend.Afsluitventiel helemaal openen en op ondicht-
Controleer of u de storing aan de hand
van de aanwijzingen in hoofdstuk
„Kleine storingen zelf verhelpen” kunt
verhelpen. Adres en telefoonnummer
van de Servicedienst in uw omgeving
kunt u vinden in het telefoonboek of in
de meegeleverde brochure met serviceadressen.
Geef a.u.b. aan de Servicedienst het
E-nummer en het FD-nummer van het
apparaat op.
Door deze nummers aan de Servicedienst door te geven voorkomt
u onnodig heen en weer rijden van
de monteur en de hieraan verbonden
kosten. En de hieraan verbonden
kosten.
zAfdekking tegen de wijzers van de
klok in draaien en eraf halen.
zHet defecte halogeenlampje eruit
trekken.
zNieuw halogeenlampje erin zetten.
Het halogeenlampje bij het inzetten
altijd met een zacht doekje
vasthouden.