Navigon 1210, 1200, 2200 User Manual [nl]

Gebruikershandboek
NAVIGON 12xx | 22xx
Nederlands
September 2008
De doorgestreepte container wil zeggen dat het product binnen de Europese Gemeenschap voor gescheiden afvalverzameling moet worden aangeboden aan het einde van de levensduur van het product. Dit geldt voor het apparaat, maar ook voor alle toebehoren die van dit symbool zijn voorzien. Bied deze producten niet aan bij het gewone huisvuil.
Impressum NAVIGON AG
Schottmüllerstraße 20A D-20251 Hamburg De in deze documentatie aanwezige informatie en gegevens kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Zonder uitdrukkelijke toestemming van NAVIGON AG mag geen deel van deze documentatie voor enig doel worden vermenigvuldigd of overgebracht, onafhankelijk van het feit op welke manier of met welke middelen, elektronisch of mechanisch, dit geschiedt. Alle technische informatie, tekeningen enz. vallen onder de wet op bescherming van het auteursrecht.
© 2008, NAVIGON AG Alle rechten voorbehouden.
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx

Inhoudsopgave

1 Inleiding .............................................................................................5
1.1 Over dit handboek ....................................................................................5
1.1.1 Conventies...................................................................................5
1.1.2 Symbolen.....................................................................................5
1.2 Juridische aanwijzingen ...........................................................................5
1.2.1 Garantie.......................................................................................5
1.2.2 Handelsmerken ...........................................................................6
1.3 Vragen over het product...........................................................................6
2 Voordat u begint ...............................................................................6
2.1 Leveringsomvang .....................................................................................6
2.2 Beschrijving van de NAVIGON 12xx | 22xx .............................................7
2.3 Belangrijke veiligheidsaanwijzingen.........................................................7
2.3.1 Veiligheidsaanwijzingen voor de navigatie..................................7
2.3.2 Veiligheidsaanwijzingen voor het navigatieapparaat................... 8
2.3.3 Veiligheidsaanwijzingen voor de inbedrijfstelling in het
voertuig........................................................................................9
2.4 NAVIGON 12xx | 22xx in gebruik nemen .................................................9
2.4.1 Navigatiesysteem in het voertuig monteren ................................9
2.4.2 TMC-antenne.............................................................................11
2.4.3 Geheugenkaart..........................................................................12
2.4.4 Het navigatie-apparaat met een PC verbinden .........................12
2.5 Navigatie met GPS.................................................................................16
3 NAVIGON 12xx | 22xx inschakelen................................................16
3.1 Opties .....................................................................................................17
4 NAVIGON 12xx | 22xx bedienen.....................................................18
4.1 Informatie ...............................................................................................18
4.2 Software-toetsenbord .............................................................................19
4.2.1 Speciale toetsen ........................................................................20
4.2.2 Gegevens invoeren ...................................................................21
4.3 Opties .....................................................................................................22
4.4 Menu's....................................................................................................22
5 Navigatie..........................................................................................22
5.1 Navigatietoepassing starten...................................................................22
5.2 Bestemming opgeven.............................................................................24
5.2.1 Land van bestemming opgeven ................................................24
5.2.2 Adres van de bestemming invoeren .........................................24
5.2.3 Bijzondere bestemming .............................................................25
Gebruikershandboek Inhoudsopgave  III
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
5.2.4 Informatie over de bestemming .................................................29
5.2.5 Laatste bestemmingen ..............................................................30
5.2.6 Favorieten..................................................................................30
5.2.7 Naar huis navigeren ..................................................................30
5.2.8 Bestemming op de kaart bepalen..............................................31
5.2.9 Navigatie starten........................................................................31
5.3 Bestemmingen beheren .........................................................................33
5.3.1 Bestemming opslaan .................................................................33
5.3.2 Bestemming als thuisadres vastleggen.....................................33
5.4 Routes met etappes ...............................................................................33
5.4.1 Het startpunt opgeven ...............................................................34
5.4.2 Routepunten opgeven ...............................................................34
5.4.3 Routepunten bewerken .............................................................35
5.4.4 Routes beheren .........................................................................35
5.4.5 Route berekenen en weergeven ..............................................36
5.4.6 Route simuleren ........................................................................36
5.4.7 Navigatie starten........................................................................37
5.5 Opties .....................................................................................................38
5.6 Werken met de kaart ..............................................................................39
5.6.1 Selecteren van de navigatiekaart ..............................................39
5.6.2 Kaart in de modus Preview........................................................40
5.6.3 Kaart in de modus Navigatie .....................................................41
5.6.4 Reality View...............................................................................44
5.6.5 Kaart in de modus Bestemming zoeken....................................45
5.7 Nuttige functies.......................................................................................47
5.7.1 Snelle hulp.................................................................................47
5.7.2 GPS-status, actuele locatie opslaan..........................................48
5.7.3 Blokkade....................................................................................48
5.7.4 Routebeschrijving ......................................................................49
5.7.5 TMC (Verkeersberichten) (alleen NAVIGON 22xx) ...................50
6 NAVIGON 12xx | 22xx configureren ..............................................53
7 Bijlage ..............................................................................................55
7.1 Technische gegevens ............................................................................55
7.2 Conformiteitsverklaring...........................................................................56
8 Problemen oplossen.......................................................................56
9 Trefwoordenregister .......................................................................59
IV Inhoudsopgave Gebruikershandboek
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx

1 Inleiding

1.1 Over dit handboek

1.1.1 Conventies

Voor een betere leesbaarheid en ter verduidelijking worden in dit handboek de volgende schrijfwijzen gehanteerd:
Vet en cursief: Productnamen
K
LEINE HOOFDLETTERS: Venster- en dialoognamen.
Vet: Benadrukken van belangrijke tekstpassages.
Onderstreept
Onderstreept en cursief

1.1.2 Symbolen

: Namen van knoppen, invoervelden en andere
elementen van het gebruikersoppervlak.
: Namen van bedieningselementen van het
navigatieapparaat.
De volgende symbolen verwijzen naar bepaalde tekstpassages:
Aanwijzingen en tips over de bediening van de software
Extra informatie en uitleg
Waarschuwingen

1.2 Juridische aanwijzingen

1.2.1 Garantie

Wij behouden ons het recht voor op inhoudelijke wijzigingen van de documentatie en van de sofware zonder voorafgaande kennisgeving. NAVIGON AG aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid van de inhoud of voor schade die voortvloeit uit het gebruik van het handboek.
Wij zijn steeds dankbaar voor verwijzingen naar fouten of voor suggesties voor verbetering, om u in de toekomst nog beter presterende producten te kunnen aanbieden.
Inleiding - 5 -
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx

1.2.2 Handelsmerken

Alle in het handboek vermelde en eventueel door derden beschermde handelsmerken zijn onbeperkt onderworpen aan de bepalingen van het telkens geldende merkenrecht en de eigendomsrechten van de telkens geregistreerde eigenaars. Alle hier genoemde handelsmerken, handelsnamen of firmanamen zijn of kunnen handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars zijn. Alle rechten die hier niet uitdrukkelijk worden toegekend zijn voorbehouden.
Uit het ontbreken van een expliciete vermelding van de handelsmerken die in dit handboek worden gebruikt, kan niet worden afgeleid dat een naam vrij is van rechten van derden.
Microsoft, Outlook, Excel, Windows zijn gedeponeerde
handelsmerken van de Microsoft Corporation.
NAVIGON is een gedeponeerd handelsmerk van NAVIGON AG.

1.3 Vragen over het product

Heeft u vragen over uw product? Bezoek dan onze website
www.navigon.com
en klik op "Support". U vindt daar een bereik met vaak gestelde vragen (FAQ) en komt te weten hoe u telefonisch of per e-mail contact met ons kunt opnemen.

2 Voordat u begint

2.1 Leveringsomvang

Controleer a.u.b. of de levering compleet is. Neem onmiddellijk contact op met de dealer waar u het product heeft gekocht, als de levering niet compleet is.
Bij het door u gekochte product heeft u ontvangen:
Navigatieapparaat NAVIGON 12xx | 22xx Autohouder (in delen, zie "Houder in elkaar zetten", pagina 10) Autolaadkabel (10-24V-voedingsapparaat voor sigarettenaansteker)
(NAVIGON 22xx: met geïntegreerde TMC-antenne)
USB-kabel Vouwblad met installatiehandleiding met afbeeldingen
- 6 - Voordat u begint
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx

2.2 Beschrijving van de NAVIGON 12xx | 22xx

Touchscreen (zie ook "Veiligheidsaanwijzingen voor het
1
navigatieapparaat", pagina 8) 2 3 4 5
Sleuf voor MicroSD-geheugenkaart
Mini-USB-bus voor USB-kabel / autolaadkabel
Reset (zie ook "Problemen oplossen", pagina 56)
Aan/Uit

2.3 Belangrijke veiligheidsaanwijzingen

Lees a.u.b. in uw eigen belang de volgende veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen zorgvuldig door, voordat u uw navigatiesysteem in gebruik neemt.

2.3.1 Veiligheidsaanwijzingen voor de navigatie

Het gebruik van het navigatiesysteem geschiedt op eigen risico.
Opgelet! Bedien het navigatiesysteem niet terwijl u rijdt, om uzelf en anderen tegen ongevallen te beschermen!
Opgelet! Kijk alleen op het scherm als u zich in een veilige verkeerssituatie bevindt!
Opgelet! De wegmarkeringen en verkeersborden hebben voorrang op de instructies van het navigatiesysteem.
Voordat u begint - 7 -
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
Opgelet! Volg de instructies van het navigatiesysteem alleen op als de omstandigheden en verkeersregels het toelaten! Het navigatiesysteem brengt u ook naar uw bestemming als u van de berekende route moet afwijken.
Opgelet! Controleer voor elke rit of het navigatieapparaat correct en stevig in de houder zit.
Opmerking: Indien u de gesproken instructie eens niet begrepen heeft of niet zeker bent wat u aan het volgende kruispunt moet doen, kunt u zich aan de hand van de weergave met kaart of pijlen snel oriënteren.

2.3.2 Veiligheidsaanwijzingen voor het navigatieapparaat

Opgelet! Bescherm het apparaat tegen natheid. Het is niet water- en
spatwaterdicht.
Opgelet! Open in geen geval de behuizing van het navigatieapparaat.
Opgelet! Stel het navigatieapparaat niet bloot aan overmatige hitte of
kou. Het zou beschadigd kunnen raken of niet meer correct kunnen functioneren. (Zie "Technische gegevens", pagina 55)
Opgelet! Gebruik voor de bediening van het touchscreen geen scherpe of spitse voorwerpen. Het touchscreen mag uitsluitend met de vinger worden bediend.
Opmerking: Knik de kabel niet. Let erop dat deze niet kan worden beschadigd door voorwerpen met scherpe randen.
Opmerking: Gebruik voor het schoonmaken van het navigatieapparaat alleen een vochtige doek.
Opmerking: Trek de stekker niet aan de kabel uit de aansluiting. De kabel kan daardoor worden beschadigd.
Opmerking: Maak een veiligheidskopie van de gegevens in het interne geheugen van het navigatieapparaat. Dat kunt u zeer gemakkelijk met de software NAVIGON Fresh uitvoeren die u kosteloos van de website
7www.navigon.com kunt downloaden.
- 8 - Voordat u begint
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx

2.3.3 Veiligheidsaanwijzingen voor de inbedrijfstelling in het voertuig

Opgelet! Bevestig de houder zodanig dat het navigatie-apparaat door
de bestuurder goed te zien is en bediend kan worden. Het zicht van de bestuurder op het verkeer mag niet worden belemmerd!
Opgelet! Bevestig de houder niet in het werkingsbereik van airbags.
Opgelet! Bevestig de houder niet te dicht bij het stuur of op andere
bedieningselementen, om te vermijden dat de bediening van het voertuig wordt belemmerd.
Opgelet! Let er bij de installatie van de houder op, dat deze ook bij een ongeval geen veiligheidsrisico vormt.
Opgelet! Leg kabels niet in directe nabijheid van voor de veiligheid relevante apparaten en voedingsleidingen.
Opgelet! Controleer voor elke rit of het navigatie-apparaat correct en stevig in de houder zit. De hechting van de zuignap kan na verloop van tijd minder worden.
Opgelet! Controleer na de installatie alle voor de veiligheid relevante inrichtingen in het voertuig.
Opgelet! De autolaadkabel mag alleen worden aangesloten op sigarettenaanstekers die met een spanning van 12V 10-24V werken.
Opgelet! Trek de stekker van de autolaadkabel uit de sigarettenaansteker, als u het voertuig parkeert. Het daarin geïntegreerde voedingsapparaat verbruikt altijd een geringe hoeveelheid stroom en zou de voertuigaccu kunnen leegtrekken.

2.4 NAVIGON 12xx | 22xx in gebruik nemen

2.4.1 Navigatiesysteem in het voertuig monteren

Opgelet! Neem absoluut goed nota van alle veiligheidsaanwijzingen in
het hoofdstuk "Belangrijke veiligheidsaanwijzingen", pagina 7.
Voordat u begint - 9 -
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
Houder in elkaar zetten
Zet de houder in elkaar zoals te zien is op de afbeelding. U heeft
hiervoor geen gereedschap nodig.
Houder bevestigen
1. Maak de plek op de voorruit schoon waar u de houder wilt
aanbrengen. Deze moet droog en vrij van vuil en vet zijn.
2. Open de hendel bij de zuignap van de houder zo ver mogelijk.
3. Plaats de houder met de zuignap op de voorruit.
4. Druk de hendel bij de zuignap in de richting van de voorruit.
- 10 - Voordat u begint
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
Navigatieapparaat in de houder plaatsen
1. Plaats het navigatie-apparaat in de onderste nokken van de houder.
(zie afbeelding)
2. Druk het apparaat daarna tegen de houder, zodat de bovenste klem
hoorbaar vastklikt.
Navigatieapparaat van stroom voorzien
Bij de levering van de NAVIGON 12xx | 22xx is een autolaadkabel inbegrepen, waarmee u het navigatieapparaat via de sigarettenaansteker van uw voertuig van stroom kunt voorzien.
Sluit de autolaadkabel op de sigarettenaansteker van het voertuig
en op de mini-USB-bus van het naviogatieapparaat aan.
Opmerking: Steek de USB-stekker snel en helemaal in het navigatieapparaat! (Zie "Problemen oplossen", pagina 56)
Opgelet! De autolaadkabel mag alleen worden aangesloten op sigarettenaanstekers die met een spanning van 12V 10-24V werken.
Opmerking: De laadtijd bedraagt bij een lege accu ca. 2-3 uur. De gebruiksduur met een volledig geladen accu bedraagt ca. 1 uur.
Navigatieapparaat uit de houder nemen
1. Druk de bovenste klem van de apparaathouder naar de voorruit toe.
2. Laat het navigatie-apparaat iets in uw richting hellen.
3. Neem het uit de houder.

2.4.2 TMC-antenne

De NAVIGON 22xx beschikt over een geïntegreerde TMC-ontvanger. De TMC-antenne is in de autolaadkabel geïntegreerd. Zodra de autolaadkabel aangesloten is, kan het apparaat actuele
Voordat u begint - 11 -
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
verkeersinformatie ontvangen. Indien gewenst kan het de route dynamisch wijzigen, om b.v. een file te ontwijken.

2.4.3 Geheugenkaart

Een geheugenkaart is niet nodig om de NAVIGON 12xx | 22xx te gebruiken, omdat alle gegevens in het interne geheugen van het apparaat opgeslagen zijn.
Als u de NAVIGON 12xx | 22xx met een USB-kabel op uw computer aansluit, wordt het interne geheugen als station 'NAVIGON' herkend. De sleuf voor de geheugenkaart wordt als verwisselbare schijf herkend. (Zie ook "
Gegevensopslag, softw
Het navigatie-apparaat met een PC verbinden", pagina 12).
are-updates en actualiseringen kunt u snel en
comfortabel doen met NAVIGON Fresh, die u van de website
7www.navigon.com kunt downloaden.
Als u extra navigatiekaarten koopt, maar in het interne geheugen van het navigatieapparaat daarvoor niet meer genoeg plaats is, kunt u deze kaarten ook op een geheugenkaart opslaan. De NAVIGON 12xx | 22xx kan navigatiekaarten uit beide geheugens gebruiken.
De volgende geheugenkaarten kunt u in de NAVIGON 12xx | 22xx gebruiken:
MicroSD-kaarten (verkrijgbaar in de NAVIGON online-shop op
7www.navigon.com of in de speciaalzaak)

2.4.4 Het navigatie-apparaat met een PC verbinden

Als u de NAVIGON 12xx | 22xx voor de eerste keer met uw computer verbindt, probeert het besturingssysteem een stuurprogramma voor het apparaat te installeren. Dat mag niet gebeuren. Verricht alle instellingen zoals te zien is in de volgende afbeeldingen. Daarna wordt de NAVIGON 12xx | 22xx als station 'NAVIGON' herkend.
De volgende afbeeldingen zijn in het Engels. De instellingen zijn echter in alle talen op dezelfde plaats te vinden.
- 12 - Voordat u begint
Windows XP
1. Druk op Next >
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
.
2. Druk op Finish
Voordat u begint - 13 -
.
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
Windows Vista
Druk op Cancel.
Windows 2000
1. Druk op Next >
- 14 - Voordat u begint
.
2. Druk op Next >
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
.
3. Druk op Next >
Voordat u begint - 15 -
.
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
4. Druk op Finish
.

2.5 Navigatie met GPS

GPS is gebaseerd op in totaal minimaal 24 satellieten, die rond de aarde draaien en daarbij voortdurend hun positie en hun tijd uitzenden. De GPS-ontvanger ontvangt deze gegevens en berekent uit de verschillende positie- en tijdinformatie van de verschillende satellieten zijn eigen geografische positie.
Voor een positiebepaling die exact genoeg is, zijn de gegevens nodig van ten minste drie satellieten. Met de gegevens van vier of meer satellieten kan ook de hoogte boven de zeespiegel worden bepaald. De positiebepaling gebeurt daarbij tot op drie meter nauwkeurig.
Wanneer het navigatiesysteem uw positie heeft bepaald, kan deze positie als uitgangspunt dienst doen voor een routeberekening.
Het kaartmateriaal van uw navigatieapparaat bevat de geografische coördinaten van alle digitaal geregistreerde bijzondere bestemmingen (POI's), straten en plaatsen. Het navigatieapparaat kan zodoende een weg berekenen vanaf een beginpunt naar een bestemming.
De berekening van de actuele positie en de weergave ervan op de kaart geschieden één keer per seconde. Zo kunt u op de kaart zien waar u zich beweegt.

3 NAVIGON 12xx | 22xx inschakelen

Druk ca. 2 seconden lang op de toets (Aan/Uit).
Het venster NAVIGATIE wordt geopend.
- 16 - NAVIGON 12xx | 22xx inschakelen
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
Opgelet! Druk niet langer dan 2 seconden op de toets u de toets langer dan 10 seconden lang indrukt, wordt een reset van de hardware uitgevoerd.
Na een reset van de hardware moet u het touchscreen opnieuw kalibreren. Bovendien wordt de GPS-ontvanger opnieuw geïnitialiseerd, wat tot 20 minuten in beslag kan nemen. (Zie ook " GPS-ontvanger",
pagina 23)
Initialisatie van de
Opmerking: Als u de NAVIGON 12xx | 22xx voor de eerste keer inschakelt, wordt u gevraagd de volgende instellingen vast te leggen:
de taal waarin u de software wilt gebruiken de lengte-eenheid voor afstandsgegevens het formaat van tijdinformatie
Het navigatie-apparaat naar standby schakelen
Als u het navigatie-apparaat naar standby schakelt, wordt het bij de volgende keer inschakelen geopend met hetzelfde venster dat bij het uitschakelen actief was. Het verbruikt echter in de standby-modus altijd nog een geringe hoeveelheid energie.
Druk even (max. 2 seconden) op de toets (Aan/Uit).
-of-
Druk in het venster NAVIGATIE van de navigatiesoftware op de knop
.
Het navigatieapparaat uitschakelen
Als u het navigatie-apparaat uitschakelt, zal het bij de volgende keer inschakelen een nieuwe start van de navigatiesoftware uitvoeren. Uw instellingen en uw opgeslagen bestemmingen en routes blijven behouden.
Druk ten minste 6 seconden lang op de toets (Aan/Uit).
(Aan/Uit)! Als

3.1 Opties

In sommige vensters zijn er opties via welke u verdere functies kunt bereiken.
Een beschrijving van alle beschikbare opties vindt u in het hoofdstuk "Opties", op pagina 38.
NAVIGON 12xx | 22xx inschakelen - 17 -
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx

4 NAVIGON 12xx | 22xx bedienen

4.1 Informatie

Langs de bovenrand van heel veel vensters bevinden zich diverse pictogrammen die informatie aangeven.
GPS
Het pictogram GPS kan de volgende toestanden van de GPS-ontvangst weergeven:
Geen GPS (Geen symbool): De ingebouwde GPS-ontvanger is niet
gereed voor gebruik. Neem contact op met de klantenservice, wanneer dit probleem zich al langer voordoet.
Geen signaal: De gegevens van minder dan drie satellieten worden
ontvangen. De positie kan niet worden berekend.
GPS gereed: De gegevens van ten minste 3 satellieten worden
ontvangen. De positie kan worden berekend.
Meer informatie over de GPS-status vindt u in het hoofdstuk "GPS­status, actuele locatie opslaan" op pagina 48.
Kompas
Het pictogram Kompas geeft aan in welke richting u zich net beweegt. Het kan een van de volgende windstreken weergeven: N, NO, O, ZO, Z, ZW, W, NW.
TMC (Verkeersberichten) (alleen NAVIGON 22xx)
In de NAVIGON 22xx is een TMC-ontvanger geïntegreerd die het navigatiesysteem voorziet van actuele verkeersinformatie. Het kan indien gewenst de route dynamisch wijzigen, om bv. een file te ontwijken.
Opmerking: Deze functie kan alleen worden gebruikt, wanneer in het land waarin u reist, verkeersinformatie via TMC wordt uitgezonden. Dat is niet in alle landen het geval.
Het pictogram TMC kan de volgende toestanden van de TMC­ontvangst weergeven:
Zender wordt gezocht: De TMC-ontvanger is gereed voor gebruik,
maar vindt geen zender die TMC-signalen uitzendt. Er is geen verkeersinformatie aanwezig.
- 18 - NAVIGON 12xx | 22xx bedienen
Gebruikershandboek NAVIGON 12xx | 22xx
Zender wordt gezocht: De TMC-ontvanger is gereed voor gebruik, maar vindt geen zender die TMC-signalen uitzendt. Er is echter nog verkeersinformatie aanwezig. Dat kan bv. voorkomen als u net door een tunnel rijdt.
TMC op stand-by: Verkeersinformatie kan worden ontvangen.
Opmerking: De TMC-antenne is in de autolaadkabel geïntegreerd. Het pictogram Zender wordt gezocht kan daarom pas verschijnen, als de autolaadkabel niet op de NAVIGON 22xx aangesloten is.
Een uitgebreide functiebeschrijving van uw TMC-module vindt u in het hoofdstuk "TMC (Verkeersberichten) (alleen NAVIGON 22xx)" op pagina 50.
Energie
Het pictogram Energie kan de volgende toestanden van de ingebouwde accu weergeven:
Het apparaat wordt gevoed door een externe stroombron. De batterij is
helemaal opgeladen.
Het apparaat wordt gevoed door een externe stroombron. De batterij
wordt net geladen.
Het apparaat wordt gevoed door zijn interne batterij. De laadtoestand
van de batterij is voldoende.
Het apparaat wordt gevoed door zijn interne batterij. De laadtoestand
van de batterij is zwak.
Geluid uitschakelen
Het pictogram Geluid uitschakelen kan de volgende toestanden weergeven:
Geen symbool: Het geluid van de navigatietoepassing is niet
uitgeschakeld.
Geluid uitschakelen: Het geluid van de navigatietoepassing is
uitgeschakeld. Wanneer u zich in een navigatie bevindt, hoort u geen rij-instructies.

4.2 Software-toetsenbord

Wanneer tekstinvoer nodig is, verschijnt op het beeldscherm een softwaretoetsenbord.
Op het softwaretoetsenbord kunt u alles met uw vinger invoeren. Er kunnen alleen hoofdletters worden ingevoerd.
NAVIGON 12xx | 22xx bedienen - 19 -
Loading...
+ 42 hidden pages