OM BRAND OF GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, MAG U DIT TOESTEL
NIET BLOOTSTELLEN AAN REGEN OF VOCHT.
BLIKSEMSCHICHT MET PIJLPUNT - in een
gelijkzijdige driehoek, is bedoeld om de gebruiker te
wijzen op de aanwezigheid van niet geïsoleerde
gevaarlijke spanning binnen in het product, die
voldoende sterk kan zijn om een gevaar voor
elektrische schok te vormen voor mensen.
Het volgende etiket werd aangebracht op het toestel en geeft de juiste procedure weer om te werken
met de lasterstraal:
KLASSE 1 LASERPRODUCT ETIKET -
Dit etiket werd aangebracht zoals op de afbeelding om mee te
delen dat het toestel een laseronderdeel bevat.
WAARSCHUWINGSETIKET DAT WIJST OP STRALING -
Dit etiket werd aan de binnenkant van het toestel aangebracht.
Zoals weergegeven in de illustratie. Om te waarschuwen tegen
verdere handelingen aan het toestel. De uitrusting bevat een
laser die lasterstralen uitzendt binnen de grenzen van
laserproducten van klasse 1.
VEILIGHEIDS INSTRUCTIES
UITROEPTEKEN - in een gelijkzijdige driehoek,
wordt gebruikt om aan te geven dat een specifiek
onderdeel om veiligheidsredenen enkel mag
worden vervangen door het onderdeel dat wordt
beschreven in de documentatie.
-
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
1. LEES DE INSTRUCTIES - Lees alle veiligheids- en bedieningsinstructies voordat u het toestel gebruikt.
2. HOU DE INSTRUCTIES BIJ - De veiligheids- en bedieningsinstructies moeten worden bijgehouden om ze later te
kunnen raadplegen.
3. LEEF DE WAARSCHUWINGEN NA - Alle waarschuwingen op het toestel en in de gebruiksaanwijzing moeten
worden nageleefd.
4. VOLG DE INSTRUCTIES - Alle bedieningsinstructies moeten worden gevolgd.
5. WATER EN VOCHT - Het toestel mag niet worden gebruikt in de buurt van water, bijvoorbeeld naast een bad,
wastafel, keukenaanrecht, wastobbe, zwembad of in een vochtige kelder.
6. VERLUCHTING - Het toestel moet zo worden geplaatst dat de verluchting ervan niet wordt verhinderd. Zet het toestel
niet op een bed, sofa, tapijt of gelijkaardige oppervlakte die de ventilatieopeningen kunn e n blokker en, in een ingeb ou wde
installatie, zoals een boekenkast of kast waar de lucht niet goed door de ventilatieopeningen kan stromen.
7. WARMTE - Het toestel moet uit de buurt van warmtebronnen worden gehouden, zoals radiators, kachels of andere
toestellen (zoals versterkers) die warmte produceren.
8. STROOMBRON - Het toestel mag enkel worden aangesloten op de stroomtoevoer van het type dat wordt beschreven
in de gebruiksaanwijzing of zoals aangegeven op het toestel.
9. AARDING - Er moeten voorzorgen worden genomen om zeker te zijn dat de aarding van een toestel niet werd
tenietgedaan.
10. BESCHERMING STROOMKABEL - Stroomkabels moeten zo worden gelegd dat er niet op kan worden gelopen of
dat ze niet geklemd geraken door voorwerpen die erop of ertegen worden gezet.
11. STROOMLEIDINGEN - Een buitenantenne moet uit de buurt staan van stroomleidingen.
12. VOORWERPEN EN VLOEISTOFFEN - Let op dat er geen voorwerpen op de behuizing vallen en dat er geen
vloeistoffen op worden gemorst die door openingen kunnen dringen.
13. ESD WAARSCHUWING - Door de elektrische ontlading is het mogelijk dat het scherm niet naar behoren werkt of
dat het toestel niet reageert als u het bedient. Zet het toestel uit en haal de stekker eruit. Sluit het na enkele seconde n
terug aan.
14. SCHADE WAARVOOR ONDERHOUD NODIG IS - Het toestel moet worden onderhouden door opgeleid personeel
wanneer:
a. De stroomkabel of stekker beschadigd is.
b. Er voorwerpen zijn gevallen of vloeistof is gemorst op de behuizing.
c. Het toestel werd blootgesteld aan regen.
d. Het toestel is gevallen, of als de behuizing beschadigd is.
e. Het toestel niet normaal lijkt te werken.
15. ONDERHOUD - De gebruiker mag geen onderhoudswerken uitvoeren aan het toestel die buiten de beschreven
bedieningsinstructies vallen. Alle andere onderhoudswerken moeten worden uitgevoerd door opgeleid
onderhoudspersoneel.
Opmerkingen:
a. Vuile of bekraste CD's kunnen problemen veroorzaken bij het afspelen. Maak de CD schoon of vervang hem.
b. Als er een foutboodschap verschijnt of het toestel niet juist werkt, trek dan de AC-kabel uit het toeste l en ver wijder alle
batterijen. Zet dan het toestel terug aan.
VOORDAT U HET TOESTEL GEBRUIKT
Opmerkingen: OVER COMPACT DISCS.
Omdat vuile, beschadigde of kromgetrokken discs het toestel kunnen beschadigen, moet u op het volgende letten:
a. Bruikbare compact discs. Gebruik enkel compact discs die het merkteken hieronder dragen.
b. CD compact disc enkel met digitale audiosignalen.
E-2
STROOMBRONNEN
naar een stopcontact naar AC in Steek 6 x “C” batterijen
in het batterijvak
AC STROOM
U kunt uw draagbaar systeem van stroom voorzien door de afneembare AC-stroomkabel in de AC-invoer te
steken aan de achterkant van het toetstel en in een AC-stopcontact. Ga na of de nominale spanning van uw
toestel overeenkomt met de spanning waar u het toestel gebruikt. Zorg ervoor dat de AC stroomkabel
volledig in het toestel zit.
BATTERIJEN
Steek 6 x “C” batterijen in het batterijvak. Zorg ervoor dat de batterijen juist geplaatst worden om schade aan
het toestel te voorkomen. Verwijder de batterijen altijd wanneer het toestel lange tijd niet gebruikt wordt,
omdat ze kunnen lekken en uw toestel beschadigen.
Opmerkingen:
- Gebruik batterijen van hetzelfde type. Gebruik nooit verschillende types batterijen samen.
- Om het toestel te gebruiken met batterijen, moet u de AC-stroomkabel uit het toestel halen.
STROOMBRONNEN
E-3
PLAATS VAN DE BEDIENINGSKNOPPEN
FM ANTENNE
HANDVAT
LCD SCHERM
PLAY / PAUSE STOP
SKIP - SKIP +
MODUS PROGRAMMA
TUNING VOLUME
CONTROLE CONTROLE
BAND FUNCTIE
SELECTOR SELECTOR
CD DEUR
FM STEREO
INDICATOR
ALBUM
AC KABEL
E-4
BEDIENING RADIO
ALGEMENE BEDIENING
1. Zet de “FUNCTIE” selector op “RADIO” modus.
2. Kies de gewenste band met behulp van de “BAND” selector.
3. Stel de radiofrequentie in op het gewenste station met behulp van de “TUNING” controle.
4. Stel het “VOLUME” in op het gewenste niveau.
FM / FM-STEREO ONTVANGST
- Stel de “BAND” selector in op FM modus voor MONO ontvangst.
- Stel de “BAND” selector in op FM ST. modus voor FM STEREO ontvangst. Het lichtje van de stereo
indicator brandt om te laten zien dat de FM ST. modus aan staat.
VOOR EEN BETERE ONTVANGST
- Pas de richting van de antenne aan voor een betere FM
ontvangst.
- Pas de richting van het toestel aan voor een betere AM
ontvangst.
CD / MP3 BEDIENING
E-5
CD / MP3 BEDIENING
ALGEMENE BEDIENING
PLAY / PAUSE
SKIP +
SKIP -
dat u wil afspelen.
STOP
Druk in en hou ingedrukt tijdens het spelen totdat u op het punt bent
Druk op deze knop om de CD / MP3 te stoppen.
Druk op deze knop om een CD / MP3 disc af te spelen.
Druk nog eens op deze knop om het afspelen van de CD / MP3
tijdelijk te stoppen.
Druk nogmaals om terug af te spelen.
& Druk op deze knop op naar het volgende of vorige nummer te gaan.
WEERGAVETOETS
1. Stel de “FUNCTIE” selector in op “CD / MP3” modus.
2. Open de CD deur en leg een CD / MP3 disc met het etiket naar boven in de CD houder.
3. Sluit de CD deur.
4. Er wordt een focus search uitgevoerd als er een disc in de CD houder zit.
De weergave begint automatisch bij het eerste nummer.
U kunt een map naar keuze selecteren door te drukken op de “ALBUM” knop (enkel voor MP3).
5. Stel het “VOLUME” in op het gewenste niveau.
6. Druk op de “SPELEN / PAUZE” knop wanneer u de weergave tijdelijk wil stopzetten.
7. Druk op de “STOP” knop als u klaar bent.
E-6
CD / MP3 BEDIENING
PROGRAMMA
Zorg ervoor dat u op de “STOP” knop drukt voor gebruik.
1. Druk op de “PROGRAM” knop, op het scherm verschijnt “P01” dat knippert.
2. Selecteer het gewenste nummer met behulp van de “SKIP +” of “SKIP -” knop. (U kunt een gewenst
album selecteren door te drukken op de “ALBUM” knop).
3. Druk nogmaals op de “PROGRAM” knop om het gewenste nummer in het programmageheugen te
bevestigen.
4. Herhaal stap 2 en 3 om bijkomende nummers in het programmageheugen in te voere n.
5. Wanneer alle gewenste nummers geprogrammeerd zijn, drukt u op de “PLAY / PAUSE” knop om de disc
af te spelen in de geprogrammeerde volgorde.
6. Druk tweemaal op de “STOP” knop om de geprogrammeerde weergave stop te zetten.
MODUS
Druk op de “MODE” knop voor of tijdens het afspelen van een CD / MP3 disc,
elke keer dat u drukt verandert de modusfunctie als volgt: