De informatie in dit document is zeer zorgvuldig en naar waarheid samengesteld, maar Mitel
Networks™ Corporation (MITEL®) biedt hiervoor geen garanties. De informatie in dit
document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd en mag niet worden
opgevat als een verbintenis van Mitel, Mitel-vestigingen of -dochterbedrijven. Mitel, Mitelvestigingen en -dochterbedrijven kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor fouten of
weglatingen in dit document. Voornoemde wijzigingen kunnen worden opgenomen in revisies
of nieuwe edities van dit document.
Mitel is een gedeponeerd handelsmerk van Mitel Networks Corporation.
Internet Explorer is een handelsmerk van Microsoft Corporation.
Netscape Navigator is een handelsmerk van Netscape Communications Corporation.
Andere productnamen die in dit document worden genoemd kunnen handelsmerken van hun
respectievelijke eigenaars zijn en worden hierbij erkend.
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
- vi -
Welkom
Welkom
Deze handleiding voor gebruikers en beheerders bevat informatie over de configuratie en
het gebruik van de Mitel
Protocol (SIP).
Achter in de handleiding vindt u een lijst met gebruikte afkortingen. Verder is dit document
als volgt ingedeeld:
• Welkom (dit hoofdstuk): het doel van deze handleiding en informatie over aanvullende
documentatie, zoals de on line Help bij het webconfiguratieprogramma.
• SIP en de telefoon: informatie over SIP en de 5215 en 5220 IP-telefoons, functies en
ondersteunde accessoires.
• Aan de slag: informatie over toegang tot de Superkey-menu-interface en het
webconfiguratieprogramma waarmee u de functies van de telefoon kunt programmeren en
gebruiken. Ook vindt u hier informatie over het invoeren van gegevens op de telefoon met
SIP-ondersteuning en informatie over wachtwoorden, gesprekscodering en veiligheid.
• De telefoon aanpassen: procedures waarmee u de telefoon kunt aanpassen aan uw
eigen wensen met instellingen zoals het contrast van het scherm en de taal.
• Gesprekken plaatsen en beantwoorden: procedures waarmee u gewone en SIP-
gesprekken kunt plaatsen en beantwoorden.
• Oproepen afhandelen: informatie en procedures voor het afhandelen van gesprekken,
zoals doorschakelen, doorverbinden en het instellen van een adviesbericht.
• Geavanceerde functies: informatie en procedures voor het gebruik van de
geavanceerde functies, zoals Niet storen, gesprekslijsten en het telefoonboek.
®
5215 IP-telefoon of Mitel 5220 IP-telefoon met Session Initiation
• Beheerdersprogramma’s: informatie en procedures voor het gebruik van
beheerfuncties, zoals het configureren van SIP-accounts voor gebruikers, het upgraden
van de firmware van de telefoon en het aanpassen van netwerkinstellingen in het
hoofdprogramma. Hier vindt u ook informatie over beheerderswachtwoorden.
• Appendix A: De Superkey-menu-interface: overzicht van de Superkey-menu-interface
waarmee u de functies van de telefoon kunt programmeren.
• Appendix B: SIP-instellingen configureren in het opstartprogramma: overzicht van
de menu’s voor SIP-configuratie van het opstartprogramma die de beheerder kan
gebruiken om de SIP-instellingen van een telefoon te configureren.
• Appendix C: Problemen oplossen: informatie om problemen op te lossen.
• Woordenlijst: definities van termen en afkortingen die in deze handleiding worden gebruikt.
- 1 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
Aanvullende documentatie
De on line Help van het webconfiguratieprogramma
Zoals u kunt lezen in het gedeelte Toegang tot de functies van de telefoon op pagina 8,
kunt u een webbrowser met de naam Webconfiguratieprogramma gebruiken om functies
van de telefoon te programmeren en aan te passen. Raadpleeg de on line Help van het
webconfiguratieprogramma voor meer informatie over deze functie.
U opent als volgt de on line Help van het webconfiguratieprogramma:
1. Ga naar de startpagina van het webconfiguratieprogramma (zie Het webconfiguratieprogramma openen op pagina 9).
2. Ga naar het einde van de pagina.
3. Klik in het venster aan de linkerkant bij Ondersteuning op Help. De Help-pagina
wordt geopend met koppelingen naar deze handleiding en de on line Help van het
webconfiguratieprogramma voor gebruikers.
Opmerking: als u beschikt over beheerdersrechten, hebt u toegang tot het on line
Help-systeem van het webconfiguratieprogramma voor gebruikers en
voor beheerders.
Andere documentatie
U opent als volgt andere documentatie over de Mitel-telefoon en randapparatuur:
1. Ga in de browser naar
2. Houd de cursor boven Support en kies Documentation Library.
3. Kies User Guides in de vervolgkeuzelijst.
www.mitel.com.
- 2 -
SIP en de telefoon
SIP en de telefoon
De volgende IP-telefoons van Mitel bieden ondersteuning voor SIP:
• 5215 IP-telefoon
• 5220 IP-telefoon
In SIP-modus is de 5215 of 5220 IP-telefoon een intelligente SIP-telefoon die de eigen
gespreksstatus en functies beheert. SIP maakt gebruik van internet om de 5215 of 5220 IPtelefoon te verbinden met andere SIP-telefoons. U kunt een gesprek tot stand brengen via
een SIP URL of IP-adres. U kunt ook bellen naar telefoons in het reguliere telefoonnetwerk.
Daarnaast kunt u bellen met een gebruikers-id in de vorm van een naam of een
toestelnummer als u een account hebt bij een SIP-aanbieder.
Raadpleeg deze handleiding en de on line Help van het webconfiguratieprogramma voor
meer informatie over het programmeren en aanpassen van functies van de telefoon met SIPondersteuning (zie Aanvullende documentatie op pagina 2). Raadpleeg de meegeleverde
installatiehandleiding voor informatie over het installeren en aan de wand monteren van de telefoon.
SIP-account voor gebruikers
Als u een gesprek tot stand wilt brengen door een gebruikers-id in de vorm van een naam
of toestelnummer te bellen, hebt u een gebruikersnaam en wachtwoord nodig en moet u
zijn geregistreerd bij een SIP-aanbieder. Als dit niet het geval is, kunt u de telefoon gewoon
gebruiken, maar kunt u niet bellen met een gebruikers-id in de vorm van een naam of
toestelnummer. SIP-accounts worden meestal door de beheerder geconfigureerd.
Beheermodus
Met behulp van de gebruikersnaam en het wachtwoord van de beheerder, kan de beheerder
bepaalde instellingen, zoals gegevens over het netwerk en de SIP-aanbieder, wijzigen en de
firmware upgraden. Zie Beheerdersprogramma’s op pagina 36 voor meer informatie.
De 5215 IP-telefoon
De 5215 IP-telefoon heeft acht toetsen met een vaste functie, twee pijltoetsen en zeven
persoonlijke toetsen met ingebouwde statusindicator. De persoonlijke toets linksonder is altijd
de hoofdlijn. De andere persoonlijke toetsen kunt u programmeren als toetsen voor verkort
kiezen. Daarnaast kan de beheerder de overige persoonlijke toetsen programmeren als
toetsen voor gedeelde lijnen.
De 5215 IP-telefoon is ook voorzien van beeldschermondersteuning voor het selecteren van
functies, de mogelijkheid tot het kiezen van nummers met de hoorn op de haak en een grote
berichtindicator.
- 3 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
Zie Onderdelen van de telefoon op pagina 5 voor meer informatie over toetsen en functies.
Afbeelding 1: 5215 IP-telefoon
De 5220 IP-telefoon
De 5220 IP-telefoon heeft acht toetsen met een vaste functie, twee pijltoetsen, drie
functietoetsen en veertien persoonlijke toetsen met ingebouwde statusindicator. De
persoonlijke toets rechtsonder is altijd de hoofdlijn. De andere persoonlijke toetsen kunt
u programmeren als toetsen voor verkort kiezen. Daarnaast kan de beheerder de overige
persoonlijke toetsen programmeren als toetsen voor gedeelde lijnen.
De 5220 IP-telefoon is ook voorzien van beeldschermondersteuning voor het selecteren van
functies, de mogelijkheid tot het kiezen van nummers met de hoorn op de haak en een grote
berichtindicator.
Zie Onderdelen van de telefoon op pagina 5 voor meer informatie over toetsen en functies.
Afbeelding 2: 5220 IP-telefoon
- 4 -
SIP en de telefoon
Onderdelen van de telefoon
In dit gedeelte worden de onderdelen van de telefoon beschreven. Het is ingedeeld
volgens de nummers (bijvoorbeeld
Display
Een weergavegebied met achtergrondverlichting in hoge resolutie voor uw gebruiksgemak.
Wanneer de telefoon niet in gebruik is, ziet u hierop de datum en tijd. Wanneer u de Superkeymenu-interface gebruikt, worden aanwijzingen en functiegegevens op de display weergegeven.
Bericht wacht/belsignaal-indicator
Dit lampje knippert oranje als er een nieuw bericht in de voicemailbox is of als er een oproep
binnenkomt. Het lampje brandt continu oranje als het toestel opnieuw wordt opgestart.
Functietoetsen (alleen voor de 5220 IP-telefoon)
Hiermee selecteert u de bijbehorende opdrachten die worden vermeld op de onderste regel
van de display. Deze opdrachten variëren naar gelang de gebruiksmodus en het menu dat
wordt weergegeven.
) in afbeelding 1 en 2 (op pagina 4).
Vaste functietoetsen
Deze functietoetsen bieden toegang tot de volgende functies van de telefoon:
• Superkey (blauw): hiermee opent u de menu’s van de telefoon.
• Doorverbinden/Conferentie: hiermee verbindt u een gesprek door of brengt u een
telefonische conferentie tussen drie partijen tot stand.
• Opnieuw kiezen: hiermee kiest u de/het laatstgekozen nummer, naam, SIP URL of IP-adres.
• Bericht: hiermee opent u uw voicemailbox (optioneel).
• Wachtstand (rood) hiermee zet u het huidige gesprek in de wacht.
• Annuleren: u beëindigt het gesprek als u op deze toets drukt tijdens het gesprek.
Als u op deze toets drukt tijdens het programmeren van de telefoon, verwijdert u
eventuele ingevoerde gegevens en gaat u terug naar het vorige menu-niveau.
• Luidspreker: hiermee start u een gesprek met de luidspreker, schakelt u tussen de
hoorn en luidspreker of verbreekt u de verbinding bij gebruik van de luidspreker.
• Microfoon: hiermee schakelt u de microfoon in en uit. Als u de luidspreker gebruikt,
geeft een oranje lampje aan dat de microfoon is ingeschakeld en uw gesprekspartner u
dus kan horen. Bij gebruik van de hoorn of koptelefoon schakelt u met deze toets het
geluid uit. Een oranje lampje geeft aan dat de microfoon uit staat en uw gesprekspartner
u dus niet kan horen.
Pijltoetsen
Hiermee stelt u het volume van de hoorn, koptelefoon, luidspreker of beltoon in. Wanneer u
letters invoert, schakelt u met deze toets tussen het invoeren van hoofdletters en kleine
letters. Deze toetsen worden ook gebruikt om het contrast van de display te wijzigen en om
menu’s te doorlopen bij het programmeren van de telefoon. In deze handleiding worden
de pijltoetsen aangeduid met
en .
- 5 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
Toetsenblok
Als u wilt bellen, gebruikt u het toetsenblok om het nummer, de naam, de SIP URL of het
IP-adres in te voeren. Als u de 5215 of 5220 IP-telefoon programmeert, gebruikt u het
toetsenblok om gegevens in te voeren. Afhankelijk van de context kunt u alleen cijfers
of cijfers, letters en enkele speciale tekens invoeren.
Identificatiekaart en lens
Deze worden gebruikt om persoonlijke toetsen van een label te voorzien en om de
identificatiekaart op zijn plaats te houden. Raadpleeg de installatiehandleiding die bij
de telefoon is geleverd voor meer informatie over het verwijderen en installeren van
de identificatiekaart.
Lijntoetsen
Met de vooraf gedefinieerde lijntoetsen kunt u gesprekken tot stand brengen, ontvangen en
beheren. De standaardlijntoets is Lijn 1. Op de 5215 IP-telefoon vindt u Lijn 1 linksonder (zie
Afbeelding 1 op pagina 4). Op de 5220 IP-telefoon vindt u Lijn 1 rechtsonder (zie Afbeelding
2 op pagina 4). Als een lijn bezet is, worden volgende oproepen ontvangen op de volgende
beschikbare lijntoetsen. De 5215 IP-telefoon beschikt over twee lijntoetsen en de 5220 IPtelefoon over vier lijntoetsen. De lijntoetsen zijn niet toegewezen aan een bepaald
telefoonlijstnummer of adres (werking met meerdere lijnen).
Persoonlijke toetsen
Op de 5215 IP-telefoon bieden toets 3 en 4 (naar boven geteld vanaf de onderkant; zie
Afbeelding 1 op pagina 4) met een druk op de toets toegang tot geprogrammeerde nummers
voor verkort kiezen. Daarnaast kan de beheerder deze toetsen programmeren als toetsen
voor gedeelde lijnen. Toets 5 is toegewezen als toets voor de Koptelefoon. Toets 6 is de
toets voor Adviesbericht en toets 7 is de toets voor Gesprekslijsten/Telefoonboek.
Op de 5220 IP-telefoon bieden toets 1 tot en met 7 (naar boven geteld vanaf de onderkant;
zie Afbeelding 2 op pagina 4) met een druk op de toets toegang tot geprogrammeerde
nummers voor verkort kiezen. Daarnaast kan de beheerder deze toetsen programmeren als
toetsen voor gedeelde lijnen. In de rechterrij is toets 5 (naar boven geteld vanaf de
onderkant) toegewezen als toets voor Koptelefoon. Toets 6 is de toets voor Adviesbericht
en toets 7 is de toets voor Gesprekslijsten/Telefoonboek.
- 6 -
SIP en de telefoon
Accessoires voor de telefoon
Koptelefoons
De 5215 en 5220 IP-telefoon bieden ondersteuning voor de Mitel-koptelefoon met
functieschakelaar. De koptelefoon moet worden aangesloten op de daarvoor bestemde
koptelefoonaansluiting. Als u de koptelefoon aansluit, wordt de microfoon van de hoorn
uitgeschakeld. Wanneer u de koptelefoon loskoppelt bij de aansluiting of de snelleontkoppelingsstekker, wordt de hoorn weer ingeschakeld. Als u de hoorn voor langere tijd
moet gebruiken, stelt u de telefoon in op gebruik van de hoorn met de toets Koptelefoon.
Conference Units (alleen 5220 IP-telefoon)
Mitel biedt ondersteuning voor gebruik van de 5310 IP Boardroom Conference Unit in
combinatie met de 5220 IP-telefoon. Raadpleeg de documentatie bij de 5310 IP Boardroom
Conference Unit (zie Aanvullende documentatie op pagina 2) of neem contact op met de
beheerder voor meer informatie over de conference unit.
- 7 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
Aan de slag
Nadat u de 5215 of 5220 IP-telefoon hebt geïnstalleerd en bestudeerd, kunt u de ‘normale’
functies en speciale SIP-functies van de telefoon gaan gebruiken. U kunt hiervoor de
volgende twee interfaces gebruiken:
• Superkey-menu-interface
• Het webconfiguratieprogramma
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u beide interfaces opent, zodat u de functies van
de telefoon kunt aanpassen (zie De telefoon aanpassen op pagina 14). Daarnaast
vindt u in dit gedeelte belangrijke informatie over:
• Het selecteren in menu’s en het invoeren van gegevens
• Wachtwoorden voor de telefoon en het webconfiguratieprogramma
• Gesprekscodering
• Gemak en veiligheid
Toegang tot de functies van de telefoon
De Superkey-menu-interface
Via de vaste functietoetsen hebt u rechtstreeks toegang tot de meeste functies van de
telefoon. Voor de overige functies gebruikt u de Superkey-menu-interface van de telefoon.
U opent de Superkey-menu-interface door op Superkey op de telefoon te drukken Zie
Appendix A: De Superkey-menu-interface op pagina 46 voor meer informatie over de
Superkey-menu’s. Zie Menu-items selecteren op pagina 9 voor meer informatie over
het selecteren van menu’s.
Het webconfiguratieprogramma
Naast de telefoon, kunt u ook het webconfiguratieprogramma gebruiken om gesprekken tot
stand te brengen en de instellingen van de telefoon aan uw eigen wensen aan te passen.
Bovendien kan de beheerder het webconfiguratieprogramma gebruiken voor beheertaken.
U kunt het webconfiguratieprogramma openen op elke pc die verbinding heeft met internet
en waarop een van de volgende webbrowsers wordt uitgevoerd:
• Netscape Navigator 4.8 of later
• Internet Explorer 4 of later
• Een andere equivalente browser
Opmerking: als het netwerk wordt beveiligd met een firewall, is het mogelijk dat u van
buiten de firewall geen toegang hebt tot de telefoon via het
webconfiguratieprogramma.
- 8 -
Aan de slag
Er zijn twee aanmeldingsaccounts voor het webconfiguratieprogramma: een
beheerdersaccount en een gebruikersaccount. De account waarmee u zich aanmeldt,
bepaalt welke type configuratiepagina’s u kunt openen. Zie Het webconfiguratieprogramma
openen op pagina 9 voor instructies voor het openen van het webconfiguratieprogramma. Zie
Wachtwoorden op pagina 11 voor informatie over wachtwoorden. Raadpleeg de on line Help
van het webconfiguratieprogramma (zie Aanvullende documentatie op pagina 2) voor
informatie over het gebruik van het webconfiguratieprogramma.
Het webconfiguratieprogramma openen
U opent als volgt het webconfiguratieprogramma:
1. Ga als volgt te werk op de telefoon om het IP-adres van de telefoon op te vragen:
• Druk op Superkey.
• Druk op de toets Lijn 1 (hoofdlijn). Het IP-adres van de telefoon wordt weergegeven.
• Schrijf het IP-adres op en druk op Superkey om terug te gaan naar de
standaarddisplay.
2. Start de browser op de pc.
3. Typ het IP-adres van de telefoon in het vak URL of Adres van de browser.
Het dialoogvenster voor aanmelding bij het webconfiguratieprogramma wordt
weergegeven.
4. Typ uw gebruikersnaam en wachtwoord voor het webconfiguratieprogramma in
de desbetreffende velden.
5. Klik op OK. De startpagina van het webconfiguratieprogramma wordt weergegeven.
Menu-items selecteren
Voordat u de telefoon gebruikt, is het belangrijk dat u de volgende informatie over het
selecteren van menu’s en het invoeren van gegevens leest:
• Als u een 5215 IP-telefoon hebt, drukt u op 6, 0 en # om menu-items te selecteren
die worden aangegeven op de display. Als bijvoorbeeld de opties 6=JA 0=STANDAARD
#=NEE worden weergegeven en u JA wilt kiezen, drukt u op 6 op het toetsenblok.
• Als u een 5220 IP-telefoon hebt, drukt u op de drie functietoetsen om menu-items te
selecteren die worden aangegeven op de display.
- 9 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
Cijfers en letters invoeren
5215 IP-telefoon
Met de 5215 IP-telefoon kunt u cijfers invoeren met het toetsenblok om het volgende te kiezen:
• Toestelnummers
• Telefoonnummers (‘gewone’ PSTN-nummers).
Opmerking: de toetsen 6 en # op het toetsenblok kunnen niet worden gebruikt bij
het kiezen van telefoonnummers op de 5215 IP-telefoon.
Druk op 6 om het laatst ingevoerde nummer te wissen.
5220 IP-telefoon
Afhankelijk van de context kunt u met het toetsenblok van de 5220 IP-telefoon alleen cijfers,
of cijfers en letters en enkele speciale tekens invoeren. Op de 5220 IP-telefoon kunt u het
volgende kiezen:
• Toestelnummers
• Telefoonnummers (‘gewone’ PSTN-nummers).
• IP-adressen
• SIP URL’s
• Gebruikers-id’s in de vorm van namen
Wanneer u letters en speciale tekens invoert, drukt u snel op de desbetreffende nummertoets
tot het gewenste teken op de display wordt weergegeven. Letters corresponderen met de
letters op het toetsenblok en tekens met de volgende tabel. Een knipperende cursor geeft
de positie aan waar het teken wordt ingevoegd. De cursor gaat naar de volgende positie als
u op een andere toets op het toetsenblok drukt of ongeveer één seconde wacht.
Druk op
te gaan naar de modus voor kleine letters. Als u het laatst ingevoerde teken wilt wissen, drukt u
op de functietoets <−−−.
voordat u de letter invoert als u een hoofdletter wilt invoeren.Druk op om terug
- 10 -
Tabel 1: Letters en tekens invoeren
Aan de slag
Keuzetoets
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
*
#
1 maal 2 maal 3 maal 4 maal 5 maal 6 maal 7 maal 8 maal 9 maal
1 spatie ? ! ~ |
2 a b c
3 d e f
4 g h i
5 j k l
6 m n o
7 p q r s
8 t u v
9 w x y z
0 + & % $ \ “
* . = : / ; , – _
# @ ( ) [ ] < >
Druk op
Wachtwoorden
U hebt een gebruikersnaam en wachtwoord voor de beheerder nodig voor het volgende:
• De telefoon registreren bij de SIP-aanbieder
• Toegang tot bepaalde menu’s voor SIP via de Superkey-menu-interface van de telefoon
(alleen beheerder)
• Toegang tot het webconfiguratieprogramma
Wachtwoorden van de telefoon
Alleen de beheerder heeft een gebruikersnaam en wachtwoord nodig voor toegang tot
alle SIP-functies van de 5215 of 5220 IP-telefoon die kunnen worden geconfigureerd.
Wachtwoorden voor het webconfiguratieprogramma
Zoals u hebt kunnen lezen in het gedeelte Toegang tot de functies van de telefoon op pagina
8, kunt u een webbrowser met de naam Webconfiguratieprogramma gebruiken om functies
van de telefoon te programmeren en aan te passen. Wanneer u het
webconfiguratieprogramma voor het eerst opent, hebt u standaardgebruikersnamen en
-wachtwoorden nodig voor de beheerder en de gebruiker. U wordt aangeraden deze
wachtwoorden zo snel mogelijk te wijzigen, zodat uw instellingen niet door onbevoegden
kunnen worden aangepast.
VOORZICHTIG: wijzig geen instellingen die de verzending via de aanbieder van spraak of
tonen (bijvoorbeeld DTMF) naar het lokale telefoonnetwerk kunnen beïnvloeden, behalve
als uw aanbieder dat expliciet aangeeft. Een voorbeeld van een dergelijke instelling is
bijvoorbeeld het CODEC-type. Als u deze waarschuwing niet in acht neemt, is het mogelijk
dat de telefoon niet langer voldoet aan de lokale wet- en regelgeving.
- 11 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
Tabel 2: Standaardgebruikersnamen en -wachtwoorden voor het
webconfiguratieprogramma
Beheerder
Gebruiker
Opmerking: de beheerder kan de standaardgebruikersnaam en het standaardwachtwoord
wijzigen voordat u zich voor de eerste keer aanmeldt bij het
webconfiguratieprogramma. Vraag de beheerder daarom naar uw nieuwe
gebruikersnaam en wachtwoord.
Standaard-
gebruikersnaam:
admin 5215 5220
user hello hello
Standaardwachtwoord:
(5215 IP-telefoon)
Standaard-
wachtwoord:
(5220 IP-telefoon)
Indicator voor gesprekscodering
De 5215 en 5220 IP-telefoon biedt automatisch spraakcodering met SRTP (Secure Realtime Transport Protocol) wanneer verbinding wordt gemaakt met een telefoon die ook
ondersteuning biedt voor SRTP. Bij een beveiligd gesprek en bij telefonische conferenties
waarbij alle gesprekspartners SRTP ondersteunen, ziet u een pictogram van een dicht slotje
op de display. U ziet een pictogram voor een onbeveiligd gesprek (een open slotje) op de
display als de verbinding niet beveiligd is omdat uw gesprekspartner(s) geen SRTP-codering
ondersteunen. Als SRTP is uitgeschakeld, wordt geen pictogram weergegeven.
Er wordt alleen een pictogram weergegeven als SRTP is ingeschakeld. Als u SRTP wilt
in-of uitschakelen, moet de beheerder dit instellen op de pagina Protocollen van het
webconfiguratieprogramma (zie Het webconfiguratieprogramma op pagina 8).
Opmerking: een pictogram voor een beveiligd of onbeveiligd gesprek wordt alleen
weergegeven bij een spraakverbinding. Er wordt bijvoorbeeld een pictogram
weergegeven als u spreekt met iemand, maar niet als u een bezettoon ontvangt.
Tips voor uw gemak en veiligheid
Klem de hoorn niet tussen uw hoofd en schouders
Langdurig gebruik van de hoorn kan nek-, schouder- of rugproblemen veroorzaken, vooral
wanneer u de hoorn klemt tussen uw nek en schouders. Als u veel aan de telefoon zit, kan
het prettiger zijn om een koptelefoon te gebruiken.
Bescherm uw oren
De 5215 en 5220 IP-telefoon beschikken over een regelaar waarmee u het volume van de
hoorn of koptelefoon kunt instellen (zie De telefoon aanpassen op pagina 14). Aangezien
langdurige blootstelling aan harde geluiden kan leiden tot een verminderd gehoor, is het
verstandig het volume niet al te hard te zetten.
- 12 -
De weergavehoek van de telefoon wijzigen
U kantelt als volgt de telefoon voor een beter zicht op de toetsen:
1. Druk op de vergrendelknoppen aan de zijkanten van de standaard.
2. Draai de twee voorste haken en schuif de twee achterste haken van de standaard
in de bovenste of onderste uitsparingen aan de achterzijde van de telefoon.
Afbeelding 3: De weergavehoek van de telefoon wijzigen
Aan de slag
- 13 -
5215 en 5220 IP-telefoon - Gebruikers- en beheerdershandleiding voor SIP
De telefoon aanpassen
In dit gedeelte vindt u procedures waarmee u de volgende aspecten van de 5215 of 5220 IPtelefoon kunt aanpassen:
• Belvolume en beltoon
• Volume van de hoorn
• Volume van de luidspreker
• Contrast van de display
• Persoonlijke toetsen
• Taalinstellingen
Belvolume en beltoon
Opmerking: u kunt de instellingen van het belsignaal niet wijzigen tijdens een gesprek.
Belvolume wijzigen
U wijzigt als volgt het belvolume:
1. Druk op Superkey en druk hierna op >> totdat de tekst INSTELLINGEN & OPTIES?
Op de display wordt weergegeven.
2. Druk op OK en druk hierna op ▼ totdat de tekst BELSIGNALEN? op de display wordt
weergegeven.
3. Druk op OK. Op de display verschijnt de tekst BELVOLUME INSTELLEN?.
4. Druk op JA. De telefoon gaat over.
5. Druk op
op OPSLAAN. Zodra de informatie is opgeslagen, ziet u de tekst BELVOLUME
INSTELLEN? op de display.
6. Druk op NEE. Op de display verschijnt de tekst BELTOON INSTELLEN?.
7. Voer een van de volgende handelingen uit:
• Als u wilt teruggaan naar het hoofdmenu, drukt u op NEE.
• Als u wilt teruggaan naar de standaarddisplay, drukt u op Superkey.
of om het volume in te stellen op het gewenste niveau en druk
Belvolume wijzigen tijdens een inkomende oproep
Zo wijzigt u het belvolume wanneer de telefoon overgaat:
• Druk op
en.
- 14 -
De telefoon aanpassen
Beltoon wijzigen
U wijzigt als volgt de beltoon:
1. Druk op Superkey en druk hierna op >> totdat de tekst INSTELLINGEN & OPTIES?
Op de display wordt weergegeven.
2. Druk op OK en druk hierna op ▼ totdat de tekst BELSIGNALEN? op de display wordt
weergegeven.
3. Druk op OK en druk hierna op NEE totdat de tekst BELTOON INSTELLEN? op de
display wordt weergegeven.
4. Druk op JA. De telefoon gaat over.
5. Druk op
OPSLAAN. Zodra de informatie is opgeslagen, ziet u de tekst BELTOON INSTELLEN?
op de display.
6. Voer een van de volgende handelingen uit:
• Als u wilt teruggaan naar het hoofdmenu, drukt u op NEE.
• Als u wilt teruggaan naar de standaarddisplay, drukt u op Superkey.
of om de beltoon in te stellen op de gewenste hoogte en druk op
Volume van de hoorn
Volume van de hoorn wijzigen
U wijzigt als volgt het volume van de hoorn wanneer u de hoorn gebruikt:
• Druk op
u deze nogmaals wijzigt.
Opmerking: als de voeding van de telefoon wordt onderbroken, worden de
en en leg de hoorn op de haak. De nieuwe instelling blijft geldig tot
standaardinstellingen weer van kracht.
Volume van de luidspreker
Volume van de luidspreker wijzigen
U wijzigt als volgt het volume van de luidspreker tijdens een handsfree gesprek:
• Druk op
u deze nogmaals wijzigt.
Opmerking: als de voeding van de telefoon wordt onderbroken, worden
en en leg de hoorn op de haak. De nieuwe instelling blijft geldig tot
de standaardinstellingen weer van kracht.
- 15 -
Loading...
+ 52 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.