Hartelijk dank voor de aanschaf van een Minolta-kopieermachine.
Lees deze handleiding zorgvuldig door voor de inbedrijfstelling van uw
kopieermachine en bewaar de handleidi ng steeds binnen hand bereik. Op
de achterzijde van de kopieermachine is een bewaarplaats voor de
handleiding gemonteerd.
Om bestmogelijke resultaten en een effectief gebruik van uw
kopieermachine te bereiken, levert de handleiding o.a. informatie over
volgende thema’s:
G Installatie
G Programmeren
G Kopiëren/Verzenden/Ontvangen
G Rapporten en overzich ten
G Onderhoud en verhelpen van problemen.
Verdere informatie en concrete hulp in geval van problemen ontvangt u
via:
G uw leverancier.
Gelieve het serienummer (zie typeplaatje op uw kopieermachine) en de
aankoopdatum klaar t e ho uden, d an kun nen wij u sn elle e n correct e hul p
bieden in geval van storinge n.
. . . want wij willen u als tevreden klant.
1
Rev. /Di250f/Di350f1-1
1
1.2Wat betekent de Energy Star®?
Kopieermachines met de Energy Star® schakelen bij langere
gebruikspauzes in een toestand met een lager energieverbruik of
schakelen zelfstandig uit. Met deze functie kunnen de stroomkosten
jaarlijks tot 60% worden verlaagd.
Bij kopieermachines met hoge kopieersnelheid wordt automatisch de
bedrijfsmodus dubbelzijdig kopiëren ingeschakeld. Daardoor worden
zowel de kosten voor kopieerpapier verlaagd, alsook de geproduceerde
hoeveelheid papier voor de verwerking verminderd.
Wist u, dat er voor de productie van een blad papier 10 keer zoveel
energie nodig is, dan voor het maken van een kopie?
Het gebruik van minder papier heeft dus ook een directe invloed op het
economische energieverbruik.
Deze kopieermach ine vervul t de energie -efficiën tiecriteria van de Energ y
®
.
Star
Inleiding
1-2Di250f/Di350fRev. /
Inleiding
1.3Wettelijke beperkingen
Wat mag er niet worden gekopieerd?
Bepaalde soorten documenten mogen nooit worden gekopieerd met het
doel of de intentie om de kopieën te verspreiden alsof het originelen
waren.
Wat volgt is geen volledige lijst, maar is bedoeld als richtlijn voor een
verantwoord kopiëren.
G Financiële documenten
❍ Cheques
❍ Postwissels
❍ Depositobewijzen
❍ Obligaties of andere schuldbewijzen
❍ Aandeelbewijzen
G Juridische documenten
❍ Maaltijdbonnen
❍ Postzegels (al dan niet gestempeld)
❍ Fiscale zegels (al dan niet ges tempeld)
❍ Paspoorten
❍ Immigratiedocumenten
❍ Rijbewijzen en eigendomsrechten
❍ Cheques of wissels van overheidsinstanties
❍ Notariële akten en eigendomsbewijzen
G Algemeen
❍ Identiteitskaarten, badges of insignes
❍ Auteursrechtelijk bescherm de w erke n zo nder t oestem ming v an d e
eigenaar van het auteursrecht.
Daarnaast is het onder alle omstandigheden verboden om nationale of
internationale kunstwerken te kopiëren zonder de toestemming van de
eigenaar van het auteursrecht.
Wanneer u twijfelt aan de aard van een document, dient u een juridisch
adviseur te raadplegen.
1
Rev. /Di250f/Di350f1-3
1
Inleiding
Korte uitleg van bijzondere schrijfwijzen en afbeeldingen
In deze handleiding worden verschillende toestanden uitgedrukt door
bijzondere schrijfw ijzen en afbeelding en. Volgende voorbeelde n helpen u,
de belangrijkste toestanden te herkennen en overeenkomstig te
handelen.
VOORZICHTIG
Dit is een waarschuwingsinstructie
Een waarschuwing sin st ruc tie duidt op een gevaar voor lijf en leven of o p
schade, die aan de kopieermachine ontstaat door ondeskundige
bediening.
➜ De pijl markeert een voorzichtigheidsmaatregel, die moet worden
getroffen, om het gevaar af te wenden.
[HULPPROGRAMMA] Knop op het bedieningspaneel van de
kopieermachine met de benaming “Hulpprogramma“
[INVOER] Knop in het display met de benaming “Invoer“
➜afzonderlijke, uit te voeren handeling
(er hoeven geen verdere stappen te worden uitgevoerd)
Stap 1 van een
1
handelingsvolgorde
Stap 2 van een
2
handelingsvolgorde
enz.
Hier ziet u, wat u moet doen
✎
Dit is een hulpzame tip
Teksten, die zo zijn gemarkeerd, geven u tips voor het kopiëren van
documenten.
1-4Di250f/Di350fRev. /
Inleiding
1
Korte uitleg van vast gedefinieerde begrippen en symbolen
De uitdrukkingen voor looprichting, breedte, lengte, langs- en
dwarsformaat zijn duidelijk vastgelegd. Op deze pagina worden deze
begrippen gedefinieerd.
Origineel en kopie
Het origineel is het originele document, waarvan u tijdens het
kopieerproces kopieën produceert.
Origineel
Kopieerproces
vergroten,
verkleinen,
sorteren,
nieten,
perforeren, . . .
Looprichting
De looprichting is de weg, die het papier volgt door de kopieermachine.
De looprichting van het papier wordt in de volgende afbeelding
gemarkeerd door de pijlen.
Kopie
Rev. /Di250f/Di350f1-5
1
Inleiding
Breedte en lengte
Wanneer er in de handleiding papierafmetingen worden genoemd, dan
komt de eerste waarde steeds overeen met de breedte van het papier
(zijde A) en de tweede waarde met de lengte van het papier (zijde B).
21 x 29,7 cm
Breedte van het papier
(zijde A)
Langs- en dwarsformaat
Wanneer de zijde A van een papierformaat korter is dan zijd e B, dan wordt
deze langs resp. langsformaat genoemd.
Wanneer de zijde A van een papierformaat langer is dan zijde B, dan
wordt dit dwars resp. dwarsformaat genoemd.
Lengte van het papier
(zijde B)
21 x 29,7 cm29,7 x 21 cm
LangsformaatDwarsformaat
1-6Di250f/Di350fRev. /
Inleiding
1.4Hoe functioneert een fax?
Een fax wordt o p een n ormale telefoonlijn aanges loten. D e func tie van de
fax is vergelijkbaar met die van de telefoon.
Het principe is dus zee r eenvou dig: de te v erzenden d ocumente n worden
eerst "gelezen" d oor een opnam e-eenheid, de zogeheten sc anner. De fa x
herkent de letters ni et, maar leest het b eeld, punt voor punt - tenslotte kunt
u niet alleen teksten, maar ook afbeeldingen en foto’s als document
gebruiken. De fax schrijft deze informatie dan in een digitaal formaat
(vereenvoudigd uitgedrukt in zwarte en witte punten), comprimeert deze
gegevens, om ze tens lotte sn el via de tel efo onlij n naar een and ere fax te
verzenden.
Wanneer u wordt "gebeld" door een fax, gaat de telefoon normaal over u kunt dus niet herkenne n, of de op roep van een fax of van een persoon
komt, zolang u de hoorn niet opneemt.
Bij het begin van een faxcommunicatie klinken er pieptonen. Dit is het
zogenaamde "handshake" protocol waarbij de verbinding tussen de
verzendende en de ontvangende fax tot stand wordt gebracht. Hierbij
worden de technische mogelijkheden van beide faxen op elkaar
afgestemd, om een optimale verzending en een optimale ontvangst te
verzekeren.
Bij uw Di250f/Di350f h oeft u dit "ges prek" niet noodz akelijk te be luisteren.
Deze handleiding informeert u over hoe di t functioneert. Hie r ervaart u ook
alles over de instell ing en, die ofw e l reed s bi j de pl aats in g of indien nodig
moeten worden uitgevoerd. U kunt dus de beschreven
instelmogelijk hed en in willek euri ge volgorde uitvoeren en daarbij de
momenteel nog niet noodzakelijke instellingen eenvoudig overslaan.
Overigens, weet u eigenlijk, hoe de "fax" zijn naam heeft gekregen? Het
is een Amerikaans kunstwo ord, dat zich intern ationaal heeft doo rgezet en
uit het Latijnse " fac ere " (ma ken ) e n "si mi le " ( gelijk) is afgeleid . Ee n k op ie
moet dus met h et origineel worden "geli jk gemaakt". M en spreekt bij faxen
soms ook van facsimile-toestellen of faxapparaten.
En nu veel plezier bij het "communiceren".
1
Rev. /Di250f/Di350f1-7
1
1.5CE-Keurmerk
Registratie volgens CTR21
Aanhang II
Deze fax voldoe t aan de Eu ropese e isen van de Counc il Dec ision 98 /482/
EG voor afzonderlijke aansluitingen aan het openbare telefoonnet
(PSTN). Aangezien er echter verschillen bestaan in de
telefoonaansluitingen van de afzonderlijke lidstaten, kunnen er in
bepaalde gevallen problemen ontsta an bij sommige PSTN aan sluitingen.
Neem in dat geval contact op met uw leverancier.
Inleiding
1-8Di250f/Di350fRev. /
Inleiding
1.6Veiligheidsinstructies
Neem de aansluiten de veilighe idsinstruct ies in acht om een veilig g ebruik
te verzekeren.
G Sluit de fax alleen aan op ee n wand conta ctdoos me t ran daarde 2 00 -
240 V/ 50 Hz.
G Laat de fax dag en nacht ingeschakeld.
G Neem nooit het snoer, maar steeds de stekker vast, wanneer u het
netsnoer uit de wandcontactdoos haalt. Sluit de fax niet aan op een
verdeeldoos.
G Open geen vastgeschroefde delen, tenzij dit in de handleiding wordt
beschreven. Neem bij problemen contact op met uw leverancier.
G Open de fax nooit tijdens verzending of afdrukken.
G Let erop, dat er geen vocht in de fax terecht komt.
G Laat geen vreemde voorwerpen in de fax vallen.
G Neem uitsluitend con tact op met de klantenservic edienst bij storingen,
die u niet met de hier beschreven reparaties kunt verhelpen.
G Voer regelmatig de aanbevol en ond erho uds werk za am heden uit.
G Open tijdens het kopiëren geen kleppen van de kopieermachine of
schakel deze niet uit.
G Breng geen magnetische voorwerpen in de buurt van de
kopieermachine.
G Schakel de kopieermachine onmiddellijk uit en trek de netstekker uit
de wandcontactdoos, wanneer de kopieermachine ongewoon heet
wordt, wanneer er rook of een ongewone geur optreedt.
Gebruikte tonerflessen en drumcartridges bevatten geen schadelijke
materialen en kunnen al s re stafval c.q. bedrijfsafv al wo rden wegg egooid.
1
Laserveiligheid
De fax is met een paginaprinter uitgerust, die met behulp van een laser
afdrukt. Van de laser gaat geen gevaar uit, wanneer de fax
overeenkomstig de handleidi ng wordt bedien d. De lasers traal kan tij dens
het afdrukken nooit vrijkomen. De stralingsemissie is door het
beschermende huis begrensd.
Interne laserstraling
Maximale stralingscapaciteit: 36,7 (mW) golflengte: 770-810 (nm)
De fax werkt met een laserdiodemodule van de klasse IIIb met
onzichtbare laserstraal. De lasereenheid mag in geen geval door de
gebruiker zelf worden geopend, gereinigd of gerepareerd.
Rev. /Di250f/Di350f1-9
1
Inleiding
Ozonafgifte
Tijdens het afdrukken komt uit de fax een kleine hoeveelheid ozon vrij.
Deze hoeveelheid is echter zo gering, dat ze geen gevaar voor de
gezondheid ople vert. Deso ndanks d ient u er voor te zorgen, dat de ruimte
waarin de fax staat, voldoende geventileerd is. Dit geldt vooral, wanneer
de fax gedurende lange tijd zonder onderbreking afdrukt.
1-10Di250f/Di350fRev. /
Inleiding
1.7Kenmerken
Uw nieuwe fax is een compact multifunctioneel apparaat, dat uw werk
vereenvoudigt en de duur van faxcommunicaties verkort. Met zijn
hoogwaardige functies heeft de fax de mogelijkheid, documenten op te
slaan, om deze uitgesteld te verzenden en gelijktijdig een faxbericht te
ontvangen, af te drukken of kopieën te maken en omgekeerd.
Type
G A6 - A3-formaat
G Overdrachtssnelheid van 33.600 bps
G MH / MR / MMR / JBIG, ECM codering
G Papiercapaciteit max. 3750 vellen
G LCD-display met twee regels voor 20 karakters
G 16 MB Standaardgeheugen voor ca. 400 pagina’s
G Resolutie van 600 dpi in de kopieermodus bij 256 grijswaarden.
Kopieerfuncties
G tweezijdig kopiëren
G 2 op 1 kopiëren / 4 op 1 kopiëren
G Sorteer- en groepeerfunctie
G Perforeren (met optionele accessoires)
G Nieten (met optionele accessoi res)
G Distributienummer afdrukken.
Faxfuncties
G Uitgestelde verzendi ng
G Relay-functie
G Multifunctionaliteit
G Opvragen / opvragen verzending
G Vertrouwelijke ontvangst / postbus-functie
G Vertrouwelijke verzending
G Faxfunctie.
1
Rev. /Di250f/Di350f1-11
1
Inleiding
1-12Di250f/Di350fRev. /
Installatie
2Installatie
2.1Lokatie
Neem volgende instructies voor de plaatsingslokatie in acht.
G Stel de kopieermachine niet bloot aan directe zonnestraling.
G Vermijd vochtige of stoffige lokaties.
G Plaats de kopieermachine alleen op stabiele, trillingvrije vlakken.
G Houd de kopieermachine uit de buurt van magnetische velden
(televisie, radio).
G Vermijd de opstell ing in de on middellijk e buurt van a irconditioni ngs en
verwarmingen.
G De kopieermachine moet langs alle zijden gemakkelijk toegankelijk
zijn.
G Let erop, dat er geen vocht in de kopieermachine terecht komt.
G Houd de kopieerma chine in norm ale toestand s teeds geslo ten, omdat
er anders noch verz onden, no ch ontv angen ka n worden . Wanneer de
klep van de kopieermachine tijdens verzending of ontvangst wordt
geopend, wordt de verbinding onderbroken.
G Vermijd sterke temperatuu rsc ho mmel ingen omdat anders
luchtvochtigheid in de kopieermachine kan condenseren. Daardoor
kunnen een correcte scanning van de originelen en het afdrukken
worden belemmerd.
G Zorg voor voldoende vrije ruimte (ca. 40 cm vrije ruimte rond de
kopieermachine), zodat een betrouwbare functie en probleemloze
toegang zijn gewaarborgd.
2
Stroomverzorging
Volgende toleranties zijn geldig:
G Netspanningsfluctuatie: ±10%
G Frequentiefluctuatie: ±0,3%.
Rev. /Di250f/Di350f2-1
2
2.2Benaming van de componenten
Installatie
19
18
17
16
15
14
13
12
11
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Nr OmschrijvingNr Omschrijving
1Documentengeleider11 Papierlade
2Verlengstuk van de
documentengeleider
3Affdekklep13 Klepje van de netschakelaar
4Stopper14 Papieruitvoer
5Documentenuitvoer15 LCD-display
6Bedieningspaneel16 Kopieerindicatie
7Klep van de toner-eenheid17 Klep van de documenteninvoer
8Zijklep18 Documentengeleiding
9Handinvoer19 Documentengeleiding
10 Papierindicatie
Maakt het mogelijk om kopieën
te sorteren, te groeperen, te
nieten en te perforeren.
Rev. /Di250f/Di350f2-5
2
Installatie
Afwerkingsunit FN-500
Maakt het mogelijk om kopieën
te sorteren, groeperen, te
nieten en te perforeren in 5
verschillend e vakken.
Verspringende uitvoer OT100 (alleen Di250f)
Maakt het mogelijk om kopieën
te sorteren en te groeperen.
Opdrachtenvak JS-200
Maakt het mogelijk om kopieën
te sorteren en te groeperen.
Naargelang de toepass ing kunt
u de sorteervakken selecteren
in het gebruikersprogramma.
2-6Di250f/Di350fRev. /
Installatie
2
Dubbelzijdige documenteninvoer AFR-14
Naast de automatische invoer
van meerdere originelen kan
deze automatisch 2-zijdige
originelen omkeren en beide
zijden kopiëren.
Duplexeenheid AD-10 (alleen Di250f)
Keert automatisch 1-zijdige
kopieën om, om 2-zijdige
kopieën te maken.
Papierlade PF-108
Kan tot 500 vel kopieerpapier
bevatten.
Rev. /Di250f/Di350f2-7
2
Installatie
Papierlade PF-110
Kan tot 250 vel kopieerpapier
bevatten en past zich
gemakkelijk aan, aan de
verschillende maten
kopieerpapier.
Onderstel CT-1
Regelt de hoogte van de
kopieermachine.
Onderkast CD-1M
Regelt de hoogte van de
kopieermachine.
2-8Di250f/Di350fRev. /
Installatie
2
Groot-volume cassette PF-106
Kan tot 2500 vel papier
bevatten.
Geheugenuitbreiding
Breidt de geheugencapaciteit uit met 16 MB, resp. 32 MB.
Printer Controller Pi3500
Wanneer de printer Controller is geïnstalleerd, kan de kopieermachine
dienst doen als printer.
Verzendingsstempel
Maakt het mogelijk , reeds ge scande pagina’s af te stempe len (AF6/ AF7 ).
Rev. /Di250f/Di350f2-9
2
2.5Bedieningspaneel, indicatie en toetsen
Installatie
12
HulpprogrammaPauzeFunctie controle
3
4
6
5
7
8
9
10
12
Nr.Indicatie/ToetsenFunctie
1LCD-displayDrukgevoelig display, het geeft de status van de
2HULPPROGRAMMADruk op deze toets om te programmeren en instellingen
3FUNCTIE/
CONTROLE
4PAUZEMet deze toets kunt u een kiespauze programmeren.
5FaxtoetsDruk op deze toets om de faxfunctie in te schakelen.
6KopieertoetsDruk op deze toets om de kopieerfunctie in te schakelen.
7CIJFERTOETSENVoor de invoer van cijferreeksen, bijv. faxnummers.
8SleuteltoetsDruk op deze toets om toegang te krijgen tot de
9InterruptietoetsDruk op deze toets om een fax- of kopieerproces te
10Reset toetsDruk op deze toets om terug te keren naar de
11STOPHiermee kunt u alle kopieer- of scangangen handmatig
12STARTStart alle functies van de kopieermachine zoals
kopieermachine aan en bevat indicaties voor
verschillende bedrijfsmodi.
uit te voeren.
Druk op deze toets om instellingen te registreren.
beheerdersprogrammamodus.
onderbreken,bijv.wanneer een ander document dringend
moet worden verzonden. Nogmaals drukken op deze
toets activeert het eerste fax- of kopieerproces weer.
standaardinstelling.
afbreken.
verzenden, ontvangen, kopiëren enz. Wordt oranje
verlicht wanneer de kopieermachine niet bedrijfsklaar is.
11
2-10Di250f/Di350fRev. /
Installatie
2.6Belangrijke pictogrammen in het display
DisplayBetekenis
ScannenHet document wordt ingelezen.
Wacht op nummerherhalingHet apparaat wacht op de nummerherhaling.
KiesHet ingevoerde faxnummer wordt gekozen.
OntvangenHet apparaat ontvangt een fax.
VerzendenEen fax wordt verzonden.
KopiërenEr worden kopieën gemaakt.
Beveiligd document In de postbus zit een beveiligd document.
Wachten op oproepHet apparaat wacht op een oproep.
2
Meervoudige verzendingEen origineel is als meervoudige verzending
Gegevens ontvangen van PC Gegevens worden vanuit de PC in het
Wacht op afdrukopdrachtE en docume nt word t voorb er ei d om af te
Automatisch ontvangen UITHet apparaat is ingesteld op handmatige
Geen papierPlaats het papier.
Geen tonerVervang de tonerfles.
Vervang I/UDe Image drum moet worden vervangen.
OnderhoudNeem contact op met uw leverancier voor het
geregistreerd.
apparaat geladen.
drukken.
ontvangst.
periodieke onderhoud.
Rev. /Di250f/Di350f2-11
2
2.7Tonerfles en drumcartridge
In deze kopieermachine ontstaan afbeeldingen en tekens door een
proces, waarbij de toner door de drumca rtridge op het af drukpapie r wordt
opgebracht.
De drumcartridge moet bij het plaatsen en uitwisselen met de grootste
zorgvuldigheid worden behandeld, om een onberispelijke functie te
garanderen. Stel deze cartridge nooit bloot aan direct zonlicht of een
ander licht. Bewaar de cartridge in een omgeving, die noch aan sterke
temperatuurschommelingen (hitte, koude), noch aan vochtigheid is
blootgesteld. Gedetailleerde informatie over de behandeling van de
tonerfles kunt u vinden op de overeenkomstige verpakking en in de
gebruiksaanwijzing.
De tonerfles moet worden vervangen wanneer er tonertekort wordt
aangegeven. De drumc art ridg e heeft een capaciteit sdo el van ca. 6 7.00 0
vellen (Di250f, bij 3k opi ee n pe r ko pi eerp r oc es ) en 72.0 00 ve lle n (D i3 50 f,
bij 4 pagina’s per kopieerproces). De handleiding voor het vervangen
bevindt zich in het hoofdstuk "Onderhoud en verhelpen van problemen“.
Beide cartridges zijn uit niet schadeli jk materiaal geproduc eerd en kunnen
met het normale afval worden verwijderd.
Gelieve de plaatselij ke verwijderingsv oorschriften voor zulk e producten in
acht te nemen.
Installatie
✎
NB
Om beschadiging en door lichtinval aan de drumca rtridge te vermijden,
bedekt u deze onmiddellijk met een doek, na verwijderen uit het
apparaat.
2-12Di250f/Di350fRev. /
Installatie
Drumcartridge plaatsen
Trek aan de ontgrendelings-
1
hendel en open de zijklep.
Neem de drumcartridge uit de
2
verpakkin g. Neem de cartridge
met beide handen v as t en s chu d
deze vier- tot vijfmaal.
Plaats de drumcartri dge langs de
3
geleidingen in h et apparaat en le t
erop, dat deze vastklikt.
2
Sluit de zijklep.
4
Rev. /Di250f/Di350f2-13
2
Tonerfles plaatsen
Open de klep van de tonerfles.
1
Neem de tonerfles uit de
2
verpakking. Neem de fles met
beide handen vast en schu d deze
vier- tot vijfmaal.
Verwijder voorzichtig de
3
afdekstrip. Let erop, dat de
toneropening naar boven wijst.
Installatie
Let er bij het plaatsen van de
4
tonerfles op, dat "Boven" naar
boven wijst. Schuif de fles door
tot aan de zwarte merkstreep.
2-14Di250f/Di350fRev. /
Installatie
Sluit de klep.
5
2
Rev. /Di250f/Di350f2-15
2
2.8Papier plaatsen
Ontvangstpapier plaatsen
Het apparaat kan normaal papier tussen 60-90 g/m², transparanten en dik
papier bedrukken.
Volgende formaten kunnen in de papierca ssette worden geplaa tst: A3, A4
(dwars- en langsformaat), B4, A5 (dwars- en langsformaat).
Open de papiercassette.
1
Druk de papieraandrukp laat naar
2
beneden tot deze hoorbaar
vastklikt.
Installatie
Plaats het papier in de cassette.
3
Let erop, dat de papierstapel niet
hoger is dan de merkstreep.
Schuif de papiergeleiders aan
overeenkomstig het papierformaat.
Sluit de papiercassette.
4
2-16Di250f/Di350fRev. /
Installatie
Papierformaat veranderen
Wanneer u een ander papierformaat dan het vooringestelde wilt
gebruiken, verandert u de instelling als volgt.
Sluit de papiercassette.
1
Druk op [WIJZIGEN] en kies het
2
gewenste formaat uit.
InvoerInvoer
2
Druk op [INVOER] en op
3
[WIJZIGEN] in de kolom speciaal
papier en kies de gewenste
papiersoort uit.
Druk zo dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
4
Rev. /Di250f/Di350f2-17
2
2.9Net- en telefoonsnoer aansluiten
Telefoonsnoer aansluiten
Steek het telefoonsnoer in de
1
telefoonaansluiti ng va n het
apparaat.
Sluit het andere uiteinde van het telefoonsnoer aan op de PTT-
2
contactdoos
Netsnoer aansluiten
Steek het netsnoer in de netaansluiting van het apparaat en in de
wandcontactdoos me t randaa rde .
Installatie
2-18Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
3Programmeren
3.1Voorbereiding voor het programmeren
Voor u alle functies van uw kopieermachine kunt gebruiken, dienen
bepaalde gegevens te worden geprogrammeerd. In dit hoofdstuk wordt
uitgelegd, hoe u uw naam, het type telefooncentrale enz. programmeert.
U kunt het instelproces steeds afbreken door [STOP] te drukken. De
invoer wordt dan niet geprogrammeerd. Wanneer u langer dan 30
seconden geen toets indrukt, wordt de inv oe r evene ens afgeb rok en.
3.2Gebruikte symbolen
Voor zover niets uitdrukk elijk aange geven , moe ten al le toe tsen n a elk aar
worden ingedrukt voor het invoeren van gegevens, ook wanneer zij om
redenen van een lay-out worden gescheiden door een "+". Druk op [0] +
[5] + [INVOER]" betekent: D ru k op de c ijf erto ets [0], d aarn a op cijfertoets
[5] en dan op de drukknop in he t LCD-display met het op schrift [INVOER].
3.3Tekst programmeren
U kunt met het numerieke toetsenbord alleen cijfers pro grammeren.
Letters en speciale teke ns programmee rt u met het LCD-dis play. Druk op
[INVOER], om de betreffe nde geg evens te registrere n. Spa ties vo ert u in
met [SPATIE]. Wanneer u verkeerde tekst heeft ingevoerd, kunt u deze
tekst corrigeren, do or op [WIS.] in het LCD-dis play of op [ WISSEN] op het
bedieningspanee l te drukken . Druk op [GROOT ] voor het progr ammer en
van hoofdletters en op [HALF] voor kleine letters. Het alfanumerieke
display verschijnt w anneer u [ALFA] indrukt. Voo r de invoer van specia le
tekens drukt u o p [SYM BOOL]. Druk op de pij lto ets en in het LCD-displa y
om de cursor te verschuiven.
3
Rev. /Di250f/Di350f3-1
3
3.4Beheerder spincode programmeren
De beheerder beheert bepaalde gebruikersinstellingen zoals bijv. het
maximum aant al ko pieën sets, pinc odes enz. U krijg t eerst toegan g tot de
beheerdermodus na de invoer van een pincode (beheerdersnummer).
Wanneer u echter geen beheerderspincode registreert, is het menu ook
zonder pincode toegankelijk.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op
3
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
Programmeren
Druk op de tab [BEHEER] en op
4
[PINCODE BEHEERDER].
3-2Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
5
3
Voer de gewenste
beheerderspincode in (max. 8
karakters) en druk zo dikwijls op
[INVOER], tot het standaarddisplay verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-3
3
Programmeren
3.5Gebruikers in de beheerdersmodus programmeren
U kunt als beheerder de volgende instellingen programmeren voor de
gebruikers. De instellingen zijn optioneel, d.w.z. de beheerder kan ook
alleen de gebruikersnummers opgeven en de medewerkers kunnen hun
persoonlijke instellingen registreren (zie paragraaf 3.6). Er kunnen
maximaal 100 gebruikers worden geregistreerd.
G Gebruikersnaam
G Toegangsnummer
G Gebruikersnummer
G Eigen identificatie, bijv. afde li ngs nu mm er
G F Code (Postbusnummer)
G F Code Pincode (Postbus-pincode)
G Ontvanger invoercontrol e, hiermee kunt u instellen, of de ontv angst in
een postbus alleen met een pincode kan worden uitgevoerd.
G Maximum aantal kopieën.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. uw
beheerderspincode in.
Druk op [GEBR. REG.] in het
3
beheerdersprogramma-display.
3-4Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
4
5
6
3
Kies de gewenste drukknop.
Druk op [GEBR. NAAM].
Voer de naam in en druk op
[INVOER].
Druk op [PINCODE] en vo er ee n
7
nummer van vier cij fers in met de
cijfertoetsen, druk dan op
[INVOER].
Rev. /Di250f/Di350f3-5
3
Druk op [GEBR. NR.] en voer een
8
nummer van vier ci jfers in met de
cijfertoetsen en druk op
[INVOER].
Druk op de tab [GEBR.2] en op
9
[EIGEN IDENTIFICATIE].
Voer de eigen identificatie in en
10
druk op [INVOER].
Programmeren
Kies de tab [F-COD E ] en druk op
11
[F CODE].
3-6Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
12
13
14
3
Voer de F Code (max. 20
karakters) in me t de ci jfer toetse n
en druk op [INVOER].
Kies [F CODE PINCODE]. Voer
de pincode in (max. 20 k arakters)
met de cijfertoetsen en druk op
[INVOER].
Kies [ONTV. INVOER CONTR.].
Kies de gewenste instelling en
druk op [INVOER].
Druk op de tab
15
[AFDRUK LIMIET] en op
[MAXIMUM AANTAL PAG.].
Voer het gewenste aantal in en
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-7
3
3.6Gebruikersinstellingen
U kunt als gebrui ker uw persoon lijke instell ingen programme ren met deze
functie. De volgende gegevens kunnen worden geregistreerd:
G Gebruikersnaam
G Toegangsnummer
G Gebruikersnummer
G Eigen identificatie, bijv. afde li ngs nu mm er
G F Code (Postbus-nummer)
G F Code Pincode (Postbus-pincode)
G Afstandsinvoercontrole, hiermee kunt u instellen, of de ontvangst in
een postbus alleen met een pincode kan worden uitgevoerd.
G Standaard-display
G Standaard-faxdisplay
G Ontvangen documenten, hier kunt u instellen, of ontvangen
documenten direct moeten worden afgedrukt, naar andere faxen
verstuurd, in een eigen postbus geregistreerd of naar andere
postbussen worden verplaatst.
G Standaard-resolutie
G Standaard-contrast
G Standaardinstelling Verzenden (handmatig of vanuit het geheugen
verzenden)
G Identificatiepositie
G Verzendingsstempel
G Verzendingsbericht
G Kopie van he t origineel in het statusbericht.
Programmeren
Druk op de sleuteltoets.
1
Kies de gewenste
2
gebruikerstoets, resp. wan neer u
reeds een gebruikersnummer
heeft, drukt u op [GEBR. NR.]
onderaan rechts in het dis play en
voert u uw nummer in.
❍ Voer evt. uw toegangsnumme r
in.
Druk op de sleuteltoets en [HULPPROGRAMMA].
3
3-8Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
4
5
3
Druk op [OPSL.] en op
[GEBR. REG.].
Programmeer uw instellingen overeenkomstig de in paragraaf 3.5
vanaf punt 4 beschreven handelingswijze, resp. volg de
aanwijzingen in het display.
Rev. /Di250f/Di350f3-9
3
3.7Faxnummer programmeren
Voor de koptekst kunt u uw faxnummer en uw naam programmeren. De
koptekst wordt bij het begin van een commu nicatie bove naan op de ko pie
van de ontvangende fax afgedrukt. U kunt maximaal 20 karakters
programmeren.
Het „+“ voert u in met het disp lay v oor spe ciale tekens, s paties voert u i n
met [SPATIE].
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. de
beheerderspincode in.
Druk op
3
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
Programmeren
Druk op [EIGEN FAXNUMMER].
4
3-10Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
5
3
Voer uw faxnummer in en druk zo
dikwijls op [INVOER], tot het
standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-11
3
3.8Firmanaam (koptekst) programmeren
Hier kunt u uw naam en/of die van uw firma programmeren. U kunt
maximaal 40 karakters programmeren. De naam verschijnt in de koptekst
van de ontvangstkopie.
De programmering is beschreven onder punt 3.3.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. uw
beheerderspincode in.
Druk op [STANDAARD
3
INSTELLING] in het
beheerdersprogramma-display.
Programmeren
Druk op [ID].
4
Voer uw faxnummer en uw na am
5
in en druk zo dikwijls op
[INVOER], tot het standaarddisplay verschijnt.
3-12Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
3.9Firmanaam (display) programmeren
Hier kunt u uw naam en/of die van uw firma programmeren. U kunt
maximaal 12 karakte rs progra mmere n. De naam vers chijnt in het di splay
van de ontvangende fax.
De programmering is beschreven onder punt 3.3.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en o p
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. uw
beheerderspincode in.
Druk op
3
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
3
Druk op [EIGEN NAAM].
4
Voer uw naam in en druk zo
5
dikwijls op [INVOER], tot het
standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-13
3
3.10Datum en tijd programmeren
Datum en tijd worden in het display weergegeven, in het journaal en op
elke verzonden pagina door de ontvangende fax afgedrukt.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[TIJD&DATUM].
Druk op de onderstaande items
3
en programmeer tijd en datum
met het numerieke toetsenbord.
Druk zo dikwijls op [INVOER], t ot
het standaard-display verschijnt.
Programmeren
3-14Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
3.11Instellen van het type telefooncentrale
Hier stelt u in, of het apparaat op het openbare telefoonnet of op een
huiscentrale wordt aanges lo ten . Kengetal(len) of Flash-voorkiez en zi jn
mogelijk bij aansluiting aan een huiscentrale.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en o p
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. de
beheerderspincode in.
Druk op
3
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
3
Druk op de tab [LIJN] en op
4
[PSTN/EXT LINE SWITCH].
Rev. /Di250f/Di350f3-15
3
Programmeren
Kies de gewenste instelling.
5
❍ Wanneer u extensie heeft
gekozen, wordt u in het
volgende display gev raagd he t
buitenlijnnummer in te voeren.
Druk zo dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
6
3-16Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
3.12Standaard-display programmeren
Met deze functie stelt u het display in, dat verschijnt, wanneer het
apparaat wordt inge schak eld. U he eft de keuz e tuss en he t kop ie-dis play,
het fax-display en een gecombineerd fax/kopie-display. Het fax/kopiedisplay is de standaardinstelling.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en o p
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. de
beheerderspincode in.
Druk op
3
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
3
Druk op de tab [FUNC.] en op
4
[VOORKEUR SCHERM].
Kies de gewenste instelling en
5
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-17
3
Programmeren
Combinatiedisplay Fax/Kopie (Auto)
Wanneer u het combi natiedis play heeft
gekozen, herkent het apparaat aan de
invoer met de cijfe rtoetsen, of u kopieën
wilt maken of documenten wilt
verzenden.
In dit display zijn de eerste 4
snelkiestoetsen en het eerste
kopieerprogramma direct opvraagbaar.
✎
NB
Wanneer het combinatied is pla y is gea cti ve erd, moet u 2 keer op
[
RESET] drukken, om terug te keren naar de standby-modus.
Di250f
Invoer
Voer het aantal kopieën of het
1
gewenste faxnummer in met de
cijfertoetsen.
❍ Wanneer het nummer mee r dan
2 karakters bezit, herkent het
apparaat het nummer als
faxnummer.
❍ Wanneer het nummer minder
dan 2 karakters bez it en niet met
een 0 begint, herkent het
apparaat het nummer als het
gewenste aantal kopieën.
Druk op [START], om de kopieën te maken of het document te
2
verzenden.
3-18Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Di350f
Invoer
1
2
3
Voer het aantal kopieën of het
gewenste faxnummer in met de
cijfertoetsen.
❍ Wanneer het nummer m eer dan
3 karakters bezit of met een o
begint, hetkent het appara at het
nummer als faxnummer.
❍ Wanneer het nummer minder
dan 3 karakters bez it en niet met
een 0 begint, herkent het
apparaat het nummer als het
gewenste aantal kopieën.
Druk op [START], om de kopieën te maken of het document te
verzenden.
Rev. /Di250f/Di350f3-19
3
3.13Standaard-faxdisplay programmeren
Met deze functie pro grammeert u het dis play, dat verschijnt, wanneer u op
de faxtoets drukt. U heeft de keuze tussen een snelkiezen-display, een
verkort kiezen-display, het cijfertoetsen-display en het index-display. De
standaardinstelling is het snelkiezen-display.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
❍ Voer evt. de
beheerderspincode in.
Druk op
3
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
Programmeren
Druk op de tab [FUNC.] en op
4
[VOORKEUR FAXSCHERM].
Kies de gewenste instelling en
5
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
3-20Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
3.14Faxnummers programmeren
Programmeren van snelkiesnu mme r s
Met deze functie kunt u nummers, die u dikwijls kiest onder de
snelkiesnummers registreren. U kunt maximaal 300 snelkiesnummers
programmeren.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [OPSL.] en op
2
[SNELKIEZEN].
Druk op de gewenste
3
snelkiestoets.
3
Voer de naam van de
4
bestemming in en druk op
[VERDER].
Rev. /Di250f/Di350f3-21
3
Geef de snelkiestoets een
5
nummer van drie cijfers en druk
op [VERDER].
Voer het faxnummer van de
6
bestemming in met het
numerieke toetsenbord en druk
op [SNELHEID].
Kies de gewenste
7
modemsnelheid uit met de
pijltoetsen en druk op [INVOER].
Programmeren
3-22Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
8
9
✎
NB
Wanneer u overzeese bes temmingen reg istreert, drukt u na de in voer
van de faxnummers op [OVERZEE] + [VERDER].
U kunt onder Snelk iezen een Subadres sen-ID of een pi ncode voor het
selectieve oproepen registreren, door na het invoeren van het
faxnummer op [F CODE] te drukken.
3
Druk op [VERDER] en op
[INVOER].
Druk zo dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-23
3
Programmeren
Programmeren van Verkort kiesnummers
Net zoals bij de snelkiestoetsen, kunt u ook faxnummers onder de zgn.
verkort kiesnummers reg istreren. Het verkort kiesnumme r is een getal van
drie cijfers, dat in plaats van het complete faxnummer wordt gekozen. U
kunt maximaal 500 verkort kiesnummers programmeren.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [OPSL.] en op
2
[VERKORT].
Kies de gewenste verkort kie ze n
3
toets.
Voer de naam van de
4
bestemming in en druk op
[VERDER].
Druk op [VERDER].
5
3-24Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
6
7
8
3
Voer het faxnummer van de
bestemming in met het
numerieke toetsenbord en druk
op [SNELHEID].
Kies de gewenste
modemsnelheid met de
pijltoetsen en druk op [INVOER].
Druk op [VERDER] en op
[INVOER].
Druk zo dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
9
✎
NB
Wanneer u overzeese bestemmingen registreert, drukt u na het
invoeren van de faxnummers [OVERZEE] + [VERDER].
U kunt onder Verkort kie zen een Subad ressen-ID of een p incode voor
het selectieve oproepen registreren, door na het invoeren van de
faxnummers op [F CODE] te drukken.
Rev. /Di250f/Di350f3-25
3
Programmeren
Snelkiestoetsen of verkort kiesnummers veranderen/wissen
U kunt de programmering van een snelkiestoets als volgt veranderen
resp. wissen.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [OPSL.] en op
2
[SNELKIEZEN].
Druk op de gewenste snelkiestoets.
3
Druk op de te veranderen
4
registratie en voer de
verandering in.
Druk zo dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
5
3-26Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Index voor snelkiezen programmeren
De classificatie van sne lkiestoe tsen in g roepen zo als bijv . filialen , klanten
enz. door het gebruik van indextoetsen vergemakkelijkt het vinden van de
gewenste snelkiestoets. Er kunnen maximaal 300 bestemmingen onder
de 20 indextoetsen worden geprogrammeerd.
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [OPSL.] en op
[INDEX].
Kies de gewenste indextoets.
Voer de indexnaam in en druk op
4
[INVOER].
Druk zo dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
5
Rev. /Di250f/Di350f3-27
3
Programmeren
Relay-groepen programmeren
Deze functie laat toe, uw D250f/350f als verdeelpunt voor een relayverzending te gebru iken. U kun t maxima al 5 rela y-groepen m et max. 20 0
bestemmingen per groep programmeren. De bestemmingen moeten in
uw apparaat als snelkiesnummer of verkort kiesnummer zijn
geprogrammeerd.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [OPSL.] en op
2
[RELAY GROEP].
Kies de gewenste groepentoets.
3
3-28Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
4
5
✎
NB
U kunt de laatste bestemming nog e en keer bekijken do or op [DETAIL]
te drukken. Druk op [WIS.], om de aangetoonde bestemming te
wissen.
3
Druk op [VERKORT], voer het
snelkiesnummer resp. verkort
kiesnummer in met het
numerieke toetsenbord en druk
op [INVOER] voor het invoeren
van verdere snelkies- en verkort
kiesnummers vanaf punt 3.
Wanneer u het prog rammeren in groep en heeft be ëindigd, drukt u zo
dikwijls op [INVOER], tot het standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-29
3
Programmeren
Eigen verkort kiesnummer programmeren
Programmeer uw eigen ve rkort ki esnummer, om bij een relay verzendi ng
een relay statusrapport te ontvangen van het verdeelpunt.
Programmeer uw eigen faxnum mer a ls verk ort ki esnum mer zoal s in
1
programmeren van verkort kiesnummers wordt beschreven.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
2
Druk op de tab [OPSL.] en op
3
[SELF-ABBR.#].
Voer uw verkort kiesnummer in
4
met het numerieke toetsenbord
en druk zo dikwijls op [INVO ER],
tot het standaard-display
verschijnt.
3-30Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Faxprogramma’s programmeren
Met deze functie kunt u zowel de bestemmin g alsook de verzend ingswijze
onder een snelkiesnummer programmeren. Dit is nuttig, wanneer u
regelmatig documenten onder dezelfde voorwaarden naar dezelfde
bestemming verzendt. U kunt volgende functies programmeren:
Verzendingsprogramma, batchverzendingsprogramma, opvragen
verzendingsprogramma en relay-programma. Er kunnen maximaal 30
programma’s onder de snelkiestoetsen worden geprogrammeerd.
Verzendingsprogramma
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [OPSL.] en op
[FAXPROGRAMMA].
Kies de gewenste snelkiestoets.
Voer dan de programmanaam,
4
die later op het display moet
verschijnen in en druk op
[VERDER].
Rev. /Di250f/Di350f3-31
3
Druk op [TX] en op [VERDER].
5
Kies het soort faxnummer.
6
Kies de gewenste bestemming.
7
Druk op [INVOER] en op
[VERDER].
Programmeren
Druk op
8
[VERZENDINSTELLING].
3-32Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
9
3
Kies de gewenste functies uit het
[FAX MENU] en druk zo dikwijls
op [INVOER], tot het standaarddisplay verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-33
3
Programmeren
Batchverzendingsprogramma
Met deze functie kunt u meerdere documenten in het geheugen
verzamelen en deze op een late r tijdstip in een keer verzende n. Zo spaart
u herhaalde oproepen bij dezelfde bestemming.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [OPSL.] en op
2
[FAXPROGRAMMA].
Kies de gewenste snelkiestoets.
3
Voer de programmagegevens,
4
die later in het display moeten
verschijnen in en druk op
[VERDER].
Druk op [BATCH] en op
5
[VERDER].
3-34Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
6
7
8
3
Kies het soort faxnummer uit.
Kies de gewenste bestemming.
Druk op [INVOER] en op
[VERDER].
Voer nu verzendtijd en verzendinterval in met het numerieke
toetsenbord en druk op
[VERDER].
Het verzendinterval mo et uit twee
cijfers bestaan.
Druk op
9
[VERZENDINSTELLING].
Rev. /Di250f/Di350f3-35
3
Kies de gew enste functies en
10
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
Programmeren
3-36Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Opvragen verzendingsprogramma
Deze functie is nuttig, wanneer u dikwijls verzendingen van dezelfde
bestemming opvraagt.
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [OPSL.] en op
[FAXPROGRAMMA].
Kies de gewenste snelkiestoets.
Voer de programmanaam in, die
4
later op het display moet
verschijnen en druk op
[VERDER].
Druk op [OPVR. RX] en op
5
[VERDER].
Rev. /Di250f/Di350f3-37
3
Kies het soort faxnummer uit.
6
Kies de gewenste bestemming.
7
Druk op [INVOER] en op
[VERDER].
Druk op [TIMER], voer de tijd in
8
met het numerieke toetsenbord
en druk zo dikwijls op [INVO ER],
tot het standaard-display
verschijnt.
Programmeren
3-38Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Relay programma
Deze functie is nuttig, wanneer u regelmatig relay verzendingen uitvoert
onder dezelfde voorwaarden.
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [OPSL.] en op
[FAXPROGRAMMA].
Kies de gewenste snelkiestoets.
Voer de programmanaam in, die
4
later in het display moet
verschijnen en druk op
[VERDER].
Druk op [RELAY TX] en op
5
[VERDER].
Rev. /Di250f/Di350f3-39
3
Kies het soort faxnummer uit.
6
Kies de gewenste bestemming.
7
Druk op [INVOER] en op
[VERDER].
Kies max. 5 relay groepen uit,
8
druk 2 keer op [INVOER] en op
[VERDER].
Programmeren
Druk op
9
[VERZENDINSTELLING].
3-40Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
10
3
Kies de gewenste functies uit en
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-41
3
3.15Extra functies programmeren
Met de volgende instellingen kunt u het apparaat aan uw individuele
behoeften aanpassen.
Signaaltonen instellen
Met deze functie kunt u de signaaltonen instellen, die bijv. klinken bij het
optreden van fout en (alarmgeluid sterkte) resp. na het beëindigen van een
ontvangst (zoemergeluidsterkte). Daarvoor gaat u als volgt te werk:
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[GELUIDSVOL.].
Kies de gewenste volumetoets .
3
Programmeren
Kies de gewenste instelling en
4
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
3-42Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Pincode programmeren
Met deze functie kunt u de pincode programmeren voor de beveiligde
verzending en ontvangst. Daarvoor gaat u als volgt te werk:
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [SERVICE] en o p
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op
[STANDAARDINSTELLING] in
het beheerdersprogrammadisplay.
Druk op [BEHEER] en op [COM.
4
PINCODE].
Voer de pincode in met twee
5
cijfers (01-99) met het numerieke
toetsenbord en druk zo dikwijls
op [INVOER], tot het standaarddisplay verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f3-43
3
Programmeren
Bewaarduur in het geheugen programmeren
Met deze functie kunt u de bewaarduur instellen voor documenten, die
vanwege bezette lijne n niet konde n worden verz onden. Na aflo op van de
geprogrammeerde t ijd wordt het documen t automati sch uit he t geheuge n
gewist. De standaard instelling is 1 uur.
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op
3
[STANDAARD INSTELLING] in
het beheerdersprogramma
display.
Druk op de tab [BEHEER] en op
4
[INCOMPL. TX BEWAREN].
Voer de tijd in met de pijltoetsen
5
en druk zo dikwijls op [INVO ER],
tot het standaard-display
verschijnt.
3-44Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Afdrukinstellingen
Met deze functie kun t u de papi ercassettes toewijzen, de a fdrukbelich ting
instellen en de papieruitvoer v oor fax-, printe r- en kopieerfuncti e uitkiezen.
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [SERVICE] en o p
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op [AFDR. INST.] in het
beheerdersprogramma-display.
Druk op [STD.
4
AFDRUKPAPIER].
Kies de gewenste papiercas sette
5
uit en druk op [INVOER].
Rev. /Di250f/Di350f3-45
3
Druk op [SPECIAAL PAPIER],
6
kies de gewenste papie rcass ette
en de gewenste papiersoort uit
en druk op [INVOER].
Druk op [AFDRUKBELICHTING],
7
kies de gewenste instelling en
druk op [INVOER].
Druk op [UITVOER], kies de
8
gewenste instelling en druk zo
dikwijls op [INVOER], tot het
standaard-display verschijnt.
Programmeren
✎
NB
De instellingen [RECYCLINGPAPIER] en [SPECIAAL] zijn in de
faxmodus niet beschi kb aar.
3-46Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Energiespaarmodus
Met deze functie kunt u de tijden instellen, na afloop waarvan het LCDdisplay terugkeert naar de standaardinstelling (standaardinstelling 1
minuut); de voorverwa rmf unctie wordt u itges chake ld (st andaar dinste lling
15 minuten); de verwarmingslamp wordt uitgeschakeld
(standaardinstell ing 30 minuten); en he t LCD-display w ordt uitgeschakel d
(standaardinstelling 1 minuut).
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [SERVICE] en o p
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op [SPAARSTAND] in het
beheerdersprogramma-display.
Druk op [AUTO-RESET].
4
Rev. /Di250f/Di350f3-47
3
Voer de tijd in me t het num erieke
5
toetsenbord en druk op
[INVOER].
Druk op [VOORVERWARMEN],
6
voer de tijd in met het numerieke
toetsenbord en druk op
[INVOER].
Druk op [VERWARMING UIT],
7
voer de tijd in met het numerieke
toetsenbord en druk op
[INVOER].
Programmeren
Druk op [LCD-LICHT UIT], voer
8
de tijd in met het numerieke
toetsenbord en druk zo dikwijls
op [INVOER], tot het standaarddisplay verschijnt.
3-48Di250f/Di350fRev. /
Programmeren
Box voor vertrouwelijk opvragen programmeren
U kunt maximaal 10 boxen voor vertrouwelijk opvragen programmeren.
Met [ONTV.INVOER CONTR.] resp. [ONTV. UITVOER CONTR.] bepaalt
u of er een pincode noodzakelijk is, om een document in een box op te
slaan resp. af te drukken.
1
2
3
3
Druk op [HULPPROGRAMMA].
Druk op de tab [OPSL.] en op
[BULL.].
Kies een Bulletin board numm er.
Druk op [F CODE].
4
Voer de F Code in (max. 20
5
karakters) met het numerieke
toetsenbord en druk op
[INVOER].
Rev. /Di250f/Di350f3-49
3
Druk op [F CODE PINCODE],
6
voer de pincode in (max. 20
karakters) met het numerieke
toetsenbord en druk op
[INVOER].
Druk op [TITEL], voer de naam in
7
en druk op [INVOER].
Druk op
8
[ONTV.INVOER CONTR.], kies
de gewenste inst elling en druk op
[INVOER].
Programmeren
Druk op
9
[ONTV. UITVOER CONTR.], kies
de gewenste instelling en druk zo
dikwijls op [INVOER], tot het
standaard-display verschijnt.
3-50Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
4Verzenden
4.1Verzending
Instructies betreffende originele documenten
Uw kopieermachine kan de volgende papierformaten verzenden.
Maximaal 70 vellen van A4 formaat kunnen in de documenteninvoer
worden gelegd (50 vellen in de dubbelzijdige-documenteninvoer).
Maximale
documentengrootte
297 mm
Minimale
documentengrootte
128 mm
Effektieve
tekstbreedte
max. 277 mm
4
1000 mm (AF)
Invoer-
420 mm (DIN A3) (AFR)
richting
100 mm
Invoerrichting
Invoerrichting
Indien een originee l wordt ingevoerd, dat l anger is dan 1000 mm, lo opt het
papier vast en het scannen wordt afgebroken.
Indien u aantekeningen wilt maken op een document, gebruik dan een
gele, lichtgroene of lichtblauwe stift, zodat deze informatie niet wordt
meegezonden als het faxberic ht wordt ve rstuurd.
VOORZICHTIG
Nietjes en paperclips kunnen het apparaat beschadigen.
➜ Verwijder nietjes en paperclips voor de verzending.
Rev. /Di250f/Di350f4-1
4
Verzenden
Gebruik van draagfilm
Onderstaande documenten moeten voor verzending in een draagfilm
worden gestoken resp. op normaal papier van A4 formaat worden
gekopieerd:
G Papierformaten smaller dan 128 mm of korter dan 100 mm;
G Papier lichter dan 50g/m²;
G Gevouwen, gescheurd, gekreukt, vochtig of gekruld papier;
G Chemisch behandeld en drukgevoelig papier.
Plaatsen van documenten
Leg het document met de
1
bedrukte zijde naar boven in de
documenteninvoer.
Leg het document in het midden en schuif de papiergeleiders
2
zachtjes tegen de randen van het document aan.
U kunt maximaal 70 vellen van A4 formaat tegelijkertijd in de
documenteninvoer leggen. Zorg dat de documenten goed zijn geplaatst
en gelijk liggen, voordat u met het verzenden begint.
Als het papier is gekruld of als de pagina’s aan elkaar plakken, kan het
gebeuren, dat meerdere pagina’s gelijktijdi g worden ingetrokken, hetgeen
ertoe kan leiden, dat het docum ent vastloopt o f dat de verzendi ng mislukt .
In dat geval dient u de pag ina ’s één voor één in de documenteninvoer te
leggen, om zeker te zijn van een probleemloze aanvoer van het
document.
4-2Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
✎
4
Het standaardgeheu gen kan c a. 400 pagi na’s van het ITU-testb lad nr.1 in
standaardresolutie be vatten. Let er bij het inscannen op, dat d e weergave
van de geheugencapaciteit niet stijgt tot 100% aangezien de bewerking
dan wordt afgebroken.
NB
Indien dit vaker voorkomt, neem dan contact op met uw leverancier
om het geheugen uit te breiden. Kies voorlopig voor grote
gegevensbestanden de directe verzending.
Document op de glasplaat plaatsen
Leg het document met de
1
bedrukte zijde naar onder in de
rechter bovenhoek van de
glasplaat.
Let erop, dat de langszijde van het document tegen de langszijde
2
van de glasplaat ligt en sluit de klep.
Rev. /Di250f/Di350f4-3
4
Document in de enkelvoudige invoer plaatsen
Leg het document met de
1
bedrukte zijde naar onder in de
documenteninvoer.
Leg het document in het midden en schuif de papiergeleiders
2
zachtjes tegen de randen van het document aan.
✎
NB
De meeste fax en kopieerfuncties zijn niet beschikbaar bij de
enkelvoudige invoer.
Verzenden
4-4Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
4.2Verzendinstellingen
Resolutie
Wanneer u de resolutie instelt zoals hieronder wordt beschreven, dan
wordt deze instelling alleen voor de duur van de actuele verzending
behouden.
Leg eerst het originele document in de documenteninvoer en druk
1
dan op [FAX] op het bedieningspaneel.
Druk op de tab
2
[KWALIT.& VERKL.].
Druk op de tab [KWALITEIT],
3
kies de gewenste instelling en
begin met de verzending.
4
De instelling van de resolutie is bij normaal bedrukte of getypte
documenten niet nodig.
Resolutie heeft zes instellingen:
StandaardDit is de normale resolutie voor een normaal gedrukt document
Fijn
Extra-fijn
Tekst+FotoWanneer er een groter aantal grijswaarden nodig is, bijv. voor
Halftoon
S Halftoon
Rev. /Di250f/Di350f4-5
met standaardafmetingen (bijv. schrijfmachineschrift).
Resolutie voor fijn gedrukte documenten, bijv.
krantenartikelen.
foto’s.
Hier bereikt u de fijnste rastering.
4
✎
NB
De instellingen Tekst+Foto, Halftoon en S-halftoon verhogen de
verzendtijd en -kosten.
Resolutie blijvend veranderen
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en op
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op [TX INST.] in het
3
beheerdersprogramma-display.
Verzenden
Druk op de tabs [TX1] en
4
[VOORKEURKWALITEIT].
4-6Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
Kies de gewenste instelling en
5
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
4
Rev. /Di250f/Di350f4-7
4
Verzenden
Contrast
Wanneer u het contra st verhoogt, wor den kleine k leurschakering en in het
document versterkt en beter verzonden. Hierbij kan echt er ook informatie
verloren gaan. Wanneer u het contrast instelt zoals hieronder wordt
beschreven, dan word t dez e ins te lli ng alleen voor de actuele verzending
bijbehouden.
Leg eerst het originele document in de documenteninvoer en druk
1
dan op [FAX] op het bedieningspaneel.
Druk op de tab
2
[KWALIT. & VERKL.].
Druk op de tab [CONTRAST].
3
Kies de gewenste instelling en
4
begin met de verzending.
4-8Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
Contrast blijvend veranderen
Druk op [HULPPROGRAMMA].
1
Druk op de tab [SERVICE] en o p
2
[BEHEERDERSPROGRAMMA].
Druk op [TX INST.] in het
3
beheerdersprogramma-display.
4
Druk op de tabs [TX 1] en
4
[VOORKEUR CONTRAST].
Kies de gewenste instelling en
5
druk zo dikwijls op [INVOER], tot
het standaard-display verschijnt.
Rev. /Di250f/Di350f4-9
4
Verzenden
Verzendingsverkleining
Deze functie past het geplaatste papierformaat aan, aan het door de
bestemming gebruikte papierformaat. Wanneer u [NIET VERKL.] kiest,
wordt het document onafhankelijk van het papierformaat van de
bestemming verzon de n.
Leg eerst het originele document in de documenteninvoer en druk
1
dan op [FAX] op het bedieningspaneel.
Druk op de tab
2
[KWALIT. & VERKL.].
Druk op de tab
3
[VERKLEINEN/GEBIED].
Druk op [VERKLEINEN].
4
4-10Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
Kies de gewenste instelling en
5
begin met de verzending.
4
Rev. /Di250f/Di350f4-11
4
Verzenden
Scangebied
Met deze functie kunt u het gebied van het document, dat gescand dient
te worden instellen. Op deze manier kunt u gedeelten uit grote
documenten verzenden.
Leg eerst het originele document in de documenteninvoer en druk
1
dan op [FAX] op het bedieningspaneel.
Druk op de tab
2
[KWALIT. & VERKL.].
Druk op de tab
3
[VERKLEINEN/GEBIED].
Druk op [SCANGEBIED].
4
Kies de gewenste instell ing, druk
5
op [INVOER] en begin met de
verzending.
4-12Di250f/Di350fRev. /
Verzenden
Verzendingsstempel (optioneel)
Met deze functie kunt u succesvol gescande documenten laten
afstempelen. Dit is alleen mogelijk bij verzending uit de
documenteninvoer.
Leg eerst het originele document in de documenteninvoer en druk
1
dan op [FAX] op het bedieningspaneel.
Druk op de tabs [FAX MENU] +
2
[SET1] + [VERZENDSTEMPEL].
Kies de gewenste inst elling, dru k
3
op [INVOER] en begin met de
verzending.
4
Rev. /Di250f/Di350f4-13
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.