Minolta Di151 User Manual [nl]

Inhoud
1 Inleiding
1.1 Wij willen u als tevreden klant.....................................................1-1
1.2 Terwille van het milieu . . .............................................................1-2
Terugname en verwerking..............................................................1-2
Wat betekent de Energy Star®.......................................................1-2
Kringlooppapier bruikbaar...............................................................1-2
Waar staat wat in de handleiding?..................................................1-3
Bijzondere termen en symbolen kort verklaard...............................1-4
Vast gedefinieerde begrippen en symbolen kort verklaard.............1-6
2 Leer uw kopieerapparaat kennen
2.1 Apparaatoverzicht.........................................................................2-1
Kopieerapparaat Di151 ...................................................................2-1
Geheugenuitbreidingen (optie)........................................................2-3
Printercontroller Pi1501 (optie) .......................................................2-3
Faxeenheid voor Di151 (optie)........................................................2-3
TWAIN-interfacedriver (optie).........................................................2-3
Automatische documentinvoerAF-8 (optie)....................................2-4
Papierlade PF-116 (optie)...............................................................2-5
2.2 Veilig gebruik van uw kopieerapparaat.......................................2-6
Laserveiligheid..............................................................................2-10
Interne laserstraling.......................................................................2-10
Veiligheidssticker..........................................................................2-12
Gegevens op het typeplaatje........................................................2-15
2.3 Transport van het kopieerapparaat...........................................2-16
2.4 Plaatsen van het kopieerapparaat.............................................2-16
Omgevingsomstandigheden.........................................................2-16
Standplaats...................................................................................2-16
Benodigde ruimte van het kopieerapparaat..................................2-17
Bewaren van verbruiksmateriaal...................................................2-17
2.5 Aansluiten van het kopieerapparaat.........................................2-18
Spannings-/frequentietoleranties..................................................2-18
2.6 In-/uitschakelen van het kopieerapparaat.................................2-18
Inschakelen van het kopieerapparaat...........................................2-18
Uitschakelen van het kopieerapparaat..........................................2-19
Di151 IVZ-1
2.7 Toetsen en meldingen op het bedieningspaneel ...................2-20
Linkerzijde bedieningspaneel ......................................................2-20
Rechterzijde bedieningspaneel....................................................2-22
Displaygedeelte............................................................................2-23
2.8 Openen en sluiten van de behuizing van het
kopieerapparaat..........................................................................2-24
Openen van de behuizing van het kopieerapparaat.....................2-24
Sluiten van de behuizing van het kopieerapparaat.......................2-24
2.9 Uitschakelen van het kopieerapparaat.....................................2-25
2.10 Hier moet u op letten..................................................................2-26
2.11 Hiervoor mag u uw kopieerapparaat ge bruiken ......................2-26
3 Eerste stappen . . .
3.1 Stap-voor-stap naar een kopie....................................................3-1
3.2 Originelen op de glasplaat plaatsen........................................... 3-4
Papieren originelen en transparante originelen..............................3-4
Boeken en gebonden originelen.....................................................3-5
3.3 Automatisch invoeren originelen................................................3-6
Automatische documentinvoer.......................................................3-7
3.4 Aantal kopieën invoeren..............................................................3-8
3.5 Het kopiëren starten.....................................................................3-8
3.6 Kopiëren stoppen.........................................................................3-9
3.7 Het kopieerapparaat resetten naar de standaardinstellingen.. 3-9
3.8 Papierlades vullen......................................................................3-10
Standaardpapierlade – 250 vellen................................................3-10
Papierlade (optie) – 500 vellen.....................................................3-12
3.9 Handinvoer voor losse vellen gebruiken ................................. 3-13
Wat betekenen de verschillende meldingen op het display?........3-13
Zo werkt u met de handinvoer voor losse vellen .......................... 3-14
Afwijkend papierformaat vastleggen.............................................3-16
3.10 Ontwikkelingseenheid vervangen.............................................3-18
3.11 Tellerstanden controleren.........................................................3-20
Tellerstand van de totaalteller laten weergeven...........................3-20
Tellerstand van de deelteller laten weergeven.............................3-21
IVZ-2 Di151
4 Hoe wilt u uw kopie?
4.1 Soort belichting instellen.............................................................4-1
Automatische belichting in-/uitschakelen........................................4-1
Kopie handmatig lichter/donkerderinstellen...................................4-2
Foto's kopiëren................................................................................4-3
4.2 Originelen vergroten/verkleinen (zoomen).................................4-4
Originelen met een vaste vergrotings-/verkleiningsfactor kopiëren
(zoomen).........................................................................................4-4
Originelen traploos vergroten/verkleinen (zoomen)........................4-5
4.3 Speciale functie kiezen.................................................................4-6
F1: Niet sorteren .............................................................................4-7
F2: 2op1 Niet sorteren....................................................................4-8
F3: Sorteren.................................................................................4-10
F4: 2op1 Sorteren........................................................................4-11
4.4 Papierinvoereenheid handmatig kiezen....................................4-13
4.5 Help-functies...............................................................................4-14
Automatische papierlade-omschakeling .......................................4-14
Automatische reset van het bedieningspaneel.............................4-14
Spaarstand....................................................................................4-14
5 Gebruikersinstellingen
5.1 Gebruikersinstellingen uitvoeren................................................5-1
5.2 Overzicht gebruikersinstellingen ................................................5-3
U1 – Automatische reset.................................................................5-3
U2 – Spaarstand AAN.....................................................................5-4
U3 – Spaarstand UIT ......................................................................5-4
U4 – Prioriteit soort belichting.........................................................5-4
U5 – Belichtingsgraad voor automatische belichting......................5-5
U6 – Belichtingsgraad voor handmatige en fotobelichting..............5-5
U7 – Papierformaat voor standaardpapierlade...............................5-5
U8 – Papierformaat voor handinvoer losse vellen..........................5-6
U9 – Belichtingssterkte voor automatische documentinvoer..........5-8
U0 – Prioriteit speciale functie.........................................................5-8
UA – Prioriteit papierinvoer.............................................................5-9
Ub – Belichtingssterkte in de printermodus.....................................5-9
Uc – Prioriteit papierinvoer in de printermodus.............................5-10
Di151 IVZ-3
6 Storingen herkennen en verhelpen
6.1 Wanneer uw kopie niet goed is . . ..............................................6-1
6.2 Als er een melding op het display verschijnt . . . ......................6-3
6.3 Wanneer uw kopieerapparaat niet correct functioneert . . ...... 6-5
6.4 Als er een foutcode op het display weergegeven wordt . . . .... 6-6
6.5 Zo verwijdert u vastgelopen papier ............................................6-7
Vastgelopen papier in de standaardpapierlade verwijderen...........6-7
Vastgelopen papier in de papierlade (optie) verwijderen............... 6-8
Vastgelopen papier in het kopieerapparaat verwijderen ..............6-11
Vastgelopen papier in de automatische documentinvoer
verwijderen...................................................................................6-15
7 Bijlage
7.1 Onderhoud apparaat ....................................................................7-1
Onderdelen reinigen.......................................................................7-1
Documenttransportbandreinigen ...................................................7-1
7.2 Onderhoud van het kopieerapparaat..........................................7-2
7.3 Technische gegevens ..................................................................7-3
Kopieerapparaat Di151...................................................................7-3
Automatische documentinvoer AF-8 ..............................................7-5
Papierlade PF-116..........................................................................7-5
7.4 Papierformaattabellen.................................................................. 7-6
Metrisch..........................................................................................7-6
Inch.................................................................................................7-6
7.5 Zoomfactortabellen ......................................................................7-7
Metrisch..........................................................................................7-7
Inch.................................................................................................7-7
7.6 CE-keurmerk (conformiteitsverklaring)......................................7-8
7.7 Keurteken op h e t typeplaatje ....................................................7-11
7.8 Lijst van de gebruikte afkortingen............................................7-12
7.9 Index............................................................................................ 7-13
IVZ-4 Di151
Inleiding

1 Inleiding

1.1 Wij willen u als tevreden klant

Bedankt dat u gekozen heeft voor de aanschaf van een Minolta­kopieersysteem.
Om de best mogelijke resultaten en een effectief gebruik van uw kopieerapparaatte verkrijgen,geeft de handleidingu o.a. informatieover de volgende thema's:
G Leer uw kopieerapparaat kennen G Eerste stappen . . . G Hoe wilt u uw kopie? G Gebruikersinstellingen G Storingen herkennen en verhelpen.
Lees de handleiding zorgvuldigdoor voordat u uw kopieerapparaat in gebruikneemt. Houd de handleiding altijd bijde hand. Aan de achterkant vanhetkopieerapparaatiseen houder aangebrachtvoorhet bewaren van de handleiding.
Meer informatie en concrete hulp in gevalvan storingen krijgt u via:
G uw leverancier G onze Internet-website http://www.minolta.com.
Houd a.u.b.het serienummer ( zie typeplaatje op uw kopieerapparaat) en dekoopdatumvan uwkopieerapparaatbij de hand,zo kunnenwiju snelle en correcte hulp bieden in geval van storingen.
. . . want wij willen u als tevreden klant.
1
Di151 1-1
1

1.2 Terwille van het milieu . . .

Minolta heeft oog voor de ecologie en werkt actief mee om ecologische problemen te vermijdenen te verhelpen. Onze productie is volgens ISO 9000(kwaliteitsmanagement)alsook IS O14001 (milieumanagement) gecertificeerd.

Terugname en verwerking

Oude apparaten, lege toner- en drumeenheden en verbruikte toner- en drumeenheden worden door de plaatselijke MINOLTA-dealer terug­genomen en verwerkt.
Inleiding
Wat betekentde Energy Star
Kopieerapparatenmet deEnergy Star®schakelennaar een toestandmet lagerenergieverbruikof schakelen uit,wanneerze gedurendelangeretijd niet gebruikt worden. Met deze functie kunnen jaarlijks de stroomkosten tot zo'n 60% verminderd worden.
Bijhet kopiërenmet hogerekopieersnelheidwordtautomatisch de modus van dubbelzijdig kopiëren ingeschakeld. Daardoor worden zowel de kosten voor kopieerpapier gereduceerd, alsmede de geproduceerde hoeveelheid papiervoor recycling verminderd.
Wist u, dat voor het maken van een blad papier 10 keer zoveel energie nodig is als voor het maken van een kopie?
Het gebruikvan minder papier heeft zodoendeook directe invloedop het economische energieverbruik.
Dit kopieerapparaatvoldoet aan de energie-efficiëntiecriteriavan de Energy Star®.
®

Kringlooppapier bruikbaar

Dittoestelis geschiktvoorkringlooppapierdataan denormenENV 12281 of DIN 19309 voldoet. Meer informatiehierover krijgt u bij uw MINOLTA­dealer.
1-2 Di151
Inleiding

1.3 Wegwijzer door de handleiding

Waar staat wat in de handleiding?

U weet niet precies, in welk hoofdstuk u welke informatie vindt? De volgende tabel helpt u daarbij. Om gedetailleerde informatie over een probleem te krijgen, raadpleegt u de index achterin de handleiding.
Nr. Hoofdstukbenaming Hoofdstukbeschrijving
1 Inleiding In dit hoofdstuk krijgtu inleidende informatie,
2 Leeruwkopieerapparaat
kennen
3 Eerste stappen . . . In dit hoofdstuk leertu omgaan met uw
4 Hoe wilt u uw kopie? In dit hoofdstuk leert u, hoe u de functies van
5 Gebruikersinstellingen In dit hoofdstuk leert u hoe u de
6 Storingen herkennen en
verhelpen
7 Bijlage In dit hoofdstuk vindt u een schat aan nu ttige
met name over het gebruikvan de handleiding.
In dit hoofdstuk leertu uw kopieerapparaat kennen en krijgt u informatie over bijv.:
• Beschrijving van het apparaat
• Het veilig omgaan met uw kopieerapparaat
• Plaatsen van het kopieerapparaat
• Aansluiten, in- en uitschakelen van het kopieerapparaat
kopieerapparaat, zoals bijv.:
• Stap-voor-stap een kopie maken
• Kopiëren starten
• Kopiëren stoppen
• Papier bijvullen
• Ontwikkeleenheid vervangen
uw kopieerapparaat effectief kunt gebruiken.
standaardwaarden van uw kopieerapparaat kunt wijzigen.
In dit hoofdstuk vindtu tabellen en aanwijzingen die u behulpzaam zijn bij het herkennen en verhelpen van storingen, zoals bijv. vastgelopen papier.
extra informatie zoals:
• Onderhoud
• Technische gegevens
• Papierformaat- en zoomfactortabellen
• Index (trefwoordenregister)
1
Di151 1-3
1
Inleiding

Bijzondere termen en symbolen kort verklaard

Met bepaalde termen en symbolenworden in dit gebruikershandboek verschillende zaken tot uitdrukking gebracht. De volgende voorbeelden helpen u de belangrijkste zaken te herkennen en dienovereenkomstigte handelen.
GEVAAR Hier wordt op een gevaar gewezen!
Deze waarschuwing verwijst naar een dreigend gevaar voor leven en goed. Wordt deze waarschuwingniet in acht genomen, dan kan zwaar lichamelijk letsel het gevolg zijn.
De pijl markeert een voorzorgsmaatregel die getroffen moet worden,
om het gevaar af te wenden.
WARSCHUWING Dit is een waarschuwing!
De waarschuwing wijst op een gevaarlijke situatievoor eenpersoonen/of product. Wordt deze waarschuwingniet in acht genomen, dan kan lichamelijk letsel en/of zware materiële schade het gevolg zijn.
De pijl markeert een voorzorgsmaatregel die getroffen moet worden,
om het gevaar af te wenden.
VOORZICHTIG Hier wordt tot voorzichtigheid aangemaand!
Deze aanmaningwijst u op een mogelijk gevaarlijke situatie. Wordt deze aanwijzingniet in achtgenomen, dan kanlichamelijk letsel en/ofmateriële schade het gevolg zijn.
De pijl markeert een voorzorgsmaatregel die getroffen moet worden,
om het gevaar af te wenden.
1-4 Di151
Inleiding
[START] Bedieningstoets met de betekenis “Start“
FOUT Melding op het display met de tekst FOUT
Afzonderlijk, uit te voeren handeling
(er volgen geen verdere stappen)
Nu begint een opsomming:
G Deze punten wijzen op een opsomming. G De opsommingen met punten hebbengeen dwingende volgorde.Volgt na een zwarte punt een opsomming met witte punten, dan zijn
de witte punten ondergeschikt aan de zwarte punten.
G
Hier is het einde van de opsomming.
Stap 1 van een reeks handelingen
1
Stap 2 van een reeks handelingen
2
Hier krijgt u hulp.
?
Met de handeling, die hier
genoemd wordt,krijgt u beslist het door u gewenste resultaat.
Hier ziet u, wat er
gedaan moet worden
1
Stap 3 van een reeks handelingen
3
Deze punten wijzen op een
reeks van handelingen.
Ditiseennuttigetip
Extra informatie bij het maken van kopieën.
Di151 1-5
1
Inleiding

Vast gedefinieerde begrippen en symbolen kort verklaard

De benamingen voor invoerrichting, lengte- en breedterichting zijn duidelijk vastgelegd. Op deze pagina worden deze begrippen gedefinieerd.
Origineel en kopie
Het origineel is het kopieerdocument waarvan u tijdens een kopieergang duplicaten maakt.
Origineel
(kopieerdocument)
Kopieergang vergroten,
verkleinen sorteren,
Invoerrichting
Invoerrichtingis het traject dat het papier door het kopieerapparaatvolgt. De invoerrichting van hetpapier wordt in de volgende afbeelding aangegeven door de pijlen.
(duplicaten van het kopieerdocument)
,
Kopie
1-6 Di151
Inleiding
Breedte en lengte
Wordenin hethandboek papierafmetingengenoemd, dan komt de eerste waarde altijd overeen met de breedte van het papier (kant A) en de tweede waarde met de lengte van het papier (kant B).
21 x 29,7 cm
Breedte van het papier (kant A)
Lengte- en breedterichting
Is kant A van een papierformaat korter dan kant B, dan wordt dit lengterichting genoemd.
Is kant A van een papierformaat langer dan kantB, dan wordt dit breedterichtinggenoemd.
Lengte van het papier (kant B)
1
21 x 29,7 cm 29,7 x 21 cm
Lengterichting Breedterichting
Di151 1-7
1
Inleiding
1-8 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

2 Leer uw kopieerapparaat kennen

2.1 Apparaatoverzicht

Kopieerapparaat Di151

Apparaatoverzichtbuitenzijde
1
2
5
2
Aanzicht van links Aanzichtvan rechts
Nr. Benaming Beschrijving
1 Uitvoerblad Hier komen de gemaakte kopieën
2 Standaardpapierlade Voor 250 vellen papiervan het formaat A4L of
3 Handmatige
papierinvoer
4 Bedieningspaneel Toetsen en meldingen voor de bedieningvan
5 Bovenklep Houdt een origineel dat op de glasplaat ligt op
6 Hoofdschakelaar Voor het in- en uitschakelen van het
4
3
(max. 100 pagina's normaal papier)
A5L (L=lengterichting) Voert handmatig losse bladen van
verschillendeformatenenpapiersoortenin
het kopieerapparaat
zijn plaats
kopieerapparaat
6
Di151 2-1
2
Leer uw kopieerapparaatkennen
Apparaatoverzichtbinnenzijde
3
2
4
1
Aanzicht van rechts Aanzicht van rechts
Nr. Benaming Beschrijving
1 Ontgrendelenvan de
behuizingvan het kopieerapparaat
2 Glasplaat Plaats het origineel met de te kopiëren zijde
3 Documentafdekking Houdt een origineel dat op de glasplaat ligt op
4 Ontwikkelingseenheid O mvat de toner 5 Verwarmingseenheid Fixeert de toner op het kopieerpapier
Grijpin de opening en trekaandeontgrendeling om de behuizing van het kopieerapparaatte openen
naar benedenop de glasplaat
zijn plaats
bij geopende behuizingbij opengeklapte deksel
WARSCHUWING Gevaar voor verbranding aan de fixeereenheid!
De fixeereenheid van het kopieerapparaat kan 120°C heet zijn.
Raak de verwarmingseenheid niet aan.Raak geen delen aan die met : zijn gemarkeerd.
5
2-2 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

Geheugenuitbreidingen (optie)

Voor uitbreiding van de geheugencapaciteit van het kopieerapparaat. Alsu veelkopieën verwerktdie veelgeheugen in beslagnemen,danmoet
u het werkgeheugen van het kopieerapparaat met de geheugen­uitbreiding vergroten. Hierdoor ontstaat een permanente gegeven­sstroom.
De volgende geheugenuitbreidingen zijn verkrijgbaar:
G 16MB geheugenuitbreiding G 32MB geheugenuitbreiding.

PrintercontrollerPi1501 (optie)

Hierdoor kan het kopieerapparaat als printer gebruikt worden.

Faxeenheid voor Di151 (optie)

Hierdoor kan het kopieerapparaat als faxtoestel gebruikt worden.

TWAIN-interfacedriver (optie)

Hierdoor kan het kopieerapparaat als scanner gebruikt worden.
2
Di151 2-3
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

Automatische documentinvoer AF-8 (optie)

Voor automatischeinvoer van originelen.
1
5
Nr. Benaming Beschrijving
1 Verlengstuk van de
documentinvoer
2 Documentinvoerblad Plaats originelen met de te kopiëren zijde naar
3 Documentengeleider Verschuif deze overeenkomstig het
4 Papierstoringsklep Open deze om vastgelopen papieruit de
5 Documentenuitvoer Hier worden de originelen uitgevoerd
Trek dit verlengstuk uit, wanneer u papier van groot formaat invoert
boven op het invoerblad
papierformaat
documentinvoer te verwijderen
32
4
2-4 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

Papierlade PF-116 (optie)

Voor de bevoorrading tot 500 vellen papier van 80 g/m A4L.
2
van het formaat
1
2
Nr. Benaming Beschrijving
1 Papierlade Kan in totaal 500 vellen papier van het formaat
A4L bevatten
Di151 2-5
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.2 Veilig gebruik van uw kopieerapparaat

Schade aande gezondheid, elektrischeschokken en zelfs brandkunnen het gevolg zijn van een ondeskundige bediening. Neem daarom goed nota van de volgende aanwijzingen voor een veilig gebruik van uw kopieerapparaat.
GEVAAR Gevaar voor brand en/of elektrische schokken door het
ondeskundige gebruik van het kopieerapparaat!
Het kopieerapparaat is uitgerust met delen die onder hoogspanning staan. Een ondeskundig gebruik van het kopieerapparaat kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben. Neem de volgende aanwijzingen in acht om lichamelijk letsel en/of materiële schade te vermijden.
Gebruik geen ontvlambare sprays, vloeistoffen of gassen in de buurt
van het kopieerapparaat.
Verwijder geen veiligheidsvoorzieningen.Verander de constructie van het kopieerapparaat niet.Haal niet met natte handen de stekker uit het stopcontact.Zorg ervoor, dat het kopieerapparaat gevoed wordt met de juiste
spanning.
Sluit het kopieerapparaatniet aan op een meervoudig stopcontact.Plaats geen koffiekopjes,drinkbekers of andere voorwerpen met
vloeistoffen op het kopieerapparaat. Als er toch vloeistof in het kopieerapparaat terecht zou komen, schakel het toestel dan onmiddellijk uit. Trek daarna de stekker uit het stopcontact.Informeer uw leverancier.
Steek geen paperclips of nietjes resp. kleine metalen delen in
openingen van het kopieerapparaat. Als er toch metalen delen in het kopieerapparaat terecht zou komen, schakel het toestel dan onmiddellijk uit. Trek daarna de stekker uit het stopcontact.Informeer uw leverancier.
2-6 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen
GEVAAR Gevaar voor brand en/of elektrische schokken door ondeskundig
gebruik van het netsnoer!
Het kopieerapparaatis uitgerust met delen die onder hoogspanning staan. Ondeskundiggebruik van het netsnoer van het kopieertoestel kan schade aan het snoer veroorzaken. Een brand of een elektrische schok kan het gevolg zijn. Neem de volgende aanwijzingen in acht om lichamelijk letsel en/of materiële schade te vermijden.
Zorg ervoor dat het netsnoerintact is.Is dit niethet geval, schakelhet
kopieerapparaat dan onmiddellijk uit. Trek daarna de stekker uit het stopcontact. Informeer uw leverancier.
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
trekken.
Verplaats het kopieerapparaatalleen wanneer de stekker uit het
stopcontact gehaald is.
Plaats geen zware voorwerpen op hetnetsnoer.Trek niet aan het netsnoer en zorg dat er geen knikken in komen.Plaats het kopieerapparaatniet op kabels van andere toestellen.Zorg ervoor dat er geen kabels van andere toestellen in het
kopieerapparaat klem raken.
Zorg ervoor dat de stekker correct in het stopcontact is gestoken.Zorg ervoor dat het stopcontact altijd zichtbaar en vrij toegankelijk is.Gebruikalleen verlengkabelsdie minimaalvoor demaximale voeding
van het apparaat ontworpen zijn.
Sluit het kopieerapparaat niet aan op een meervoudig stopcontact.
2
Di151 2-7
2
Leer uw kopieerapparaatkennen
GEVAAR Gevaar voor brand en/of elektrische schokken door oververhitting
van het toestel!
Het kopieerapparaat is uitgerust met delen die onder hoogspanning staan. Ondeskundig gebruikof het slecht functioneren van het kopieertoestel kan schade aan het toestel veroorzaken. Neem de volgende aanwijzingen in acht om lichamelijk letsel en/of materiële schade te vermijden.
Schakel het kopieerapparaat onmiddellijk uit als het kopieerapparaat
erg heet wordt.Trek daarna de stekker uit het stopcontact.Informeer uw leverancier.
Schakel het kopieerapparaat onmiddellijk uit als er rook uit het
kopieerapparaat komt. Trek daarna de stekker uit het stopcontact. Informeer uw leverancier.
Schakel het kopieerapparaat onmiddellijk uit als een ongewone geur
opvalt. Trek daarna de stekker uit het stopcontact. Informeer uw leverancier.
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer het kopieerapparaat
gedurende langere tijd niet gebruikt wordt.
VOORZICHTIG Schade aan het kopieertoestel door externe invloeden!
Door externe invloeden kan het kopieerapparaat beschadigd worden. Neem de volgende aanwijzingen in acht om materiële schade te vermijden.
Stel het kopieerapparaat niet bloot aan trillingen.Houd magnetische voorwerpenuit de buurt van het kopieerapparaat.Plaatsgeenvoorwerpenop hetkopieerapparaatdie zwaarderzijndan
3kg.
2-8 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen
VOORZICHTIG Schade aan het kopieertoestel door ondeskundig gebruik!
Door ondeskundiggebruik kan het kopieerapparaatbeschadigd worden. Neem de volgende aanwijzingen in acht om materiële schade te vermijden.
Plaatsgeen voorwerpen ophet kopieerapparaatdie zwaarderzijn dan
3kg.
Open tijdens het kopiëren de kopieermachineniet.Schakel tijdens het kopiëren het kopieerapparaat niet uit.
VOORZICHTIG Een geringe hoeveelheid ozon komt tijdens het kopiëren vrij!
Dit is niet schadelijkvoor de gezondheid, maar kanonaangenaam r u iken. Zorg daarom voor een goede ventilatie.
Plaats het kopieerapparaatin een goed geventileerde ruimte.
2
Di151 2-9
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

Laserveiligheid

Dit apparaat functioneertmet een laser. Wanneer het apparaat op de in deze handleiding voorgeschreven wijze wordt bediend, levert de laserstraling geen gevaar op.
Het stralingslicht wordt volledig afgeschermd door de behuizing. De laserstraal kan nooit tijdens het gebruik van het apparaat vrijkomen.
Dit apparaatis gecertificeerd als een Klasse 1 laserproduct.Dit betekent dat dit apparaat geen schadelijkelaserstraling produceert.

Interne laserstraling

Gemiddeld stralingsvermogen: 1,03 mW bij de laseropeningvan de printer.
Golflengte: 770-810 nm Dit apparaat functioneert met een laserdiode van de Klasse IIIb met
onzichtbare laserstraal. De laserdiode en de polygoonspiegel voor het scannen zijn geïntegreerd in de printer.
De printer is GEEN ONDERDEEL DAT DOOR UZELF MAG WORDEN ONDERHOUDEN. U mag de printer daarom nooit openen.
Printkop
De afbeelding hierbovengeeft aan waar de drukknop van het kopieerapparaatzich binnenin bevindt.
2-10 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen
GEVAAR Gevaarlijke laserstraling!
Indien u het kopieerapparaat op andere wijze bedient dan in deze handleiding is beschreven, kan dit tot gevolg hebben dat gevaarlijke straling vrijkomt.
Bedien het kopieerapparaat uitsluitend overeenkomstig de
aanwijzingen in deze handleiding.
Dit is een laserkopieerapparaat. Het maximale stralingsvermogen van de laserdiode bedraagt5 mW. De golflengte bedraagt 770-810nm.
2
Di151 2-11
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

Veiligheidssticker

Veiligheidsstickersmarkeren de gevarenzones.
Lees eerst denodige aanwijzingenin dezehandleiding overbepaalde
gevaren voor u in een gevarenzone een handeling uitvoert.
Veiligheidssticker op de verwarmingseenheid
De veiligheidssticker vindt u binnenin het toestel op de volgende plaats (zie pijl).
WARSCHUWING Gevaar voor verbranding aan de fixeereenheid!
De fixeereenheid van het kopieerapparaat kan 120°C heet zijn.
Raak de verwarmingseenheid niet aan.Raak geen delen aan die met : zijn gemarkeerd.
2-12 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen
Veiligheidssticker op de printkop
De veiligheidssticker vindt u binnenin het toestel op de volgende plaats (zie pijl).
GEVAAR Gevaarlijke laserstraling!
Indien u het kopieerapparaat op andere wijze bedient dan in deze handleiding is beschreven, kan dit tot gevolg hebben dat gevaarlijke straling vrijkomt.
Bedien het kopieerapparaat uitsluitend overeenkomstig de
aanwijzingen in deze handleiding.
2
Di151 2-13
2
Leer uw kopieerapparaatkennen
Veiligheidssticker aan de achterkant van het toestel
De veiligheidssticker vindt u aan de achterkant van het toestel op de volgende plaats ( zie pijl).
GEVAAR Gevaarlijke laserstraling!
Indien u het kopieerapparaat op andere wijze bedient dan in deze handleiding is beschreven, kan dit tot gevolg hebben dat gevaarlijke straling vrijkomt.
Bedien het kopieerapparaatuitsluitend overeenkomstig de
aanwijzingen in deze handleiding.
2-14 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

Gegevens op het typeplaatje

Hettypeplaatjevan hetkopieerapparaatvindtu aan deachterkantvan het toestel op de volgende plaats (zie pijl).
Op het typeplaatje vindt u de volgende gegevens:
Modelomschrijving Gegevensover de voeding
max. verb ruik Nominaal
2
stroomverbruik
Keurteken
Serienummer van het kopieerapparaat Fabrikant Land v an fabricage
Meer informatie over het keurteken op het typeplaatje, zie pagina 7-11.
Op het typeplaatje bevinden zich het modeltype en het serienummer. Noteer deze informatie In de onderstaande tabel.
Model:
Serienummer:
Di151 2-15
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.3 Transport van het kopieerapparaat

Wanneeruhet kopieerapparaatmoet transporteren,neemdan contactop met uw leverancier.

2.4 Plaatsen van het kopieerapparaat

Omgevingsomstandigheden

De optimale omgevingsomstandigheden voor uw kopieerapparaat zijn:
G Temperatuurwaarden van 10°C t/m 30°C
(schommelingen max. 10°C per uur)
G Vochtigheidswaarden van 15% t/m 85%
(schommelingen max. 20% per uur).

Standplaats

De standplaats moet voldoenaan de volgende eisen:
G droog en stofvrij G vlakke, trillingsvrije ondergrond G goed te ventileren G uit de buurt van licht ontvlambare voorwerpen zoals gordijnen of
vitrages
G uit debuurt van personen, zodatniemand door dedirecte afvoerlucht
van het kopieerapparaat gevaar loopt.
Het apparaat moet beschermd tegen de volgende invloeden geplaatst worden:
G vloeistoffen G direct zonlicht G sterke temperatuurschommelingen G uitlaatlucht uit verwarmingsinstallaties en -ventilators of
airconditioninginstallaties.
2-16 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

Benodigde ruimte van het kopieerapparaat

Let op een afstand van min. 150 mm van de behuizing tot de muur, om een correcte ventilatie te waarborgen.
Gegevens in mm
645
562
Vooraanzicht Zijaanzicht
De gegevens hebben betrekking op het kopieerapparaat inclusief de automatische documentinvoer.
2
911
936
692

Bewaren van verbruiksmateriaal

Bewaar verbruiksmaterialen:
G in de gesloten originele verpakking. G beschermd tegen direct zonlicht of hitte-inwerking. G op een koele, droge en stofvrije plek. G buiten het bereik van kinderen.
WARSCHUWING Gevaar voor de gezondheid door toner!
Toner is gevaarlijk voor de gezondheid bij inslikken.
Wanneer uw handen met toner in aanraking komen, was deze dan
onmiddellijk zorgvuldig met koud water en zeep.
Di151 2-17
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.5 Aansluiten van het kopieerapparaat

Spannings-/frequentietoleranties

Het kopieerapparaat heeft een gelijkmatige voedingnodig. Raadpleeg eventueel uw elektriciteitsbedrijf.
G Netspanning ± 10 % G Netfrequentie± 0,3 %.

2.6 In-/uitschakelen van het kopieerapparaat

Inschakelen van het kopieerapparaat

Schakel de hoofdschakelaar in de
stand AAN.
Na ca.30 seconden begint de toets [START] groen te branden. Op het display wordt het aantal kopieën1 weergegeven.Het kopieerapparaat is nu bedrijfsklaar.
AAN UIT
Standaardwaarden:
G Aantal kopieën: 1 G Papierinvoer: standaardpapierlade G Zoomfactor: 100% G Belichting: automatische belichting G Uitvoermodus: niet sorteren.
De standaardwaarden kunnen in de gebruikersinstellingen veranderd worden, zie pagina 5-1 en volgende pagina's.
2-18 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

Uitschakelen van het kopieerapparaat

Schakel de hoofdschakelaar in de
stand UIT.
Energie besparen is een must!
Ca. 15 minuten na de laatste kopieerhandelingresp. na de laatste toetsbediening wordt automatisch de spaarstand geactiveerd. De tijd waarna de spaarstand automatisch geactiveerd wordt, kan in de gebruikersinstellingen veranderd worden, zie pagina 5-4.
2
AAN UIT
Di151 2-19
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.7 Toetsen en meldingen op het bedieningspaneel

Linkerzijde bedieningspaneel

1
Nr. Benaming Element Beschrijving
1 Papierkeuze Toets voor het kiezen v an de
2 Display Melding voor het weergeven van informatie 3 1 Toets voor het invoeren of verminderen van
4 10 Toets voor het invoeren of verhogen van
5 Speciale functie Toets voor het kiezen van een speciale
6 Zoom Toets voor het selecteren van een
7>
Belichtingscontrole (donker)
. . . verder op de volgende pagina
Toets voor het verdonkeren van kopieënbij
papierinvoereenheid
Standaardpapierlade
Manuele papierinvoer
Papierlade(optie)
waarden
waarden
functie
F1: Niet sorteren
F2: 2op1 Niet sorteren
F3: Sorteren
F4: 2op1 Sorteren
vergrotings- resp. verkleiningsfactor (zoomfactor)
handmatigebelichting
2
3456789
2-20 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen
2
1
Nr. Benaming Element Beschrijving
8A
Belichtingskeuze
9<
Belichtingscontrole (helder)
Toets voorhet kiezen van het belichtingstype
Automatische belichting
Handmatigebelichting
Fotobelichting
Toets voor het verdonkeren van kopieën
bij handmatige belichting
voor het oproepen van de gebruikersinstellingen (hiervoor de toets 3 seconden ingedrukt houden)
2
3456789
Di151 2-21
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

Rechterzijde bedieningspaneel

12
C/
Nr. Benaming Element Beschrijving
1 Stop Toets voor het afbrekenvan een
kopieergang
voor het resetten van het aantal kopieënop“1“
voorhetresettenvan dezoomfactor op 100%
voor het oproepen van de tellerstanden (hiervoor de toets 3 seconden ingedrukt houden)
2 Start Toets voor het starten van een kopieergang
2-22 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

Displaygedeelte

1
23
Nr. Benaming Element Beschrijving
1 Toner bijvullen Melding brandt als de ontwikkelingseenheid
2 Papier op Melding brandtals de momenteel gebruikte
3 Waarden Melding geeft instellingen of
2
vervangen moet worden
papierlade leeg is
keuzemogelijkheden weer
Di151 2-23
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.8 Openen en sluiten van de behuizing van het kopieerapparaat

Openen van de behuizing van het kopieerapparaat

Grijp in de opening en trek aan de
ontgrendeling. Klap het bovenste deel vande klep totaan de aanslag omhoog.

Sluiten van de behuizingvan het kopieerapparaat

Op de originele klep is een hand
afgebeeld. Druk op deze plaats de geopende behuizing naar onderen tot de klep hoorbaar vastklikt.
VOORZICHTIG Schade aan het kopieertoestel door ondeskundig gebruik
Door op de verkeerde plaats op de klep te drukken kan de glasplaat beschadigd worden.
Druk enkel op de met de hand gemarkeerde plaats de klepnaar
onderen.
2-24 Di151
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.9 Uitschakelen van het k opie erapparaat

Om het kopieerapparaatvooreen langeretijd uitte schakelen,moet u het volgende in acht nemen:
G Haal de stekker uit het stopcontact. G Bewaar het toestel in een droge en stofvrije ruimte. G Zorg ervoor dat het toestel niet blootgesteld wordt aan schokken.
Bescherm het toestel tegen:
G spattende vloeistoffen G direct zonlicht G sterke temperatuurschommelingen G en uitlaatlucht uit verwarmingsinstallaties en -ventilators of
airconditioninginstallaties.
2
Di151 2-25
2
Leer uw kopieerapparaatkennen

2.10 Hier moet u op letten

. . . bij het gebruik met uw kopieerapparaat:
G Plaatsgeenvoorwerpenop hetkopieerapparaatdie zwaarderzijndan
3kg.
G Tijdenshet kopiërenmaghetkopieerapparaatnietwordengeopendof
uitgeschakeld.
G Gebruikgeen gemagnetiseerdevoorwerpen of ontvlambare spraysin
de buurt van het kopieerapparaat.
G Gebruik nooit scherpe voorwerpen in het geopende kopieerapparaat.

2.11 Hiervoor mag u u w kopieerapparaat gebruiken

Het kopieerapparaat is uitsluitend bestemd voor de in de handleiding beschreven werkzaamheden. Ieder ander gebruik beantwoordtniet aan een gebruik volgens de voorschriften.
Wordt het kopieerapparaat niet volgens de voorschriften gebruikt, dan kan zware lichamelijke en/of materiële schade hiervan het gevolgzijn. Bij dergelijke schade kan de fabrikant niet aansprakelijk gesteld worden.
Niet ieder document mag voor verder gebruik worden gekopieerd of kopieën ervan opzettelijk als origineel uitgegeven worden.
Hierbij horen onder andere:
G geldmiddelen G postzegels (gestempeld of ongestempeld) G paspoorten G kentekenbewijzen G werken met Copyright zonder toestemming van de houder van het
copyright.
Bent u niet zeker, of een bepaald document gekopieerd mag worden, neem dan contact op met uw juridisch adviseur.
2-26 Di151
Eerste stappen . . .

3 Eerste stappen . . .

3.1 Stap-voor-stap naar een kopie

Met het kopieerapparaat hebt u vele mogelijkheden om de meest uiteenlopende wijze kopieën te maken. Houd bij de selectie van de functiesaltijdeen bepaaldevolgorde aan,dankunt uer zeker vanzijn,dat u niets vergeten bent.
Plaats de originelen:
1
Plaatsde documentenmet dete
kopiëren zijde naar boven in de automatische documentinvoer.
of
Open de bovenklep. Plaats het
origineel met de te kopiëren zijde naar beneden op de glasplaat.
3
Kies indien nodig een papierinvoer:
2
StandaardpapierladeHandinvoerPapierlade (optie)
Meer informatie,zie pagina 4-13.
Di151 3-1
3
F1-F4
Kies indien nodig een zoomfactor:
3
Vaste zoomfactorIndividuele zoomfactor
Meer informatie, zie pagina 4-4.
Wijzig zonodig de
4
belichtingsinstellingen:
Automatische belichtingHandmatige belichtingFotobelichting
Meer informatie, zie pagina 4-1.
Eerste stappen . . .
Selecteer indien nodig een extra
5
functie:
Niet sorteren2op1 Niet sorterenSorteren2op1 Sorteren
Meer informatie, zie pagina 4-6.
3-2 Di151
Eerste stappen . . .
Voer met de toetsen [10] resp. [1]
6
het gewenste aantal kopieënin.
Hebt u een fout gemaakt?
?
Drukopdetoets [STOP]en voer
het aantal kopieën opnieuw in.
Start het kopiërendooropde
7
[START]-toets te drukken.
Wilt u het kopiëren afbreken?
?
Druk op de toets [STOP].
3
C/
Di151 3-3
3

3.2 Originelen op de glaspl aat plaatsen

Papieren originelenen transparante originelen

Open de bovenklep.
1
Plaatshet origineelinde lengtemet
2
de te kopiëren zijde naar beneden op de glasplaat.
Schuif het origineel tegen de
3
documentgeleider. Richt het origineel op de
4
middenmarkeringop de documentgeleider.
Is het origineel transparant?
?
Plaats een wit vel papier van
hetzelfde formaat op het origineel.
Middenmarkering
Documentgeleider
Eerste stappen . . .
Alleen bij transparanteoriginelen
Sluit de bovenklep.
5
3-4 Di151
Eerste stappen . . .

Boeken en gebonden originelen

Open de bovenklep.
1
Plaats het boek met de te kopiëren
2
pagina naar beneden op de glasplaat.
Schuif het boek tegen de
3
documentgeleider. Richt het boek op de
4
middenmarkeringop de documentgeleider.
3
Middenmarkering
Sluit de bovenklep.
5
Kan de bovenklepniet gesloten
?
worden, omdat het boek te dik is?
Laat de bovenklep geopend.Kijk tijdens het kopiëren niet
direct op de glasplaat, anders wordt u verblind door het felle licht.
WARSCHUWING Beschadiging van de glasplaat door ondeskundige bediening
Boeken die meer dan 3 kg wegen, alsmede stevig aandrukken van een boek op de glasplaat kunnen leiden tot een beschadiging.
Plaats alleen boeken die minder dan 3 kg wegen op de glasplaat.Druk een geopend boek niet op de glasplaat.
Documentgeleider
Di151 3-5
3

3.3 Automatisch invoeren originelen

Wanneer uw kopieerapparaat is uitgerust met een automatische documentinvoer kunt u uw originelen automatisch laten invoeren.
Gebruik bij toepassing van de documentinvoeruitsluitend daarvoor geschikte originelen.
Niet-geschikte originelen zijn:
G doorslagpapier,paraffinepapier of ander zeer dun papier, G dik papier, G originelen groter dan A4 of kleiner dan A5, G transparante papieren, OHP-sheets (overhead-projector-sheets), G gekreukelde, gevouwen originelen, G originelen met nietjes of paperclips, G carbonpapier.
Plaats originelen die nietgeschikt zijn voor het kopiëren via de
automatische documentinvoerop de glasplaat, zie pagina 4-13.
Eerste stappen . . .
3-6 Di151
Eerste stappen . . .

Automatische documentinvoer

Afzonderlijke originelen kunnen tijdbesparend met de automatische documentinvoer verwerkt worden. Daarbij kunt u meteen meerdere originelen plaatsen die dan automatisch afzonderlijk worden ingevoerd.
Welke originelen kunnen worden ingevoerd?
afzonderlijk,glad normaal papier
niet genietof geperforeerd
formaten A4 L tot A5L (50 tot 110g/m
Verschuif de documentgeleider
1
overeenkomstig de grootte van de documenten.
Kopieert u grote originelen?
?
Klap het verlengstuk van d e
documentinvoer uit.
Plaats tot 50 originelen met de te
2
kopiëren zijde naar boven in de automatische documentinvoer.
3
2
)
Zorgervoor datde stapeloriginelen
3
de maximale vulhoogte niet overschrijdt (zie Ämarkering op de documentinvoer).
Schuif de originelen in de
4
documentinvoer. Start het kopiëren.
5
De originelen worden automatisch na elkaar ingevoerd.
Voert de documentinvoerde
?
originelen niet correct in?
Controleer of de
documentgeleiders goed tegen het papier liggen.
Di151 3-7
3

3.4 Aantal kopieëninvoeren

Het invoeren van het gewenste aantal kopieën gebeurt met de toetsen [10] en [1].
Met de toets [10] voert u de tientallen in, b.v. 10, 20,30. Met de toets [1] voert u de eenheden in, b.v. 2,5, 8.
Voer een aantal kopieën in, b. v. 23 kopieën.
Druk twee keer op de toets [10] om
1
de tientallen in te voeren.
Druk drie keer op de toets [1] om de
2
eenheden in te voeren.
Hebt u een fout gemaakt?
?
Drukop de toets[STOP] envoer
het gewenste aantal kopieën opnieuw in.
Eerste stappen . . .

3.5 Het kopiëren starten

Het kopiëren starten.
Druk op de toets [START].
Het kopiëren wordt gestart.
3-8 Di151
Eerste stappen . . .

3.6 Kopiëren stoppen

Stop het kopiëren om de verdere uitvoer van foute kopieënte verhinderen.
Druk op de toets [STOP].
Het kopiëren wordt gestopt. Het op het display aangegeven aantal kopieën wordt op 1 gezet. Overige instellingen blijven behouden.

3.7 Het kopieerapparaat resetten naar de standaardinstellingen

VOORZICHTIG Schade aan het kopieertoestel door ondeskundig gebruik
Tijdens het kopiëren mag het kopieerapparaat niet uitgeschakeldworden.
Schakel het kopieerapparaatniet uit tijdens het kopiëren.
3
C/
Zet het kopieerapparaat terug naar de standaardinstellingen, om alle instellingen opnieuw op de standaardwaarden te br engen.
Schakel het kopieerapparaatmet
de netschakelaar uit en opnieuw in. Het kopieerapparaat wordt gereset
naar de standaardinstellingen. Het op het display aangegeven aantal kopieën wordt op 1 gezet.
AAN UIT
De gebruikersinstellingen zijn praktisch!
In de gebruikersinstellingen kunt u de standaardwaarden van het kopieerapparaat vastleggen.
Di151 3-9
3

3.8 Papierlades vullen

Standaardpapierlade – 250 vellen

Dezepapierlade kanalleen papiervan de formatenA4L of A5 L bevatten.
Neem de doorzichtige afdekking
1
van de standaardpapierlade.
Schuif de papiergeleidershelemaal
2
naar buiten.
Eerste stappen . . .
Plaats het nieuwe papier met de
3
bovenzijde naar beneden in de papierlade.
Schuif het papier in de invoer.
4
Zorg ervoor, dat het maximale
5
papierniveau niet wordt overschreden (zie markering in de standaardpapierlade).
3-10 Di151
Eerste stappen . . .
Schuifde papiergeleiders tegen het
6
papier aan.
Breng de doorzichtige afdekking
7
van de standaardpapierlade opnieuw aan.
Papierformaat voor de standaardpapierlade vastleggen!
Naargelang het geplaatstepapierformaat moet u in de gebruikersinstellingen de bedienerscode “U7 –Papierformaat voor standaardpapierlade“ vastleggen. Meer informatie, zie pagina 5-5.
3
Di151 3-11
3
Eerste stappen . . .

Papierlade(optie) – 500 vellen

Deze papierlade kan alleen het papierformaatA4L bevatten.
Trek de papierlade voorzichtigtot
1
de aanslag uit. Druk de papierplaat naar beneden
2
tot ze vastklikt.
Plaatshet papier metde bovenzijde
3
naar beneden in de papierlade. De hoekenvan destapel papier dienen onder de beide papierstops te liggen.
Zorg ervoor, dat het maximale
4
papierniveau niet wordt overschreden (zie markering in de papierlade).
Sluit de papierlade.
5
3-12 Di151
Eerste stappen . . .

3.9 Handinvoer voor losse vel len gebruiken

Metde invoervoor lossevellen kuntu kopiërenop OHP-sheetsen ook op dikkere papiersoorten.Er kunnen standaardformaten alsook vrije formaten verwerkt worden.
Welk kopieerpapier kan gebruikt worden?
Papiersoorten: Normaal papier (60g/m dik papier (90g/m OHP-sheets
Papierformaten: max. 216× 356 mm

Wat betekenen de verschillende meldingen op het display?

Als u met de handinvoer voor losse vellen werkt, dan moet u opgeven welk soort papier/sheet u verwerkt. De keuze van het gebruikte materiaal gebeurt met de toetsen [10] of [1]. Meer informatie,zie pagina 3-14.
In de tabel onderaan kunt u zien wat de verschillende meldingenop het display betekenen.
2
tot 90 g/m2)
2
tot 163 g/m2)
min. 128×182mm
3
Display Betekenis
Normaal papier
2
(60 g/m
hier: A 4 mogelijk: A4, A5, b5, b6 dik papier
(90 g/m
hier: A 4 mogelijk: A4, A5, b5, b6 OHP-sheet
hier: A 4 mogelijk: A4 vrij papierformaat
max. 216 × 356mm, min. 128 × 182mm (Individuele p apierformaten moeten afzonderlijk vastgelegdworden. Meer informatie, zie pagina 3-16.
tot 90 g/m2)
2
tot 163g/m2)
Di151 3-13
3

Zo werkt u met de handinvoer voor losse vellen

Plaats de originelen:
1
op deglasplaat ofin deautomatische
documentinvoer
Enkel als een afwijkend
2
papierformaat gebruikt moet worden:
Leg in de gebruikersinstellingende papierbreedteen-lengte vast. Meer informatie, zie pagina 3-16.
Plooi de invoerkant van het
3
kopieerpapier een beetje naar boven. Dan kan het papier beter door de handinvoer gegrepen worden.
Eerste stappen . . .
Plaats altijd slechts een vel van het
4
kopieerpapierin de handinvoervan losse vellen.
Leg het papierzodanig in de invoer
5
van losse vellen dat het papier direct tegen de invoer ligt. Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar boven.
3-14 Di151
Eerste stappen . . .
Kies met detoets [PAPIERKEUZE]
6
de handinvoer van losse vellen. Op het display wordt het
standaardpapierformaat A4 weergegeven.
Kies met de toetsen [10] resp. [1]
7
het formaat en de dikte van het papier dat in de invoer van losse vellen gelegd is, meer informatie hierover, zie pagina 3-13.
of
Als u een afwijkend formaat gebruikt, kies dan met de toetsen [10] resp. [1] de instelling P.
3
A4 A5 b6 Pb5
I
A4
IA4 IA5 Ib6 IPIb5
Kies evt. andere instellingen.
8
Start het kopiërendooropdetoets
9
[START] te drukken.
Wilt u het kopiëren afbreken?
?
Druk op de toets [STOP].
normaal papier
OHP-sheets
dik papier
Di151 3-15
3
Eerste stappen . . .

Afwijkend papierformaatvastleggen

Leg in het gebruikersprogramma een afwijkend papierformaat vast.
Houd de belichtingscontroletoets
1
(helder) [<] ca. 3 seconden ingedrukt.
Op het display wordt U1 weergegeven. U bevindt zich in de gebruikersinstellingen.
Kiesmet d e toetsen[10]resp. [1]de
2
gebruikerscode U8 – Papierformaat voor handinvoer losse vellen“.
Druk op de [START]-toets.
3
Op het display wordt de code voor de papierbreedte weergegeven. Meer informatie, zie pagina 5-6.
Kiesmet d e toetsen[10]resp. [1]de
4
gewenste papierbreedte.
3-16 Di151
Eerste stappen . . .
Druk op de toets [START] om de
5
instelling te bewaren. Op het display wordt de code voor
de papierlengte weergegeven. Meer informatie,zie pagina 5-6.
Kiesmetde toetsen[10]resp.[1] de
6
gewenste papierlengte.
Druk op de toets [START] om de
7
instelling te bewaren. Op het display wordt de volgende
gebruikerscode weergegeven.
3
Druk twee keer op de toets [STOP]
8
omnaar hetstandaarddisplayterug te keren.
Het afwijkend papierformaat is vastgelegd.
Di151 3-17
C/
3

3.10 Ontwikkelingseenheid vervangen

WARSCHUWING Gevaar voor de gezondheid door toner!
Toner inslikken is gevaarlijk voor de gezondheid.
Wanneer uw handen met toner in aanraking komen, was deze dan
onmiddellijk zorgvuldig met koud water en zeep.
WARSCHUWING Gevaar voor verbranding aan de fixeereenheid!
De fixeereenheid van het kopieerapparaat kan 120°C heet zijn.
Raak de verwarmingseenheid niet aan.Raak geen delen aan die met : zijn gemarkeerd.
Gebruik uitsluitend de voor dit kopieerapparaat geschikte ontwikkelingseenheid. Originele accessoires en origineel verbruiksmateriaal garanderen een optimale afdrukkwaliteit en een minimaalonderhoud. Meer informatie hierover krijgtu van uw technische klantendienst.
Eerste stappen . . .
Grijp aan de rechterkant van het
1
kopieerapparaat in de greep. Trek aan de vergrendeling van de behuizing. Klap het bovenste deel van de behuizing helemaal naar boven.
Neem de opgebruikte
2
ontwikkelingseenheidaan de greep vast en til de eenheid eruit.
3-18 Di151
Eerste stappen . . .
Schud de ontwikkelingseenheid
3
een paar keer (zie afbeelding). Hierdoor wordt de eventueel aangezette toner losgemaakt.
Houdtdeontwikkelingseenheidaan
4
de greep vast. Plaats de eenheid opnieuw in de groene geleidingen.
Laat de ontwikkelingseenheid
5
voorzichtig in de geleidingen glijden.
De ontwikkelingseenheiddraait hierbij naar binnen.
Als de ontwikkelingseenheidniet
6
meer verder draait, druk dan voorzichtig op de eenheid. De ontwikkelingseenheidklikt dan hoorbaar vast.
3
Sluit de behuizing van het
7
kopieerapparaat.
Terwille van het milieu . . .
Voer de verbruikte ontwikkelingseenheid op een milieuvriendelijke manier af. Voor meer informatie, zie pagina 1-2.
Di151 3-19
3

3.11 Tellerstanden controleren

Controleer de tellerstanden van uw kopieerapparaat. De volgende kopieëntellerskunt u laten weergeven:
G Totaalteller
toont het aantal van alle tot nu toe gemaakte kopieën sedert de inbedrijfstelling van het kopieerapparaat.
G Deelteller
toont het totaleaantal kopieën dat sinds de laatstereset van de teller is gemaakt. De deelteller kan enkel door uw leverancier gereset worden.

Tellerstand van de totaalteller laten weergeven

Houd de toets [STOP]
ca. 3 seconden ingedrukt. De displayweergave verandert.
Afwisselendworden viermeldingen weergegeven.
Voorbeeld onderaan:
Stand van de totaalteller 12.345 kopieën
Eerste stappen . . .
C/
Druk opde toets[STOP] om naar het standaarddisplayterug te keren.
3-20 Di151
Eerste stappen . . .

Tellerstand van de deelteller laten weergeven

Houd de toets [STOP]
1
ca. 6 seconden ingedrukt. De displayweergave verandert.
Afwisselend worden vier meldingen weergegeven.
Voorbeeld onderaan:
Stand van de deelteller
1.234 kopieën
Druk opde toets[STOP] om naarhet standaarddisplay terugte keren.
3
C/
Di151 3-21
3
Eerste stappen . . .
3-22 Di151
Hoe wilt u uw kopie?

4 Hoe wilt u uw kopie?

4.1 Soort belichting instellen

U kunt uit drie soorten belichting kiezen:
G Automatische belichting G Handmatige belichting G Fotobelichting.

Automatische belichting in-/uitschakelen

Kopieerlichteen donkere originelen zondervoortdurend de belichtingvan dekopieën metde handte hoeveninstellen. Het kopieerapparaatkiest de optimale belichtingvan de kopie overeenkomstig het gebruikte origineel.
Druk op de belichtingstoets [A] tot
de lampjes van alle belichtingsstandenbranden.
De automatische belichting is ingeschakeld.
4
Vindt u de kopieën eigenlijk altijd te donker?
In de gebruikersinstellingen kunt u de standaardwaarden voor de belichtingsgraad van de automatische belichting wijzigen, zie pagina 5-5.
Di151 4-1
4
Hoe wilt u uw kopie?

Kopie handmatig lichter/donkerder instellen

Stel de kopieën volgens uw wensen lichter of donkerder in. U kunt uit negen belichtingsstanden kiezen.
Kies met de
belichtingstoetscontroletoets [>] een donkere belichtingsstand.
of
Kies met de belichtingscontroletoets[<] een lichte belichtingsstand.
Belichtingsstand Weergave van de belichtingsstande n
Kopie lichter
Normaal
Stand 4
Stand 3
Stand 2
Stand 1
Kopie donkerder
Stand 1
Stand 2
Stand 3
Stand 4
Automatische belichting opnieuw inschakelen!
Om de functie "Automatische belichting" opnieuw in te schakelen, drukt u op de toets [A] tot alle belichtingsstanden branden op het display.
4-2 Di151
Hoe wilt u uw kopie?

Foto's kopiëren

Met de fotobelichting kuntu foto's kopiërenzonder dathierbij de typische kopieervlekken optreden.
Druk op de belichtingstoets [A] tot
1
het lampje naast de weergegeven foto brandt (zie afbeelding).
De fotobelichting is ingeschakeld.
Kies met de
2
belichtingscontroletoetsen [<] en [>] de gewenste
belichtingsstand.
Meerinformatieover hethandmatig wijzigen van de belichtingsstanden, zie pagina 4-2.
4
Automatische belichting opnieuw inschakelen!
Om de functie "Automatische belichting"opnieuw in te schakelen, drukt u op de toets [A] tot alle belichtingsstanden branden op het display.
Di151 4-3
4
Hoe wilt u uw kopie?

4.2 Originelen vergroten/verkleinen (zoomen)

U kunt originelen op tweemanieren zoomen:
G zoomen met vaste factoren G traploos zoomen.

Originelen met een vaste vergrotings-/verkleiningsfactor kopiëren (zoomen)

Selecteer een vast ingestelde zoomfactor en gebruik deze direct.
Druk op de [ZOOM] toets tot de
gewenste zoomfactor verschijnt. Op het display wordt telkens de
gekozen zoomfactor weergegeven.
100% 115% 141% 70% 81%
4-4 Di151
Hoe wilt u uw kopie?

Originelen traploos vergroten/verkleinen (zoomen)

Vergroot of verklein originelenin stappen van 1%. U kunt originelen tot 199% vergroten en tot 50% verkleinen.
Druk zo vaak opde toets[Zoom] tot
1
eenzoomfactorweergegevenwordt die de door u gewenste zoomfactor het dichtst benadert.
Op het display wordt de gekozen zoomfactor weergegeven.
100% 115% 141% 70% 81%
Gebruik nu de toetsen [10] resp. [1]
2
om de zoomfactor in stappen van 1%- te veranderen.
4
Om van een origineel opnieuw een even grote kopie (1:1) te maken,
druk in de zoommodus op de toets [STOP]. Op hetdisplay wordt opnieuw de zoomfactor 100% w eergegeven.
Di151 4-5
4

4.3 Speciale functie kiezen

Er staan vier speciale functies ter beschikking:
G F1: Niet sorteren, G F2: 2op1 Niet sorteren, G F3: Sorteren, G F4: 2op1 Sorteren.
F1: Niet sorteren F2: 2op1 Niet sorteren
1
1
1
1
2
3
2
2
2
3
3
3
Hoe wilt u uw kopie?
12
1
2
3
4
12
12
34
34
34
F3: Sorteren F4: 2op1 Sorteren
12
1
1
2
3
2
3
1
2
3
1
2
3
4
34
12
34
12
34
Gebruikersinstellingen helpen u !
In de gebruikersinstellingenkunt u vastleggenwelke speciale functies standaardgeactiveerdmoeten zijn.Voormeer informatiehierover,zie pagina 5-8.
4-6 Di151
Hoe wilt u uw kopie?

F1: Niet sorteren

Deze functie is standaard ingesteld.
4
1
1
1
1
2
3
2
2
2
3
3
3
Dekopieën wordeninde volgordeuitgevoerd waarinze geplaatstwerden.
Plaats de originelen:
1
op de glasplaat ofin de automatische
documentinvoer
Druk op de toets [Speciale functie].
2
Op het display wordt F1 weergegeven. De speciale functie F1 is ingeschakeld.
Wijzig evt. overige instellingen.
3
Start het kopiëren.
4
Di151 4-7
4
Hoe wilt u uw kopie?

F2:2op1Nietsorteren

Deze functie kan alleen gekozen worden als er minstens een geheugenuitbreidinggeïnstalleerd is. Deze functiekan nog betergebruikt worden als een automatische documentinvoer en een geheugenuitbreiding geïnstalleerd zijn.
12
1
2
3
4
12
12
34
34
34
Er worden altijd twee zijden op een pagina gekopieerd. De kopieën worden in de volgorde waarin ze werden geplaatst, uitgevoerd.
Tel de originelen.
1
Hebt u een oneven aantal originelen, leg er dan een onbedrukt vel bij om een even aantal te verkrijgen.
Plaats de originelen:
2
op deglasplaat ofin deautomatische
documentinvoer
4-8 Di151
Hoe wilt u uw kopie?
Druk op de toets [Speciale functie].
3
Op het display wordt F1 weergegeven.
Druk op de toets [1].
4
Op het display wordt F2 weergegeven. A utomatisch wordt een zoomfactor voor het verkleinen van de pagina's weergegeven.De speciale functie F2 is ingeschakeld.
Wijzig evt. overige instellingen.
5
Start het kopiëren.
6
4
Zoomfactor niet veranderen!
Als u met deze functie kopieert, dan wordt door het kopieerapparaat automatisch een zoomfactor vastgelegd. Verander deze zoomfactor niet.
Di151 4-9
4
Hoe wilt u uw kopie?

F3: Sorteren

Deze functie kan alleen gekozen worden als eenautomatische documentinvoer en een geheugenuitbreiding geïnstalleerd zijn.
1
1
2
3
De kopieën worden gesorteerduitgevoerd.
Plaats de originelen in de
1
automatische documentinvoer.
2
3
1
2
3
Druk op de toets [Speciale functie].
2
Op het display wordt F1 weergegeven.
Druk twee keer op de toets [1].
3
Op het display wordt F3 weergegeven. De speciale functie F3 is ingeschakeld.
Wijzig evt. overige instellingen.
4
Start het kopiëren.
5
4-10 Di151
Hoe wilt u uw kopie?

F4: 2op1 Sorteren

Deze functie kan alleen gekozen worden als e en automatische documentinvoer en een geheugenuitbreiding geïnstalleerd zijn.
Er worden altijd twee zijden op een pagina gekopieerd. De kopieën worden gesorteerduitgevoerd.
Tel de originelen.
1
Hebt u een oneven aantal originelen, leg erdan een onbedrukt vel bij om een even aantal te verkrijgen.
4
12
34
1
2
3
4
12
34
12
34
Plaats de originelen in de
2
automatische documentinvoer.
Druk op de toets [Speciale functie].
3
Op het display wordt F1 weergegeven.
Di151 4-11
4
Hoe wilt u uw kopie?
Druk drie keer op de toets [1].
4
Op het display wordt F4 weergegeven. De speciale functie F4 is ingeschakeld.
Wijzig evt. overige instellingen.
5
Start het kopiëren.
6
Zoomfactor niet veranderen!
Als u met deze functie kopieert, dan wordt door het kopieerapparaat automatisch een zoomfactor vastgelegd. Verander deze zoomfactor niet.
4-12 Di151
Hoe wilt u uw kopie?

4.4 Papierinvoereenheid handmatig kiezen

Kies de papierinvoereenheid waarin het kopieerpapierligt.
Druk op de toets [PAPIERKEUZE]
tot de gewenste papierinvoereenheid weergegeven wordt.
De weergave van de papierkeuze op het display verandert.
4
Papierformaat voor de standaardpapierlade vastleggen!
In de standaardpapierlade kunt u de formaten A4L of A5L leggen. Naargelang het geplaatstepapierformaat moet u in de gebruikersinstellingen de bedienerscode “U7 –Papierformaat voor standaardpapierlade“ vastleggen. Voor meer informatie hierover, zie pagina 5-5.
Automatische wissel van de papierinvoereenheid!
Is in de standaardpapierladeen in de papierlade (optie) het papierformaat A4L geladen, dan kan het kopieerapparaat bij papiertekortautomatischdepapierinvoereenhedenwisselen. Dit moet in de gebruikersinstellingen geprogrammeerd worden. Meer informatie, zie pagina 5-9.
Di151 4-13
4

4.5 Help-functies

Automatische papierlade-omschakeling

Is bij de standaardpapierladeeen extra papierlade (optie) geïnstalleerd, dan kan een automatische papierlade-omschakeling in de gebruikersinstellingengeprogrammeerdworden.Als inbeide papierlades het papierformaatA4L geplaatst is, dan schakelt het kopieerapparaat automatisch om als een van de papierladen leeg is.
De standaardwaardevoor de automatische papierlade-omschakeling kunt u in de gebruikersinstellingenonder UA – Prioriteit papierinvoer veranderen, zie pagina 5-9.

Automatische reset van het bedieningspaneel

Na het beëindigen van de laatste kopieerhandeling resp. na de laatste toetsbediening,keert het bedieningspaneel na ca. 60 seconden terug naar de standaardinstellingen.
De standaardwaardevoor de automatische reset kunt u in de gebruikersinstellingen onder U1 – Automatische resetveranderen, zie pagina 5-3.

Spaarstand

Ca. 15 minuten na de laatste kopieerhandeling resp. na de laatste toetsbediening wordt automatisch de spaarstand geactiveerd. Het kopieerapparaatgebruikt als energiespaarstand een automatische uitschakeling van allehoofdfuncties. Hierdoor daalt het energieverbruik onder 2 watt. Door op destarttoets te drukken,wordt het toestel opnieuw bedrijfsklaar gemaakt.
Het kopieerapparaat verbruikt in de spaarstand minder energie. De standaardwaardevoor de spaarstand kunt u in de
gebruikersinstellingen onder U2 – Spaarstand AANveranderen, zie pagina 5-4.
Hoe wilt u uw kopie?
4-14 Di151
Gebruikersinstellingen

5 Gebruikersinstellingen

5.1 Gebruikersinstellingen uitvoeren

Wijzig de gebruikersinstellingenvolgens uw wensen.
Houddebelichtingscontroletoets[<]
1
ca. 3 seconden ingedrukt. Op het display wordt U1
weergegeven. U bevindtzich in de gebruikersinstellingen.
Kiesmetde toetsen[10]resp.[1] de
2
gewenste gebruikerscode.
5
U1 U2 U3 U4
U5 U6 U7 U8
U9 U0 UA Ub UC
Di151 5-1
5
Wordtde gewenstegebruikerscode
3
op het display weergegeven, druk dan op de toets [START].
De huidige ingestelde code van de bedienerscodewordtweergegeven.
Kies met de toetsen [10] resp. [1]
4
evt. de gewenste code van de gebruikerscode.
Hoe worden codes met een -
?
(min) ingevoerd.
Drukop de toets[10]resp.[1] tot
de gewenste code weergegeven wordt.
Druk op de toets [START].
5
De nieuwe instelling is bewaard.
Wilt u de wijziging niet
?
bewaren?
Druk op de toets [STOP] om de
gebruikerscode te verlaten. De wijziging van de code wordt niet opgeslagen.
Gebruikersinstellingen
Druk op de toets [STOP] om
6
opnieuw naar het standaarddisplay terugtekeren.
of
Herhaal evt. de stappen 2 tot 5 om nog meer gebruikersinstellingen te programmeren.
5-2 Di151
C/
Gebruikersinstellingen

5.2 Overzicht gebruikersinstellingen

Bedienerscode Bedienerscode
U1 Automatische reset U8 Papierformaat voor handinvoer
U2 Spaarstand AAN U9 Belichtingssterkte voor
U3 Spaarstand UIT U0 Prioriteit speciale functies U4 P rioriteit soort belichting UA Prioriteit papierinvoer U5 Belichtingsgraad voor
automatischebelichting
U6 Belichtingsgraad voor
handmatige belichting/ fotobelichting
U7 Papierformaat voor standaard-
papierlade

U1 – Automatische reset

Leg de tijd vast waarna de kopieerinstellingen automatisch op de standaardwaarden gereset moeten worden. De tijd wordt vanaf het beëindigen van de laatste kopieerhandeling of na de laatste toetsdruk gemeten.
losse vellen
automatischedocumentinvoer
Ub B e lichtingssterkte in de
printermodus
UC Prioriteit papierinvoer in de
printermodus
5
Code Beschrijving Standaard
oF Automatische reset UIT 05 Actief: na 30 seconden 1 Actief: na 1 minuut × 2 Actief: na 2 minuten 3 Actief: na 3 minuten 4 Actief: na 4 minuten
Di151 5-3
5
Gebruikersinstellingen

U2 – Spaarstand AAN

Legdetijd vastwaarnahetkopieerapparaatautomatischin de spaarstand gebracht moet worden. De tijd wordt vanaf het beëindigenvan de laatste kopieerhandelingof na de laatste toetsdruk gemeten.
Code Beschrijving Standaard
oF SpaarstandUIT* 1 Actief: na 1 minuut :: 15 Actief: na 15 minuten × :: 120 Actief: na 120 minuten
* Om de spaarstand volledig uit te schakelen moet ook de bedienerscode U3 –Spaarstand
UIT – op de code 2 (SpaarstandUIT) gezetworden.

U3 – Spaarstand UIT

Bepaal of het kopieerapparaatautomatisch in de spaarstand gebracht moet worden.
Code Beschrijving Standaard
1 Spaarstand AAN × 2 SpaarstandUIT

U4 – Prioriteit soort belichting

Leghet soort belichtingvast datnahet inschakelenof hetresettenvan het kopieerapparaatgeactiveerd moet zijn.
Code Beschrijving Standaard
0 Automatische belichting × 1 Fotobelichting 2 Handmatige belichting
5-4 Di151
Gebruikersinstellingen

U5 – Belichtingsgraad voor automatische belichting

Leg de belichtingsgraad voor de automatische belichting vast.
Code Beschrijving Standaard
0 Donkerder 1 Standaard ×
-1 Lichter

U6 – Belichtingsgraad voor handmatige en fotobelichting

Leg de belichtingsgraad vast diebij het inschakelen van de handmatige of fotobelichting ingesteld moet zijn.
Code Beschrijving Standaard
4 Donkerder (level 4) 3 Donkerder (level 3) 2 Donkerder (level 2) 1 Donkerder (level 1) 0 Normaal ×
-1 Lichter (level 1)
-2 Lichter (level 2)
-3 Lichter (level 3)
-4 Lichter (level 4)
5

U7 – Papierformaat voor standaardpapierlade

Leg het papierformaatvast dat in destandaardpapierlade gelegd is.
Code Beschrijving Standaard
1A4L × 2A5L
Di151 5-5
5
Gebruikersinstellingen

U8 – Papierformaat voor handinvoer losse vellen

Leg een afwijkend papierformaat vast dat u met de invoer voor losse vellen wilt verwerken.
Papierbreedte
Code Beschrijving Standaard
13 128mm - 134mm (5" - 51/4") × 14 135mm - 144mm (51/4"- 53/4") 15 145mm - 154mm (5 3/4" - 6") 16 155mm - 164mm (6" - 61/2") 17 165mm - 174mm (61/2"- 63/4") 18 175mm - 184mm (7" - 71/4") 19 185mm - 194mm (71/4"- 73/4") 20 195mm - 204mm (7 3/4" - 8") 21 205mm - 216mm (8" - 81/4")
Papierlengte
Papierbreedte
Alsu depapierbreedtehebtvastgelegd,druk danop detoets [START]
om de papierlengte vast te leggen.
5-6 Di151
Gebruikersinstellingen
Papierlengte
Code Beschrijving Standaard
18 182 mm - 184mm (7" - 71/4") × 19 185 mm - 194mm (7 1/4" - 73/4") 20 195 mm - 204mm (7 3/4" - 8") 21 205 mm - 214mm (8" - 81/2") 22 215 mm - 224mm (8 1/2" - 83/4") 23 225 mm - 234mm (8 3/4" - 91/4") 24 235 mm - 244mm (9 1/4" - 91/2") 25 245 mm - 254mm (9 3/4" - 10") 26 255 mm - 264mm (10" - 101/2") 27 265 mm - 274mm (10 1/2" - 103/4") 28 275 mm - 284mm (10 3/4" - 111/4") 29 285 mm - 294mm (11 1/4" - 111/2") 30 295 mm - 304mm (11 1/2" - 12") 31 305 mm - 314mm (12" - 121/4") 32 315 mm - 324mm (12 1/2" - 123/4") 33 325 mm - 334mm (12 3/4" - 131/4") 34 335 mm - 344mm (13 1/4" - 131/2") 35 345 mm - 356mm (13 1/2" - 133/4")
5
Papierlengte
Papierbreedte
Di151 5-7
5
Gebruikersinstellingen

U9 – Belichtingssterkte voor automatische documentinvoer

(Deze gebruikerscodewordt enkel weergegeven als een automatische documentinvoer geïnstalleerd is.)
Leg de belichtingssterkte vast waarmee originele door de originele documentinvoer bewerkt moeten worden.
Code Beschrijving Standaard
1 Normale originelen × 2 Lichte of verbleekte originelen

U0 – Prioriteit speciale functie

Legde specialefunctievast diena hetinschakelenof hetresetten van het kopieerapparaatgeactiveerd moet zijn.
Code Beschrijving Standaard
F1* Niet sorteren × F2* 2op1 Niet sorteren F3* Sorteren F4* 2op1 Sorteren
*F3:
Keuze mogelijkals een automatische documentinvoer en een geheugenuitbreiding geïnstalleerd zijn. F2: Keuze mogelijkals een 16 MB/32MB geheugenuitbreiding geïnstalleerd is. F1, F2, F3 en F4: Keuze mogelijkals een 16 MB/32MB geheugenuitbreiding en een automatische documentinvoer geïnstalleerd zijn.
5-8 Di151
Gebruikersinstellingen

UA – Prioriteit papierinvoer

(Deze gebruikerscodewordt enkel weergegeven als een papierlade* geïnstalleerd is.)
Leg de papierinvoereenheid vast waaruit het kopieerpapier standaard ingevoerd moet worden. Bij de keuze van de functies 3 of 4 wordt bij een lege papierlade automatisch op de andere papierlade overgeschakeld.
Code Beschrijving Standaard
1 Standaardpapierlade 2 Papierlade* 3 Standaardpapierlade met automatische
4 Papierlade*met automatischeomschakeling
*Optie

Ub – Belichtingssterkte in de printermodus

(Deze gebruikerscodewordt enkel weergegeven als een printcontroller* geïnstalleerd is.)
Leg de belichtingssterkte vast diebij het overschakelen op de printermodus geactiveerd moet zijn.
5
×
omschakeling
Code Beschrijving Standaard
3 Donkerder (level 3) 2 Donkerder (level 2) 1 Donkerder (level 1) 0 Normaal ×
-1 Lichter (level 1)
-2 Lichter (level 2)
-3 Lichter (level 3)
*Optie
Di151 5-9
5
Gebruikersinstellingen

Uc – Prioriteit papierinvoer in de printermodus

(Deze gebruikerscodewordt enkel weergegeven als een printcontroller* geïnstalleerdis.)
Leg de papierinvoereenheid vast waaruit in de printermodus het kopieerpapier standaard ingevoerd moet worden.
Bij"Automatischepapierkeuze"kiest hetkopieerapparaatautomatisch de papierlade met het passende papierformaat voor de printopdracht.
Code Beschrijving Standaard
1 Automatische papierkeuze × 2 Standaardpapierlade 4 Papierlade*
*Optie
5-10 Di151
Storingen herkennen en verhelpen

6 Storingen herkennen en verhe lpen

6.1 Wanneer uw kopie niet goed is . . .

Probleem Mogelijke oorzaak Verhelpen
De functie "Automatische belichting" is ingesteld op een lichte waarde.
De kopie is te licht.
De belichting werd handmatig op een te lichte waarde ingesteld.
Het kopieerpapieris vochtig. Vervang het papier. De functie "Automatische
belichting" is ingesteld op een donkere waarde.
De kopie is te donker.
De belichting werd handmatig op een te donkere waarde ingesteld.
De glasplaat is vuil. Reinig de glasplaat, zie
Hetorigineelligt n iet glad op de glasplaat.
Het kopieerpapieris vochtig. Vervang het papier.
Wijzig de belichtingsinstellingin de gebruikersinstellingen, ziepagina5-5.
Stel de belichting van de kopie handmatig donkerder in, zie pagina 4-2.
Stel de belichting van de kopie handmatig donkerder in, zie pagina 4-2.
Wijzig de belichtingsinstellingin de gebruikersinstellingen, ziepagina5-5.
Stel de belichting van de kopie handmatig lichterin, ziepagina4-2.
Stel de belichting van de kopie handmatig lichterin, ziepagina4-2.
pagina 7-1. Plaats het origineel correct
op de glasplaat, zie pagina 3-4.
6
De kopie is onscherp.
Di151 6-1
6
Storingen herkennenen verhelpen
Probleem Mogelijke oorzaak Verhelpen
De glasplaat is vuil. Reinig de glasplaat, zie
pagina 7-1. Reinig de bovenklep resp.
de documenttransportband, zie pagina 7-1.
Plaats een wit vel papier over het origineel, zie pagina 3-4.
Stel de belichting van de kopie handmatig lichter in, zie pagina 4-2.
Reinig de bovenklep resp. de documenttransportband, zie pagina 7-1.
Plaats het origineel correct op de glasplaat, zie pagina 3-4.
Gebruik kopieerpapier ter grootte van het origineel.
Selecteer een geschikte zoomfactor, zie pagina 4-4.
Plaats het origineel correct op de glasplaat, zie pagina 3-4.
Plaats het origineel correct in de documentinvoer, zie pagina 3-6.
Plaats het origineel op de glasplaat, zie pagina 3-4.
Reinig de glasplaat, zie pagina 7-1.
De kopie vertoont vlekken.
Dekopieheefteen donkere rand.
De kopie is scheef.
De bovenklep resp. de documenttransportband is vuil.
Het origineel is zeer dun resp. transparant.
Het origineel is dubbelzijdig bedrukt.
De bovenklep resp. de documenttransportband is vuil.
Het origineel is niet correct geplaatst.
Het kopieerformaat is groter dan het formaat van het origineel.
De gekozenzoomfactor komt niet overeen met het gekozen papierformaat.
Het origineel is niet correct geplaatst.
Het origineel is niet geschikt voor de documentinvoer.
De glasplaat is vuil. (bij het gebruik van de automatische documentinvoer)
6-2 Di151
Storingen herkennen en verhelpen

6.2 Als er een meld ing op het display verschijnt . . .

Melding Mogelijke oorzaak Verhelpen
Toner bijvullen
De toner is op. Vervang de
ontwikkelingseenheid, zie pagina 3-18.
Papier op
De papiervoorraad is opgebruikt.
Er is papier vastgelopen
Het papieris bij de papieruitvoer vastgelopen.
Het papier is in het kopieerapparaat vastgelopen.
Het papier is in het kopieerapparaat vastgelopen.
Het papier is in de automatische documentinvoer vastgelopen.
Het vastgelopen papier werd verwijderd. De gegevensvan het kopiëren werden bewaard. U kunt doorgaan met het kopiëren.
Het vastgelopen papier werd verwijderd. Er zijn kopieergegevens verloren gegaan.
Vulhet papier bij, zie pagina 3-10.
Verwijder h e t vastgelopen papier, zie pagina 6-7 en pagina 6-8.
Verwijder h e t vastgelopen papier, zie pagina 6-11.
Verwijder h e t vastgelopen papier, zie pagina 6-11.
Verwijder h e t vastgelopen papier, zie pagina 6-15.
Druk op de toets [START] om het kopiëren voort te zetten.
Het getal geeft aan hoeveel van de reeds uitgevoerde originelen in de invoer teruggelegdmoeten worden. Druk daarna op de toets [START] om het kopiëren voort te zetten.
6
Di151 6-3
6
Storingen herkennenen verhelpen
Melding Mogelijke oorzaak Verhelpen
Storing
De geheugencapaciteitvan het kopieerapparaat is overschreden.
Er is een papierformaatfout opgetreden.
Er is een interne fout opgetreden.
Klep geopend
De behuizing van het kopieerapparaat is geopend.
De automatische documentinvoer is geopend.
Druk een toets op het bedieningspaneel (niet de toets [START]). De resterendegegevens worden uit het geheugen gewist.
Druk een toets op het bedieningspaneel (niet de toets [START]). Controleer het gebruikte papierformaat en pas de instellingen aan.
Meer informatie, zie pagina 6-6.
Sluit de behuizing van het kopieerapparaat, zie pagina 2-24.
Sluit de automatische documentinvoer.
De papierstoringsklepvan de automatische documentinvoer is geopend.
Sluit de papierstoringsklep.
6-4 Di151
Storingen herkennen en verhelpen

6.3 Wanneer uw kopieerapparaat n iet correct functioneert . . .

Probleem Mogelijke oorzaak Verhelpen
Op het display wordt niets weergegeven.
Wanneer u op de [START] toets drukt, wordt het kopiëren gestart.
Het kopieerapparaatkan niet worden ingeschakeld.
Na het uitschakelen van hetkopieerapparaatgaat hetgroene lampjevande toets [START] niet onmiddellijk uit.
De spaarstand is ingeschakeld.
Het kopieerapparaat is uitgeschakeld.
Het kopieerapparaat werd net ingeschakeld.
Bijhetk opieerapparaatis een s toring opgetreden.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De zekering is doorgebrand.
U hebt het kopieerapparaat in de spaarstand uitgeschakeld.
Druk op een willekeurige toets om de stand te beëindigen.
Schakel het kopieerapparaatin.
A.u.b. 30 seconden wachten. Het kopieerapparaatbevindt zich in de opwarmfase.
Let goed op de melding die op het display verschijnt.
Plaats de stekker in het stopcontact.
Plaats een nieuwe zekering.
Wordt het kopieerapparaatin de spaarstand uitgeschakeld, dan duurt het c a. 23 seconden tot hetgroene lampjevande toets [START] uitgaat.
6
Bij overige technische problemen:
G schakel het kopieerapparaat uit, G haal de stekker uit het stopcontact en G neem contact op met uw leverancier.
Di151 6-5
6
Storingen herkennenen verhelpen

6.4 Als er een foutcode op het display weergegeven wordt...

Treedt er een interne fout in het kopieerapparaat op, dan wordt op het display een foutcode met CXXXXweergegeven.
Voorbeeld:
Foutcode C0045
Ga als volgt tewerk als er een foutcode weergegeven wordt.
Schakel het kopieerapparaatuit.
1
Wacht een moment en schakel het kopieerapparaat opnieuw in.
De foutcode wordt niet meer weergegeven. Er is geen storing meer.
of
De foutcode wordt nog altijd weergegeven.Er is nog altijd een storing.
Noteer de foutcode.
2
Schakel het kopieerapparaatuit.
3
Trek de stekker uit het stopcontact.
4
Informeer uw leverancier.
5
Deel hem de foutcode mee.
6-6 Di151
Storingen herkennen en verhelpen

6.5 Zo verwijdert u vastgelopen papier

Vastgelopen papier in de standaardpapierlade verwijderen

Alser papierinde standaardpapierlade of in de papierlade (optie) vastgelopen is, danwordt op het display de melding PC weergegeven.
Neem de doorzichtige afdekking
1
van de standaardpapierlade.
Verwijder het papier uit de
2
standaardpapierlade.
6
Leg het papier er opnieuw in.
3
Schuifde papiergeleiders tegen het
4
papier aan.
Di151 6-7
6
Breng de doorzichtige afdekking
5
van de standaardpapierlade opnieuw aan.
Open en sluit de behuizing van het
6
kopieerapparaatomde foutmelding te resetten.
Op het display wordt de melding -0 weergegeven. De gegevens van het kopiëren werden bewaard.
Op het display wordt melding-1
?
of -2 weergegeven?
U hebt de automatische documentinvoer gebruikt. Het getal geeft aan hoeveel van de reeds uitgevoerde originelen in de invoer teruggelegd m oeten worden.
Leg het betreffende
aantal originelen terug in de lade.
Storingen herkennenen verhelpen
Druk op de toets [START] om het
7
kopiëren voort te zetten.
C/

Vastgelopenpapier in de papierlade (optie) verwijderen

Als er papier in de standaardpapierlade of in de papierlade (optie) vastgelopen is, dan wordt op het display de melding
6-8 Di151
Storingen herkennen en verhelpen
PC weergegeven.
Trek de papierlade tot
1
aan de aanslag uit.
Houd de groen gemarkeerde
2
stopper aan de zijden van de papierlade ingedrukt. Trek de papierlade er voorzichtig uit.
Verwijderhetvastgelopenpapieruit
3
de papierinvoer.
6
Controleer of het papier juist in de
4
papierlade gelegd is. Plaatsde papierlade opnieuwinhet
5
kopieerapparaat en sluit de lade.
Di151 6-9
6
Open en sluit de behuizing van het
6
kopieerapparaatomde foutmelding te resetten.
Op het display wordt de melding -0 weergegeven. De gegevens van het kopiëren werden bewaard.
Op het display wordt melding-1
?
of -2 weergegeven?
U hebt de automatische documentinvoer gebruikt. Het getal geeft aan hoeveel van de reeds uitgevoerde originelen in de invoer teruggelegd m oeten worden.
Leg het betreffende
aantal originelen terug in de lade.
Druk op de toets [START] om het
7
kopiëren voort te zetten.
Storingen herkennenen verhelpen
C/
6-10 Di151
Storingen herkennen en verhelpen

Vastgelopen papier in het kopieerapparaat verwijderen

Is er papier in het kopieerapparaat vastgelopen, dan wordt op hetdisplay de melding J2 of J3 weergegeven.
WARSCHUWING Gevaar voor verbranding aan de fixeereenheid!
De fixeereenheid van hetkopieerapparaat kan 120°C heet zijn.
Raak de verwarmingseenheidniet aan.Raak geen delen aan die met : zijn gemarkeerd.
GEVAAR Gevaar voor elektrischeschokken in het kopieerapparaat!
In het kopieerapparaat bevinden zich delen die onder hoge spanning staan.
Raak geen delen aan die met , zijn gemarkeerd.
6
Grijp in de opening en trek aan de
1
ontgrendeling.Klap het bovenste deel van de behuizing van het kopieerapparaattotaan deaanslag omhoog.
Di151 6-11
6
Neemde ontwikkelingseenheidaan
2
de greep vasten tilde eenheideruit.
Open de papiergeleider.
3
Trekhet vastgelopenpapier ernaar
4
boven toe uit.
Storingen herkennenen verhelpen
6-12 Di151
Storingen herkennen en verhelpen
Plaats de ontwikkelingseenheid
5
terug in het kopieerapparaat.
Sluit de behuizing van het
6
kopieerapparaat. Op het display wordt de melding -0
weergegeven. De gegevens van het kopiëren werden bewaard.
6
Op hetdisplay wordtmelding -1
?
of -2 weergegeven?
U hebt de automatische documentinvoer gebruikt. Het getal geeft aan hoeveel van de reeds uitgevoerdeoriginelen in de invoer teruggelegdmoeten worden.
Leg het betreffende aantal
originelen terug in de lade.
Di151 6-13
6
Druk op de toets [START] om het
7
kopiëren voort te zetten.
Storingen herkennenen verhelpen
C/
6-14 Di151
Storingen herkennen en verhelpen

Vastgelopenpapier in de automatische documentinvoerverwijderen

Is er papier in de automatische documentinvoer vastgelopen, dan wordt op het display de melding J8 weergegeven.
Verwijder de originelen uit de
1
automatische documentinvoer.
Open de papierstoringsklep en
2
verwijder het papier dat daaris vastgelopen.
6
Klap de automatische
3
documentinvoeromhoog. Verwijder daar het vastgelopen papier.
Sluit de automatische
4
documentinvoer. Sluit de papierstoringsklep van de
5
automatische documentinvoer.
Di151 6-15
6
Plaats de originelen opnieuw in de
6
automatische documentinvoer. Op het display wordt een melding,
b.v. -1 weergegeven. Leg de op het displayweergegeven
7
aantal originelen terug.
Druk op de toets [START] om het
8
kopiëren voort te zetten.
Storingen herkennenen verhelpen
C/
6-16 Di151
Loading...