Lees absoluut de gebruiksaanwijzing voor u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade
aan het toestel.
nl-BEM.-Nr. 11 385 211
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu ............................................. 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................................................7
Bediening van de droogkast .............................................................................. 19
De verpakking behoedt de droogkast
voor transportschade. Er werd voor milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Het recycleren van het verpakkingsmateriaal vermindert de afvalproductie en
het gebruik van grondstoffen. Uw handelaar neemt de verpakking terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 0800/15 880,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Lees beslist deze gebruiksaanwijzing.
Deze droogkast voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade
tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u de
droogkast in gebruik neemt. Hierin vindt u belangrijke instructies
met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan de
droogkast.
In overeenstemming met de norm IEC60335-1 adviseert Miele u
uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van de droogkast
en de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en op te
volgen.
Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden
opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan
een eventuele volgende eigenaar.
Juist gebruik
Deze droogkast is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
gelijkaardige omgevingen.
Deze droogkast is niet bestemd voor gebruik buitenshuis.
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik de droogkast uitsluitend voor huishoudelijke toepas-
singen voor het drogen van in water gewassen wasgoed waarvan de
fabrikant op het wasetiket heeft aangegeven dat ze geschikt voor de
droogkast zijn.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om deze droogkast veilig te bedienen, mogen deze droogkast alleen
onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de droog-
kast te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogkast alleen zonder toe-
zicht bedienen, wanneer hen de droogkast zodanig is toegelicht dat
ze het toestel veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de eventuele
risico's van een foutieve bediening kunnen herkennen en begrijpen.
Kinderen mogen de droogkast niet zonder toezicht reinigen of on-
derhouden.
Let op kinderen die in de buurt van de droogkast komen. Laat ze
nooit met de droogkast spelen.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Neem de aanwijzingen in de rubriek “Installatie” en de rubriek
“Technische gegevens” in acht.
Zie na of het toestel geen uiterlijk zichtbare schade vertoont voor-
dat u het opstelt.
Beschadigde toestellen mag u nooit opstellen noch in gebruik nemen.
Vergelijk de gegevens omtrent de aansluiting (smeltveiligheden,
spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.
De betrouwbare en zekere werking van de droogkast is enkel ge-
garandeerd wanneer de droogkast aan het openbare elektriciteitsnet
is aangesloten.
De elektrische veiligheid van dit toestel is enkel gewaarborgd zo
het op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem is
aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie
door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat
de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van
een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee
op brand.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door origine-
le Miele-vervangstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uitvoeren
door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade
achteraf geen aanspraak meer op waarborg.
De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de droog-
kast van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.
Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door een
vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie het
toestel gebruikt.
Bij storingen of bij reiniging en onderhoud is deze droogkast pas
van het stroomnet losgekoppeld indien
– u de stekker uit het stopcontact haalt of
– de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld of
– de schroefzekering op uw elektrische installatie helemaal uitge-
draaid is.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Informatie over de warmtepomp en het koudemiddel:
Deze droogkast werkt met een gasvormig koudemiddel dat door een
compressor wordt samengeperst. Door de drukverhoging ontstaat
een hogere temperatuur en wordt het koudemiddel vloeibaar. Vervolgens wordt het koudemiddel in een gesloten circuit door de warmtewisselaar geleid, waar de warmte wordt vermengd met de lucht die
voor het drogen is gebruikt.
Beschadiging van de droogkast door te snelle ingebruikname.
De warmtepomp kan daarbij beschadigd raken.
Wacht na het plaatsen een uur voordat u de droogkast gaat ge-
bruiken.
– De warmtepomptechniek veroorzaakt een brommend geluid wan-
neer de droogkast werkt. Dit geluid is normaal. Het heeft geen na-
delig effect op de werking van de droogkast.
– Het koudemiddel is niet brandbaar en niet explosief.
– Deze droogkast bevat gefluoreerde broeikasgassen. Hermetisch
afgesloten
Aanduiding van het koelmiddelR134aR134aR450A
Hoeveelheid koelmiddel0,48kg0,30kg0,31kg
Broeikaspotentieel koelmiddel1430kg CO2 e 1430kg CO2 e 605kg CO2 e
Broeikaspotentieel toestel686kg CO2 e429kg CO2 e188kg CO2 e
De voor deze droogkast relevante aanduiding en hoeveelheid van het koelmiddel
alsook het broeikaspotentieel staan vermeld op het gegevensplaatje (achterkant
van de droogkast).
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De luchtspleet tussen de onderzijde van de droogkast en de vloer
mag u in geen geval versmallen door plinten, dik tapijt e.d. Anders is
er geen voldoende toevoer van koele lucht gewaarborgd!
In het zwenkbereik van de droogkastdeur mag u geen afsluitbare
deur, schuifdeur of een deur met een scharnier aan de andere kant
installeren.
Deze droogkast mag niet op niet-stationaire plaatsen (bijv. sche-
pen) worden gebruikt.
Voer geen veranderingen aan de droogkast uit die niet uitdrukke-
lijk door Miele zijn toegestaan.
Deze droogkast heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van
onder meer de temperatuur, de vochtigheid, de chemische bestendigheid, de slijtvastheid en vibraties) een speciale lamp. Deze speciale lamp mag alleen voor deze toepassing worden gebruikt. De lamp
is niet geschikt voor normale verlichtingsdoeleinden. De lamp mag
alleen worden vervangen door een door Miele geautoriseerde vakman of door Miele.
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Efficiënt gebruik
Stel uw droogkast niet op in een vertrek waar het kan vriezen.
Temperaturen rond of onder het vriespunt brengen de goede werking
van het toestel in het gedrang. Bevroren condenswater in de pomp
en in de afvoerslang kan schade veroorzaken.
De maximumlading bedraagt 9,0 kg (droog wasgoed).
In de rubriek “Programmaoverzicht” vindt u de deels kleinere ladingen voor afzonderlijke programma's.
Brandgevaar!
Deze droogkast mag niet op een instelbaar stopcontact (bijv. via een
schakelklok of op een elektrische installatie met piekbelastinguitschakeling) worden aangesloten.
Als het droogprogramma voor beëindiging van de afkoelfase is afgebroken, dan bestaat het gevaar van zelfontbranding van het wasgoed.
Waarschuwing: Schakel de droogkast nooit uit voor afloop van
een droogprogramma. Behalve dan, wanneer al het wasgoed onmiddellijk uit de trommel kan worden genomen en zo uitgespreid dat de
warmte kan worden afgegeven.
Na de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase
om te garanderen dat de stukken wasgoed geen temperatuur bereiken waarbij ze mogelijk beschadigd worden (bv. het vermijden van
zelfontbranding van het wasgoed). Pas daarna is het programma ten
einde.
Het wasgoed altijd direct en volledig na einde van het programma
verwijderen.
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wegens brandgevaar is het verboden textiel te drogen
– dat niet is gewassen.
– dat niet voldoende gereinigd is en waarop oliehoudende, vethou-
dende of andere resten aanwezig zijn (bijv. wasgoed dat wordt
gebruikt in de keuken of voor cosmeticatoepassingen en waarop
zich olie-, vet- of crèmeresten bevinden). Als u textiel droogt dat
niet voldoende gereinigd is bestaat er gevaar op zelfontbranding,
zelfs wanneer het droogproces beëindigd is en het wasgoed zich
niet langer in de droogkast bevindt.
– dat sporen van brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat, of res-
tanten van aceton, alcohol, benzine, petroleum, kerosine, vlekken-
verwijderaar, terpentijn, was, wasverwijderaar of chemicaliën (dit
kan bv. het geval zijn bij moppen, opnemers en poetsdoeken).
– waarop resten van een haarverstevigingsproduct, hairspray, na-
gellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product voorkomen.
Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u daarom bijzonder grondig
wassen:
gebruik hierbij extra wasmiddel en selecteer een hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het wasgoed verscheidene malen te wassen.
Verwijder alle voorwerpen uit de zakken (zoals aanstekers, luci-
fers).
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wegens brandgevaar is het te allen tijde verboden stukken textiel
of producten te drogen:
– wanneer industriële chemicaliën werden gebruikt voor de reiniging
(bv. bij een chemische reiniging).
– die hoofdzakelijk schuimrubberen, rubberen of rubberachtige de-
len bevatten. Het gaat hierbij bv. om producten uit schuimrub-
berlatex, douchekappen, waterdichte stoffen, met rubber beklede
artikelen en kledingstukken en hoofdkussens met schuimrub-
bervlokken.
– die een vulling hebben en beschadigd zijn (bv. kussens of jassen).
Vulling die eruit valt kan brand veroorzaken.
Sluit de deur na elk gebruik. Zo voorkomt u dat
– kinderen in het toestel proberen te kruipen of er voorwerpen in
verstoppen.
– er kleine dieren in de trommel kruipen.
Leun niet op de toesteldeur. Deze droogkast kan anders omkante-
len.
De pluizenfilters moeten na elke droogbeurt worden gereinigd!
De pluizenfilters of de filter in de sokkel moeten na een vochtige
reiniging goed worden gedroogd. Door natte pluizen-/voetfilters kunnen er storingen in de werking van uw toestel optreden!
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze droogkast mag nooit zonder of
– met beschadigde pluizenfilters worden gebruikt.
– met beschadigde filter in de sokkel worden gebruikt.
Er kunnen dan te veel pluizen in deze droogkast komen, wat een defect tot gevolg kan hebben!
Wanneer u een externe afvoerslang voor het condenswater aan-
sluit, moet u de slang vastmaken indien u die in een wasbak hangt.
Anders kan de slang wegglijden en kan het weglopende water schade veroorzaken.
Condenswater is geen drinkwater.
Het kan de gezondheid van mens en dier schade toebrengen.
Houd de omgeving van het toestel steeds vrij van stof en pluizen.
Vuildeeltjes in de aangezogen koellucht kunnen na verloop van tijd
de warmtewisselaar verstoppen.
Spuit de droogkast niet nat af.
Wasverzachters of vergelijkbare producten moeten steeds zo wor-
den gebruikt als vermeld in de gebruiksinstructies voor de wasverzachters.
16
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik van de geurflacon (mits toeslag verkrijgbaar accessoire)
Alleen de originele Miele geurflacon mag worden gebruikt.
De geurflacon uitsluitend in de verkoopverpakking bewaren; gooi
de verpakking daarom niet weg.
Pas op, de geurstof kan uitlopen! De geurflacon of de pluizenfilter
met de gemonteerde geurflacon rechtop houden en nooit neerleggen
of kantelen.
Uitgelopen geurstof direct met een zuigende doek opvegen: van
de vloer, van de droogkast, van onderdelen van de droogkast (bijv.
pluizenzeef).
Bij lichaamscontact met uitgelopen geurstof: Huid grondig met
water en zeep reinigen. Ogen minstens 15minuten met schoon water spoelen. Bij inslikken de mond grondig met schoon water uitspoelen. Na oogcontact of inslikken een arts raadplegen!
Kleding die met uitgelopen geurstof in contact komt direct vervan-
gen. Kleding of doeken grondig met ruime hoeveelheid water en
wasmiddel reinigen.
Er bestaat brandgevaar of gevaar van beschadiging van de droog-
kast bij het niet in acht nemen van deze richtlijnen:
– Vul de geurflacon nooit bij met geurstof.
– Gebruik nooit een defecte geurflacon.
De lege geurflacon moet met het huisvuil worden weggegooid en
mag nooit voor een ander doel worden gebruikt.
Neem de bij de geurflacon bijgevoegde informatie in acht.
17
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Toebehoren
Alleen toebehoren die Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd, mo-
gen worden gemonteerd of ingebouwd.
Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt
het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
Wasmachines van Miele kunnen in een was- en droogzuil gecom-
bineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele was-droog-verbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar toebehoren. Let erop
dat de was-droog-verbindingsset geschikt is voor de Miele droogkast en de Miele wasmachine.
Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebeho-
ren) bij deze droogkast past.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
18
Bediening van de droogkast
Bedieningspaneel
a
Sensortoets
Hiermee gaat u een niveau terug in het menu.
b
Touchdisplay
c
SensortoetsStart/Stop
Als u de sensortoets Start/Stop aanraakt, wordt het gekozen programma gestart of afgebroken. De sensortoets knippert zodra een programma kan worden
gestart en brandt continu nadat het programma is gestart.
d
Optische interface
Voor de Miele-technici.
e
Toets
Voor het in- en uitschakelen van de droogkast. De droogkast wordt met het oog
op energiebesparing automatisch uitgeschakeld. Dat gebeurt 15minuten nadat
Einde/Kreukbeveiliging is verschenen of na het inschakelen als er verder geen
bediening plaatsvindt.
Touchdisplay en sensortoetsen
De sensortoetsen , Start/Stop en de sensortoetsen in het display reageren op
aanraking met de vingertoppen.
Door puntige of scherpe voorwerpen, zoals pennen, kunnen er krassen op het
touchdisplay ontstaan.
Raak het touchdisplay alleen met uw vingers aan.
19
Bediening van de droogkast
11:02
Programma'sFavorietenMobileStart
Help
11:02
Droog-
assistent
Instellingen
Help
Hoofdmenu
Nadat de droogkast is ingeschakeld,
verschijnt het hoofdmenu in de display.
Via het hoofdmenu komt u in alle belangrijke submenu's.
Door op de sensortoets te drukken,
komt u op ieder gewenst moment terug in het hoofdmenu. Eerder ingestelde waarden worden niet opgeslagen.
Hoofdmenu pagina 1
Door over de display te vegen, bladert u
naar de tweede pagina van het hoofdmenu.
Programma's
Voor de keuze van de droogprogramma's.
Favorieten
U kunt max. 12 droogprogramma’s met
door u gekozen instellingen opslaan (zie
het hoofdstuk “Favorietenprogramma's”).
MobileStart
Met MobileStart kunt u de droogkast via
de Miele@mobile-app op afstand bedienen.
De instelling Afstandsbediening moet ingeschakeld zijn.
Tip de sensortoetsMobileStart aan en
volg de aanwijzing op de display.
Droogassistent
Met de droogassistent wordt u stap
voor stap naar een optimaal droogprogramma voor uw wasgoed geleid (zie
hoofdstuk “Droogassistent”).
Hoofdmenu pagina 2
20
Instellingen
In het menu Instellingen kunt u de elektronica van de droogkast aan veranderende situaties aanpassen (zie het
hoofdstuk “Instellingen”).
Bediening van de droogkast
11:02
0:00
0:00
0:000:00
h
h
h
h
Programma's
Katoen
Fijne wasKatoen
Kreukherstellend
Help
11:02
OK
Extra functies
Extra
behoedzaam
Opfrissen
Eco
Quick
Voorbeelden voor de bediening
Keuzelijsten
Menu Programma's
U kunt naar links en rechts bladeren
door over het beeldscherm te vegen.
Leg uw vinger op het touchscreen en
beweeg met de vinger in de gewenste
richting.
De oranje schuifbalk geeft aan dat er
meer keuzemogelijkheden volgen.
Raak een programmanaam aan om een
droogprogramma te kiezen.
Het display gaat naar het basismenu
van het gekozen programma.
Menu Extra functies
Raak een extra functie aan om deze te
kiezen.
De extra functie wordt oranje gemarkeerd.
U kunt de extra functie weer uitschakelen door de extra functie opnieuw aan
te raken.
U kunt de extra functie activeren door
sensortoets OK aan te raken.
21
Bediening van de droogkast
OK
12 00
11 59
10 58
13 01
14 02
Tijd
11:02
2:35
Overzicht
Katoen
h
Timer opslaan
Droogtegraad
Kastdroog
Extra functies
niet gekozen
Waarden verlagen of verhogen
In enkele menu's kunt u waarden instellen.
Voer de getallen in door omhoog of omlaag te vegen. Leg uw vinger op het cijfer dat moet worden gewijzigd en beweeg met de vinger in de gewenste
richting. Met de sensortoets OK wordt
de ingestelde waarde overgenomen.
Tip: Als u de oranje cijfers tussen de
beide lijnen kort aanraakt, verschijnt het
cijferblok. Zodra u een geldige waarde
hebt ingevoerd, is de sensortoets OK
groen gemarkeerd.
Vervolgkeuzemenu
In het vervolgkeuzemenu kunt u verschillende soorten informatie, bijvoorbeeld over een droogprogramma, laten
weergeven.
Raak de bovenste rand van het beeldscherm in het midden aan en sleep uw
vinger in het display omlaag.
Help weergeven
Bij enkele menu's verschijnt op de onderste regel van het display Help.
Raak de sensortoets Help aan om de
aanwijzing weer te geven.
22
Raak de sensortoetssluiten aan om
naar het vorige scherm terug te gaan.
Menuniveau verlaten
Raak de sensortoets aan om naar
het vorige scherm te gaan.
Alle gegevens die u tot dat moment
hebt ingevoerd en niet met OK hebt bevestigd, worden niet opgeslagen.
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
Stilstandtijd na het plaatsen
Beschadiging van de droogkast
door te snelle ingebruikname.
De warmtepomp kan daarbij bescha-
digd raken.
Wacht na het plaatsen een uur voor-
dat u de droogkast gaat gebruiken.
Beschermfolie en reclamestickers verwijderen
Verwijder:
– de beschermfolie van de deur
– alle reclamestickers (voor zover aan-
wezig) van de voorkant en het bovenblad
Stickers die u na het openen van de
deur ziet zitten (bijv. het typeplaatje),
mag u niet verwijderen.
Miele@home
Uw droogkast is uitgerust met een
geïntegreerde Wifi-module.
Om deze te kunnen gebruiken, hebt u
het volgende nodig:
– een Wifi-netwerk;
– de Miele@mobile-app;
– een Miele-gebruikersaccount. Het
gebruikersaccount kunt u via de
Miele@mobile-app aanmaken.
De Miele@mobile-app helpt u bij de verbinding tussen de droogkast en uw eigen Wifi-netwerk.
Nadat u de droogkast in uw Wifi-netwerk hebt opgenomen, kunt u met de
app bijvoorbeeld de volgende handelingen uitvoeren:
– uw droogkast op afstand bedienen
– informatie over de status van uw
droogkast opvragen
– aanwijzingen voor het programma-
verloop van uw droogkast oproepen
Door de droogkast in uw Wifi-netwerk
op te nemen, wordt het energieverbruik
hoger, ook als de droogkast is uitgeschakeld.
Verzeker u ervan dat op de opstellingsplaats van uw droogkast het signaal van uw Wifi-netwerk voldoende
sterk is.
Beschikbaarheid WiFi-verbinding
De WiFi-verbinding deelt een frequentiebereik met andere toestellen (zoals
microgolfovens, op afstand bestuurbaar
speelgoed) Hierdoor kunnen tijdelijke of
volledige verbindingsfouten optreden.
Een constante beschikbaarheid van de
aangeboden functies kan daarom niet
worden gegarandeerd.
Beschikbaarheid van Miele@home
Het gebruik van de Miele@mobile-app
is afhankelijk van de beschikbaarheid
van de Miele@home-services in uw
land.
De service Miele@home is niet in elk
land beschikbaar.
Informatie over de beschikbaarheid
vindt u op de website www.miele.com.
23
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
english (AU)
english (CA)
english (GB)
english (US)
Taal
deutsch
dansk
overslaan
verder
"Miele@home" installeren?
Miele@mobile-app
De Miele@mobile-app kunt u gratis
downloaden uit de Apple App Store® of
de Google Play Store™.
Droogkast inschakelen
Druk op de toets .
Het welkomstscherm licht op.
Het display leidt u door de stappen van
de eerste ingebruikneming.
De taal van het display instellen
U wordt verzocht de gewenste taal van
het display in te stellen. U kunt de displaytaal altijd achteraf wijzigen via het
menu Instellingen.
Blader naar rechts of links totdat de
gewenste taal verschijnt.
Raak de sensortoets van de ge-
wenste taal aan.
De gekozen taal is oranje gemarkeerd
en het display gaat naar de volgende
instelling.
24
Miele@home instellen
Als u Miele@home onmiddellijk wilt
installeren, raak dan de sensortoets
verder aan.
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
per WPSper app
Welke verbindingsmethode wilt u
gebruiken?
OK
12 00
11 59
10 58
13 01
14 02
Tijd
Tip: Als u het later wilt installeren, raak
dan de sensortoets overslaan aan. In het
display verschijnt de melding:
Installatie op een later tijdstip in "Instel-
lingen"/"Miele@home" mogelijk.
Bevestig deze met de sensortoets OK.
Kies de gewenste verbindingsmetho-
de.
Het display en de Miele@home-app leiden u door de verdere stappen.
Tijdformaat instellen
De tijd kan in een cyclus van 24 of 12
uur worden weergegeven.
Selecteer het gewenste tijdformaat en
bevestig met de sensortoets OK.
Het display gaat naar de volgende instelling.
Tijd instellen
Deze vraag verschijnt alleen als u de
droogkast niet met een Wifi-netwerk
hebt verbonden.
Als het toestel in het WLAN-netwerk is
opgenomen, wordt de tijd automatisch
ingesteld.
Leg uw vinger op het cijfer dat moet
worden gewijzigd en beweeg met de
vinger in de gewenste richting.
Bevestig met de sensortoets OK.
Het display geeft meer informatie weer.
Ingebruikname voortzetten
Lees het hoofdstuk “1. Tips voor een
correcte verzorging van de was”.
U kunt daarna een programma kiezen
en de droogkast vullen zoals in de
hoofdstukken “2. Trommel vullen” en
“3. Programma kiezen” is beschreven.
De eerste ingebruikname wordt pas afgerond indien een programma langer
dan 1uur volledig is uitgevoerd.
25
Energie besparen
Energie besparen
Deze droogkast met warmtepomptechniek is ontworpen voor energiebesparend drogen. Met de volgende
maatregelen kunt u nog meer energie
besparen, omdat deze de droogtijd
niet onnodig verlengen.
– Centrifugeer het wasgoed met een zo
hoog mogelijk toerental in de wasmachine.
Zo bespaart u bij het drogen ca. 20%
energie, maar ook tijd, wanneer u bijv.
met 1600 toeren per minuut centrifugeert in plaats van met 1000 toeren
per minuut.
– Gebruik bij ieder droogprogramma de
daarvoor geldende maximale beladingscapaciteit. Het energieverbruik
is dan relatief gezien het laagst.
– Zorg ervoor dat de omgevingstempe-
ratuur niet te hoog is. Als zich andere
toestellen in dezelfde ruimte bevinden
die warmte produceren, zorg dan
voor extra ventilatie of schakel die
toestellen uit.
– Schakel de droger in op tijdstippen
waarop het stroomtarief laag is. Informatie hierover kunt u bij uw energieleverancier verkrijgen. De voorprogrammeerfunctie van deze droger
helpt u hierbij: u kunt kiezen, op welk
tijdstip in de komende 24 uur het
droogproces automatisch moet
starten.
– Reinig de twee pluizenfilters in de vul-
opening van de deur iedere keer nadat u de droogkast heeft gebruikt.
Tips voor het reinigen van de pluizenfilters en de sokkelfilter vindt u in het
hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”.
26
Energie besparen
11:02
2:35
Overzicht
Katoen
h
Timer opslaan
Droogtegraad
Kastdroog
Extra functies
niet gekozen
Energieverbruik
––––––––––
EcoFeedback
In het vervolgkeuzemenu krijgt u informatie over het energieverbruik van uw
droogkast.
Het display geeft u de volgende informatie:
– Een prognose voor energieverbruik
voor de start van het programma.
– Het werkelijke energieverbruik tijdens
het programma of na afloop van het
programma.
Open het vervolgkeuzemenu.
1. Prognose
Er verschijnt een balkdiagram waarmee voor het begin van het programma de prognose van het energieverbruik wordt getoond.
2. Werkelijk verbruik
U kunt tijdens het programmaverloop
en na afloop van het programma het
werkelijke energieverbruik en ook de
kosten aflezen.
Zolang het energieverbruik te laag is,
wordt <0,1kWh en kosten 0,00 weergegeven. Meer informatie over het invoeren van de kosten vindt u in het
hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “Verbruik”.
Het verbruik en de kosten veranderen
naarmate het programma vordert.
Bovendien kunt u na afloop van het
programma, voordat u de deur opent,
de mate van vervuiling van de filters in
% opvragen.
Filter is vuil
0% = licht
50% = gemiddeld
100% = sterk
Hoe vuiler de filters, hoe langer de duur
van het programma, wat het energieverbruik doet toenemen.
De gegevens springen terug naar de
prognose zodra de deur wordt geopend of zodra het programma automatisch wordt uitgeschakeld.
Hoe meer balkjes er te zien zijn, des te
hoger is het energieverbruik.
De prognose hangt af van het gekozen
droogprogramma en de gekozen extra
opties.
Tip: U kunt de verbruiksgegevens van
het laatste droogprogramma en het totale verbruik bekijken (zie het hoofdstuk
“Instellingen”, paragraaf “Verbruik”).
27
1. De juiste wasverzorging in acht nemen
In acht nemen tijdens het wassen
– Was sterk vervuild wasgoed zeer
grondig: gebruik voldoende wasmiddel en kies een hoge temperatuur, in
geval van twijfel meerdere keren wassen.
– Stop geen drijfnat wasgoed in de
trommel. Laat het wasgoed met
maximale centrifugeertoerental in de
wasmachine centrifugeren. Hoe hoger het centrifugeertoerental is, hoe
meer energie en tijd u bij het drogen
kunt besparen.
– Nieuw gekleurd textiel moet u voor de
eerste droogbeurt afzonderlijk grondig wassen; droog dit niet samen met
licht gekleurd wasgoed. Anders loopt
u het risico dat de kleur bij het drogen
afgeeft (ook op kunststof onderdelen
in de droogkast). Er kunnen zich ook
pluizen van een andere kleur afzetten
op het textiel.
– Gesteven wasgoed kan in de droog-
kast worden gedroogd. Om het gewone glanseffect te verkrijgen dient u
wel de dosis stijfsel te verdubbelen.
Wasgoed voor de droogkast
sorteren
Voorkom schade door voor-
werpen uit het wasgoed te verwijderen.
Voorwerpen kunnen smelten, branden of exploderen.
Verwijder alle voorwerpen uit het
wasgoed die er niet in horen (zoals
doseerbolletjes, aanstekers etc.).
Brandgevaar door verkeerd ge-
bruik en verkeerde bediening.
Er kan brand ontstaan in het was-
goed, waardoor de droogkast en de
omgeving onherstelbaar beschadigd
kunnen raken.
Neem beslist het hoofdstuk “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”
in acht.
– Sorteer het wasgoed naar textiel-
soort, grootte, symbolen in het onderhoudsetiket en gewenste droogtegraad.
– Controleer of de zomen en naden in-
tact zijn. Zo kunt u voorkomen, dat
eventuele vullingen eruit vallen. Er bestaat brandgevaar bij het drogen.
– Schud het wasgoed op.
– Bind ceinturen en schortenbandjes
vast.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht zodat er geen ander
textiel in terecht kan komen.
– Sluit haakjes en oogjes.
– Doe jacks en lange ritsen open, zodat
het textiel gelijkmatig kan drogen.
– Maak onderdelen van kleding die zijn
losgeraakt (bh-beugels) vast of verwijder ze.
– Verlaag in buitengewone gevallen de
maximale beladingscapaciteit. Kreukherstellend wasgoed kreukt des te
meer, naarmate het toestel voller beladen is. Dat geldt vooral voor zeer
gevoelige weefsels (bijvoorbeeld
overhemden, blouses).
28
1. De juiste wasverzorging in acht nemen
Drogen
Tip: Lees het hoofdstuk “Programma-
overzicht”.
Daarin kunt u alle programma's en bijbehorende beladingscapaciteiten
vinden.
– Neem voor ieder droogprogramma de
maximale beladingscapaciteit in acht.
Het energieverbruik is dan relatief gezien het laagst.
– Dons heeft afhankelijk van de kwali-
teit de neiging om te krimpen. Gebruik voor dergelijke textielsoorten alleen het programma Ontkreuken.
– Droog zuiver linnen alleen als dat vol-
gens het etiket geoorloofd is. Het kan
anders ruw worden. Gebruik voor
dergelijke textielsoorten alleen het
programma Ontkreuken.
– Wol en wolmengsels kunnen gemak-
kelijk vervilten en krimpen. Gebruik
voor dergelijke textielsoorten alleen
het programma Finish wol.
– Gebreid textiel (zoals T-shirts, onder-
goed) krimpt bij de eerste was vaak
licht. Droog deze kledingstukken
daarom niet te intensief om verder
krimpen te voorkomen. Kies bij gebreid textiel eventueel voor een of
twee maten groter.
– Verminder bij bijzonder temperatuur-
en kreukgevoelig wasgoed de beladingscapaciteit en kies de optie Extrazacht.
Textielbehandelingssymbolen in acht
nemen
Drogen
normale/hogere temperatuur
lagere temperatuur*
* Kies Extra zacht
niet geschikt voor de droogkast
Strijken en mangelen
zeer heet
warm
De juiste droogtegraad kiezen
– Extra droog voor erg stevig en dik
wasgoed.
– Kastdroog+, wanneer u na het dro-
gen het wasgoed plooit en bijvoorbeeld in de kast wilt leggen.
– Kastdroog voor wasgoed dat kan
krimpen. Of voor wasgoed uit licht
katoen of jersey.
– Lichtdroog voor uiterst gevoelig was-
goed dat nadien in de open lucht
moet drogen.
– Strijkvochtig/ of Mangelvochtig,
wanneer u na het drogen het wasgoed wilt strijken of gladstrijken.
heet
niet strijken/
mangelen
29
2. Droogkast laden
Trommel vullen
Het wasgoed kan beschadigd raken.
Lees voordat u de trommel vult
hoofdstuk “1. Tips voor een correcte
verzorging van het wasgoed”.
Controleer of de trommel leeg is. Ver-
wijder storende onderdelen of textielen.
2 aansluitpunten voor de geurflacon
Hoe u de geurflacon gebruikt, is beschreven in het hoofdstuk “Geurflacon”.
Gebruikt u geen geurflacon, schuif het
lipje op het schuifje dan helemaal omlaag (pijl) zodat het aansluitpunt is afgesloten. Anders blijven daar pluizen
zitten.
Deur sluiten
Leg het wasgoed opgeschud in de
trommel.
Zorg ervoor dat u de trommel nooit te
zwaar belaadt. Dit is slecht voor het
wasgoed en het beïnvloedt het droogresultaat nadelig. Bovendien leidt dit
tot extra kreukvorming.
Ook kan het wasgoed beschadigd
raken.
Let erop dat er geen wasgoed tussen
de deur klemt als u deze sluit.
30
Sluit de deur met een lichte zwaai.
3. Programma kiezen
11:02
0:00
0:00
0:000:00
h
h
h
h
Programma's
Katoen
Fijne wasKatoen
Kreukherstellend
Help
11:02
2:35
Overzicht
Katoen
h
Timer opslaan
Droogtegraad
Kastdroog
Extra functies
niet gekozen
Droogkast inschakelen
Raak de sensortoets aan om in te
schakelen.
Programma kiezen
Er zijn meerdere mogelijkheden om een
programma te kiezen.
Raak de sensortoets Programma's
aan.
Blader in het display naar rechts tot
het gewenste programma verschijnt.
Raak de sensortoets van het pro-
gramma aan.
Er zijn nog 3mogelijkheden voor de
programmakeuze.
1. De favorieten
2. De droogassistent
3. MobileStart
Het display gaat naar het menu Over-
zicht.
Tip: In het vervolgkeuzemenu kunt u de
maximale beladingscapaciteit voor het
geselecteerde programma laten weergeven.
31
4. Programma-instellingen kiezen
11:02
2:35
Overzicht
Katoen
h
Timer opslaan
Droogtegraad
Kastdroog
Extra functies
niet gekozen
11:02
Droogtegraad
MangeldroogStrijkdroog
Kastdroog
Strijkdroog Licht droog
Kastdroog
plus
11:02
0:20
Overzicht
Warme lucht
h
Timer opslaan
Extra functies
niet gekozen
h
Duur
0:20
Programma-instellingen
Droogtegraad bij een droogtegraadprogramma selecteren
Katoen, Kreukherstellend, Fijne was,
Bedlinnen, Automatic, Express, Overhemden, Jeans, Finish stoom, Sportkleding, Outdoor, Voorstrijken, Extra stil
U kunt de vooraf ingesteld droogtegraad wijzigen.
Raak de sensortoets Droogtegraad
aan.
U kunt bij Katoen, Express, Bedlinnen
en Extra stil alle droogtegraden kiezen.
Bij de overige programma's hebt uminder keuze.
Bij keuze van het programma Finishstoom dient het condenswaterreservoir volgens de gebruiksaanwijzing
gevuld te zijn (Hoofdstuk “Condenswaterreservoir”).
worden gewijzigd en beweeg met de
vinger in de gewenste richting.
– Warme lucht
Bevestig met de sensortoets OK.
– Koude lucht, Droogrekprogramma
Raak de sensortoets Start/Stopaan.
Het programma start.
Extra optie kiezen
Raak de sensortoets Extra functies
aan.
Druk de sensortoets voor de ge-
wenste extra functies in.
Tip: Door de sensortoets voor een extra
nogmaals aan te raken, kunt u de selectie ongedaan maken.
U kunt slechts één extra selecteren,
de extra's kunnen niet worden gecombineerd. Beschrijvingen vindt u in het
hoofdstuk “Extra's”.
Bevestig met de sensortoets OK.
Het symbool voor het gekozen extra
verschijnt.
33
5. Programma starten
11:02 Status
Katoen
Resttijd
Mangeldroog
Perfect Dry
h1:42
Trommel bijvullen
Programma starten
Als de sensortoetsStart/Stop knippert,
kan het programma worden gestart.
Raak de sensortoetsStart/Stop. aan.
De sensortoetsStart/Stop brandt voortdurend.
In de display branden Drogen en de resterende programmaduur.
Het wasgoed wordt kort voor het einde
van het programma afgekoeld.
Tip: In het pulldownmenu kunt u de gekozen droogtegraad of duur en het
energieverbruik weergeven.
Het PerfectDry-systeem meet het rest-
vocht van het wasgoed in de programma's met droogtegraad en zorgt zo
voor een precieze droging. Wordt de
droogkast echter met weinig of droog
wasgoed gevuld, dan hanteert het een
vaste tijd voor het drogen/luchten.
De resttijd van de programma's voor
droogtegraden kan verschillen of verspringen. Deze is afhankelijk van de
hoeveelheid was, het soort was, het
restvocht in de was of de waterhardheid. PerfectDry past zich hierop aan en
de resttijd wordt steeds preciezer.
Wasgoed kan onnodig beschadigd
raken.
Droog wasgoed nooit te intensief.
Trommel bijvullen
U kunt nadat het programma is gestart
nog wasgoed in de trommel leggen.
Volg de beschrijving in het hoofdstuk
“Programmaverloop wijzigen”, paragraaf “Trommel bijvullen of wasgoed
eruit halen”.
Energiebesparing
Na 10minuten worden de getoonde
elementen donker en de sensortoets
Start/Stop knippert.
Raak de sensortoets Start/Stop aan
om de afleeselementen opnieuw in te
schakelen (dit heeft geen impact op
een programma in werking).
De verlichting in de trommel wordt uitgeschakeld nadat het programma start.
De aanduiding PerfectDry brandt alleen
bij de programma's met droogtegraden:
– lege punt nadat het programma is
gestart
Later wordt nog de bereikte droogtegraad weergegeven.
– volle punt na bereikte droogte-
graad
34
6. Einde van het programma - Trommel leeghalen
Einde programma
Het programma is beëindigd als Einde/
Kreukbeveiliging verschijnt. De Start/
Stop-toets brandt niet meer.
Deze droogkast wordt 15minuten na
afloop van de kreukbeveiliging (bij programma's zonder kreukbeveiliging
15minuten na afloop van het programma) automatisch uitgeschakeld.
Trommel leegmaken
Open de deur pas als het droogproces is beëindigd. Anders wordt de
was niet op de juiste manier gedroogd en afgekoeld.
Trek de deur aan de kant met de
oranje markering open.
Verwijder de pluizen van de 2 pluizen-
filters in de vulopening van de deur.
Zie hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”, paragraaf: “Pluizenfilters”.
Sluit de deur met een lichte zwaai.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Tip: U kunt het condenswater voor het
programma Finish stoom gebruiken. Zie
Hoofdstuk “condenswaterreservoir“, paragraaf “Condenswaterreservoir voor
het programma Finish stoom voorbereiden”.
Bij het drogen van een volle lading in de
programma's Katoen en Katoen
raden wij u aan het condenswater extern via de afvoerslang af te voeren.
Dan hoeft u het condenswaterreservoir
niet tussentijds leeg te maken.
Trommelverlichting
De trommel wordt verlicht om te voorkomen dat u wasgoed vergeet bij het
leeghalen van de trommel.
De trommelverlichting schakelt automatisch uit (energiebesparing).
Haal het wasgoed uit de trommel.
Wasgoed dat in de trommel achterblijft, kan te droog worden en daardoor beschadigd raken.
Haal altijd al het wasgoed uit de
trommel.
Raak de sensortoets aan om uit te
schakelen.
Tip: Om de trommelverlichting weer in
te schakelen, opent u het vervolgkeuzemenu in het menu Overzicht en raakt u
de sensortoets aan.
35
Programmaoverzicht
Alle met een * gemarkeerde gewichten hebben betrekking op het gewicht van het
droge wasgoed.
Katoenmaximaal9kg*
Extra droog, Kastdroog plus, Kastdroog, Licht droog
Textielsoort
Tip– Kies Extra droog voor divers wasgoed van bijzonder dik katoen uit
Strijkvochtig, Strijkvochtig, Mangelvochtig
Textielsoort
TipRol wasgoed dat nog moet worden gladgestreken op. Zo blijft het
Katoenmaximaal9kg*
Textielsoort
Aanwijzing – In dit programma wordt er uitsluitend Kastdroog gedroogd.
Katoenen wasgoed uit één of meerder lagen. Dit zijn bijvoorbeeld Tshirts, ondergoed, babykleertjes, werkkleding, jassen, spreien,
schorten, stofjassen, handdoeken, badhanddoeken en badjassen uit
badstof en beddengoed in flanel of badstof.
– Het programma Katoen is het testprogramma in overeen-
stemming met de verordening 392/2012/EU voor het energielabel
gemeten volgens EN61121.
– Wanneer u het programma Katoen of Katoen instelt, voer het
condenswater dan via de afvoerslang extern af.
Kreukherstellend wasgoed van synthetische stoffen, katoen of gemengde weefsels. Dat zijn bijvoorbeeld werkkleding, stofjassen, pullovers, jurken, broeken, tafellinnen en kousen.
Aanwijzing – Het wollen wasgoed wordt in korte tijd losgeschud en lekker
Gevoelig wasgoed met het onderhoudssymbool van synthetische
vezels, gemengde weefsels, kunstzijde of kreukherstellend katoen.
Dat zijn bijvoorbeeld overhemden, blouses, lingerie en wasgoed
voorzien van attributen.
den geladen.
Beddengoed, Laken, Kussenovertrekken
Een gemengde belading van wasgoed voor de programma's Katoen
en Kreukherstellend .
Wollen wasgoed en wasgoed uit wolmengsels, bijv. truien, vesten en
sokken.
zacht, maar niet helemaal droog.
– Haal het wasgoed na afloop van het programma meteen uit de
machine.
Finish Zijdemaximaal 1kg*
Textielsoort
Aanwijzing – Dit programma vermindert de kreukels, maar het wasgoed wordt
Wasgoed van zijde dat met het toestel kan worden gedroogd: blouses, hemden.
niet helemaal gedroogd.
– Neem het wasgoed na afloop van het programma er meteen uit.
37
Programmaoverzicht
Expressmaximaal4kg*
Extra droog, Kastdroogplus, Kastdroog, Licht droog, Strijkvochtig, Strijkvochtig, Mangelvochtig
Geschikt voor sterk wasgoed dat wordt gedroogd met het programma Katoen.
Voor alle hemden of blouses.
Alle wasgoed van jeansstof zoals bijvoorbeeld jassen, broeken,
hemden en rokken.
38
Programmaoverzicht
Finish stoommaximaal1kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Textielsoort
Tip– Om wasgoed voor het strijken te bevochtigen.
Aanwijzing – Bij aanvang van het programma stroomt verzameld condenswater
Sportkledingmaximaal3kg*
– Alle wasgoed van katoen of linnen.
– Kreukherstellend wasgoed van katoen, gemengde weefsel of syn-
thetische stof. Dat zijn bijvoorbeeld katoenen broeken, windjakken
en hemden.
– Om gekreukt wasgoed glad te strijken.
– Kies Strijkvochtig wanneer wasgoed moet worden gestreken.
uit het condenswaterreservoir via een sproeikop doorheen de
trommel. Zorg er daarom voor dat het condenswaterreservoir minstens tot de –min– markering met water is gevuld.
– Wanneer het water door de trommel stroomt, hoor je een zoe-
Voor sport- en fitnesskleding dat in de droogkast mag worden gedroogd.
39
Programmaoverzicht
Droogrekprogrammamaximale lading3,5kg
Aanwijzing – Kies dit programma alleen als u over een Miele-droogrek TRK 555
beschikt. (Het droogrek kunt u nabestellen).
– De gebruiksaanwijzing van het droogrek moet worden nageleefd.
– Let erop dat het product (tas, laars) de trommel niet aanraakt: de
droogtrommel draait in dit geval, waardoor bij onjuiste belading
het droogrek en de trommel beschadigd kunnen raken.
Wasgoed/
Producten
Outdoormaximaal2,5kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Textielsoort
Impregnerenmaximaal2,5kg*
Textielsoort
Aanwijzing – In dit programma wordt er uitsluitend Kastdroog gedroogd.
Gebruik dit programma alleen voor het drogen of beluchten van producten die in de droogkast mogen, maar die niet mechanisch mogen worden belast.
Outdoorkleding van materiaal dat in de droogkast mag worden gedroogd.
Voor wasgoed dat geschikt is voor de droogkast, zoals microvezels,
ski- en outdoorkleding, fijne dichte katoen (poplin) en tafelkleden.
– Dit programma heeft een extra fixeerfase voor het impregneren.
– Geïmpregneerd wasgoed mag uitsluitend behandeld zijn met im-
pregneermiddelen die de aanduiding hebben “Geschikt voor
membraanwasgoed”. Deze middelen zijn gebaseerd op fluorchemische verbindingen.
– Droog geen wasgoed dat met een middel is geïmpregneerd dat
paraffine bevat. Er bestaat brandgevaar.
40
Programmaoverzicht
Warme luchtmaximaal9kg*
Textielsoort
TipKies in het begin niet de langste tijd. Door proberen komt u erachter
Koude luchtmaximaal9kg*
Textielsoort
Hoofdkussen normaal
Hoofdkussen groot
Textielsoort
TipIn dit programma wordt er uitsluitend Kastdroog gedroogd.
Aanwijzing – Veren beginnen bij warmte onaangenaam te ruiken. Laat bedden-
– Voor het nadrogen van dikkere stof die door hun aard niet gelijk-
matig wordt gedroogd, zoals jacks, kussens, slaapzakken en ander groot wasgoed.
– Voor het drogen van enkele stuks wasgoed, zoals badhanddoek-
ken, zwemkleding en schoonmaakdoekjes.
wat de beste tijd is.
Al het wasgoed dat moet worden verlucht.
1-2 hoofdkussens 40x80cm of
1 hoofdkussen 80x80cm
Voor hoofdkussens met een vulling van dons, veren of synthetische
stof die geschikt zijn om in de droogkast te worden gedroogd.
goed na het drogen buiten de droogkast luchten.
– Vooral hoofdkussens kunnen na het drogen nog vochtig aanvoe-
len. Droog ze zo vaak met dit programma tot ze naar uw gevoel
droog aanvoelen.
Katoen Hygiënemaximaal4kg*
Textielsoort
Aanwijzing In dit programma wordt er met een temperatuur, die lange tijd gelijk
Wasgoed van katoen of linnen dat direct met de huid in aanraking
komt, bijv. beddengoed, ondergoed en babykleertjes.
blijft Kastdroog gedroogd. Hierdoor worden micro-organismen zoals
kiemen of huismijt gedood en de allergenen in het wasgoed verminderd. Daarom mag dit programma niet worden onderbroken, anders
worden de micro-organismen niet gedood.
TipDe droogkast produceert hierdoorminder geluid. Handig wanneer u
Voorstrijkenmaximaal1kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Textielsoort
Tip– Dit programma vermindert de kreukels in het wasgoed die na het
Een gemengde belading van wasgoed voor de programma's Katoen
en Kreukherstellend .
's nachts wilt drogen.
– Wasgoed van katoen of linnen.
– Kreukherstellend wasgoed van katoen, gemengde weefsel of syn-
thetische stof. Dat zijn bijvoorbeeld katoenen broeken, windjakken
en hemden.
centrifugeren nog in de droogkast zitten.
– Dit programma is ook geschikt voor droog wasgoed.
– Neem het wasgoed na afloop van het programma meteen uit de
trommel.
42
Extra opties
U kunt de droogprogramma's met extra opties aanvullen. In de tabel vindt u
de selectiemogelijkheden.
Extra zacht
Delicaat wasgoed (met het onderhoudssymbool bijv. van acryl) wordt aan
een lagere temperatuur en langer gedroogd.
Quick
Het compressorvermogen wordt verhoogd, waarbij rekening moet worden
gehouden met meer geluid (gesis/gebrom). Hierdoor kan de droogtijd korter
worden. Droog alleen wasgoed dat hiervoor niet gevoelig is.
ECO
Het compressorvermogen wordt verlaagd, zodat energie wordt gespaard.
Hierdoor duurt het programma langer.
Opfrissen
Gebruik Opfrissen om ongewenste
geurtjes in propere kleding (droog of
nat) te verwijderen of te verminderen.
De drooglucht wordt binnen een beperkte tijd op temperatuur gebracht.
Zonder verdere warmtetoevoer wordt
daarna het wasgoed met de droogtegraad Kastdroog gelucht; dit kan niet
worden veranderd.
Om het opfrissende effect te versterken, kunt u het wasgoed bevochtigen,
de geurflacon gebruiken en de lading
wasgoed verminderen. Bij synthetische
stoffen worden de onaangename geurtjes in geringere mate gereduceerd.
43
Extra opties
Overzicht droogprogramma's - Extra opties
Extra be-
1
Opfrissen
Katoen ––––
KatoenXXXX
Kreuk-herstellendXXXX
Fijne was–––
Bedtextiel––––
Automatic–XXX
Wol––––
Zijde––––
Express––––
OverhemdenXXXX
JeansXXXX
Stomen––––
Sportkleding–XXX
Droogrek-programma––––
Outdoor–––
Impregneren––––
Warme lucht–X––
Koude lucht––––
Hoofdkussens
Groot hoofdkussen
Katoen Hygiëne––––
Extra stil––––
Voorstrijken–––
––––
hoedzaam
1
Quick
1
Eco
1
1
= deze extra opties kunnen niet met elkaar worden gecombineerd
X = kiesbaar
– = niet kiesbaar
= automatisch ingeschakeld
44
Favoriete programma's
Favoriet aanmaken
Het is mogelijk om een programma
onder een eigen naam als favoriet op
te slaan.
Er zijn 2 mogelijkheden om een wasprogramma als favoriet op te slaan.
Mogelijkheid 1
Op de display verschijnt het hoofd-
menu. Raak de sensortoetsFavorieten
aan.
Op de display verschijnt het menu Favorieten.
Raak de sensortoetsaanmaken aan.
De display gaat naar het menuFavoriet
aanmaken.
Kies het gewenste programma.
Selecteer alle gewenste programma-
instellingen.
Kies ten slotte opslaan.
Naam invoeren
Kies korte, duidelijke namen.
Raak de gewenste letters en tekens
aan.
Bevestig met de sensortoets opslaan.
Het programma wordt in de lijst met favorieten opgeslagen.
Favorieten wijzigen
U kunt een opgeslagen favoriet programma een andere naam geven, verwijderen of uitstellen.
Kies in het hoofdmenu de sensor-
toetsFavorieten.
Raak het favoriete programma dat u
wilt wijzigen aan tot het contextmenu
wordt geopend.
Kies naam wijzigen, wissen of ver-
plaatsen.
Voer een naam in.
Mogelijkheid 2
U kunt een gekozen programma voor
de start als favoriet opslaan.
Raak voor de programmastart de
sensortoets opslaan aan.
Voer een naam in.
Als er al 12 favorieten zijn opgeslagen,
dan wordt de sensortoets aanmaken of
opslaan niet getoond. Verwijder be-
staande favorieten om nieuwe favorieten aan te maken.
45
Droogassistent
OK
Doel
drogen
impregneren/
reactiveren
vochtig was-
goed gladstr.
droog was-
goed gladstr.
11:02
OK
Textiel
Overhemden
Jeans
T-shirts
Blouses
11:02
De droogassistent helpt u bij het drogen
van divers wasgoed. Aan de hand van
de artikelkeuze wordt een droogprogramma samengesteld, dat op uw wasgoed is afgestemd.
Blader naar de tweede pagina van
het hoofdmenu.
Raak de sensortoets droogassistent
aan.
Er wordt een lijst geopend. Het droogdoel is verdeeld over meerdere gedeeltes.
Tip: Via de sensortoets kunt u meer
over het doel te weten komen.
Raak de sensortoets voor het doe-
laan, dat met uw droogwens overeen-
komt.
Het display geeft een lijst met artikelen
aan.
Raak de sensortoets aan van het arti-
kel dat overeenkomt met uw wasgoed.
Het gekozen artikel wordt oranje gemarkeerd. U kunt meerdere artikelen kiezen.
Bij het kiezen van sommige artikelen
ontvangt u handige tips.
Bevestig met de sensortoets OK.
Volg verder de aanwijzingen in het
display.
Ten slotte verschijnt er een overzicht
van de gekozen parameters in het display.
Bevestig met de sensortoets OK of
kies wijzigen, als u de keuze nog wilt
wijzigen.
46
Het programma dat is afgestemd op uw
wasgoed, is startklaar.
Tip: U kunt hierbij nog afzonderlijke
programma-instellingen kiezen, bijv. Extra functies, voordat u het programma
start.
Timer
Met de timer kunt u de tijd tot de start
of het einde van een programma instellen. U kunt de start van een programma
maximaal 24 uur uitstellen.
Timer instellen
Raak de sensortoets timer aan.
Kies de optie einde om of start om.
Stel de uren enminuten in en beves-
tig deze met de sensortoets OK.
Timer wijzigen
De geselecteerde timer kan worden gewijzigd voor de programmastart.
Raak de sensortoets of aan.
Wijzig, indien gewenst, de aangege-
ven tijd en bevestig met de sensortoets OK.
Timer verwijderen
De geselecteerde timer kan worden verwijderd voor de programmastart.
Raak de sensortoets of aan.
Het gekozen starttijdstip staat in het
display.
Timer starten
Tip de sensortoets Start/Stop.
In het display staat de tijd tot de start
van het programma.
Na de programmastart kan het gekozen starttijdstip nog enkel worden gewist of gewijzigd door het programma
te onderbreken.
U kunt het programma altijd direct
starten.
Raak de sensortoets Direct starten
aan.
De trommel bijvullen tijdens een aflopende voorprogrammering
Volg de beschrijving in het hoofdstuk
“Programmaverloop wijzigen”, paragraaf “Trommel bijvullen of wasgoed
eruit halen”.
Als het langer duurt voor de starttijd ingaat, draait de trommel af en toe om
het wasgoed op te schudden. Dit is
geen storing.
Raak de sensortoets wissen aan.
Bevestig met de sensortoets OK.
Het gekozen starttijdstip wordt gewist.
47
Timer
SmartStart
Met de functie SmartStart kunt u een
tijdsspanne definiëren waarbinnen uw
droogkast automatisch wordt gestart.
Het wordt met een signaal gestart,
bijv. van uw energieleverancier, wanneer het stroomtarief zeer laag is.
Deze functie is actief wanneer de instelling SmartGrid is ingeschakeld.
U kunt het tijdvak vastleggen tussen
1minuut en 24 uur. In deze tijdsspanne
wacht de droogkast op het signaal van
de energieleverancier. Als er in deze
tijdsspanne geen signaal wordt verzonden, start de droogkast het droogprogramma.
Tijdsspanne instellen
Als u in de instellingen de functie
SmartGrid hebt geactiveerd, staat er
na het aanraken van de sensortoets
Timer niet meer Start om of Einde om,
maar SmartStart tot of SmartEnd tot
(zie het hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf “SmartGrid”).
U doet hetzelfde als bij het instellen van
de tijd voor het startuitstel.
Voer nu de gewenste tijd in en beves-
tig met de sensortoets OK.
Raak de sensortoets Start/Stop aan
om het wasprogramma met SmartStart te starten.
Het gekozen programma start automatisch, zodra het energiebedrijf het signaal zendt of het uiterste starttijdstip
bereikt is.
U kunt de functie SmartStart op dezelfde manier wijzigen en verwijderen
als bij de voorprogrammering is beschreven.
48
Programmaverloop wijzigen
Lopend programma wijzigen
Een programmawijziging is niet meer
mogelijk (bescherming tegen onbedoelde wijzigingen).
Om een nieuw programma te kiezen,
moet u het lopende programma eerst
afbreken.
Programma stoppen
Raak de sensortoets Start/Stopaan.
In het display verschijnt: Wilt u het pro-
gramma afbreken?
Kies ja.
In het display verschijnt: Programma af-
gebroken.
Open de deur.
Een ander programma kiezen
Sluit de deur.
Kies het gewenste programma.
Tip de sensortoets Start/Stop.
Trommel bijvullen of wasgoed
eruit halen
U bent nog iets vergeten, maar het programma loopt al.
Raak de sensortoetsTrommel bijvullen
aan.
In de display staan: Trommel bijvullen en
Deur kan geopend worden. De sensortoets
Start/Stop knippert.
Open de deur.
Plaats wasgoed in de trommel of haal
er wasgoed uit.
Sluit de deur.
Raak de sensortoetsStart/Stop aan.
Het programma wordt voortgezet.
Uitzonderingen bij trommel bijvullen
In bepaalde gevallen, bijvoorbeeld
tijdens de afkoelfase of het programma Impregneren, kunt u de trommel
niet bijvullen.
In uitzonderlijke gevallen kan de deur
geopend worden terwijl het programma
loopt.
49
Condenswaterreservoir
Condenswaterreservoir leegmaken
Het condenswater dat tijdens het
droogprogramma vrijkomt, wordt in
het condenswaterreservoir opgevangen.
Giet het condenswaterreservoir na het
drogen leeg.
Is de maximale inhoud van het condenswaterreservoir bereikt, dan licht
deze melding in de display op: Maak het
reservoir leeg of controleer de afvoer.
Melding wissen:
Open en doe de deur van de droog-
kast opnieuw dicht wanneer de
droogkast is ingeschakeld.
De deur en de greep kunnen be-
schadigd raken wanneer u het condenswaterreservoir eruit trekt*.
De deur en de greep kunnen worden
beschadigd.
Sluit de deur altijd helemaal.
* Bij de uitvoering met een rechtsscharnierende deur kunt u deze waarschuwing negeren.
Haal het condenswaterreservoir uit
het toestel.
Houd het reservoir horizontaal zodat
er geen water uitloopt. Houd het reservoir vast bij de greep en aan het
uiteinde.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Schuif het reservoir terug in de
droogkast.
Condenswater kan schadelijke gevolgen voor de gezondheid van
mens en dier hebben.
Drink geen condenswater.
U kunt het condenswater voor het programma Finish stoom gebruiken. Hiervoor moet het condenswaterreservoir
zijn gevuld. Zie volgende paragraaf.
50
Condenswaterreservoir voor
het programma Finish stoom
voorbereiden
In het programma Finish stoom
stroomt verzameld condenswater uit
het condenswaterreservoir via een
sproeikop doorheen de trommel. Zorg
er daarom voor dat het condenswaterreservoir minstens tot de –min– met
water is gevuld. Anders treedt een storing op.
De –min– markering vindt u links vooraan.
Condenswaterreservoir
1 Tuit, 2 Rubberen dichting
Giet het water door de ringen van de
afvoertuit 1.
De sproeikop in de vulopening kan
verstopt raken.
Vul enkel met schoon water. Er mogen geen geurstoffen, wasmiddelen
en andere substanties in het water
zitten.
Gebruik het condenswater dat tijdens
het drogen is vrijgekomen.
Vul het lege condenswaterreservoir
U kunt het condenswaterreservoir
vullen met in de handel te verkrijgen
condenswater (om te strijken).
Gebruik alleen in het uiterste geval leidingwater. Gebruikt u dit vaker kan de
sproeikop in de vulopening verkalken.
De rubberen dichting van tijd tot tijd
controleren
Indien er vaker leidingwater wordt bijgevuld, kunnen zich witte kalkvlekken op
de rubberen dichting 2 hebben gevormd.
Veeg kalkresten op de rubberen dich-
ting 2 voorzichtig weg met een vochtige doek.
51
Geurflacon
FragranceDos - 2 aansluitpunten voor de geurflacon
Met de geurflacon (bij te bestellen accessoire) geeft u uw wasgoed een bijzondere geur tijdens het drogen.
Deze droogkast heeft 2 aansluitpunten
voor de geurflacon. Hierdoor heeft u
verschillende gebruiksmogelijkheden.
– Gebruik beide aansluitpunten om tus-
sen twee geuren te kunnen variëren.
De geurflacon die u niet gebruikt,
kunt u afsluiten.
– Gebruik beide aansluitpunten voor
dezelfde geur om de intensiteit ervan
te versterken.
– Gebruik maar één aansluitpunt als u
ook maar één geur wilt gebruiken.
Verkeerd gebruik van de geurfla-
con kan schadelijke gevolgen hebben voor de gezondheid en brandgevaar veroorzaken.
Wanneer weggestroomde geurstof in
contact komt met het lichaam kan dit
schadelijk zijn voor de gezondheid.
Wegstromende geurstof kan een
brand veroorzaken.
Lees eerst het hoofdstuk “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”, paragraaf “Gebruik van de
geurflacon (na te bestellen accessoire)”.
Geurflacon gebruiken
Beschermstrip van de geurflacon
verwijderen
Houd de geurflacon alleen vast zoals
op de afbeelding te zien is. Houd de
flacon niet schuin om te voorkomen
dat er geurstof uit de flacon loopt.
Houd de geurflacon goed vast, zodat
deze niet onbedoeld wordt geopend.
Trek de beschermstrip eraf.
52
Geurflacon plaatsen
Open de deur van de droogkast.
De geurflacon wordt in de bovenste
pluizenfilter geplaatst. De aansluitpunten zitten links en rechts naast de
greep.
Geurflacon
Steek de geurflacon in het aansluit-
punt totdat u weerstand voelt.
Open het schuifje met behulp van het
lipje tot het lipje helemaal boven
staat.
Het schuifje van het aansluitpunt dat
niet wordt gebruikt, moet gesloten
blijven om te voorkomen dat er daar
pluizen achterblijven.
Schuif het lipje op het schuifje helemaal omlaag (pijl) totdat het hoorbaar vastklikt.
De punten en moeten tegenover elkaar liggen.
53
Geurflacon
Draai de buitenste ring iets naar
rechts.
De geurflacon kan eruit vallen.
Draai de buitenste ring zo dat de
punten en tegenover elkaar liggen.
Geurflacon openen
Voor het drogen kan de geurintensiteit
worden ingesteld.
De flacon kan zijn geur alleen verspreiden als het wasgoed vochtig is, de
droogtijd lang genoeg is en er genoeg
warmte wordt opgewekt. Daarnaast kan
de geur ook op de plaats waar de
droogkast staat, worden waargenomen.
Er wordt geen geur verspreid in het programma Koude lucht.
Geurflacon sluiten
De geurflacon moet na het drogen worden afgesloten om te voorkomen dat de
geurstof onnodig ontsnapt.
Draai de buitenste ring naar rechts:
hoe verder de geurflacon wordt geopend, hoe meer de geurintensiteit kan
worden ingesteld.
54
Draai de buitenste ring naar links tot-
dat punt b zich in stand _ bevindt.
Wilt u de geurflacon niet bij ieder
droogprogramma gebruiken, haal deze
dan uit het toestel en berg de flacon in
de originele verpakking op.
Als de geurintensiteit niet meer voldoende is, vervang de geurflacon dan
door een nieuwe.
Geurflacon verwijderen/vervangen
Draai de buitenste ring naar links tot
de punten a en b tegenover elkaar
liggen.
Geurflacon
De geurstof kan eruit lopen.
Leg de geurflacon daarom niet neer.
Vervang de geurflacon.
U kunt de geurflacon in de originele verpakking bewaren.
U kunt de geurflacon bij de Miele-vakhandelaar, bij de Miele Service of via
internet bestellen.
– Leg de originele verpakking met de
daarin bewaarde geurflacon niet
rechtopstaand of ondersteboven
weg. Anders loopt er geurstof uit de
flacon.
– Bewaar de flacon altijd koel en droog
en stel deze niet bloot aan zonlicht.
– Gebruikt u de flacon voor het eerst,
trek de beschermstrip er dan pas kort
voor gebruik af.
55
Reiniging en onderhoud
Pluizenfilters
Deze droogkast beschikt over 2pluizenfilters in het invulvak van de deur:
de bovenste en onderste pluizenfilter
vangen tijdens de droogcyclus pluizen
op.
Reinig het pluizenfilter na elke droogcyclus. Zo vermijdt u dat de duur van
het programma wordt verlengd.
Reinig het pluizenfilter ook wanneer
deze melding in de display brandt:
Pluizen-en sokkelfilter reinigen. Meer informatie vindt u in de gebruiksaanwijzing.
Melding wissen:
Bevestig OK.
Geurflacon verwijderen
Als de pluizenfilters en de sokkelfilter
niet worden gereinigd, dan neemt de
geurintensiteit af.
het zeefvlak van alle pluizenfilters en
de geperforeerde wasgoedbescherming.
Schuif de bovenste pluizenfilter in het
toestel totdat deze duidelijk vastklikt.
Sluit de deur.
Pluizenfilter en luchtgeleidingsgedeelte grondig reinigen
Bij een langere droogtijd of wanneer
de zeefvlakken van de pluizenfilters
zichtbaar verkleefd/verstopt zijn, reinig
deze dan grondig.
Verwijder de geurflacon. Zie het
hoofdstuk “Geurflacon”.
Trek de bovenste pluizenfilter er naar
voren toe uit.
Draai de gele knop op de onderste
pluizenfilter in de richting van de pijl
(totdat u een klik hoort).
Trek de pluizenfilter er naar voren toe
uit (terwijl u deze met de knop vasthoudt).
57
Reiniging en onderhoud
Verwijder zichtbare pluizen met de
stofzuiger uit de openingen van het
luchtgeleidingsgedeelte en gebruik
daarvoor de lange zuigmond.
Reinig de pluizenfilters daarna met
water.
Pluizenfilters met water reinigen
Reinig de gladde kunststof opper-
vlakken van de pluizenfilters met een
vochtige doek.
Spoel de zeefvlakken met stromend
warm water schoon.
Schud het water daarna van de plui-
zenfilters en droog ze voorzichtig af.
Natte pluizenfilters kunnen functiestoringen bij het drogen veroorzaken.
Schuif de onderste pluizenfilter hele-
maal in het toestel en vergrendel de
filter met de gele knop.
Schuif de bovenste pluizenfilter hele-
maal in het toestel.
Sluit de deur.
58
Sokkelfilter reinigen
Reinig het sokkelfilter enkel wanneer
de duur van het programma is verlengd of deze melding in de display
brandt: Pluizen-en sokkelfilter reinigen.
Meer informatie vindt u in de gebruiksaanwijzing.
Melding wissen:
Bevestig OK.
Sokkelfilter verwijderen
Reiniging en onderhoud
Trek de sokkelfilter aan de greep er-
uit.
Bij het uittrekken van de sokkelfilter,
komt de rechter geleidingspen naar boven. De geleidingspen verhindert dat
het klepje zonder de sokkelfilter kan
worden gesloten.
Druk om te openen tegen het ronde,
laag gelegen oppervlak op de klep
voor de warmtewisselaar.
Het klepje springt open.
59
Reiniging en onderhoud
Sokkelfilter reinigen
Trek de greep uit de sokkelfilter.
Spoel de sokkelfilter onder stromend
water grondig uit.
Druk de sokkelfilter tussendoor
steeds voorzichtig uit.
Spoel de sokkelfilter net zo lang tot-
dat er geen verontreinigingen meer
zichtbaar zijn.
Zet de sokkelfilter op de juiste manier
op de greep.
Verwijder met een vochtige doek de
pluizen van de greep.
Schade door een beschadigde
of versleten sokkelfilter.
De warmtewisselaar verstopt als de
sokkelfilter niet in orde is. Er kan een
storing optreden.
Controleer de sokkelfilter volgens
paragraaf “Sokkelfilter vervangen” in
het hoofdstuk “Nuttige tips”. Vervang
de sokkelfilter indien nodig.
60
Schuif de sokkelfilter er helemaal in.
Tegelijkertijd wordt de rechter pen erin
geschoven.
Reiniging en onderhoud
Klep voor de sokkelfilter reinigen
Verwijder met een vochtige doek de
pluizen.
Beschadig daarbij niet het afdichtrubber.
Sluit de klep voor de warmtewisse-
laar.
Risico op schade of niet-effectief
drogen als er zonder sokkelfilter of
met een geopende klep voor de
warmtewisselaar wordt gedroogd.
Overmatige hoeveelheden pluizen
kunnen de droogkast beschadigen.
Een lek systeem zorgt ervoor dat er
niet effectief gedroogd wordt.
Gebruik de droogkast alleen als de
sokkelfilter geplaatst is en de klep
voor de warmtewisselaar gesloten is.
Droogkast reinigen
Haal de spanning van de droogkast.
Schade door het gebruik van on-
geschikte verzorgingsmiddelen.
Deze kunnen namelijk kunststof op-
pervlakken en andere onderdelen beschadigen.
Gebruik geen reinigingsmiddelen die
oplosmiddelen bevatten, schuurmiddelen, glas- of allesreinigers.
Reinig de droogkast en de afdichting
aan de binnenkant van de deur alleen
met een iets vochtige, zachte doek en
een mild reinigingsmiddel of met een
sopje van zeep.
Wrijf alles met een zachte doek
droog.
61
Nuttige tips
De meeste storingen en defecten, die bij het dagelijks gebruik kunnen optreden,
kunt u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten, omdat
u Miele niet hoeft in te schakelen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en te
verhelpen.
In de display staat Aanwijzing of Storing
MeldingOorzaak en oplossing
000 brandt dan nadat
de droogkast is ingeschakeld.
Einde/AfkoelenHet wasgoed wordt kort voor het einde van het pro-
Fout F. Is het pro-
bleem na een herstart niet opgelost,
neem dan contact
op met Miele. gaat
branden nadat
een programma
is afgebroken.
De pincode is geactiveerd.
Geef de pincode in en bevestig deze. Deactiveer
de pincode als de oproep bij de volgende keer inschakelen niet hoeft te verschijnen.
gramma nog afgekoeld.
U kunt het wasgoed uit het toestel halen en uitvou-
wen of in het toestel verder laten afkoelen.
De oorzaak is niet direct vast te stellen.
Schakel de droogkast uit en weer in.
Start een programma.
Wordt het programma met dezelfde foutmelding weer
afgebroken, dan is er sprake van een technische storing. Schakel de Miele-technici in.
Condensreservoir
met water vullen
Open en sluit de
deur
62
Deze melding herinnert u eraan dat indien u het programma Stomen gebruikt, water uit het condenswaterreservoir wordt verwijderd. Zorg ervoor dat het
condenswaterreservoirminstens tot de –min– markering met water is gevuld.
Vul het condenswaterreservoir overeenkomstig het
hoofdstuk “Condenswaterreservoir”.
Aanwijzing uitschakelen:
Bevestig OK.
Nadat u het programma Stomen hebt gekozen, wordt
u erop attent gemaakt dat u de trommel dient te vullen.
Leg het wasgoed in de trommel.
MeldingOorzaak en oplossing
Pluizen- en sokkelfil-
ter reinigen. Meer informatie vindt u in de
gebruiksaanwijzing.
brandt na afloop
van het programma.
De droogkast werkt niet optimaal of is niet zuinig.
Mogelijke oorzaken: verstoppingen door pluisjes of
resten wasmiddel.
Lees de reinigingsaanwijzingen in het hoofdstuk
“Reiniging en onderhoud”.
Reinig de pluizenfilters.
Controleer ook de sokkelfilter en reinig deze indien
nodig.
Aanwijzing uitschakelen: bevestig met OK.
Het oplichten van de melding Pluizen- en sokkelfilter rei-
nigen. Meer informatie vindt u in de gebruiksaanwijzing.
kunt u zelf beïnvloeden.
Volg de beschrijving in het hoofdstuk “Instel-
lingen”, paragraaf “Weergave pluizen”.
Reinig het pluizenfil-
ter. Controleer de
luchtgeleiding. gaat
branden nadat
een programma
is afgebroken.
Er is sprake van verstopping door pluisjes en resten
wasmiddel.
Aanwijzing uitschakelen: bevestig met OK.
Reinig alle pluizenfilters en de sokkelfilter.
Lees de reinigingsaanwijzingen in het hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”.
Controleer of de pluizenfilters en de sokkelfilter on-
beschadigd en nog in orde zijn.
Indien de pluizenfilters beschadigd of vervormd zijn
of niet meer gereinigd kunnen worden, moet u ze vervangen. Op welk moment een sokkelfilter die niet
correct werkt, vervangen moet worden, staat beschreven in het hoofdstuk “Nuttige tips”, paragraaf
“Sokkelfilter vervangen”.
Nuttige tips
63
Nuttige tips
MeldingOorzaak en oplossing
Reinig het pluizenfil-
ter. Controleer de
luchtgeleiding. licht
nog steeds op
nadat een programma is afgebroken ondanks
grondige reiniging.
Maak het reservoir
leeg of controleer de
afvoer. gaat bran-
den nadat een
programma is afgebroken.
Blokkering vastge-
steld. Haal het wasgoed los en start opnieuw. gaat bran-
den nadat een
programma is afgebroken.
Na grondige reiniging ziet de sokkelfilter er schoon
uit. Desondanks wordt het programma weer afgebroken en wordt de foutmelding weergegeven. Waarschijnlijk zijn nog dieper liggende resten aanwezig die
niet verwijderd konden worden.
Aanwijzing uitschakelen: bevestig met OK.
Controleer alle hierna beschreven mogelijke oorza-
ken.
De warmtewisselaar is verstopt.
Controleer de warmtewisselaar. Volg de paragraaf
“Warmtewisselaar controleren” in het hoofdstuk
“Nuttige tips”.
De sokkelfilter is dieper liggend verstopt.
Controleer de sokkelfilter. Volg de paragraaf “Sok-
kelfilter vervangen” in het hoofdstuk “Nuttige tips”.
Indien de sokkelfilter niet vervormd of defect is,
kunt u hem in de wasmachine regenereren. Volg
de paragraaf “Sokkelfilter regenereren” in het
hoofdstuk “Nuttige tips”.
Het condenswaterreservoir is vol of er zitten knikken
in de afvoerslang.
Giet het condenswaterreservoir leeg.
Controleer de afvoerslang.
Storing uitschakelen:
Doe de deur open en weer dicht wanneer de
droogkast is ingeschakeld of schakel de droogkast
uit en in.
Het wasgoed is ongelijk verdeeld of opgerold.
Open de deur en schud het wasgoed los. Neem
eventueel een deel van het wasgoed uit de trommel.
Schakel de droogkast uit en weer in.
Start een programma.
64
Een niet-bevredigend droogresultaat
ProbleemOorzaak en oplossing
Het wasgoed is niet voldoende gedroogd.
Wasgoed of met veer
gevulde hoofdkussens
krijgen door het drogen
een onaangename geur
Wasgoed van synthetische vezels is na het
drogen statisch geladen
Er hebben zich pluizen
gevormd
De belading bestond uit verschillende soorten textiel.
Droog het wasgoed na met Warme lucht .
Kies de volgende keer een programma dat beter
geschikt is.
Tip: u kunt het resterende vocht van een aantal programma's individueel aanpassen. Zie hoofdstuk “Instellingen”.
Wasgoed is met te weinig wasmiddel gewassen.
Veren hebben de eigenschap bij warmte geur te vormen.
Wasgoed: gebruik voldoende wasmiddel bij het
wassen.
Hoofdkussens: buiten de droogkast laten luchten
Gebruik bij het drogen de geurflacon (mits toeslag
verkrijgbaar) als u een bijzondere geur wenst.
Synthetisch wasgoed vertoont de neiging tot statische ladingen.
Als u wasverzachter gebruikt bij het wassen, kan
de statische lading bij het drogen afnemen.
Er komen pluizen vrij, die zich vooral door slijtage bij
het dragen of gedeeltelijk bij het wassen op het textiel hebben gevormd. De belasting in de droogkast is
gering.
Pluizen worden door de pluizenfilters en de filter in de
sokkel opgevangen en kunnen eenvoudig worden
verwijderd.
Zie rubriek “Reiniging en onderhoud”.
Nuttige tips
65
Nuttige tips
Het droogprogramma duurt erg lang
ProbleemOorzaak en oplossing
De droogcyclus duurt
erg lang of wordt zelfs
afgebroken.*
Het is te warm in de ruimte waar de droogkast staat.
Zorg voor voldoende ventilatie.
Resten wasmiddel, haren en kleine pluisjes kunnen
verstoppingen veroorzaken.
Reinig de pluizenfilters en de sokkelfilter.
Verwijder zichtbare pluizen van de warmtewisse-
laar.
Het wasgoed is ongelijk verdeeld of opgerold.
De trommel is te vol.
Schud het wasgoed los en haal een deel van het
wasgoed uit de trommel.
Start een programma.
De luchttoevoer via de rooster rechtsonder is geblokkeerd.
Verwijder de wasmand of andere voorwerpen die
de luchttoevoer blokkeren.
Het wasgoed is te nat.
Centrifugeer het wasgoed in de wasmachine met
een hoger centrifugetoerental.
Het wasgoed heeft metalen ritssluitingen, waardoor
de vochtigheidsgraad van het wasgoed niet exact
kon worden berekend.
Doe de ritssluitingen de volgende keer open.
Doet het probleem zich opnieuw voor, droog dit
wasgoed dan met het programma Warme lucht.
* Schakel de droogkast uit en weer in voordat u een nieuw programma start.
66
Algemene problemen met de droogkast
ProbleemOorzaak en oplossing
Er zijn geluiden (zoemende of brommende)
te horen.
Er kan geen programma
gestart worden
Het display is donker en
de sensortoets Start/Stop begint langzaam te
knipperen.
De droogkast is na afloop van een programma uitgeschakeld.
In de display staat een
vreemde taal.
De trommelverlichting
brandt niet.
Dit is geen storing.
De compressor (warmtepomp) is in gebruik of u hebt
het programma Finish stoom gekozen.
U hoeft niets te doen. Dit zijn normale geluiden die
ontstaan door de werking van de compressor of
van de condenswaterpomp.
De oorzaak is niet meteen te constateren.
Steek de stekker in het stopcontact
Schakel de droogkast in
Sluit de deur van de droogkast
Controleer de zekering van uw elektrische instal-
latie
Stroomonderbreking? Na een stroomonderbreking
start het eerder uitgevoerde programma automatisch.
Het display schakelt automatisch uit om energie te
sparen (standby).
In de kreukbeveiligingsfase draait de trommel van tijd
tot tijd.
Druk op een toets. De standby wordt beëindigd.
Deze droogkast wordt automatisch uitgeschakeld.
Dit is geen storing, maar een normale functie.
Onder “Instellingen, Taal ” werd een andere taal ingesteld.
Stel de taal in die u gewend bent. Het vlaggetje
dient daarbij als richtlijn.
Geen storing. De verlichting in de trommel wordt in
volgende gevallen automatisch uitgeschakeld:
Wanneer de deur gesloten is.
Wanneer de deur langer geopend blijft.
Nuttige tips
67
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
De sproeistraal voor het
programma Finish
stoom is niet sterk genoeg.
De pluizenzeef van het condenswaterreservoir is verstopt.
Reinig de pluizenzeef in het condenswaterreser-
voir. Zie paragraaf “Pluizenzeef in het condenswaterreservoir” in dit hoofdstuk.
De sproeikop in de vulopening is sterk verkalkt.
Vervang de sproeikop. Zie paragraaf “Sproeikop
voor het programma Finish stoom” in dit hoofdstuk.
Gebruik alleen condenswater en geen leidingwa-
ter.
Leidingwater zorgt er op termijn voor dat de sproeikop verkalkt.
68
Nuttige tips
Sokkelfilter vervangen
De warmtewisselaar kan verstopt geraken.
Vervang de sokkelfilter (na te bestellen accessoire) onmiddellijk als u de
hierna beschreven slijtagesporen
voor of na de reiniging herkent.
De filter past niet goed
De randen van de sokkelfilter passen
niet goed en de sokkelfilter is vervormd.
Er worden pluizen ongefilterd in de
warmtewisselaar gezogen aan de niet
goed passende randen. Hierdoor geraakt de warmtewisselaar na verloop
van tijd verstopt.
Vervorming
De vervormingen tonen aan dat de sokkelfilter versleten is.
69
Nuttige tips
Spleten, scheuren en afdrukken
Door scheuren en spleten worden pluizen in de warmtewisselaar gezogen.
Hierdoor geraakt de warmtewisselaar
na verloop van tijd verstopt.
Witte of anderskleurige verontreinigingen
De verontreinigingen worden veroorzaakt door vezelresten van het wasgoed
en achtergebleven wasmiddelbestanddelen. De verontreinigingen bevinden
zich aan de voorzijde en de zijkant van
de sokkelfilter. In extreme gevallen zorgen deze verontreinigingen voor hardnekkige afzettingen.
De verontreinigingen zijn een aanwijzing
dat de sokkelfilter niet meer goed op de
zijkanten aansluit, ook als het lijkt dat hij
in perfecte staat is.
Er worden ongefilterde pluisjes doorgelaten aan de randen.
70
Regenereer de sokkelfilter. Als er opnieuw verontreinigingen zichtbaar zijn
ondanks dat de sokkelfilter gereinigd is,
dan moet hij vervangen worden.
Nuttige tips
Sokkelfilter regenereren
U kunt een of meerdere vuile sokkelfilters in de wasmachine regenereren. Zo
wordt een sokkelfilter weer bruikbaar.
Controleer voor het regenereren, of de
sokkelfilter in orde is. Controleer de
sokkelfilter volgens paragraaf “Sokkelfilter vervangen” in het hoofdstuk
“Nuttige tips”. Vervang de sokkelfilter
indien hij versleten is.
Was een of meerdere sokkelfilters af-
zonderlijk zonder wasgoed. Voeg
geen wasmiddel toe.
Selecteer een kort wasprogramma
met een temperatuur van maximaal
40°C en een centrifugetoerental van
maximaal 600omw./min.
Na het wassen en centrifugeren kunt u
de sokkelfilters weer plaatsen.
Warmtewisselaar controleren
Gevaar voor verwonding door
scherpe koelribben.
U kunt zich snijden.
Raak de koelribben niet met de han-
den aan.
Controleer of er pluizen op de koelrib-
ben zitten.
Deze moeten worden verwijderd.
Is er schade mogelijk door een
verkeerde reiniging van de warmtewisselaar.
Als de koelribben beschadigd of verbogen zijn, droogt de droogkast niet
voldoende.
Reinig deze met een stofzuiger en reliëfborstel. Beweeg de reliëfborstel
lichtjes en zonder druk uit te oefenen
over de koelribben van de warmtewisselaar.
Verwijder pluizen en verontreinigingen
met de stofzuiger.
71
Nuttige tips
Reinig de verstopte pluizenzeef
in het condenswaterreservoir
Er kunnen wel eens problemen ontstaan bij het programma Finish stoom.
Het kan zijn dat de pluizenzeef die via
een slang met de rubberen dichting
van het condenswaterreservoir is verbonden, verstopt is.
Trek niet hard aan de slang. Anders
komt ze los.
Trek het uiteinde van de slang door
de opening.
Houd het uiteinde van de slang vast.
Trek met de andere hand de pluizen-
zeef van het slanguiteinde af.
Haal het condenswaterreservoir uit
het toestel.
Plaats daarvoor uw vinger onder de
zijdelingse naad van de afvoertuit.
Trek de afvoertuit uit het reservoir.
72
Spoel de pluizenzeef met een water-
straal schoon tot de pluizen zijn verdwenen.
Plaats de schoongemaakte pluizen-
zeef terug op het uiteinde van de
slang.
Laat de slang met de zeef losjes in
het condenswaterreservoir terugglijden.
Steek de afvoertuit correct rond de
opening van het condenswaterreservoir. Let hierbij op de afbeelding.
Nuttige tips
Vervang de verstopte sproeikop voor het programma Finish
stoom
Indien de sproeikop is verkalkt, dan is
de sproeistraal niet sterk genoeg om
het wasgoed te bevochtigen.
In dit geval moet de sproeikop er worden afgehaald en door een nieuwe
worden vervangen (na te bestellen accessoire).
U kunt de sproeikop alleen met speciaal gereedschap vervangen. Dat gereedschap wordt met de nieuwe
sproeikop meegeleverd.
Schade door het niet correct ge-
bruiken van het gereedschap.
De sproeikop en de droogkast kun-
nen worden beschadigd.
Gebruik alleen het bijgeleverde ge-
reedschap en geen andere werktuigen.
Het programma Finish stoom mag
nooit zonder, maar alleen met een ingeschroefde sproeikop worden gebruikt.
Open de deur van de droogkast.
U ziet de sproeikop links boven in de
vulopening.
Plaats het gereedschap op de sproei-
kop.
Draai de sproeikop eruit door het ge-
reedschap naar links te draaien.
Plaats de nieuwe sproeikop op het
gereedschap.
Draai de nieuwe sproeikop erin door
het gereedschap naar rechts te draaien.
73
Klantendienst
Contact bij storingen
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele vakhandelaar of de Miele klantendienst.
De Miele klantendienst kunt u online
op www.miele.com/service boeken.
Het telefoonnummer van de Miele
klantendienst vindt u achteraan in dit
document.
De Miele klantendienst heeft het type
toestel en het fabricagenummer nodig
(Fabr./SN/Nr.). Beide gegevens vindt u
op het typeplaatje.
Het typeplaatje is zichtbaar wanneer u
de deur van de droogkast geopend
hebt:
Bij te bestellen accessoires
Onderdelen voor deze droogkast kunt u
bijbestellen bij de Miele-vakhandel of bij
de Miele Service.
U kunt deze en vele andere interessante
producten ook via de Miele-webshop
bestellen.
Droogrek
Met het droogrek kunt u producten drogen en luchten die alleen zeer behoedzaam mogen worden behandeld.
Geurflacon
Met een geurflacon kunt u ervoor zorgen dat uw wasgoed lekker gaat ruiken.
Garantie
De garantietermijn voor dit toestel bedraagt 2 jaar.
Voor meer informatie, zie de bijgevoegde garantievoorwaarden.
74
*INSTALLATION*
Vooraanzicht
Installatie
a
Aansluitsnoer
b
Bedieningspaneel
c
Condenswaterreservoir
– na het drogen leegmaken
d
Deur
– niet openen tijdens het drogen
e
Klep voor de warmtewisselaar
– niet openen tijdens het drogen
f
Vier in de hoogte verstelbare voetjes
g
Opening voor koellucht
– niet met een wasmand of voor-
werpen blokkeren
h
Afvoerslang voor condenswater
75
*INSTALLATION*
Installatie
Achterkant
a
b
c
d
Draagpunten onder de dekselrand
voor transportdoeleinden (zie pijlen)
Afvoerslang voor condenswater
Haken voor het opwikkelen van het
aansluitsnoer bij het transport
Aansluitsnoer
Bij liggend transport: leg de droog-
kast alleen op de linker of rechter zijkant.
Bij staand transport: vervoer de
droogkast eveneens alleen op de linker of rechter zijkant als u een steekwagentje gebruikt.
Droogkast naar de plaats van opstelling dragen
Droogkast transporteren
Persoonlijk letsel en materiële
schade door verkeerd transport.
Als de droogkast kantelt, kan dit lei-
den tot verwondingen en beschadigingen.
Zorg ervoor dat de droogkast tijdens
het transport stevig staat.
76
De achterste bevestiging van het
deksel kan door omstandigheden
breekbaar worden.
Het deksel kan afbreken tijdens het
dragen.
Controleer voor het dragen of de
rand van het bovenblad goed vastzit.
Draag de droogkast aan de voorste
stelvoetjes en de achterste rand van
het bovenblad.
*INSTALLATION*
Installatie
Plaatsen
Droogkast stellen
De deur van de droogkast moet vrij
kunnen bewegen en er mag daarom
vlak voor de droogkast geen andere
deur worden geplaatst.
Deze droogkast kan alleen optimaal
functioneren als deze waterpas staat.
Stilstandtijd na het plaatsen
Beschadiging van de droogkast
door te snelle ingebruikname.
De warmtepomp kan daarbij bescha-
digd raken.
Wacht na het plaatsen een uur voor-
dat u de droogkast gaat gebruiken.
Ventilatie
Dek de opening voor toevoer van
koude lucht aan de voorkant niet af.
Anders is niet gewaarborgd dat de
warmtewisselaar voldoende wordt
gekoeld.
De gleuf tussen de onderkant van de
droogkast en de vloer mag niet met
sokkellijsten, hoogpolig tapijt etc.
worden verkleind. Anders is er geen
toereikende luchttoevoer gewaarborgd.
De lucht die is gebruikt voor het koelen
van de warmtewisselaar wordt uitgeblazen en deze warme lucht verwarmt de
ruimte. Zorg daarom voor voldoende
ventilatie in de ruimte, zet bijvoorbeeld
het raam open. De droogtijd wordt anders langer (hoger energieverbruik).
Door aan de stelvoeten te draaien, kunt
u de oneffenheden in de vloer compenseren.
Voordat u het toestel transporteert
Een kleine hoeveelheid resterend condenswater bij de pomp kan na het drogen uitlopen wanneer de droogkast
wordt gekanteld. Aanbeveling: voor het
transport gedurende ca. 1minuut het
programma Warme lucht starten. Resterend condenswater wordt dan in het
condenswaterreservoir of via de afvoerslang afgevoerd.
77
*INSTALLATION*
Installatie
Aanvullende opstellingsvoorwaarden
Onderschuifbaar
Deze droogkast mag onder een werkblad worden geplaatst.
Storing aan het toestel door warmte.
Zorg ervoor dat de vrijkomende war-
me lucht van de droogkast kan worden afgevoerd.
– Het is niet mogelijk om het boven-
blad van het toestel te demonteren.
– De elektrische aansluiting moet in de
buurt van de droogkast zijn geïnstalleerd en gemakkelijk toegankelijk zijn.
– Het is mogelijk dat de droogprogram-
ma's iets langer duren.
Mits toeslag verkrijgbare toebehoren
– Was-droogverbindingsset
U kunt deze droogkast met een Miele
wasmachine tot een was- en droogzuil
combineren. Hiervoor mag alleen de
Miele Was-droogverbindingsset worden
gebruikt.
– Sokkel
Voor deze droogkast is een sokkel
(wasmachineverhoger) met lade verkrijgbaar.
78
*INSTALLATION*
Installatie
Condenswater wegleiden
Opmerking
Het condenswater dat bij het drogen
vrijkomt, wordt via de waterafvoerslang aan de achterkant van de droogkast naar het condenswaterreservoir
gepompt.
U kunt het condenswater via de afvoerslang aan de achterzijde van de droogkast afvoeren. U hoeft het reservoir dan
niet meer leeg te maken.
Lengte van slang: 1,49m
Max. opvoerhoogte 1,00m
Max. afpomplengte: 4,00m
Accessoires voor de afvoerpomp
Speciale aansluitingen, waarbij een
terugslagklep nodig is
Materiële schade door terugstro-
mend condenswater.
Water kan terugstromen in de droog-
kast of worden aangezogen. Het water kan schade veroorzaken aan de
droogkast en het vertrek waar de
droogkast staat opgesteld.
Gebruik de terugslagklep als het uiteinde van de slang in water wordt
gedompeld, of aan diverse watergeleidende aansluitingen wordt gemonteerd.
Max. opvoerhoogte met terugslagklep:
1,00m
Speciale aansluitingen waarbij een terugslagklep noodzakelijk is, zijn:
– afvoer in een wastafel of in de vloer,
waarbij het uiteinde van de slang zich
in het water bevindt.
– aansluiting op een sifon van een was-
tafel.
– meegeleverd: adapter (b), slangklem
(c), slanghouder (e);
– verkrijgbaar bij Miele: set “terugslag-
klep” voor een externe wateraansluiting. terugslagklep (d), verlenging
slang (a) en slangklemmen (c) zijn
meegeleverd.
– Diverse aansluitmogelijkheden, waar-
aan ook bijv. een wasmachine of
vaatwasser zijn aangesloten.
Als de terugslagklep niet correct is
gemonteerd kan niet worden afgepompt.
De terugslagklep moet zo worden
gemonteerd, dat de pijl op de terugslagklep in de stroomrichting wijst.
79
*INSTALLATION*
Installatie
Afvoerslang aanleggen
Beschadiging van de afvoerslang
door ondeskundig gebruik.
Door beschadiging van de afvoer-
slang kan hier water uitstromen.
De afvoerslang niet scheuren, oprek-
ken en knikken.
In de afvoerslang bevindt zich een geringe hoeveelheid restwater. Zet daarom
een opvangbak klaar.
Voorbeelden
Afvoer via een wastafel of een vloerafvoer
Gebruik de slanghouder, om de afvoerslang op te hangen.
Schade door uitstromend water.
Als het uiteinde van de slang loslaat,
kan uitstromend water schade veroorzaken.
Zorg ervoor dat de afvoerslang niet
weg kan glijden (bijv. vastmaken).
Trek de afvoerslang van het aansluit-
stuk af (lichte pijl).
Trek de slang uit de klemmen (don-
kere pijl) en wikkel hem af.
Vang het aanwezige restwater op in
een opvangbak.
80
Plaats de terugslagklep in het uiteinde
van de slang.
*INSTALLATION*
Installatie
Directe aansluiting op de sifon van een
wastafel
Gebruik de slanghouder, de adapter,
de slangklemmen en de terugslagklep
(bij te bestellen accessoires).
1. Aanpasstuk
2. Wartelmoer voor de wasbak
3. Slangklem
Installeer het aanpasstuk 1 met de
dopmoer van de wasbak 2 aan de sifon van de wasbak.
Normaal gesproken beschikt de dopmoer van de wasbak over een schijf
die u moet verwijderen.
Steek het uiteinde van de slang 4 op
het aanpasstuk 1.
Gebruik de slanghouder.
Draai de slangklem 3 vlak achter de
dopmoer van de wasbak met een
schroevendraaier vast.
Steek de terugslagklep 5 in de af-
voerslang 6 van de droogkast.
De terugslagklep 5 moet worden geinstalleerd met de pijl in de stromingsrichting (in de richting van de
wasbak).
Bevestig de terugslagklep met de
slangklem.
4. Slangeinde (aan slanghouder bevestigd)
5. Terugslagklep
6. Afvoerslang van de droogkast
81
*INSTALLATION*
Installatie
Het veranderen van de draairichting van de deur
Bij deze droger kunt u de draairichting
van de deur zelf veranderen.
Uit veiligheidsoverwegingen is het
noodzakelijk de droogkast los te
koppelen van het lichtnet.
Hiervoor hebt u het volgende nodig:
– een torx-schroevendraaier T20 en
T30
– een platte schroevendraaier of een
punttang
– het meegeleverde kapje “sluitblok”
– het meegeleverde kapje “deurschar-
nier”
– een zachte ondergrond (deken)
Scharnieren verwisselen
1. Deur van droogkast verwijderen
Open de deur.
Houd de deur vast en trek deze naar
voren: de voet van het deurscharnieren met de 2 tapjes uit de openingen in de droogkast worden getrokken.
Leg de deur met de buitenkant op
een zachte ondergrond (deken) om
krassen te voorkomen.
2. Deurslot op de droogkast verwisselen
Draai de beide schroeven aan het
deurslot met de torx-schroevendraaier T30 eruit.
Draai de beide schroeven aan de voet
van het deurscharnier met de torxschroevendraaier T30 eruit.
De deur kan niet omlaag vallen.
82
Duw het deurslot met de schroeven-
draaier omhoog.
Het deurslot springt uit positie en kan
worden verwijderd.
*INSTALLATION*
Installatie
Draai het deurslot 180°.
Duw het deurslot aan de tegenover-
liggende kant van de deuropening in
de openingen .
Schuif het deurslot zodanig in positie
dat de schroefgaten met de gaten in
de voorwand overeenkomen.
Schroef de beiden torx-schroeven er-
in om het deurslot te bevestigen.
3. Sluitblok van de deur verwijderen
Trek eerst het dichtingrubber van de
deur en leg dit terzijde.
Draai de schroef op het sluitblok
met de torx-schroevendraaier T20 eruit.
Schuif het sluitblok er met het “kapje
sluitblok” af.
83
*INSTALLATION*
Installatie
Trek het sluitblok eraf.
Dit “kapje sluitblok” hebt u vanaf nu niet
meer nodig.
4. Deurscharnier van de deur verwijderen
Het “kapje deurscharnier” moet via het
vergrendelpunt worden ontgrendeld
en afgenomen.
Duw met een schroevendraaier het
vergrendelpunt op het “kapje deurscharnier” lichtjes naar binnen.
Steek het sluitblok nu op het nieuwe
kapje dat bij de droogkast is geleverd.
Leg het “kapje sluitblok” terzijde.
84
Trek het “kapje deurscharnier” met
een beetje kracht eruit.
Dit “kapje deurscharnier” hebt u vanaf
nu niet meer nodig.
*INSTALLATION*
Installatie
5. Scharnier van de deur vervangen
Het deurscharnier is met 2 hoekassen
op de deur bevestigd. Deze hoekassen moeten er met behulp van een
schroevendraaier of een punttang
worden uitgetrokken.
Plaats de punt van de schroeven-
draaier onder de beide hoekassen
en draai deze zo rechtop.
Tip: Het kan zijn dat de hoekassen stevig vast zitten. U kunt ze met uw gereedschap een stukje optillen en tegelijkertijd trekken. Daardoor gaan ze iets
gemakkelijker los.
Neem het deurscharnier eraf en draai
het 180°.
Plaats het deurscharnier op de tegen-
overliggende kant van de deur.
Maak het deurscharnier met de beide
hoekassen vast.
Draai de hoekassen een voor een
met de schroevendraaier of een punttang zo ver naar het midden, totdat
ze er elk helemaal uitgetrokken kunnen worden.
Plaats de punt van de schroeven-
draaier onder de hoekassen en schuif
deze zo in de ruststand .
85
*INSTALLATION*
Installatie
U hebt nu de nieuwe, bij de droogkast
geleverde afdekking voor het deurscharnier nodig.
Plaats de nieuwe afdekking voor het
deurscharnier” en let erop dat deze vastklikt.
6. Sluitblok op de deur verwisselen
U hebt nu het nieuwe, bij de droogkast
geleverde “kapje sluitblok” nodig waar
u het sluitblok al op hebt geplaatst.
Schuif het “kapje sluitblok” met
het sluitblok erop.
Draai de schroef vast.
86
*INSTALLATION*
Installatie
Monteren
7. Deur monteren
Druk het dichtingrubber weer in de
groef in de deur.
Houd de deur voor de droogkast.
Steek de voet van het deurscharnier
met zijn 2 tapjes in de openingen in
de droogkast.
De voet van de deurscharnier moet gelijk met de voorwand van de droogkast
zijn: zo kan de deur niet omlaag vallen.
Aangezien u de draairichting van
de deur hebt veranderd, wordt de
deur vanaf nu aan de tegenoverliggende kant geopend.
Schuif de oranjegekleurde markering
naar de tegenoverliggende kant, zodat u ziet aan welke kant de deur
wordt geopend.
Tip
Bewaar de beide kapjes die u
niet meer nodig hebt (“kapje sluitblok” en “kapje deurscharnier”). U
hebt deze kapjes weer nodig als u de
draairichting van de deur weer wilt
veranderen, bijvoorbeeld na een verhuizing.
Schroef de deur aan de voet van de
deurscharnier op de droogkast
vast.
87
*INSTALLATION*
Installatie
Elektrische aansluiting
De droogkast is standaard voorzien van
een aansluitkabel met stekker voor aansluiting op een stopcontact met aarding.
Plaats de droogkast zodanig dat het
stopcontact goed bereikbaar is. Indien
het stopcontact niet vrij toegankelijk is,
zorgt u ervoor dat er voor elke pool een
werkschakelaar aanwezig is.
Brandgevaar door oververhitting.
Het gebruik van de droogkast via
verdeelstekkers en verlengsnoeren
kan tot overbelasting van de kabels
leiden.
Gebruik om veiligheidsredenen geen
verdeelstekkers en verlengsnoeren.
De elektrische installatie moet conform
VDE0100 zijn uitgevoerd.
Een beschadigde aansluitkabel mag alleen door een speciale aansluitkabel
van hetzelfde type worden vervangen
(verkrijgbaar bij Miele). Om veiligheidsredenen mag de kabel alleen door een
gekwalificeerde vakman of door Mieletechnici worden vervangen.
De droogkast mag niet op wisselrichters worden aangesloten die bij autonome stroomvoorzieningen worden toegepast, zoals bij zonne-energie. Als de
droogkast wordt ingeschakeld, kan hij
door spanningspieken voor de veiligheid opnieuw uitgeschakeld worden. De
elektronica kan beschadigd raken.
Op het typeplaatje staat informatie over
de nominale aansluitwaarde en de bijbehorende zekering. Vergelijk de specificaties op het typeplaatje met de gegevens van het elektriciteitsnet.
Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
88
Technische gegevens
Hoogte850mm
Breedte596mm
Diepte643mm
Diepte bij geopende deur1.077mm
onderschuifbaarja
kan in een zuil worden geplaatstja
Gewicht62kg
Trommelinhoud120l
Hoeveelheid1,0-9,0 kg (gewicht van droog was-
goed)
Capaciteit condenswaterreservoir4,8l
Slanglengte1,49m
Maximale opvoerhoogte1,00m
Maximale afvoerlengte4,00m
Snoerlengte2,00m
Aansluitspanningzie typeplaatje
Aansluitwaardezie typeplaatje
Zekeringzie typeplaatje
Keurmerkzie typeplaatje
Energieverbruikzie rubriek “Verbruiksgegevens”
Lichtgevende dioden (led's))Klasse 1
Frequentieband2,4000GHz–2,4835GHz
Maximaal zendvermogen<100mW
89
Technische gegevens
Verklaring van overeenstemming
Hierbij verklaart Miele dat deze warmtepompdroger voldoet aan de Richtlijn
2014/53/EU.
De volledige tekst van de EU-verklaring van overeenstemming is te vinden op een
van de volgende internetadressen:
– Producten, download, op www.miele.be/nl
– Service, informatie aanvragen, gebruiksaanwijzingen, op www.miele.be/nl/c/in-
formatie-aanvragen-385.htm door de productnaam of het fabricagenummer in te
geven
90
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke droogtrommels
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 392/2012
MIELE
Identificatie van het modelTWV680WP
Nominale capaciteit
Type huishoudelijke trommel (Luchtafvoer / condensatie)- / ●
Energie-efficiëntieklasse
A+++ (meest efficiënt) tot D (minst efficiënt)A+++
Gewogen energieverbruik in sluimerstand (Pl)0,20 W
Duur van de sluimerstand (Tl)
Standaardprogramma waarop de informatie op het etiket en de productkaart
betrekking heeft
Programmaduur van het standaard katoenprogramma
Gewogen programmaduur169 min
Programmaduur bij volledige lading220 min
Programmaduur bij gedeeltelijke lading131 min
Condensatie-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gewogen condensatie-efficiëntie van het “standaard katoenprogramma bij
volledige en gedeeltelijke lading”
Gemiddelde condensatie-efficiëntie van het “standaard katoenprogramma
bij volledige lading”
Gemiddelde condensatie-efficiëntie van het “standaard katoenprogramma
bij gedeeltelijke lading”
Geluidsvermogensniveau (LWA)
Inbouwapparaat-
1
2
3
4
5
6
9,0 kg
174 kWh/jaar
15 min
Katoen met pijl
94 %
94 %
94 %
62 dB(A) re 1 pW
● Ja, aanwezig
1
In kg katoenen wasgoed voor het standaard katoenprogramma bij volledige lading
2
Gebaseerd op 160 droogcycli met het standaard katoenprogramma bij volledige en gedeeltelijke lading, en het verbruik in de energiebesparende standen. Het werkelijke verbruik hangt af van de wijze
waarop het apparaat wordt gebruikt.
91
Technische gegevens
3
Wanneer de huishoudelijke droogtrommel uitgerust is met een systeem voor stroomverbruikregeling
4
Dit programma is geschikt voor het drogen van normaal vochtig katoenen wasgoed en is voor katoen
het efficiëntste programma in termen van energieverbruik.
5
Wanneer de huishoudelijke droogtrommel een condensdroogtrommel is
6
Voor het “standaard katoenprogramma”, gebruikt bij volledige lading
92
Verbruiksgegevens
1
Belading
kgU/min%kWhmin
Katoen
Katoen kastdroog9,0
Katoen Kastdroog
incl. Extra zacht
Katoen Strijkvochtig9,0
Kreukherstellend Kastdroog4,01.200400,5065
Kreukherstellend Kastdroog
incl. Extra zacht
Fijne was Kastdroog2,5800500,5570
Finish Wol2,01.000500,025
Overhemden Kastdroog2,0600600,4560
Express Kastdroog4,01.000600,8080
Jeans Kastdroog3,0900601,00125
Impregneren Kastdroog2,5800501,00100
1
Gewicht van het droge wasgoed
2
Testprogramma in overeenstemming met de verordening 392/2012/EU voor het energielabel ge-
meten volgens EN61121.
Alle niet-gemarkeerd waarden zijn in overeenstemming met de norm EN61121.
Instructie voor vergelijkende tests:
Voor testen conform EN 61121 moet voor aanvang van de te analyseren testen 3kg katoenen wasgoed
worden gedroogd conform de genoemde norm en wel met het programma Katoen kastdroog met 70%
restvocht aan het begin en zonder extra functie.
Wanneer u het programma Katoen instelt, voer het condenswater dan via de afvoerslang extern af.
De verbruiksgegevens kunnen afwijken van de aangegeven waarden, afhankelijk van het soort
textiel, de hoeveelheid wasgoed, de hoeveelheid restvocht na het centrifugeren, de schommelingen in de elektriciteit en de waterhardheid.
De verbruiksgegevens die in EcoFeedback worden aangegeven, kunnen afwijken van de hierboven
aangegeven verbruiksgegevens. Dit komt door de manier waarop verbruiksgegevens in de droger worden berekend. Zo hebben het restvocht en de samenstelling van het wasgoed invloed op de programmaduur en dit heeft weer invloed op het energieverbruik.
2
9,0
4,5
9,0
9,0
9,01.000601,75195
9,0
9,0
9,0
4,01.200400,5065
Centrifugeerstand
Wasmachine
1.000
1.000
1.200
1.400
1.600
1.000
1.200
1.400
1.600
Restvocht
60
60
53
50
44
60
53
50
44
EnergieDuur
1,47
0,78
1,30
1,25
1,10
1,16
1,00
0,95
0,80
220
131
199
189
168
176
154
144
122
93
Instellingen
Met de instellingen kunt u de elektronica van de droogkast aan veranderende situaties aanpassen.
De instellingen kunt u ieder moment
wijzigen.
Instellingen oproepen
Schakel de droogkast in.
Blader naar de tweede pagina van
het hoofdmenu.
Raak de sensortoets Instellingen aan.
Instellingen kiezen
De instellingen zijn verdeeld over meerdere gedeeltes.
Kies het gewenste gedeelte.
Blader in de keuzelijst, totdat de ge-
wenste instelling verschijnt.
Raak de sensortoets aan om de in-
stelling te bewerken.
Instellingsvarianten
Wijzig de getoonde waarde en beves-
tig met OK.
of
Raak een optie aan om deze te selec-
teren.
De gekozen optie wordt met oranje gemarkeerd.
De gekozen optie is opgeslagen. Het
display gaat naar het menu Instellingen
of gaat een menuniveau terug.
Het sluiten van het menu voor
de instellingen
Raak de sensortoets aan.
Het display gaat een menuniveau terug.
Raak de sensortoets aan.
In het display verschijnt het hoofdmenu.
94
Instellingen
Bediening/weergave
Taal
De meldingen op de display kunnen in
verschillende talen worden weergegeven.
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als leidraad wanneer een andere
taal is ingesteld die niet wordt begrepen.
De gekozen taal wordt ingesteld.
Verbruik
Het totale verbruik kan worden weergegeven.
Keuze
– laatste programma
Energieverbruik van het laatste programma
– Totaalverbruik
Totale verbruik
– Kosten instellen
Kosten, prijs perkWh
Code
De pincode beschermt uw droogkast
tegen gebruik door onbevoegden.
Keuze
– activeren
Wanneer de pincode is geactiveerd,
moet na het inschakelen de pincode
worden ingevoerd zodat deze droogkast kan worden bediend.
De in de fabriek ingestelde pincode is
250.
– wijzigen
U kunt een willekeurige pincode invoeren.
Zonder pincode kan de droogkast
enkel worden gedeblokkeerd door
Miele-technici.
Noteer de nieuwe pincode.
– deactiveren
Wanneer u de droogkast zonder invoeren van een pincode wilt bedienen. Deze melding verschijnt alleen
dan, als de pincode daarvóór was ingeschakeld.
95
Instellingen
Memory
De droogkast slaat de laatst gekozen
instellingen van een droogprogramma
op (droogtegraad en/of Extra opties of
bij enkele programma's de duur).
Als u het programma opnieuw kiest,
geeft de droogkast de opgeslagen instellingen aan.
Keuze
– uit (fabrieksinstelling)
– aan
De activering van de voorprogrammering van de zoemer- of EcoFeedbackgegevens worden niet opgeslagen.
Tijd
Na de keuze van het tijdformaat kan
de tijd worden ingesteld.
Keuze
– Tijdformaat
Het tijdformaat wordt ingesteld.
Volume
De geluidssterkte van het geluidssignaal bij het inschakelen en voor het
programma-einde kan worden gewijzigd. Daarnaast kan ook de geluidssterkte van het geluidssignaal dat
klinkt bij het aanraken van de sensortoetsen, worden gewijzigd.
Keuze
– Volume eindsignaal
– Toetssignaal
– Welkomstsignaal
U kunt 7 standen instellen en het kan
ook uitgeschakeld worden.
Lichtsterkte display
De lichtsterkte van het display kan in
trappen worden gewijzigd.
U kunt 7 standen instellen.
Fabrieksinstelling: gemiddelde stand
– 24h (fabrieksinstelling)
– 12h
– instellen
De actuele tijd wordt ingesteld.
96
Uitschakel. "Display"
Om energie te sparen gaan na 10minuten het display en de toetsenverlichting in standby en alleen de toets
Start/Stop gaat langzaam knipperen.
Dit kan u wijzigen.
Keuze
– uit
Het display treedt nooit in standby.
– aan
Het display wordt donker (na 10minuten):
– wanneer u na het inschakelen
geen programma kiest
– tijdens het lopende programma
– na afloop van het programma.
– aan, niet tijd. progr.verl.
(fabrieksinstelling)
Het display wordt donker (zoals boven beschreven) maar niet tijdens het
programmaverloop.
Instellingen
De weergaven kunnen door het aanraken van een willekeurige toets terug
worden ingeschakeld.
97
Instellingen
Programmaverloop
Kreuk- beveiliging
De Kreukbeveiliging vermindert kreukvorming na afloop van het programma.
De trommel draait na afloop van het eigenlijke programma max. 2 uur. Dit programma vermindert de kreukvorming.
Keuze
– uit
– 1 h
– 2 h (fabrieksinstelling)
Droogte-graden
Met deze instelling kunt u de droogtegraad van de programma's Katoen,Kreukherstellend en Automatic individueel aanpassen.
U kunt 7 standen instellen.
Afkoeltemperatuur
Het wasgoed wordt voor het einde van
het programma automatisch afgekoeld. U kunt in alle droogprogramma's de automatische afkoelfase die
voor het einde van het programma
wordt uitgevoerd koeler instellen waardoor de afkoelfase wordt verlengd.
Keuze
U kiest in stappen van 1°C.
– 55°C (fabrieksinstelling)
– ...
– 40°C
Fabrieksinstelling: gemiddelde stand
98
Instellingen
Netwerk
Miele@home
Sluit de droogkast aan op het WiFinetwerk bij u thuis.
De volgende punten kunnen in het submenu verschijnen:
Installeren
Deze melding verschijnt enkel als de
droogkast nog niet met het WiFi-netwerk is verbonden.
In het hoofdstuk “Eerste Ingebruikname” is vermeld hoe de instellingen
moeten worden uitgevoerd.
Activeren
(zichtbaar als Miele@home is uitgeschakeld)
De WiFi-functie wordt opnieuw ingeschakeld.
Deactiveren
(zichtbaar als Miele@home is ingeschakeld)
Miele@home blijft ingesteld, de WiFifunctie wordt uitgeschakeld.
Verbindingsstatus
(zichtbaar als Miele@home is ingeschakeld)
De volgende waarden worden weergegeven:
– de WiFi-ontvangstkwaliteit
– de naam van het netwerk
– het IP-adres
Opnieuw installeren
(zichtbaar, als het is ingesteld)
Herstelt de WiFi-verbinding (netwerk)
om deze onmiddellijk opnieuw in te stellen.
Resetten
(zichtbaar, als het is ingesteld)
– De WiFi wordt uitgeschakeld.
– De verbinding met WiFi wordt terug-
gezet naar de fabrieksinstellingen.
Herstel de netwerkconfiguratie wanneer
u de droogkast afvoert, verkoopt of een
gebruikte droogkast gaat gebruiken. Alleen dan bent u er zeker van dat u alle
persoonlijke gegevens heeft verwijderd
en dat de vorige eigenaar geen toegang
meer heeft tot de droogkast.
Om Miele@home opnieuw te kunnen
gebruiken, moet er een nieuwe verbinding tot stand worden gebracht.
99
Instellingen
SmartGrid
De instelling SmartGrid is enkel zichtbaar wanneer de instellingMiele@home
is ingesteld en geactiveerd.
Met deze functie kunt u de droogkast
automatisch laten starten als het
stroomtarief van uw energiebedrijf
zeer laag is.
Als u SmartGrid hebt geactiveerd, verandert de functie van de toets Startuitstel.
Via de toets “Voorprogrammering” stelt
u de SmartGrid in. De droogkast wordt
dan binnen de door u opgegeven tijd
gestart door een signaal van uw energieleverancier.
Als uw energieleverancier op het tijdstip
van de uiterste starttijd geen signaal
verstuurt, start de droogkast automatisch (zie Hoofdstuk “Voorprogrammering”).
De functie SmartGrid is standaard uitgeschakeld.
Remote control
De instellingRemote control is enkel
zichtbaar wanneer de instellingMiele@home is ingesteld en geactiveerd.
Als u de Miele@mobile-app op uw
smartphone heeft geïnstalleerd, kunt u
de status van uw droogkast vanaf elke
locatie oproepen en uw droogkast op
afstand starten en bedienen met het
programma MobileStart.
U kunt de instellingRemote control uitschakelen wanneer u de droogkast niet
met uw smartphone wilt bedienen.
Een programma kan dan via de app
worden beëindigd wanneer de Remote
control niet is ingeschakeld.
Stel via de toets “Voorprogrammering”
een tijdstip in waarop u de droogkast
wilt starten en start de voorprogrammering (zie het hoofdstuk “Voorprogrammering/SG ready”).
De droogkast kan binnen een door u
opgegeven tijd worden gestart door een
signaal dat u stuurt.
Indien u op het tijdstip van de uiterste
starttijd geen signaal verstuurt, start de
droogkast automatisch.
100
Standaard is de afstandsbediening geactiveerd.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.