Miele TCE530 WP Active Plus User Manual [nl]

0 (0)
Miele TCE530 WP Active Plus User Manual

Gebruiksaanwijzing

Warmtepompdroogkast

Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voor u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.

nl-BE

M.-Nr. 10 765 762

Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu

Recycleerbare verpakking

De verpakking behoedt de droogkast voor transportschade. Er werd voor milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.

Het recycleren van het verpakkingsmateriaal vermindert de afvalproductie en het gebruik van grondstoffen. Uw handelaar neemt de verpakking terug.

Uw toestel afdanken

Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude toestel daarom nooit bij het gewone huisafval.

Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te danken toestel.

Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.

Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan contact op met

de handelaar bij wie u het kocht of

de firma Recupel, telefoon 0800/15 880, website: www.recupel.be of

uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.

Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.

2

 

Inhoud

Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu .............................................

2

Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................................................

6

Bediening van de droogkast ..............................................................................

19

Bedieningspaneel..................................................................................................

19

Hoe werkt het display?..........................................................................................

20

Het toestel voor het eerst in gebruik nemen ....................................................

22

Energie besparen ................................................................................................

23

1. De juiste wasverzorging in acht nemen ........................................................

24

In acht nemen tijdens het wassen.........................................................................

24

Wasgoed voor de droogkast sorteren...................................................................

24

Symbolen op het onderhoudsetiket .................................................................

25

Waar u bij het drogen op moet letten....................................................................

25

2. Droogkast laden ..............................................................................................

26

3. Programma kiezen en starten ........................................................................

27

Programmakeuze ..................................................................................................

27

Temperatuur laag+ kiezen (eventueel) ..............................................................

28

Voorprogrammeren (indien gewenst) ...............................................................

29

Programma starten................................................................................................

29

4. Wasgoed uit het toestel halen........................................................................

30

Einde van het programma / Kreukbeveiliging .......................................................

30

Trommel leegmaken ..............................................................................................

30

Startuitstel............................................................................................................

31

Programmaoverzicht...........................................................................................

32

Programmaverloop wijzigen ..............................................................................

36

Reiniging en onderhoud .....................................................................................

37

Condenswaterreservoir leegmaken.......................................................................

37

Pluizenfilters ..........................................................................................................

38

Zichtbare pluizen verwijderen...........................................................................

38

Pluizenfilters en luchtafvoergedeelte grondig reinigen.....................................

39

3

Inhoud

 

Sokkelfilter.............................................................................................................

40

Verwijderen.......................................................................................................

40

Sokkelfilter reinigen ..........................................................................................

40

Klep voor de filter in de sokkel .........................................................................

41

Warmtewisselaar controleren ...........................................................................

41

Sokkelfilter plaatsen .........................................................................................

42

Geurflacon............................................................................................................

44

Geurflacon plaatsen ..............................................................................................

44

Geurflacon vervangen ...........................................................................................

46

Nuttige tips...........................................................................................................

48

Controle-indicatoren en aanwijzingen ...................................................................

48

Een niet-bevredigend droogresultaat....................................................................

50

Andere problemen.................................................................................................

51

Klantendienst.......................................................................................................

53

Contact bij storingen .............................................................................................

53

Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren....................................................................

53

Garantie .................................................................................................................

53

Installatie..............................................................................................................

54

Vooraanzicht..........................................................................................................

54

Achterkant .............................................................................................................

55

Droogkast transporteren .......................................................................................

55

Droogkast naar de plaats van opstelling dragen..............................................

56

Plaatsen.................................................................................................................

56

Droogkast stellen..............................................................................................

56

Stilstandtijd na het plaatsen .............................................................................

56

Ventilatie ...........................................................................................................

57

Voordat u het toestel transporteert...................................................................

57

Aanvullende opstellingsvoorwaarden....................................................................

57

Condenswater wegleiden......................................................................................

58

Speciale aansluitingen, waarbij een terugslagklep nodig is.............................

58

Afvoerslang aanleggen.....................................................................................

59

Voorbeelden: condenswater afleiden ...............................................................

59

Elektrische aansluiting...........................................................................................

62

Verbruiksgegevens..............................................................................................

63

Technische gegevens..........................................................................................

64

Productkaart voor huishoudelijke droogtrommels ................................................

65

4

 

Inhoud

Programmeerfuncties .........................................................................................

67

Programmeren.......................................................................................................

67

Droogtegraden Katoen ....................................................................................

69

Droogtegraden Kreukherstellend ...................................................................

69

Verlenging afkoeltijd .......................................................................................

69

Volume zoemer...............................................................................................

70

Toetssignaal ...................................................................................................

70

Pincode ..........................................................................................................

70

Geleidbaarheid ...............................................................................................

71

Uitschakeling bedieningspaneel.......................................................................

71

Uitschakeling droogkast..................................................................................

72

Memory............................................................................................................

72

Kreukbeveiliging ..............................................................................................

72

Zoemer actief ..................................................................................................

73

Weergave pluizen ...........................................................................................

73

Lichtsterkte achtergrondverlichting gedimd ...................................................

74

5

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Lees beslist deze gebruiksaanwijzing.

Deze droogkast voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade tot gevolg hebben.

Lees daarom de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u de droogkast in gebruik neemt. Hierin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan de droogkast.

In overeenstemming met de norm IEC 60335-1 adviseert Miele u uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van de droogkast en de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en op te volgen.

Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.

Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.

Juist gebruik

Deze droogkast is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in gelijkaardige omgevingen.

Deze droogkast is niet bestemd voor gebruik buitenshuis.

6

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Gebruik de droogkast uitsluitend voor huishoudelijke toepassingen voor het drogen van in water gewassen wasgoed waarvan de fabrikant op het wasetiket heeft aangegeven dat ze geschikt voor de droogkast zijn.

Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.

7

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze droogkast veilig te bedienen, mogen deze droogkast alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.

Kinderen in het huishouden

Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de droogkast te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden gehouden.

Kinderen vanaf acht jaar mogen de droogkast alleen zonder toezicht bedienen, wanneer hen de droogkast zodanig is toegelicht dat ze het toestel veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen herkennen en begrijpen.

Kinderen mogen de droogkast niet zonder toezicht reinigen of onderhouden.

Let op kinderen die in de buurt van de droogkast komen. Laat ze nooit met de droogkast spelen.

8

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Technische veiligheid

Neem de aanwijzingen in de rubriek “Installatie” en de rubriek “Technische gegevens” in acht.

Zie na of het toestel geen uiterlijk zichtbare schade vertoont voordat u het opstelt.

Beschadigde toestellen mag u nooit opstellen noch in gebruik nemen.

Vergelijk de gegevens omtrent de aansluiting (smeltveiligheden, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.

De betrouwbare en zekere werking van de droogkast is enkel gegarandeerd wanneer de droogkast aan het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.

De elektrische veiligheid van dit toestel is enkel gewaarborgd zo het op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem is aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.

Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.

9

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Defecte onderdelen mogen enkel worden vervangen door originele Miele-vervangstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.

Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg.

De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de droogkast van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.

Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie het toestel gebruikt.

Bij storingen of bij reiniging en onderhoud is deze droogkast pas van het stroomnet losgekoppeld indien

u de stekker uit het stopcontact haalt of

de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld of

de schroefzekering op uw elektrische installatie helemaal uitgedraaid is.

10

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Informatie over de warmtepomp en het koudemiddel:

Deze droogkast werkt met een gasvormig koudemiddel dat door een compressor wordt samengeperst. Door de drukverhoging ontstaat een hogere temperatuur en wordt het koudemiddel vloeibaar. Vervolgens wordt het koudemiddel in een gesloten circuit door de warmtewisselaar geleid, waar de warmte wordt vermengd met de lucht die voor het drogen is gebruikt.

Beschadiging van de droogkast door te snelle ingebruikname.

De warmtepomp kan daarbij beschadigd raken.

Wacht na het plaatsen een uur voordat u de droogkast gaat gebruiken.

De warmtepomptechniek veroorzaakt een brommend geluid wanneer de droogkast werkt. Dit geluid is normaal. Het heeft geen nadelig effect op de werking van de droogkast.

Het koudemiddel is niet brandbaar en niet explosief.

Deze droogkast bevat gefluoreerde broeikasgassen. Hermetisch afgesloten

Aanduiding van het koelmiddel

R134a

R134a

R450A

 

 

 

 

 

 

Hoeveelheid koelmiddel

0,48 kg

0,30 kg

0,31 kg

 

 

 

 

 

 

Broeikaspotentieel koelmiddel

1430 kg CO2 e

1430 kg CO2 e

605 kg CO2

e

 

 

 

 

 

Broeikaspotentieel toestel

686 kg CO2 e

429 kg CO2 e

188 kg CO2

e

 

 

 

 

 

De voor deze droogkast relevante aanduiding en hoeveelheid van het koelmiddel alsook het broeikaspotentieel staan vermeld op het gegevensplaatje (achterkant van de droogkast).

11

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

De luchtspleet tussen de onderzijde van de droogkast en de vloer mag u in geen geval versmallen door plinten, dik tapijt e.d. Anders is er geen voldoende toevoer van koele lucht gewaarborgd!

In het zwenkbereik van de droogkastdeur mag u geen afsluitbare deur, schuifdeur of een deur met een scharnier aan de andere kant installeren.

Deze droogkast mag niet op niet-stationaire plaatsen (bijv. schepen) worden gebruikt.

Voer geen veranderingen aan de droogkast uit die niet uitdrukkelijk door Miele zijn toegestaan.

Deze droogkast heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van onder meer de temperatuur, de vochtigheid, de chemische bestendigheid, de slijtvastheid en vibraties) een speciale lamp. Deze speciale lamp mag alleen voor deze toepassing worden gebruikt. De lamp is niet geschikt voor normale verlichtingsdoeleinden. De lamp mag alleen worden vervangen door een door Miele geautoriseerde vakman of door Miele.

12

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Efficiënt gebruik

Stel uw droogkast niet op in een vertrek waar het kan vriezen. Temperaturen rond of onder het vriespunt brengen de goede werking van het toestel in het gedrang. Bevroren condenswater in de pomp en in de afvoerslang kan schade veroorzaken.

De maximumlading bedraagt 8,0 kg (droog wasgoed).

In de rubriek “Programmaoverzicht” vindt u de deels kleinere ladingen voor afzonderlijke programma's.

Brandgevaar!

Deze droogkast mag niet op een instelbaar stopcontact (bijv. via een schakelklok of op een elektrische installatie met piekbelastinguitschakeling) worden aangesloten.

Als het droogprogramma voor beëindiging van de afkoelfase is afgebroken, dan bestaat het gevaar van zelfontbranding van het wasgoed.

Waarschuwing: Schakel de droogkast nooit uit voor afloop van een droogprogramma. Behalve dan, wanneer al het wasgoed onmiddellijk uit de trommel kan worden genomen en zo uitgespreid dat de warmte kan worden afgegeven.

Na de verwarmingsfase volgt bij veel programma's de afkoelfase om te garanderen dat de stukken wasgoed geen temperatuur bereiken waarbij ze mogelijk beschadigd worden (bv. het vermijden van zelfontbranding van het wasgoed). Pas daarna is het programma ten einde.

Het wasgoed altijd direct en volledig na einde van het programma verwijderen.

13

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Wegens brandgevaar is het verboden textiel te drogen

dat niet is gewassen.

dat niet voldoende gereinigd is en waarop oliehoudende, vethoudende of andere resten aanwezig zijn (bijv. wasgoed dat wordt gebruikt in de keuken of voor cosmeticatoepassingen en waarop zich olie-, vetof crèmeresten bevinden). Als u textiel droogt dat niet voldoende gereinigd is bestaat er gevaar op zelfontbranding, zelfs wanneer het droogproces beëindigd is en het wasgoed zich niet langer in de droogkast bevindt.

dat sporen van brandgevaarlijke reinigingsmiddelen bevat, of restanten van aceton, alcohol, benzine, petroleum, kerosine, vlekkenverwijderaar, terpentijn, was, wasverwijderaar of chemicaliën (dit kan bv. het geval zijn bij moppen, opnemers en poetsdoeken).

waarop resten van een haarverstevigingsproduct, hairspray, nagellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product voorkomen.

Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u daarom bijzonder grondig wassen:

gebruik hierbij extra wasmiddel en selecteer een hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het wasgoed verscheidene malen te wassen.

Verwijder alle voorwerpen uit de zakken (zoals aanstekers, lucifers).

14

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Wegens brandgevaar is het te allen tijde verboden stukken textiel of producten te drogen:

wanneer industriële chemicaliën werden gebruikt voor de reiniging (bv. bij een chemische reiniging).

die hoofdzakelijk schuimrubberen, rubberen of rubberachtige delen bevatten. Het gaat hierbij bv. om producten uit schuimrubberlatex, douchekappen, waterdichte stoffen, met rubber beklede artikelen en kledingstukken en hoofdkussens met schuimrubbervlokken.

die een vulling hebben en beschadigd zijn (bv. kussens of jassen). Vulling die eruit valt kan brand veroorzaken.

Sluit de deur na elk gebruik. Zo voorkomt u dat

kinderen in het toestel proberen te kruipen of er voorwerpen in verstoppen.

er kleine dieren in de trommel kruipen.

Leun niet op de toesteldeur. Deze droogkast kan anders omkantelen.

De pluizenfilters moeten na elke droogbeurt worden gereinigd!

De pluizenfilters of de filter in de sokkel moeten na een vochtige reiniging goed worden gedroogd. Door natte pluizen-/voetfilters kunnen er storingen in de werking van uw toestel optreden!

15

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Deze droogkast mag nooit zonder of

met beschadigde pluizenfilters worden gebruikt.

met beschadigde filter in de sokkel worden gebruikt.

Er kunnen dan te veel pluizen in deze droogkast komen, wat een de-

fect tot gevolg kan hebben!

Wanneer u een externe afvoerslang voor het condenswater aansluit, moet u de slang vastmaken indien u die in een wasbak hangt. Anders kan de slang wegglijden en kan het weglopende water schade veroorzaken.

Condenswater is geen drinkwater.

Het kan de gezondheid van mens en dier schade toebrengen.

Houd de omgeving van het toestel steeds vrij van stof en pluizen. Vuildeeltjes in de aangezogen koellucht kunnen na verloop van tijd de warmtewisselaar verstoppen.

Spuit de droogkast niet nat af.

Wasverzachters of vergelijkbare producten moeten steeds zo worden gebruikt als vermeld in de gebruiksinstructies voor de wasverzachters.

16

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Gebruik van de geurflacon (mits toeslag verkrijgbaar ac-

cessoire)

Alleen de originele Miele geurflacon mag worden gebruikt.

De geurflacon uitsluitend in de verkoopverpakking bewaren; gooi de verpakking daarom niet weg.

Pas op, de geurstof kan uitlopen! De geurflacon of de pluizenfilter met de gemonteerde geurflacon rechtop houden en nooit neerleggen of kantelen.

Uitgelopen geurstof direct met een zuigende doek opvegen: van de vloer, van de droogkast, van onderdelen van de droogkast (bijv. pluizenzeef).

Bij lichaamscontact met uitgelopen geurstof: Huid grondig met water en zeep reinigen. Ogen minstens 15 minuten met schoon water spoelen. Bij inslikken de mond grondig met schoon water uitspoelen. Na oogcontact of inslikken een arts raadplegen!

Kleding die met uitgelopen geurstof in contact komt direct vervangen. Kleding of doeken grondig met ruime hoeveelheid water en wasmiddel reinigen.

Er bestaat brandgevaar of gevaar van beschadiging van de droogkast bij het niet in acht nemen van deze richtlijnen:

Vul de geurflacon nooit bij met geurstof.

Gebruik nooit een defecte geurflacon.

De lege geurflacon moet met het huisvuil worden weggegooid en mag nooit voor een ander doel worden gebruikt.

Neem de bij de geurflacon bijgevoegde informatie in acht.

17

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Toebehoren

Alleen toebehoren die Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd, mogen worden gemonteerd of ingebouwd.

Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.

Wasmachines van Miele kunnen in een wasen droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele was-droog-verbin- dingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar toebehoren. Let erop dat de was-droog-verbindingsset geschikt is voor de Miele droogkast en de Miele wasmachine.

Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebehoren) bij deze droogkast past.

Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.

18

Bediening van de droogkast

Bedieningspaneel

aBedieningspaneel

bSensortoetsen voor de droogtegraad

cControlelampjes

Deze lampjes branden indien nodig.

dSensortoets Temperatuur laag+

Voor behoedzaam drogen.

eTijdsaanduiding

Deze geeft de duur van het programma aan.

f Sensortoetsen

Voor de tijdkeuze.

g Sensortoets Start/Stop

Met deze toets kunt u een programma starten/afbreken.

h Optische interface

Op deze plaats kunnen de technici de programma's controleren, updaten en in het geheugen van het toestel opslaan.

iProgrammakeuzeschakelaar

Met deze schakelaar kunt een programma kiezen en de machine uitschakelen. U schakelt het toestel in door een programma te kiezen en uit door de programmakeuzeschakelaar op te zetten.

19

Bediening van de droogkast

Hoe werkt het display?

De sensortoetsen , , en reageren op aanraking met de vingertoppen. U kunt een keuze maken, zolang de desbetreffende sensortoets verlicht is.

Een fel verlichte sensortoets betekent: momenteel gekozen

Een gedimde sensortoets betekent: kan gekozen worden

Sensortoetsen voor de droogtegraad

Als u met de programmakeuzeschakelaar een programma met droogtegraad gekozen heeft, licht de ingestelde droogtegraad op.

De andere droogtegraden die u bij het desbetreffende programma kunt kiezen, zijn gedimd.

Controlelampjes

brandt als u het condensreservoir moet leeggieten.

brandt als u de sokkelfilter moet reinigen.

PerfectDry

Het Perfect Dry-systeem meet het restvocht van het wasgoed in de droogtegraadprogramma's en zorgt zo voor een goed droogresultaat. Op het display knippert . . .

. . . na begin van het programma tot de programmaduur is vastgesteld en dooft dan.

. . . brandt tegen het einde van het programma wanneer de gewenste droogtegraad is bereikt.

. . . brandt niet bij de volgende programma's: Wol, Warme lucht.

Sensortoets Temperatuur laag+

Deze toets tipt u aan als u temperatuurgevoelig textiel met symbool in het onderhoudsetiket wilt drogen. Als u de toets aantipt, licht Temperatuur laag+ fel op.

Bij enkele programma's is Temperatuur laag+ altijd actief (brandt) of niet actief (brandt niet).

20

Bediening van de droogkast

Tijdsaanduiding

De tijdsaanduiding geeft in uren en minuten aan hoelang het programma nog gaat duren.

De duur van de meeste programma's kan variëren. Dit is onder meer afhankelijk van de hoeveelheid en het type wasgoed en het restvocht in het wasgoed. De elektronica leert dit steeds beter herkennen en wordt steeds nauwkeuriger.

Sensortoetsen

Als u sensortoets aantipt, wordt een latere starttijd voor het programma gekozen (voorprogrammering). Als u een tijdstip gekozen heeft, gaat

fel branden.

Door sensortoets of aan te tippen, kiest u de voorgeprogrammeerde tijd of de duur van het programma Warme lucht.

Sensortoets Start/Stop

Als u sensortoets Start/Stop aantipt, wordt het gekozen programma gestart of afgebroken. De sensortoets knippert, zodra een programma gestart kan worden en brandt continu nadat het programma gestart is.

21

Het toestel voor het eerst in gebruik nemen

Beschermfolie en reclamestic-

kers verwijderen

Verwijder

de beschermfolie van de deur.

alle reclamestickers (indien aanwezig) van de voorkant en van de deksel.

Stickers die u na openen van de deur ziet (bijv. het typeplaatje) mogen niet worden verwijderd!

Na het opstellen

Stel de droogkast degelijk op en sluit het toestel juist aan voor u het de eerste keer gebruikt. Gebeurde een transport niet volgens de beschrijving in hoofdstuk “Opstellen en aansluiten”, dan is een stilstandtijd van ca. 1 uur noodzakelijk, voordat deze droogkast elektrisch wordt aangesloten.

De eerste ingebruikname con-

form deze gebruiksaanwijzing

uitvoeren

Lees de rubrieken “1. De juiste wasverzorging in acht nemen” en “2. Droogkast laden”.

U kunt hierna wasgoed in de trommel doen en een programma kiezen; zie rubriek “3. Programma kiezen en starten”.

22

Energie besparen

Zo kunt u de droogtijd verkorten en het energieverbruik verlagen:

Centrifugeer het wasgoed voordat u het gaat drogen met een zo hoog mogelijk toerental in de wasmachine. Zo bespaart u bij het drogen ca. 20% energie, maar ook tijd, wanneer u bijv. met 1600 omw/min centrifugeert in plaats van met 1000 omw/min.

Maak zoveel mogelijk gebruik van de maximale beladingscapaciteit. Het energieverbruik is dan relatief gezien het laagst.

Zorg dat de kamertemperatuur niet te hoog is. Als zich andere warmteproducerende toestellen in de ruimte bevinden, zorg dan voor extra ventilatie of schakel die toestellen uit.

Reinig de twee pluizenfilters in de vulopening van de deur iedere keer nadat u de droger heeft gebruikt.

Tips voor het reinigen van de pluizenfilters en de sokkelfilter vindt u in het hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”.

Schakel de droger in op tijdstippen waarop het stroomtarief laag is. Informatie hierover kunt u bij uw energieleverancier verkrijgen. De voorprogrammeerfunctie van deze droger helpt u hierbij: u kunt kiezen, op welk tijdstip in de komende 24 uur het droogproces automatisch moet starten.

23

Loading...
+ 53 hidden pages