Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing
voordat u dit toestel installeert
en in gebruik neemt.
Daardoor zorgt u voor uw eigen veiligheid
en vermijdt u schade aan uw apparaat.M.-Nr. 05 421 380
1 Aansluitsnoer
2 Condenswaterbak
3 Deur
4 Bedieningspaneel
5 Afvoerslang voor het condenswater
6 Vier in de hoogte verstelbare voetjes
4
Bedieningspaneel
Beschrijving van het toestel
bToets ‘I-aan/0-uit’
om het toestel in en uit te schakelen of
een programma te onderbreken. Is het
toestel ingeschakeld, dan brandt de
trommelverlichting als u de machinedeur opendoet.
cToets ‘deur’
om de deur te openen of het programma af te breken. Deze toets springt
meteen weer uit.
dToets ‘START’
om een droogprogramma te starten.
Het controlelampje:
– knippert als u het programma kan
starten,
– blijft branden na de start van het pro-
gramma.
eToetsen voor bijkomende functies
Controlelampje: aan = ingeschakeld
uit= uitgeschakeld
fProgrammakiezer
Deze knop kan u zowel naar rechts als
naar links draaien.
De ringverlichting gaat uit:
– indien u enkele minuten na het in-
schakelen geen programma hebt
gekozen noch gestart,
– enkele minuten na afloop van het
programma.
gVerklikkerlichtjes voor program-
maverloop en controle
Deze lampjes worden in de rubriek
’Wat gedaan als ...’ beschreven.
5
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
De verpakking recycler en
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal gekozen, dat het milieu verdraagt en dus opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof gespaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet gewoon met het
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde verzamel- en sorteerterrein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waardevol materiaal. Geef uw oud toestel dus
niet gewoon met het grof huisvuil mee.
Vraag liever inlichtingen aan uw gemeentebestuur of aan het dichtstbijzijnde autowrak- of schrootverwerkend bedrijf omtrent de mogelijkheden om die
stoffen opnieuw te gebruiken. Hou tevens rekening met de gelijknamige rubriek in de “Opmerkingen omtrent uw
veiligheid, waarschuwingen’.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Lees uw gebruiksaanwijzing voordat u uw droogautomaat in gebruik
neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het
gebruik en het onderhoud van het
toestel. U zorgt zo voor uw eigen
veiligheid en vermijdt schade aan
uw apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en
geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
Uw droogautomaat is uitsluitend
bestemd om in water gewassen
textiel te drogen. Droog enkel wasgoed
dat volgens het onderhoudsetiket voor
de droogautomaat geschikt is. Andere
toepassingen zijn misschien gevaarlijk.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade veroorzaakt door onjuiste bediening of verkeerd gebruik.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd
indien het op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardingssysteem is aangesloten.
Het is heel belangrijk dat deze
fundamentele veiligheidsvoorziening
voorhanden is. In geval van twijfel dient
u uw insallatie door een vakman te laten nakijken.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade die werd veroorzaakt doordat
de aardingsleiding onderbroken was of
gewoon ontbrak.
Dit toestel beantwoordt aan de
voorgeschreven beveiligingsbepalingen. Door ondeskundige reparaties
kunnen er onvoorziene risico’s opduiken voor wie het toestel gebruikt. Daar
kan de fabrikant niet aansprakelijk voor
worden gesteld. Herstellingen mag u
uitsluitend laten uitvoeren door vaklui
die door de firma Miele erkend zijn.
Technische veiligheid
Zie na of het toestel geen uiterlijk
zichtbare schade vertoont voordat
u het opstelt.
Een beschadigd toestel mag u nooit
opstellen noch in gebruik nemen.
Vergelijk de gegevens omtrent de
aansluiting (smeltveiligheden,
spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet
bij u ter plaatse voordat u het toestel
aansluit. Vraag eventueel uitleg aan
een elektricien indien u niet zeker bent.
Bij storingen of bij reiniging en onderhoud is uw toestel pas van het
stroomnet losgekoppeld indien
– de stekker uit het stopcontact is ge-
trokken of
– de smeltstoppen van uw installatie
zijn uitgeschakeld.
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Gebruik om veiligheidsredenen
geen verlengsnoeren. Er bestaat
risico op oververhitting.
Defecte onderdelen mogen enkel
worden vervangen door originele
Miele-vervangstukken. Enkel daardoor
bent u zeker dat ze ten volle voldoen
aan de eisen die Miele op het stuk van
veiligheid stelt.
Gebruik
Stel uw droogautomaat niet op in
een vertrek waar het kan vriezen.
Temperaturen die duidelijk onder het
vriespunt liggen, brengen de goede
werking van het toestel in het gedrang.
Bevroren condenswater in pomp, slangen en condenswaterbak kan schade
veroorzaken.
Maak de afvoerslang vast indien u
die in een wasbak hangt (enkel bij
condenswaterafvoer buiten het toestel).
Anders kan de slang wegglijden en het
weglopende water schade teweegbrengen.
Sluit de deur na elk gebruik. Zo
voorkomt u dat kinderen
– op de deur leunen en het toestel
doen kantelen,
– in het toestel proberen te kruipen of
er voorwerpen in verstoppen.
Er bestaat brandgevaar bij textiel
dat
– schuimrubber of overwegend rubber-
achtig materiaal bevat,
– met brandbaar reinigingsmiddel
werd behandeld,
– met haarspray, nagellakoplosmiddel
e.d. in aanraking is gekomen,
– opgevuld is en waarvan het opvulsel
beschadigd is, bv. bij kussens of
jassen. De losgekomen voering kan
brand veroorzaken.
– met vet of olie besmeurd is.
Hou de omgeving van het toestel
zoveel mogelijk vrij van stof en plui-
zen.
Condenswater is geen drinkwater.
Het kan schadelijk zijn voor mens
en dier.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Het gebruik van toebehoren
Toebehoren mogen enkel worden
ingebouwd indien ze door Miele
goedgekeurd zijn.
Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt elke
waarborg of productaansprakelijkheid.
Berging van uw oud toestel
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak stekker en snoer onbruikbaar.
Zo vermijdt u dat het toestel verkeerd
wordt gebruikt.
9
Korte handleiding
Korte handleiding
Beschrijving in een notendop
U stelt een programma in door aan de
programmakiezer te draaien. Via een
druk op een toets kan u daar een bijko-mende functie bij combineren.
Elk programma start nadat u op de
toets ’START’ hebt gedrukt.
De controlelampjes in de aanduiding
van het programmaverloop (rechts op
het bedieningspaneel) vertellen u hoever het programma gevorderd is.
Door het Sensitiv-droogsysteem wordt
het verschil in waterkwaliteit automatisch weggewerkt. De gewenste droogtegraad wordt nauwkeuriger bereikt.
De Novotronic-besturing meet de geleidingswaarde van het water, registreert
die en compenseert de verschillen om
steeds een gelijke restvochtigheid te
halen.
De trommel draait ook afwisselend naarlinks en naar rechts. Zo wordt het wasgoed gelijkmatig en behoedzaam gedroogd.
Nadat de gewenste droogtegraad is
bereikt, wordt het wasgoed afgekoeld.
Op het einde van het programma volgt
nog een ’kreukbeveiligingsfase’: de
trommel draait met korte tussenpozen.
Dit voorkomt ligplooien in het wasgoed.
Gelieve eerst de rubrieken ’Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen’ en ’Zo droogt u juist’ te
lezen.
De van getallen (
zinnen kan u gebruiken als korte handleiding.
1,2,3...) voorziene
1 Het toestel inschakelen en de was
inleggen
Druk om het toestel in te schakelen
op de toets ’I-aan/0-uit’.
Druk op de toets ’deur’ en maak de
toesteldeur open.
Leg de was losjes in de trommel.
Sluit de deur met een lichte zwaai.
Duw ze niet dicht.
2 Een programma kiezen
Draai de programmakizer op de
gewenste droogtegraad.
3 (Een) bijkomende functie(s) kiezen
Schakel eventueel bijkomende functies in of uit door op de toetsen te
drukken.
4 Het programma starten
Druk op de toets ’START’.
U kan ook nog programmierfuncties
activeren om het toestel aan uw eigen
behoeften aan te passen. Deze instellingen kan u steeds weer wijzigen.
10
Opmerkingen omtrent het wasgoed
Opmerkingen omtrent het wasgoed
Zie goed na welk droogsymbool er
op het etiket van het textiel staat
voordat u gaat drogen.
Deze symbolen betekenen:
q = drogen bij normale temperatuur
r = drogen bij lagere temperatuur
(druk ook op de toets ’Temperatuur
laag’)
s = niet machinaal te drogen
t = machinaal drogen mogelijk
Is er geen symbool voorhanden, hou
dan met deze principes rekening:
– Wit en bont alsook kreukherstellend
wasgoed kan u met de overeenstemmende droogtegraad laten drogen.
Zie rubriek ’Programma-overzicht’.
– Delicaat wasgoed, bv. van acryl,
droogt u in het programma ’Kreukherstellend’. Druk daarbij ook op de
toets ’Temperatuur laag’.
Volgend wasgoed mag u niet in
de machine drogen:
- Wol en gemengde weefsels die
wol bevatten:
vertonen de neiging te vilten of te
krimpen. U kan ze wel drogen in het
speciaal programma ’Finish wol’.
- Met dons gevuld textiel*:
naar gelang van de kwaliteit neigt
het fijne weefsel binnenin te krimpen.
- Zuiver linnen weefsels*:
droog die enkel machinaal zo de fabrikant dat in het onderhoudsetiket
vermeldt. Anders kan het weefsel
‘ruig‘ worden.
* Deze weefsels kunnen wel drogen in
het speciaal programma ’Ontkreuken’.
Tips om wasgoed te drogen:
– Gebreide textielsoorten (bv. t-shirts,
truitjes) neigen bij de eerste wasbeurt te krimpen. Laat dit wasgoed
niet te lang drogen. Daarmee vermijdt u dat het verder krimpt. Koop
gebreid textiel eventueel een of twee
maten groter.
–
Gesteven wasgoed kan in de droogautomaat worden gedroogd. Om het
gewone glanseffect te verkrijgen,
dient u wel de dosis stijfsel te verdubbelen.
– Hoe meer
u in de trommel doet, hoe groter de
kans op
voor heel delicaat weefsel, bv. overhemden en bloezen.Verminder de lading of kies het aparte programma
‘Kreukherstellend, strijkvochtig’.
–
Nieuw donker textiel mag u niet
samen met licht gekleurd wasgoed
laten drogen. Anders loopt u het
risico dat de kleur afgeeft.
Overlaad de trommel nooit! Hou
steeds rekening met de maximumlading die in de rubriek ‘Programmaoverzicht’ wordt opgegeven. Anders wordt de was niet zo
behoedzaam behandeld. Het droogresultaat komt dan eveneens in het
gedrang. Er kunnen ook meer kreuken optreden.
kreukherstellend wasgoed
kreuken. Dat geldt vooral
11
Zo droogt u juist
Zo droogt u juist
Tips om stoom te besparen
Laat de was in de wasautomaat tegen
het hoogste toerental centrifugeren.
Zo spaart u bij het drogen ca. 30 %
tijd en stroom zo u de was tegen 1600
i.pl.v. 800 t.p.m. laat centrifugeren.
Gebruik tijdens het droogprogramma de volledige trommellading. Stop
niet te veel noch te weinig was in de
trommel. Zie rubriek ’Programma-
overzicht’.
Het stroomverbruik voor de hele
lading is zo het gunstigst.
Sorteer het textiel zoveel mogelijk volgens
– de vezel- en weefselsoort,
– de gewenste droogtegraad,
– het formaat en de restvochtigheid
na het centrifugeren.
Zo verkrijgt u een gelijkmatig droogresultaat.
Verwijder wasmiddelkorfjes, doseerbekers e.d. uit het wasgoed.
Deze objecten kunnen tijdens het
drogen smelten en schade teweegbrengen aan toestel en wasgoed.
Leg het wasgoed losjes in de trommel.
Overlaad de trommel nooit. De was
wordt dan niet zo behoedzaam
behandeld. Het droogresultaat komt
dan eveneens in het gedrang.
Zwaai de deur zachtjes dicht. Duw
ze niet dicht.
Zorg voor een degelijke ventilatie
van het vertrek waar het toestel moet
werken.
1 Het toestel inschakelen en
de was in de trommel doen
Knoop dekbedovertrekken en kussenslopen dicht. Zo komen er geen
kleinere stukken wasgoed in terecht.
Sluit ritsen en knoop linten en schortenbanden samen.
Druk op de toets ’I-aan/0-uit’.
Druk op de toets ’deur’ en maak de
deur open.
12
Zorg ervoor dat er bij het sluiten
geen stukken wasgoed tussen de
deur geklemd zitten. Anders loopt
het textiel schade op.
Loading...
+ 28 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.